Yuflyma 40 mg

BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht
alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van bijwerkingen.
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Elke voorgevulde spuit van 0,4 ml bevat een enkele dosis van 40 mg adalimumab.
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Elke voorgevulde pen van 0,4 ml bevat een enkele dosis van 40 mg adalimumab.
Adalimumab is een recombinant humaan monoklonaal antilichaam dat geproduceerd wordt in Chinese
Hamster Ovariumcellen..
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectie)
Heldere tot licht opalescente, kleurloze tot lichtbruine oplossing.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Reumatoï artritis
de
Yuflyma in combinatie met methotrexaat is geï
ndiceerd voor:
de behandeling van matige tot ernstige, actieve reumatoï artritis bij volwassen patiënten die
de
een ontoereikende respons hebben gehad op ziektemodificerende antireumatische
geneesmiddelen inclusief methotrexaat;
de behandeling van ernstige, actieve en progressieve reumatoï artritis bij volwassenen die niet
de
eerder zijn behandeld met methotrexaat.
Yuflyma kan als monotherapie worden gebruikt in geval van intolerantie voor methotrexaat of
wanneer voortzetting van de behandeling met methotrexaat ongewenst is.
Het is aangetoond dat adalimumab de progressie van gewrichtsschade afremt, zoals gemeten door
middel van röntgenonderzoek, en het lichamelijk functioneren verbetert wanneer het gegeven wordt in
combinatie met methotrexaat.
Juveniele idiopathische artritis
2
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis
Yuflyma in combinatie met methotrexaat is geï
ndiceerd voor de behandeling van actieve
polyarticulaire juveniele idiopathische artritis, bij patiënten vanaf de leeftijd van 2 jaar die een
ontoereikende respons hebben gehad op één of meerdere ziektemodificerende antireumatische
middelen. Yuflyma kan als monotherapie worden gebruikt in geval van intolerantie voor methotrexaat
of wanneer voortzetting van de behandeling met methotrexaat ongewenst is (voor de werkzaamheid
van monotherapie zie rubriek 5.1). Het gebruik van adalimumab is niet onderzocht bij patiënten jonger
dan 2 jaar.
Enthesitis-gerelateerde artritis
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van actieve enthesitis-gerelateerde artritis bij patiënten
vanaf 6 jaar die een ontoereikende respons hebben gehad op conventionele therapie of die
conventionele therapie niet verdragen (zie rubriek 5.1).
Axiale spondyloartritis
Spondylitis ankylopoetica (AS)
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van volwassenen met ernstige actieve spondylitis
ankylopoetica die een ontoereikende respons hebben gehad op conventionele therapie.
Axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van AS
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van volwassenen met ernstige axiale spondylartritis
zonder röntgenologisch bewijs van AS, maar met objectieve tekenen van ontsteking door verhoogde
CRP en/of MRI, die een ontoereikende respons hebben gehad op, of die intolerant zijn voor, niet-
steroï anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID’s).
de
Arthritis psoriatica
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van actieve en progressieve arthritis psoriatica bij
volwassenen die een ontoereikende respons hebben gehad op ziektemodificerende antireumatische
geneesmiddelen.
Het is aangetoond dat adalimumab de mate van progressie van perifere gewrichtsschade afremt zoals
gemeten door middel van röntgenonderzoek bij patiënten met het polyarticulaire symmetrische
subtype van de aandoening (zie rubriek 5.1) en dat Yuflyma het lichamelijk functioneren verbetert.
Psoriasis
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige chronische plaque psoriasis bij
volwassen patiënten die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Juveniele plaque psoriasis
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van ernstige chronische plaque psoriasis bij kinderen en
adolescenten vanaf 4 jaar die een ontoereikende respons hebben gehad op, of niet geschikt zijn voor,
topicale therapie en lichttherapieën.
Hidradenitis suppurativa (HS)
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van actieve matige tot ernstige hidradenitis suppurativa
(acne inversa) bij volwassenen en adolescenten vanaf 12 jaar met ontoereikende respons op een
conventionele systemische HS-behandeling (zie rubriek 5.1 en 5.2).
3
Ziekte van Crohn
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van matig tot ernstig actieve ziekte van Crohn bij
volwassen patiënten die niet gereageerd hebben op een volledige en adequate behandeling met een
corticosteroï en/of een immunosuppressivum, of die dergelijke behandelingen niet verdragen of bij
d
wie hiertegen een contra-indicatie bestaat.
Juveniele ziekte van Crohn
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van matig tot ernstig actieve ziekte van Crohn bij
kinderen (vanaf 6 jaar) die een ontoereikende respons hebben gehad op conventionele behandeling
waaronder primaire voedingstherapie en een corticosteroï en/of een immuunmodulerend middel, of
d
die dergelijke behandelingen niet verdragen of bij wie hiertegen een contra-indicatie bestaat.
Colitis ulcerosa
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van matig tot ernstig actieve colitis ulcerosa bij
volwassen patiënten die een ontoereikende respons hebben gehad op conventionele therapie,
waaronder corticosteroï en 6-mercaptopurine (6-MP) of azathioprine (AZA), of die dergelijke
den
behandelingen niet verdragen of bij wie hiertegen een contra-indicatie bestaat.
Juveniele colitis ulcerosa
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van matig tot ernstig actieve colitis ulcerosa bij kinderen
(vanaf 6 jaar) die een ontoereikende respons hebben gehad op conventionele behandeling waaronder
corticosteroï en/of 6-mercaptopurine (6-MP) of azathioprine (AZA), of die dergelijke
den
behandelingen niet verdragen of bij wie hiertegen een contra-indicatie bestaat.
Uveï
tis
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van niet-infectieuze intermediaire uveï uveï
tis,
tis
posterior en panuveï bij volwassen patiënten die een ontoereikende respons hebben gehad op
tis
corticosteroï
den, bij patiënten die minder corticosteroï moeten gebruiken of voor wie een
den
corticosteroï behandeling niet geschikt is.
de
Juveniele uveï
tis
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van juveniele chronische niet-infectieuze uveitis anterior
bij patiënten vanaf twee jaar die een ontoereikende respons hebben gehad op conventionele
behandeling of deze niet verdragen, of voor wie conventionele behandeling niet geschikt is.
4.2
Dosering en wijze van toediening
De Yuflyma-behandeling dient te worden geï
nitieerd en plaats te vinden onder toezicht van medisch
specialisten met ervaring in het diagnosticeren en behandelen van de aandoeningen waarvoor Yuflyma
is geï
ndiceerd. Oogartsen wordt geadviseerd om te overleggen met een geschikte specialist voor
aanvang van de behandeling met Yuflyma (zie rubriek 4.4). Aan patiënten die behandeld worden met
Yuflyma dient een speciale Yuflyma veiligheidsinformatiekaart voor patiënten (patiëntenkaart)
gegeven te worden.
Na de injectietechniek goed te hebben geoefend, kunnen patiënten zelf Yuflyma injecteren als hun arts
beslist dat dit passend is, en met medische follow-up voor zover dit nodig is.
Gedurende de behandeling met Yuflyma moeten andere gelijktijdige behandelingen (bijv.
corticosteroï en/of immuunmodulerende middelen) worden geoptimaliseerd.
den
4
Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet mogelijk
om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig hebben.
Als een alternatieve dosis vereist is, moeten andere producten met adalimumab worden gebruikt die
een dergelijke optie bieden.
Dosering
Reumatoï artritis
de
De aanbevolen dosis Yuflyma voor volwassen patiënten met reumatoï artritis is 40 mg adalimumab
de
eenmaal per twee weken toegediend als een enkele dosis via subcutane injectie. Methotrexaat wordt
voortgezet tijdens de behandeling met Yuflyma.
Glucocorticoï
den, salicylaten, niet-steroï anti-inflammatoire middelen (NSAID's) of analgetica
de
kunnen gedurende de behandeling met Yuflyma worden gecontinueerd. Voor de combinatie met
andere antireumatische geneesmiddelen dan methotrexaat, zie rubrieken 4.4 en 5.1.
Bij gebruik als monotherapie, kunnen patiënten die een afname in hun respons hebben op Yuflyma
40 mg eenmaal per twee weken, baat hebben bij een verhoging van de dosering adalimumab tot 40 mg
eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee weken.
Beschikbare data suggereren dat de klinische respons normaal binnen 12 weken behandeling wordt
bereikt. Het vervolgen van de therapie bij patiënten die in deze periode nog niet reageren op het
geneesmiddel, dient heroverwogen te worden.
Onderbreking van de toediening
Het kan nodig zijn de toediening te onderbreken, bijvoorbeeld voor een operatie of als er een ernstige
infectie optreedt.
Beschikbare gegevens suggereren dat het opnieuw starten met adalimumab na stopzetting voor
70 dagen of langer, resulteerde in een even grote klinische respons en een vergelijkbaar
veiligheidsprofiel als voor de onderbreking.
Spondylitis ankylopoetica, axiale spondyloartritis zonder röntgenologisch bewijs van AS en arthritis
psoriatica
De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten met spondylitis ankylopoetica, axiale spondyloartritis
zonder röntgenologisch bewijs van AS en voor patiënten met arthritis psoriatica is 40 mg adalimumab
eenmaal per twee weken toegediend als een enkele dosis via subcutane injectie.
Beschikbare data suggereren dat de klinische respons normaal binnen 12 weken behandeling wordt
bereikt. Het vervolgen van de therapie in patiënten die in deze periode nog niet reageren op het
geneesmiddel, dient heroverwogen te worden.
Psoriasis
De aanbevolen dosering Yuflyma voor volwassen patiënten bestaat uit een aanvangsdosis van 80 mg,
subcutaan toegediend, gevolgd door 40 mg subcutaan eenmaal per twee weken vanaf een week na de
aanvangsdosis.
Als een patiënt na 16 weken behandeling niet heeft gereageerd, dient voortzetting van de therapie
zorgvuldig te worden heroverwogen.
Na 16 weken kunnen patiënten die onvoldoende reageren op Yuflyma 40 mg eenmaal per twee weken,
baat hebben bij een verhoging van de dosering naar 40 mg eenmaal per week of 80 mg eenmaal per
twee weken. Bij patiënten met onvoldoende respons op Yuflyma dienen de voordelen en risico’s van
5
voortgezette behandeling met wekelijks 40 mg of 80 mg eenmaal per twee weken zorgvuldig te
worden afgewogen nadat de dosering is verhoogd (zie rubriek 5.1). Als de respons voldoende is met
40 mg eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee weken, kan de dosering vervolgens weer naar
40 mg eenmaal per twee weken verlaagd worden.
Hidradenitis suppurativa
Het aanbevolen Yuflyma-doseringsschema voor volwassen patiënten met hidradenitis suppurativa
(HS) start met 160 mg op dag 1 (dosis kan worden toegediend als vier injecties van 40 mg op één dag
of als twee injecties van 40 mg per dag op twee achtereenvolgende dagen), gevolgd door 80 mg twee
weken later op dag 15 (dosis wordt toegediend als twee injecties van 40 mg op één dag). Twee weken
later (dag 29) wordt de therapie voortgezet met een dosis van 40 mg eenmaal per week of 80 mg
eenmaal per twee weken (toegediend als twee 40 mg injecties op één dag). Behandelingen met
antibiotica mogen indien nodig tijdens de behandeling met Yuflyma worden voortgezet. Patiënten
wordt aangeraden tijdens de behandeling met Yuflyma dagelijks een lokaal antiseptisch middel voor
hun HS-laesies te gebruiken.
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden heroverwogen wanneer een patiënt in
week 12 nog geen respons vertoont.
Als de behandeling moet worden onderbroken, kan er opnieuw worden gestart met 40 mg Yuflyma
eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee weken (zie rubriek 5.1).
De verhouding tussen voordelen en risico’s van aanhoudende langetermijnbehandeling moet
regelmatig geëvalueerd worden (zie rubriek 5.1).
De ziekte van Crohn
Het aanbevolen Yuflyma inductiedoseringsschema voor volwassen patiënten met matig tot ernstig
actieve ziekte van Crohn is 80 mg in week 0, gevolgd door 40 mg in week 2. Indien er een snellere
respons op de behandeling nodig is, kan het schema 160 mg in week 0 (toegediend als vier 40 mg
injecties op één dag of als twee 40 mg injecties per dag voor twee opeenvolgende dagen), gevolgd
door 80 mg in week 2 (toegediend als twee 40 mg injecties op één dag) worden gebruikt, waarbij men
zich ervan bewust moet zijn dat het risico van bijwerkingen hoger is gedurende de inductie.
Na de inductiebehandeling is de aanbevolen dosering 40 mg eenmaal per twee weken via subcutane
injectie. Eventueel mag, indien een patiënt gestopt is met Yuflyma en symptomen van de ziekte
terugkeren, Yuflyma opnieuw worden toegediend. Er is weinig ervaring met opnieuw toedienen na
meer dan 8 weken sinds de vorige dosis.
Gedurende de onderhoudsbehandeling kunnen corticosteroï geleidelijk worden afgebouwd
den
overeenkomstig klinische richtlijnen.
Sommige patiënten die een verminderde respons ervaren op Yuflyma 40 mg eenmaal per twee weken,
kunnen baat hebben bij een verhoging van de dosering naar 40 mg adalimumab per week of 80 mg
eenmaal per twee weken.
Sommige patiënten die geen respons hebben in week 4, kunnen baat hebben bij voortgezette
onderhoudsbehandeling tot en met week 12. Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te
worden heroverwogen bij een patiënt die binnen deze periode nog geen respons ervaart.
Colitis ulcerosa
Het aanbevolen Yuflyma inductiedoseringsschema voor volwassen patiënten met matige tot ernstige
colitis ulcerosa is 160 mg in week 0 (toegediend als vier 40 mg injecties op één dag of als twee 40 mg
injecties per dag voor twee opeenvolgende dagen) en 80 mg in week 2 (toegediend als twee 40 mg
6
injecties op één dag). Na de inductiebehandeling is de aanbevolen dosering 40 mg eenmaal per twee
weken via subcutane injectie.
Gedurende de onderhoudsbehandeling kunnen corticosteroï geleidelijk worden afgebouwd
den
overeenkomstig klinische richtlijnen.
Sommige patiënten die een verminderde respons ervaren op 40 mg eenmaal per twee weken, kunnen
baat hebben bij een verhoging van de dosering naar eenmaal per week 40 mg Yuflyma of 80 mg
eenmaal per twee weken.
Beschikbare gegevens tonen aan dat een klinische respons gewoonlijk binnen 2-8 weken behandeling
wordt bereikt. Behandeling met Yuflyma dient niet te worden voortgezet bij patiënten die binnen deze
periode geen respons ervaren.
Uveï
tis
De aanbevolen dosering Yuflyma voor volwassen patiënten met uveï bestaat uit een aanvangsdosis
tis
van 80 mg, gevolgd door 40 mg eenmaal per twee weken vanaf één week na de aanvangsdosis. Er is
beperkte ervaring met de start van behandeling met uitsluitend adalimumab. Behandeling met
Yuflyma kan gestart worden in combinatie met corticosteroï en/of andere niet-biologische
den
immuunmodulerende middelen. Corticosteroï die gelijktijdig worden gebruikt kunnen worden
den
afgebouwd overeenkomstig de klinische praktijk, te beginnen twee weken na aanvang van de
behandeling met Yuflyma.
Aanbevolen wordt de voordelen en risico’s van voortgezette langetermijnbehandeling jaarlijks te
evalueren (zie rubriek 5.1).
Speciale patiënten
Ouderen
Aanpassing van de dosis is niet vereist.
Nier- en/of leverfunctiestoornis
Adalimumab is niet onderzocht in deze patiëntenpopulaties. Er kan geen doseringsadvies worden
gegeven.
Pediatrische patiënten
Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet mogelijk
om Yuflyma toe te dienen aan pediatrische patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg
nodig hebben. Als een alternatieve dosis vereist is, moeten andere producten met adalimumab worden
gebruikt die een dergelijke optie bieden.
Juveniele idiopathische artritis
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis vanaf de leeftijd van 2 jaar
De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten met polyarticulaire juveniele idiopathische artritis vanaf
de leeftijd van 2 jaar is gebaseerd op lichaamsgewicht (tabel 1). Yuflyma wordt eenmaal per twee
weken toegediend via subcutane injectie.
7
Tabel 1. Yuflyma-dosis voor patiënten met polyarticulaire juveniele idiopathische artritis
Gewicht patiënt
10 kg tot < 30 kg
Doseringsschema
≥ 30 kg
40 mg eenmaal per twee weken
Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet
mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig
hebben.
Beschikbare data geven aan dat klinische respons meestal binnen 12 weken behandeling bereikt wordt.
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden heroverwogen bij een patiënt die geen
respons ervaart binnen deze periode.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij patiënten jonger dan 2 jaar voor deze indicatie.
Enthesitis-gerelateerde artritis
De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten met enthesitis-gerelateerde artritis vanaf de leeftijd van 6
jaar is gebaseerd op lichaamsgewicht (tabel 2). Yuflyma wordt eenmaal per twee weken toegediend
via subcutane injectie.
Tabel 2. Yuflyma-dosis voor patiënten met enthesitis-gerelateerde artritis
Gewicht patiënt
15 kg tot < 30 kg
Doseringsschema
≥ 30 kg
40 mg eenmaal per twee weken
Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet
mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig
hebben.
Het gebruik van adalimumab is niet onderzocht bij patiënten met enthesitis-gerelateerde artritis van
jonger dan 6 jaar.
Arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis inclusief spondylitis ankylopoetica
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij pediatrische patiënten voor de indicaties
spondylitis ankylopoetica en arthritis psoriatica.
Juveniele plaque psoriasis
De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten met plaque psoriasis van 4 tot 17 jaar oud is gebaseerd
op lichaamsgewicht (tabel 3). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Tabel 3. Yuflyma-dosis voor kinderen met plaque psoriasis
Gewicht patiënt
15 kg tot < 30 kg
≥ 30 kg
Doseringsschema
Aanvangsdosis van 40 mg,
gevolgd door eenmaal per twee
weken 40 mg vanaf één week na
de aanvangsdosis.
8
Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet
mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig
hebben.
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden heroverwogen bij een patiënt die geen
respons ervaart binnen 16 weken.
Als herbehandeling met adalimumab geï
ndiceerd is, dient bovenstaande aanbeveling over de dosering
en de behandelingsduur gevolgd te worden.
De veiligheid van adalimumab bij kinderen met plaque psoriasis is beoordeeld gedurende gemiddeld
13 maanden.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 4 jaar voor deze indicatie.
Hidradenitis suppurativa bij adolescenten (vanaf 12 jaar, met een gewicht van minstens 30 kg)
Er zijn geen klinische studies met adalimumab bij adolescente patiënten met HS uitgevoerd. De
dosering van adalimumab bij deze patiënten is bepaald met farmacokinetische modellen en simulatie
(zie rubriek 5.2).
De aanbevolen dosis Yuflyma is 80 mg in week 0, gevolgd door 40 mg eenmaal per twee weken vanaf
week 1 via subcutane injectie.
Bij adolescente patiënten die onvoldoende reageren op Yuflyma 40 mg eenmaal per twee weken, kan
een verhoging van de dosering naar 40 mg adalimumab eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee
weken worden overwogen.
Behandelingen met antibiotica kunnen indien nodig tijdens de behandeling met Yuflyma worden
voortgezet. Patiënten wordt aangeraden tijdens de behandeling met Yuflyma dagelijks een lokaal
antiseptisch middel voor hun HS-laesies te gebruiken.
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden heroverwogen wanneer een patiënt in
week 12 nog geen verbetering vertoont.
Als de behandeling wordt onderbroken, kan er indien nodig opnieuw worden gestart met Yuflyma.
De verhouding tussen voordelen en risico’s van aanhoudende langetermijnbehandeling moet
regelmatig geëvalueerd worden (zie de gegevens voor volwassenen in rubriek 5.1).
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 12 jaar met deze indicatie.
Juveniele ziekte van Crohn
De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten met de ziekte van Crohn in de leeftijd van 6 tot 17 jaar is
gebaseerd op lichaamsgewicht (tabel 4). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Tabel 4. Adalimumab-dosis voor kinderen met de ziekte van Crohn
Gewicht
patiënt
< 40 kg
Inductiedosering
40 mg in week 0 en 20 mg in week 2*
Onderhoudsdosering
vanaf week 4
Indien een snellere respons op de therapie nodig
is, kan de volgende dosering worden gebruikt,
waarbij men zich ervan bewust moet zijn dat het
9
risico op bijwerkingen hoger kan zijn wanneer de
hogere inductiedosering wordt gebruikt:
80 mg in week 0 en 40 mg in week 2
≥ 40 kg
80 mg in week 0 en 40 mg in week 2
40 mg eenmaal per twee
weken
Indien een snellere respons op de therapie nodig
is, kan de volgende dosering worden gebruikt,
waarbij men zich ervan bewust moet zijn dat het
risico op bijwerkingen hoger kan zijn wanneer de
hogere inductiedosering wordt gebruikt:
160 mg in week 0 en 80 mg in week 2
* Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het
niet mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg
nodig hebben.
Patiënten die onvoldoende respons ervaren, kunnen baat hebben bij een verhoging van de dosering:
≥ 40 kg: 40 mg eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee weken
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden overwogen wanneer een patiënt in week
12 nog geen respons vertoont.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 6 jaar voor deze indicatie.
Juveniele colitis ulcerosa
De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten van 6 tot en met 17 jaar met colitis ulcerosa is gebaseerd
op het lichaamsgewicht (tabel 5). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Tabel 5. Yuflyma dosis voor pediatrische patiënten met colitis ulcerosa
Onderhoudsdosering
Patiëntgewicht
Inductiedosering
vanaf week 4*
< 40 kg
• 80 mg in week 0 (gegeven als twee
• 40 mg eenmaal per twee
injecties met 40 mg op één dag) en
weken
• 40 mg in week 2 (gegeven als één
injectie met 40 mg)
≥ 40 kg
• 160 mg in week 0 (gegeven als vier
• 80 mg eenmaal per twee
injecties met 40 mg op één dag of twee
weken
injecties met 40 mg per dag op twee
opeenvolgende dagen) en
• 80 mg in week 2 (gegeven als twee
injecties met 40 mg op één dag)
*
Pediatrische patiënten die 18 jaar worden tijdens behandeling met Yuflyma dienen door te
gaan met de hun voorgeschreven onderhoudsdosis.
Voortzetting van de behandeling na 8 weken dient zorgvuldig te worden overwogen bij patiënten die
geen tekenen van een respons vertonen binnen deze tijdsperiode.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 6 jaar voor deze indicatie.
Juveniele uveï
tis
De aanbevolen dosis Yuflyma voor kinderen met uveï vanaf 2 jaar is gebaseerd op lichaamsgewicht
tis
(tabel 6). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
10
Voor juveniele uveï is er geen ervaring met de behandeling van adalimumab zonder gelijktijdig
tis
gebruik van methotrexaat.
Tabel 6. Yuflyma-dosis voor kinderen met uveï
tis
Gewicht patiënt
< 30 kg
≥ 30 kg
Doseringsschema
40 mg eenmaal per twee weken
in combinatie met methotrexaat
Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet
mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig
hebben.
Bij initiatie van de Yuflyma-behandeling kan één week voor aanvang van de onderhoudsbehandeling
een oplaaddosis van 40 mg worden toegediend voor patiënten < 30 kg of 80 mg voor patiënten ≥30 kg.
Er zijn geen klinische gegevens beschikbaar over het gebruik van een oplaaddosis adalimumab bij
kinderen jonger dan 6 jaar (zie rubriek 5.2).
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 2 jaar voor deze indicatie.
Aanbevolen wordt de voordelen en risico’s van voortgezette langetermijnbehandeling jaarlijks te
evalueren (zie rubriek 5.1).
Wijze van toediening
Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Een volledige gebruiksaanwijzing is te vinden in de bijsluiter.
Adalimumab is in andere sterkten en toedieningsvormen beschikbaar.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Actieve tuberculose of andere ernstige infecties zoals sepsis en andere opportunistische infecties (zie
rubriek 4.4).
Matig tot ernstig hartfalen (NYHA-klasse III/IV) (zie rubriek 4.4).
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Infecties
Patiënten die TNF-antagonisten gebruiken zijn vatbaarder voor ernstige infecties. Een verminderde
longfunctie kan het risico op het ontwikkelen van infecties vergroten. Patiënten moeten daarom
zorgvuldig worden gecontroleerd op infecties, waaronder tuberculose, voor, tijdens en na de
behandeling met Yuflyma. Omdat de eliminatie van adalimumab tot vier maanden kan duren, dienen
de controles gedurende deze periode door te gaan.
11
De behandeling met Yuflyma mag niet worden geï
nitieerd bij patiënten met actieve infecties,
waaronder chronische of gelokaliseerde infecties, tot deze infecties onder controle zijn gebracht. Bij
patiënten die zijn blootgesteld aan tuberculose en patiënten die hebben gereisd in gebieden met een
hoog risico op tuberculose of endemische mycosen, zoals histoplasmose, coccidioï
domycose of
blastomycose, dienen het risico en de voordelen van behandeling met Yuflyma te worden afgewogen
alvorens de therapie te initiëren (zie
Andere opportunistische infecties).
Patiënten bij wie een nieuwe infectie optreedt tijdens de behandeling met Yuflyma dienen zorgvuldig
te worden gecontroleerd en dienen een volledige diagnostische evaluatie te ondergaan. Toediening van
Yuflyma dient te worden stopgezet als er bij een patiënt een nieuwe ernstige infectie of sepsis optreedt
en een geschikte antimicrobiële of antischimmeltherapie dient te worden geï
nitieerd tot de infectie
onder controle is gebracht. Artsen dienen de nodige voorzichtigheid in acht te nemen wanneer zij het
gebruik van Yuflyma overwegen bij patiënten met een geschiedenis van recidiverende infectie of met
onderliggende aandoeningen die tot een predispositie voor infecties kunnen leiden, inclusief het
gebruik van gelijktijdig toegediende immunosuppressiva.
Ernstige infecties
Bij patiënten die werden behandeld met adalimumab zijn ernstige infecties gerapporteerd, waaronder
sepsis, veroorzaakt door bacteriële, mycobacteriële, invasieve schimmel-, parasitaire, virale of andere
opportunistische infecties, zoals listeriose, legionellose en pneumocystose.
Andere ernstige infecties die zijn waargenomen in klinisch onderzoek zijn onder andere pneumonie,
pyelonefritis, septische artritis en septikemie. Er zijn ziekenhuisopnames en gevallen met fatale afloop
geassocieerd met infecties gemeld.
Tuberculose
Zowel reactivering als het ontstaan van tuberculose is gemeld bij patiënten die adalimumab gebruiken.
Meldingen betroffen gevallen van pulmonale en extrapulmonale (d.w.z. gedissemineerde) tuberculose.
Vóór initiatie van de behandeling met Yuflyma moeten alle patiënten worden geëvalueerd op zowel
actieve als inactieve ('latente') tuberculose-infectie. Deze evaluatie dient een gedetailleerde medische
beoordeling te omvatten van de patiëntgeschiedenis betreffende tuberculose of mogelijke eerdere
blootstelling aan mensen met actieve tuberculose en vroegere en/of huidige behandeling met
immunosuppressiva. Er moeten gepaste screeningtests (d.w.z. tuberculine huidtest en röntgenopname
van de borst) worden uitgevoerd bij alle patiënten (plaatselijke richtlijnen kunnen van toepassing zijn).
Het is aanbevolen dat de wijze waarop deze testen zijn uitgevoerd en de resultaten ervan worden
aangegeven in de Yuflyma patiëntenkaart van de patiënt. De voorschrijvers worden herinnerd aan de
risico’s van vals negatieve uitkomsten van tuberculine huidtesten, vooral bij ernstig zieke en immuno-
incompetente patiënten.
Als actieve tuberculose wordt gediagnosticeerd, mag de Yuflyma-behandeling niet worden geï
nitieerd
(zie rubriek 4.3).
In alle hieronder beschreven situaties dienen de voordelen van behandeling met Yuflyma zorgvuldig te
worden afgewogen tegen de risico’s ervan.
Als latente tuberculose vermoed wordt, dient een arts met expertise op het gebied van de
tuberculosebehandeling te worden geconsulteerd.
Als latente tuberculose wordt gediagnosticeerd, moet vóór het begin van de behandeling met Yuflyma
gestart worden met antituberculeuze behandeling volgens de plaatselijke richtlijnen.
Het gebruik van antituberculeuze profylaxe behandeling dient ook te worden overwogen vóór het
begin van de behandeling met Yuflyma bij patiënten met meerdere of significante risicofactoren voor
12
tuberculose ondanks een negatieve tuberculosetest en bij patiënten met latente of actieve tuberculose
in de voorgeschiedenis, bij wie niet met zekerheid is vast te stellen dat ze adequaat zijn behandeld.
Ondanks tuberculose profylaxe behandeling, zijn er gevallen van gereactiveerde tuberculose geweest
onder patiënten die met adalimumab werden behandeld. Bij sommige patiënten die met succes waren
behandeld voor actieve tuberculose, trad tuberculose opnieuw op tijdens behandeling met adalimumab.
Patiënten dienen het advies te krijgen een arts te raadplegen als tijdens of na de behandeling met
Yuflyma klachten/symptomen optreden die wijzen op een tuberculose-infectie (bijvoorbeeld
aanhoudend hoesten, emaciatie/gewichtsverlies, lichte koorts, lusteloosheid).
Andere opportunistische infecties
Opportunistische infecties, waaronder invasieve schimmelinfecties, zijn waargenomen bij patiënten
die werden behandeld met adalimumab. Deze infecties zijn niet altijd herkend bij patiënten die TNF-
antagonisten gebruikten en dit heeft geresulteerd in vertragingen bij het instellen van de adequate
behandeling, met in sommige gevallen een fatale afloop.
Patiënten die klachten en symptomen ontwikkelen zoals koorts, malaise, gewichtsverlies, zweten,
hoesten, dyspnoe en/of pulmonaire infiltraten of andere ernstige systemische ziekte al dan niet gepaard
gaand met shock, dienen verdacht te worden van een invasieve schimmelinfectie en de toediening van
Yuflyma dient onmiddellijk te worden gestaakt. Bij deze patiënten dient de diagnose te worden gesteld
en toediening van een empirische antischimmeltherapie te worden gestart in overleg met een arts met
expertise op het gebied van de zorg voor patiënten met invasieve schimmelinfecties.
Hepatitis B-reactivering
Reactivering van hepatitis B is opgetreden bij patiënten die behandeld werden met een TNF-antagonist
zoals adalimumab en die chronisch drager zijn van dit virus (d.w.z. oppervlakte-antigeen positief).
Sommige gevallen waren fataal. Patiënten dienen getest te worden op hepatitis B-infectie voordat met
de behandeling met Yuflyma begonnen wordt. Voor patiënten die positief voor hepatitis B-infectie
worden getest, wordt consultatie met een arts met ervaring met de behandeling van hepatitis B
aanbevolen.
Dragers van het hepatitis B-virus die behandeling met Yuflyma nodig hebben dienen zorgvuldig te
worden gemonitord op symptomen van actieve infectie met het hepatitis B-virus gedurende de
behandeling en gedurende verschillende maanden na beëindiging van de behandeling. Er zijn
onvoldoende gegevens beschikbaar over het behandelen van patiënten die drager zijn van het hepatitis
B-virus met antivirale therapie in combinatie met behandeling met TNF-antagonisten om hepatitis B-
virus reactivering te voorkomen. Bij patiënten bij wie reactivering van hepatitis B optreedt, dient
Yuflyma te worden gestopt en dient effectieve antivirale therapie met geschikte ondersteunende
behandeling te worden gestart.
Neurologische complicaties
TNF-antagonisten, waaronder adalimumab, zijn in zeldzame gevallen in verband gebracht met het
ontstaan van of de verergering van klinische symptomen en/of radiografische aanwijzingen voor
demyeliniserende aandoeningen van het centraal zenuwstelsel, waaronder multipele sclerose en
optische neuritis, en perifere demyeliniserende aandoeningen, waaronder het syndroom van Guillain-
Barré. Voorschrijvers dienen voorzichtigheid in acht te nemen wanneer het gebruik van Yuflyma
wordt overwogen bij patiënten met reeds bestaande of recent opgetreden demyeliniserende
aandoeningen van het centrale of perifere zenuwstelsel; stopzetten van het gebruik van Yuflyma dient
overwogen te worden indien een van deze aandoeningen zich ontwikkelt. Er is een bekende associatie
tussen intermediaire uveï en centrale demyeliniserende aandoeningen. Bij patiënten met niet-
tis
infectieuze intermediaire uveï moet een neurologische beoordeling worden uitgevoerd voor de start
tis
van de Yuflyma-behandeling en regelmatig tijdens de behandeling om al bestaande of zich
ontwikkelende centrale demyeliniserende aandoeningen vast te stellen.
13
Allergische reacties
Tijdens klinische onderzoeken traden zelden ernstige allergische reacties geassocieerd met
adalimumab op. Tijdens klinische onderzoeken traden soms niet-ernstige allergische reacties op
adalimumab op. Er zijn meldingen ontvangen van ernstige allergische reacties, waaronder anafylaxie,
na het toedienen van adalimumab. Als er een anafylactische reactie of andere ernstige bijwerking
optreedt, dient de toediening van Yuflyma onmiddellijk te worden gestaakt en dient de gepaste
behandeling te worden geï
nitieerd.
Immunosuppressie
Bij een onderzoek met 64 patiënten met reumatoï artritis die werden behandeld met adalimumab
de
waren er geen aanwijzingen voor onderdrukking van vertraagde hypersensitiviteit, verlaagde
immunoglobulinewaarden of gewijzigde tellingen voor effector-T-, B-, en NK-cellen,
monocyten/macrofagen en neutrofielen.
Maligniteiten en lymfoproliferatieve aandoeningen
In de gecontroleerde delen van de klinische onderzoeken met TNF-antagonisten zijn meer gevallen
van maligniteiten waaronder lymfomen waargenomen in de patiënten die TNF-antagonisten hebben
gekregen vergeleken met de controlepatiënten. Echter, het voorkomen hiervan was zeldzaam. In
postmarketingverband zijn gevallen van leukemie gemeld bij patiënten die behandeld waren met een
TNF-antagonist. Er is een verhoogd achtergrondrisico op lymfomen en leukemie voor reumatoï
de
artritis patiënten met langdurige, zeer actieve, ontstekingsziekte, wat de inschatting van het risico
compliceert. Met de huidige kennis kan een mogelijk risico op de ontwikkeling van lymfomen,
leukemie en andere maligniteiten bij patiënten die behandeld worden met TNF-antagonisten niet
worden uitgesloten.
Maligniteiten, waarvan sommige fataal, zijn in postmarketingverband gemeld bij kinderen,
adolescenten en jongvolwassenen (tot 22 jaar) die werden behandeld met TNF-antagonisten (start van
de behandeling bij een leeftijd ≤ 18 jaar), waaronder adalimumab. Ongeveer de helft van de gevallen
betrof lymfomen. De andere gemelde gevallen betroffen een variëteit van verschillende maligniteiten,
waaronder zeldzame maligniteiten die gewoonlijk in verband worden gebracht met immunosuppressie.
Een risico op het ontwikkelen van maligniteiten bij kinderen en adolescenten die behandeld worden
met TNF-antagonisten kan niet worden uitgesloten.
Er zijn zeldzame postmarketing gevallen vastgesteld van hepatosplenisch T-cellymfoom bij patiënten
die behandeld werden met adalimumab. Dit zeldzame type T-cellymfoom heeft een zeer agressief
ziekteverloop en is gewoonlijk fataal. Enkele van deze hepatosplenische T-cellymfomen tijdens
gebruik van adalimumab deden zich voor bij jonge volwassen patiënten die voor inflammatoire
darmziekte gelijktijdig behandeld werden met azathioprine of 6-mercaptopurine. Het mogelijke risico
van de combinatie van azathioprine of 6-mercaptopurine en Yuflyma moet zorgvuldig worden
overwogen. Het risico van het ontwikkelen van hepatosplenisch T-cellymfoom bij patiënten die
worden behandeld met Yuflyma kan niet worden uitgesloten (zie rubriek 4.8).
Er hebben geen onderzoeken plaatsgevonden waarbij patiënten met een achtergrond van maligniteiten
geï
ncludeerd werden of patiënten bij wie de behandeling met adalimumab werd voortgezet nadat er
zich bij hen een maligniteit had ontwikkeld. Voorzichtigheid is geboden bij de overweging om deze
patiënten met Yuflyma te behandelen (zie rubriek 4.8).
Alle patiënten, maar in het bijzonder patiënten die in het verleden uitgebreid met immunosuppressiva
zijn behandeld en psoriasispatiënten die in het verleden met PUVA behandeld zijn, dienen vóór en
tijdens de behandeling met Yuflyma te worden onderzocht op de aanwezigheid van niet-melanoom
huidkanker. Er zijn ook meldingen van melanoom en Merkelcelcarcinoom bij patiënten die werden
behandeld met TNF-antagonisten waaronder adalimumab (zie rubriek 4.8).
14
In een oriënterend klinisch onderzoek waarin het gebruik van een andere TNF-antagonist, infliximab,
werd geëvalueerd bij patiënten met matig ernstig tot ernstig COPD werden meer maligniteiten,
meestal in de longen of hoofd en nek, gemeld bij patiënten die infliximab gebruikten dan bij
controlepatiënten. Alle patiënten hadden een voorgeschiedenis van zwaar roken. Daarom moet
voorzichtigheid betracht worden bij het voorschrijven van TNF-antagonisten aan COPD-patiënten,
evenals aan patiënten met een verhoogd risico op een maligniteit door zwaar roken.
Op basis van de huidige gegevens is het niet bekend of behandeling met adalimumab het risico op de
ontwikkeling van dysplasie of colonkanker beï
nvloedt. Alle patiënten met colitis ulcerosa die een
verhoogd risico hebben op dysplasie of coloncarcinoom (bijvoorbeeld patiënten met langdurige colitis
ulcerosa of primaire scleroserende cholangitis) of die een voorgeschiedenis hebben van dysplasie of
coloncarcinoom, dienen voorafgaand aan de behandeling en gedurende hun ziekteverloop met
regelmaat te worden onderzocht op dysplasie. Deze controle dient overeenkomstig de lokale
richtlijnen te bestaan uit o.a. colonoscopie en biopten.
Hematologische reacties
Pancytopenie inclusief aplastische anemie is in zeldzame gevallen gemeld bij gebruik van TNF-
antagonisten. Hematologische bijwerkingen, waaronder medisch significante cytopenie (bijv.
trombocytopenie, leukopenie) zijn gemeld in samenhang met adalimumab. Patiënten die Yuflyma
gebruiken dienen geadviseerd te worden onmiddellijk medisch advies te vragen indien zij klachten en
symptomen ontwikkelen die duiden op bloeddyscrasie (bijv. aanhoudende koorts, blauwe plekken,
bloedingen, bleekheid). Stopzetten van het gebruik van Yuflyma dient overwogen te worden bij
patiënten met bewezen significante hematologische afwijkingen.
Vaccinaties
Vergelijkbare antilichaamreacties op de standaard 23-valent pneumokokkenvaccinatie en de influenza
trivalent virusvaccinatie zijn waargenomen in een studie met 226 volwassen personen met reumatoï
de
artritis die behandeld werden met adalimumab of placebo. Er zijn geen gegevens bekend over de
secundaire overdracht van een infectie door levende vaccins bij patiënten die adalimumab gebruiken.
Het wordt aanbevolen om kinderen, indien mogelijk, vóór het starten met de behandeling met
Yuflyma alle vaccinaties toe te dienen in overeenstemming met de van toepassing zijnde
vaccinatierichtlijnen.
Patiënten die Yuflyma gebruiken kunnen gelijktijdig vaccinaties toegediend krijgen, met uitzondering
van levende vaccins. Toediening van levende vaccins (bijvoorbeeld BCG-vaccin) aan zuigelingen die
in utero
aan adalimumab zijn blootgesteld, wordt niet aanbevolen gedurende 5 maanden na de laatste
injectie met adalimumab van de moeder tijdens de zwangerschap.
Congestief hartfalen
In een klinisch onderzoek met een andere TNF-antagonist zijn verslechtering van congestief hartfalen
en verhoogde mortaliteit als gevolg van congestief hartfalen waargenomen. Gevallen van
verslechtering van congestief hartfalen zijn ook gemeld bij met Yuflyma behandelde patiënten. Bij
gebruik van adalimumab bij patiënten met mild hartfalen (NYHA-klasse I/II) is voorzichtigheid
geboden. Yuflyma is contra-geï
ndiceerd bij matig tot ernstig hartfalen (zie rubriek 4.3). De
behandeling met Yuflyma moet worden gestaakt bij patiënten bij wie nieuwe of verergerende
symptomen van congestief hartfalen optreden.
Auto-immuunprocessen
De behandeling met Yuflyma kan leiden tot de vorming van auto-immuunantilichamen. De invloed
van langdurige behandeling met adalimumab op de ontwikkeling van auto-immuun aandoeningen is
onbekend. Als een patiënt na behandeling met Yuflyma symptomen ontwikkelt die wijzen op een
15
lupusachtig syndroom en als deze patiënt positief bevonden wordt voor antilichamen tegen
dubbelstrengs DNA, mag de behandeling met Yuflyma niet langer gegeven worden (zie rubriek 4.8).
Gelijktijdige toediening van biologische DMARD's of TNF-antagonisten
In klinische onderzoeken zijn ernstige infecties gemeld na gelijktijdig gebruik van anakinra en een
andere
TNF-antagonist, etanercept, zonder toegevoegd voordeel vergeleken met etanercept alleen. Gezien de
aard van de bijwerkingen die gevonden zijn met de combinatie van etanercept en anakinra, kan de
combinatie van anakinra met andere TNF-antagonisten in vergelijkbare toxiciteiten resulteren. Daarom
wordt de combinatie van adalimumab en anakinra niet aanbevolen (zie rubriek 4.5).
Gelijktijdige toediening van adalimumab met andere biologische DMARD's (bijv. anakinra en
abatacept) of andere TNF-antagonisten wordt niet aanbevolen vanwege een mogelijk toegenomen
risico van infecties, waaronder ernstige infecties en andere potentiële farmacologische interacties (zie
rubriek 4.5).
Chirurgische ingrepen
Er is beperkt ervaring met de veiligheid van chirurgische procedures bij patiënten die behandeld
worden met adalimumab. Er dient rekening gehouden te worden met de lange halfwaardetijd van
adalimumab als een chirurgische ingreep gepland wordt. Een patiënt die een operatie ondergaat terwijl
hij of zij nog Yuflyma gebruikt moet zorgvuldig worden gecontroleerd op infecties en geschikte acties
dienen ondernomen te worden. Er is beperkt ervaring met de veiligheid bij patiënten die Yuflyma
gebruiken en artroplastiek ondergaan.
Dunnedarmobstructie
Gebrek aan respons op behandeling voor de ziekte van Crohn kan een indicatie zijn voor de
aanwezigheid van een gefixeerde fibrotische vernauwing, waarvoor chirurgische behandeling
noodzakelijk is. Beschikbare gegevens wijzen erop dat adalimumab vernauwingen niet verergert of
veroorzaakt.
Ouderen
De frequentie van ernstige infecties tijdens behandeling met adalimumab was hoger bij patiënten
ouder dan 65 jaar (3,7%) dan bij patiënten jonger dan 65 jaar (1,5%). Enkele hadden een fatale
uitkomst. Bijzondere aandacht voor het risico op infecties dient in acht genomen te worden bij de
behandeling van ouderen.
Pediatrische patiënten
Zie Vaccinaties hierboven.
Hulpstoffen
Dit geneesmiddel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 0,4 ml, dat wil zeggen dat
het in wezen 'natriumvrij' is.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Adalimumab is onderzocht bij patiënten met reumatoï artritis, polyarticulaire juveniele idiopathische
de
artritis en arthritis psoriatica die adalimumab als monotherapie gebruikten en bij patiënten die
gelijktijdig methotrexaat gebruikten. De aanmaak van antilichamen was lager wanneer adalimumab
samen met methotrexaat werd gegeven in vergelijking met de monotherapie. Toediening van
adalimumab zonder methotrexaat resulteerde in een verhoogde aanmaak van antilichamen, een
verhoogde klaring en verminderde werkzaamheid van adalimumab (zie rubriek 5.1).
16
De combinatie van adalimumab en anakinra wordt niet aanbevolen (zie rubriek 4.4 'Gelijktijdige
toediening van biologische DMARD's of TNF-antagonisten').
De combinatie van adalimumab en abatacept wordt niet aanbevolen (zie rubriek 4.4 'Gelijktijdige
toediening van biologische DMARD's of TNF-antagonisten').
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Vrouwen die zwanger kunnen worden
Vrouwen die zwanger kunnen worden dienen te overwegen een betrouwbare anticonceptiemethode te
gebruiken om zwangerschap te voorkomen en het gebruik daarvan gedurende ten minste vijf maanden
na de laatste Yuflyma-behandeling voort te zetten.
Zwangerschap
Prospectief verzamelde gegevens van een groot aantal (ongeveer 2100) aan adalimumab blootgestelde
zwangerschappen die leidden tot een levende geboorte met bekende uitkomsten, waaronder meer dan
1500 die in het eerste trimester waren blootgesteld, wijzen niet op een toename van het aantal
misvormingen bij de pasgeborene.
In een prospectief cohortregister waren 257 vrouwen geï
ncludeerd met reumatoï artritis (RA) of de
de
ziekte van Crohn (CD) die tenminste tijdens het eerste trimester met adalimumab waren behandeld, en
120 vrouwen met RA of CD die niet met adalimumab waren behandeld. Het primaire eindpunt was de
prevalentie van ernstige geboorteafwijkingen. Het percentage zwangerschappen dat eindigde met de
geboorte van minstens één levend geboren kind met een ernstige geboorteafwijking was 6/69 (8,7%)
bij de met adalimumab behandelde vrouwen met RA en 5/74 (6,8%) bij de onbehandelde vrouwen met
RA (niet-gecorrigeerde OR 1,31; 95% CI 0,38-4,52) en 16/152 (10,5%) bij de met adalimumab
behandelde vrouwen met CD en 3/32 (9,4%) bij de onbehandelde vrouwen met CD (niet-
gecorrigeerde OR 1,14; 95% CI 0,31-4,16). De gecorrigeerde OR (rekening houdend met verschillen
in baselinekarakteristieken) was 1,10 (95% CI 0,45-2,73) met RA en CD gecombineerd. Er waren
geen duidelijke verschillen tussen de met adalimumab behandelde vrouwen en de onbehandelde
vrouwen voor de secundaire eindpunten spontane abortussen, geringe geboorteafwijkingen,
vroeggeboortes, lengte van de baby bij de geboorte en ernstige of opportunistische infecties. Er
werden geen doodgeboortes of maligniteiten gemeld. De interpretatie van de gegevens kan zijn
beï
nvloed door methodologische beperkingen van de studie, waaronder de geringe steekproefgrootte
en niet-gerandomiseerde opzet.
Bij een onderzoek naar de ontwikkelingstoxiciteit bij apen waren er geen aanwijzingen voor toxiciteit
voor de moeder, embryotoxiciteit of teratogeniciteit. Er zijn geen preklinische gegevens beschikbaar
over de postnatale toxiciteit van adalimumab (zie rubriek 5.3).
Doordat adalimumab remmend werkt op TNFα, kan toediening van het middel tijdens de
zwangerschap invloed hebben op de normale immuunresponsen bij de pasgeborene. Adalimumab mag
alleen tijdens de zwangerschap worden gebruikt als daar een duidelijke noodzaak toe bestaat.
Adalimumab kan de placenta passeren naar het serum van kinderen van vrouwen die tijdens hun
zwangerschap met adalimumab worden behandeld. Als gevolg hiervan kunnen deze kinderen een
verhoogd risico lopen op infectie. Toediening van levende vaccins (bijvoorbeeld BCG-vaccin) aan
zuigelingen die
in utero
aan adalimumab zijn blootgesteld, wordt niet aanbevolen gedurende 5
maanden na de laatste injectie met adalimumab van de moeder tijdens de zwangerschap.
Borstvoeding
Beperkte gegevens uit de gepubliceerde literatuur wijzen erop dat adalimumab in zeer lage
concentraties in de moedermelk wordt uitgescheiden: de concentratie adalimumab in moedermelk is
17
0,1% tot 1% van de serumconcentratie van de moeder. Oraal toegediende immunoglobuline G-
eiwitten ondergaan intestinale proteolyse en hebben een beperkte biologische beschikbaarheid. Er
worden geen effecten verwacht voor met moedermelk gevoede pasgeborenen/zuigelingen. Yuflyma
kan dan ook tijdens borstvoeding worden gebruikt.
Vruchtbaarheid
Er zijn geen preklinische gegevens beschikbaar met betrekking tot de invloed van adalimumab op de
vruchtbaarheid.
4.7
Beï
nvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Yuflyma kan geringe invloed hebben op de rijvaardigheid en op het vermogen om machines te
bedienen. Na toediening van Yuflyma kunnen vertigo en verslechtering van het gezichtsvermogen
optreden (zie rubriek 4.8).
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Adalimumab is tot 60 maanden of langer onderzocht bij 9.506 patiënten in de belangrijkste
gecontroleerde en open label onderzoeken. Bij deze onderzoeken waren patiënten betrokken met kort
bestaande en langer bestaande reumatoï artritis, met juveniele idiopathische artritis (polyarticulaire
de
juveniele idiopathische artritis en enthesitis-gerelateerde artritis) en met axiale spondylartritis
(spondylitis ankylopoetica en axiale spondylartritis zonder röntgenologisch bewijs van AS), arthritis
psoriatica, de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa, psoriasis, hidradenitis suppurativa en uveï In de
tis.
belangrijkste gecontroleerde onderzoeken kregen 6.089 patiënten adalimumab en 3.801 patiënten een
placebo of active-comparator tijdens de gecontroleerde periode.
Het deel van de patiënten dat de behandeling staakte omwille van bijwerkingen tijdens het
dubbelblinde gecontroleerde deel van de belangrijkste onderzoeken bedroeg 5,9% voor de patiënten
die adalimumab gebruikten en 5,4% voor met controle behandelde patiënten.
De meest gemelde bijwerkingen zijn infecties (zoals nasofaryngitis, infectie van de bovenste
luchtwegen en sinusitis), reacties op de injectieplaats (erytheem, jeuk, bloeding, pijn of zwelling),
hoofdpijn en skeletspierpijn.
Voor adalimumab zijn meldingen van ernstige bijwerkingen gedaan. TNF-antagonisten zoals
adalimumab hebben een effect op het immuunsysteem en het gebruik ervan kan de afweer van het
lichaam tegen infecties en kanker beï
nvloeden.
Fatale en levensbedreigende infecties (waaronder sepsis, opportunistische infecties en TB), HBV-
reactivatie en verscheidene maligniteiten (waaronder leukemie, lymfomen en HSTCL) zijn ook
gemeld bij gebruik van adalimumab.
Ook zijn meldingen gedaan van ernstige hematologische, neurologische en auto-immuunreacties. Deze
omvatten zeldzame gevallen van pancytopenie, aplastische anemie, centrale en perifere
demyeliniserende aandoeningen en meldingen van lupus, lupus-gerelateerde aandoeningen en Stevens-
Johnson-syndroom.
Pediatrische patiënten
In het algemeen waren de bijwerkingen bij kinderen qua frequentie en type vergelijkbaar met de bij
volwassen patiënten waargenomen bijwerkingen.
18
Getabelleerde lijst van bijwerkingen
De vermelde lijst met bijwerkingen is gebaseerd op ervaring uit klinische studies en op
postmarketingervaring en is weergegeven per systeem/orgaanklasse en frequentie in tabel 7 hieronder:
zeer vaak (≥ 1/10), vaak (≥ 1/100 tot < 1/10), soms (≥ 1/1.000 tot < 1/100), zelden (≥ 1/10.000 tot
< 1/1.000) en niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald). Binnen iedere
frequentiegroep worden bijwerkingen gerangschikt naar afnemende ernst. De hoogste frequentie die
werd waargenomen bij de verschillende indicaties is opgenomen. Een asterisk (*) in de kolom
'Systeem/orgaanklasse' betekent dat aanvullende informatie elders in rubriek 4.3, 4.4 en 4.8 gevonden
kan worden.
Tabel 7. Bijwerkingen
Systeem-/orgaanklasse
Infecties en parasitaire
aandoeningen*
Frequentie
zeer vaak
Bijwerking
luchtweginfecties (waaronder lagere en hogere
luchtweginfecties, pneumonie, sinusitis,
faryngitis, nasofaryngitis en virale herpes
pneumonie)
systemische infecties (waaronder sepsis,
candidiasis en influenza),
intestinale infecties (waaronder virale gastro-
enteritis),
huid- en onderhuidinfecties (waaronder
paronychia, cellulitis, impetigo, fasciitis
necroticans en herpes zoster),
oorontstekingen,
orale infecties (waaronder herpes simplex, orale
herpes en tandinfecties),
genitale infecties (waaronder vulvovaginale
schimmelinfectie),
urineweginfecties (waaronder pyelonefritis),
schimmelinfecties,
gewrichtsinfecties
neurologische infecties (waaronder virale
meningitis),
opportunistische infecties en tuberculose
(waaronder coccidioï
domycose, histoplasmose
en MAC-infectie (Mycobacterium avium
complex)),
bacteriële infecties,
ooginfecties,
diverticulitis
1)
huidkanker met uitzondering van melanoom
(waaronder basaalcelcarcinoom en
epitheelcelcarcinoom),
benigne neoplasma
lymfoom**,
solide tumoren (waaronder borstkanker,
longkanker en schildklierkanker),
melanoom**
vaak
soms
Neoplasmata, benigne, maligne vaak
en niet-gespecificeerd
(inclusief cysten en poliepen)*
soms
19
Systeem-/orgaanklasse
Frequentie
zelden
niet bekend
leukemie
1)
Bijwerking
hepatosplenisch T-cel lymfoom
1)
,
Merkelcelcarcinoom (neuro-endocrien
carcinoom van de huid)
1)
,
Kaposi-sarcoom
leukopenie (waaronder neutropenie en
agranulocytose),
anemie
leukocytose,
trombocytopenie
idiopathische trombocytopenische purpura
pancytopenie
hypersensitiviteit,
allergieën (waaronder hooikoorts)
sarcoï
dose
1)
,
vasculitis
anafylaxe
1)
verhoogde lipiden
hypokaliëmie,
verhoogd urinezuur,
afwijkend bloednatrium,
hypocalciëmie,
hyperglykemie,
hypofosfatemie,
dehydratie
stemmingswisselingen (waaronder depressie),
angst,
slapeloosheid
Hoofdpijn
paresthesieën (waaronder hypo-esthesie),
migraine,
zenuwwortelcompressie
cerebrovasculair accident
1)
,
tremor,
neuropathie
multipele sclerose,
demyeliniserende aandoeningen (bijv. optische
neuritis, Guillain-Barré-syndroom)
1)
Bloed- en
lymfestelselaandoeningen*
zeer vaak
vaak
soms
zelden
Immuunsysteemaandoeningen* vaak
soms
zelden
Voedings- en
stofwisselingsstoornissen
zeer vaak
vaak
Psychische stoornissen
vaak
Zenuwstelselaandoeningen*
zeer vaak
vaak
soms
zelden
20
Systeem-/orgaanklasse
Oogaandoeningen
Frequentie
vaak
Bijwerking
visusstoornis,
conjunctivitis,
blefaritis,
zwelling van het oog
dubbelzien
vertigo
doofheid,
tinnitus
tachycardie
myocardinfarct
1)
,
aritmieën
congestief hartfalen
hartstilstand
hypertensie,
blozen,
hematoom
aneurysma aortae,
bloedvatafsluiting,
tromboflebitis
astma,
dyspneu,
hoesten
longembolie
1)
,
interstitiële longaandoening,
COPD (chronic obstructive pulmonary disease),
pneumonitis,
pleurale effusie
1)
longfibrose
1)
,
buikpijn,
misselijkheid en braken
maag-darmbloeding,
dyspepsie,
refluxoesofagitis,
siccasyndroom
pancreatitis,
slikklachten,
zwelling van het gezicht
intestinale perforatie
1)
soms
Evenwichtsorgaan- en
ooraandoeningen
vaak
soms
Hartaandoeningen*
vaak
soms
zelden
Bloedvataandoeningen
vaak
soms
Ademhalingsstelsel-, borstkas- vaak
en mediastinumaandoeningen*
soms
zelden
Maagdarmstelselaandoeningen zeer vaak
vaak
soms
zelden
21
Systeem-/orgaanklasse
Lever- en galaandoeningen*
Frequentie
zeer vaak
Bijwerking
verhoogde leverenzymen
soms
cholecystitis en cholelithiasis,
hepatische steatose,
verhoogd bilirubine
Hepatitis,
reactivering van hepatitis B
1)
,
auto-immuun hepatitis
1)
,
leverfalen
1)
uitslag (waaronder schilferende uitslag)
verergering of het ontstaan van psoriasis
(inclusief psoriasis pustulosa palmoplantaris)
1)
,
urticaria,
blauwe plekken (waaronder purpura),
dermatitis (waaronder eczeem),
breken van de nagels,
overmatig zweten,
alopecia
1)
,
pruritus
nachtzweten,
litteken
erythema multiforme
1)
,
Stevens-Johnson-syndroom
1)
angioedeem
1)
,
cutane vasculitis
1)
,
lichenoï huidreactie
1)
de
verergering van symptomen van
dermatomyositis
1)
skeletspierpijn
spierspasmen (waaronder verhoging van de
hoeveelheid creatinefosfokinase in het bloed)
rabdomyolyse,
systemische lupus erythematodes
lupus-achtig syndroom
1)
nierfunctiestoornissen,
hematurie
nycturie
erectiestoornissen
zelden
niet bekend
Huid- en
onderhuidaandoeningen
zeer vaak
vaak
soms
zelden
niet bekend
Skeletspierstelsel- en
bindweefselaandoeningen
zeer vaak
vaak
soms
zelden
Nier- en
urinewegaandoeningen
vaak
soms
Voortplantingsstelsel- en
borstaandoeningen
soms
22
Systeem-/orgaanklasse
Algemene aandoeningen en
toedieningsplaatsstoornissen*
Frequentie
zeer vaak
Bijwerking
reacties op de injectieplaats (waaronder erytheem
op de injectieplaats)
pijn op de borst,
oedeem,
koorts
1)
ontsteking
stollings- en bloedingsstoornissen (waaronder
verlengde geactiveerde partiële
tromboplastinetijd),
positieve test op autoantilichamen (waaronder
antilichamen tegen dubbelstrengs DNA),
verhoogd lactaatdehydrogenase in het bloed
Gewichtstoename
2)
vertraagd herstel
vaak
soms
Onderzoeken*
vaak
niet bekend
Letsels, intoxicaties en
verrichtingscomplicaties
vaak
* nadere informatie is elders te vinden, in de rubrieken 4.3, 4.4 en 4.8
** inclusief aanvullende open label onderzoeken
1)
inclusief spontane meldingen
2)
De gemiddelde gewichtsverandering vanaf baseline voor adalimumab varieerde van 0,3 kg tot 1,0 kg
voor de verschillende indicaties voor volwassenen ten opzichte van (minus) -0,4 kg tot 0,4 kg voor
placebo gedurende een behandelperiode van 4-6 maanden. Er werd ook een gewichtstoename van 5-
6 kg waargenomen in langlopende verlengingsonderzoeken met een gemiddelde blootstelling van
ongeveer 1-2 jaar zonder controlegroep, met name bij patiënten met ziekte van Crohn en colitis
ulcerosa. Het mechanisme achter dit effect is onduidelijk, maar zou verband kunnen houden met het
ontstekingsremmende effect van adalimumab.
Hidradenitis suppurativa
Het veiligheidsprofiel voor patiënten met HS die eenmaal per twee weken met adalimumab werden
behandeld, kwam overeen met het reeds bekende veiligheidsprofiel van adalimumab.
Uveï
tis
Het veiligheidsprofiel voor patiënten met uveï die eenmaal per twee weken met adalimumab werden
tis
behandeld, kwam overeen met het reeds bekende veiligheidsprofiel van adalimumab.
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Reacties op de injectieplaats
In de belangrijkste gecontroleerde onderzoeken bij volwassenen en kinderen traden bij 12,9% van de
met adalimumab behandelde patiënten reacties op de injectieplaats op (erytheem en/of jeuk, bloeding,
pijn of zwelling), in vergelijking met 7,2% van de patiënten die placebo of actieve-control kregen.
Reacties op de injectieplaats noodzaakten doorgaans niet tot staken van het geneesmiddel.
Infecties
In de belangrijkste gecontroleerde onderzoeken bij volwassenen en kinderen bedroeg het
incidentiecijfer voor infectie 1,51 per patiëntjaar bij de met adalimumab behandelde patiënten en 1,46
23
per patiëntjaar bij de met placebo en actieve-control behandelde patiënten. De infecties bestonden
hoofdzakelijk uit nasofaryngitis, bovenste luchtweginfecties en sinusitis. De meeste patiënten bleven
op adalimumab na het verdwijnen van de infectie.
De incidentie van ernstige infecties bedroeg 0,04 per patiëntjaar bij met adalimumab behandelde
patiënten en 0,03 per patiëntjaar bij met placebo en actieve-control behandelde patiënten.
In gecontroleerde en open label-onderzoeken bij volwassenen en kinderen met adalimumab zijn
ernstige infecties (waaronder fatale infecties, die zelden voorkwamen) gemeld, waaronder tuberculose
(inclusief miliair en extrapulmonale locaties) en invasieve opportunistische infecties (o.a.
gedissemineerde of extrapulmonaire histoplasmose, blastomycose, coccidioï
domycose,
pneumocystose, candidiasis, aspergillose en listeriose). De meeste gevallen van tuberculose traden op
in de eerste acht maanden na het starten van de therapie en kan duiden op een recidief van een latente
ziekte.
Maligniteiten en lymfoproliferatieve aandoeningen
Er zijn geen maligniteiten waargenomen bij 249 pediatrische patiënten met een blootstelling van 655,6
patiëntjaren tijdens onderzoeken met adalimumab bij patiënten met juveniele idiopathische artritis
(polyarticulaire juveniele idiopathische artritis en enthesitis-gerelateerde artritis). Daarnaast zijn er
geen maligniteiten waargenomen bij 192 kinderen met een blootstelling van 498,1 patiëntjaren tijdens
onderzoeken met adalimumab in kinderen met de ziekte van Crohn. Er zijn geen maligniteiten
waargenomen bij 77 pediatrische patiënten met een blootstelling van 80,0 patiëntjaren tijdens een
onderzoek met adalimumab bij pediatrische patiënten met chronische plaque psoriasis. Er zijn geen
maligniteiten waargenomen bij 93 pediatrische patiënten met een blootstelling van 65,3 patiëntjaren
tijdens een adalimumab-onderzoek bij pediatrische patiënten met colitis ulcerosa. Er zijn geen
maligniteiten waargenomen bij 60 pediatrische patiënten met een blootstelling van 58,4 patiëntjaren,
tijdens een onderzoek met adalimumab bij pediatrische patiënten met uveï
tis.
Tijdens de gecontroleerde gedeelten van belangrijke adalimumab onderzoeken bij volwassenen die ten
minste 12 weken duurden bij patiënten met matig ernstige tot ernstige actieve reumatoï artritis,
de
spondylitis ankylopoetica, axiale spondylartritis zonder röntgenologisch bewijs van AS, arthritis
psoriatica, psoriasis, hidradenitis suppurativa, de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa en uveï werden
tis
maligniteiten, anders dan lymfomen en niet-melanoom huidkanker, geobserveerd met een incidentie
(95% betrouwbaarheidsinterval) van 6,8 (4,4; 10,5) per 1.000 patiëntjaren bij 5.291 met adalimumab
behandelde patiënten
versus
een incidentie van 6,3 (3,4; 11,8) per 1.000 patiëntjaren bij 3.444
controlepatiënten (gemiddelde behandelingsduur was 4,0 maanden voor adalimumab en 3,8 maanden
voor de controlepatiënten). De incidentie (95% betrouwbaarheidsinterval) van niet-melanoom
huidcarcinomen was 8,8 (6,0; 13,0) per 1.000 patiëntjaren bij de met adalimumab behandelde
patiënten en 3,2 (1,3; 7,6) per 1.000 patiëntjaren bij de controlepatiënten. Van deze huidcarcinomen,
bedroeg de incidentie (95% betrouwbaarheidsinterval) van plaveiselcelcarcinoom 2,7 (1,4; 5,4) per
1.000 patiëntjaren bij met adalimumab behandelde patiënten en 0,6 (0,1; 4,5) per 1.000 patiëntjaren bij
de controlepatiënten. De incidentie (95% betrouwbaarheidsinterval) van lymfomen bedroeg 0,7 (0,2;
2,7) per 1.000 patiëntjaren bij met adalimumab behandelde patiënten en 0,6 (0,1; 4,5) per 1.000
patiëntjaren bij de controlepatiënten.
Bij het combineren van de gecontroleerde gedeelten van deze onderzoeken en de lopende en afgeronde
open label extensieonderzoeken met een gemiddelde duur van ongeveer 3,3 jaar waarin 6.427
patiënten geï
ncludeerd waren en meer dan 26.439 patiëntjaren van therapie, is het waargenomen aantal
maligniteiten, anders dan lymfomen en niet-melanoom huidcarcinomen ongeveer 8,5 per 1.000
patiëntjaren. De geobserveerde incidentie van niet-melanoom huidcarcinomen bedraagt ongeveer 9,6
per 1.000 patiëntjaren en voor lymfomen ongeveer 1,3 per 1.000 patiëntjaren.
Tijdens postmarketing-ervaringen van januari 2003 tot december 2010, voornamelijk bij patiënten met
reumatoï artritis, was de incidentie van maligniteiten ongeveer 2,7 per 1.000 patiëntbehandeljaren.
de
De gerapporteerde incidenties van niet-melanoom huidcarcinomen en lymfomen waren respectievelijk
ongeveer 0,2 en 0,3 per 1.000 patiëntbehandeljaren (zie rubriek 4.4).
24
Zeldzame postmarketing gevallen van hepatosplenisch T-cellymfoom zijn gerapporteerd bij patiënten
die behandeld werden met adalimumab (zie rubriek 4.4).
Autoantilichamen
Op verschillende tijdstippen tijdens de reumatoï artritis onderzoeken I-V werden serummonsters van
de
de patiënten getest op autoantilichamen. In deze onderzoeken werden voor 11,9% van de met
adalimumab behandelde patiënten en 8,1% van de met placebo en actieve-control behandelde
patiënten die aan het begin van het onderzoek negatieve antinucleaire-antilichaamtiters hadden,
positieve titers gemeld in week 24. Twee van de 3.441 met adalimumab behandelde patiënten in alle
reumatoï artritis en arthritis psoriatica onderzoeken vertoonden klinische symptomen die wezen op
de
recent opgetreden lupusachtig syndroom. De patiënten vertoonden verbetering na het staken van de
behandeling. Er waren geen patiënten bij wie lupus nefritis of symptomen van het centrale
zenuwstelsel optraden.
Lever- en galaandoeningen
In de gecontroleerde fase 3 klinische onderzoeken met adalimumab bij patiënten met reumatoï
de
artritis en arthritis psoriatica met een controleperiode met een duur variërend van 4 tot 104 weken,
kwamen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij 3,7% van de patiënten die werden behandeld met
adalimumab en bij 1,6% van de patiënten in de controle-arm.
In de gecontroleerde fase 3 klinische onderzoeken met adalimumab bij patiënten met polyarticulaire
juveniele idiopathische artritis in de leeftijd van 4 tot en met 17 jaar en enthesitis-gerelateerde artritis
in de leeftijd van 6 tot en met 17 jaar, kwamen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij 6,1% van
de patiënten die werden behandeld met adalimumab en bij 1,3% van de patiënten in de controle-arm.
De meeste ALAT-verhogingen kwamen voor tijdens gelijktijdig gebruik van methotrexaat. In het fase
3 klinische onderzoek kwamen geen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij patiënten met
polyarticulaire juveniele idiopathische artritis in de leeftijd van 2 tot 4 jaar.
In de gecontroleerde fase 3 klinische onderzoeken met adalimumab bij patiënten met de ziekte van
Crohn en colitis ulcerosa waarbij de controleperiode varieerde van 4 tot 52 weken, kwamen ALAT-
verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij 0,9% van de patiënten die werden behandeld met adalimumab en
bij 0,9% van de patiënten in de controle-arm.
In het fase 3 onderzoek met adalimumab werden bij patiënten met juveniele ziekte van Crohn de
werkzaamheid en veiligheid tot 52 weken behandeling beoordeeld van twee op lichaamsgewicht
aangepaste onderhoudsdoseringregimes na een op lichaamsgewicht aangepaste inductietherapie.
Hierbij kwamen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij 2,6% (5/192) van de patiënten van wie er
4 in de uitgangssituatie gelijktijdig immunosuppressiva toegediend kregen.
In de gecontroleerde fase 3 klinische onderzoeken met adalimumab bij patiënten met plaque psoriasis
waarbij de controleperiode varieerde van 12 tot 24 weken, kwamen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x
ULN voor bij 1,8% van de patiënten die werden behandeld met adalimumab en bij 1,8% van de
patiënten in de controle-arm.
Er kwamen geen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x ULN voor in het fase 3 onderzoek met adalimumab bij
pediatrische patiënten met plaque psoriasis.
In gecontroleerde onderzoeken met adalimumab (aanvangsdoses van 160 mg in week 0 en 80 mg in
week 2, gevolgd door 40 mg eenmaal per week vanaf week 4) bij patiënten met hidradenitis
suppurativa met een controleperiode die in duur varieerde van 12 tot 16 weken, kwamen ALAT-
verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij 0,3% van de patiënten die werden behandeld met adalimumab en
bij 0,6% van de patiënten in de controle-arm.
25
In gecontroleerde onderzoeken met adalimumab (aanvangsdoses van 80 mg in week 0, gevolgd door
40 mg eenmaal per twee weken vanaf week 1) bij volwassen patiënten met uveï tot 80 weken met
tis
een mediane blootstelling van 166,5 dagen en 105,0 dagen bij respectievelijk patiënten die werden
behandeld met adalimumab en patiënten in de controle-arm kwamen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x
ULN voor bij 2,4% van de patiënten die werden behandeld met adalimumab en bij 2,4% van de
patiënten in de controle-arm.
In het gecontroleerde fase 3-onderzoek van adalimumab bij patiënten met juveniele colitis ulcerosa
(N = 93) waarin de werkzaamheid en veiligheid werden beoordeeld van een onderhoudsdosering van
0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken (N = 31) en een onderhoudsdosering van 0,6
mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per week (N = 32), volgend op een voor lichaamsgewicht
gecorrigeerde inductiedosering van 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en week 1 en 1,2 mg/kg
(maximaal 80 mg) in week 2 (N = 63), of een inductiedosering van 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in
week 0, placebo in week 1 en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2 (N = 30), kwamen ALT-
verhogingen van ≥ 3 x ULN kwamen bij 1,1% (1/93) van de patiënten.
Bij de klinische onderzoeken van alle indicaties waren patiënten met een verhoogd ALAT klachtenvrij
en in de meeste gevallen waren de verhogingen voorbijgaand van aard en verdwenen gedurende de
voortzetting van de behandeling. Er zijn echter ook postmarketingmeldingen van leverfalen, evenals
minder ernstige leveraandoeningen die kunnen voorafgaan aan leverfalen, zoals hepatitis waaronder
auto-immuun hepatitis bij patiënten die adalimumab kregen.
Gelijktijdige behandeling met azathioprine/6-mercaptopurine
Tijdens onderzoeken bij volwassenen met de ziekte van Crohn werden hogere incidenties van maligne
en ernstige infectiegerelateerde bijwerkingen gezien bij de combinatie van adalimumab en
azathioprine/6-mercaptopurine in vergelijking met alleen adalimumab.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
Er werd geen dosisbeperkende toxiciteit waargenomen tijdens klinische onderzoeken. De hoogste
geëvalueerde dosering bestond uit verschillende intraveneuze doses van 10 mg/kg, hetgeen ongeveer
overeenkomt met 15 maal de aanbevolen dosis.
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Immunosuppressieve middelen, Tumornecrosefactor-alfa (TNF-α)
remmers. ATC-code: L04AB04
Yuflyma is een biosimilar. Gedetailleerde informatie is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
Werkingsmechanisme
Adalimumab bindt specifiek aan TNF en neutraliseert de biologische werking van TNF door de
interactie van TNF met de p55- en p75-TNF-receptoren op het oppervlak van cellen te blokkeren.
26
Adalimumab moduleert ook de biologische respons die wordt geï
nduceerd of gereguleerd door TNF,
waaronder wijzigingen in de concentraties van adhesiemoleculen die verantwoordelijk zijn voor
leukocytenmigratie (ELAM-1, VCAM-1 en ICAM-1 met een IC50 van 0,1-0,2 nM).
Farmacodynamische effecten
Na behandeling met adalimumab werd er een snelle daling ten opzichte van baseline vastgesteld van
de concentraties van de bij ontsteking optredende acutefase-eiwitten (C-reactief proteï (CRP)) en de
ne
sedimentatiesnelheid van de erytrocyten (ESR: erythrocyte sedimentation rate) en serumcytokinen (IL-
6) bij patiënten met reumatoï artritis. De serumwaarden van matrixmetalloproteï
de
nases (MMP-1 en
MMP-3), die voor de remodellering van het weefsel zorgen wat leidt tot kraakbeendestructie, waren
eveneens verlaagd na toediening van adalimumab. Met adalimumab behandelde patiënten vertonen
gewoonlijk een verbetering van de hematologische tekenen van chronische ontsteking.
Een snelle afname van de CRP-spiegels werd ook waargenomen bij patiënten met polyarticulaire
juveniele idiopathische artritis, de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa en hidradenitis suppurativa na
behandeling met adalimumab. Bij patiënten met de ziekte van Crohn werd een afname van het aantal
cellen dat ontstekingsmarkers in de dikke darm tot expressie brengt waargenomen, waaronder een
significante afname van de expressie van TNFα. Endoscopische onderzoeken van darmslijmvlies
hebben mucosale genezing aangetoond bij patiënten die met adalimumab worden behandeld.
Klinische werkzaamheid en veiligheid
Reumatoï artritis
de
Adalimumab is geëvalueerd bij meer dan 3000 patiënten in alle klinische onderzoeken naar
reumatoï artritis. De werkzaamheid en veiligheid van adalimumab werden beoordeeld in vijf
de
gerandomiseerde, dubbelblinde en goed gecontroleerde onderzoeken. Sommige patiënten werden tot
maximaal 120 maanden behandeld. Pijn op de injectieplaats met adalimumab 40 mg/0,4 ml werd
beoordeeld in twee gerandomiseerde, enkelblinde, uit twee periodes bestaande cross-overonderzoeken
met actief controlemiddel.
In RA-onderzoek I werden 271 patiënten met matig tot ernstig actieve reumatoï artritis geëvalueerd
de
die ≥18 jaar oud waren, bij wie ten minste één behandeling met ziektemodificerende antireumatische
geneesmiddelen niet geslaagd was en bij wie methotrexaat in wekelijkse doseringen van 12,5 tot 25
mg (10 mg indien intolerant voor methotrexaat) onvoldoende werkzaamheid vertoonde en bij wie de
methotrexaatdosering constant bleef op eenmaal per week 10 tot 25 mg. Er werd gedurende 24 weken
eenmaal per twee weken een dosis van 20, 40 of 80 mg adalimumab of placebo gegeven.
In RA-onderzoek II werden 544 patiënten geëvalueerd met matig tot ernstig actieve reumatoï artritis
de
die ≥18 jaar oud waren en bij wie ten minste één behandeling met ziektemodificerende
antireumatische geneesmiddelen niet geslaagd was. Doses van 20 of 40 mg adalimumab werden
gedurende 26 weken eenmaal per week, of eenmaal per twee weken, met de andere weken placebo,
toegediend door subcutane injectie; placebo werd gedurende dezelfde periode eenmaal per week
gegeven. Andere ziektemodificerende antireumatische geneesmiddelen waren niet toegestaan.
In RA-onderzoek III werden 619 patiënten met matig tot ernstig actieve reumatoï artritis
de
geëvalueerd die ≥ 18 jaar oud waren en een onvoldoende respons vertoonden op doseringen van 12,5
tot 25 mg methotrexaat of intolerant waren voor eenmaal per week 10 mg methotrexaat. In dit
onderzoek waren er drie groepen. De eerste kreeg gedurende 52 weken eenmaal per week injectie met
placebo. De tweede kreeg gedurende 52 weken eenmaal per week 20 mg adalimumab. De derde groep
kreeg eenmaal per twee weken 40 mg adalimumab en de andere week een placebo-injectie. Na
voltooiing van de eerste 52 weken werden 457 patiënten opgenomen in een open–label extensiefase
waarin 40 mg adalimumab/MTX eenmaal per twee weken werd toegediend tot maximaal 10 jaar.
In RA-onderzoek IV werd in de eerste plaats de veiligheid geëvalueerd bij 636 patiënten van ≥ 18 jaar
met matig tot ernstig actieve reumatoï artritis. De patiënten hadden ofwel nog geen antireumatische
de
27
middelen gebruikt, ofwel konden hun bestaande antireumaticum blijven gebruiken op voorwaarde dat
de behandeling gedurende minimaal 28 dagen stabiel bleef. Deze behandelingen omvatten
methotrexaat, leflunomide, hydroxychloroquine, sulfasalazine en/of goudzouten. De patiënten werden
gerandomiseerd naar eenmaal per twee weken 40 mg adalimumab of placebo gedurende een periode
van 24 weken.
In RA-onderzoek V werden 799 methotrexaat-naï volwassen patiënten met matig tot ernstig
eve
actieve kort bestaande reumatoï artritis (gemiddelde ziekteduur minder dan 9 maanden)
de
geëvalueerd. Deze studie evalueerde de werkzaamheid van de combinatietherapie met adalimumab 40
mg eenmaal per twee weken/methotrexaat, monotherapie met adalimumab 40 mg eenmaal per twee
weken en monotherapie met methotrexaat voor vermindering van de klachten en symptomen en
progressie van gewrichtsschade bij reumatoï artritis gedurende 104 weken. Na voltooiing van de
de
eerste 104 weken werden 497 patiënten opgenomen in een open–label extensiefase waarin 40 mg
adalimumab eenmaal per twee weken werd toegediend tot 10 jaar.
In RA-onderzoeken VI en VII werden elk 60 patiënten geëvalueerd met matig tot ernstig actieve
reumatoïde artritis van ≥ 18 jaar. Deelnemende patiënten waren huidige gebruikers van adalimumab
40 mg/0,8 ml die de gemiddelde pijn op de injectieplaats beoordeelden met minstens 3 cm (op een 0-
10 cm VAS) of biological-naï patiënten die startten met adalimumab 40 mg/0,8 ml. Patiënten
eve
werden gerandomiseerd naar het ontvangen van een enkele dosis adalimumab 40 mg/0,8 ml of
adalimumab 40 mg/0,4 ml, gevolgd door een enkele injectie met de tegengestelde behandeling bij de
volgende dosis.
Het primaire eindpunt bij RA-onderzoeken I, II en III en het secondaire eindpunt bij RA-onderzoek IV
was het percentage patiënten die een ACR20-respons bereikten in week 24 of 26. Het primaire
eindpunt bij RA-onderzoek V was het percentage patiënten die een ACR50-respons bereikten in
week 52. RA-onderzoeken III en V hadden een aanvullend primair eindpunt na 52 weken, namelijk
vertraging van de ziekteprogressie (zoals waargenomen aan de hand van röntgenresultaten). RA-
onderzoek III had ook een primair eindpunt met betrekking tot veranderingen in de kwaliteit van
leven. Het primaire eindpunt bij RA-onderzoeken VI en VII was pijn op de injectieplaats onmiddellijk
na de injectie, zoals gemeten aan de hand van een VAS-score van 0–10 cm.
ACR-respons
Het percentage met adalimumab behandelde patiënten die een ACR20/50/70-respons bereikten was
consistent bij RA-onderzoeken I, II en III. De resultaten voor de dosis van 40 mg eenmaal per twee
weken zijn samengevat in tabel 8.
Tabel 8.
ACR-responsen bij placebogecontroleerde onderzoeken
(percentage patiënten)
RA-onderzoek I
a
**
RA-onderzoek II
a
**
RA-onderzoek III
a
**
Placebo/ Adalimumab
b
/ Placebo Adalimumab
b
Placebo/ Adalimumab
b
/
MTX
c
MTX
c
n = 110
n = 113
MTX
c
MTX
c
n = 60
n = 63
n = 200
n = 207
Respons
ACR 20
6 maanden
13,3%
65,1%
19,1%
46,0%
29,5%
63,3%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
24,0%
58,9%
ACR 50
6 maanden
6,7%
52,4%
8,2%
22,1%
9,5%
39,1%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
9,5%
41,5%
ACR 70
6 maanden
3,3%
23,8%
1,8%
12,4%
2,5%
20,8%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
4,5%
23,2%
a
RA-onderzoek I bij 24 weken, RA-onderzoek II bij 26 weken en RA-onderzoek III bij 24 en
52 weken
28
b
c
40 mg adalimumab, eenmaal per twee weken toegediend
MTX = methotrexaat
** p < 0,01, adalimumab
versus
placebo
In RA-onderzoeken I-IV vertoonden alle afzonderlijke componenten van de ACR-responscriteria
(aantal pijnlijke en gezwollen gewrichten, beoordeling door arts en patiënt van de ziekteactiviteit en
pijn, ‘disability index’-scores (HAQ) en CRP-waarden (mg/dl)) een verbetering in week 24 of 26 in
vergelijking met placebo. In RA onderzoek III bleven deze verbeteringen gedurende 52 weken
gehandhaafd.
In de open-label extensie van RA-onderzoek III bleven bij de meeste patiënten die ACR-responders
waren, de responsen gehandhaafd wanneer zij tot 10 jaar werden gevolgd. 114 van de 207 patiënten
die gerandomiseerd werden naar adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken zetten de behandeling
met adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken voort gedurende 5 jaar. Hiervan hadden 86 patiënten
(75,4%) een ACR-respons van 20, 72 patiënten (63,2%) hadden een ACR-respons van 50 en 41
patiënten (36%) hadden een ACR-respons van 70. 81 van de 207 patiënten zetten de behandeling met
adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken voort gedurende 10 jaar. Hiervan hadden 64 patiënten
(79,0%) een ACR-respons van 20, 56 patiënten (69,1%) hadden een ACR-respons van 50 en 43
patiënten (53,1%) hadden een ACR-respons van 70.
In RA-onderzoek IV was de ACR 20-respons van patiënten behandeld met adalimumab plus
standaardbehandeling statistisch significant beter dan die van patiënten behandeld met placebo plus
standaardbehandeling (p < 0,001).
In RA-onderzoeken I-IV bereikten met adalimumab behandelde patiënten reeds een tot twee weken na
het begin van de behandeling statistisch significante ACR 20- en 50-responsen in vergelijking met
placebo.
In RA-onderzoek V bij methotrexaat-naï patiënten met kort bestaande reumatoï artritis leidde de
eve
de
combinatiebehandeling van adalimumab met methotrexaat tot een snellere en significant hogere ACR-
respons dan met monotherapie met methotrexaat en monotherapie met adalimumab in week 52 en de
respons bleef behouden in week 104 (zie tabel 9).
Tabel 9.
ACR-responsen in RA-onderzoek V
(percentage patiënten)
Respons
ACR 20
Week 52
Week 104
ACR 50
Week 52
Week 104
ACR 70
Week 52
Week 104
a
MTX
n = 257
Adalimumab Adalimumab/MTX
p-waarde
a
p-waarde
b
p-waarde
c
n = 274
n = 268
62,6%
56,0%
54,4%
49,3%
72,8%
69,4%
0,013
0,002
< 0,001
< 0,001
0,043
0,140
45,9%
42,8%
41,2%
36,9%
61,6%
59,0%
< 0,001
< 0,001
< 0,001
< 0,001
0,317
0,162
27,2%
28,4%
25,9%
28,1%
45,5%
46,6%
< 0,001
< 0,001
< 0,001
< 0,001
0,656
0,864
De p-waarde is afkomstig van de paarsgewijze vergelijking van behandeling met alleen methotrexaat
29
en combinatietherapie met adalimumab en methotrexaat aan de hand van de Mann-Whitneytoets.
b
De p-waarde is afkomstig van de paarsgewijze vergelijking van behandeling met alleen adalimumab
en combinatietherapie met adalimumab en methotrexaat aan de hand van de Mann-Whitneytoets
c
De p-waarde is afkomstig van de paarsgewijze vergelijking van behandeling met alleen adalimumab
en behandeling met alleen methotrexaat aan de hand van de Mann-Whitneytoets.
In de open-label extensie van RA-onderzoek V, bleven de ACR-responsen gehandhaafd wanneer zij
tot 10 jaar werden gevolgd. Van de 542 patiënten die gerandomiseerd waren naar adalimumab 40 mg
eenmaal per twee weken gingen 170 patiënten door met adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken
gedurende 10 jaar. Hiervan hadden 154 patiënten (90,6%) een ACR-respons van 20, 127 patiënten
(74,7%) hadden een ACR-respons van 50 en 102 patiënten (60,0%) hadden een ACR-respons van 70.
In week 52 behaalde 42,9% van de patiënten die behandeld werden met adalimumab/methotrexaat-
combinatietherapie klinische remissie (DAS28 (CRP) < 2,6) vergeleken met 20,6% van de patiënten
behandeld met methotrexaat-monotherapie en 23,4% van de patiënten behandeld met adalimumab-
monotherapie. De combinatietherapie met adalimumab/methotrexaat was klinisch en statistisch
superieur aan de monotherapie met methotrexaat (p < 0,001) en adalimumab (p < 0,001) wat betreft
het bereiken van lagere ziektestatus bij patiënten met een recent gediagnosticeerde matige tot ernstige
reumatoï artritis. De responsen voor de twee monotherapie-onderzoeken waren vergelijkbaar
de
(p = 0,447). Van de 342 patiënten die oorspronkelijk gerandomiseerd waren naar adalimumab-
monotherapie of adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie en in de open-label extensiestudie
kwamen, voltooiden 171 patiënten 10 jaar behandeling met adalimumab. Van deze patiënten werd bij
109 patiënten (63,7 %) klinische remissie gemeld na 10 jaar.
Radiografische respons
In RA-onderzoek III, waarin de met adalimumab behandelde patiënten een gemiddelde duur van
reumatoï artritis hadden van ongeveer 11 jaar, werd structurele gewrichtsschade radiografisch
de
beoordeeld en uitgedrukt als een verandering in de aangepaste Totale Sharp Score (TSS) en de
componenten daarvan, de erosiescore en gewrichtsspleetvernauwingsscore (JSN).
Adalimumab/methotrexaat-patiënten vertoonden minder radiografische progressie na 6 en 12 maanden
dan patiënten die alleen methotrexaat kregen (zie tabel 10).
In de open-label extensie van RA-onderzoek III bleef de remming van de progressie van structurele
schade in een subgroep van patiënten gedurende 8 en 10 jaar gehandhaafd. 81 van de 207 patiënten die
aanvankelijk eenmaal per twee weken werden behandeld met 40 mg adalimumab, werden na 8 jaar
radiografisch geëvalueerd. Van deze patiënten vertoonden 48 geen progressie van structurele schade,
gedefinieerd als een verandering van de mTSS van 0,5 of minder ten opzichte van baseline. 79 van de
207 patiënten die aanvankelijk eenmaal per twee weken werden behandeld met 40 mg adalimumab,
werden na 10 jaar radiografisch geëvalueerd. Van deze patiënten vertoonden 40 geen progressie van
structurele schade, gedefinieerd als een verandering van de mTSS van 0,5 of minder ten opzichte van
baseline.
Tabel 10.
Gemiddelde radiografische verandering over 12 maanden in RA-onderzoek III
Adalimumab/MTX
40 mg eenmaal per
twee weken
Placebo/ MTX-
adalimumab/ MTX
(95%
betrouwbaarheidsinterval
b
)
2,6 (1,4, 3,8)
1,6 (0,9, 2,2)
0,9 (0,3, 1,4)
Placebo/
MTX
a
p-waarde
Totale Sharp Score
2,7
0,1
< 0,001
c
Erosiescore
1,6
0,0
< 0,001
JSN-score
d
1,0
0,1
0,002
a
methotrexaat
b
95% betrouwbaarheidsinterval voor de verschillen in verandering-scores tussen methotrexaat en
adalimumab.
30
c
d
Gebaseerd op rank analyse
Gewrichtsspleetvernauwingsscore
In RA-onderzoek V werd structurele gewrichtsschade radiografisch bepaald en uitgedrukt als
verandering in de aangepaste Totale Sharp Score (zie tabel 11).
Tabel 11.
Gemiddelde radiografische veranderingen in week 52 in RA-onderzoek V
Adalimumab/
MTX
Adalimumab
MTX
n = 257
n = 274
n = 268
p-waarde p-waarde p-waarde
(95%
(95%
a
b
c
(95%
betrouwbaarheids betrouwbaarheids
betrouwbaarheids
interval)
interval)
interval)
5,7 (4,2-7,3)
3,0 (1,7-4,3)
1,3 (0,5-2,1)
< 0,001
0,0020
< 0,001
Totale
Sharp
Score
Erosiesc
3,7 (2,7-4,7)
1,7 (1,0-2,4)
0,8 (0,4-1,2)
< 0,001
0,0082
< 0,001
ore
JSN-
2,0 (1,2-2,8)
1,3 (0,5-2,1)
0,5 (0-1,0)
< 0,001
0,0037
0,151
score
a
p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van methotrexaat-monotherapie en
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
b
p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van adalimumab-monotherapie en
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
c
p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van adalimumab-monotherapie en methotrexaat-
monotherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
Na 52 weken en 104 weken behandeling was het percentage patiënten zonder progressie (verandering
vanaf baseline in de aangepaste Total Sharp Score ≤ 0,5) significant hoger met
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie (respectievelijk 63,8% en 61,2%) in vergelijking met
methotrexaat-monotherapie (respectievelijk 37,4% en 33,5%, p < 0,001) en adalimumab-monotherapie
(respectievelijk 50,7%, p < 0,002 en 44,5%, p < 0,001).
In de open-label extensie van RA-onderzoek V was na jaar 10 de gemiddelde verandering in de
aangepaste Total Sharp Score bij patiënten die oorspronkelijk waren gerandomiseerd naar
methotrexaat-monotherapie, adalimumab-monotherapie en de adalimumab/methotrexaat-
combinatietherapie respectievelijk 10,8, 9,2 en 3,9. Het bijbehorende percentage patiënten zonder
radiografische progressie was respectievelijk 31,3%, 23,7% en 36,7%.
Kwaliteit van leven en lichamelijk functioneren
De kwaliteit van leven met betrekking tot de gezondheid en lichamelijk functioneren werden
beoordeeld met behulp van de ‘disability index’ op de Health Assessment Questionnaire (HAQ) in de
vier oorspronkelijke adequate en goed gecontroleerde onderzoeken en deze vormde een vooraf
vastgelegd primair eindpunt in week 52 in RA-onderzoek III. Alle adalimumab-doses/schema’s in alle
vier de onderzoeken vertoonden statistisch significant grotere verbeteringen in de HAQ-‘disability
index’ vanaf baseline tot maand 6 vergeleken met placebo en in RA-onderzoek III werd hetzelfde
vastgesteld in week 52. De resultaten van de Short Form Health Survey (SF 36) voor alle adalimumab-
doses/schema’s in alle vier de onderzoeken ondersteunen deze bevindingen, met statistisch
significante ‘physical component summary’ (PCS)-scores, evenals statistisch significante ‘pain and
vitality domain’-scores voor de dosering van eenmaal per twee weken 40 mg. Er werd een statistisch
significante afname vastgesteld van vermoeidheid zoals gemeten door middel van de ‘functional
assessment of chronic illness therapy’ (FACIT)-scores in alle drie onderzoeken waarin de
vermoeidheid werd beoordeeld (RA-onderzoeken I, III, IV).
31
In RA-onderzoek III bleef de verbetering bij de meeste patiënten die verbetering in fysieke functie
bereikten en hun behandeling voortzetten, gehandhaafd tot en met 520 weken (120 maanden) open-
label behandeling. De verbetering van de kwaliteit van leven werd gemeten tot week 156 (36
maanden) en de verbetering bleef gehandhaafd gedurende die periode.
In RA-onderzoek V was de verbetering in de HAQ disability index en het fysieke gedeelte van de SF
36 groter (p < 0,001) voor adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie
versus
methotrexaat-
monotherapie en adalimumab-monotherapie in week 52, die behouden bleef tot week 104. Van de
250 patiënten die de open-label extensiestudie voltooiden, bleven verbeteringen in fysieke functie
gehandhaafd tot en met 10 jaar behandeling.
Pijn op de injectieplaats
In de samengevoegde RA-cross-overonderzoeken VI en VII werd direct na de toediening een
statistisch significant verschil in pijn op de injectieplaats waargenomen tussen adalimumab
40 mg/0,8 ml en adalimumab 40 mg/0,4 ml (gemiddelde VAS van 3,7 cm versus 1,2 cm, op een schaal
van 0-10 cm, P < 0,001). Dit betekende een mediane vermindering van 84% van pijn op de
injectieplaats.
Axiale spondyloartritis
Spondylitis ankylopoetica (AS)
Adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken werd beoordeel bij 393 patiënten in twee
gerandomiseerde, 24 weken durende, dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken met patiënten
met actieve spondylitis ankylopoetica (de gemiddelde baselinescore van ziekteactiviteit [‘Bath
Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index’ (BASDAI)] was 6,3 bij alle groepen) die een
ontoereikende respons hebben op conventionele therapie. Negenenzeventig (20,1%) patiënten werden
gelijktijdig behandeld met ziektemodificerende antireumatica en 37 (9,4%) patiënten met
glucocorticoï
den. De geblindeerde periode werd gevolgd door een open-label periode waarin patiënten
eenmaal per twee weken subcutaan 40 mg adalimumab kregen gedurende nog eens 28 weken.
Proefpersonen (n=215, 54,7%) die in week 12, 16 of 20 geen ASAS20 hadden bereikt kregen voor
vroegtijdige stopzetting open-label eenmaal per twee weken subcutaan 40 mg adalimumab en werden
vervolgens behandeld als non-responders in de dubbelblinde statistische analyses.
In het grotere AS-onderzoek I met 315 patiënten toonden de resultaten statistisch significante
verbetering van de tekenen en symptomen van spondylitis ankylopoetica bij patiënten die met
adalimumab werden behandeld vergeleken met placebo. Een significante reactie werd voor de eerste
keer in week 2 waargenomen en deze hield gedurende 24 weken aan (tabel 12).
Tabel 12.
Effectiviteitsrespons in placebogecontroleerd AS-onderzoek - Onderzoek I vermindering van
tekenen en symptomen
Respons
ASAS
a
20
Week 2
Week 12
Week 24
ASAS 50
Week 2
Week 12
Week 24
Placebo
N = 107
16%
21%
19%
3%
10%
11%
32
Adalimumab
N = 208
42%***
58%***
51%***
16%***
38%***
35%***
Respons
ASAS 70
Week 2
Week 12
Week 24
Placebo
N = 107
0%
5%
8%
Adalimumab
N = 208
7%**
23%***
24%***
BASDAI
b
50
Week 2
4%
20%***
Week 12
16%
45%***
Week 24
15%
42%***
***,** Statistisch significant bij p < 0,001, < 0,01 voor alle vergelijkingen tussen adalimumab en
placebo in week 2, 12 en 24
a
Onderzoek naar spondylitis ankylopoetica (Assessments in ankylosing spondylitis)
b
Bath Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index
Met adalimumab behandelde patiënten hadden een significante verbetering in week 12 die tot in week
24 aanhield in zowel de vragenlijst SF36 als de Ankylosing Spondylitis Quality of Life Questionnaire
(ASQoL).
Vergelijkbare trends (niet alle statistisch significant) werden waargenomen in het kleinere
gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde AS-onderzoek II bij 82 volwassen patiënten
met actieve spondylitis ankylopoetica.
Axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van AS
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in twee gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken met patiënten met niet-radiografische axiale
spondyloartritis (nr-axSpA). Onderzoek nr-axSpA I beoordeelde patiënten met actieve nr-axSpA.
Onderzoek nr-axSpA II was een onderzoek naar terugtrekking uit de behandeling van patiënten met
actieve nr-axSpA die remissie bereikten gedurende open-label behandeling met adalimumab.
Nr-axSpA I-onderzoek
In het nr-axSpA I-onderzoek werd adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken onderzocht in een
gerandomiseerd, 12 weken durend dubbelblind, placebogecontroleerd onderzoek bij 185 patiënten met
actieve nr-axSpA (gemiddelde baselinescore van ziekteactiviteit [Bath Ankylosing Spondylitis Disease
Activity Index (BASDAI)] was 6,4 voor patiënten die met adalimumab werden behandeld en 6,5 voor
diegenen die met placebo werden behandeld) met onvoldoende respons op of met intolerantie voor ≥ 1
NSAID’s of een contra-indicatie voor NSAID’s.
Drieëndertig (18%) patiënten werden gelijktijdig behandeld met ziektemodificerende antireumatische
geneesmiddelen (DMARD’s) en 146 (79%) patiënten met NSAID’s bij baseline. De dubbelblinde
periode werd gevolgd door een open-label periode waarin patiënten tot 144 additionele weken
adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken subcutaan kregen. Resultaten van week 12 toonden een
statistisch significante verbetering van de tekenen en symptomen van actieve nr-axSpA bij patiënten
behandeld met adalimumab ten opzichte van placebo (tabel 13).
Tabel 13.
Effectiviteitsrespons in placebogecontroleerd nr-axSpA I-onderzoek
Dubbelblind
Respons in week 12
ASAS
a
40
Placebo
N = 94
15%
33
Adalimumab
N = 91
36%***
Placebo
Adalimumab
N = 94
N = 91
ASAS 20
31%
52%**
ASAS 5/6
6%
31%***
ASAS partiële remissie
5%
16%*
BASDAI
b
50
15%
35%**
ASDAS
c,d,e
-0,3
-1,0***
ASDAS inactieve ziekte
4%
24%***
d,f,g
hs-CRP
-0,3
-4,7***
SPARCC
h
MRI sacro-iliacale gewrichten
d,i
-0,6
-3,2**
SPARCC MRI wervelkolom
d,j
-0,2
-1,8**
a
Beoordeling door internationale spondylartritis-gemeenschap (Assessments in SpondyloArthritis
international Society)
b
Bath Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index
c
Ankylosing Spondylitis Disease Activity Score
d
gemiddelde verandering van baseline
e
n=91 placebo en n=87 adalimumab
f
high sensitivity C-Reactive Protein (mg/l)
g
n=73 placebo en n=70 adalimumab
h
Spondyloarthritis Research Consortium of Canada
i
n=84 placebo en adalimumab
j
n=82 placebo en n=85 adalimumab
***, **, * Statistisch significant bij respectievelijk p < 0,001, < 0,01, en < 0,05 voor alle
vergelijkingen tussen adalimumab en placebo.
De verbetering van tekenen en symptomen hield aan gedurende de open-label extensie van de
behandeling met adalimumab tot en met week 156.
Remmen van ontstekingen
Bij met adalimumab behandelde patiënten hield een significante verbetering aan van tekenen van
ontstekingen, zoals gemeten door hs-CRP en MRI, van zowel sacro-iliacale gewrichten als de
wervelkolom, respectievelijk tot en met week 156 en week 104.
Kwaliteit van leven en lichamelijk functioneren
Gezondheidgerelateerde kwaliteit van leven en lichamelijk functioneren werden beoordeeld aan de
hand van de HAQ-S- en de SF-36-vragenlijsten. Adalimumab toonde een statistisch significant grotere
verbetering bij de totaalscore in de HAQ-S en de SF-36 fysieke componentenscore (PCS) van baseline
tot week 12 in vergelijking met de placebo. Verbeteringen in gezondheidsgerelateerde kwaliteit van
leven en lichamelijk functioneren bleven gehandhaafd gedurende de open-label verlenging van het
onderzoek tot en met week 156.
Nr-axSpA II-onderzoek
673 patiënten met actieve nr-axSpA (gemiddelde ziekteactiviteit bij baseline [BASDAI] was 7,0) die
onvoldoende respons hadden op ≥ 2 NSAID's, of een intolerantie of een contra-indicatie voor
NSAID's, namen deel aan de open-label periode van het nr-axSpA II-onderzoek waarin ze gedurende
28 weken eenmaal per twee weken 40 mg adalimumab kregen.
Deze patiënten vertoonden ook objectief bewijs van ontstekingen in de sacro-iliacale gewrichten of de
wervelkolom met een MRI of een verhoogd hs-CRP. Patiënten die tijdens de open-label periode
aanhoudende remissie bereikten gedurende minimaal 12 weken (N=305) (ASDAS < 1,3 bij week 16,
20, 24 en 28) werden vervolgens gerandomiseerd naar ofwel voortgezette behandeling met 40 mg
adalimumab eenmaal per twee weken (N=152) of een placebo (N=153) voor 40 extra weken in een
34
Dubbelblind
Respons in week 12
dubbelblinde, placebogecontroleerde periode (totale onderzoeksduur 68 weken). Proefpersonen die
tijdens de dubbelblinde periode een opvlamming kregen, mochten tenminste 12 weken lang eenmaal
per twee weken 40 mg adalimumab gebruiken als reddingsbehandeling.
Het primaire eindpunt voor de werkzaamheid was het percentage patiënten zonder opvlamming in
week 68 van het onderzoek. Een opvlamming werd gedefinieerd als ASDAS ≥ 2,1 tijdens twee
opeenvolgende bezoeken met vier weken ertussen. Gedurende de dubbelblinde periode kreeg een
hoger percentage van de patiënten die adalimumab kregen geen opvlamming van de ziekte in
vergelijking met patiënten die een placebo kregen (70,4% vs. 47,1%, p < 0,001) (figuur 1).
Figuur 1: Kaplan-Meier-curves tonen een samenvatting van de tijd tot opvlamming in
onderzoek nr-axSpA II
WAARSCHIJNLIJKHEID VAN GEEN
OPVLAMMING
TIJD
(WEKEN)
Behandeling
········· Placebo
______ adalimumab
∆ Gecensureerd
Opmerking: P = Placebo (aantal dat risico loopt (met opvlamming)); A = adalimumab (aantal dat
risico loopt (met opvlamming)).
Van de 68 patiënten die een opvlamming kregen in de placebogroep met onthouding van de
behandeling, voltooiden 65 patiënten een periode van 12 weken met adalimumab als
reddingsmedicatie. Van hen bereikten 37 patiënten (56,9%) opnieuw remissie (ASDAS < 1,3)
12 weken nadat ze opnieuw begonnen waren met de open-labelbehandeling.
In week 68 vertoonden patiënten die onafgebroken met adalimumab behandeld waren een statistisch
significant grotere verbetering in de tekenen en symptomen van actieve nr-axSpA in vergelijking met
patiënten die waren toegewezen aan de placebogroep gedurende de dubbelblinde periode van het
onderzoek (tabel 14).
Tabel 14.
Werkzaamheidsrespons in placebogecontroleerde periode van onderzoek nr-axSpA II
Dubbelblind
Respons in week 68
ASAS
a,b
20
35
Placebo
N = 153
47,1%
Adalimumab
N = 152
70,4%***
Dubbelblind
Placebo
Adalimumab
Respons in week 68
N = 153
N = 152
ASAS
a,b
40
45,8%
65,8%***
ASAS
a
partiële remissie
26,8%
42,1%**
ASDAS
c
inactieve ziekte
33,3%
57,2%***
Partiële opvlamming
d
64,1%
40,8%***
a
Beoordeling door internationale spondylartritis-gemeenschap (Assessments in SpondyloArthritis
international Society)
b
Baseline is gedefinieerd als open label baseline wanneer patiënten actieve ziekte hebben.
c
Ankylosing Spondylitis Disease Activity Score
d
Partiële opvlamming is gedefinieerd als ASDAS ≥ 1,3 maar < 2,1 tijdens twee opeenvolgende
bezoeken.
***, ** Statistisch significant bij respectievelijk p < 0,001, < 0,01, voor alle vergelijkingen tussen
adalimumab en placebo.
Arthritis psoriatica
Adalimumab, 40 mg eenmaal per twee weken, werd onderzocht bij patiënten met matig tot ernstig
actieve arthritis psoriatica in twee placebogecontroleerde onderzoeken, PsA-onderzoeken I en II. In
PsA-onderzoek I werden gedurende 24 weken 313 volwassen patiënten behandeld die een
onvoldoende respons op NSAID-therapie hadden en van welke groep ongeveer 50% methotrexaat
gebruikten. In PsA-onderzoek II, met een duur van 12 weken, werden 100 patiënten behandeld die een
onvoldoende respons hadden op DMARD-therapie. Na beëindiging van beide onderzoeken werden
383 patiënten geï
ncludeerd in een open-label extensieonderzoek waarin eenmaal per twee weken 40
mg adalimumab werd toegediend.
Er is onvoldoende bewijs voor de werkzaamheid van adalimumab bij patiënten met spondylitis
ankylopoetica-achtige arthritis psoriatica door het geringe aantal patiënten dat onderzocht is.
Tabel 15.
ACR-respons in placebogecontroleerde onderzoeken bij arthritis psoriatica (percentage
patiënten)
PsA-onderzoek I
Placebo
Adalimumab
N = 162
N = 151
PsA-onderzoek II
Placebo
Adalimumab
N = 49
N = 51
Respons
ACR 20
Week 12
14%
58%***
16%
39%*
Week 24
15%
57%***
N.v.t.
N.v.t.
ACR 50
Week 12
4%
36%***
2%
25%***
Week 24
6%
39%***
N.v.t.
N.v.t.
ACR 70
Week 12
1%
20%***
0%
14%*
Week 24
1%
23%***
N.v.t.
N.v.t.
*** p < 0,001 voor alle vergelijkingen tussen adalimumab en placebo
*
p < 0,05 voor alle vergelijkingen tussen adalimumab en placebo N.v.t.: Niet van toepassing
ACR-responsen in PsA-onderzoek I waren vergelijkbaar, met en zonder gelijktijdige methotrexaat
therapie. ACR-responsen werden behouden in het open-label extensieonderzoek tot 136 weken.
Radiologische veranderingen werden beoordeeld in de onderzoeken bij arthritis psoriatica.
Röntgenfoto's van handen, polsen en voeten werden gemaakt in de uitgangssituatie en in week 24
gedurende de dubbelblinde periode toen de patiënten adalimumab of placebo kregen en in week 48
36
toen alle patiënten open-label adalimumab kregen. Er werd gebruik gemaakt van een gemodificeerde
Total Sharp Score (mTSS), waarbij de distale interfalangeale gewrichten werden meegenomen (d.w.z.
niet precies dezelfde als de TSS die gebruikt wordt voor reumatoï artritis).
de
Behandeling met adalimumab remde de progressie van perifere gewrichtsschade in vergelijking met
placebobehandeling, gemeten als verandering ten opzichte van de uitgangssituatie in de mTSS
(gemiddelde ± standaarddeviatie) 0,8 ± 2,5 in de placebogroep (in week 24) in vergelijking met 0,0 ±
1,9 (p < 0,001) in de adalimumab-groep (in week 48).
Bij patiënten die behandeld werden met adalimumab en die geen radiografische progressie ten
opzichte van de uitgangssituatie hadden in week 48 (n=102), had 84% in de periode tot en met 144
weken behandeling nog steeds geen radiografische progressie.
Bij met adalimumab behandelde patiënten werd in week 24 een statistisch significante verbetering in
lichamelijk functioneren geconstateerd in vergelijking met placebo zoals beoordeeld d.m.v. HAQ en
Short Form Health Survey (SF 36). Het verbeterde lichamelijk functioneren hield aan gedurende het
open-label extensieonderzoek tot en met week 136.
Psoriasis
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden in gerandomiseerde dubbelblinde
onderzoeken bestudeerd bij volwassen patiënten met chronische plaque psoriasis (≥ 10% aangedaan
lichaamsoppervlak (BSA) en Psoriasis Area and Severity Index (PASI) ≥ 12 of ≥ 10) die in
aanmerking kwamen voor systemische therapie of lichttherapie. 73% van de patiënten die waren
geï
ncludeerd in Psoriasisonderzoeken I en II waren eerder behandeld met systemische therapie of
lichttherapie. De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden ook in een gerandomiseerd
dubbelblind onderzoek (Psoriasisonderzoek III) bestudeerd bij volwassen patiënten met matige tot
ernstige chronische plaque psoriasis met gelijktijdige hand- en/of voetpsoriasis die in aanmerking
kwamen voor systemische therapie.
In Psoriasisonderzoek I (REVEAL) werden 1.212 patiënten onderzocht binnen drie behandelperioden.
In behandelperiode A kregen patiënten placebo of adalimumab in een aanvangsdosis van 80 mg,
gevolgd door 40 mg eenmaal per twee weken vanaf één week na de aanvangsdosering. Na 16 weken
behandeling gingen patiënten die ten minste een PASI 75-respons hadden bereikt (verbetering PASI-
score van ten minste 75% ten opzichte van aanvang van het onderzoek), behandelperiode B in en
kregen eenmaal per twee weken 40 mg adalimumab (open-label). Patiënten die in week 33 nog steeds
≥ PASI 75-respons hadden en die oorspronkelijk gerandomiseerd waren naar actieve behandeling in
behandelperiode A, werden opnieuw gerandomiseerd in behandelperiode C naar ofwel 40 mg
adalimumab eenmaal per twee weken ofwel placebo voor nog eens 19 weken. In alle behandelgroepen
was bij aanvang van het onderzoek de gemiddelde PASI-score 18,9 en de Physician's Global
Assessment (PGA-) score varieerde bij aanvang van het onderzoek van 'matig' (53% van de
geï
ncludeerde proefpersonen) tot 'ernstig' (41%) tot 'zeer ernstig' (6%).
In Psoriasisonderzoek II (CHAMPION) werden de werkzaamheid en veiligheid van adalimumab
versus
methotrexaat (MTX) en placebo vergeleken bij 271 patiënten. Patiënten kregen gedurende 16
weken ofwel placebo, een aanvangsdosis van 7,5 mg MTX en daarna dosisverhogingen tot aan week
12, met een maximale dosis van 25 mg ofwel een aanvangsdosis van 80 mg adalimumab gevolgd door
40 mg eenmaal per twee weken (vanaf één week na de aanvangsdosis). Er zijn geen gegevens
beschikbaar van vergelijking van adalimumab met MTX na meer dan 16 weken behandeling.
Patiënten die MTX kregen en een ≥ PASI 50-respons bereikt hadden in week 8 en/of 12 kregen geen
verdere dosisverhogingen. In alle behandelgroepen was bij aanvang van het onderzoek de gemiddelde
PASI-score 19,7 en de PGA-score varieerde van 'licht' (< 1%) tot 'matig' (48%) tot 'ernstig' (46%) tot
'zeer ernstig' (6%).
Alle patiënten die hadden deelgenomen aan fase 2 en fase 3 psoriasisonderzoeken kwamen in
aanmerking om deel te nemen aan een open-label extensieonderzoek, waarin adalimumab gedurende
nog minimaal 108 additionele weken werd gegeven.
37
Een primair eindpunt in Psoriasisonderzoeken I en II was het percentage patiënten dat in week 16 een
PASI 75-respons ten opzichte van aanvang van het onderzoek had bereikt (zie tabellen 16 en 17).
Tabel 16.
Psoriasisonderzoek I (REVEAL) – resultaten werkzaamheid na 16 weken
40 mg adalimumab eenmaal
per twee weken
N = 814
n (%)
≥ PASI 75
a
26 (6,5)
578 (70,9)
b
PASI 100
3 (0,8)
163 (20,0)
b
PGA: schoon/minimaal
17 (4,3)
506 (62,2)
b
a
Het percentage patiënten dat PASI 75-respons bereikte, werd bij de berekening
naar het midden afgerond
b
p < 0,001, adalimumab
versus
placebo
Tabel 17.
Psoriasisonderzoek II (CHAMPION) - resultaten werkzaamheid na 16 weken
Placebo
N = 53
n (%)
≥ PASI 75
10 (18,9)
PASI 100
1, (1,9)
PGA: schoon/minimaal
6 (11,3)
a
p < 0,001 adalimumab
versus
placebo
b
p < 0,001 adalimumab
versus
methotrexaat
c
p < 0,01 adalimumab
versus
placebo
d
p < 0,05 adalimumab
versus
methotrexaat
MTX
N = 110
n (%)
39 (35,5)
8 (7,3)
33 (30,0)
40 mg adalimumab eenmaal
per twee weken
N = 108
n (%)
86 (79,6)
a,b
18 (16,7)
c,d
79 (73,1)
a,b
Placebo
N = 398
n (%)
In Psoriasisonderzoek I vertoonde 28% van de PASI 75-responders die in week 33 opnieuw
gerandomiseerd werden naar placebo in vergelijking met 5% van de responders die in dezelfde periode
adalimumab bleven krijgen (p < 0,001) 'verlies van adequate respons' (PASI-score na week 33 en in of
voor week 52 die resulteerde in een < PASI 50-respons ten opzichte van aanvang van het onderzoek
met minimaal 6 punten toename in PASI-score in vergelijking met week 33). Van de patiënten die
adequate respons verloren nadat ze opnieuw gerandomiseerd waren naar placebo en die vervolgens
geï
ncludeerd werden in de open-label extensiestudie, behaalde 38% (25/66) en 55% (36/66) opnieuw
PASI 75-respons na respectievelijk 12 en 24 weken van hervatte behandeling.
In totaal 233 PASI 75-responders in week 16 en week 33 werden gedurende 52 weken onafgebroken
met adalimumab behandeld in Psoriasisonderzoek I en vervolgden het gebruik van adalimumab in het
open-label-extensieonderzoek. PASI 75 en PGA schoon of minimaal responspercentages waren bij
deze patiënten 74,7% respectievelijk 59,0% na een additionele 108 weken open-labelbehandeling
(totaal van 160 weken). In een analyse waarin alle patiënten die stopten met het onderzoek vanwege
bijwerkingen of gebrek aan werkzaamheid, of bij wie de dosering werd verhoogd, werden beschouwd
als non-responders, waren de responspercentages van PASI 75 en PGA schoon of minimaal bij deze
patiënten 69,6% respectievelijk 55,7% na een additionele 108 weken open-label behandeling (totaal
van 160 weken).
In totaal namen 347 stabiele responders deel aan een open-label extensieonderzoek waarin de
behandeling werd onderbroken en vervolgens opnieuw werd gestart. Tijdens de onderbreking keerden
de symptomen van psoriasis in de loop van de tijd terug met een mediane tijd tot terugkeer
38
(verslechtering naar PGA 'matig' of slechter) van ongeveer 5 maanden. Geen van deze patiënten ervoer
rebound gedurende de onderbreking. In totaal had 76,5% (218/285) van de patiënten die opnieuw
werden behandeld een respons van PGA 'schoon' of 'minimaal' na 16 weken van herbehandeling,
ongeacht of zij terugkeer van symptomen hadden ervaren gedurende de onderbreking
(69,1%[123/178] en 88,8% [95/107] voor patiënten die wel respectievelijk geen terugkeer van
symptomen hadden ervaren tijdens de onderbreking). Het geobserveerde veiligheidsprofiel gedurende
herbehandeling was vergelijkbaar met dat van vóór de onderbreking.
In week 16 werden significante verbeteringen aangetoond in de DLQI (Dermatology Life Quality
Index) ten opzichte van aanvang van het onderzoek in vergelijking met placebo (Onderzoeken I en II)
en MTX (Onderzoek II). In Onderzoek I waren de verbeteringen in de lichamelijke en psychische
samenvattingsscores van de SF-36 ook significant in vergelijking met placebo.
In een open-label-extensiestudie voor patiënten die vanwege een PASI-respons van minder dan 50%
een dosisverhoging hadden gehad van 40 mg eenmaal per twee weken naar eenmaal per week 40 mg,
behaalde 26,4% (92/349) en 37,8% (132/349) een PASI 75 respons na respectievelijk 12 en 24 weken.
Psoriasis Onderzoek III (REACH) vergeleek de werkzaamheid en veiligheid van adalimumab
versus
placebo bij 72 patiënten met matige tot ernstige chronische plaque psoriasis en hand- en/of
voetpsoriasis. Patiënten kregen een aanvangsdosis van 80 mg adalimumab gevolgd door 40 mg
eenmaal per twee weken (vanaf één week na de aanvangsdosis) of placebo gedurende 16 weken. Op
week 16 bereikte een statistisch significant hoger percentage van de patiënten die adalimumab kregen
een PGA van 'schoon' of 'bijna schoon' voor handen en/of voeten in vergelijking met patiënten die
placebo ontvingen (respectievelijk 30,6%
versus
4,3% [P = 0,014]).
Psoriasisonderzoek IV vergeleek de werkzaamheid en veiligheid van adalimumab
versus
placebo bij
217 volwassen patiënten met matige tot ernstige nagelpsoriasis. Patiënten kregen een aanvangsdosis
van 80 mg adalimumab, gevolgd door 40 mg eenmaal per twee weken (vanaf één week na de
aanvangsdosis) of placebo gedurende 26 weken, gevolgd door open- label behandeling met
adalimumab voor 26 additionele weken. Het nagelpsoriasis-onderzoek bevatte de Modified Nail
Psoriasis Severity Index (mNAPSI), de Physician's Global Assessment of Fingernail Psoriasis (PGA-
F) en de Nail Psoriasis Severity Index (NAPSI) (zie tabel 18). Behandeling met adalimumab toonde
een voordeel aan bij patiënten met nagelpsoriasis met verschillende mate van aangedaan
lichaamsoppervlak (BSA ≥ 10% (60% van de patiënten) en BSA < 10% en ≥ 5% (40% van de
patiënten)).
Tabel 18.
Resultaten psoriasisonderzoek IV t.a.v. werkzaamheid in week 16, 26 en 52
Eindpunt
Week 16
Placebogecontroleerd
Placebo
adalimumab
N = 108
40 mg
eenmaal per
twee weken
N = 109
2,9
26,0a
2,9
29,7a
Week 26
Placebogecontroleerd
Placebo
adalimumab
N = 108 40 mg eenmaal
per twee weken
N = 109
3,4
6,9
46,6a
48,9a
Week 52
Open-label
adalimumab
40 mg
eenmaal per
twee weken
N = 80
65,0
61,3
≥ mNAPSI 75 (%)
PGA-F schoon/minimaal
en ≥ twee gradaties
verbetering (%)
Percentage wijziging in
-7,8
totale vingernagel-
NAPSI (%)
a
p < 0,001, adalimumab
versus
placebo
-44,2 a
-11,5
-56,2a
-72,2
39
Met adalimumab behandelde patiënten vertoonden statistisch significante verbeteringen in week 26 in
vergelijking met placebo in de DLQI.
Hidradenitis suppurativa
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken en in een open-label extensieonderzoek bij
volwassen patiënten met matige tot ernstige hidradenitis suppurativa (HS) die intolerant waren voor,
een contra-indicatie hadden voor of een ontoereikende respons hadden op een ten minste 3 maanden
durende onderzoeksbehandeling met systemische antibiotica. De patiënten in HS-I en HS-II hadden
Hurley stadium II of III met ten minste 3 abcessen of inflammatoire noduli.
In het HS-I (PIONEER I)-onderzoek werden 307 patiënten geëvalueerd in 2 behandelperiodes. In
behandelperiode A kregen patiënten placebo of adalimumab in een startdosis van 160 mg in week 0,
80 mg in week 2 en eenmaal per week 40 mg van week 4 tot week 11. Gelijktijdig gebruik van
antibiotica was tijdens het onderzoek niet toegestaan. Na 12 weken behandeling werden de patiënten
die adalimumab hadden gekregen in behandelperiode A, opnieuw gerandomiseerd in behandelperiode
B naar 1 van 3 behandelgroepen (eenmaal per week adalimumab 40 mg, eenmaal per twee weken
adalimumab 40 mg of placebo van week 12 tot week 35). Patiënten die in behandelperiode A in de
placebogroep zaten, kregen in behandelperiode B eenmaal per week 40 mg adalimumab.
In het HS-II (PIONEER II)-onderzoek werden 326 patiënten geëvalueerd in 2 behandelperiodes. In
behandelperiode A kregen patiënten placebo of adalimumab in een startdosis van 160 mg in week 0,
80 mg in week 2 en eenmaal per week 40 mg van week 4 tot week 11. 19,3% van de patiënten zette
tijdens het onderzoek de behandeling met de baseline orale antibiotica voort. Na 12 weken
behandeling werden de patiënten die adalimumab hadden gekregen in behandelperiode A opnieuw
gerandomiseerd in behandelperiode B naar 1 van 3 behandelgroepen (eenmaal per week adalimumab
40 mg, eenmaal per twee weken adalimumab 40 mg of placebo van week 12 tot week 35). Patiënten
die in behandelperiode A in de placebogroep zaten, kregen in behandelperiode B eveneens placebo.
Patiënten die aan de HS-I- en HS-II-onderzoeken deelnamen, kwamen in aanmerking voor deelname
aan een open-label extensieonderzoek waarin eenmaal per week 40 mg adalimumab werd toegediend.
De gemiddelde blootstelling in de totale adalimumab-populatie was 762 dagen. In alle 3 de
onderzoeken gebruikten de patiënten dagelijks een lokaal antiseptisch middel.
Klinische respons
Er werd een afname van de inflammatoire laesies en preventie van een verslechtering van de abcessen
en drainerende fistels vastgesteld met behulp van de Hidradenitis Suppurativa Clinical Response
(HiSCR; minimaal 50% afname in het totale aantal abcessen en inflammatoire noduli en geen stijging
in aantal abcessen en aantal drainerende fistels ten opzichte van baseline). Er werd met een numerieke
beoordelingsschaal een afname van de HS-gerelateerde huidpijn beoordeeld bij patiënten die in het
onderzoek kwamen met een aanvankelijke baselinescore van 3 of hoger op een 11-puntsschaal.
In week 12 was het aantal met adalimumab behandelde patiënten dat HiSCR bereikte significant hoger
dan het aantal placebopatiënten dat HiSCR bereikte. In week 12 ervoer een significant hoger
percentage patiënten in het HS-II-onderzoek een klinisch relevante afname van HS-gerelateerde
huidpijn (zie tabel 19). Patiënten die met adalimumab werden behandeld, hadden gedurende de eerste
12 weken van de behandeling een significant lager risico op opvlamming van de ziekte.
Tabel 19.
Werkzaamheidsresultaten na 12 weken, HS-I- en HS-II-onderzoek
HS-onderzoek I
Placebo
Adalimumab
40 mg eenmaal
40
HS-onderzoek II
Placebo
Adalimumab
40 mg eenmaal
per week
per week
Hidradenitis Suppurativa Clinical
N = 154
N = 153
N = 163
N = 163
a
Response (HiSCR)
40 (26,0%)
64 (41,8%)*
45 (27,6%) 96 (58,9%)***
≥ 30% afname van huidpijn
b
N = 109
N = 122
N = 111
N = 105
27 (24,8%)
34 (27,9%)
23 (20,7%) 48 (45,7%)***
*P < 0,05, ***P < 0,001, adalimumab
versus
placebo
a
Onder alle gerandomiseerde patiënten.
b
Onder patiënten met een HS-gerelateerde huidpijnbeoordeling bij baseline van ≥ 3, gebaseerd
op numerieke beoordelingsschaal 0-10; 0 = geen huidpijn, 10 = ondragelijke pijn of ergst
denkbare pijn.
Behandeling met eenmaal per week adalimumab 40 mg reduceerde significant het risico op een
verergering van abcessen en drainerende fistels. In de eerste 12 weken van onderzoeken HS-I en HS-II
ervaarden ongeveer tweemaal zoveel patiënten in de placebogroep verergering van de abcessen
(respectievelijk 23,0% en 11,4%) en drainerende fistels (respectievelijk 30,0% en 13,9%) vergeleken
met de adalimumab-groep.
Er werden in week 12 ten opzichte van baseline in vergelijking met placebo grotere verbeteringen
aangetoond in huidspecifieke gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten door de
Dermatology Life Quality Index (DLQI; HS-I- en HS-II-onderzoek), algehele patiënttevredenheid met
de medicatiebehandeling, zoals gemeten door de Treatment Satisfaction Questionnaire – medicatie
(TSQM; HS-I- en HS-II-onderzoek) en lichamelijke gezondheid, zoals gemeten door de
samenvattingsscore van de lichamelijke component van de SF-36 (HS-I-onderzoek).
Bij patiënten die in week 12 minimaal een gedeeltelijke respons op eenmaal per week adalimumab 40
mg vertoonden, was op week 36 de HiSCR-score hoger bij patiënten die doorgingen met eenmaal per
week adalimumab dan bij patiënten bij wie de doseringsfrequentie was verlaagd naar eenmaal per
twee weken of bij wie de behandeling was gestaakt (zie tabel 20).
Tabel 20.
Deel van patiënten die HiSCR bereikten op week 24 en 36 nadat na adalimumab op week 12 de
wekelijkse behandeling opnieuw was toegewezen
a
b
Placebo
Adalimumab 40 Adalimumab 40
(behandeling
mg eenmaal per mg eenmaal per
gestaakt)
twee weken
week
N = 73
N = 70
N = 70
Week 24
24 (32,9%)
36 (51,4%)
40 (57,1%)
Week 36
22 (30,1%)
28 (40,0%)
39 (55,7%)
a
Patiënten met minimaal een gedeeltelijke respons op eenmaal per
week adalimumab 40 mg na 12 weken behandeling.
b
Patiënten die voldeden aan protocolspecifieke criteria voor het
verliezen van de respons of geen verbetering moesten de
onderzoeken verlaten en werden gerekend onder de non-
responders.
Onder de patiënten met minimaal een gedeeltelijke respons op week 12 en met voortzetting van de
wekelijkse dosering van adalimumab was het HiSCR-percentage in week 48 68,3% en in week 96
65,1%. Langere-termijnbehandeling met adalimumab 40 mg eenmaal per week gedurende 96 weken
resulteerde niet in nieuwe veiligheidsbevindingen.
Onder patiënten bij wie de adalimumab-behandeling op week 12 was gestaakt in onderzoeken HS-I en
HS-II, was 12 weken na herintroductie van eenmaal per week Yuflyma 40 mg het HiSCR-percentage
terug op het niveau vergelijkbaar met het niveau dat werd gezien voor het staken (56,0%).
41
Ziekte van Crohn
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld bij meer dan 1.500 patiënten met
matig tot ernstig actieve ziekte van Crohn ('Crohn's Disease Activity Index' (CDAI) ≥ 220 en ≤ 450) in
gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken. Gelijktijdige vaste doses
aminosalicylaten, corticosteroï en/of immuunmodulerende middelen waren toegestaan en 80% van
den
de patiënten bleef ten minste één van deze geneesmiddelen krijgen.
Inductie van klinische remissie (gedefinieerd als CDAI < 150) werd geëvalueerd in twee onderzoeken,
CD-onderzoek I (CLASSIC I) en CD-onderzoek II (GAIN). In CD-onderzoek I werden 299 voor
TNF-antagonisten naï patiënten gerandomiseerd naar één van vier behandelgroepen: placebo in
eve
week 0 en week 2, 160 mg adalimumab in week 0 en 80 mg in week 2, 80 mg in week 0 en 40 mg in
week 2, en 40 mg in week 0 en 20 mg in week 2. In CD-onderzoek II werden 325 patiënten die geen
respons meer hadden op of intolerant waren voor infliximab gerandomiseerd naar behandeling met
ofwel 160 mg adalimumab in week 0 en 80 mg in week 2 ofwel placebo in week 0 en 2. De primaire
non-responders werden uitgesloten van de onderzoeken en daarom werden deze patiënten niet verder
geëvalueerd.
Handhaving van klinische remissie werd geëvalueerd in CD-onderzoek III (CHARM). In CD-
onderzoek III ontvingen 854 patiënten 80 mg open-label in week 0 en 40 mg in week 2. In week 4
werden patiënten gerandomiseerd naar 40 mg eenmaal per twee weken, 40 mg eenmaal per week, of
placebo met een totale studieduur van 56 weken. Patiënten met een klinische respons (verlaging van
CDAI ≥ 70) in week 4 werden gestratificeerd en apart geanalyseerd van degenen zonder klinische
respons in week 4. Geleidelijk afbouwen van corticosteroï was toegestaan na week 8.
den
Inductie van remissie en responspercentages in CD-onderzoek I en CD-onderzoek II worden
weergegeven in tabel 21.
Tabel 21.
Inductie van klinische remissie en respons (percentage patiënten)
CD-onderzoek I: Infliximab-naï
eve
patiënten
Placebo
N = 74
Adalimumab
80/40 mg
N = 75
Adalimumab
160/80 mg
N = 76
CD-onderzoek II:
Infliximab-ervaren
patiënten
Placebo Adalimumab
N = 166
160/80 mg
N = 159
Week 4
Klinische remissie
12%
24%
36%*
7%
21%*
Klinische respons (CR-
24%
37%
49%**
25%
38%**
100)
Alle p-waarden zijn paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab
versus
placebo
*p < 0,001
**p < 0,01
Vergelijkbare remissiepercentages werden waargenomen voor het 160/80 mg en het 80/40 mg
inductieschema in week 8 en bijwerkingen werden vaker waargenomen in de 160/80 mg groep.
In CD-onderzoek III had 58% (499/854) van de patiënten een klinische respons in week 4 en werd
geanalyseerd in de primaire analyse. Van degenen die in week 4 een klinische respons hadden, was
48% eerder blootgesteld aan andere TNF-antagonisten. Handhaving van remissie en
responspercentages worden weergegeven in tabel 22. Klinische remissieresultaten bleven relatief
constant onafhankelijk van eerdere blootstelling aan TNF-antagonisten.
Een statistisch significante daling van ziektegerelateerde ziekenhuisopnamen en operatieve ingrepen
werd waargenomen bij adalimumab in vergelijking met placebo in week 56.
42
Tabel 22.
Handhaving van klinische remissie en respons (percentage patiënten)
40 mg adalimumab
eenmaal per twee
weken
N = 172
40%*
52%*
19% (11/58)**
40 mg adalimumab
eenmaal per week
Placebo
Week 26
N = 170
N = 157
Klinische remissie
17%
47%*
Klinische respons (CR-100)
27%
52%*
Patiënten in steroï
dvrije
3% (2/66)
15% (11/74)**
remissie gedurende ≥ 90
dagen
a
Week 56
N = 170
N = 172
N = 157
Klinische remissie
12%
36%*
41%*
Klinische respons (CR-100)
17%
41%*
48%*
Patiënten in steroï
dvrije
5% (3/66)
29% (17/58)*
20% (15/74)**
remissie gedurende ≥ 90
dagen
a
*p < 0,001 voor paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab
versus
placebo
** p < 0,02 voor paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab
versus
placebo
a
Van degenen die op baseline corticosteroï kregen
den
Onder patiënten die geen respons hadden in week 4, had 43% van de patiënten op de
onderhoudsdosering adalimumab een respons in week 12 in vergelijking met 30% van de patiënten op
de onderhoudsdosering placebo. Deze resultaten duiden erop dat sommige patiënten die in week 4 nog
geen respons hebben gehad, baat kunnen hebben bij voortgezette onderhoudsbehandeling tot en met
week 12. Behandeling voortgezet tot na 12 weken resulteerde niet in significant meer responsen (zie
rubriek 4.2).
117 van de 276 patiënten uit CD-onderzoek I en 272 van de 777 patiënten uit CD-onderzoeken II en
III werden gevolgd gedurende minimaal 3 jaar open-label adalimumab-behandeling. Respectievelijk
88 en 189 patiënten bleven in medische remissie. Klinische respons (CR-100) werd gehandhaafd bij
respectievelijk 102 en 233 patiënten.
Kwaliteit van leven
In CD-onderzoek I en CD-onderzoek II werd statistisch significante verbetering bereikt in de totale
score van de ziektespecifieke Vragenlijst inflammatoire darmziekte (IBDQ) in week 4 bij patiënten die
gerandomiseerd waren naar adalimumab 80/40 mg en 160/80 mg in vergelijking met placebo en dit
werd waargenomen in week 26 en 56 in CD-onderzoek III evenals de adalimumab-behandelgroepen in
vergelijking met de placebogroep.
Colitis ulcerosa
De veiligheid en werkzaamheid van meerdere doses adalimumab werden beoordeeld bij volwassen
patiënten met matig ernstige tot ernstige actieve colitis ulcerosa (Mayo-score 6 tot 12 met een
endoscopie-subscore van 2 tot 3) in gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde
onderzoeken.
In onderzoek UC-I werden 390 patiënten die naï waren voor TNF-antagonisten gerandomiseerd om
ef
of in week 0 en in week 2 placebo te krijgen, of in week 0 160 mg adalimumab gevolgd door 80 mg in
week 2, of in week 0 80 mg adalimumab gevolgd door 40 mg in week 2. Na week 2 kregen de
patiënten in beide adalimumab-groepen 40 mg eenmaal per twee weken. Klinische remissie
(gedefinieerd als Mayo-score ≤ 2 met geen subscore van > 1) werd bepaald in week 8.
43
In onderzoek UC-II kregen 248 patiënten 160 mg adalimumab in week 0, 80 mg in week 2 en daarna
40 mg eenmaal per twee weken en 246 patiënten kregen placebo. Klinische resultaten werden
beoordeeld op inductie van remissie in week 8 en voor handhaving van remissie in week 52.
Patiënten die met 160/80 mg adalimumab waren geï
nduceerd, bereikten met statistisch significant
grotere percentages klinische remissie in week 8 dan met placebo in onderzoek UC-I (respectievelijk
18% vs. 9%, p=0,031) en in onderzoek UC-II (respectievelijk 17% vs. 9%, p=0,019). Van degenen die
in onderzoek UC-II met adalimumab waren behandeld en in week 8 in remissie waren, waren 21/41
(51%) in week 52 in remissie.
Resultaten van de totale UC-II onderzoekspopulatie zijn weergegeven in tabel 23.
Tabel 23.
Respons, remissie en mucosale genezing in onderzoek UC-II
(percentage patiënten)
Placebo
Week 52
Klinische respons
Klinische remissie
Mucosale genezing
Steroï
dvrije remissie gedurende
≥ 90 dagen
a
week 8 en 52
Aanhoudende respons
Aanhoudende remissie
Aanhoudende mucosale
genezing
12%
4%
11%
24%**
8%*
19%*
N = 246
18%
9%
15%
6%
(N = 140)
40 mg adalimumab eenmaal
per twee weken
N = 248
30%*
17%*
25%*
13%*
(N = 150)
Klinische remissie is Mayo-score ≤ 2 met geen subscore > 1;
Klinische respons is een daling ten opzichte van baseline in Mayo-score ≥ 3 punten en ≥ 30% plus een
daling ≥ 1 in de rectale bloedingssubscore [RBS] of een absolute RBS van 0 of 1;
*p < 0,05 voor adalimumab
versus
placebo paarsgewijze vergelijking van proporties
**p < 0,001 voor adalimumab
versus
placebo paarsgewijze vergelijking van proporties
a
Van degenen die op baseline corticosteroï kregen
den
Van de patiënten met een respons in week 8 had 47% een respons, was 29% in remissie, had 41%
mucosale genezing en was 20% in steroïdvrije remissie voor ≥ 90 dagen in week 52.
Ongeveer 40% van de patiënten in onderzoek UC-II had geen resultaat gehad met eerdere anti-TNF
behandeling met infliximab. De werkzaamheid van adalimumab was bij deze patiënten verminderd
vergeleken met die bij patiënten die naï waren voor TNF-antagonisten. Van de patiënten bij wie
ef
eerdere anti-TNF-behandeling geen resultaat had, werd in week 52 bij 3% op placebo en bij 10% op
adalimumab remissie bereikt.
Patiënten uit de onderzoeken UC-I en UC-II hadden de mogelijkheid om naar een open-label
langetermijnextensieonderzoek (UC-III) over te stappen. Na 3 jaar behandeling met adalimumab bleef
75% (301/402) in klinische remissie op basis van partiële Mayo-score.
44
Ziekenhuisopnames
In onderzoek UC-I en UC-II werden gedurende 52 weken minder ziekenhuisopnames voor alle
oorzaken en ziekenhuisopnames gerelateerd aan UC waargenomen in de groep behandeld met
adalimumab in vergelijking met de placebo-arm. Het aantal ziekenhuisopnames voor alle oorzaken in
de groep behandeld met adalimumab was 0,18 per patiëntjaar
versus
0,26 per patiëntjaar in de
placebogroep en de overeenkomstige cijfers voor UC-gerelateerde ziekenhuisopnames waren 0,12 per
patiëntjaar
versus
0,22 per patiëntjaar.
Kwaliteit van leven
In onderzoek UC-II resulteerde behandeling met adalimumab tot verbeteringen in de Inflammatory
Bowel Disease Questionnaire (IBDQ) score.
Uveï
tis
De veiligheid en de werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld bij volwassen patiënten met
niet-infectieuze intermediaire uveï uveitis posterior en panuveï in twee gerandomiseerde,
tis,
tis,
dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken (UV I en II), met uitsluiting van patiënten met
geï
soleerde uveitis anterior. Patiënten kregen placebo of adalimumab in een aanvangsdosis van 80 mg,
gevolgd door 40 mg eenmaal per twee weken vanaf één week na de aanvangsdosis. Gelijktijdige vaste
doses van een niet-biologisch immunosuppressivum werden toegestaan.
In onderzoek UV I werden 217 patiënten geëvalueerd met actieve uveï ondanks behandeling met
tis
corticosteroï (oraal prednison in een dosis van 10 tot 60 mg/dag). Alle patiënten kregen gedurende
den
2 weken een standaarddosis prednison van 60 mg/dag bij de aanvang van de studie gevolgd door een
verplicht afbouwschema, met volledige stopzetting van de corticosteroï in week 15.
den
In onderzoek UV II werden 226 patiënten geëvalueerd met inactieve uveï die chronische
tis
behandeling met corticosteroï (oraal prednison in een dosis van 10 tot 35 mg/dag) nodig hadden bij
den
baseline om hun ziekte onder controle te houden. Vervolgens volgden de patiënten een verplicht
afbouwschema met volledige stopzetting van de corticosteroï in week 19.
den
Het primaire eindpunt voor de werkzaamheid was in beide onderzoeken ´tijd tot falen van de
behandeling´. Falen van de behandeling werd gedefinieerd als een resultaat opgebouwd uit meerdere
component gebaseerd op inflammatoire chorioretinale en/of inflammatoire retinale vasculaire laesies,
classificatie van het aantal cellen in de voorste oogkamer, mate van vertroebeling van het glasvocht
(‘vitreous haze’ of VH) en best gecorrigeerde gezichtsscherpte (BCVA).
Patiënten die de onderzoeken UV I en UV II voltooid hadden, kwamen in aanmerking voor deelname
aan een ongecontroleerd aanvullend langetermijnonderzoek met een oorspronkelijk geplande duur van
78 weken. Patiënten mochten doorgaan met de studiemedicatie na week 78 totdat adalimumab voor
hen beschikbaar was.
Klinische respons
Resultaten van beide onderzoeken toonden een statistisch significante vermindering van het risico op
falen van de behandeling bij patiënten behandeld met adalimumab ten opzichte van patiënten die
placebo kregen (zie tabel 24). Beide onderzoeken toonden een vroeg en aanhoudend effect van
adalimumab aan op het percentage falen van de behandeling in vergelijking met placebo (zie figuur 2).
45
Tabel 24.
Tijd tot falen van de behandeling in onderzoeken UV I en UV II
Analyse
behandeling
Mediane tijd
tot falen
(maanden)
CI 95%
voor HR
a
N
Falen N (%)
HR
a
p-waarde
b
Tijd tot falen behandeling in of na week 6 in onderzoek UV I
primaire analyse (ITT)
placebo
adalimumab
107
110
84 (78,5)
60 (54,5)
3,0
5,6
--
0,50
--
0,36, 0,70
--
< 0,001
Tijd tot falen behandeling in of na week 2 in onderzoek UV II
primaire analyse (ITT)
placebo
adalimumab
111
115
61 (55,0)
45 (39,1)
8,3
NEc
--
0,57
--
0,39, 0,84
--
0,004
Opmerking: falen van de behandeling in of na week 6 (studie UV I), of in of na week 2 (studie UV II)
werd geteld als een gebeurtenis. Drop-outs om redenen anders dan falen van de behandeling werden
geschrapt op het moment van uitvallen.
a
HR van adalimumab
versus
placebo uit proportionele risicoregressie met behandeling als factor.
b
2-zijdige p-waarde uit de log rank-test.
c
NE = niet te schatten. Bij minder dan de helft van de patiënten die risico liepen, trad een
gebeurtenis op.
Figuur 2: Kaplan-Meier-curves tonen een samenvatting van de tijd tot het falen van de
behandeling in of na week 6 (onderzoek UV I) of week 2 (onderzoek UV II)
PERCENTAGE FALEN
BEHANDELING (%)
TIJD
(MAANDEN)
Onderzoek UV I
········· Behandeling
_________
Placebo
•••••••••
Adalimumab
46
PERCENTAGE FALEN
BEHANDELING (%)
Onderzoek UV II
TIJD
(MAANDEN)
········· Behandeling
_________
Placebo
•••••••••
Adalimumab
Opmerking: P# = Placebo (aantal gebeurtenissen/aantal dat risico loopt); A# = Adalimumab (aantal
gebeurtenissen/aantal dat risico loopt).
In onderzoek UV I werden statistisch significante verschillen ten gunste van adalimumab in
vergelijking met placebo waargenomen voor elk onderdeel van falen van de behandeling. In
onderzoek UV II werden statistisch significante verschillen alleen waargenomen voor
gezichtsscherpte, maar waren de andere onderdelen getalsmatig in het voordeel van adalimumab.
Van de 424 proefpersonen die aan de ongecontroleerde langetermijnextensie van de onderzoeken UV I
en UV II deelnamen, kwamen 60 proefpersonen niet in aanmerking (bijvoorbeeld door afwijkingen of
door complicaties secundair aan diabetische retinopathie, door een staaroperatie of vitrectomie); zij
werden uitgesloten van de primaire werkzaamheidsanalyse. Van de 364 resterende patiënten bereikten
269 (74%) evalueerbare patiënten 78 weken open-label adalimumab behandeling. Op basis van de
waargenomen gegevens waren 216 (80,3%) patiënten in een latente fase (geen actieve
ontstekingslaesies, classificatie van het aantal cellen in de voorste oogkamer ≤ 0,5+, mate van
vertroebeling van het glasvocht (‘vitreous haze’ of VH) ≤ 0,5+) met een gelijktijdig toegediende dosis
steroïd ≤ 7,5 mg per dag; bij 178 (66,2%) proefpersonen was de ziekte zonder steroïden latent. De
beste gecorrigeerde gezichtsscherpte (BCVA) was bij 88,6% van de ogen verbeterd of gehandhaafd (<
5 letters achteruitgang) in week 78. De gegevens na week 78 waren in het algemeen consistent met
deze resultaten, maar het aantal deelnemende proefpersonen nam na deze tijd af. Van de patiënten die
met het onderzoek stopten, stopte 18% wegens bijwerkingen en 8% wegens onvoldoende respons op
behandeling met adalimumab.
Kwaliteit van leven
In beide klinische onderzoeken werden door de patiënt gemelde resultaten met betrekking tot
gezichtsvermogen-gerelateerd functioneren gemeten op basis van de NEI VFQ-25. Adalimumab was
getalsmatig in het voordeel voor het merendeel van de subscores, met statistisch significante
gemiddelde verschillen voor algeheel gezichtsvermogen, pijn in het oog, dichtbij zien, geestelijke
gezondheid en totaalscore in studie UV I en voor algeheel gezichtsvermogen en de geestelijke
gezondheid in studie UV II. Gezichtsvermogen-gerelateerde effecten waren niet getalsmatig in het
voordeel van adalimumab met betrekking tot kleurwaarneming in onderzoek UV I en met betrekking
tot kleurwaarneming, perifeer zicht en dichtbij zien in onderzoek UV II.
47
Immunogeniciteit
Gedurende de behandeling met adalimumab kunnen er anti-adalimumab-antilichamen worden
gevormd. De vorming van anti-adalimumab-antilichamen is geassocieerd met een verhoogde klaring
en een verminderde werkzaamheid van adalimumab.
Er is geen duidelijke correlatie tussen de aanwezigheid van anti-adalimumab-antilichamen en het
optreden van bijwerkingen.
Pediatrische patiënten
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis (pJIA)
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in twee onderzoeken (pJIA I en
II) bij kinderen met actieve polyarticulaire juveniele idiopathische artritis of juveniele idiopathische
artritis met een polyarticulair verloop, met een variëteit aan JIA aanvangstypes (meestal reumafactor
negatief of positief, polyartritis en uitgebreide oligoartritis).
pJIA I
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in een multicenter,
gerandomiseerd, dubbelblind onderzoek met parallelle groepen waaraan 171 kinderen (van 4-17 jaar)
met polyarticulaire JIA deelnamen. In de open-label inleidingsfase (OL LI) werden patiënten in twee
groepen verdeeld, MTX (methotrexaat)-behandeld of niet-MTX-behandeld. Patiënten in het niet-MTX
deel waren ofwel naï voor MTX, of MTX was ten minste twee weken voor toediening van de
ef
onderzoeksmedicatie gediscontinueerd. De doseringen van NSAID's en/of prednison (≤ 0,2 mg
/kg/dag of maximaal 10 mg/dag) die patiënten kregen, bleven stabiel. In de OL LI-fase kregen alle
patiënten gedurende 16 weken eenmaal per twee weken 24 mg/m² tot maximaal 40 mg adalimumab.
De verdeling van patiënten naar leeftijd en minimale, mediane en maximale dosering tijdens de OL LI
fase worden weergegeven in tabel 25.
Tabel 25.
Verdeling van patiënten naar leeftijd en tijdens de OL LI-fase ontvangen dosering adalimumab
Leeftijdsgroep
4 tot en met 7 jaar
8 tot en met 12 jaar
13 tot en met 17 jaar
Aantal patiënten in de
uitgangssituatie n (%)
31 (18,1)
71 (41,5)
69 (40,4)
Minimale, mediane en maximale dosering
10, 20 en 25 mg
20, 25 en 40 mg
25, 40 en 40 mg
Patiënten met een ACR Pedi-30-respons in week 16 kwamen in aanmerking voor randomisatie naar de
dubbelblinde (DB) fase en kregen daarna gedurende nog 32 weken of tot opvlamming van de ziekte
eenmaal per twee weken ofwel adalimumab 24 mg/m² tot maximaal 40 mg ofwel placebo. Criteria
voor opvlamming van de ziekte waren gedefinieerd als verslechtering van ≥ 30% ten opzichte van de
uitgangssituatie van ≥ 3 van de 6 ACR Pedi-kerncriteria, ≥ 2 actieve gewrichten, en verbetering
van > 30% van niet meer dan 1 van de 6 criteria. Na 32 weken of bij opvlamming van de ziekte,
kwamen patiënten in aanmerking om te worden geï
ncludeerd in de open-label extensiefase.
Tabel 26.
ACR Pedi 30-respons in het JIA-onderzoek
Stratum
Fase
OL-LI 16 weken
MTX
Zonder MTX
48
Stratum
Fase
ACR Pedi 30-
respons (n/N)
MTX
94,1% (80/85)
Zonder MTX
74,4% (64/86)
Dubbelblind 32
Placebo (N = 28)
weken
Opvlammingen
71,4% (20/28)
c
van de ziekte aan
het eind van de 32
weken
a
(n/N)
Mediane tijd tot
> 32 weken
20 weken
> 32 weken
14 weken
opvlamming van
de ziekte
a
ACR Pedi 30/50/70-responsen waren in week 48 significant hoger dan bij met placebo behandelde
patiënten
b
p = 0,015
c
p = 0,031
Onder degenen die een respons hadden in week 16 (n=144) bleven de ACR Pedi 30/50/70/90
responsen tot een periode van zes jaar behouden in de open-label extensiefase bij patiënten die
adalimumab kregen gedurende het gehele onderzoek. In totaal werden 19 deelnemers, waarvan 11 uit
de leeftijdsgroep die in de uitgangssituatie 4 tot en met 12 jaar waren en 8 uit de leeftijdsgroep die in
de uitgangssituatie 13 tot en met 17 jaar waren, 6 jaar of langer behandeld.
In het algemeen was de respons beter en ontwikkelden minder patiënten antilichamen bij behandeling
met de combinatie van adalimumab en MTX in vergelijking met alleen adalimumab. Op basis van
deze resultaten wordt aanbevolen om Yuflyma in combinatie met MTX te gebruiken en als
monotherapie bij patiënten voor wie MTX-gebruik ongewenst is (zie rubriek 4.2).
pJIA II
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in een open-label, multicenter
onderzoek bij 32 kinderen
(in de leeftijd van 2 tot 4 jaar of 4 jaar en ouder met een lichaamsgewicht van minder dan 15 kg) met
matig tot ernstig actieve polyarticulaire JIA. De patiënten kregen 24 mg/m² lichaamsoppervlak (BSA)
adalimumab tot een maximum van 20 mg om de week als enkele dosis via subcutane injectie
gedurende ten minste 24 weken. Tijdens het onderzoek gebruikten de meeste kinderen gelijktijdig
MTX; het gebruik van corticosteroï of NSAID's werd minder gerapporteerd.
den
In week 12 en week 24 was de ACR Pedi 30 respons respectievelijk 93,5% en 90,0%, gebruikmakend
van de benadering van waargenomen data. De verhouding kinderen met ACR Pedi 50/70/90 in week
12 en week 24 was respectievelijk 90,3%/61,3%/38,7% en 83,3%/73,3%/36,7%. Onder degenen die
een respons hadden (ACR Pedi 30) in week 24 (n=27 van de 30 patiënten), werd de ACR Pedi 30
respons behouden gedurende tot 60 weken tijdens de OLE-fase bij patiënten die adalimumab kregen
gedurende deze periode. In totaal werden 20 proefpersonen behandeld gedurende 60 weken of langer.
Enthesitis-gerelateerde artritis
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in een multicenter,
gerandomiseerd, dubbelblind onderzoek bij 46 pediatrische patiënten (6 tot en met 17 jaar oud) met
matige enthesitis-gerelateerde artritis. De patiënten werden gerandomiseerd om gedurende 12 weken
eenmaal per twee weken óf 24 mg/m² lichaamsoppervlakte (BSA) adalimumab tot een maximum van
40 mg óf placebo te ontvangen. De dubbelblinde periode werd gevolgd door een open-label (OL)
periode van maximaal 192 extra weken waarin patiënten subcutaan 24 mg/m² BSA adalimumab tot
een maximum van 40 mg eenmaal per twee weken ontvingen. Het primaire eindpunt was het de
49
Resultaten v.w.b. werkzaamheid
Adalimumab/
Placebo/ MTX
Adalimumab
MTX (N = 38)
(N = 37)
(N = 30)
36,8% (14/38)
64,9% (24/37)
b
43,3% (13/30)
procentuele verandering vanaf baseline tot week 12 in het aantal actieve gewrichten met artritis
(zwelling niet te wijten aan misvorming of gewrichten met verlies van beweging met pijn en/of
gevoeligheid), die werd bereikt met een gemiddelde procentuele daling van -62,6% (mediane
procentuele verandering -88,9%) in patiënten in de adalimumabgroep ten opzichte van -11,6%
(mediane procentuele verandering -50,0%) in patiënten in de placebogroep. Gedurende de OL-periode
werd tot en met week 156 van het onderzoek de verbetering in het aantal actieve gewrichten met
artritis behouden voor 26 van de 31 (84%) patiënten in de adalimumab groep die nog deel uitmaakten
van de studie. Hoewel niet statistisch significant, vertoonde de meerderheid van de patiënten klinische
verbetering in secundaire eindpunten zoals aantal plaatsen met enthesitis, aantal pijnlijke gewrichten
(TJC), aantal gezwollen gewrichten (SJC), ACR Pedi 50-respons en ACR Pedi 70-respons.
Juveniele plaque psoriasis
De werkzaamheid van adalimumab werd beoordeeld in een gerandomiseerd, dubbelblind
gecontroleerd onderzoek bij 114 pediatrische patiënten vanaf 4 jaar met ernstige chronische plaque
psoriasis (gedefinieerd als PGA ≥ 4 of > 20% aangedaan lichaamsoppervlak (BSA) of > 10%
aangedaan lichaamsoppervlak (BSA) met erg dikke laesies of PASI ≥ 20 of ≥ 10 met klinisch relevant
aangedaan gezicht, aangedane genitaliën, of aangedane handen/voeten), die onvoldoende onder
controle was gebracht met topicale therapie en heliotherapie of lichttherapie.
Patiënten kregen 0,8 mg/kg adalimumab eenmaal per twee weken (tot 40 mg), 0,4 mg/kg adalimumab
eenmaal per twee weken (tot 20 mg) of eenmaal per week 0,1–0,4 mg/kg methotrexaat (tot 25 mg). In
week 16 hadden meer patiënten die gerandomiseerd waren naar adalimumab 0,8 mg/kg eenmaal per
twee weken een positieve werkzaamheidsrepons (bijv. PASI 75) dan patiënten gerandomiseerd naar
0,4 mg/kg eenmaal per twee weken of MTX.
Tabel 27.
Juveniele plaque psoriasis - Resultaten werkzaamheid na 16 weken
MTX
a
N = 37
12 (32,4%)
15 (40,5%)
Adalimumab 0,8 mg/kg
eenmaal per twee weken
N = 38
22 (57,9%)
23 (60,5%)
PASI 75
b
PGA: schoon/minimaal
c
a
MTX = methotrexaat
b
p=0,027, Yuflyma 0,8 mg/kg
versus
MTX
c
p=0,083, Yuflyma 0,8 mg/kg
versus
MTX
Bij patiënten die een PASI 75 of PGA van 'schoon' of 'minimaal' hadden bereikt, werd de behandeling
gestaakt tot maximaal 36 weken en zij werden gemonitord op verlies van ziektecontrole (d.w.z.
verergering van PGA met minimaal 2 gradaties). Patiënten werden vervolgens opnieuw behandeld met
0,8 mg/kg adalimumab eenmaal per twee weken gedurende 16 additionele weken en de waargenomen
responspercentages tijdens herbehandeling waren vergelijkbaar met die tijdens de voorafgaande
dubbelblinde periode: PASI 75 respons van 78,9% (15 van de 19 patiënten) en PGA 'schoon' of
'minimaal' van 52,6% (10 van de 19 patiënten).
In de open-labelperiode van het onderzoek werden de PASI 75 en PGA 'schoon' of 'minimaal'
responsen gehandhaafd gedurende maximaal 52 extra weken zonder nieuwe veiligheidsbevindingen.
Juveniele hidradenitis suppurativa
Er zijn geen klinische studies met adalimumab bij adolescente patiënten met HS uitgevoerd. De
werkzaamheid van adalimumab voor de behandeling van adolescente patiënten met HS is voorspeld
op basis van de aangetoonde werkzaamheid en de relatie tussen blootstelling en respons bij volwassen
HS-patiënten en de waarschijnlijkheid dat het ziekteverloop, de pathofysiologie en de effecten van het
geneesmiddel wezenlijk vergelijkbaar zijn met die bij volwassenen bij dezelfde blootstelling. De
50
veiligheid van de aanbevolen dosis adalimumab in de adolescente HS-populatie is gebaseerd op het
cross-indicatie-veiligheidsprofiel van adalimumab bij zowel volwassenen als pediatrische patiënten bij
vergelijkbare of frequentere doseringen (zie rubriek 5.2)
Juveniele ziekte van Crohn
Adalimumab is onderzocht in een multicenter, gerandomiseerd, dubbelblind klinisch onderzoek dat
was opgezet om de werkzaamheid en veiligheid van inductie en onderhoudsbehandeling met
doseringen afhankelijk van het lichaamsgewicht (< 40 kg of ≥ 40 kg) te beoordelen bij 192 kinderen in
de leeftijd van 6 tot en met 17 jaar, met matig ernstige tot ernstige ziekte van Crohn gedefinieerd als
de Paediatric Crohn's Disease Activity Index (PCDAI) score > 30. Patiënten dienden een
ontoereikende respons te hebben gehad op conventionele behandeling voor de ziekte van Crohn
(waaronder een corticosteroï en/of een immunomodulator). Patiënten konden ook eerder respons
de
hebben verloren op of intolerant zijn geworden voor infliximab.
Alle patiënten kregen open-label inductiebehandeling met een dosering gebaseerd op hun
lichaamsgewicht bij baseline: 160 mg in week 0 en 80 mg in week 2 voor patiënten ≥ 40 kg en
respectievelijk 80 mg en 40 mg voor patiënten < 40 kg.
In week 4 werden patiënten op basis van het lichaamsgewicht dat zij op dat moment hadden 1:1
gerandomiseerd naar ofwel het lage ofwel het standaard onderhoudsdoseringsschema zoals te zien in
tabel 28.
Tabel 28. Onderhoudsdoseringsschema
Gewicht patiënt
< 40 kg
≥ 40 kg
Werkzaamheidsresultaten
Het primaire eindpunt van het onderzoek was klinische remissie in week 26, gedefinieerd als PCDAI-
score ≤ 10.
Percentages klinische remissie en klinische respons (gedefinieerd als reductie in PCDAI-score van ten
minste 15 punten ten opzichte van baseline) zijn weergegeven in tabel 29. Percentages van
discontinuering van corticosteroï of immunomodulatoren zijn weergegeven in tabel 30.
den
Tabel 29.
Onderzoek juveniele ziekte van Crohn
PCDAI klinische remissie en respons
Standaarddosering
Lage dosering
40/20 mg eenmaal 20/10 mg eenmaal
per twee weken
per twee weken
N = 93
N = 95
Week 26
Klinische remissie
38,7%
28,4%
Klinische respons
59,1%
48,4%
Week 52
Klinische remissie
33,3%
23,2%
Klinische respons
41,9%
28,4%
* p-waarde voor vergelijking standaarddosering
versus
lage dosering.
p-waarde*
Lage dosis
10 mg eenmaal per twee weken
20 mg eenmaal per twee weken
Standaarddosering
20 mg eenmaal per twee weken
40 mg eenmaal per twee weken
0,075
0,073
0,100
0,038
51
Tabel 30.
Onderzoek juveniele ziekte van Crohn
Discontinuering van corticosteroï
den of immuunmodulerende middelen en fistelremissie
Standaarddosering Lage dosering
40/20 mg eenmaal
20/10 mg
per twee weken eenmaal per twee
weken
N = 33
N = 38
84,8%
65,8%
69,7%
60,5%
N = 60
N = 57
p-waarde
1
Stopzetten van corticosteroï
den
Week 26
0,066
Week 52
0,420
Stopzetten van immuunmodulerende
middelen
Week 52
30,0%
29,8%
0,983
3
Fistelremissie
N = 15
N = 21
Week 26
46,7%
38,1%
0,608
Week 52
40,0%
23,8%
0,303
1
p-waarde voor vergelijking standaarddosering
versus
lage dosering.
2
Immunosuppressieve behandeling kon alleen worden stopgezet in of na week 26 na besluit van
de onderzoeker wanneer de proefpersoon voldeed aan het klinische responscriterium
3
gedefinieerd als het sluiten van alle fistels die vanaf baseline gedurende ten minste 2
opeenvolgende bezoeken na baseline draineerden
In beide behandelgroepen werden statistisch significante toenames (verbeteringen) in Body Mass
Index en groeisnelheid vanaf baseline tot week 26 en week 52 waargenomen.
In beide behandelgroepen werden ook statistisch en klinisch significante verbeteringen in de
parameters voor de kwaliteit van leven vanaf baseline waargenomen (waaronder IMPACT III).
Honderd patiënten (n=100) uit het onderzoek bij pediatrische patiënten met de ziekte van Crohn
namen deel aan een open-label langetermijnextensieonderzoek. Na 5 jaar adalimumabtherapie bleef
74,0% (37/50) van de 50 patiënten die nog in de studie zaten in klinische remissie en 92,0% (46/50)
van de patiënten hielden een klinische respons per PCDAI.
Juveniele colitis ulcerosa
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in een gerandomiseerd,
dubbelblind onderzoek in meerdere centra bij 93 pediatrische patiënten van 5 tot en met 17 jaar met
matige tot ernstige colitis ulcerosa (Mayo-score 6 tot 12 met endoscopische subscore van 2 tot 3
punten, bevestigd door centraal afgelezen endoscopie) die een ontoereikende respons hadden op
conventionele behandeling of deze niet verdroegen. Bij ongeveer 16% van de patiënten in het
onderzoek was een eerdere anti-TNF-behandeling niet geslaagd. Patiënten die op het moment van
inclusie corticosteroï kregen konden hun corticosteroï
den
denbehandeling afbouwen na week 4.
Tijdens de inductieperiode van het onderzoek werden 77 patiënten gerandomiseerd 3:2 naar een
dubbelblinde behandeling met adalimumab met een inductiedosering van 2,4 mg/kg (maximaal
160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2 of een inductiedosering van
2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in week 1 en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week
2. Beide groepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6. Na een aanpassing in de
opzet van het onderzoek kregen de overgebleven 16 patiënten die werden geï
ncludeerd in de
inductieperiode een open-labelbehandeling met adalimumab met de inductiedosering van 2,4 mg/kg
(maximaal 160 mg) in week 0 en week 1 en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2.
In week 8 werden 62 patiënten met een aangetoonde klinische respons volgens partiële Mayo-score
(Partial Mayo Score (PMS) gedefinieerd als een afname in PMS ≥ 2 punten en ≥ 30% ten opzichte van
52
de uitgangssituatie) gerandomiseerd naar gelijke groepen om een dubbelblinde
onderhoudsbehandeling met adalimumab te krijgen in een dosering van 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg)
eenmaal per week of een onderhoudsbehandeling van 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee
weken. Voorafgaand aan een wijziging in de opzet van het onderzoek werden 12 extra patiënten met
een aangetoonde klinische respons volgens PMS gerandomiseerd naar placebo, maar deze werden niet
opgenomen in de bevestigende analyse van de werkzaamheid.
Opvlamming van ziekte werd gedefinieerd als een toename in PMS van ten minste 3 punten (voor
patiënten met een PMS van 0 tot 2 in week 8), ten minste 2 punten (voor patiënten met een PMS van 3
tot 4 in week 8) of ten minste 1 punt (voor patiënten met een PMS van 5 tot 6 in week 8).
Patiënten die voldeden aan de criteria voor opvlamming van ziekte in of na week 12, werden
gerandomiseerd naar het ontvangen van een herinductiedosering van 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) of
een dosis van 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) en bleven daarna hun respectievelijke onderhoudsdosering
ontvangen.
Werkzaamheidsresultaten
De co-primaire eindpunten van het onderzoek waren klinische remissie volgens PMS (gedefinieerd als
PMS ≤ 2 en afwezigheid van individuele subscore > 1) in week 8, en klinische remissie volgens FMS
(Full Mayo Score, volledige Mayo-score) (gedefinieerd als een Mayo-score ≤ 2 en afwezigheid van
individuele subscore > 1) in week 52 bij patiënten met een klinische respons volgens PMS in week 8.
Klinische remissiepercentages volgens PMS in week 8 voor patiënten in elk van de
Adalimumab dubbelblinde inductiegroepen worden weergegeven in tabel 31.
Tabel 31. Klinische remissie volgens PMS na 8 weken
Adalimumab
a
Adalimumab
b, c
Maximaal 160 mg in week
Maximaal 160 mg in week
0 / placebo in week 1
0 en week 1
N = 30
N = 47
Klinische remissie
13/30 (43,3%)
28/47 (59,6%)
a
Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal
80 mg) in week 2
b
Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal
80 mg) in week 2
c
Exclusief open-label inductiedosering van Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en
week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
Opmerking 1: beide inductiegroepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6
Opmerking 2: patiënten met ontbrekende waarden in week 8 werden geacht het eindpunt niet te
hebben bereikt
In week 52 werden de klinische remissie bij responders in week 8 volgens FMS, klinische respons
volgens FMS (gedefinieerd als een afname in Mayo-score ≥ 3 punten en ≥ 30% ten opzichte van
uitgangssituatie) bij responders in week 8, mucosale genezing volgens FMS (gedefinieerd als een
Mayo-endoscopiescore ≤ 1) bij responders in week 8, klinische remissie volgens FMS bij patiënten in
remissie in week 8, en het aandeel van proefpersonen met een corticosteroï
de-vrije remissie volgens
FMS bij responders in week 8 beoordeeld bij patiënten die adalimumab kregen in het dubbelblinde
maximum van 40 mg eenmaal per twee weken (0,6 mg/kg) en maximaal 40 mg eenmaal per week
(0,6 mg/kg) als onderhoudsdosering (tabel 32).
Tabel 32. Werkzaamheidsresultaten na 52 weken
Adalimumab
a
Maximaal 40 mg eenmaal per
twee weken
53
Adalimumab
b
Maximaal 40 mg eenmaal
per week
N = 31
N = 31
Klinische remissie bij PMS-
9/31 (29,0%)
14/31 (45,2%)
responders in week 8
Klinische respons bij PMS-
19/31 (61,3%)
21/31 (67,7%)
responders in week 8
Mucosale genezing bij PMS-
12/31 (38,7%)
16/31 (51,6%)
responders in week 8
Klinische remissie bij patiënten
9/21 (42,9%)
10/22 (45,5%)
met een PMS-remissie in week 8
Corticosteroï
de-vrije remissie bij
4/13 (30,8%)
5/16 (31,3%)
PMS-responders in week 8
c
a
Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken
b
Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per week
c
Bij patiënten die bij uitgangssituatie gelijktijdig corticosteroï gebruikten
den
Opmerking: patiënten met ontbrekende waarden in week 52 of die werden gerandomiseerd om een
herinductie- of onderhoudsbehandeling te krijgen werden beschouwd als non-responders voor de
eindpunten van week 52
Extra verkennende werkzaamheidseindpunten zijn onder andere klinische respons volgens de
Paediatric Ulcerative Colitis Activity Index (PUCAI) (gedefinieerd als een afname in PUCAI ≥ 20
punten ten opzichte van uitgangssituatie) en klinische remissie volgens PUCAI (gedefinieerd als
PUCAI < 10) in week 8 en week 52 (tabel 33).
Tabel 33. Resultaten verkennende eindpunten volgens PUCAI
Week 8
Adalimumab
a
Adalimumab
b,c
Maximaal 160 mg in week 0
Maximaal 160 mg in
/ placebo in week 1
week 0 en week 1
N = 30
N = 47
Klinische remissie volgens PUCAI
10/30 (33,3%)
22/47 (46,8%)
Klinische respons volgens PUCAI
15/30 (50,0%)
32/47 (68,1%)
Week 52
Adalimumab
d
Adalimumab
e
Maximaal 40 mg eenmaal
Maximaal 40 mg
per twee weken
eenmaal per week
N = 31
N = 31
Klinische remissie volgens PUCAI
14/31 (45,2%)
18/31 (58,1%)
bij PMS-responders in week 8
Klinische respons volgens PUCAI
18/31 (58,1%)
16/31 (51,6%)
bij PMS-responders in week 8
a
Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in
week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
b
Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal
80 mg) in week 2
c
Exclusief open-label inductiedosering van Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in
week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
d
Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken
e
Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per week
Opmerking 1: beide inductiegroepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6
Opmerking 2: patiënten met ontbrekende waarden in week 8 werden geacht het eindpunt niet te
hebben bereikt
Opmerking 3: patiënten met ontbrekende waarden in week 52 of die werden gerandomiseerd om
een herinductie- of onderhoudsbehandeling te krijgen werden beschouwd als non-responders
voor de eindpunten van week 52
54
Van de met Adalimumab behandelde patiënten die herinductiebehandeling kregen tijdens de
onderhoudsperiode, bereikten 2/6 (33%) een klinische respons volgens FMS in week 52.
Kwaliteit van leven
Klinisch belangrijke verbeteringen ten opzichte van de uitgangssituatie zijn waargenomen in de
IMPACT III- en WPAI-scores (Work Productivity and Activity Impairment voor verzorgers) bij de
groepen die behandeld zijn met adalimumab.
Klinisch belangrijke toenames (verbetering) ten opzichte van de uitgangssituatie in
lengtegroeisnelheid zijn waargenomen in de groepen die werden behandeld met adalimumab. Klinisch
belangrijke toenames (verbetering) ten opzichte van de uitgangssituatie in BMI (Body Mass Index)
zijn waargenomen bij proefpersonen die de hoge onderhoudsdosering kregen van maximaal 40 mg
(0,6 mg/kg) eenmaal per week.
Juveniele uveï
tis
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in een gerandomiseerd,
dubbelblind, gecontroleerd onderzoek bij 90 pediatrische patiënten in de leeftijd van 2 tot < 18 jaar
met actieve JIA-geassocieerde niet-infectieuze uveï anterior die ongevoelig waren voor ten minste
tis
12 weken behandeling met methotrexaat. Patiënten kregen ofwel placebo of 20 mg adalimumab
(indien < 30 kg) of 40 mg adalimumab (indien ≥ 30 kg) om de twee weken in combinatie met hun
baselinedosis methotrexaat.
Het primaire eindpunt was 'tijd tot falen van de behandeling'. De criteria voor falen van de
behandeling waren verergering of aanhoudend uitblijven van verbetering van de oogontsteking,
gedeeltelijke verbetering met optreden van aanhoudende oculaire comorbiditeiten of verergering van
oculaire comorbiditeiten, niet-toegestaan gebruik van gelijktijdige medicatie, en langdurige
opschorting van de behandeling.
Klinische respons
Adalimumab vertraagde de tijd tot falen van de behandeling significant in vergelijking met placebo
(zie figuur 3, p < 0,0001 op basis van log rank-test). De mediane tijd tot falen van de behandeling was
24,1 weken voor met placebo behandelde proefpersonen, terwijl de mediane tijd tot falen van de
behandeling voor met adalimumab behandelde proefpersonen niet kon worden bepaald omdat de
behandeling bij minder dan de helft van deze proefpersonen faalde. Adalimumab toonde een
significante vermindering van het risico op falen van de behandeling van 75% ten opzichte van
placebo, zoals blijkt uit de hazard ratio (HR = 0,25 [95% CI: 0,12, 0,49]).
55
Figuur 3: Kaplan-Meier-curves tonen een samenvatting van de tijd tot falen van de behandeling
in het onderzoek naar pediatrische uveï
tis
WAARSCHIJNLIJKHEID VAN FALEN VAN
BEHANDELING
Behandeling
TIJD (WEKEN)
– – – –
Placebo
_______
Adalimumab
Opmerking: NB: P = Placebo (aantal met risico); A = Adalimumab (aantal met risico).
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie en distributie
Na subcutane toediening van een enkele dosis van 40 mg verliep de resorptie en distributie van
adalimumab langzaam, en werden piekconcentraties in serum ongeveer 5 dagen na toediening bereikt.
De gemiddelde geschatte absolute biologische beschikbaarheid van adalimumab na een enkele
subcutane dosis van 40 mg in deze drie onderzoeken bedroeg 64%. Na een enkele intraveneuze dosis
van 0,25 tot 10 mg/kg waren de concentraties dosisafhankelijk. Na doseringen van 0,5 mg/kg (~40
mg), varieerde de klaring van 11 tot 15 ml/uur, het verdelingsvolume (V
ss
) varieerde van 5 tot 6 liter
en de gemiddelde terminale halfwaardetijd bedroeg circa twee weken. De adalimumab-concentraties
in het synoviavocht van verschillende patiënten met reumatoï artritis varieerden van 31 tot 96% van
de
die in serum.
Na subcutane toediening van 40 mg adalimumab eenmaal per twee weken bij volwassen patiënten met
reumatoï artritis (RA) waren de gemiddelde steady-state dalconcentraties respectievelijk circa 5
de
µg/ml (zonder gelijktijdig methotrexaat) en 8 tot 9 µg/ml (met gelijktijdig methotrexaat). De
dalwaarden voor adalimumab in serum in een steady-state-toestand namen na subcutane toediening
van 20, 40 en 80 mg eenmaal per twee weken en eenmaal per week bij benadering evenredig met de
dosering toe.
Na subcutane toediening van 24 mg/m² (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken aan patiënten met
polyarticulaire juveniele idiopathische artritis (JIA) in de leeftijd van 4 tot en met 17 jaar was de
gemiddelde steady-state dalconcentratie (waarden gemeten van week 20 tot week 48) van adalimumab
in serum 5,6 ± 5,6 μg/ml (102% CV) voor adalimumab zonder gelijktijdig gebruik van methotrexaat
en 10,9 ± 5,2 μg/ml (47,7% CV) voor gebruik in combinatie met methotrexaat.
56
Bij patiënten met polyarticulaire JIA in de leeftijd van 2 tot 4 jaar of 4 jaar en ouder met een
lichaamsgewicht van minder dan 15 kg die 24 mg/m² adalimumab kregen, waren de gemiddelde
steady-state dalconcentraties van adalimumab 6,0 ± 6,1 μg/ml (101% CV) bij adalimumab zonder
gelijktijdig gebruik van methotrexaat en 7,9 ± 5,6 µg/ml (71,2% CV) voor gebruik in combinatie met
methotrexaat.
Na subcutane toediening van 24 mg/m² (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken aan patiënten met
enthesitis-gerelateerde artritis in de leeftijd van 6 tot en met 17 jaar waren de gemiddelde steady-state
dalconcentraties (waarden gemeten in week 24) van adalimumab in serum 8,8 ± 6,6 μg/ml bij
adalimumab zonder gelijktijdig gebruik van methotrexaat en 11,8 ± 4,3 µg/ml voor gebruik in
combinatie met methotrexaat.
Na subcutane toediening van 40 mg adalimumab eenmaal per twee weken aan volwassen patiënten
met axiale spondylartritis zonder röntgenologisch bewijs van AS was de gemiddelde (±SD) steady-
state dalconcentratie in week 68, 8,0 ± 4,6 μg/ml.
Bij volwassen patiënten met psoriasis was de gemiddelde steady-state dalconcentratie 5 μg/ml
gedurende behandeling met monotherapie adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken.
Na subcutane toediening van 0,8 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken aan pediatrische
patiënten met chronische plaque psoriasis was de gemiddelde ± SD steady-state dalconcentratie
adalimumab ongeveer 7,4 ± 5,8 μg/ml (79% CV).
Bij volwassen patiënten met hidradenitis suppurativa werden bij een dosis van 160 mg adalimumab in
week 0, gevolgd door 80 mg in week 2 dalconcentraties adalimumab in serum bereikt van ongeveer 7
tot 8 μg/ml in week 2 en week 4. De gemiddelde steady-state dalconcentraties van week 12 tot en met
week 36 bedroegen ongeveer 8 tot 10 μg/ml bij een wekelijkse behandeling met 40 mg adalimumab.
De blootstelling aan adalimumab bij adolescente HS-patiënten werd voorspeld door gebruik te maken
van farmacokinetische populatiemodellen en simulatie die was gebaseerd op farmacokinetiek voor
andere indicaties bij pediatrische patiënten (juveniele psoriasis, juveniele idiopathische artritis,
juveniele ziekte van Crohn en enthesitis-gerelateerde artritis). Het aanbevolen doseringsschema voor
HS bij adolescenten is 40 mg eenmaal per twee weken. Omdat de lichaamsgrootte invloed kan hebben
op de blootstelling aan adalimumab, kunnen adolescenten met een hoger lichaamsgewicht en
onvoldoende respons baat hebben bij de aanbevolen dosering voor volwassenen van eenmaal per week
40 mg.
Bij patiënten met de ziekte van Crohn worden bij de oplaaddosis van 80 mg adalimumab in week 0
gevolgd door 40 mg adalimumab in week 2 dalconcentraties van adalimumab in serum bereikt van
ongeveer 5,5 µg/ml gedurende de inductieperiode. Bij een oplaaddosis van 160 mg adalimumab in
week 0 gevolgd door 80 mg adalimumab in week 2 worden dalconcentraties van adalimumab in serum
bereikt van ongeveer 12 µg/ml gedurende de inductieperiode. Gemiddelde steady-state
dalconcentraties van ongeveer 7 µg/ml werden waargenomen bij patiënten met de ziekte van Crohn
die eenmaal per twee weken een onderhoudsdosering van 40 mg adalimumab kregen.
Bij pediatrische patiënten met matig ernstige tot ernstige ziekte van Crohn was de open-label
adalimumab inductiedosering respectievelijk 160/80 mg of 80/40 mg in week 0 en week 2, afhankelijk
van of het lichaamsgewicht meer of minder dan 40 kg was. In week 4 werden patiënten op basis van
hun lichaamsgewicht 1:1 gerandomiseerd naar ofwel de standaarddosering (40/20 mg eenmaal per
twee weken) ofwel de lage dosering (20/10 mg eenmaal per twee weken)
onderhoudsbehandelingsgroep. De gemiddelde (±SD) in week 4 bereikte dalconcentraties voor
adalimumab in serum waren 15,7±6,6 μg/ml voor patiënten ≥ 40 kg (160/80 mg) en 10,6±6,1 μg/ml
voor patiënten < 40 kg (80/40 mg).
Bij patiënten die hun gerandomiseerde behandeling voortzetten, was de gemiddelde (±SD)
adalimumab dalconcentratie in week 52 voor de groep met standaarddosering 9,5±5,6 μg/ml en voor
de groep met lage dosering 3,5±2,2 μg/ml. De gemiddelde dalconcentraties werden gedurende 52
57
weken gehandhaafd bij patiënten die voortgezette behandeling met adalimumab eenmaal per twee
weken kregen. Bij patiënten voor wie de dosering werd verhoogd van eenmaal per twee weken naar
een wekelijkse dosering waren de gemiddelde (±SD) serumconcentraties van adalimumab in week 52
15,3±11,4 μg/ml (40/20 mg, wekelijks) en 6,7±3,5 μg/ml (20/10 mg, wekelijks).
Bij patiënten met colitis ulcerosa worden bij de oplaaddosis van 160 mg adalimumab in week 0
gevolgd door 80 mg adalimumab in week 2 dalconcentraties van adalimumab in serum bereikt van
ongeveer 12 μg/ml gedurende de inductieperiode. Gemiddelde steady-state dalconcentraties van
ongeveer 8 μg/ml werden waargenomen bij patiënten met colitis ulcerosa die eenmaal per twee weken
een onderhoudsdosering van 40 mg adalimumab kregen.
Na de subcutane toediening van een op lichaamsgewicht gebaseerde dosering van 0,6 mg/kg
(maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken aan pediatrische patiënten met colitis ulcerosa was de
gemiddelde steady-state dalconcentratie van adalimumab in serum 5,01±3,28 µg/ml in week 52. Bij
patiënten die eenmaal per week 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) kregen, was de gemiddelde (±SD)
steady-state dalconcentratie van adalimumab in serum 15,7±5,60 μg/ml in week 52.
Bij volwassen patiënten met uveï resulteerde een oplaaddosis van 80 mg adalimumab in week 0,
tis
gevolgd door 40 mg adalimumab eenmaal per twee weken vanaf week 1, in een gemiddelde steady-
state concentratie van ongeveer 8 tot 10 μg/ml.
De blootstelling aan adalimumab bij patiënten met juveniele uveï werd voorspeld door gebruik te
tis
maken van farmacokinetische populatiemodellen en simulatie die was gebaseerd op farmacokinetiek
voor andere indicaties bij pediatrische patiënten (juveniele psoriasis, juveniele idiopathische artritis,
juveniele ziekte van Crohn en enthesitis-gerelateerde artritis). Er zijn geen klinische
blootstellingsgegevens beschikbaar betreffende het gebruik van de oplaaddosis bij kinderen jonger dan
6 jaar. De voorspelde blootstellingen duiden erop dat in de afwezigheid van methotrexaat een
oplaaddosis kan leiden tot een initiële toename in de systemische blootstelling.
Populatie-farmacokinetische en farmacokinetische/farmacodynamische modellering en simulatie
voorspelden een vergelijkbare blootstelling aan en effectiviteit van adalimumab bij patiënten die
behandeld werden met 80 mg eenmaal per twee weken in vergelijking met 40 mg eenmaal per week
(inclusief volwassen patiënten met RA, HS, UC, CD of PsO, adolescente patiënten met HS en
pediatrische patiënten ≥ 40 kg met CD en UC).
Relatie tussen blootstelling en respons bij pediatrische patiënten
Op basis van gegevens uit klinisch onderzoek bij patiënten met JIA (pJIA en ERA) is een relatie
tussen blootstelling en respons vastgesteld tussen plasmaconcentraties en ACR Pedi 50-respons. De
schijnbare plasmaconcentratie van adalimumab die de helft van de maximale waarschijnlijkheid van
een ACR Pedi 50-respons (EC
50
) geeft, was 3 μg/ml (95% CI: 1-6 μg/ml).
Relaties tussen blootstelling en respons voor de adalimumabconcentratie en effectiviteit bij
pediatrische patiënten met ernstige chronische plaque psoriasis werden vastgesteld voor PASI 75
respectievelijk PGA schoon of minimaal. PASI 75 en PGA schoon of minimaal namen toe bij
toenemende concentraties adalimumab, beide met een vergelijkbare schijnbare EC
50
van ongeveer 4,5
μg/ml (95% CI respectievelijk 0,4-47,6 en 1,9-10,5).
Eliminatie
Populatie-farmacokinetische analyses met gegevens van meer dan 1.300 RA-patiënten gaven een trend
te zien in de richting van verhoogde schijnbare klaring van adalimumab bij toenemend
lichaamsgewicht. Na correctie voor gewichtsverschillen, leken geslacht en leeftijd een minimaal effect
te hebben op de adalimumab-klaring. Er zijn lagere serumconcentraties vrij adalimumab (niet
gebonden aan anti-adalimumab antilichamen, AAA) waargenomen bij patiënten met meetbare AAA's.
58
Lever- of nierinsufficiëntie
Adalimumab is niet onderzocht bij patiënten met lever- of nierinsufficiëntie.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens tonen geen speciale risico's aan voor mensen, uitgaande van onderzoek van de
toxiciteit bij enkele dosering, de toxiciteit bij herhaalde dosering en de genotoxiciteit.
Er is een onderzoek uitgevoerd naar de toxiciteit voor de embryofoetale ontwikkeling/perinatale
ontwikkeling bij Cynomolgus-apen met 0, 30 en 100 mg/kg (9-17 apen/groep), waarbij geen
aanwijzing werd gevonden voor schade aan de foetussen als gevolg van adalimumab. Er werden noch
carcinogeniciteitsonderzoeken, noch een standaardbeoordeling van de vruchtbaarheid en de postnatale
toxiciteit uitgevoerd met adalimumab, omwille van het ontbreken van gepaste modellen voor een
antilichaam met beperkte kruisreactiviteit met knaagdier-TNF en vanwege de vorming van
neutraliserende antilichamen bij knaagdieren.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Azijnzuur
Natriumacetaat-trihydraat
Glycine
Polysorbaat 80
Water voor injecties
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden
6.3
3 jaar
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Bewaren in de koelkast (2 °C – 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit of voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Een enkele voorgevulde spuit of voorgevulde pen met Yuflyma kan worden bewaard bij een
temperatuur van maximaal 25 °C gedurende een periode van maximaal 30 dagen. De voorgevulde
spuit of voorgevulde pen moet tegen licht worden beschermd en moet worden weggegooid wanneer
deze niet binnen de periode van 30 dagen wordt gebruikt.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit (glas van type I) met zuigerstopper
(bromobutylrubber) en een naald met een naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
59
Verpakkingen met:
1 voorgevulde spuit (0,4 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
2 voorgevulde spuiten (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
4 voorgevulde spuiten (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
6 voorgevulde spuiten (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls
De spuit is gemaakt van glas van type I met een zuigerstopper (bromobutylrubber) en naald met een
naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
Verpakkingen met:
1 voorgevulde spuit met naaldhuls (0,4 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
2 voorgevulde spuiten met naaldhuls (0,4 ml steriele oplossing) elk met 1 alcoholdoekje.
4 voorgevulde spuiten met naaldhuls (0,4 ml steriele oplossing) elk met 1 alcoholdoekje.
6 voorgevulde spuiten met naaldhuls (0,4 ml steriele oplossing) elk met 1 alcoholdoekje.
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen voor gebruik door patiënt die een voorgevulde spuit
bevat. De spuit in de pen is gemaakt van glas van type I met een plunjerstopper (bromobutylrubber) en
een naald met een naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
Verpakkingen met:
1 voorgevulde pen (0,4 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
2 voorgevulde pennen (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
4 voorgevulde pennen (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
6 voorgevulde pennen (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1–3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
EU/1/20/1513/001
EU/1/20/1513/002
EU/1/20/1513/003
EU/1/20/1513/004
60
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls
EU/1/20/1513/005
EU/1/20/1513/006
EU/1/20/1513/007
EU/1/20/1513/008
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
EU/1/20/1513/009
EU/1/20/1513/010
EU/1/20/1513/011
EU/1/20/1513/012
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 11 februari 2021
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
61
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht
alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van bijwerkingen.
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Elke voorgevulde spuit van 0,8 ml bevat een enkele dosis van 80 mg adalimumab.
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Elke voorgevulde pen van 0,8 ml bevat een enkele dosis van 80 mg adalimumab.
Adalimumab is een recombinant humaan monoklonaal antilichaam dat geproduceerd wordt in Chinese
Hamster Ovariumcellen.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectie)
Heldere tot licht opalescente, kleurloze tot lichtbruine oplossing.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Reumatoï artritis
de
Yuflyma in combinatie met methotrexaat is geï
ndiceerd voor:
de behandeling van matige tot ernstige, actieve reumatoï artritis bij volwassen patiënten die
de
een ontoereikende respons hebben gehad op ziektemodificerende antireumatische
geneesmiddelen inclusief methotrexaat;
de behandeling van ernstige, actieve en progressieve reumatoï artritis bij volwassenen die niet
de
eerder zijn behandeld met methotrexaat.
Yuflyma kan als monotherapie worden gebruikt in geval van intolerantie voor methotrexaat of
wanneer voortzetting van de behandeling met methotrexaat ongewenst is.
Het is aangetoond dat adalimumab de progressie van gewrichtsschade afremt, zoals gemeten door
middel van röntgenonderzoek, en het lichamelijk functioneren verbetert wanneer het gegeven wordt in
combinatie met methotrexaat.
62
Psoriasis
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige chronische plaque psoriasis bij
volwassen patiënten die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Hidradenitis suppurativa (HS)
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van actieve matige tot ernstige hidradenitis suppurativa
(acne inversa) bij volwassenen en adolescenten vanaf 12 jaar met ontoereikende respons op een
conventionele systemische HS-behandeling (zie rubriek 5.1 en 5.2).
Ziekte van Crohn
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van matig tot ernstig actieve ziekte van Crohn bij
volwassen patiënten die niet gereageerd hebben op een volledige en adequate behandeling met een
corticosteroï en/of een immunosuppressivum, of die dergelijke behandelingen niet verdragen of bij
d
wie hiertegen een contra-indicatie bestaat.
Juveniele ziekte van Crohn
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van matig tot ernstig actieve ziekte van Crohn bij
kinderen (vanaf 6 jaar) die een ontoereikende respons hebben gehad op conventionele behandeling
waaronder primaire voedingstherapie en een corticosteroï en/of een immuunmodulerend middel, of
d
die dergelijke behandelingen niet verdragen of bij wie hiertegen een contra-indicatie bestaat.
Colitis ulcerosa
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van matig tot ernstig actieve colitis ulcerosa bij
volwassen patiënten die een ontoereikende respons hebben gehad op conventionele therapie,
waaronder corticosteroï en 6-mercaptopurine (6-MP) of azathioprine (AZA), of die dergelijke
den
behandelingen niet verdragen of bij wie hiertegen een contra-indicatie bestaat.
Juveniele colitis ulcerosa
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van matig tot ernstig actieve colitis ulcerosa bij kinderen
(vanaf 6 jaar) die een ontoereikende respons hebben gehad op conventionele behandeling waaronder
corticosteroï en/of 6-mercaptopurine (6-MP) of azathioprine (AZA), of die dergelijke
den
behandelingen niet verdragen of bij wie hiertegen een contra-indicatie bestaat.
Uveï
tis
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van niet-infectieuze intermediaire uveï uveï
tis,
tis
posterior en panuveï bij volwassen patiënten die een ontoereikende respons hebben gehad op
tis
corticosteroï
den, bij patiënten die minder corticosteroï moeten gebruiken of voor wie een
den
corticosteroï behandeling niet geschikt is.
de
Juveniele uveï
tis
Yuflyma is geï
ndiceerd voor de behandeling van juveniele chronische niet-infectieuze uveitis anterior
bij patiënten vanaf twee jaar die een ontoereikende respons hebben gehad op conventionele
behandeling of deze niet verdragen, of voor wie conventionele behandeling niet geschikt is.
4.2
Dosering en wijze van toediening
De Yuflyma-behandeling dient te worden geï
nitieerd en plaats te vinden onder toezicht van medisch
specialisten met ervaring in het diagnosticeren en behandelen van de aandoeningen waarvoor Yuflyma
is geï
ndiceerd. Oogartsen wordt geadviseerd om te overleggen met een geschikte specialist voor
63
aanvang van de behandeling met Yuflyma (zie rubriek 4.4). Aan patiënten die behandeld worden met
Yuflyma dient een speciale Yuflyma veiligheidsinformatiekaart voor patiënten (patiëntenkaart)
gegeven te worden.
Na de injectietechniek goed te hebben geoefend, kunnen patiënten zelf Yuflyma injecteren als hun arts
beslist dat dit passend is, en met medische follow-up voor zover dit nodig is.
Gedurende de behandeling met Yuflyma moeten andere gelijktijdige behandelingen (bijv.
corticosteroï en/of immuunmodulerende middelen) worden geoptimaliseerd.
den
Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet mogelijk
om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig hebben.
Als een alternatieve dosis vereist is, moeten andere producten met adalimumab worden gebruikt die
een dergelijke optie bieden.
Dosering
Reumatoï artritis
de
De aanbevolen dosis Yuflyma voor volwassen patiënten met reumatoï artritis is 40 mg adalimumab
de
eenmaal per twee weken toegediend als een enkele dosis via subcutane injectie. Methotrexaat wordt
voortgezet tijdens de behandeling met Yuflyma.
Glucocorticoï
den, salicylaten, niet-steroï anti-inflammatoire middelen (NSAID's) of analgetica
de
kunnen gedurende de behandeling met Yuflyma worden gecontinueerd. Voor de combinatie met
andere antireumatische geneesmiddelen dan methotrexaat, zie rubrieken 4.4 en 5.1.
Bij gebruik als monotherapie, kunnen patiënten die een afname in hun respons hebben op Yuflyma
40 mg eenmaal per twee weken, baat hebben bij een verhoging van de dosering adalimumab tot 40 mg
eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee weken.
Beschikbare data suggereren dat de klinische respons normaal binnen 12 weken behandeling wordt
bereikt. Het vervolgen van de therapie bij patiënten die in deze periode nog niet reageren op het
geneesmiddel, dient heroverwogen te worden.
Psoriasis
De aanbevolen dosering Yuflyma voor volwassen patiënten bestaat uit een aanvangsdosis van 80 mg,
subcutaan toegediend, gevolgd door 40 mg subcutaan eenmaal per twee weken vanaf een week na de
aanvangsdosis. Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit en/of voorgevulde pen is
beschikbaar voor de onderhoudsdosering.
Als een patiënt na 16 weken behandeling niet heeft gereageerd, dient voortzetting van de therapie
zorgvuldig te worden heroverwogen.
Na 16 weken kunnen patiënten die onvoldoende reageren op Yuflyma 40 mg eenmaal per twee weken,
baat hebben bij een verhoging van de dosering naar 40 mg eenmaal per week of 80 mg eenmaal per
twee weken. Bij patiënten met onvoldoende respons op Yuflyma dienen de voordelen en risico’s van
voortgezette behandeling met wekelijks 40 mg of 80 mg eenmaal per twee weken zorgvuldig te
worden afgewogen nadat de dosering is verhoogd (zie rubriek 5.1). Als de respons voldoende is met
40 mg eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee weken, kan de dosering vervolgens weer naar
40 mg eenmaal per twee weken verlaagd worden.
Hidradenitis suppurativa
Het aanbevolen Yuflyma-doseringsschema voor volwassen patiënten met hidradenitis suppurativa
(HS) start met 160 mg op dag 1 (gegeven als twee injecties van 80 mg op één dag of als één injectie
64
van 80 mg per dag voor twee opeenvolgende dagen), gevolgd door 80 mg twee weken later op dag 15.
Twee weken later (dag 29) wordt de therapie voortgezet met een dosis van 40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee weken. Behandelingen met antibiotica mogen indien nodig tijdens de
behandeling met Yuflyma worden voortgezet. Patiënten wordt aangeraden tijdens de behandeling met
Yuflyma dagelijks een lokaal antiseptisch middel voor hun HS-laesies te gebruiken.
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden heroverwogen wanneer een patiënt in
week 12 nog geen respons vertoont.
Als de behandeling moet worden onderbroken, kan er opnieuw worden gestart met 40 mg Yuflyma
eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee weken (zie rubriek 5.1).
De verhouding tussen voordelen en risico’s van aanhoudende langetermijnbehandeling moet
regelmatig geëvalueerd worden (zie rubriek 5.1).
De ziekte van Crohn
Het aanbevolen Yuflyma inductiedoseringsschema voor volwassen patiënten met matig tot ernstig
actieve ziekte van Crohn is 80 mg in week 0, gevolgd door 40 mg in week 2. Indien er een snellere
respons op de behandeling nodig is, kan het schema 160 mg in week 0 (gegeven als twee injecties van
80 mg op één dag of als één injectie van 80 mg per dag voor twee opeenvolgende dagen), 80 mg in
week 2 kan worden gebruikt met de wetenschap dat het risico op bijwerkingen groter is tijdens
inductie.
Na de inductiebehandeling is de aanbevolen dosering 40 mg eenmaal per twee weken via subcutane
injectie. Eventueel mag, indien een patiënt gestopt is met Yuflyma en symptomen van de ziekte
terugkeren, Yuflyma opnieuw worden toegediend. Er is weinig ervaring met opnieuw toedienen na
meer dan 8 weken sinds de vorige dosis.
Gedurende de onderhoudsbehandeling kunnen corticosteroï geleidelijk worden afgebouwd
den
overeenkomstig klinische richtlijnen.
Sommige patiënten die een verminderde respons ervaren op Yuflyma 40 mg eenmaal per twee weken,
kunnen baat hebben bij een verhoging van de dosering naar 40 mg adalimumab per week of 80 mg
eenmaal per twee weken.
Sommige patiënten die geen respons hebben in week 4, kunnen baat hebben bij voortgezette
onderhoudsbehandeling tot en met week 12. Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te
worden heroverwogen bij een patiënt die binnen deze periode nog geen respons ervaart.
Colitis ulcerosa
Het aanbevolen Yuflyma inductiedoseringsschema voor volwassen patiënten met matige tot ernstige
colitis ulcerosa is 160 mg in week 0 (gegeven als twee injecties van 80 mg op één dag of als één
injectie van 80 mg per dag voor twee opeenvolgende dagen)en 80 mg in week 2. Na de
inductiebehandeling is de aanbevolen dosering 40 mg eenmaal per twee weken via subcutane injectie.
Gedurende de onderhoudsbehandeling kunnen corticosteroï geleidelijk worden afgebouwd
den
overeenkomstig klinische richtlijnen.
Sommige patiënten die een verminderde respons ervaren op 40 mg eenmaal per twee weken, kunnen
baat hebben bij een verhoging van de dosering naar eenmaal per week 40 mg Yuflyma of 80 mg
eenmaal per twee weken.
Beschikbare gegevens tonen aan dat een klinische respons gewoonlijk binnen 2-8 weken behandeling
wordt bereikt. Behandeling met Yuflyma dient niet te worden voortgezet bij patiënten die binnen deze
periode geen respons ervaren.
65
Uveï
tis
De aanbevolen dosering Yuflyma voor volwassen patiënten met uveï bestaat uit een aanvangsdosis
tis
van 80 mg, gevolgd door 40 mg eenmaal per twee weken vanaf één week na de aanvangsdosis. Er is
beperkte ervaring met de start van behandeling met uitsluitend adalimumab. Behandeling met
Yuflyma kan gestart worden in combinatie met corticosteroï en/of andere niet-biologische
den
immuunmodulerende middelen. Corticosteroï die gelijktijdig worden gebruikt kunnen worden
den
afgebouwd overeenkomstig de klinische praktijk, te beginnen twee weken na aanvang van de
behandeling met Yuflyma.
Aanbevolen wordt de voordelen en risico’s van voortgezette langetermijnbehandeling jaarlijks te
evalueren (zie rubriek 5.1).
Speciale patiënten
Ouderen
Aanpassing van de dosis is niet vereist.
Nier- en/of leverfunctiestoornis
Adalimumab is niet onderzocht in deze patiëntenpopulaties. Er kan geen doseringsadvies worden
gegeven.
Pediatrische patiënten
Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet mogelijk
om Yuflyma toe te dienen aan pediatrische patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg
nodig hebben. Als een alternatieve dosis vereist is, moeten andere producten met adalimumab worden
gebruikt die een dergelijke optie bieden.
Hidradenitis suppurativa bij adolescenten (vanaf 12 jaar, met een gewicht van minstens 30 kg)
Er zijn geen klinische studies met adalimumab bij adolescente patiënten met HS uitgevoerd. De
dosering van adalimumab bij deze patiënten is bepaald met farmacokinetische modellen en simulatie
(zie rubriek 5.2).
De aanbevolen dosis Yuflyma is 80 mg in week 0, gevolgd door 40 mg eenmaal per twee weken vanaf
week 1 via subcutane injectie.
Bij adolescente patiënten die onvoldoende reageren op Yuflyma 40 mg eenmaal per twee weken, kan
een verhoging van de dosering naar 40 mg adalimumab eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee
weken worden overwogen.
Behandelingen met antibiotica kunnen indien nodig tijdens de behandeling met Yuflyma worden
voortgezet. Patiënten wordt aangeraden tijdens de behandeling met Yuflyma dagelijks een lokaal
antiseptisch middel voor hun HS-laesies te gebruiken.
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden heroverwogen wanneer een patiënt in
week 12 nog geen verbetering vertoont.
Als de behandeling wordt onderbroken, kan er indien nodig opnieuw worden gestart met Yuflyma.
De verhouding tussen voordelen en risico’s van aanhoudende langetermijnbehandeling moet
regelmatig geëvalueerd worden (zie de gegevens voor volwassenen in rubriek 5.1).
66
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 12 jaar met deze indicatie.
Juveniele ziekte van Crohn
De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten met de ziekte van Crohn in de leeftijd van 6 tot 17 jaar is
gebaseerd op lichaamsgewicht (tabel 1). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Tabel 1. Adalimumab-dosis voor kinderen met de ziekte van Crohn
Gewicht
patiënt
< 40 kg
Inductiedosering
40 mg in week 0 en 20 mg in week 2*
Onderhoudsdosering
vanaf week 4
Indien een snellere respons op de therapie nodig is, kan
de volgende dosering worden gebruikt, waarbij men zich
ervan bewust moet zijn dat het risico op bijwerkingen
hoger kan zijn wanneer de hogere inductiedosering wordt
gebruikt:
80 mg in week 0 en 40 mg in week 2
≥ 40 kg
80 mg in week 0 en 40 mg in week 2
40 mg eenmaal per
twee weken
Indien een snellere respons op de therapie nodig is, kan
de volgende dosering worden gebruikt, waarbij men zich
ervan bewust moet zijn dat het risico op bijwerkingen
hoger kan zijn wanneer de hogere inductiedosering wordt
gebruikt:
160 mg in week 0 en 80 mg in week 2
* Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het
niet mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg
nodig hebben.
Patiënten die onvoldoende respons ervaren, kunnen baat hebben bij een verhoging van de dosering:
≥ 40 kg: 40 mg eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee weken
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden overwogen wanneer een patiënt in week
12 nog geen respons vertoont.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 6 jaar voor deze indicatie.
Juveniele colitis ulcerosa
De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten van 6 tot en met 17 jaar met colitis ulcerosa is gebaseerd
op het lichaamsgewicht (tabel 2). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Tabel 2. Yuflyma dosis voor pediatrische patiënten met colitis ulcerosa
Patiëntgewicht
< 40 kg
Inductiedosering
• 80 mg in week 0 (gegeven als één
injectie met 80 mg) en
• 40 mg in week 2 (gegeven als één
injectie met 40 mg)
• 160 mg in week 0 (gegeven als
twee injecties van 80 mg op één
dag of als één injectie van 80 mg
67
Onderhoudsdosering
vanaf week 4*
• 40 mg eenmaal per twee
weken
≥ 40 kg
• 80 mg eenmaal per twee
weken
per dag voor twee opeenvolgende
dagen) en
• 80 mg in week 2 (gegeven als één
injectie van 80 mg op één dag)
*
Pediatrische patiënten die 18 jaar worden tijdens behandeling met Yuflyma dienen door te
gaan met de hun voorgeschreven onderhoudsdosis.
Voortzetting van de behandeling na 8 weken dient zorgvuldig te worden overwogen bij patiënten die
geen tekenen van een respons vertonen binnen deze tijdsperiode.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 6 jaar voor deze indicatie.
Juveniele uveï
tis
De aanbevolen dosis Yuflyma voor kinderen met uveï vanaf 2 jaar is gebaseerd op lichaamsgewicht
tis
(tabel 3). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Voor juveniele uveï is er geen ervaring met de behandeling van adalimumab zonder gelijktijdig
tis
gebruik van methotrexaat.
Tabel 3. Yuflyma-dosis voor kinderen met uveï
tis
Gewicht patiënt
< 30 kg
≥ 30 kg
Doseringsschema
40 mg eenmaal per twee weken
in combinatie met methotrexaat
Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet
mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig
hebben.
Bij initiatie van de Yuflyma-behandeling kan één week voor aanvang van de onderhoudsbehandeling
een oplaaddosis van 40 mg worden toegediend voor patiënten < 30 kg of 80 mg voor patiënten ≥30 kg.
Er zijn geen klinische gegevens beschikbaar over het gebruik van een oplaaddosis adalimumab bij
kinderen jonger dan 6 jaar (zie rubriek 5.2).
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 2 jaar voor deze indicatie.
Aanbevolen wordt de voordelen en risico’s van voortgezette langetermijnbehandeling jaarlijks te
evalueren (zie rubriek 5.1).
Juveniele plaque psoriasis
De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten met plaque psoriasis van 4 tot 17 jaar oud is gebaseerd
op lichaamsgewicht (tabel 4). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Tabel 4. Yuflyma-dosis voor kinderen met plaque psoriasis
Gewicht patiënt
15 kg tot < 30 kg
≥ 30 kg
Doseringsschema
Aanvangsdosis van 40 mg,
gevolgd door eenmaal per twee
weken 40 mg vanaf één week na
de aanvangsdosis.
68
Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties.. Daardoor is het
niet mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg
nodig hebben.
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden heroverwogen bij een patiënt die geen
respons ervaart binnen 16 weken.
Als herbehandeling met adalimumab geï
ndiceerd is, dient bovenstaande aanbeveling over de dosering
en de behandelingsduur gevolgd te worden.
De veiligheid van adalimumab bij kinderen met plaque psoriasis is beoordeeld gedurende gemiddeld
13 maanden.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 4 jaar voor deze indicatie.
Wijze van toediening
Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Een volledige gebruiksaanwijzing is te vinden in de bijsluiter.
Adalimumab is in andere sterkten en toedieningsvormen beschikbaar.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Actieve tuberculose of andere ernstige infecties zoals sepsis en andere opportunistische infecties (zie
rubriek 4.4).
Matig tot ernstig hartfalen (NYHA-klasse III/IV) (zie rubriek 4.4).
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Infecties
Patiënten die TNF-antagonisten gebruiken zijn vatbaarder voor ernstige infecties. Een verminderde
longfunctie kan het risico op het ontwikkelen van infecties vergroten. Patiënten moeten daarom
zorgvuldig worden gecontroleerd op infecties, waaronder tuberculose, voor, tijdens en na de
behandeling met Yuflyma. Omdat de eliminatie van adalimumab tot vier maanden kan duren, dienen
de controles gedurende deze periode door te gaan.
De behandeling met Yuflyma mag niet worden geï
nitieerd bij patiënten met actieve infecties,
waaronder chronische of gelokaliseerde infecties, tot deze infecties onder controle zijn gebracht. Bij
patiënten die zijn blootgesteld aan tuberculose en patiënten die hebben gereisd in gebieden met een
hoog risico op tuberculose of endemische mycosen, zoals histoplasmose, coccidioï
domycose of
blastomycose, dienen het risico en de voordelen van behandeling met Yuflyma te worden afgewogen
alvorens de therapie te initiëren (zie
Andere opportunistische infecties).
Patiënten bij wie een nieuwe infectie optreedt tijdens de behandeling met Yuflyma dienen zorgvuldig
te worden gecontroleerd en dienen een volledige diagnostische evaluatie te ondergaan. Toediening van
Yuflyma dient te worden stopgezet als er bij een patiënt een nieuwe ernstige infectie of sepsis optreedt
69
en een geschikte antimicrobiële of antischimmeltherapie dient te worden geï
nitieerd tot de infectie
onder controle is gebracht. Artsen dienen de nodige voorzichtigheid in acht te nemen wanneer zij het
gebruik van Yuflyma overwegen bij patiënten met een geschiedenis van recidiverende infectie of met
onderliggende aandoeningen die tot een predispositie voor infecties kunnen leiden, inclusief het
gebruik van gelijktijdig toegediende immunosuppressiva.
Ernstige infecties
Bij patiënten die werden behandeld met adalimumab zijn ernstige infecties gerapporteerd, waaronder
sepsis, veroorzaakt door bacteriële, mycobacteriële, invasieve schimmel-, parasitaire, virale of andere
opportunistische infecties, zoals listeriose, legionellose en pneumocystose.
Andere ernstige infecties die zijn waargenomen in klinisch onderzoek zijn onder andere pneumonie,
pyelonefritis, septische artritis en septikemie. Er zijn ziekenhuisopnames en gevallen met fatale afloop
geassocieerd met infecties gemeld.
Tuberculose
Zowel reactivering als het ontstaan van tuberculose is gemeld bij patiënten die adalimumab gebruiken.
Meldingen betroffen gevallen van pulmonale en extrapulmonale (d.w.z. gedissemineerde) tuberculose.
Vóór initiatie van de behandeling met Yuflyma moeten alle patiënten worden geëvalueerd op zowel
actieve als inactieve ('latente') tuberculose-infectie. Deze evaluatie dient een gedetailleerde medische
beoordeling te omvatten van de patiëntgeschiedenis betreffende tuberculose of mogelijke eerdere
blootstelling aan mensen met actieve tuberculose en vroegere en/of huidige behandeling met
immunosuppressiva. Er moeten gepaste screeningtests (d.w.z. tuberculine huidtest en röntgenopname
van de borst) worden uitgevoerd bij alle patiënten (plaatselijke richtlijnen kunnen van toepassing zijn).
Het is aanbevolen dat de wijze waarop deze testen zijn uitgevoerd en de resultaten ervan worden
aangegeven in de Yuflyma patiëntenkaart van de patiënt. De voorschrijvers worden herinnerd aan de
risico’s van vals negatieve uitkomsten van tuberculine huidtesten, vooral bij ernstig zieke en immuno-
incompetente patiënten.
Als actieve tuberculose wordt gediagnosticeerd, mag de Yuflyma-behandeling niet worden geï
nitieerd
(zie rubriek 4.3).
In alle hieronder beschreven situaties dienen de voordelen van behandeling met Yuflyma zorgvuldig te
worden afgewogen tegen de risico’s ervan.
Als latente tuberculose vermoed wordt, dient een arts met expertise op het gebied van de
tuberculosebehandeling te worden geconsulteerd.
Als latente tuberculose wordt gediagnosticeerd, moet vóór het begin van de behandeling met Yuflyma
gestart worden met antituberculeuze behandeling volgens de plaatselijke richtlijnen.
Het gebruik van antituberculeuze profylaxe behandeling dient ook te worden overwogen vóór het
begin van de behandeling met Yuflyma bij patiënten met meerdere of significante risicofactoren voor
tuberculose ondanks een negatieve tuberculosetest en bij patiënten met latente of actieve tuberculose
in de voorgeschiedenis, bij wie niet met zekerheid is vast te stellen dat ze adequaat zijn behandeld.
Ondanks tuberculose profylaxe behandeling, zijn er gevallen van gereactiveerde tuberculose geweest
onder patiënten die met adalimumab werden behandeld. Bij sommige patiënten die met succes waren
behandeld voor actieve tuberculose, trad tuberculose opnieuw op tijdens behandeling met adalimumab.
Patiënten dienen het advies te krijgen een arts te raadplegen als tijdens of na de behandeling met
Yuflyma klachten/symptomen optreden die wijzen op een tuberculose-infectie (bijvoorbeeld
aanhoudend hoesten, emaciatie/gewichtsverlies, lichte koorts, lusteloosheid).
70
Andere opportunistische infecties
Opportunistische infecties, waaronder invasieve schimmelinfecties, zijn waargenomen bij patiënten
die werden behandeld met adalimumab. Deze infecties zijn niet altijd herkend bij patiënten die TNF-
antagonisten gebruikten en dit heeft geresulteerd in vertragingen bij het instellen van de adequate
behandeling, met in sommige gevallen een fatale afloop.
Patiënten die klachten en symptomen ontwikkelen zoals koorts, malaise, gewichtsverlies, zweten,
hoesten, dyspnoe en/of pulmonaire infiltraten of andere ernstige systemische ziekte al dan niet gepaard
gaand met shock, dienen verdacht te worden van een invasieve schimmelinfectie en de toediening van
Yuflyma dient onmiddellijk te worden gestaakt. Bij deze patiënten dient de diagnose te worden gesteld
en toediening van een empirische antischimmeltherapie te worden gestart in overleg met een arts met
expertise op het gebied van de zorg voor patiënten met invasieve schimmelinfecties.
Hepatitis B-reactivering
Reactivering van hepatitis B is opgetreden bij patiënten die behandeld werden met een TNF-antagonist
zoals adalimumab en die chronisch drager zijn van dit virus (d.w.z. oppervlakte-antigeen positief).
Sommige gevallen waren fataal. Patiënten dienen getest te worden op hepatitis B-infectie voordat met
de behandeling met Yuflyma begonnen wordt. Voor patiënten die positief voor hepatitis B-infectie
worden getest, wordt consultatie met een arts met ervaring met de behandeling van hepatitis B
aanbevolen.
Dragers van het hepatitis B-virus die behandeling met Yuflyma nodig hebben dienen zorgvuldig te
worden gemonitord op symptomen van actieve infectie met het hepatitis B-virus gedurende de
behandeling en gedurende verschillende maanden na beëindiging van de behandeling. Er zijn
onvoldoende gegevens beschikbaar over het behandelen van patiënten die drager zijn van het hepatitis
B-virus met antivirale therapie in combinatie met behandeling met TNF-antagonisten om hepatitis B-
virus reactivering te voorkomen. Bij patiënten bij wie reactivering van hepatitis B optreedt, dient
Yuflyma te worden gestopt en dient effectieve antivirale therapie met geschikte ondersteunende
behandeling te worden gestart.
Neurologische complicaties
TNF-antagonisten, waaronder adalimumab, zijn in zeldzame gevallen in verband gebracht met het
ontstaan van of de verergering van klinische symptomen en/of radiografische aanwijzingen voor
demyeliniserende aandoeningen van het centraal zenuwstelsel, waaronder multipele sclerose en
optische neuritis, en perifere demyeliniserende aandoeningen, waaronder het syndroom van Guillain-
Barré. Voorschrijvers dienen voorzichtigheid in acht te nemen wanneer het gebruik van Yuflyma
wordt overwogen bij patiënten met reeds bestaande of recent opgetreden demyeliniserende
aandoeningen van het centrale of perifere zenuwstelsel; stopzetten van het gebruik van Yuflyma dient
overwogen te worden indien een van deze aandoeningen zich ontwikkelt. Er is een bekende associatie
tussen intermediaire uveï en centrale demyeliniserende aandoeningen. Bij patiënten met niet-
tis
infectieuze intermediaire uveï moet een neurologische beoordeling worden uitgevoerd voor de start
tis
van de Yuflyma-behandeling en regelmatig tijdens de behandeling om al bestaande of zich
ontwikkelende centrale demyeliniserende aandoeningen vast te stellen.
Allergische reacties
Tijdens klinische onderzoeken traden zelden ernstige allergische reacties geassocieerd met
adalimumab op. Tijdens klinische onderzoeken traden soms niet-ernstige allergische reacties op
adalimumab op. Er zijn meldingen ontvangen van ernstige allergische reacties, waaronder anafylaxie,
na het toedienen van adalimumab. Als er een anafylactische reactie of andere ernstige bijwerking
optreedt, dient de toediening van Yuflyma onmiddellijk te worden gestaakt en dient de gepaste
behandeling te worden geï
nitieerd.
71
Immunosuppressie
Bij een onderzoek met 64 patiënten met reumatoï artritis die werden behandeld met adalimumab
de
waren er geen aanwijzingen voor onderdrukking van vertraagde hypersensitiviteit, verlaagde
immunoglobulinewaarden of gewijzigde tellingen voor effector-T-, B-, en NK-cellen,
monocyten/macrofagen en neutrofielen.
Maligniteiten en lymfoproliferatieve aandoeningen
In de gecontroleerde delen van de klinische onderzoeken met TNF-antagonisten zijn meer gevallen
van maligniteiten waaronder lymfomen waargenomen in de patiënten die TNF-antagonisten hebben
gekregen vergeleken met de controlepatiënten. Echter, het voorkomen hiervan was zeldzaam. In
postmarketingverband zijn gevallen van leukemie gemeld bij patiënten die behandeld waren met een
TNF-antagonist. Er is een verhoogd achtergrondrisico op lymfomen en leukemie voor reumatoï
de
artritis patiënten met langdurige, zeer actieve, ontstekingsziekte, wat de inschatting van het risico
compliceert. Met de huidige kennis kan een mogelijk risico op de ontwikkeling van lymfomen,
leukemie en andere maligniteiten bij patiënten die behandeld worden met TNF-antagonisten niet
worden uitgesloten.
Maligniteiten, waarvan sommige fataal, zijn in postmarketingverband gemeld bij kinderen,
adolescenten en jongvolwassenen (tot 22 jaar) die werden behandeld met TNF-antagonisten (start van
de behandeling bij een leeftijd ≤ 18 jaar), waaronder adalimumab. Ongeveer de helft van de gevallen
betrof lymfomen. De andere gemelde gevallen betroffen een variëteit van verschillende maligniteiten,
waaronder zeldzame maligniteiten die gewoonlijk in verband worden gebracht met immunosuppressie.
Een risico op het ontwikkelen van maligniteiten bij kinderen en adolescenten die behandeld worden
met TNF-antagonisten kan niet worden uitgesloten.
Er zijn zeldzame postmarketing gevallen vastgesteld van hepatosplenisch T-cellymfoom bij patiënten
die behandeld werden met adalimumab. Dit zeldzame type T-cellymfoom heeft een zeer agressief
ziekteverloop en is gewoonlijk fataal. Enkele van deze hepatosplenische T-cellymfomen tijdens
gebruik van adalimumab deden zich voor bij jonge volwassen patiënten die voor inflammatoire
darmziekte gelijktijdig behandeld werden met azathioprine of 6-mercaptopurine. Het mogelijke risico
van de combinatie van azathioprine of 6-mercaptopurine en Yuflyma moet zorgvuldig worden
overwogen. Het risico van het ontwikkelen van hepatosplenisch T-cellymfoom bij patiënten die
worden behandeld met Yuflyma kan niet worden uitgesloten (zie rubriek 4.8).
Er hebben geen onderzoeken plaatsgevonden waarbij patiënten met een achtergrond van maligniteiten
geï
ncludeerd werden of patiënten bij wie de behandeling met adalimumab werd voortgezet nadat er
zich bij hen een maligniteit had ontwikkeld. Voorzichtigheid is geboden bij de overweging om deze
patiënten met Yuflyma te behandelen (zie rubriek 4.8).
Alle patiënten, maar in het bijzonder patiënten die in het verleden uitgebreid met immunosuppressiva
zijn behandeld en psoriasispatiënten die in het verleden met PUVA behandeld zijn, dienen vóór en
tijdens de behandeling met Yuflyma te worden onderzocht op de aanwezigheid van niet-melanoom
huidkanker. Er zijn ook meldingen van melanoom en Merkelcelcarcinoom bij patiënten die werden
behandeld met TNF-antagonisten waaronder adalimumab (zie rubriek 4.8).
In een oriënterend klinisch onderzoek waarin het gebruik van een andere TNF-antagonist, infliximab,
werd geëvalueerd bij patiënten met matig ernstig tot ernstig COPD werden meer maligniteiten,
meestal in de longen of hoofd en nek, gemeld bij patiënten die infliximab gebruikten dan bij
controlepatiënten. Alle patiënten hadden een voorgeschiedenis van zwaar roken. Daarom moet
voorzichtigheid betracht worden bij het voorschrijven van TNF-antagonisten aan COPD-patiënten,
evenals aan patiënten met een verhoogd risico op een maligniteit door zwaar roken.
Op basis van de huidige gegevens is het niet bekend of behandeling met adalimumab het risico op de
ontwikkeling van dysplasie of colonkanker beï
nvloedt. Alle patiënten met colitis ulcerosa die een
verhoogd risico hebben op dysplasie of coloncarcinoom (bijvoorbeeld patiënten met langdurige colitis
72
ulcerosa of primaire scleroserende cholangitis) of die een voorgeschiedenis hebben van dysplasie of
coloncarcinoom, dienen voorafgaand aan de behandeling en gedurende hun ziekteverloop met
regelmaat te worden onderzocht op dysplasie. Deze controle dient overeenkomstig de lokale
richtlijnen te bestaan uit o.a. colonoscopie en biopten.
Hematologische reacties
Pancytopenie inclusief aplastische anemie is in zeldzame gevallen gemeld bij gebruik van TNF-
antagonisten. Hematologische bijwerkingen, waaronder medisch significante cytopenie (bijv.
trombocytopenie, leukopenie) zijn gemeld in samenhang met adalimumab. Patiënten die Yuflyma
gebruiken dienen geadviseerd te worden onmiddellijk medisch advies te vragen indien zij klachten en
symptomen ontwikkelen die duiden op bloeddyscrasie (bijv. aanhoudende koorts, blauwe plekken,
bloedingen, bleekheid). Stopzetten van het gebruik van Yuflyma dient overwogen te worden bij
patiënten met bewezen significante hematologische afwijkingen.
Vaccinaties
Vergelijkbare antilichaamreacties op de standaard 23-valent pneumokokkenvaccinatie en de influenza
trivalent virusvaccinatie zijn waargenomen in een studie met 226 volwassen personen met reumatoï
de
artritis die behandeld werden met adalimumab of placebo. Er zijn geen gegevens bekend over de
secundaire overdracht van een infectie door levende vaccins bij patiënten die adalimumab gebruiken.
Het wordt aanbevolen om kinderen, indien mogelijk, vóór het starten met de behandeling met
Yuflyma alle vaccinaties toe te dienen in overeenstemming met de van toepassing zijnde
vaccinatierichtlijnen.
Patiënten die Yuflyma gebruiken kunnen gelijktijdig vaccinaties toegediend krijgen, met uitzondering
van levende vaccins. Toediening van levende vaccins (bijvoorbeeld BCG-vaccin) aan zuigelingen die
in utero
aan adalimumab zijn blootgesteld, wordt niet aanbevolen gedurende 5 maanden na de laatste
injectie met adalimumab van de moeder tijdens de zwangerschap.
Congestief hartfalen
In een klinisch onderzoek met een andere TNF-antagonist zijn verslechtering van congestief hartfalen
en verhoogde mortaliteit als gevolg van congestief hartfalen waargenomen. Gevallen van
verslechtering van congestief hartfalen zijn ook gemeld bij met Yuflyma behandelde patiënten. Bij
gebruik van adalimumab bij patiënten met mild hartfalen (NYHA-klasse I/II) is voorzichtigheid
geboden. Yuflyma is contra-geï
ndiceerd bij matig tot ernstig hartfalen (zie rubriek 4.3). De
behandeling met Yuflyma moet worden gestaakt bij patiënten bij wie nieuwe of verergerende
symptomen van congestief hartfalen optreden.
Auto-immuunprocessen
De behandeling met Yuflyma kan leiden tot de vorming van auto-immuunantilichamen. De invloed
van langdurige behandeling met adalimumab op de ontwikkeling van auto-immuun aandoeningen is
onbekend. Als een patiënt na behandeling met Yuflyma symptomen ontwikkelt die wijzen op een
lupusachtig syndroom en als deze patiënt positief bevonden wordt voor antilichamen tegen
dubbelstrengs DNA, mag de behandeling met Yuflyma niet langer gegeven worden (zie rubriek 4.8).
Gelijktijdige toediening van biologische DMARD's of TNF-antagonisten
In klinische onderzoeken zijn ernstige infecties gemeld na gelijktijdig gebruik van anakinra en een
andere
TNF-antagonist, etanercept, zonder toegevoegd voordeel vergeleken met etanercept alleen. Gezien de
aard van de bijwerkingen die gevonden zijn met de combinatie van etanercept en anakinra, kan de
combinatie van anakinra met andere TNF-antagonisten in vergelijkbare toxiciteiten resulteren. Daarom
wordt de combinatie van adalimumab en anakinra niet aanbevolen (zie rubriek 4.5).
73
Gelijktijdige toediening van adalimumab met andere biologische DMARD's (bijv. anakinra en
abatacept) of andere TNF-antagonisten wordt niet aanbevolen vanwege een mogelijk toegenomen
risico van infecties, waaronder ernstige infecties en andere potentiële farmacologische interacties (zie
rubriek 4.5).
Chirurgische ingrepen
Er is beperkt ervaring met de veiligheid van chirurgische procedures bij patiënten die behandeld
worden met adalimumab. Er dient rekening gehouden te worden met de lange halfwaardetijd van
adalimumab als een chirurgische ingreep gepland wordt. Een patiënt die een operatie ondergaat terwijl
hij of zij nog Yuflyma gebruikt moet zorgvuldig worden gecontroleerd op infecties en geschikte acties
dienen ondernomen te worden. Er is beperkt ervaring met de veiligheid bij patiënten die Yuflyma
gebruiken en artroplastiek ondergaan.
Dunnedarmobstructie
Gebrek aan respons op behandeling voor de ziekte van Crohn kan een indicatie zijn voor de
aanwezigheid van een gefixeerde fibrotische vernauwing, waarvoor chirurgische behandeling
noodzakelijk is. Beschikbare gegevens wijzen erop dat adalimumab vernauwingen niet verergert of
veroorzaakt.
Ouderen
De frequentie van ernstige infecties tijdens behandeling met adalimumab was hoger bij patiënten
ouder dan 65 jaar (3,7%) dan bij patiënten jonger dan 65 jaar (1,5%). Enkele hadden een fatale
uitkomst. Bijzondere aandacht voor het risico op infecties dient in acht genomen te worden bij de
behandeling van ouderen.
Pediatrische patiënten
Zie Vaccinaties hierboven.
Hulpstoffen
Dit geneesmiddel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 0,8 ml, dat wil zeggen dat
het in wezen 'natriumvrij' is.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Adalimumab is onderzocht bij patiënten met reumatoï artritis, polyarticulaire juveniele idiopathische
de
artritis en arthritis psoriatica die adalimumab als monotherapie gebruikten en bij patiënten die
gelijktijdig methotrexaat gebruikten. De aanmaak van antilichamen was lager wanneer adalimumab
samen met methotrexaat werd gegeven in vergelijking met de monotherapie. Toediening van
adalimumab zonder methotrexaat resulteerde in een verhoogde aanmaak van antilichamen, een
verhoogde klaring en verminderde werkzaamheid van adalimumab (zie rubriek 5.1).
De combinatie van adalimumab en anakinra wordt niet aanbevolen (zie rubriek 4.4 'Gelijktijdige
toediening van biologische DMARD's of TNF-antagonisten').
De combinatie van adalimumab en abatacept wordt niet aanbevolen (zie rubriek 4.4 'Gelijktijdige
toediening van biologische DMARD's of TNF-antagonisten').
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
74
Vrouwen die zwanger kunnen worden
Vrouwen die zwanger kunnen worden dienen te overwegen een betrouwbare anticonceptiemethode te
gebruiken om zwangerschap te voorkomen en het gebruik daarvan gedurende ten minste vijf maanden
na de laatste Yuflyma-behandeling voort te zetten.
Zwangerschap
Prospectief verzamelde gegevens van een groot aantal (ongeveer 2100) aan adalimumab blootgestelde
zwangerschappen die leidden tot een levende geboorte met bekende uitkomsten, waaronder meer dan
1500 die in het eerste trimester waren blootgesteld, wijzen niet op een toename van het aantal
misvormingen bij de pasgeborene.
In een prospectief cohortregister waren 257 vrouwen geï
ncludeerd met reumatoï artritis (RA) of de
de
ziekte van Crohn (CD) die tenminste tijdens het eerste trimester met adalimumab waren behandeld, en
120 vrouwen met RA of CD die niet met adalimumab waren behandeld. Het primaire eindpunt was de
prevalentie van ernstige geboorteafwijkingen. Het percentage zwangerschappen dat eindigde met de
geboorte van minstens één levend geboren kind met een ernstige geboorteafwijking was 6/69 (8,7%)
bij de met adalimumab behandelde vrouwen met RA en 5/74 (6,8%) bij de onbehandelde vrouwen met
RA (niet-gecorrigeerde OR 1,31; 95% CI 0,38-4,52) en 16/152 (10,5%) bij de met adalimumab
behandelde vrouwen met CD en 3/32 (9,4%) bij de onbehandelde vrouwen met CD (niet-
gecorrigeerde OR 1,14; 95% CI 0,31-4,16). De gecorrigeerde OR (rekening houdend met verschillen
in baselinekarakteristieken) was 1,10 (95% CI 0,45-2,73) met RA en CD gecombineerd. Er waren
geen duidelijke verschillen tussen de met adalimumab behandelde vrouwen en de onbehandelde
vrouwen voor de secundaire eindpunten spontane abortussen, geringe geboorteafwijkingen,
vroeggeboortes, lengte van de baby bij de geboorte en ernstige of opportunistische infecties. Er
werden geen doodgeboortes of maligniteiten gemeld. De interpretatie van de gegevens kan zijn
beï
nvloed door methodologische beperkingen van de studie, waaronder de geringe steekproefgrootte
en niet-gerandomiseerde opzet.
Bij een onderzoek naar de ontwikkelingstoxiciteit bij apen waren er geen aanwijzingen voor toxiciteit
voor de moeder, embryotoxiciteit of teratogeniciteit. Er zijn geen preklinische gegevens beschikbaar
over de postnatale toxiciteit van adalimumab (zie rubriek 5.3).
Doordat adalimumab remmend werkt op TNFα, kan toediening van het middel tijdens de
zwangerschap invloed hebben op de normale immuunresponsen bij de pasgeborene. Adalimumab mag
alleen tijdens de zwangerschap worden gebruikt als daar een duidelijke noodzaak toe bestaat.
Adalimumab kan de placenta passeren naar het serum van kinderen van vrouwen die tijdens hun
zwangerschap met adalimumab worden behandeld. Als gevolg hiervan kunnen deze kinderen een
verhoogd risico lopen op infectie. Toediening van levende vaccins (bijvoorbeeld BCG-vaccin) aan
zuigelingen die
in utero
aan adalimumab zijn blootgesteld, wordt niet aanbevolen gedurende 5
maanden na de laatste injectie met adalimumab van de moeder tijdens de zwangerschap.
Borstvoeding
Beperkte gegevens uit de gepubliceerde literatuur wijzen erop dat adalimumab in zeer lage
concentraties in de moedermelk wordt uitgescheiden: de concentratie adalimumab in moedermelk is
0,1% tot 1% van de serumconcentratie van de moeder. Oraal toegediende immunoglobuline G-
eiwitten ondergaan intestinale proteolyse en hebben een beperkte biologische beschikbaarheid. Er
worden geen effecten verwacht voor met moedermelk gevoede pasgeborenen/zuigelingen. Yuflyma
kan dan ook tijdens borstvoeding worden gebruikt.
75
Vruchtbaarheid
Er zijn geen preklinische gegevens beschikbaar met betrekking tot de invloed van adalimumab op de
vruchtbaarheid.
4.7
Beï
nvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Yuflyma kan geringe invloed hebben op de rijvaardigheid en op het vermogen om machines te
bedienen. Na toediening van Yuflyma kunnen vertigo en verslechtering van het gezichtsvermogen
optreden (zie rubriek 4.8).
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Adalimumab is tot 60 maanden of langer onderzocht bij 9.506 patiënten in de belangrijkste
gecontroleerde en open label onderzoeken. Bij deze onderzoeken waren patiënten betrokken met kort
bestaande en langer bestaande reumatoï artritis, met juveniele idiopathische artritis (polyarticulaire
de
juveniele idiopathische artritis en enthesitis-gerelateerde artritis) en met axiale spondylartritis
(spondylitis ankylopoetica en axiale spondylartritis zonder röntgenologisch bewijs van AS), arthritis
psoriatica, de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa, psoriasis, hidradenitis suppurativa en uveï In de
tis.
belangrijkste gecontroleerde onderzoeken kregen 6.089 patiënten adalimumab en 3.801 patiënten een
placebo of active-comparator tijdens de gecontroleerde periode.
Het deel van de patiënten dat de behandeling staakte omwille van bijwerkingen tijdens het
dubbelblinde gecontroleerde deel van de belangrijkste onderzoeken bedroeg 5,9% voor de patiënten
die adalimumab gebruikten en 5,4% voor met controle behandelde patiënten.
De meest gemelde bijwerkingen zijn infecties (zoals nasofaryngitis, infectie van de bovenste
luchtwegen en sinusitis), reacties op de injectieplaats (erytheem, jeuk, bloeding, pijn of zwelling),
hoofdpijn en skeletspierpijn.
Voor adalimumab zijn meldingen van ernstige bijwerkingen gedaan. TNF-antagonisten zoals
adalimumab hebben een effect op het immuunsysteem en het gebruik ervan kan de afweer van het
lichaam tegen infecties en kanker beï
nvloeden.
Fatale en levensbedreigende infecties (waaronder sepsis, opportunistische infecties en TB), HBV-
reactivatie en verscheidene maligniteiten (waaronder leukemie, lymfomen en HSTCL) zijn ook
gemeld bij gebruik van adalimumab.
Ook zijn meldingen gedaan van ernstige hematologische, neurologische en auto-immuunreacties. Deze
omvatten zeldzame gevallen van pancytopenie, aplastische anemie, centrale en perifere
demyeliniserende aandoeningen en meldingen van lupus, lupus-gerelateerde aandoeningen en Stevens-
Johnson-syndroom.
Pediatrische patiënten
In het algemeen waren de bijwerkingen bij kinderen qua frequentie en type vergelijkbaar met de bij
volwassen patiënten waargenomen bijwerkingen.
Getabelleerde lijst van bijwerkingen
De vermelde lijst met bijwerkingen is gebaseerd op ervaring uit klinische studies en op
postmarketingervaring en is weergegeven per systeem/orgaanklasse en frequentie in tabel 5 hieronder:
zeer vaak (≥ 1/10), vaak (≥ 1/100 tot < 1/10), soms (≥ 1/1.000 tot < 1/100), zelden (≥ 1/10.000 tot
< 1/1.000) en niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald). Binnen iedere
frequentiegroep worden bijwerkingen gerangschikt naar afnemende ernst. De hoogste frequentie die
werd waargenomen bij de verschillende indicaties is opgenomen. Een asterisk (*) in de kolom
76
'Systeem/orgaanklasse' betekent dat aanvullende informatie elders in rubriek 4.3, 4.4 en 4.8 gevonden
kan worden.
Tabel 5. Bijwerkingen
Systeem-/orgaanklasse
Infecties en parasitaire
aandoeningen*
Frequentie
zeer vaak
Bijwerking
luchtweginfecties (waaronder lagere en hogere
luchtweginfecties, pneumonie, sinusitis,
faryngitis, nasofaryngitis en virale herpes
pneumonie)
systemische infecties (waaronder sepsis,
candidiasis en influenza),
intestinale infecties (waaronder virale gastro-
enteritis),
huid- en onderhuidinfecties (waaronder
paronychia, cellulitis, impetigo, fasciitis
necroticans en herpes zoster),
oorontstekingen,
orale infecties (waaronder herpes simplex, orale
herpes en tandinfecties),
genitale infecties (waaronder vulvovaginale
schimmelinfectie),
urineweginfecties (waaronder pyelonefritis),
schimmelinfecties,
gewrichtsinfecties
neurologische infecties (waaronder virale
meningitis),
opportunistische infecties en tuberculose
(waaronder coccidioï
domycose, histoplasmose
en MAC-infectie (Mycobacterium avium
complex)),
bacteriële infecties,
ooginfecties,
diverticulitis
1)
huidkanker met uitzondering van melanoom
(waaronder basaalcelcarcinoom en
epitheelcelcarcinoom),
benigne neoplasma
lymfoom**,
solide tumoren (waaronder borstkanker,
longkanker en schildklierkanker),
melanoom**
leukemie
1)
hepatosplenisch T-cel lymfoom
1)
,
Merkelcelcarcinoom (neuro-endocrien
carcinoom van de huid)
1)
,
Kaposi-sarcoom
vaak
soms
Neoplasmata, benigne, maligne vaak
en niet-gespecificeerd
(inclusief cysten en poliepen)*
soms
zelden
niet bekend
77
Systeem-/orgaanklasse
Bloed- en
lymfestelselaandoeningen*
Frequentie
zeer vaak
Bijwerking
leukopenie (waaronder neutropenie en
agranulocytose),
anemie
leukocytose,
trombocytopenie
idiopathische trombocytopenische purpura
pancytopenie
hypersensitiviteit,
allergieën (waaronder hooikoorts)
sarcoï
dose
1)
,
vasculitis
anafylaxe
1)
verhoogde lipiden
hypokaliëmie,
verhoogd urinezuur,
afwijkend bloednatrium,
hypocalciëmie,
hyperglykemie,
hypofosfatemie,
dehydratie
stemmingswisselingen (waaronder depressie),
angst,
slapeloosheid
Hoofdpijn
paresthesieën (waaronder hypo-esthesie),
migraine,
zenuwwortelcompressie
cerebrovasculair accident
1)
,
tremor,
neuropathie
multipele sclerose,
demyeliniserende aandoeningen (bijv. optische
neuritis, Guillain-Barré-syndroom)
1)
visusstoornis,
conjunctivitis,
blefaritis,
zwelling van het oog
dubbelzien
vaak
soms
zelden
Immuunsysteemaandoeningen* vaak
soms
zelden
Voedings- en
stofwisselingsstoornissen
zeer vaak
vaak
Psychische stoornissen
vaak
Zenuwstelselaandoeningen*
zeer vaak
vaak
soms
zelden
Oogaandoeningen
vaak
soms
78
Systeem-/orgaanklasse
Evenwichtsorgaan- en
ooraandoeningen
Frequentie
vaak
soms
vertigo
doofheid,
tinnitus
tachycardie
Bijwerking
Hartaandoeningen*
vaak
soms
myocardinfarct
1)
,
aritmieën
congestief hartfalen
hartstilstand
hypertensie,
blozen,
hematoom
aneurysma aortae,
bloedvatafsluiting,
tromboflebitis
astma,
dyspneu,
hoesten
longembolie
1)
,
interstitiële longaandoening,
COPD (chronic obstructive pulmonary disease),
pneumonitis,
pleurale effusie
1)
longfibrose
1)
,
buikpijn,
misselijkheid en braken
maag-darmbloeding,
dyspepsie,
refluxoesofagitis,
siccasyndroom
pancreatitis,
slikklachten,
zwelling van het gezicht
intestinale perforatie
1)
zelden
Bloedvataandoeningen
vaak
soms
Ademhalingsstelsel-, borstkas- vaak
en mediastinumaandoeningen*
soms
zelden
Maagdarmstelselaandoeningen zeer vaak
vaak
soms
zelden
79
Systeem-/orgaanklasse
Lever- en galaandoeningen*
Frequentie
zeer vaak
Bijwerking
verhoogde leverenzymen
soms
cholecystitis en cholelithiasis,
hepatische steatose,
verhoogd bilirubine
Hepatitis,
reactivering van hepatitis B
1)
,
auto-immuun hepatitis
1)
,
leverfalen
1)
uitslag (waaronder schilferende uitslag)
verergering of het ontstaan van psoriasis
(inclusief psoriasis pustulosa palmoplantaris)
1)
,
urticaria,
blauwe plekken (waaronder purpura),
dermatitis (waaronder eczeem),
breken van de nagels,
overmatig zweten,
alopecia
1)
,
pruritus
nachtzweten,
litteken
erythema multiforme
1)
,
Stevens-Johnson-syndroom
1)
angioedeem
1)
,
cutane vasculitis
1)
,
lichenoï huidreactie
1)
de
verergering van symptomen van
dermatomyositis
1)
skeletspierpijn
spierspasmen (waaronder verhoging van de
hoeveelheid creatinefosfokinase in het bloed)
rabdomyolyse,
systemische lupus erythematodes
lupus-achtig syndroom
1)
nierfunctiestoornissen,
hematurie
nycturie
erectiestoornissen
zelden
niet bekend
Huid- en
onderhuidaandoeningen
zeer vaak
vaak
soms
zelden
niet bekend
Skeletspierstelsel- en
bindweefselaandoeningen
zeer vaak
vaak
soms
zelden
Nier- en
urinewegaandoeningen
vaak
soms
Voortplantingsstelsel- en
borstaandoeningen
soms
80
Systeem-/orgaanklasse
Algemene aandoeningen en
toedieningsplaatsstoornissen*
Frequentie
zeer vaak
Bijwerking
reacties op de injectieplaats (waaronder erytheem
op de injectieplaats)
pijn op de borst,
oedeem,
koorts
1)
ontsteking
stollings- en bloedingsstoornissen (waaronder
verlengde geactiveerde partiële
tromboplastinetijd),
positieve test op autoantilichamen (waaronder
antilichamen tegen dubbelstrengs DNA),
verhoogd lactaatdehydrogenase in het bloed
Gewichtstoename
2)
vertraagd herstel
vaak
soms
Onderzoeken*
vaak
niet bekend
Letsels, intoxicaties en
verrichtingscomplicaties
vaak
* nadere informatie is elders te vinden, in de rubrieken 4.3, 4.4 en 4.8
** inclusief aanvullende open label onderzoeken
1)
inclusief spontane meldingen
2)
De gemiddelde gewichtsverandering vanaf baseline voor adalimumab varieerde van 0,3 kg tot 1,0 kg
voor de verschillende indicaties voor volwassenen ten opzichte van (minus) -0,4 kg tot 0,4 kg voor
placebo gedurende een behandelperiode van 4-6 maanden. Er werd ook een gewichtstoename van 5-
6 kg waargenomen in langlopende verlengingsonderzoeken met een gemiddelde blootstelling van
ongeveer 1-2 jaar zonder controlegroep, met name bij patiënten met ziekte van Crohn en colitis
ulcerosa. Het mechanisme achter dit effect is onduidelijk, maar zou verband kunnen houden met het
ontstekingsremmende effect van adalimumab.
Hidradenitis suppurativa
Het veiligheidsprofiel voor patiënten met HS die eenmaal per twee weken met adalimumab werden
behandeld, kwam overeen met het reeds bekende veiligheidsprofiel van adalimumab.
Uveï
tis
Het veiligheidsprofiel voor patiënten met uveï die eenmaal per twee weken met adalimumab werden
tis
behandeld, kwam overeen met het reeds bekende veiligheidsprofiel van adalimumab.
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Reacties op de injectieplaats
In de belangrijkste gecontroleerde onderzoeken bij volwassenen en kinderen traden bij 12,9% van de
met adalimumab behandelde patiënten reacties op de injectieplaats op (erytheem en/of jeuk, bloeding,
pijn of zwelling), in vergelijking met 7,2% van de patiënten die placebo of actieve-control kregen.
Reacties op de injectieplaats noodzaakten doorgaans niet tot staken van het geneesmiddel.
Infecties
In de belangrijkste gecontroleerde onderzoeken bij volwassenen en kinderen bedroeg het
incidentiecijfer voor infectie 1,51 per patiëntjaar bij de met adalimumab behandelde patiënten en 1,46
81
per patiëntjaar bij de met placebo en actieve-control behandelde patiënten. De infecties bestonden
hoofdzakelijk uit nasofaryngitis, bovenste luchtweginfecties en sinusitis. De meeste patiënten bleven
op adalimumab na het verdwijnen van de infectie.
De incidentie van ernstige infecties bedroeg 0,04 per patiëntjaar bij met adalimumab behandelde
patiënten en 0,03 per patiëntjaar bij met placebo en actieve-control behandelde patiënten.
In gecontroleerde en open label-onderzoeken bij volwassenen en kinderen met adalimumab zijn
ernstige infecties (waaronder fatale infecties, die zelden voorkwamen) gemeld, waaronder tuberculose
(inclusief miliair en extrapulmonale locaties) en invasieve opportunistische infecties (o.a.
gedissemineerde of extrapulmonaire histoplasmose, blastomycose, coccidioï
domycose,
pneumocystose, candidiasis, aspergillose en listeriose). De meeste gevallen van tuberculose traden op
in de eerste acht maanden na het starten van de therapie en kan duiden op een recidief van een latente
ziekte.
Maligniteiten en lymfoproliferatieve aandoeningen
Er zijn geen maligniteiten waargenomen bij 249 pediatrische patiënten met een blootstelling van 655,6
patiëntjaren tijdens onderzoeken met adalimumab bij patiënten met juveniele idiopathische artritis
(polyarticulaire juveniele idiopathische artritis en enthesitis-gerelateerde artritis). Daarnaast zijn er
geen maligniteiten waargenomen bij 192 kinderen met een blootstelling van 498,1 patiëntjaren tijdens
onderzoeken met adalimumab in kinderen met de ziekte van Crohn. Er zijn geen maligniteiten
waargenomen bij 77 pediatrische patiënten met een blootstelling van 80,0 patiëntjaren tijdens een
onderzoek met adalimumab bij pediatrische patiënten met chronische plaque psoriasis. Er zijn geen
maligniteiten waargenomen bij 93 pediatrische patiënten met een blootstelling van 65,3 patiëntjaren
tijdens een adalimumab-onderzoek bij pediatrische patiënten met colitis ulcerosa. Er zijn geen
maligniteiten waargenomen bij 60 pediatrische patiënten met een blootstelling van 58,4 patiëntjaren,
tijdens een onderzoek met adalimumab bij pediatrische patiënten met uveï
tis.
Tijdens de gecontroleerde gedeelten van belangrijke adalimumab onderzoeken bij volwassenen die ten
minste 12 weken duurden bij patiënten met matig ernstige tot ernstige actieve reumatoï artritis,
de
spondylitis ankylopoetica, axiale spondylartritis zonder röntgenologisch bewijs van AS, arthritis
psoriatica, psoriasis, hidradenitis suppurativa, de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa en uveï werden
tis
maligniteiten, anders dan lymfomen en niet-melanoom huidkanker, geobserveerd met een incidentie
(95% betrouwbaarheidsinterval) van 6,8 (4,4; 10,5) per 1.000 patiëntjaren bij 5.291 met adalimumab
behandelde patiënten
versus
een incidentie van 6,3 (3,4; 11,8) per 1.000 patiëntjaren bij 3.444
controlepatiënten (gemiddelde behandelingsduur was 4,0 maanden voor adalimumab en 3,8 maanden
voor de controlepatiënten). De incidentie (95% betrouwbaarheidsinterval) van niet-melanoom
huidcarcinomen was 8,8 (6,0; 13,0) per 1.000 patiëntjaren bij de met adalimumab behandelde
patiënten en 3,2 (1,3; 7,6) per 1.000 patiëntjaren bij de controlepatiënten. Van deze huidcarcinomen,
bedroeg de incidentie (95% betrouwbaarheidsinterval) van plaveiselcelcarcinoom 2,7 (1,4; 5,4) per
1.000 patiëntjaren bij met adalimumab behandelde patiënten en 0,6 (0,1; 4,5) per 1.000 patiëntjaren bij
de controlepatiënten. De incidentie (95% betrouwbaarheidsinterval) van lymfomen bedroeg 0,7 (0,2;
2,7) per 1.000 patiëntjaren bij met adalimumab behandelde patiënten en 0,6 (0,1; 4,5) per 1.000
patiëntjaren bij de controlepatiënten.
Bij het combineren van de gecontroleerde gedeelten van deze onderzoeken en de lopende en afgeronde
open label extensieonderzoeken met een gemiddelde duur van ongeveer 3,3 jaar waarin 6.427
patiënten geï
ncludeerd waren en meer dan 26.439 patiëntjaren van therapie, is het waargenomen aantal
maligniteiten, anders dan lymfomen en niet-melanoom huidcarcinomen ongeveer 8,5 per 1.000
patiëntjaren. De geobserveerde incidentie van niet-melanoom huidcarcinomen bedraagt ongeveer 9,6
per 1.000 patiëntjaren en voor lymfomen ongeveer 1,3 per 1.000 patiëntjaren.
Tijdens postmarketing-ervaringen van januari 2003 tot december 2010, voornamelijk bij patiënten met
reumatoï artritis, was de incidentie van maligniteiten ongeveer 2,7 per 1.000 patiëntbehandeljaren.
de
De gerapporteerde incidenties van niet-melanoom huidcarcinomen en lymfomen waren respectievelijk
ongeveer 0,2 en 0,3 per 1.000 patiëntbehandeljaren (zie rubriek 4.4).
82
Zeldzame postmarketing gevallen van hepatosplenisch T-cellymfoom zijn gerapporteerd bij patiënten
die behandeld werden met adalimumab (zie rubriek 4.4).
Autoantilichamen
Op verschillende tijdstippen tijdens de reumatoï artritis onderzoeken I-V werden serummonsters van
de
de patiënten getest op autoantilichamen. In deze onderzoeken werden voor 11,9% van de met
adalimumab behandelde patiënten en 8,1% van de met placebo en actieve-control behandelde
patiënten die aan het begin van het onderzoek negatieve antinucleaire-antilichaamtiters hadden,
positieve titers gemeld in week 24. Twee van de 3.441 met adalimumab behandelde patiënten in alle
reumatoï artritis en arthritis psoriatica onderzoeken vertoonden klinische symptomen die wezen op
de
recent opgetreden lupusachtig syndroom. De patiënten vertoonden verbetering na het staken van de
behandeling. Er waren geen patiënten bij wie lupus nefritis of symptomen van het centrale
zenuwstelsel optraden.
Lever- en galaandoeningen
In de gecontroleerde fase 3 klinische onderzoeken met adalimumab bij patiënten met reumatoï
de
artritis en arthritis psoriatica met een controleperiode met een duur variërend van 4 tot 104 weken,
kwamen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij 3,7% van de patiënten die werden behandeld met
adalimumab en bij 1,6% van de patiënten in de controle-arm.
In de gecontroleerde fase 3 klinische onderzoeken met adalimumab bij patiënten met polyarticulaire
juveniele idiopathische artritis in de leeftijd van 4 tot en met 17 jaar en enthesitis-gerelateerde artritis
in de leeftijd van 6 tot en met 17 jaar, kwamen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij 6,1% van
de patiënten die werden behandeld met adalimumab en bij 1,3% van de patiënten in de controle-arm.
De meeste ALAT-verhogingen kwamen voor tijdens gelijktijdig gebruik van methotrexaat. In het fase
3 klinische onderzoek kwamen geen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij patiënten met
polyarticulaire juveniele idiopathische artritis in de leeftijd van 2 tot 4 jaar.
In de gecontroleerde fase 3 klinische onderzoeken met adalimumab bij patiënten met de ziekte van
Crohn en colitis ulcerosa waarbij de controleperiode varieerde van 4 tot 52 weken, kwamen ALAT-
verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij 0,9% van de patiënten die werden behandeld met adalimumab en
bij 0,9% van de patiënten in de controle-arm.
In het fase 3 onderzoek met adalimumab werden bij patiënten met juveniele ziekte van Crohn de
werkzaamheid en veiligheid tot 52 weken behandeling beoordeeld van twee op lichaamsgewicht
aangepaste onderhoudsdoseringregimes na een op lichaamsgewicht aangepaste inductietherapie.
Hierbij kwamen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij 2,6% (5/192) van de patiënten van wie er
4 in de uitgangssituatie gelijktijdig immunosuppressiva toegediend kregen.
In de gecontroleerde fase 3 klinische onderzoeken met adalimumab bij patiënten met plaque psoriasis
waarbij de controleperiode varieerde van 12 tot 24 weken, kwamen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x
ULN voor bij 1,8% van de patiënten die werden behandeld met adalimumab en bij 1,8% van de
patiënten in de controle-arm.
Er kwamen geen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x ULN voor in het fase 3 onderzoek met adalimumab bij
pediatrische patiënten met plaque psoriasis.
In gecontroleerde onderzoeken met adalimumab (aanvangsdoses van 160 mg in week 0 en 80 mg in
week 2, gevolgd door 40 mg eenmaal per week vanaf week 4) bij patiënten met hidradenitis
suppurativa met een controleperiode die in duur varieerde van 12 tot 16 weken, kwamen ALAT-
verhogingen van ≥ 3 x ULN voor bij 0,3% van de patiënten die werden behandeld met adalimumab en
bij 0,6% van de patiënten in de controle-arm.
83
In gecontroleerde onderzoeken met adalimumab (aanvangsdoses van 80 mg in week 0, gevolgd door
40 mg eenmaal per twee weken vanaf week 1) bij volwassen patiënten met uveï tot 80 weken met
tis
een mediane blootstelling van 166,5 dagen en 105,0 dagen bij respectievelijk patiënten die werden
behandeld met adalimumab en patiënten in de controle-arm kwamen ALAT-verhogingen van ≥ 3 x
ULN voor bij 2,4% van de patiënten die werden behandeld met adalimumab en bij 2,4% van de
patiënten in de controle-arm.
In het gecontroleerde fase 3-onderzoek van adalimumab bij patiënten met juveniele colitis ulcerosa
(N = 93) waarin de werkzaamheid en veiligheid werden beoordeeld van een onderhoudsdosering van
0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken (N = 31) en een onderhoudsdosering van 0,6
mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per week (N = 32), volgend op een voor lichaamsgewicht
gecorrigeerde inductiedosering van 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en week 1 en 1,2 mg/kg
(maximaal 80 mg) in week 2 (N = 63), of een inductiedosering van 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in
week 0, placebo in week 1 en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2 (N = 30), kwamen ALT-
verhogingen van ≥ 3 x ULN kwamen bij 1,1% (1/93) van de patiënten.
Bij de klinische onderzoeken van alle indicaties waren patiënten met een verhoogd ALAT klachtenvrij
en in de meeste gevallen waren de verhogingen voorbijgaand van aard en verdwenen gedurende de
voortzetting van de behandeling. Er zijn echter ook postmarketingmeldingen van leverfalen, evenals
minder ernstige leveraandoeningen die kunnen voorafgaan aan leverfalen, zoals hepatitis waaronder
auto-immuun hepatitis bij patiënten die adalimumab kregen.
Gelijktijdige behandeling met azathioprine/6-mercaptopurine
Tijdens onderzoeken bij volwassenen met de ziekte van Crohn werden hogere incidenties van maligne
en ernstige infectiegerelateerde bijwerkingen gezien bij de combinatie van adalimumab en
azathioprine/6-mercaptopurine in vergelijking met alleen adalimumab.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
Er werd geen dosisbeperkende toxiciteit waargenomen tijdens klinische onderzoeken. De hoogste
geëvalueerde dosering bestond uit verschillende intraveneuze doses van 10 mg/kg, hetgeen ongeveer
overeenkomt met 15 maal de aanbevolen dosis.
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Immunosuppressieve middelen, Tumornecrosefactor-alfa (TNF-α)
remmers. ATC-code: L04AB04
Yuflyma is een biosimilar. Gedetailleerde informatie is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
Werkingsmechanisme
Adalimumab bindt specifiek aan TNF en neutraliseert de biologische werking van TNF door de
interactie van TNF met de p55- en p75-TNF-receptoren op het oppervlak van cellen te blokkeren.
84
Adalimumab moduleert ook de biologische respons die wordt geï
nduceerd of gereguleerd door TNF,
waaronder wijzigingen in de concentraties van adhesiemoleculen die verantwoordelijk zijn voor
leukocytenmigratie (ELAM-1, VCAM-1 en ICAM-1 met een IC50 van 0,1-0,2 nM).
Farmacodynamische effecten
Na behandeling met adalimumab werd er een snelle daling ten opzichte van baseline vastgesteld van
de concentraties van de bij ontsteking optredende acutefase-eiwitten (C-reactief proteï (CRP)) en de
ne
sedimentatiesnelheid van de erytrocyten (ESR: erythrocyte sedimentation rate) en serumcytokinen (IL-
6) bij patiënten met reumatoï artritis. De serumwaarden van matrixmetalloproteï
de
nases (MMP-1 en
MMP-3), die voor de remodellering van het weefsel zorgen wat leidt tot kraakbeendestructie, waren
eveneens verlaagd na toediening van adalimumab. Met adalimumab behandelde patiënten vertonen
gewoonlijk een verbetering van de hematologische tekenen van chronische ontsteking.
Een snelle afname van de CRP-spiegels werd ook waargenomen bij patiënten met polyarticulaire
juveniele idiopathische artritis, de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa en hidradenitis suppurativa na
behandeling met adalimumab. Bij patiënten met de ziekte van Crohn werd een afname van het aantal
cellen dat ontstekingsmarkers in de dikke darm tot expressie brengt waargenomen, waaronder een
significante afname van de expressie van TNFα. Endoscopische onderzoeken van darmslijmvlies
hebben mucosale genezing aangetoond bij patiënten die met adalimumab worden behandeld.
Klinische werkzaamheid en veiligheid
Reumatoï artritis
de
Adalimumab is geëvalueerd bij meer dan 3000 patiënten in alle klinische onderzoeken naar
reumatoï artritis. De werkzaamheid en veiligheid van adalimumab werden beoordeeld in vijf
de
gerandomiseerde, dubbelblinde en goed gecontroleerde onderzoeken. Sommige patiënten werden tot
maximaal 120 maanden behandeld. Pijn op de injectieplaats met adalimumab 40 mg/0,4 ml werd
beoordeeld in twee gerandomiseerde, enkelblinde, uit twee periodes bestaande cross-overonderzoeken
met actief controlemiddel.
In RA-onderzoek I werden 271 patiënten met matig tot ernstig actieve reumatoï artritis geëvalueerd
de
die ≥18 jaar oud waren, bij wie ten minste één behandeling met ziektemodificerende antireumatische
geneesmiddelen niet geslaagd was en bij wie methotrexaat in wekelijkse doseringen van 12,5 tot 25
mg (10 mg indien intolerant voor methotrexaat) onvoldoende werkzaamheid vertoonde en bij wie de
methotrexaatdosering constant bleef op eenmaal per week 10 tot 25 mg. Er werd gedurende 24 weken
eenmaal per twee weken een dosis van 20, 40 of 80 mg adalimumab of placebo gegeven.
In RA-onderzoek II werden 544 patiënten geëvalueerd met matig tot ernstig actieve reumatoï artritis
de
die ≥18 jaar oud waren en bij wie ten minste één behandeling met ziektemodificerende
antireumatische geneesmiddelen niet geslaagd was. Doses van 20 of 40 mg adalimumab werden
gedurende 26 weken eenmaal per week, of eenmaal per twee weken, met de andere weken placebo,
toegediend door subcutane injectie; placebo werd gedurende dezelfde periode eenmaal per week
gegeven. Andere ziektemodificerende antireumatische geneesmiddelen waren niet toegestaan.
In RA-onderzoek III werden 619 patiënten met matig tot ernstig actieve reumatoï artritis
de
geëvalueerd die ≥ 18 jaar oud waren en een onvoldoende respons vertoonden op doseringen van 12,5
tot 25 mg methotrexaat of intolerant waren voor eenmaal per week 10 mg methotrexaat. In dit
onderzoek waren er drie groepen. De eerste kreeg gedurende 52 weken eenmaal per week injectie met
placebo. De tweede kreeg gedurende 52 weken eenmaal per week 20 mg adalimumab. De derde groep
kreeg eenmaal per twee weken 40 mg adalimumab en de andere week een placebo-injectie. Na
voltooiing van de eerste 52 weken werden 457 patiënten opgenomen in een open–label extensiefase
waarin 40 mg adalimumab/MTX eenmaal per twee weken werd toegediend tot maximaal 10 jaar.
In RA-onderzoek IV werd in de eerste plaats de veiligheid geëvalueerd bij 636 patiënten van ≥ 18 jaar
met matig tot ernstig actieve reumatoï artritis. De patiënten hadden ofwel nog geen antireumatische
de
85
middelen gebruikt, ofwel konden hun bestaande antireumaticum blijven gebruiken op voorwaarde dat
de behandeling gedurende minimaal 28 dagen stabiel bleef. Deze behandelingen omvatten
methotrexaat, leflunomide, hydroxychloroquine, sulfasalazine en/of goudzouten. De patiënten werden
gerandomiseerd naar eenmaal per twee weken 40 mg adalimumab of placebo gedurende een periode
van 24 weken.
In RA-onderzoek V werden 799 methotrexaat-naï volwassen patiënten met matig tot ernstig
eve
actieve kort bestaande reumatoï artritis (gemiddelde ziekteduur minder dan 9 maanden)
de
geëvalueerd. Deze studie evalueerde de werkzaamheid van de combinatietherapie met adalimumab 40
mg eenmaal per twee weken/methotrexaat, monotherapie met adalimumab 40 mg eenmaal per twee
weken en monotherapie met methotrexaat voor vermindering van de klachten en symptomen en
progressie van gewrichtsschade bij reumatoï artritis gedurende 104 weken. Na voltooiing van de
de
eerste 104 weken werden 497 patiënten opgenomen in een open–label extensiefase waarin 40 mg
adalimumab eenmaal per twee weken werd toegediend tot 10 jaar.
In RA-onderzoeken VI en VII werden elk 60 patiënten geëvalueerd met matig tot ernstig actieve
reumatoïde artritis van ≥ 18 jaar. Deelnemende patiënten waren huidige gebruikers van adalimumab
40 mg/0,8 ml die de gemiddelde pijn op de injectieplaats beoordeelden met minstens 3 cm (op een 0-
10 cm VAS) of biological-naï patiënten die startten met adalimumab 40 mg/0,8 ml. Patiënten
eve
werden gerandomiseerd naar het ontvangen van een enkele dosis adalimumab 40 mg/0,8 ml of
adalimumab 40 mg/0,4 ml, gevolgd door een enkele injectie met de tegengestelde behandeling bij de
volgende dosis.
Het primaire eindpunt bij RA-onderzoeken I, II en III en het secondaire eindpunt bij RA-onderzoek IV
was het percentage patiënten die een ACR20-respons bereikten in week 24 of 26. Het primaire
eindpunt bij RA-onderzoek V was het percentage patiënten die een ACR50-respons bereikten in
week 52. RA-onderzoeken III en V hadden een aanvullend primair eindpunt na 52 weken, namelijk
vertraging van de ziekteprogressie (zoals waargenomen aan de hand van röntgenresultaten). RA-
onderzoek III had ook een primair eindpunt met betrekking tot veranderingen in de kwaliteit van
leven. Het primaire eindpunt bij RA-onderzoeken VI en VII was pijn op de injectieplaats onmiddellijk
na de injectie, zoals gemeten aan de hand van een VAS-score van 0–10 cm.
ACR-respons
Het percentage met adalimumab behandelde patiënten die een ACR20/50/70-respons bereikten was
consistent bij RA-onderzoeken I, II en III. De resultaten voor de dosis van 40 mg eenmaal per twee
weken zijn samengevat in tabel 6.
Tabel 6.
ACR-responsen bij placebogecontroleerde onderzoeken
(percentage patiënten)
Respons
RA-onderzoek I
a
**
RA-onderzoek II
a
**
Placebo/ Adalimumab
b
/ Placebo Adalimumab
b
MTX
c
MTX
c
n = 110
n = 113
n = 60
n = 63
RA-onderzoek III
a
**
Placebo/ Adalimumab
b
/
MTX
c
MTX
c
n = 200
n = 207
ACR 20
6 maanden
13,3%
65,1%
19,1%
46,0%
29,5%
63,3%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
24,0%
58,9%
ACR 50
6 maanden
6,7%
52,4%
8,2%
22,1%
9,5%
39,1%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
9,5%
41,5%
ACR 70
6 maanden
3,3%
23,8%
1,8%
12,4%
2,5%
20,8%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
4,5%
23,2%
a
RA-onderzoek I bij 24 weken, RA-onderzoek II bij 26 weken en RA-onderzoek III bij 24 en
86
52 weken
b
40 mg adalimumab, eenmaal per twee weken toegediend
c
MTX = methotrexaat
** p < 0,01, adalimumab
versus
placebo
In RA-onderzoeken I-IV vertoonden alle afzonderlijke componenten van de ACR-responscriteria
(aantal pijnlijke en gezwollen gewrichten, beoordeling door arts en patiënt van de ziekteactiviteit en
pijn, ‘disability index’-scores (HAQ) en CRP-waarden (mg/dl)) een verbetering in week 24 of 26 in
vergelijking met placebo. In RA onderzoek III bleven deze verbeteringen gedurende 52 weken
gehandhaafd.
In de open-label extensie van RA-onderzoek III bleven bij de meeste patiënten die ACR-responders
waren, de responsen gehandhaafd wanneer zij tot 10 jaar werden gevolgd. 114 van de 207 patiënten
die gerandomiseerd werden naar adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken zetten de behandeling
met adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken voort gedurende 5 jaar. Hiervan hadden 86 patiënten
(75,4%) een ACR-respons van 20, 72 patiënten (63,2%) hadden een ACR-respons van 50 en 41
patiënten (36%) hadden een ACR-respons van 70. 81 van de 207 patiënten zetten de behandeling met
adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken voort gedurende 10 jaar. Hiervan hadden 64 patiënten
(79,0%) een ACR-respons van 20, 56 patiënten (69,1%) hadden een ACR-respons van 50 en 43
patiënten (53,1%) hadden een ACR-respons van 70.
In RA-onderzoek IV was de ACR 20-respons van patiënten behandeld met adalimumab plus
standaardbehandeling statistisch significant beter dan die van patiënten behandeld met placebo plus
standaardbehandeling (p < 0,001).
In RA-onderzoeken I-IV bereikten met adalimumab behandelde patiënten reeds een tot twee weken na
het begin van de behandeling statistisch significante ACR 20- en 50-responsen in vergelijking met
placebo.
In RA-onderzoek V bij methotrexaat-naï patiënten met kort bestaande reumatoï artritis leidde de
eve
de
combinatiebehandeling van adalimumab met methotrexaat tot een snellere en significant hogere ACR-
respons dan met monotherapie met methotrexaat en monotherapie met adalimumab in week 52 en de
respons bleef behouden in week 104 (zie tabel 7).
Tabel 7.
ACR-responsen in RA-onderzoek V
(percentage patiënten)
Respons
ACR 20
Week 52
Week 104
ACR 50
Week 52
Week 104
ACR 70
Week 52
Week 104
27,2%
28,4%
25,9%
28,1%
45,5%
46,6%
87
MTX
n = 257
Adalimumab Adalimumab/MTX
p-waarde
a
p-waarde
b
p-waarde
c
n = 274
n = 268
62,6%
56,0%
54,4%
49,3%
72,8%
69,4%
0,013
0,002
< 0,001
< 0,001
0,043
0,140
45,9%
42,8%
41,2%
36,9%
61,6%
59,0%
< 0,001
< 0,001
< 0,001
< 0,001
0,317
0,162
< 0,001
< 0,001
< 0,001
< 0,001
0,656
0,864
a
De p-waarde is afkomstig van de paarsgewijze vergelijking van behandeling met alleen methotrexaat
en combinatietherapie met adalimumab en methotrexaat aan de hand van de Mann-Whitneytoets.
b
De p-waarde is afkomstig van de paarsgewijze vergelijking van behandeling met alleen adalimumab
en combinatietherapie met adalimumab en methotrexaat aan de hand van de Mann-Whitneytoets
c
De p-waarde is afkomstig van de paarsgewijze vergelijking van behandeling met alleen adalimumab
en behandeling met alleen methotrexaat aan de hand van de Mann-Whitneytoets.
In de open-label extensie van RA-onderzoek V, bleven de ACR-responsen gehandhaafd wanneer zij
tot 10 jaar werden gevolgd. Van de 542 patiënten die gerandomiseerd waren naar adalimumab 40 mg
eenmaal per twee weken gingen 170 patiënten door met adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken
gedurende 10 jaar. Hiervan hadden 154 patiënten (90,6%) een ACR-respons van 20, 127 patiënten
(74,7%) hadden een ACR-respons van 50 en 102 patiënten (60,0%) hadden een ACR-respons van 70.
In week 52 behaalde 42,9% van de patiënten die behandeld werden met adalimumab/methotrexaat-
combinatietherapie klinische remissie (DAS28 (CRP) < 2,6) vergeleken met 20,6% van de patiënten
behandeld met methotrexaat-monotherapie en 23,4% van de patiënten behandeld met adalimumab-
monotherapie. De combinatietherapie met adalimumab/methotrexaat was klinisch en statistisch
superieur aan de monotherapie met methotrexaat (p < 0,001) en adalimumab (p < 0,001) wat betreft
het bereiken van lagere ziektestatus bij patiënten met een recent gediagnosticeerde matige tot ernstige
reumatoï artritis. De responsen voor de twee monotherapie-onderzoeken waren vergelijkbaar
de
(p = 0,447). Van de 342 patiënten die oorspronkelijk gerandomiseerd waren naar adalimumab-
monotherapie of adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie en in de open-label extensiestudie
kwamen, voltooiden 171 patiënten 10 jaar behandeling met adalimumab. Van deze patiënten werd bij
109 patiënten (63,7 %) klinische remissie gemeld na 10 jaar.
Radiografische respons
In RA-onderzoek III, waarin de met adalimumab behandelde patiënten een gemiddelde duur van
reumatoï artritis hadden van ongeveer 11 jaar, werd structurele gewrichtsschade radiografisch
de
beoordeeld en uitgedrukt als een verandering in de aangepaste Totale Sharp Score (TSS) en de
componenten daarvan, de erosiescore en gewrichtsspleetvernauwingsscore (JSN).
Adalimumab/methotrexaat-patiënten vertoonden minder radiografische progressie na 6 en 12 maanden
dan patiënten die alleen methotrexaat kregen (zie tabel 8).
In de open-label extensie van RA-onderzoek III bleef de remming van de progressie van structurele
schade in een subgroep van patiënten gedurende 8 en 10 jaar gehandhaafd. 81 van de 207 patiënten die
aanvankelijk eenmaal per twee weken werden behandeld met 40 mg adalimumab, werden na 8 jaar
radiografisch geëvalueerd. Van deze patiënten vertoonden 48 geen progressie van structurele schade,
gedefinieerd als een verandering van de mTSS van 0,5 of minder ten opzichte van baseline. 79 van de
207 patiënten die aanvankelijk eenmaal per twee weken werden behandeld met 40 mg adalimumab,
werden na 10 jaar radiografisch geëvalueerd. Van deze patiënten vertoonden 40 geen progressie van
structurele schade, gedefinieerd als een verandering van de mTSS van 0,5 of minder ten opzichte van
baseline.
Tabel 8.
Gemiddelde radiografische verandering over 12 maanden in RA-onderzoek III
Adalimumab/MTX
40 mg eenmaal per
twee weken
Placebo/ MTX-adalimumab/
MTX
(95%
betrouwbaarheidsinterval
b
)
2,6 (1,4, 3,8)
1,6 (0,9, 2,2)
0,9 (0,3, 1,4)
Placebo/
MTX
a
p-waarde
Totale Sharp Score
2,7
0,1
< 0,001
c
Erosiescore
1,6
0,0
< 0,001
JSN-score
d
1,0
0,1
0,002
a
methotrexaat
b
95% betrouwbaarheidsinterval voor de verschillen in verandering-scores tussen methotrexaat en
88
adalimumab.
c
Gebaseerd op rank analyse
d
Gewrichtsspleetvernauwingsscore
In RA-onderzoek V werd structurele gewrichtsschade radiografisch bepaald en uitgedrukt als
verandering in de aangepaste Totale Sharp Score (zie tabel 9).
Tabel 9.
Gemiddelde radiografische veranderingen in week 52 in RA-onderzoek V
Adalimumab/
MTX
Adalimumab
MTX
n = 257
n = 274
n = 268
p-waarde p-waarde p-waarde
(95%
(95%
a
b
c
(95%
betrouwbaarheids betrouwbaarheids
betrouwbaarheids
interval)
interval)
interval)
5,7 (4,2-7,3)
3,0 (1,7-4,3)
1,3 (0,5-2,1)
< 0,001
0,0020
< 0,001
Totale
Sharp
Score
Erosiesc
3,7 (2,7-4,7)
1,7 (1,0-2,4)
0,8 (0,4-1,2)
< 0,001
0,0082
< 0,001
ore
JSN-
2,0 (1,2-2,8)
1,3 (0,5-2,1)
0,5 (0-1,0)
< 0,001
0,0037
0,151
score
a
p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van methotrexaat-monotherapie en
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
b
p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van adalimumab-monotherapie en
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
c
p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van adalimumab-monotherapie en methotrexaat-
monotherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
Na 52 weken en 104 weken behandeling was het percentage patiënten zonder progressie (verandering
vanaf baseline in de aangepaste Total Sharp Score ≤ 0,5) significant hoger met
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie (respectievelijk 63,8% en 61,2%) in vergelijking met
methotrexaat-monotherapie (respectievelijk 37,4% en 33,5%, p < 0,001) en adalimumab-monotherapie
(respectievelijk 50,7%, p < 0,002 en 44,5%, p < 0,001).
In de open-label extensie van RA-onderzoek V was na jaar 10 de gemiddelde verandering in de
aangepaste Total Sharp Score bij patiënten die oorspronkelijk waren gerandomiseerd naar
methotrexaat-monotherapie, adalimumab-monotherapie en de adalimumab/methotrexaat-
combinatietherapie respectievelijk 10,8, 9,2 en 3,9. Het bijbehorende percentage patiënten zonder
radiografische progressie was respectievelijk 31,3%, 23,7% en 36,7%.
Kwaliteit van leven en lichamelijk functioneren
De kwaliteit van leven met betrekking tot de gezondheid en lichamelijk functioneren werden
beoordeeld met behulp van de ‘disability index’ op de Health Assessment Questionnaire (HAQ) in de
vier oorspronkelijke adequate en goed gecontroleerde onderzoeken en deze vormde een vooraf
vastgelegd primair eindpunt in week 52 in RA-onderzoek III. Alle adalimumab-doses/schema’s in alle
vier de onderzoeken vertoonden statistisch significant grotere verbeteringen in de HAQ-‘disability
index’ vanaf baseline tot maand 6 vergeleken met placebo en in RA-onderzoek III werd hetzelfde
vastgesteld in week 52. De resultaten van de Short Form Health Survey (SF 36) voor alle adalimumab-
doses/schema’s in alle vier de onderzoeken ondersteunen deze bevindingen, met statistisch
significante ‘physical component summary’ (PCS)-scores, evenals statistisch significante ‘pain and
vitality domain’-scores voor de dosering van eenmaal per twee weken 40 mg. Er werd een statistisch
significante afname vastgesteld van vermoeidheid zoals gemeten door middel van de ‘functional
89
assessment of chronic illness therapy’ (FACIT)-scores in alle drie onderzoeken waarin de
vermoeidheid werd beoordeeld (RA-onderzoeken I, III, IV).
In RA-onderzoek III bleef de verbetering bij de meeste patiënten die verbetering in fysieke functie
bereikten en hun behandeling voortzetten, gehandhaafd tot en met 520 weken (120 maanden) open-
label behandeling. De verbetering van de kwaliteit van leven werd gemeten tot week 156 (36
maanden) en de verbetering bleef gehandhaafd gedurende die periode.
In RA-onderzoek V was de verbetering in de HAQ disability index en het fysieke gedeelte van de SF
36 groter (p < 0,001) voor adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie
versus
methotrexaat-
monotherapie en adalimumab-monotherapie in week 52, die behouden bleef tot week 104. Van de
250 patiënten die de open-label extensiestudie voltooiden, bleven verbeteringen in fysieke functie
gehandhaafd tot en met 10 jaar behandeling.
Pijn op de injectieplaats
In de samengevoegde RA-cross-overonderzoeken VI en VII werd direct na de toediening een
statistisch significant verschil in pijn op de injectieplaats waargenomen tussen adalimumab
40 mg/0,8 ml en adalimumab 40 mg/0,4 ml (gemiddelde VAS van 3,7 cm versus 1,2 cm, op een schaal
van 0-10 cm, P < 0,001). Dit betekende een mediane vermindering van 84% van pijn op de
injectieplaats.
Psoriasis
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden in gerandomiseerde dubbelblinde
onderzoeken bestudeerd bij volwassen patiënten met chronische plaque psoriasis (≥ 10% aangedaan
lichaamsoppervlak (BSA) en Psoriasis Area and Severity Index (PASI) ≥ 12 of ≥ 10) die in
aanmerking kwamen voor systemische therapie of lichttherapie. 73% van de patiënten die waren
geï
ncludeerd in Psoriasisonderzoeken I en II waren eerder behandeld met systemische therapie of
lichttherapie. De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden ook in een gerandomiseerd
dubbelblind onderzoek (Psoriasisonderzoek III) bestudeerd bij volwassen patiënten met matige tot
ernstige chronische plaque psoriasis met gelijktijdige hand- en/of voetpsoriasis die in aanmerking
kwamen voor systemische therapie.
In Psoriasisonderzoek I (REVEAL) werden 1.212 patiënten onderzocht binnen drie behandelperioden.
In behandelperiode A kregen patiënten placebo of adalimumab in een aanvangsdosis van 80 mg,
gevolgd door 40 mg eenmaal per twee weken vanaf één week na de aanvangsdosering. Na 16 weken
behandeling gingen patiënten die ten minste een PASI 75-respons hadden bereikt (verbetering PASI-
score van ten minste 75% ten opzichte van aanvang van het onderzoek), behandelperiode B in en
kregen eenmaal per twee weken 40 mg adalimumab (open-label). Patiënten die in week 33 nog steeds
≥ PASI 75-respons hadden en die oorspronkelijk gerandomiseerd waren naar actieve behandeling in
behandelperiode A, werden opnieuw gerandomiseerd in behandelperiode C naar ofwel 40 mg
adalimumab eenmaal per twee weken ofwel placebo voor nog eens 19 weken. In alle behandelgroepen
was bij aanvang van het onderzoek de gemiddelde PASI-score 18,9 en de Physician's Global
Assessment (PGA-) score varieerde bij aanvang van het onderzoek van 'matig' (53% van de
geï
ncludeerde proefpersonen) tot 'ernstig' (41%) tot 'zeer ernstig' (6%).
In Psoriasisonderzoek II (CHAMPION) werden de werkzaamheid en veiligheid van adalimumab
versus
methotrexaat (MTX) en placebo vergeleken bij 271 patiënten. Patiënten kregen gedurende 16
weken ofwel placebo, een aanvangsdosis van 7,5 mg MTX en daarna dosisverhogingen tot aan week
12, met een maximale dosis van 25 mg ofwel een aanvangsdosis van 80 mg adalimumab gevolgd door
40 mg eenmaal per twee weken (vanaf één week na de aanvangsdosis). Er zijn geen gegevens
beschikbaar van vergelijking van adalimumab met MTX na meer dan 16 weken behandeling.
Patiënten die MTX kregen en een ≥ PASI 50-respons bereikt hadden in week 8 en/of 12 kregen geen
verdere dosisverhogingen. In alle behandelgroepen was bij aanvang van het onderzoek de gemiddelde
PASI-score 19,7 en de PGA-score varieerde van 'licht' (< 1%) tot 'matig' (48%) tot 'ernstig' (46%) tot
'zeer ernstig' (6%).
90
Alle patiënten die hadden deelgenomen aan fase 2 en fase 3 psoriasisonderzoeken kwamen in
aanmerking om deel te nemen aan een open-label extensieonderzoek, waarin adalimumab gedurende
nog minimaal 108 additionele weken werd gegeven.
Een primair eindpunt in Psoriasisonderzoeken I en II was het percentage patiënten dat in week 16 een
PASI 75-respons ten opzichte van aanvang van het onderzoek had bereikt (zie tabellen 10 en 11).
Tabel 10.
Psoriasisonderzoek I (REVEAL) – resultaten werkzaamheid na 16 weken
40 mg adalimumab eenmaal per
twee weken
N = 814
n (%)
≥ PASI 75
a
26 (6,5)
578 (70,9)
b
PASI 100
3 (0,8)
163 (20,0)
b
PGA: schoon/minimaal
17 (4,3)
506 (62,2)
b
a
Het percentage patiënten dat PASI 75-respons bereikte, werd bij de berekening naar het
midden afgerond
b
p < 0,001, adalimumab
versus
placebo
Tabel 11.
Psoriasisonderzoek II (CHAMPION) - resultaten werkzaamheid na 16 weken
Placebo
N = 53
n (%)
≥ PASI 75
10 (18,9)
PASI 100
1, (1,9)
PGA: schoon/minimaal
6 (11,3)
a
p < 0,001 adalimumab
versus
placebo
b
p < 0,001 adalimumab
versus
methotrexaat
c
p < 0,01 adalimumab
versus
placebo
d
p < 0,05 adalimumab
versus
methotrexaat
MTX
N = 110
n (%)
39 (35,5)
8 (7,3)
33 (30,0)
40 mg adalimumab eenmaal
per twee weken
N = 108
n (%)
86 (79,6)
a,b
18 (16,7)
c,d
79 (73,1)
a,b
Placebo
N = 398
n (%)
In Psoriasisonderzoek I vertoonde 28% van de PASI 75-responders die in week 33 opnieuw
gerandomiseerd werden naar placebo in vergelijking met 5% van de responders die in dezelfde periode
adalimumab bleven krijgen (p < 0,001) 'verlies van adequate respons' (PASI-score na week 33 en in of
voor week 52 die resulteerde in een < PASI 50-respons ten opzichte van aanvang van het onderzoek
met minimaal 6 punten toename in PASI-score in vergelijking met week 33). Van de patiënten die
adequate respons verloren nadat ze opnieuw gerandomiseerd waren naar placebo en die vervolgens
geï
ncludeerd werden in de open-label extensiestudie, behaalde 38% (25/66) en 55% (36/66) opnieuw
PASI 75-respons na respectievelijk 12 en 24 weken van hervatte behandeling.
In totaal 233 PASI 75-responders in week 16 en week 33 werden gedurende 52 weken onafgebroken
met adalimumab behandeld in Psoriasisonderzoek I en vervolgden het gebruik van adalimumab in het
open-label-extensieonderzoek. PASI 75 en PGA schoon of minimaal responspercentages waren bij
deze patiënten 74,7% respectievelijk 59,0% na een additionele 108 weken open-labelbehandeling
(totaal van 160 weken). In een analyse waarin alle patiënten die stopten met het onderzoek vanwege
bijwerkingen of gebrek aan werkzaamheid, of bij wie de dosering werd verhoogd, werden beschouwd
als non-responders, waren de responspercentages van PASI 75 en PGA schoon of minimaal bij deze
patiënten 69,6% respectievelijk 55,7% na een additionele 108 weken open-label behandeling (totaal
van 160 weken).
91
In totaal namen 347 stabiele responders deel aan een open-label extensieonderzoek waarin de
behandeling werd onderbroken en vervolgens opnieuw werd gestart. Tijdens de onderbreking keerden
de symptomen van psoriasis in de loop van de tijd terug met een mediane tijd tot terugkeer
(verslechtering naar PGA 'matig' of slechter) van ongeveer 5 maanden. Geen van deze patiënten ervoer
rebound gedurende de onderbreking. In totaal had 76,5% (218/285) van de patiënten die opnieuw
werden behandeld een respons van PGA 'schoon' of 'minimaal' na 16 weken van herbehandeling,
ongeacht of zij terugkeer van symptomen hadden ervaren gedurende de onderbreking
(69,1%[123/178] en 88,8% [95/107] voor patiënten die wel respectievelijk geen terugkeer van
symptomen hadden ervaren tijdens de onderbreking). Het geobserveerde veiligheidsprofiel gedurende
herbehandeling was vergelijkbaar met dat van vóór de onderbreking.
In week 16 werden significante verbeteringen aangetoond in de DLQI (Dermatology Life Quality
Index) ten opzichte van aanvang van het onderzoek in vergelijking met placebo (Onderzoeken I en II)
en MTX (Onderzoek II). In Onderzoek I waren de verbeteringen in de lichamelijke en psychische
samenvattingsscores van de SF-36 ook significant in vergelijking met placebo.
In een open-label-extensiestudie voor patiënten die vanwege een PASI-respons van minder dan 50%
een dosisverhoging hadden gehad van 40 mg eenmaal per twee weken naar eenmaal per week 40 mg,
behaalde 26,4% (92/349) en 37,8% (132/349) een PASI 75 respons na respectievelijk 12 en 24 weken.
Psoriasis Onderzoek III (REACH) vergeleek de werkzaamheid en veiligheid van adalimumab
versus
placebo bij 72 patiënten met matige tot ernstige chronische plaque psoriasis en hand- en/of
voetpsoriasis. Patiënten kregen een aanvangsdosis van 80 mg adalimumab gevolgd door 40 mg
eenmaal per twee weken (vanaf één week na de aanvangsdosis) of placebo gedurende 16 weken. Op
week 16 bereikte een statistisch significant hoger percentage van de patiënten die adalimumab kregen
een PGA van 'schoon' of 'bijna schoon' voor handen en/of voeten in vergelijking met patiënten die
placebo ontvingen (respectievelijk 30,6%
versus
4,3% [P = 0,014]).
Psoriasisonderzoek IV vergeleek de werkzaamheid en veiligheid van adalimumab
versus
placebo bij
217 volwassen patiënten met matige tot ernstige nagelpsoriasis. Patiënten kregen een aanvangsdosis
van 80 mg adalimumab, gevolgd door 40 mg eenmaal per twee weken (vanaf één week na de
aanvangsdosis) of placebo gedurende 26 weken, gevolgd door open- label behandeling met
adalimumab voor 26 additionele weken. Het nagelpsoriasis-onderzoek bevatte de Modified Nail
Psoriasis Severity Index (mNAPSI), de Physician's Global Assessment of Fingernail Psoriasis (PGA-
F) en de Nail Psoriasis Severity Index (NAPSI) (zie tabel 12). Behandeling met adalimumab toonde
een voordeel aan bij patiënten met nagelpsoriasis met verschillende mate van aangedaan
lichaamsoppervlak (BSA ≥ 10% (60% van de patiënten) en BSA < 10% en ≥ 5% (40% van de
patiënten)).
Tabel 12.
Resultaten psoriasisonderzoek IV t.a.v. werkzaamheid in week 16, 26 en 52
Eindpunt
Week 16
Placebogecontroleerd
Placebo
adalimumab
N = 108
40 mg
eenmaal per
twee weken
N = 109
2,9
26,0a
2,9
29,7a
Week 26
Placebogecontroleerd
Placebo
adalimumab
N = 108 40 mg eenmaal
per twee weken
N = 109
3,4
6,9
46,6a
48,9a
Week 52
Open-label
adalimumab
40 mg
eenmaal per
twee weken
N = 80
65,0
61,3
≥ mNAPSI 75 (%)
PGA-F schoon/minimaal
en ≥ twee gradaties
verbetering (%)
92
Eindpunt
Percentage wijziging in
totale vingernagel-
NAPSI (%)
a
p < 0,001, adalimumab
versus
placebo
Week 16
Placebogecontroleerd
Placebo
adalimumab
N = 108
40 mg
eenmaal per
twee weken
N = 109
-7,8
-44,2 a
Week 26
Placebogecontroleerd
Placebo
adalimumab
N = 108 40 mg eenmaal
per twee weken
N = 109
-11,5
-56,2a
Week 52
Open-label
adalimumab
40 mg
eenmaal per
twee weken
N = 80
-72,2
Met adalimumab behandelde patiënten vertoonden statistisch significante verbeteringen in week 26 in
vergelijking met placebo in de DLQI.
Hidradenitis suppurativa
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken en in een open-label extensieonderzoek bij
volwassen patiënten met matige tot ernstige hidradenitis suppurativa (HS) die intolerant waren voor,
een contra-indicatie hadden voor of een ontoereikende respons hadden op een ten minste 3 maanden
durende onderzoeksbehandeling met systemische antibiotica. De patiënten in HS-I en HS-II hadden
Hurley stadium II of III met ten minste 3 abcessen of inflammatoire noduli.
In het HS-I (PIONEER I)-onderzoek werden 307 patiënten geëvalueerd in 2 behandelperiodes. In
behandelperiode A kregen patiënten placebo of adalimumab in een startdosis van 160 mg in week 0,
80 mg in week 2 en eenmaal per week 40 mg van week 4 tot week 11. Gelijktijdig gebruik van
antibiotica was tijdens het onderzoek niet toegestaan. Na 12 weken behandeling werden de patiënten
die adalimumab hadden gekregen in behandelperiode A, opnieuw gerandomiseerd in behandelperiode
B naar 1 van 3 behandelgroepen (eenmaal per week adalimumab 40 mg, eenmaal per twee weken
adalimumab 40 mg of placebo van week 12 tot week 35). Patiënten die in behandelperiode A in de
placebogroep zaten, kregen in behandelperiode B eenmaal per week 40 mg adalimumab.
In het HS-II (PIONEER II)-onderzoek werden 326 patiënten geëvalueerd in 2 behandelperiodes. In
behandelperiode A kregen patiënten placebo of adalimumab in een startdosis van 160 mg in week 0,
80 mg in week 2 en eenmaal per week 40 mg van week 4 tot week 11. 19,3% van de patiënten zette
tijdens het onderzoek de behandeling met de baseline orale antibiotica voort. Na 12 weken
behandeling werden de patiënten die adalimumab hadden gekregen in behandelperiode A opnieuw
gerandomiseerd in behandelperiode B naar 1 van 3 behandelgroepen (eenmaal per week adalimumab
40 mg, eenmaal per twee weken adalimumab 40 mg of placebo van week 12 tot week 35). Patiënten
die in behandelperiode A in de placebogroep zaten, kregen in behandelperiode B eveneens placebo.
Patiënten die aan de HS-I- en HS-II-onderzoeken deelnamen, kwamen in aanmerking voor deelname
aan een open-label extensieonderzoek waarin eenmaal per week 40 mg adalimumab werd toegediend.
De gemiddelde blootstelling in de totale adalimumab-populatie was 762 dagen. In alle 3 de
onderzoeken gebruikten de patiënten dagelijks een lokaal antiseptisch middel.
Klinische respons
Er werd een afname van de inflammatoire laesies en preventie van een verslechtering van de abcessen
en drainerende fistels vastgesteld met behulp van de Hidradenitis Suppurativa Clinical Response
(HiSCR; minimaal 50% afname in het totale aantal abcessen en inflammatoire noduli en geen stijging
in aantal abcessen en aantal drainerende fistels ten opzichte van baseline). Er werd met een numerieke
beoordelingsschaal een afname van de HS-gerelateerde huidpijn beoordeeld bij patiënten die in het
onderzoek kwamen met een aanvankelijke baselinescore van 3 of hoger op een 11-puntsschaal.
93
In week 12 was het aantal met adalimumab behandelde patiënten dat HiSCR bereikte significant hoger
dan het aantal placebopatiënten dat HiSCR bereikte. In week 12 ervoer een significant hoger
percentage patiënten in het HS-II-onderzoek een klinisch relevante afname van HS-gerelateerde
huidpijn (zie tabel 13). Patiënten die met adalimumab werden behandeld, hadden gedurende de eerste
12 weken van de behandeling een significant lager risico op opvlamming van de ziekte.
Tabel 13.
Werkzaamheidsresultaten na 12 weken, HS-I- en HS-II-onderzoek
HS-onderzoek I
HS-onderzoek II
Placebo
Adalimumab
Placebo
Adalimumab
40 mg eenmaal
40 mg eenmaal
per week
per week
Hidradenitis Suppurativa Clinical
N = 154
N = 153
N = 163
N = 163
a
Response (HiSCR)
40 (26,0%)
64 (41,8%)*
45 (27,6%) 96 (58,9%)***
≥ 30% afname van huidpijn
b
N = 109
N = 122
N = 111
N = 105
27 (24,8%)
34 (27,9%)
23 (20,7%) 48 (45,7%)***
*P < 0,05, ***P < 0,001, adalimumab
versus
placebo
a
Onder alle gerandomiseerde patiënten.
b
Onder patiënten met een HS-gerelateerde huidpijnbeoordeling bij baseline van ≥ 3, gebaseerd
op numerieke beoordelingsschaal 0-10; 0 = geen huidpijn, 10 = ondragelijke pijn of ergst
denkbare pijn.
Behandeling met eenmaal per week adalimumab 40 mg reduceerde significant het risico op een
verergering van abcessen en drainerende fistels. In de eerste 12 weken van onderzoeken HS-I en HS-II
ervaarden ongeveer tweemaal zoveel patiënten in de placebogroep verergering van de abcessen
(respectievelijk 23,0% en 11,4%) en drainerende fistels (respectievelijk 30,0% en 13,9%) vergeleken
met de adalimumab-groep.
Er werden in week 12 ten opzichte van baseline in vergelijking met placebo grotere verbeteringen
aangetoond in huidspecifieke gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten door de
Dermatology Life Quality Index (DLQI; HS-I- en HS-II-onderzoek), algehele patiënttevredenheid met
de medicatiebehandeling, zoals gemeten door de Treatment Satisfaction Questionnaire – medicatie
(TSQM; HS-I- en HS-II-onderzoek) en lichamelijke gezondheid, zoals gemeten door de
samenvattingsscore van de lichamelijke component van de SF-36 (HS-I-onderzoek).
Bij patiënten die in week 12 minimaal een gedeeltelijke respons op eenmaal per week adalimumab 40
mg vertoonden, was op week 36 de HiSCR-score hoger bij patiënten die doorgingen met eenmaal per
week adalimumab dan bij patiënten bij wie de doseringsfrequentie was verlaagd naar eenmaal per
twee weken of bij wie de behandeling was gestaakt (zie tabel 14).
Tabel 14.
Deel van patiënten die HiSCR bereikten op week 24 en 36 nadat na adalimumab op week 12 de
wekelijkse behandeling opnieuw was toegewezen
a
b
Week 24
Week 36
Placebo
(behandeling
gestaakt)
N = 73
24 (32,9%)
22 (30,1%)
Adalimumab 40 Adalimumab 40
mg eenmaal per mg eenmaal per
twee weken
week
N = 70
N = 70
36 (51,4%)
40 (57,1%)
28 (40,0%)
39 (55,7%)
94
a
b
Placebo
Adalimumab 40 Adalimumab 40
(behandeling
mg eenmaal per mg eenmaal per
gestaakt)
twee weken
week
N = 73
N = 70
N = 70
Patiënten met minimaal een gedeeltelijke respons op eenmaal per week
adalimumab 40 mg na 12 weken behandeling.
Patiënten die voldeden aan protocolspecifieke criteria voor het verliezen van
de respons of geen verbetering moesten de onderzoeken verlaten en werden
gerekend onder de non-responders.
Onder de patiënten met minimaal een gedeeltelijke respons op week 12 en met voortzetting van de
wekelijkse dosering van adalimumab was het HiSCR-percentage in week 48 68,3% en in week 96
65,1%. Langere-termijnbehandeling met adalimumab 40 mg eenmaal per week gedurende 96 weken
resulteerde niet in nieuwe veiligheidsbevindingen.
Onder patiënten bij wie de adalimumab-behandeling op week 12 was gestaakt in onderzoeken HS-I en
HS-II, was 12 weken na herintroductie van eenmaal per week Yuflyma 40 mg het HiSCR-percentage
terug op het niveau vergelijkbaar met het niveau dat werd gezien voor het staken (56,0%).
Hidradenitis suppurativa bij adolescenten
Er zijn geen klinische onderzoeken met adalimumab bij adolescente patiënten met HS. Werkzaamheid
van adalimumab voor de behandeling van adolescente patiënten met HS wordt voorspeld op basis van
de aangetoonde werkzaamheid en blootstellingsrespons relatie bij volwassen HS-patiënten en de
waarschijnlijkheid dat het ziekteverloop, pathofysiologie en de effecten van geneesmiddelen zijn
nagenoeg gelijk aan die van volwassenen bij dezelfde blootstellingsniveaus. Veiligheid van de
aanbevolen dosis adalimumab in de adolescente HS-populatie is gebaseerd op kruisindicaties
veiligheidsprofiel van adalimumab bij zowel volwassenen als pediatrische patiënten in vergelijkbare of
frequentere doses (zie rubriek 5.2).
Ziekte van Crohn
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld bij meer dan 1.500 patiënten met
matig tot ernstig actieve ziekte van Crohn ('Crohn's Disease Activity Index' (CDAI) ≥ 220 en ≤ 450) in
gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken. Gelijktijdige vaste doses
aminosalicylaten, corticosteroï en/of immuunmodulerende middelen waren toegestaan en 80% van
den
de patiënten bleef ten minste één van deze geneesmiddelen krijgen.
Inductie van klinische remissie (gedefinieerd als CDAI < 150) werd geëvalueerd in twee onderzoeken,
CD-onderzoek I (CLASSIC I) en CD-onderzoek II (GAIN). In CD-onderzoek I werden 299 voor
TNF-antagonisten naï patiënten gerandomiseerd naar één van vier behandelgroepen: placebo in
eve
week 0 en week 2, 160 mg adalimumab in week 0 en 80 mg in week 2, 80 mg in week 0 en 40 mg in
week 2, en 40 mg in week 0 en 20 mg in week 2. In CD-onderzoek II werden 325 patiënten die geen
respons meer hadden op of intolerant waren voor infliximab gerandomiseerd naar behandeling met
ofwel 160 mg adalimumab in week 0 en 80 mg in week 2 ofwel placebo in week 0 en 2. De primaire
non-responders werden uitgesloten van de onderzoeken en daarom werden deze patiënten niet verder
geëvalueerd.
Handhaving van klinische remissie werd geëvalueerd in CD-onderzoek III (CHARM). In CD-
onderzoek III ontvingen 854 patiënten 80 mg open-label in week 0 en 40 mg in week 2. In week 4
werden patiënten gerandomiseerd naar 40 mg eenmaal per twee weken, 40 mg eenmaal per week, of
placebo met een totale studieduur van 56 weken. Patiënten met een klinische respons (verlaging van
CDAI ≥ 70) in week 4 werden gestratificeerd en apart geanalyseerd van degenen zonder klinische
respons in week 4. Geleidelijk afbouwen van corticosteroï was toegestaan na week 8.
den
Inductie van remissie en responspercentages in CD-onderzoek I en CD-onderzoek II worden
weergegeven in tabel 15.
95
Tabel 15.
Inductie van klinische remissie en respons (percentage patiënten)
CD-onderzoek I: Infliximab-naï
eve
patiënten
Placebo
N = 74
Adalimumab
80/40 mg
N = 75
Adalimumab
160/80 mg
N = 76
CD-onderzoek II:
Infliximab-ervaren
patiënten
Placebo Adalimumab
N = 166
160/80 mg
N = 159
Week 4
Klinische remissie
12%
24%
36%*
7%
21%*
Klinische respons (CR-
24%
37%
49%**
25%
38%**
100)
Alle p-waarden zijn paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab
versus
placebo
*p < 0,001
**p < 0,01
Vergelijkbare remissiepercentages werden waargenomen voor het 160/80 mg en het 80/40 mg
inductieschema in week 8 en bijwerkingen werden vaker waargenomen in de 160/80 mg groep.
In CD-onderzoek III had 58% (499/854) van de patiënten een klinische respons in week 4 en werd
geanalyseerd in de primaire analyse. Van degenen die in week 4 een klinische respons hadden, was
48% eerder blootgesteld aan andere TNF-antagonisten. Handhaving van remissie en
responspercentages worden weergegeven in tabel 16. Klinische remissieresultaten bleven relatief
constant onafhankelijk van eerdere blootstelling aan TNF-antagonisten.
Een statistisch significante daling van ziektegerelateerde ziekenhuisopnamen en operatieve ingrepen
werd waargenomen bij adalimumab in vergelijking met placebo in week 56.
Tabel 16.
Handhaving van klinische remissie en respons (percentage patiënten)
40 mg adalimumab
eenmaal per twee
weken
N = 172
40%*
52%*
19% (11/58)**
40 mg adalimumab
eenmaal per week
Placebo
Week 26
N = 170
N = 157
Klinische remissie
17%
47%*
Klinische respons (CR-100)
27%
52%*
Patiënten in steroï
dvrije
3% (2/66)
15% (11/74)**
remissie gedurende ≥ 90
dagen
a
Week 56
N = 170
N = 172
N = 157
Klinische remissie
12%
36%*
41%*
Klinische respons (CR-100)
17%
41%*
48%*
Patiënten in steroï
dvrije
5% (3/66)
29% (17/58)*
20% (15/74)**
remissie gedurende ≥ 90
dagen
a
*p < 0,001 voor paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab
versus
placebo
** p < 0,02 voor paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab
versus
placebo
a
Van degenen die op baseline corticosteroï kregen
den
Onder patiënten die geen respons hadden in week 4, had 43% van de patiënten op de
onderhoudsdosering adalimumab een respons in week 12 in vergelijking met 30% van de patiënten op
96
de onderhoudsdosering placebo. Deze resultaten duiden erop dat sommige patiënten die in week 4 nog
geen respons hebben gehad, baat kunnen hebben bij voortgezette onderhoudsbehandeling tot en met
week 12. Behandeling voortgezet tot na 12 weken resulteerde niet in significant meer responsen (zie
rubriek 4.2).
117 van de 276 patiënten uit CD-onderzoek I en 272 van de 777 patiënten uit CD-onderzoeken II en
III werden gevolgd gedurende minimaal 3 jaar open-label adalimumab-behandeling. Respectievelijk
88 en 189 patiënten bleven in medische remissie. Klinische respons (CR-100) werd gehandhaafd bij
respectievelijk 102 en 233 patiënten.
Kwaliteit van leven
In CD-onderzoek I en CD-onderzoek II werd statistisch significante verbetering bereikt in de totale
score van de ziektespecifieke Vragenlijst inflammatoire darmziekte (IBDQ) in week 4 bij patiënten die
gerandomiseerd waren naar adalimumab 80/40 mg en 160/80 mg in vergelijking met placebo en dit
werd waargenomen in week 26 en 56 in CD-onderzoek III evenals de adalimumab-behandelgroepen in
vergelijking met de placebogroep.
Juveniele ziekte van Crohn
Adalimumab is onderzocht in een multicenter, gerandomiseerd, dubbelblind klinisch onderzoek dat
was opgezet om de werkzaamheid en veiligheid van inductie en onderhoudsbehandeling met
doseringen afhankelijk van het lichaamsgewicht (< 40 kg of ≥ 40 kg) te beoordelen bij 192 kinderen in
de leeftijd van 6 tot en met 17 jaar, met matig ernstige tot ernstige ziekte van Crohn gedefinieerd als
de Paediatric Crohn's Disease Activity Index (PCDAI) score > 30. Patiënten dienden een
ontoereikende respons te hebben gehad op conventionele behandeling voor de ziekte van Crohn
(waaronder een corticosteroï en/of een immunomodulator). Patiënten konden ook eerder respons
de
hebben verloren op of intolerant zijn geworden voor infliximab.
Alle patiënten kregen open-label inductiebehandeling met een dosering gebaseerd op hun
lichaamsgewicht bij baseline: 160 mg in week 0 en 80 mg in week 2 voor patiënten ≥ 40 kg en
respectievelijk 80 mg en 40 mg voor patiënten < 40 kg.
In week 4 werden patiënten op basis van het lichaamsgewicht dat zij op dat moment hadden 1:1
gerandomiseerd naar ofwel het lage ofwel het standaard onderhoudsdoseringsschema zoals te zien in
tabel 17.
Tabel 17. Onderhoudsdoseringsschema
Gewicht patiënt
< 40 kg
≥ 40 kg
Werkzaamheidsresultaten
Het primaire eindpunt van het onderzoek was klinische remissie in week 26, gedefinieerd als PCDAI-
score ≤ 10.
Percentages klinische remissie en klinische respons (gedefinieerd als reductie in PCDAI-score van ten
minste 15 punten ten opzichte van baseline) zijn weergegeven in tabel 18. Percentages van
discontinuering van corticosteroï of immunomodulatoren zijn weergegeven in tabel 19.
den
Lage dosis
10 mg eenmaal per twee weken
20 mg eenmaal per twee weken
Standaarddosering
20 mg eenmaal per twee weken
40 mg eenmaal per twee weken
97
Tabel 18.
Onderzoek juveniele ziekte van Crohn
PCDAI klinische remissie en respons
Standaarddosering
Lage dosering
40/20 mg eenmaal 20/10 mg eenmaal
per twee weken
per twee weken
N = 93
N = 95
Week 26
Klinische remissie
38,7%
28,4%
Klinische respons
59,1%
48,4%
Week 52
Klinische remissie
33,3%
23,2%
Klinische respons
41,9%
28,4%
* p-waarde voor vergelijking standaarddosering
versus
lage dosering.
p-waarde*
0,075
0,073
0,100
0,038
Tabel 19.
Onderzoek juveniele ziekte van Crohn
Discontinuering van corticosteroï
den of immuunmodulerende middelen en fistelremissie
Standaarddosering Lage dosering
40/20 mg eenmaal
20/10 mg
per twee weken eenmaal per twee
weken
N = 33
N = 38
84,8%
65,8%
69,7%
60,5%
N = 60
N = 57
p-waarde
1
Stopzetten van corticosteroï
den
Week 26
0,066
Week 52
0,420
Stopzetten van
immuunmodulerende middelen
Week 52
30,0%
29,8%
0,983
Fistelremissie
3
N = 15
N = 21
Week 26
46,7%
38,1%
0,608
Week 52
40,0%
23,8%
0,303
1
p-waarde voor vergelijking standaarddosering versus lage dosering.
2
Immunosuppressieve behandeling kon alleen worden stopgezet in of na week 26 na besluit van de
onderzoeker wanneer de proefpersoon voldeed aan het klinische responscriterium
3
gedefinieerd als het sluiten van alle fistels die vanaf baseline gedurende ten minste 2 opeenvolgende
bezoeken na baseline draineerden
In beide behandelgroepen werden statistisch significante toenames (verbeteringen) in Body Mass
Index en groeisnelheid vanaf baseline tot week 26 en week 52 waargenomen.
In beide behandelgroepen werden ook statistisch en klinisch significante verbeteringen in de
parameters voor de kwaliteit van leven vanaf baseline waargenomen (waaronder IMPACT III).
Honderd patiënten (n=100) uit het onderzoek bij pediatrische patiënten met de ziekte van Crohn
namen deel aan een open-label langetermijnextensieonderzoek. Na 5 jaar adalimumabtherapie bleef
74,0% (37/50) van de 50 patiënten die nog in de studie zaten in klinische remissie en 92,0% (46/50)
van de patiënten hielden een klinische respons per PCDAI.
Colitis ulcerosa
De veiligheid en werkzaamheid van meerdere doses adalimumab werden beoordeeld bij volwassen
patiënten met matig ernstige tot ernstige actieve colitis ulcerosa (Mayo-score 6 tot 12 met een
98
endoscopie-subscore van 2 tot 3) in gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde
onderzoeken.
In onderzoek UC-I werden 390 patiënten die naï waren voor TNF-antagonisten gerandomiseerd om
ef
of in week 0 en in week 2 placebo te krijgen, of in week 0 160 mg adalimumab gevolgd door 80 mg in
week 2, of in week 0 80 mg adalimumab gevolgd door 40 mg in week 2. Na week 2 kregen de
patiënten in beide adalimumab-groepen 40 mg eenmaal per twee weken. Klinische remissie
(gedefinieerd als Mayo-score ≤ 2 met geen subscore van > 1) werd bepaald in week 8.
In onderzoek UC-II kregen 248 patiënten 160 mg adalimumab in week 0, 80 mg in week 2 en daarna
40 mg eenmaal per twee weken en 246 patiënten kregen placebo. Klinische resultaten werden
beoordeeld op inductie van remissie in week 8 en voor handhaving van remissie in week 52.
Patiënten die met 160/80 mg adalimumab waren geï
nduceerd, bereikten met statistisch significant
grotere percentages klinische remissie in week 8 dan met placebo in onderzoek UC-I (respectievelijk
18% vs. 9%, p=0,031) en in onderzoek UC-II (respectievelijk 17% vs. 9%, p=0,019). Van degenen die
in onderzoek UC-II met adalimumab waren behandeld en in week 8 in remissie waren, waren 21/41
(51%) in week 52 in remissie.
Resultaten van de totale UC-II onderzoekspopulatie zijn weergegeven in tabel 20.
Tabel 20.
Respons, remissie en mucosale genezing in onderzoek UC-II
(percentage patiënten)
Placebo
Week 52
Klinische respons
Klinische remissie
Mucosale genezing
Steroï
dvrije remissie gedurende
≥ 90 dagen
a
week 8 en 52
Aanhoudende respons
Aanhoudende remissie
Aanhoudende mucosale
genezing
12%
4%
11%
24%**
8%*
19%*
N = 246
18%
9%
15%
6%
(N = 140)
40 mg adalimumab eenmaal
per twee weken
N = 248
30%*
17%*
25%*
13%*
(N = 150)
Klinische remissie is Mayo-score ≤ 2 met geen subscore > 1;
Klinische respons is een daling ten opzichte van baseline in Mayo-score ≥ 3 punten en ≥ 30% plus een
daling ≥ 1 in de rectale bloedingssubscore [RBS] of een absolute RBS van 0 of 1;
*p < 0,05 voor adalimumab
versus
placebo paarsgewijze vergelijking van proporties
**p < 0,001 voor adalimumab
versus
placebo paarsgewijze vergelijking van proporties
a
Van degenen die op baseline corticosteroï kregen
den
Van de patiënten met een respons in week 8 had 47% een respons, was 29% in remissie, had 41%
mucosale genezing en was 20% in steroïdvrije remissie voor ≥ 90 dagen in week 52.
Ongeveer 40% van de patiënten in onderzoek UC-II had geen resultaat gehad met eerdere anti-TNF
behandeling met infliximab. De werkzaamheid van adalimumab was bij deze patiënten verminderd
99
vergeleken met die bij patiënten die naï waren voor TNF-antagonisten. Van de patiënten bij wie
ef
eerdere anti-TNF-behandeling geen resultaat had, werd in week 52 bij 3% op placebo en bij 10% op
adalimumab remissie bereikt.
Patiënten uit de onderzoeken UC-I en UC-II hadden de mogelijkheid om naar een open-label
langetermijnextensieonderzoek (UC-III) over te stappen. Na 3 jaar behandeling met adalimumab bleef
75% (301/402) in klinische remissie op basis van partiële Mayo-score.
Ziekenhuisopnames
In onderzoek UC-I en UC-II werden gedurende 52 weken minder ziekenhuisopnames voor alle
oorzaken en ziekenhuisopnames gerelateerd aan UC waargenomen in de groep behandeld met
adalimumab in vergelijking met de placebo-arm. Het aantal ziekenhuisopnames voor alle oorzaken in
de groep behandeld met adalimumab was 0,18 per patiëntjaar
versus
0,26 per patiëntjaar in de
placebogroep en de overeenkomstige cijfers voor UC-gerelateerde ziekenhuisopnames waren 0,12 per
patiëntjaar
versus
0,22 per patiëntjaar.
Kwaliteit van leven
In onderzoek UC-II resulteerde behandeling met adalimumab tot verbeteringen in de Inflammatory
Bowel Disease Questionnaire (IBDQ) score.
Juveniele colitis ulcerosa
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in een gerandomiseerd,
dubbelblind onderzoek in meerdere centra bij 93 pediatrische patiënten van 5 tot en met 17 jaar met
matige tot ernstige colitis ulcerosa (Mayo-score 6 tot 12 met endoscopische subscore van 2 tot 3
punten, bevestigd door centraal afgelezen endoscopie) die een ontoereikende respons hadden op
conventionele behandeling of deze niet verdroegen. Bij ongeveer 16% van de patiënten in het
onderzoek was een eerdere anti-TNF-behandeling niet geslaagd. Patiënten die op het moment van
inclusie corticosteroï kregen konden hun corticosteroï
den
denbehandeling afbouwen na week 4.
Tijdens de inductieperiode van het onderzoek werden 77 patiënten gerandomiseerd 3:2 naar een
dubbelblinde behandeling met adalimumab met een inductiedosering van 2,4 mg/kg (maximaal
160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2 of een inductiedosering van
2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in week 1 en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week
2. Beide groepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6. Na een aanpassing in de
opzet van het onderzoek kregen de overgebleven 16 patiënten die werden geï
ncludeerd in de
inductieperiode een open-labelbehandeling met adalimumab met de inductiedosering van 2,4 mg/kg
(maximaal 160 mg) in week 0 en week 1 en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2.
In week 8 werden 62 patiënten met een aangetoonde klinische respons volgens partiële Mayo-score
(Partial Mayo Score (PMS) gedefinieerd als een afname in PMS ≥ 2 punten en ≥ 30% ten opzichte van
de uitgangssituatie) gerandomiseerd naar gelijke groepen om een dubbelblinde
onderhoudsbehandeling met adalimumab te krijgen in een dosering van 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg)
eenmaal per week of een onderhoudsbehandeling van 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee
weken. Voorafgaand aan een wijziging in de opzet van het onderzoek werden 12 extra patiënten met
een aangetoonde klinische respons volgens PMS gerandomiseerd naar placebo, maar deze werden niet
opgenomen in de bevestigende analyse van de werkzaamheid.
Opvlamming van ziekte werd gedefinieerd als een toename in PMS van ten minste 3 punten (voor
patiënten met een PMS van 0 tot 2 in week 8), ten minste 2 punten (voor patiënten met een PMS van 3
tot 4 in week 8) of ten minste 1 punt (voor patiënten met een PMS van 5 tot 6 in week 8).
Patiënten die voldeden aan de criteria voor opvlamming van ziekte in of na week 12, werden
gerandomiseerd naar het ontvangen van een herinductiedosering van 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) of
100
een dosis van 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) en bleven daarna hun respectievelijke onderhoudsdosering
ontvangen.
Werkzaamheidsresultaten
De co-primaire eindpunten van het onderzoek waren klinische remissie volgens PMS (gedefinieerd als
PMS ≤ 2 en afwezigheid van individuele subscore > 1) in week 8, en klinische remissie volgens FMS
(Full Mayo Score, volledige Mayo-score) (gedefinieerd als een Mayo-score ≤ 2 en afwezigheid van
individuele subscore > 1) in week 52 bij patiënten met een klinische respons volgens PMS in week 8.
Klinische remissiepercentages volgens PMS in week 8 voor patiënten in elk van de
adalimumab dubbelblinde inductiegroepen worden weergegeven in tabel 21.
Tabel 21. Klinische remissie volgens PMS na 8 weken
Adalimumab
a
Adalimumab
b, c
Maximaal 160 mg in week
Maximaal 160 mg in week
0 / placebo in week 1
0 en week 1
N = 30
N = 47
Klinische remissie
13/30 (43,3%)
28/47 (59,6%)
a
Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in week 1, en 1,2
mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
b
Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal
80 mg) in week 2
c
Exclusief open-label inductiedosering van adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in
week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
Opmerking 1: beide inductiegroepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6
Opmerking 2: patiënten met ontbrekende waarden in week 8 werden geacht het eindpunt niet
te hebben bereikt
In week 52 werden de klinische remissie bij responders in week 8 volgens FMS, klinische respons
volgens FMS (gedefinieerd als een afname in Mayo-score ≥ 3 punten en ≥ 30% ten opzichte van
uitgangssituatie) bij responders in week 8, mucosale genezing volgens FMS (gedefinieerd als een
Mayo-endoscopiescore ≤ 1) bij responders in week 8, klinische remissie volgens FMS bij patiënten in
remissie in week 8, en het aandeel van proefpersonen met een corticosteroï
de-vrije remissie volgens
FMS bij responders in week 8 beoordeeld bij patiënten die adalimumab kregen in het dubbelblinde
maximum van 40 mg eenmaal per twee weken (0,6 mg/kg) en maximaal 40 mg eenmaal per week
(0,6 mg/kg) als onderhoudsdosering (tabel 22).
Tabel 22. Werkzaamheidsresultaten na 52 weken
Adalimumab
a
Adalimumab
b
Maximaal 40 mg eenmaal Maximaal 40 mg eenmaal
per twee weken
per week
N = 31
N = 31
Klinische remissie bij PMS-
9/31 (29,0%)
responders in week 8
Klinische respons bij PMS-
19/31 (61,3%)
responders in week 8
Mucosale genezing bij PMS-
12/31 (38,7%)
responders in week 8
Klinische remissie bij patiënten
9/21 (42,9%)
met een PMS-remissie in week 8
Corticosteroï
de-vrije remissie bij
4/13 (30,8%)
PMS-responders in week 8
c
a
Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken
b
Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per week
101
14/31 (45,2%)
21/31 (67,7%)
16/31 (51,6%)
10/22 (45,5%)
5/16 (31,3%)
c
Bij patiënten die bij uitgangssituatie gelijktijdig corticosteroï gebruikten
den
Opmerking: patiënten met ontbrekende waarden in week 52 of die werden gerandomiseerd
om een herinductie- of onderhoudsbehandeling te krijgen werden beschouwd als non-
responders voor de eindpunten van week 52
Extra verkennende werkzaamheidseindpunten zijn onder andere klinische respons volgens de
Paediatric Ulcerative Colitis Activity Index (PUCAI) (gedefinieerd als een afname in PUCAI ≥ 20
punten ten opzichte van uitgangssituatie) en klinische remissie volgens PUCAI (gedefinieerd als
PUCAI < 10) in week 8 en week 52 (tabel 23).
Tabel 23. Resultaten verkennende eindpunten volgens PUCAI
Week 8
Adalimumab
a
Adalimumab
b,c
Maximaal 160 mg in week 0
Maximaal 160 mg in
/ placebo in week 1
week 0 en week 1
N = 30
N = 47
Klinische remissie volgens PUCAI
10/30 (33,3%)
22/47 (46,8%)
Klinische respons volgens PUCAI
15/30 (50,0%)
32/47 (68,1%)
Week 52
Adalimumab
d
Adalimumab
e
Maximaal 40 mg eenmaal
Maximaal 40 mg
per twee weken
eenmaal per week
N = 31
N = 31
Klinische remissie volgens PUCAI
14/31 (45,2%)
18/31 (58,1%)
bij PMS-responders in week 8
Klinische respons volgens PUCAI
18/31 (58,1%)
16/31 (51,6%)
bij PMS-responders in week 8
a
Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in
week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
b
Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal
80 mg) in week 2
c
Exclusief open-label inductiedosering van Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in
week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
d
Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken
e
Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per week
Opmerking 1: beide inductiegroepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6
Opmerking 2: patiënten met ontbrekende waarden in week 8 werden geacht het eindpunt niet te
hebben bereikt
Opmerking 3: patiënten met ontbrekende waarden in week 52 of die werden gerandomiseerd om
een herinductie- of onderhoudsbehandeling te krijgen werden beschouwd als non-responders
voor de eindpunten van week 52
Van de met Adalimumab behandelde patiënten die herinductiebehandeling kregen tijdens de
onderhoudsperiode, bereikten 2/6 (33%) een klinische respons volgens FMS in week 52.
Kwaliteit van leven
Klinisch belangrijke verbeteringen ten opzichte van de uitgangssituatie zijn waargenomen in de
IMPACT III- en WPAI-scores (Work Productivity and Activity Impairment voor verzorgers) bij de
groepen die behandeld zijn met adalimumab.
Klinisch belangrijke toenames (verbetering) ten opzichte van de uitgangssituatie in
lengtegroeisnelheid zijn waargenomen in de groepen die werden behandeld met adalimumab. Klinisch
belangrijke toenames (verbetering) ten opzichte van de uitgangssituatie in BMI (Body Mass Index)
zijn waargenomen bij proefpersonen die de hoge onderhoudsdosering kregen van maximaal 40 mg
(0,6 mg/kg) eenmaal per week.
102
Uveï
tis
De veiligheid en de werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld bij volwassen patiënten met
niet-infectieuze intermediaire uveï uveitis posterior en panuveï in twee gerandomiseerde,
tis,
tis,
dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken (UV I en II), met uitsluiting van patiënten met
geï
soleerde uveitis anterior. Patiënten kregen placebo of adalimumab in een aanvangsdosis van 80 mg,
gevolgd door 40 mg eenmaal per twee weken vanaf één week na de aanvangsdosis. Gelijktijdige vaste
doses van een niet-biologisch immunosuppressivum werden toegestaan.
In onderzoek UV I werden 217 patiënten geëvalueerd met actieve uveï ondanks behandeling met
tis
corticosteroï (oraal prednison in een dosis van 10 tot 60 mg/dag). Alle patiënten kregen gedurende
den
2 weken een standaarddosis prednison van 60 mg/dag bij de aanvang van de studie gevolgd door een
verplicht afbouwschema, met volledige stopzetting van de corticosteroï in week 15.
den
In onderzoek UV II werden 226 patiënten geëvalueerd met inactieve uveï die chronische
tis
behandeling met corticosteroï (oraal prednison in een dosis van 10 tot 35 mg/dag) nodig hadden bij
den
baseline om hun ziekte onder controle te houden. Vervolgens volgden de patiënten een verplicht
afbouwschema met volledige stopzetting van de corticosteroï in week 19.
den
Het primaire eindpunt voor de werkzaamheid was in beide onderzoeken ´tijd tot falen van de
behandeling´. Falen van de behandeling werd gedefinieerd als een resultaat opgebouwd uit meerdere
component gebaseerd op inflammatoire chorioretinale en/of inflammatoire retinale vasculaire laesies,
classificatie van het aantal cellen in de voorste oogkamer, mate van vertroebeling van het glasvocht
(‘vitreous haze’ of VH) en best gecorrigeerde gezichtsscherpte (BCVA).
Patiënten die de onderzoeken UV I en UV II voltooid hadden, kwamen in aanmerking voor deelname
aan een ongecontroleerd aanvullend langetermijnonderzoek met een oorspronkelijk geplande duur van
78 weken. Patiënten mochten doorgaan met de studiemedicatie na week 78 totdat adalimumab voor
hen beschikbaar was.
Klinische respons
Resultaten van beide onderzoeken toonden een statistisch significante vermindering van het risico op
falen van de behandeling bij patiënten behandeld met adalimumab ten opzichte van patiënten die
placebo kregen (zie tabel 24). Beide onderzoeken toonden een vroeg en aanhoudend effect van
adalimumab aan op het percentage falen van de behandeling in vergelijking met placebo (zie figuur 1).
Tabel 24.
Tijd tot falen van de behandeling in onderzoeken UV I en UV II
Analyse
behandeling
Mediane tijd
tot falen
(maanden)
CI 95%
voor HR
a
N
Falen N (%)
HR
a
p-waarde
b
Tijd tot falen behandeling in of na week 6 in onderzoek UV I
primaire analyse (ITT)
placebo
adalimumab
107
110
84 (78,5)
60 (54,5)
3,0
5,6
--
0,50
--
0,36, 0,70
--
< 0,001
Tijd tot falen behandeling in of na week 2 in onderzoek UV II
primaire analyse (ITT)
placebo
111
61 (55,0)
103
8,3
--
--
--
adalimumab
115
45 (39,1)
NEc
0,57
0,39, 0,84
0,004
Opmerking: falen van de behandeling in of na week 6 (studie UV I), of in of na week 2 (studie UV II)
werd geteld als een gebeurtenis. Drop-outs om redenen anders dan falen van de behandeling werden
geschrapt op het moment van uitvallen.
a
HR van adalimumab
versus
placebo uit proportionele risicoregressie met behandeling als factor.
b
2-zijdige p-waarde uit de log rank-test.
c
NE = niet te schatten. Bij minder dan de helft van de patiënten die risico liepen, trad een
gebeurtenis op.
Figuur 1. Kaplan-Meier-curves tonen een samenvatting van de tijd tot het falen van de
behandeling in of na week 6 (onderzoek UV I) of week 2 (onderzoek UV II)
PERCENTAGE FALEN
BEHANDELING (%)
TIJD
(MAANDEN)
Onderzoek UV I
········· Behandeling
_________
Placebo
•••••••••
Adalimumab
PERCENTAGE FALEN
BEHANDELING (%)
Onderzoek UV II
TIJD
(MAANDEN)
········· Behandeling
_________
Placebo
•••••••••
Adalimumab
Opmerking: P# = Placebo (aantal gebeurtenissen/aantal dat risico loopt); A# = Adalimumab (aantal
gebeurtenissen/aantal dat risico loopt).
In onderzoek UV I werden statistisch significante verschillen ten gunste van adalimumab in
vergelijking met placebo waargenomen voor elk onderdeel van falen van de behandeling. In
104
onderzoek UV II werden statistisch significante verschillen alleen waargenomen voor
gezichtsscherpte, maar waren de andere onderdelen getalsmatig in het voordeel van adalimumab.
Van de 424 proefpersonen die aan de ongecontroleerde langetermijnextensie van de onderzoeken UV I
en UV II deelnamen, kwamen 60 proefpersonen niet in aanmerking (bijvoorbeeld door afwijkingen of
door complicaties secundair aan diabetische retinopathie, door een staaroperatie of vitrectomie); zij
werden uitgesloten van de primaire werkzaamheidsanalyse. Van de 364 resterende patiënten bereikten
269 (74%) evalueerbare patiënten 78 weken open-label adalimumab behandeling. Op basis van de
waargenomen gegevens waren 216 (80,3%) patiënten in een latente fase (geen actieve
ontstekingslaesies, classificatie van het aantal cellen in de voorste oogkamer ≤ 0,5+, mate van
vertroebeling van het glasvocht (‘vitreous haze’ of VH) ≤ 0,5+) met een gelijktijdig toegediende dosis
steroïd ≤ 7,5 mg per dag; bij 178 (66,2%) proefpersonen was de ziekte zonder steroïden latent. De
beste gecorrigeerde gezichtsscherpte (BCVA) was bij 88,6% van de ogen verbeterd of gehandhaafd (<
5 letters achteruitgang) in week 78. De gegevens na week 78 waren in het algemeen consistent met
deze resultaten, maar het aantal deelnemende proefpersonen nam na deze tijd af. Van de patiënten die
met het onderzoek stopten, stopte 18% wegens bijwerkingen en 8% wegens onvoldoende respons op
behandeling met adalimumab.
Kwaliteit van leven
In beide klinische onderzoeken werden door de patiënt gemelde resultaten met betrekking tot
gezichtsvermogen-gerelateerd functioneren gemeten op basis van de NEI VFQ-25. Adalimumab was
getalsmatig in het voordeel voor het merendeel van de subscores, met statistisch significante
gemiddelde verschillen voor algeheel gezichtsvermogen, pijn in het oog, dichtbij zien, geestelijke
gezondheid en totaalscore in studie UV I en voor algeheel gezichtsvermogen en de geestelijke
gezondheid in studie UV II. Gezichtsvermogen-gerelateerde effecten waren niet getalsmatig in het
voordeel van adalimumab met betrekking tot kleurwaarneming in onderzoek UV I en met betrekking
tot kleurwaarneming, perifeer zicht en dichtbij zien in onderzoek UV II.
Juveniele uveï
tis
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in een gerandomiseerd,
dubbelblind, gecontroleerd onderzoek bij 90 pediatrische patiënten in de leeftijd van 2 tot < 18 jaar
met actieve JIA-geassocieerde niet-infectieuze uveï anterior die ongevoelig waren voor ten minste
tis
12 weken behandeling met methotrexaat. Patiënten kregen ofwel placebo of 20 mg adalimumab
(indien < 30 kg) of 40 mg adalimumab (indien ≥ 30 kg) om de twee weken in combinatie met hun
baselinedosis methotrexaat.
Het primaire eindpunt was 'tijd tot falen van de behandeling'. De criteria voor falen van de
behandeling waren verergering of aanhoudend uitblijven van verbetering van de oogontsteking,
gedeeltelijke verbetering met optreden van aanhoudende oculaire comorbiditeiten of verergering van
oculaire comorbiditeiten, niet-toegestaan gebruik van gelijktijdige medicatie, en langdurige
opschorting van de behandeling.
Klinische respons
Adalimumab vertraagde de tijd tot falen van de behandeling significant in vergelijking met placebo
(zie figuur 2, p < 0,0001 op basis van log rank-test). De mediane tijd tot falen van de behandeling was
24,1 weken voor met placebo behandelde proefpersonen, terwijl de mediane tijd tot falen van de
behandeling voor met adalimumab behandelde proefpersonen niet kon worden bepaald omdat de
behandeling bij minder dan de helft van deze proefpersonen faalde. Adalimumab toonde een
significante vermindering van het risico op falen van de behandeling van 75% ten opzichte van
placebo, zoals blijkt uit de hazard ratio (HR = 0,25 [95% CI: 0,12, 0,49]).
105
Figuur 2. Kaplan-Meier-curves tonen een samenvatting van de tijd tot falen van de behandeling
in het onderzoek naar pediatrische uveï
tis
TIJD (WEKEN)
Behandeling
– – – –
Placebo
_______
Adalimumab
Opmerking: NB: P = Placebo (aantal met risico); A = Adalimumab (aantal met risico).
Immunogeniciteit
Gedurende de behandeling met adalimumab kunnen er anti-adalimumab-antilichamen worden
gevormd. De vorming van anti-adalimumab-antilichamen is geassocieerd met een verhoogde klaring
en een verminderde werkzaamheid van adalimumab.
Er is geen duidelijke correlatie tussen de aanwezigheid van anti-adalimumab-antilichamen en het
optreden van bijwerkingen.
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie en distributie
Na subcutane toediening van een enkele dosis van 40 mg verliep de resorptie en distributie van
adalimumab langzaam, en werden piekconcentraties in serum ongeveer 5 dagen na toediening bereikt.
De gemiddelde geschatte absolute biologische beschikbaarheid van adalimumab na een enkele
subcutane dosis van 40 mg in deze drie onderzoeken bedroeg 64%. Na een enkele intraveneuze dosis
van 0,25 tot 10 mg/kg waren de concentraties dosisafhankelijk. Na doseringen van 0,5 mg/kg (~40
mg), varieerde de klaring van 11 tot 15 ml/uur, het verdelingsvolume (V
ss
) varieerde van 5 tot 6 liter
en de gemiddelde terminale halfwaardetijd bedroeg circa twee weken. De adalimumab-concentraties
in het synoviavocht van verschillende patiënten met reumatoï artritis varieerden van 31 tot 96% van
de
die in serum.
Na subcutane toediening van 40 mg adalimumab eenmaal per twee weken bij volwassen patiënten met
reumatoï artritis (RA) waren de gemiddelde steady-state dalconcentraties respectievelijk circa 5
de
µg/ml (zonder gelijktijdig methotrexaat) en 8 tot 9 µg/ml (met gelijktijdig methotrexaat). De
dalwaarden voor adalimumab in serum in een steady-state-toestand namen na subcutane toediening
106
WAARSCHIJNLIJKHEID VAN FALEN VAN
BEHANDELING
van 20, 40 en 80 mg eenmaal per twee weken en eenmaal per week bij benadering evenredig met de
dosering toe.
Bij volwassen patiënten met psoriasis was de gemiddelde steady-state dalconcentratie 5 μg/ml
gedurende behandeling met monotherapie adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken.
Bij volwassen patiënten met hidradenitis suppurativa werden bij een dosis van 160 mg adalimumab in
week 0, gevolgd door 80 mg in week 2 dalconcentraties adalimumab in serum bereikt van ongeveer 7
tot 8 μg/ml in week 2 en week 4. De gemiddelde steady-state dalconcentraties van week 12 tot en met
week 36 bedroegen ongeveer 8 tot 10 μg/ml bij een wekelijkse behandeling met 40 mg adalimumab.
De blootstelling aan adalimumab bij adolescente HS-patiënten werd voorspeld door gebruik te maken
van farmacokinetische populatiemodellen en simulatie die was gebaseerd op farmacokinetiek voor
andere indicaties bij pediatrische patiënten (juveniele psoriasis, juveniele idiopathische artritis,
juveniele ziekte van Crohn en enthesitis-gerelateerde artritis). Het aanbevolen doseringsschema voor
HS bij adolescenten is 40 mg eenmaal per twee weken. Omdat de lichaamsgrootte invloed kan hebben
op de blootstelling aan adalimumab, kunnen adolescenten met een hoger lichaamsgewicht en
onvoldoende respons baat hebben bij de aanbevolen dosering voor volwassenen van eenmaal per week
40 mg.
Bij patiënten met de ziekte van Crohn worden bij de oplaaddosis van 80 mg adalimumab in week 0
gevolgd door 40 mg adalimumab in week 2 dalconcentraties van adalimumab in serum bereikt van
ongeveer 5,5 µg/ml gedurende de inductieperiode. Bij een oplaaddosis van 160 mg adalimumab in
week 0 gevolgd door 80 mg adalimumab in week 2 worden dalconcentraties van adalimumab in serum
bereikt van ongeveer 12 µg/ml gedurende de inductieperiode. Gemiddelde steady-state
dalconcentraties van ongeveer 7 µg/ml werden waargenomen bij patiënten met de ziekte van Crohn
die eenmaal per twee weken een onderhoudsdosering van 40 mg adalimumab kregen.
Bij pediatrische patiënten met matig ernstige tot ernstige ziekte van Crohn was de open-label
adalimumab inductiedosering respectievelijk 160/80 mg of 80/40 mg in week 0 en week 2, afhankelijk
van of het lichaamsgewicht meer of minder dan 40 kg was. In week 4 werden patiënten op basis van
hun lichaamsgewicht 1:1 gerandomiseerd naar ofwel de standaarddosering (40/20 mg eenmaal per
twee weken) ofwel de lage dosering (20/10 mg eenmaal per twee weken)
onderhoudsbehandelingsgroep. De gemiddelde (±SD) in week 4 bereikte dalconcentraties voor
adalimumab in serum waren 15,7±6,6 μg/ml voor patiënten ≥ 40 kg (160/80 mg) en 10,6±6,1 μg/ml
voor patiënten < 40 kg (80/40 mg).
Bij patiënten die hun gerandomiseerde behandeling voortzetten, was de gemiddelde (±SD)
adalimumab dalconcentratie in week 52 voor de groep met standaarddosering 9,5±5,6 μg/ml en voor
de groep met lage dosering 3,5±2,2 μg/ml. De gemiddelde dalconcentraties werden gedurende 52
weken gehandhaafd bij patiënten die voortgezette behandeling met adalimumab eenmaal per twee
weken kregen. Bij patiënten voor wie de dosering werd verhoogd van eenmaal per twee weken naar
een wekelijkse dosering waren de gemiddelde (±SD) serumconcentraties van adalimumab in week 52
15,3±11,4 μg/ml (40/20 mg, wekelijks) en 6,7±3,5 μg/ml (20/10 mg, wekelijks).
Bij patiënten met colitis ulcerosa worden bij de oplaaddosis van 160 mg adalimumab in week 0
gevolgd door 80 mg adalimumab in week 2 dalconcentraties van adalimumab in serum bereikt van
ongeveer 12 μg/ml gedurende de inductieperiode. Gemiddelde steady-state dalconcentraties van
ongeveer 8 μg/ml werden waargenomen bij patiënten met colitis ulcerosa die eenmaal per twee weken
een onderhoudsdosering van 40 mg adalimumab kregen.
Bij volwassen patiënten met uveï resulteerde een oplaaddosis van 80 mg adalimumab in week 0,
tis
gevolgd door 40 mg adalimumab eenmaal per twee weken vanaf week 1, in een gemiddelde steady-
state concentratie van ongeveer 8 tot 10 μg/ml.
Na de subcutane toediening van een op lichaamsgewicht gebaseerde dosering van 0,6 mg/kg
(maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken aan pediatrische patiënten met colitis ulcerosa was de
107
gemiddelde steady-state dalconcentratie van adalimumab in serum 5,01±3,28 µg/ml in week 52. Bij
patiënten die eenmaal per week 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) kregen, was de gemiddelde (±SD)
steady-state dalconcentratie van adalimumab in serum 15,7±5,60 μg/ml in week 52.
Bij volwassen patiënten met uveï resulteerde een oplaaddosis van 80 mg adalimumab in week 0,
tis
gevolgd door 40 mg adalimumab eenmaal per twee weken vanaf week 1, in een gemiddelde steady-
state concentratie van ongeveer 8 tot 10 μg/ml.
De blootstelling aan adalimumab bij patiënten met juveniele uveï werd voorspeld door gebruik te
tis
maken van farmacokinetische populatiemodellen en simulatie die was gebaseerd op farmacokinetiek
voor andere indicaties bij pediatrische patiënten (juveniele psoriasis, juveniele idiopathische artritis,
juveniele ziekte van Crohn en enthesitis-gerelateerde artritis). Er zijn geen klinische
blootstellingsgegevens beschikbaar betreffende het gebruik van de oplaaddosis bij kinderen jonger dan
6 jaar. De voorspelde blootstellingen duiden erop dat in de afwezigheid van methotrexaat een
oplaaddosis kan leiden tot een initiële toename in de systemische blootstelling.
Populatie-farmacokinetische en farmacokinetische/farmacodynamische modellering en simulatie
voorspelden een vergelijkbare blootstelling aan en effectiviteit van adalimumab bij patiënten die
behandeld werden met 80 mg eenmaal per twee weken in vergelijking met 40 mg eenmaal per week
(inclusief volwassen patiënten met RA, HS, UC, CD of PsO, adolescente patiënten met HS en
pediatrische patiënten ≥ 40 kg met CD en UC).
Relatie tussen blootstelling en respons bij pediatrische patiënten
Op basis van gegevens uit klinisch onderzoek bij patiënten met JIA (pJIA en ERA) is een relatie
tussen blootstelling en respons vastgesteld tussen plasmaconcentraties en ACR Pedi 50-respons. De
schijnbare plasmaconcentratie van adalimumab die de helft van de maximale waarschijnlijkheid van
een ACR Pedi 50-respons (EC
50
) geeft, was 3 μg/ml (95% CI: 1-6 μg/ml).
Relaties tussen blootstelling en respons voor de adalimumabconcentratie en effectiviteit bij
pediatrische patiënten met ernstige chronische plaque psoriasis werden vastgesteld voor PASI 75
respectievelijk PGA schoon of minimaal. PASI 75 en PGA schoon of minimaal namen toe bij
toenemende concentraties adalimumab, beide met een vergelijkbare schijnbare EC
50
van ongeveer 4,5
μg/ml (95% CI respectievelijk 0,4-47,6 en 1,9-10,5).
Eliminatie
Populatie-farmacokinetische analyses met gegevens van meer dan 1.300 RA-patiënten gaven een trend
te zien in de richting van verhoogde schijnbare klaring van adalimumab bij toenemend
lichaamsgewicht. Na correctie voor gewichtsverschillen, leken geslacht en leeftijd een minimaal effect
te hebben op de adalimumab-klaring. Er zijn lagere serumconcentraties vrij adalimumab (niet
gebonden aan anti-adalimumab antilichamen, AAA) waargenomen bij patiënten met meetbare AAA's.
Lever- of nierinsufficiëntie
Adalimumab is niet onderzocht bij patiënten met lever- of nierinsufficiëntie.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens tonen geen speciale risico's aan voor mensen, uitgaande van onderzoek van de
toxiciteit bij enkele dosering, de toxiciteit bij herhaalde dosering en de genotoxiciteit.
Er is een onderzoek uitgevoerd naar de toxiciteit voor de embryofoetale ontwikkeling/perinatale
ontwikkeling bij Cynomolgus-apen met 0, 30 en 100 mg/kg (9-17 apen/groep), waarbij geen
aanwijzing werd gevonden voor schade aan de foetussen als gevolg van adalimumab. Er werden noch
carcinogeniciteitsonderzoeken, noch een standaardbeoordeling van de vruchtbaarheid en de postnatale
toxiciteit uitgevoerd met adalimumab, omwille van het ontbreken van gepaste modellen voor een
108
antilichaam met beperkte kruisreactiviteit met knaagdier-TNF en vanwege de vorming van
neutraliserende antilichamen bij knaagdieren.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Azijnzuur
Natriumacetaat-trihydraat
Glycine
Polysorbaat 80
Water voor injecties
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3
Houdbaarheid
30 maanden
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren in de koelkast (2 °C – 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit of voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Een enkele voorgevulde spuit of voorgevulde pen met Yuflyma kan worden bewaard bij een
temperatuur van maximaal 25 °C gedurende een periode van maximaal 30 dagen. De voorgevulde
spuit of voorgevulde pen moet tegen licht worden beschermd en moet worden weggegooid wanneer
deze niet binnen de periode van 30 dagen wordt gebruikt.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit (glas van type I) met zuigerstopper
(bromobutylrubber) en een naald met een naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
Verpakkingen met:
1 voorgevulde spuit (0,8 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls
De spuit is gemaakt van glas van type I met een zuigerstopper (bromobutylrubber) en naald met een
naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
Verpakkingen met:
1 voorgevulde spuit met naaldhuls (0,8 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen voor gebruik door patiënt die een voorgevulde spuit
bevat. De spuit in de pen is gemaakt van glas van type I met een plunjerstopper (bromobutylrubber) en
een naald met een naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
109
Verpakkingen met:
1 voorgevulde pen (0,8 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
3 voorgevulde pennen (0,8 ml steriele oplossing) met 4 alcoholdoekjes.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1–3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
EU/1/20/1513/013
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls
EU/1/20/1513/014
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
EU/1/20/1513/015
EU/1/20/1513/016
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 11 februari 2021
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
110
BIJLAGE II
A. FABRIKANTEN VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME
STOF EN FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK
VOOR VRIJGIFTE
B. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN
VAN LEVERING EN GEBRUIK
C. ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN
WORDEN NAGEKOMEN
D. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET
BETREKKING TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND
GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
111
A. FABRIKANTEN VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME STOF EN FABRIKANTEN
VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikanten van de biologisch werkzame stof
CELLTRION INC.
20 Academy-ro 51 beon-gil
Yeonsu-gu
22014 Incheon
Republiek Korea
Naam en adres van de fabrikant(en) verantwoordelijk voor vrijgifte
Millmount Healthcare Ltd.
Blok 7
City North bedrijfscampus
Stamullen, Co. Meath K32 YD60
Ierland
Nuvisan GmbH
Wegenerstraße 13,
89231 Neu Ulm,
Duitsland
Nuvisan France SARL
2400, Route des Colles,
06410, Biot,
Frankrijk
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.
B. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN GEBRUIK
Aan beperkt medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel (zie bijlage I: Samenvatting van de
productkenmerken, rubriek 4.2).
C. ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hieropvolgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de noodzakelijke onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-updates.
112
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico’s of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico’s tot een minimum) is bereikt.
Extra risicobeperkende maatregelen
Voordat Yuflyma in elke lidstaat op de markt wordt gebracht, moet de vergunninghouder de inhoud en
opmaak van het opleidingsprogramma, inclusief communicatiemedia, modaliteiten voor distributie en
alle andere aspecten van het programma afstemmen met de nationale bevoegde instantie. Het
opleidingsprogramma bestaat uit een informatiekaart voor patiënten.
Deze informatiekaart voor patiënten bevat belangrijke veiligheidsinformatie waarvan de patiënt zich
bewust moet zijn vóór en gedurende de behandeling met Yuflyma. Deze informatiekaart is gericht op
het benadrukken van het risico op ernstige infecties, tuberculose (TB), maligniteiten, demyeliniserende
aandoeningen (waaronder multipele sclerose/[MS], Guillain-Barré-syndroom/[GBS] en optische
neuritis/[ON] en BCG-ziekte na levende BCG-vaccinatie bij kinderen met blootstelling
in utero
aan
Yuflyma.
De vergunninghouder zal waarborgen dat in elke lidstaat waar Yuflyma op de markt wordt gebracht,
alle beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg van wie wordt verwacht dat zij adalimumab gaan
voorschrijven en alle patiënten van wie wordt verwacht dat zij adalimumab zullen gebruiken, toegang
hebben tot de volgende opleidingsmaterialen en/of deze zullen krijgen:
De veiligheidsinformatiekaart voor patiënten (volwassenen en kinderen)
bevat de volgende
belangrijke elementen
Dat behandeling met Yuflyma het risico op infecties, inclusief tuberculose, kanker en
aandoeningen van het zenuwstelsel kan vergroten;
tekenen of symptomen van deze veiligheidszorgen en wanneer men de hulp van een
beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg moet inroepen;
het belang van het niet laten toedienen van levende vaccins en het informeren van zorgverleners
dat de patiënt wordt behandeld in geval van zwangerschap;
instructies om de merknaam en het batchnummer van het geneesmiddel vast te leggen om
naspeurbaarheid te verzekeren;
contactinformatie van de voorschrijver van adalimumab.
113
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
114
A. ETIKETTERING
115
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
BUITENVERPAKKING VOOR VOORGEVULDE SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
adalimumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF
Eén voorgevulde spuit van 0,4 ml bevat 40 mg adalimumab.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: azijnzuur, natriumacetaat-trihydraat, glycine, polysorbaat 80, water voor injecties.
Raadpleeg de bijsluiter voor meer informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit
2 alcoholdoekjes
2 voorgevulde spuiten
2 alcoholdoekjes
4 voorgevulde spuiten
4 alcoholdoekjes
6 voorgevulde spuiten
6 alcoholdoekjes
1 voorgevulde spuit met naaldhuls
2 alcoholdoekjes
2 voorgevulde spuiten met naaldhuls
2 alcoholdoekjes
4 voorgevulde spuiten met naaldhuls
4 alcoholdoekjes
6 voorgevulde spuiten met naaldhuls
6 alcoholdoekjes
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG
Subcutaan gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor eenmalig gebruik.
116
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING, INDIEN NODIG
8.
EXP
9.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Raadpleeg de bijsluiter voor informatie over een alternatief voor opslag.
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE AFVALSTOFFEN
(INDIEN VAN TOEPASSING)
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1–3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
12.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/20/1513/001 1 voorgevulde spuit
EU/1/20/1513/002 2 voorgevulde spuiten
EU/1/20/1513/003 4 voorgevulde spuiten
EU/1/20/1513/004 6 voorgevulde spuiten
EU/1/20/1513/005 1 voorgevulde spuit met naaldhuls
EU/1/20/1513/006 2 voorgevulde spuiten met naaldhuls
EU/1/20/1513/007 4 voorgevulde spuiten met naaldhuls
EU/1/20/1513/008 6 voorgevulde spuiten met naaldhuls
13.
Lot
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
PARTIJNUMMER
117
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Yuflyma 40 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
118
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VOOR VOORGEVULDE SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG
Yuflyma 40 mg injectie
adalimumab
SC
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
4.
Lot
5.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
PARTIJNUMMER
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
40 mg/0,4 ml
6.
OVERIGE
119
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
BUITENVERPAKKING VOOR VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
adalimumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF
Eén voorgevulde pen van 0,4 ml bevat 40 mg adalimumab.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: azijnzuur, natriumacetaat-trihydraat, glycine, polysorbaat 80, water voor injecties.
Raadpleeg de bijsluiter voor meer informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde pen
2 alcoholdoekjes
2 voorgevulde pennen
2 alcoholdoekjes
4 voorgevulde pennen
4 alcoholdoekjes
6 voorgevulde pennen
6 alcoholdoekjes
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG
Subcutaan gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor eenmalig gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING, INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
120
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Raadpleeg de bijsluiter voor informatie over een alternatief voor opslag.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE AFVALSTOFFEN
(INDIEN VAN TOEPASSING)
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1–3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
12.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/20/1513/009 1 voorgevulde pen
EU/1/20/1513/010 2 voorgevulde pennen
EU/1/20/1513/011 4 voorgevulde pennen
EU/1/20/1513/012 6 voorgevulde pennen
13.
Lot
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
PARTIJNUMMER
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Yuflyma 40 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
121
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VOOR VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG
Yuflyma 40 mg injectie
adalimumab
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
4.
Lot
5.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
PARTIJNUMMER
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
40 mg/0,4 ml
6.
OVERIGE
122
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
BUITENVERPAKKING VOOR VOORGEVULDE SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
adalimumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF
Eén voorgevulde spuit van 0,8 ml bevat 80 mg adalimumab.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: azijnzuur, natriumacetaat-trihydraat, glycine, polysorbaat 80, water voor injecties.
Raadpleeg de bijsluiter voor meer informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit
2 alcoholdoekjes
1 voorgevulde spuit met naaldhuls
2 alcoholdoekjes
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG
Subcutaan gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor eenmalig gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING, INDIEN NODIG
8.
EXP
9.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Raadpleeg de bijsluiter voor informatie over een alternatief voor opslag.
123
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE AFVALSTOFFEN
(INDIEN VAN TOEPASSING)
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1–3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
12.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/20/1513/013 1 voorgevulde spuit
EU/1/20/1513/014 1 voorgevulde spuit met naaldhuls
13.
Lot
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
PARTIJNUMMER
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Yuflyma 80 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
124
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VOOR VOORGEVULDE SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG
Yuflyma 80 mg injectie
adalimumab
SC
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
4.
Lot
5.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
PARTIJNUMMER
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
80 mg/0,8 ml
6.
OVERIGE
125
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
BUITENVERPAKKING VOOR VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
adalimumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF
Eén voorgevulde pen van 0,8 ml bevat 80 mg adalimumab.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: azijnzuur, natriumacetaat-trihydraat, glycine, polysorbaat 80, water voor injecties.
Raadpleeg de bijsluiter voor meer informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde pen
2 alcoholdoekjes
3 voorgevulde pennen
4 alcoholdoekjes
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG
Subcutaan gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor eenmalig gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING, INDIEN NODIG
8.
EXP
9.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Raadpleeg de bijsluiter voor informatie over een alternatief voor opslag.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
126
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE AFVALSTOFFEN
(INDIEN VAN TOEPASSING)
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1–3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
12.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/20/1513/015 1 voorgevulde pen
EU/1/20/1513/016 3 voorgevulde pennen
13.
Lot
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
PARTIJNUMMER
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Yuflyma 80 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
127
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VOOR VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG
Yuflyma 80 mg injectie
adalimumab
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
4.
Lot
5.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
PARTIJNUMMER
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
80 mg/0,8 ml
6.
OVERIGE
128
B. BIJSLUITER
129
Bijsluiter: informatie voor de patiënt
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
adalimumab
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke
informatie in voor u.
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
Uw arts zal u ook een
patiëntenkaart
geven; deze bevat belangrijke veiligheidsinformatie waar
u zich bewust van moet zijn voordat u Yuflyma gaat gebruiken en tijdens de behandeling met
Yuflyma. Houd deze
patiëntenkaart
bij u tijdens de behandeling en gedurende 4 maanden na
uw laatste injectie met Yuflyma.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
7.
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Yuflyma bevat het actieve bestanddeel adalimumab, een medicijn dat effect heeft op het
immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) van het lichaam.
Yuflyma is bedoeld voor behandeling van de volgende ontstekingsziektes:
Reumatoï artritis
de
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis
Enthesitis-gerelateerde artritis
Spondylitis ankylopoetica
Axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van spondylitis ankylopoetica
Arthritis psoriatica
Plaque psoriasis
Hidradenitis suppurativa
Ziekte van Crohn
Colitis ulcerosa
Niet-infectieuze uveï
tis
De werkzame stof in Yuflyma, adalimumab, is een humaan monoklonaal antilichaam. Monoklonale
antilichamen zijn eiwitten die zich hechten aan een specifiek doel in het lichaam.
Het doel van adalimumab is een eiwit dat tumornecrosefactor (TNFα) wordt genoemd, dat betrokken
is bij het immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) en in toegenomen hoeveelheid aanwezig is in
de ontstekingsziektes hierboven. Door te hechten aan TNFα vermindert Yuflyma het
ontstekingsproces in deze aandoeningen.
130
Reumatoï artritis
de
Reumatoï artritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten.
de
Yuflyma wordt gebruikt om gemiddelde tot ernstige reumatoï artritis bij volwassenen te behandelen.
de
Het is mogelijk dat u eerst andere ziektemodificerende geneesmiddelen krijgt, zoals methotrexaat. Als
u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma krijgen.
Yuflyma kan ook worden gebruikt om ernstige, actieve en progressieve reumatoï artritis te
de
behandelen zonder eerdere methotrexaatbehandeling.
Yuflyma kan de schade aan de gewrichten door de ontstekingsziekte vertragen en ervoor zorgen dat de
gewrichten vrijer kunnen bewegen.
Uw arts beslist of Yuflyma moet worden gebruikt in combinatie met methotrexaat of los.
Polyarticulaire idiopathische jeugdartritis
Polyarticulaire idiopathische jeugdartritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten.
Yuflyma wordt gebruikt om polyarticulaire idiopathische jeugdartritis te behandelen bij patiënten
vanaf 2 jaar oud. Het is mogelijk dat u eerst andere ziektemodificerende geneesmiddelen krijgt, zoals
methotrexaat. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Uw arts beslist of Yuflyma moet worden gebruikt in combinatie met methotrexaat of los.
Enthesitis-gerelateerde artritis
Enthesitis-gerelateerde artritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten en de plaatsen waar de pezen
verbonden zijn met het bot.
Yuflyma wordt gebruikt om enthesitis-gerelateerde artritis te behandelen bij patiënten van 6 jaar en
ouder. Het is mogelijk dat u eerst andere ziektemodificerende geneesmiddelen krijgt, zoals
methotrexaat. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Spondylitis ankylopoetica en axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van spondylitis
ankylopoetica
Spondylitis ankylopoetica en axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van spondylitis
ankylopoetica zijn ontstekingsziektes van de ruggengraat.
Yuflyma wordt gebruikt om ernstige spondylitis ankylopoetica en axiale spondyloartritis zonder
radiografisch bewijs van spondylitis ankylopoetica te behandelen bij volwassenen. U ontvangt
mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma
ontvangen.
Arthritis psoriatica
Arthritis psoriatica is een inflammatoire aandoening van de gewrichten die meestal in verband wordt
gebracht met psoriasis.
Yuflyma wordt gebruikt om arthritis psoriatica te behandelen bij volwassenen. Yuflyma kan de schade
aan de gewrichten door de ontstekingsziekte vertragen en helpen de mobiliteit te bevorderen. U
ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u
Yuflyma ontvangen.
131
Plaque psoriasis
Plaque psoriasis is een huidaandoening die rode, schilferige, korstige plekken op de huid veroorzaakt
die zijn bedekt met zilverige schubben. Plaque psoriasis kan ook van invloed zijn op de nagels,
waardoor ze verbrokkelen, dikker worden en loslaten van het nagelbed, wat pijnlijk kan zijn.
Yuflyma wordt gebruikt om
gemiddelde tot ernstige chronische plaque psoriasis bij volwassenen en
ernstige chronische plaque psoriasis bij kinderen en jongeren van 4 tot 17 jaar te behandelen
voor wie lokale therapie en fototherapie niet erg geholpen hebben of niet geschikt waren.
Hidradenitis suppurativa
Hidradenitis suppurativa (soms acne inversa genoemd) is een chronische en vaak pijnlijke
inflammatoire huidaandoening. Klachten kunnen zijn zachte nodules (bobbels) en abcessen (blaren)
waar pus uit kan komen. Het beï
nvloedt meestal specifieke delen van de huid, zoals onder de borsten,
de oksels, binnenkant van de dijen, het kruis en de billen. Op de aangedane delen kunnen tevens
littekens optreden.
Yuflyma wordt gebruikt om
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij volwassenen en
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij jongeren van 12 tot 17 jaar te behandelen.
Yuflyma kan helpen het aantal nodules en abcessen veroorzaakt door de ziekte te verminderen en de
pijn die meestal bij de ziekte hoort. U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed
genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Ziekte van Crohn
De ziekte van Crohn is een ontstekingsziekte van het verteringsstelsel. Yuflyma wordt gebruikt om
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij volwassenen en
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar te
behandelen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
Colitis ulcerosa
Colitis ulcerosa is een ontstekingsziekte van de dikke darm.
Yuflyma wordt gebruikt voor het behandelen van
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij volwassenen en
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar.
Het is mogelijk dat u eerst andere geneesmiddelen krijgt. Als u niet goed genoeg reageert op deze
medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Niet-infectieuze uveï
tis
Niet-infectieuze uveï is een ontstekingsziekte die van invloed is op bepaalde delen van het oog.
tis
Yuflyma wordt gebruikt om
volwassenen met niet-infectieuze uveï te behandelen met ontsteking die de achterkant van het
tis
oog beï
nvloedt
kinderen met chronische niet-infectieuze uveï vanaf 2 jaar oud met ontsteking die de voorkant
tis
van het oog beï
nvloedt.
132
Deze ontsteking kan leiden tot verminderd zicht en/of de aanwezigheid van floaters in het oog (zwarte
stipjes of kringellijntjes die zich door het zichtveld verplaatsen). Yuflyma werkt door deze ontsteking
te verminderen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch voor adalimumab of een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt
u vinden in rubriek 6.
U heeft een ernstige infectie, zoals actieve tuberculose (zie ook “Wanneer moet u extra
voorzichtig zijn met dit middel?”). Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt als u
verschijnselen van een infectie heeft, zoals koorts, wondjes, moeheid, gebitsproblemen.
U lijdt aan matig tot ernstig hartfalen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u
een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad (zie ook “Wanneer moet u extra voorzichtig
zijn met dit middel?”).
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt.
Allergische reacties
Als u allergische reacties met verschijnselen als benauwdheid, piepende ademhaling,
duizeligheid, zwelling of uitslag krijgt, injecteer dan geen Yuflyma meer, maar neem direct
contact op met uw arts aangezien, in zeldzame gevallen, deze reacties levensbedreigend kunnen
zijn.
Infecties
Als u een infectie heeft, zoals een langdurige of lokale infectie (bijvoorbeeld een open been),
neem dan altijd contact op met uw arts voor u start met het gebruik van Yuflyma. Neem bij twijfel
contact op met uw arts.
Door het gebruik van Yuflyma kunt u makkelijker infecties oplopen. Dit risico kan groter zijn
wanneer uw longfunctie verminderd is. Deze infecties kunnen ernstig zijn. Voorbeelden van
dergelijke infecties zijn:
tuberculose
infecties veroorzaakt door virussen, schimmels, parasieten of bacteriën
ernstige bloedvergiftiging (sepsis)
In zeldzame gevallen kunnen deze infecties levensbedreigend zijn. Het is daarom belangrijk om
het uw arts te vertellen wanneer u verschijnselen ervaart zoals koorts, wondjes, moeheid of
gebitsproblemen. Uw arts kan u zeggen dat u tijdelijk moet stoppen met het gebruik van
Yuflyma.
Vertel het uw arts wanneer u woont in of reist naar gebieden waar schimmelinfecties
(bijvoorbeeld histoplasmose, coccidioï
domycose of blastomycose) vaak voorkomen.
Vertel het uw arts wanneer u infecties heeft gehad die steeds terugkomen of andere
aandoeningen die het risico op infecties vergroten.
133
Als u ouder dan 65 jaar bent, kunt u vatbaarder zijn voor infecties terwijl u Yuflyma gebruikt. U
en uw arts moeten extra letten op verschijnselen van een infectie terwijl u met Yuflyma
behandeld wordt. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u tekenen van infectie krijgt
zoals koorts, wondjes, moeheid of gebitsproblemen.
Tuberculose
Het is zeer belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u ooit tuberculose heeft gehad of
wanneer u in nauw contact bent geweest met iemand die tuberculose heeft gehad. Bij actieve
tuberculose mag u Yuflyma niet gebruiken.
Omdat er gevallen van tuberculose zijn gemeld bij patiënten die met Yuflyma worden
behandeld, zal uw arts u op tekenen en klachten en verschijnselen van tuberculose
controleren voordat u met Yuflyma start. Dit omvat een uitgebreide medische
beoordeling inclusief uw medische geschiedenis en de juiste controletests (bijvoorbeeld
een röntgenfoto van de borst en een tuberculinetest). De uitvoering en resultaten van deze
tests moeten worden geregistreerd op uw
patiëntenkaart.
Tuberculose kan zich ontwikkelen tijdens de behandeling met Yuflyma, zelfs wanneer u
behandeld bent om tuberculose te voorkomen.
Als zich verschijnselen van tuberculose (bijvoorbeeld een hoest die niet verdwijnt,
gewichtsverlies, lusteloosheid, lichte koorts) of een andere infectie voordoen tijdens of na
de behandeling moet u dit direct aan uw arts melden.
Hepatitis B
Vertel het uw arts als u drager bent van het hepatitis B-virus (HBV), als u een actieve HBV-
infectie heeft of als u denkt dat u risico loopt op HBV.
Uw arts moet u testen op HBV. Bij mensen die HBV dragen, kan Yuflyma het virus
opnieuw activeren.
In enkele zeldzame gevallen, vooral wanneer u andere medicijnen gebruikt die het
immuunsysteem onderdrukken, kan heractivering van HBV levensbedreigend zijn.
Chirurgie of gebitsbehandeling
Als u binnenkort chirurgie ondergaat of een gebitsbehandeling, informeert u de arts dat u
Yuflyma gebruikt. Uw arts kan adviseren tijdelijk te stoppen met Yuflyma.
Demyeliniserende ziekte
Als u een demyeliniserende ziekte heeft of ontwikkelt (een ziekte die van invloed is op de
isolerende laag rond de zenuwen, zoals multipele sclerose), zal uw arts beslissen of u Yuflyma
mag (blijven) ontvangen. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als u verschijnselen krijgt
zoals veranderingen in uw zicht, zwakte in uw armen of benen of gevoelloosheid of tintelingen
in delen van uw lichaam.
Vaccinaties
Bepaalde vaccins kunnen infecties veroorzaken en mogen niet worden gegeven terwijl u
Yuflyma krijgt.
Bespreek het met uw arts voordat u vaccins krijgt.
Het wordt aanbevolen dat kinderen, indien mogelijk, alle geplande vaccins krijgen voor
hun leeftijd voordat ze de behandeling met Yuflyma starten.
Als u Yuflyma heeft ontvangen tijdens de zwangerschap, kan uw baby groter risico lopen
op het krijgen van een dergelijke infectie tot ongeveer vijf maanden na de laatste
Yuflyma-dosis die u tijdens de zwangerschap heeft ontvangen. Het is belangrijk dat u de
artsen en andere zorgmedewerkers van uw baby vertelt over uw gebruik van Yuflyma
134
tijdens de zwangerschap, zodat zij kunnen beslissen wanneer uw baby een vaccin kan
krijgen.
Hartfalen
Wanneer u mild hartfalen heeft en wordt behandeld met Yuflyma, moet de status van uw
hartfalen nauwlettend worden gevolgd door uw arts. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt
wanneer u een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad. Als u nieuwe verschijnselen van
hartfalen ontwikkelt of als bestaande verschijnselen verergeren (bijv. kortademigheid of
opzwellen van uw voeten), moet u direct contact opnemen met uw arts. Uw arts zal beslissen of
u Yuflyma mag gebruiken.
Koorts, blauwe plekken, bloedingen of bleekheid
Bij sommige patiënten kan het gebeuren dat het lichaam onvoldoende bloedcellen aanmaakt die
het lichaam helpen om infecties te bestrijden of helpen om een bloeding snel tot staan te
brengen. Als u merkt dat u koorts heeft die niet overgaat, u snel blauwe plekken krijgt of zeer
gemakkelijk bloedt en erg bleek ziet, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts. Uw arts
kan besluiten de therapie te stoppen.
Kanker
Er zijn zeer zeldzame gevallen gemeld van bepaalde vormen van kanker bij kinderen en
volwassen patiënten die Yuflyma of andere TNF-blokkers gebruiken.
Personen met ernstigere reumatoï artritis die de ziekte al langere tijd hebben kunnen
de
meer risico lopen dan gemiddeld op lymfoom (een kanker die het lymfesysteem
beï
nvloedt) en leukemie (een bepaalde soort kanker die het bloed en beenmerg
beï
nvloedt).
Als u Yuflyma gebruikt kan het risico toenemen dat u lymfoom, leukemie of andere
kankers krijgt. In zeldzame gevallen kan een ongebruikelijk en ernstig type lymfoom
ontstaan bij patiënten die Yuflyma gebruiken. Sommige van die patiënten werden ook
behandeld met azathioprine of 6-mercaptopurine.
Vertel het uw arts wanneer u azathioprine of 6-mercaptopurine gebruikt in combinatie
met Yuflyma.
Gevallen van niet-melanoom huidkanker zijn waargenomen bij patiënten die Yuflyma
gebruiken.
Als er nieuwe huidlaesies optreden tijdens of na de behandeling of wanneer bestaande
laesies veranderen van uiterlijk, vertel het uw arts.
Er zijn gevallen geweest van kanker, anders dan lymfomen, bij patiënten met een bepaald type
longaandoening die chronische obstructieve longziekte (COPD) heet en die werd behandeld met
een andere TNF-blokker. Als u lijdt aan COPD of als u veel rookt, moet u met uw arts
bespreken of behandeling met een TNF-blokker geschikt is voor u.
Auto-immuunziekte
In zeldzame gevallen kan behandeling met Yuflyma resulteren in een lupusachtig syndroom.
Neem contact op met uw arts wanneer zich verschijnselen voordoen als een aanhoudende
onverklaarbare uitslag, koorts, gewrichtspijn of vermoeidheid.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Vaccinaties: indien mogelijk moeten kinderen bij zijn met hun vaccinaties voordat ze Yuflyma
gebruiken.
135
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Yuflyma nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of
apotheker. U mag Yuflyma niet gebruiken in combinatie met medicijnen die de volgende actieve
substanties bevatten vanwege een verhoogd risico op ernstige infectie:
anakinra
abatacept.
Yuflyma kan gelijktijdig gebruikt worden met:
methotrexaat
bepaalde ziektemodificerende antireumatische middelen (zoals sulfasalazine,
hydroxychloroquine, leflunomide en injecteerbare goudpreparaten)
steroï of pijnmedicatie inclusief niet-steroï
den
dale anti-inflammatoire medicijnen (NSAID’s).
Neem bij vragen contact op met uw arts.
Zwangerschap en borstvoeding
U moet het gebruik van een goed voorbehoedsmiddel overwegen om zwangerschap te
voorkomen en dit blijven gebruiken tot ten minste 5 maanden na de laatste Yuflyma-
behandeling.
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met
uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Yuflyma mag enkel worden gebruikt tijdens de zwangerschap als dat strikt noodzakelijk is.
Volgens een studie bij zwangere vrouwen was er geen hoger risico op geboorteafwijkingen bij
moeders die tijdens de zwangerschap Yuflyma hadden gebruikt in vergelijking met moeders
met dezelfde ziekte die geen Yuflyma hadden gebruikt.
Yuflyma kan worden gebruikt tijdens de borstvoeding.
Wanneer u tijdens uw zwangerschap Yuflyma gebruikt, kan uw baby een groter risico lopen op
infectie.
Het is belangrijk dat u de artsen en andere zorgverleners van uw baby vertelt over uw gebruik
van Yuflyma tijdens de zwangerschap voordat uw baby een vaccin krijgt toegediend. Voor meer
informatie over vaccinaties, zie de rubriek ‘Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit
middel?’.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Yuflyma kan een kleine invloed hebben op uw vermogen om een auto te besturen, te fietsen of
machines te gebruiken. Het voelt mogelijk of de ruimte draait en ook visuele verstoringen zijn
mogelijk na gebruik van Yuflyma.
YUFLYMA bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 0,4 ml, dat wil zeggen dat het in
wezen ‘natriumvrij’ is.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Yuflyma wordt onder de huid geï
njecteerd (subcutaan gebruik). Het is beschikbaar als 40 mg en 80 mg
in een voorgevulde spuit en/of een voorgevulde pen. Daarom kan Yuflyma niet worden gebruikt door
136
kinderen die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig hebben. Als een dergelijke dosis nodig
is, moeten andere medicijnen die adalimumab bevatten worden gebruikt.
Reumatoï artritis, arthritis psoriatica, spondylitis ankylopoetica of axiale spondyloartritis
de
zonder radiografisch bewijs van spondylitis ankylopoetica
Leeftijd of lichaamsgewicht
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
40 mg eenmaal per twee weken Bij reumatoï artritis wordt
de
methotrexaat voortgezet tijdens
gebruik van Yuflyma. Als uw
arts beslist dat methotrexaat niet
gepast is, kan Yuflyma los
worden gebruikt.
Als u reumatoï artritis heeft
de
en u geen methotrexaat krijgt
tijdens uw behandeling met
Yuflyma, kan uw arts beslissen
om eenmaal per week 40 mg
Yuflyma voor te schrijven of 80
mg eenmaal per twee weken.
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
40 mg eenmaal per twee weken
volwassenen vanaf 2 jaar die 30
kg of meer wegen
Enthesitis-gerelateerde artritis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
40 mg eenmaal per twee weken
volwassenen vanaf 6 jaar die 30
kg of meer wegen
Plaque psoriasis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Opmerkingen
Niet van toepassing
Opmerkingen
Niet van toepassing
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 80 mg (twee
Als u onvoldoende heeft
injecties van 40 mg op één dag), gereageerd, kan uw arts de
gevolgd door 40 mg eenmaal
dosering verhogen naar
per twee weken, beginnend een
40 mg eenmaal per week of
week na de eerste dosis.
80 mg eenmaal per twee
weken.
Kinderen en jongeren van 4 tot Eerste dosis van 40 mg, gevolgd Niet van toepassing
17 jaar die 30 kg of meer wegen door 40 mg een week later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
137
Hidradenitis suppurativa
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Jongeren van 12 tot 17 jaar die
30 kg of meer wegen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 160 mg (vier
injecties van 40 mg op één dag
of twee injecties van 40 mg per
dag, twee dagen op rij), gevolgd
door een dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag)
twee weken later. Na nog eens
twee weken gaat u verder met
een dosis van 40 mg eenmaal
per week of 80 mg eenmaal per
twee weken, zoals
voorgeschreven door uw arts.
Eerste dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag),
gevolgd door 40 mg eenmaal
per twee weken, beginnend een
week later.
Opmerkingen
Het wordt aanbevolen om
dagelijks een antiseptisch
middel te gebruiken op de
aangedane gebieden.
Als u onvoldoende heeft
gereageerd op Yuflyma 40 mg
eenmaal per twee weken, kan
uw arts de dosis verhogen naar
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen dat u de
aangedane gebieden dagelijks
desinfecteert.
Ziekte van Crohn
Leeftijd of lichaamsgewicht
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
Eerste dosis van 80 mg (twee
volwassenen vanaf 6 jaar die 40 injecties van 40 mg op één dag),
kg of meer wegen
gevolgd door 40 mg twee
weken later.
Als een snellere respons nodig
is, kan de arts een eerste dosis
voorschrijven van 160 mg (vier
injecties van 40 mg op één dag
of twee injecties van 40 mg per
dag, twee dagen op rij), gevolgd
door 80 mg (twee injecties van
40 mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Opmerkingen
Uw arts kan de dosis verhogen
naar 40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee weken.
138
Colitis ulcerosa
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 160 mg (vier
injecties van 40 mg op één dag
of twee injecties van 40 mg per
dag, twee dagen op rij), gevolgd
door een dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag)
twee weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Eerste dosering van 80 mg
(twee injecties met 40 mg op
één dag), gevolgd door 40 mg
(één injectie met 40 mg) twee
weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Eerste dosering van 160 mg
(vier injecties met 40 mg op één
dag of twee injecties met 40 mg
per dag op twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door 80 mg
(twee injecties met 40 mg) twee
weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 80 mg eenmaal per
twee weken.
Opmerkingen
Uw arts kan de dosis verhogen
naar 40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
jaar die minder dan 40 kg
wegen
U dient door te gaan met het
toedienen van Yuflyma in uw
gebruikelijke dosering, zelfs als
u 18 jaar bent geworden.
Kinderen en jongeren vanaf 6
jaar die meer dan 40 kg wegen
U dient door te gaan met het
toedienen van Yuflyma in uw
gebruikelijke dosering, zelfs als
u 18 jaar bent geworden.
Niet-infectieuze uveï
tis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag),
gevolgd door 40 mg eenmaal
per twee weken, beginnend een
week na de eerste dosis.
Opmerkingen
Corticosteroï of andere
den
medicijnen die het
immuunsysteem beï
nvloeden
kunnen worden voortgezet
tijdens gebruik van Yuflyma.
Yuflyma kan ook los gegeven
worden.
Uw arts kan een startdosering
van 80 mg voorschrijven om toe
te dienen een week voor de start
van de gebruikelijke dosis van
40 mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen Yuflyma
te gebruiken in combinatie met
methotrexaat.
Kinderen en jongeren vanaf 2
jaar die 30 kg of meer wegen
40 mg eenmaal per twee weken
139
Hoe en waar dient u Yuflyma toe?
Yuflyma wordt toegediend via injectie onder de huid (door subcutane injectie).
Gedetailleerde instructies over hoe u Yuflyma moet injecteren vindt u in rubriek 7
“Gebruiksaanwijzing”.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Wanneer u Yuflyma per ongeluk vaker heeft geï
njecteerd dan uw arts of apotheker u heeft
verteld, neem dan meteen contact op met uw arts of apotheker en vertel hem of haar dat u te veel
heeft gebruikt. Houd altijd de buitenverpakking van het geneesmiddel bij de hand, ook al is deze
leeg.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Wanneer u uzelf bent vergeten te injecteren, zult u de eerstvolgende injectie Yuflyma moeten nemen
zodra u het zich weer herinnert. De volgende injectie zult u moeten nemen op de dag dat u volgens uw
originele schema ook uw volgende injectie had moeten nemen.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
De beslissing om te stoppen met het gebruik van Yuflyma moet worden besproken met uw arts.
Uw verschijnselen kunnen terugkeren wanneer gestopt wordt.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken. De meeste bijwerkingen zijn mild tot gematigd. Sommige bijwerkingen kunnen
echter ernstig zijn en behandeling vereisen. Bijwerkingen kunnen optreden tot ten minste 4 maanden
na de laatste Yuflyma injectie.
Informeer uw arts meteen wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont
ernstige uitslag, netelroos of andere tekenen van een allergische reactie
opgezwollen gezicht, handen of voeten
ademhalingsproblemen en problemen bij het slikken
kortademigheid bij lichamelijke inspanning of na het gaan liggen, of het opzwellen van de
voeten
Informeer uw arts zo snel mogelijk wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont
tekenen van infectie zoals koorts, zich ziek voelen, wondjes, gebitsproblemen of brandend
gevoel bij urineren
verzwakt of moe voelen
hoesten
tintelingen
gevoelloosheid
dubbelzien
verzwakte armen of benen
een bult of open zweer die niet geneest
klachten en verschijnselen die zouden kunnen wijzen op een afwijkend bloedbeeld zoals
aanhoudende koorts, blauwe plekken, bloedingen en bleekheid
140
De hierboven beschreven verschijnselen kunnen aanwijzingen zijn voor de hieronder aangegeven
bijwerkingen die waargenomen zijn na behandeling met Yuflyma.
Zeer vaak
(komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
reacties op de injectieplaats (waaronder pijn, zwelling, roodheid of jeuk)
infecties van de ademhalingswegen (waaronder verkoudheid, loopneus, ontsteking van de
neusbijholten, longontsteking)
hoofdpijn
buikpijn
misselijkheid en braken
huiduitslag
pijn in de spieren, gewrichtsbanden, pezen en botten
Vaak
(komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
ernstige infecties (waaronder bloedvergiftiging en influenza)
darminfecties (waaronder gastro-enteritis)
huidinfecties (waaronder cellulitis en gordelroos)
oorontstekingen
mondinfecties (waaronder gebitsinfecties en koortslip)
genitale infecties
urineweginfectie
schimmelinfecties
gewrichtsinfecties
goedaardige gezwellen
huidkanker
allergische reacties (waaronder hooikoorts)
uitdroging
stemmingswisselingen (waaronder depressie)
angst
moeite hebben met slapen
gevoelsstoornissen zoals tintelingen, prikkelingen of verdoofdheid
migraine
zenuwwortelcompressie (waaronder lage rugpijn en pijn in de benen)
gezichtsstoornissen
oogontsteking
ontsteking van het ooglid en zwelling van het oog
draaiduizeligheid met stoornis in het evenwicht (vertigo)
gevoel van snelle hartslag
hoge bloeddruk
blozen
hematoom (bloeduitstorting)
hoesten
astma
kortademigheid
maag-darmbloeding
dyspepsie (spijsverteringsmoeilijkheden, opgeblazen gevoel, brandend maagzuur)
oprispingen
siccasyndroom (waaronder droge ogen en droge mond)
jeuk
jeukende huiduitslag
blauwe plekken
ontsteking van de huid (zoals eczeem)
breken van vingernagels en teennagels
overmatig zweten
141
haaruitval
opnieuw voorkomen of verslechteren van psoriasis
spierspasmen
bloed in de urine
nierfunctiestoornissen
pijn op de borst
zwelling (oedeem)
koorts
vermindering van het aantal bloedplaatjes wat het risico op bloedingen of blauwe plekken
vergroot
vertraagd herstel
Soms
(komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
opportunistische infecties (waaronder tuberculose en andere infecties die zich voordoen bij een
lagere weerstand tegen ziektes)
infecties van het zenuwstelsel (waaronder virale meningitis),
ooginfecties
bacteriële infecties,
diverticulitis (ontsteking en infectie van de dikke darm)
kanker
kanker van het lymfesysteem
melanoom
aandoeningen aan het afweersysteem die de longen, huid en lymfeknopen kunnen beï
nvloeden
(meestal uit zich dit als een ontstekingsziekte, ook wel sarcoï
dose genoemd)
vasculitis (ontsteking van bloedvaten)
trillen of beven
neuropathie (zenuwaandoening)
beroerte
gehoorverlies, oorsuizen
gevoel van onregelmatige hartslag zoals het overslaan van een hartslag
hartproblemen die kortademigheid of gezwollen enkels kunnen veroorzaken
hartaanval
een uitstulping in de wand van een belangrijke slagader, ontsteking en dichtslibben van een
ader, blokkade van een bloedvat
longziekten die kortademigheid veroorzaken (waaronder ontsteking)
longembolie (afsluiting van een longslagader)
pleurale effusie (abnormale vochtophoping tussen de borstvliezen)
ontsteking van de alvleesklier wat een hevige pijn in de buik en rug veroorzaakt
moeilijkheden met slikken
zwelling van het gezicht
galblaasontsteking, galstenen
leververvetting
nachtzweten
litteken
abnormale afbraak van spieren
systemische lupus erythematodes (met ontstekingen van huid, hart, longen, gewrichten en
andere orgaansystemen)
onderbrekingen van de slaap
impotentie
ontstekingen
Zelden
(komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
leukemie (kanker die het bloed en beenmerg aantast)
ernstige allergische reactie met shock
multipele sclerose
142
zenuwstoornissen (zoals oogzenuwontsteking en Guillain-Barré-syndroom dat spierzwakte,
abnormaal gevoel, tintelingen in de armen en het bovenlichaam kan veroorzaken
hartstilstand
longfibrose (vorming van littekenweefsel in de long)
darmperforatie (gat in de darm)
hepatitis
reactivatie van hepatitis B
auto-immuun hepatitis (ontsteking van de lever die wordt veroorzaakt door het eigen
immuunsysteem van het lichaam)
cutane vasculitis (ontsteking van bloedvaten in de huid)
Stevens-Johnson-syndroom (vroege verschijnselen zijn onder andere algeheel ongemak, koorts,
hoofdpijn en huiduitslag)
zwelling van het gezicht gecombineerd met allergische reacties
erythema multiforme (ontstoken huiduitslag)
lupus-achtig syndroom
angio-oedeem (plaatselijke zwelling van de huid)
lichenoï huidreactie (jeukende, rood-paarse huiduitslag)
de
Niet bekend
(frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
hepatospleen T-cellymfoom (een zeldzame bloedkanker die vaak dodelijk is)
Merkelcelcarcinoom (een type huidkanker)
Kaposi-sarcoom, een zeldzame vorm van kanker die verband houdt met infectie met humaan
herpesvirus 8. Kaposi-sarcoom is meestal zichtbaar in de vorm van paarse huidschade
leverfalen
verergeren van een aandoening die dermatomyositis wordt genoemd (waargenomen als
huiduitslag met spierzwakte)
gewichtstoename (bij de meeste patiënten was sprake van een kleine gewichtstoename)
Sommige bijwerkingen die waargenomen werden met Yuflyma hebben geen verschijnselen en
kunnen alleen waargenomen worden door middel van bloedonderzoek. Hieronder vallen:
Zeer vaak
(komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
verlaagd aantal witte bloedcellen
verlaagd aantal rode bloedcellen
verhoogde concentratie vetten in het bloed
verhoogde leverenzymen
Vaak
(komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
verhoogd aantal witte bloedcellen
verlaagd aantal bloedplaatjes
toegenomen hoeveelheid urinezuur in het bloed
abnormale bloedwaarden voor natrium
lage bloedwaarden voor calcium
lage bloedwaarden voor fosfaat
hoge bloedsuiker
hoge bloedwaarden voor lactaatdehydrogenase
autoantilichamen aanwezig in het bloed
laag kaliumniveau in het bloed
Soms
(komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
verhoogde bilirubinemeting (leverbloedtest)
143
Zelden
(komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
verlaagd aantal witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket/de
verpakking na EXP.
Bewaren in de koelkast (2 °C – 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit met naaldhuls in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Alternatieve bewaring:
Wanneer nodig (bijvoorbeeld als u op reis bent) mag een enkele voorgevulde spuit met naaldhuls met
Yuflyma bewaard worden bij kamertemperatuur (tot 25 °C) gedurende maximaal 30 dagen - zorg
ervoor dat de spuit beschermd wordt tegen licht. Eenmaal uit de koelkast gehaald voor bewaring bij
kamertemperatuur,
moet de spuit binnen 30 dagen gebruikt worden of worden afgevoerd,
ook als
deze in de koelkast wordt teruggelegd.
Schrijf de datum waarop de spuit voor de eerste keer uit de koelkast wordt gehaald op en de
datum waarna de spuit moet worden afgevoerd.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
arts of apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert, worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is adalimumab.
De andere stoffen in dit middel zijn azijnzuur, natriumacetaattrihydraat, glycine, polysorbaat 80 en
water voor injecties.
Hoe ziet de voorgevulde spuit met naaldhuls met Yuflyma eruit en hoeveel zit er in een
verpakking?
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls wordt geleverd als een
steriele oplossing van 40 mg adalimumab opgelost in 0,4 ml oplossing.
De Yuflyma voorgevulde spuit is een glazen injectiespuit met een oplossing van adalimumab. De
verpakking met 1 voorgevulde spuit wordt geleverd met 2 alcoholdoekjes (1 reserve). Voor de
verpakkingen met 2, 4 en 6 voorgevulde spuiten is per voorgevulde spuit 1 alcoholdoekje aanwezig.
144
De Yuflyma voorgevulde spuit is een glazen spuit met naaldhuls die een oplossing van adalimumab
bevat. De verpakking met 1 voorgevulde spuit met naaldhuls wordt geleverd met 2 alcoholdoekjes (1
reserve). Voor de verpakkingen met 2, 4 en 6 voorgevulde spuiten met naaldhuls is per voorgevulde
spuit 1 alcoholdoekje aanwezig.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de hendel gebracht.
Yuflyma kan verkrijgbaar zijn als voorgevulde spuit en/of voorgevulde pen.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1–3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
Fabrikant
Millmount Healthcare Ltd.
Blok 7
City North bedrijfscampus
Stamullen, Co. Meath K32 YD60
Ierland
Nuvisan GmbH
Wegenerstraße 13,
89231 Neu Ulm,
Duitsland
Nuvisan France SARL
2400, Route des Colles,
06410, Biot,
Frankrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Tél/Tel: + 32 1528 7418
България
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Teл.: +36 1 231 0493
Česká republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Danmark
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tlf: +36 1 231 0493
Lietuva
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Luxembourg/Luxemburg
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Magyarország
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Malta
Mint Health Ltd.
Tel: +356 2093 9800
145
Deutschland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Eesti
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
España
Kern Pharma, S.L.
Tel: +34 93 700 2525
Ελλάδα
ΒΙΑΝΕΞ Α.Ε.
Τηλ: +30 210 8009111 – 120
France
Celltrion Healthcare France SAS
Tél.: +33 (0)1 71 25 27 00
Nederland
Celltrion Healthcare Netherlands B.V.
Tel: + 31 20 888 7300
Norge
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tlf: +36 1 231 0493
Ö sterreich
Astro-Pharma GmbH
Tel: +43 1 97 99 860
Polska
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Portugal
PharmaKERN Portugal – Produtos Farmacêuticos,
Sociedade Unipessoal, Lda.
Tel: +351 214 200 290
România
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Slovenija
OPH Oktal Pharma d.o.o.
Tel.: +386 1 519 29 22
Slovenská republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Suomi/Finland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Puh/Tel: +36 1 231 0493
Sverige
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
United Kingdom (Northern Ireland)
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tel: +353 1 223 4026
Hrvatska
Oktal Pharma d.o.o.
Tel: +385 1 6595 777
Ireland
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tel: +353 1 223 4026
Ísland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Sí +36 1 231 0493
mi:
Italia
Celltrion Healthcare Italy S.r.l.
Tel: +39 0247927040
Κύπρος
C.A. Papaellinas Ltd
Τηλ: +357 22741741
Latvija
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tālr.: +36 1 231 0493
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in.
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
7.
Gebruiksaanwijzing
146
In de volgende instructies wordt uitgelegd hoe u uzelf een onderhuidse (subcutane) injectie met
Yuflyma kunt geven met de voorgevulde spuit. Lees de instructies nauwkeurig door en volg ze
stap voor stap op.
U wordt door uw arts, verpleegkundige of apotheker geï
nstrueerd over de techniek om uzelf te
injecteren.
Probeer niet
uzelf te injecteren voordat u zeker weet hoe u de injectie moet voorbereiden en
geven.
Na een goede training kan de injectie door uzelf of door een andere persoon worden toegediend,
bijvoorbeeld door een familielid of een vriend(in).
Dien slechts één injectie toe met elke voorgevulde spuit.
147
Voorgevulde spuit met Yuflyma
Zuiger
Vingergreep
Spuit
Geneesmiddel
Naald
Naalddop
Vóór
gebruik
Figuur A
Gebruik de voorgevulde spuit niet als:
deze gebarsten of beschadigd is.
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Na gebruik
Verwijder de naalddop pas vlak voor de injectie. Houd Yuflyma buiten het zicht en bereik van
kinderen.
1.
a.
b.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een goedverlichte
ruimte.
Haal 1 voorgevulde spuit uit de verpakking in uw koelkast.
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast wanneer u deze uit de verpakking haalt.
Raak de zuiger
niet
aan.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
Voorgevulde spuit
Alcoholdoekje
Niet in de verpakking meegeleverd:
Watten of gaas
Pleister
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
c.
148
2.
a.
b.
c.
EXP:
MAAND JAAR
Inspecteer de voorgevulde spuit
Controleer of u het juiste geneesmiddel (Yuflyma) en
de juiste dosis heeft.
Bekijk de voorgevulde spuit en controleer of deze niet
gebarsten of beschadigd is.
Controleer de uiterste gebruiksdatum op het etiket van
de voorgevulde spuit.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
als:
deze gebarsten of beschadigd is.
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Figuur B
3.
a.
Inspecteer het geneesmiddel
Bekijk het geneesmiddel en controleer of de
vloeistof helder en kleurloos tot lichtbruin is
en of er geen deeltjes zichtbaar zijn.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
als de
vloeistof verkleurd is (geel of donkerbruin),
troebel is of deeltjes bevat.
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig
zijn. Dit is normaal.
Figuur C
4.
15 – 30
minuten
a.
Wacht 15 tot 30 minuten
Laat de voorgevulde spuit 15 tot 30 minuten op
kamertemperatuur komen.
Verwarm
de voorgevulde spuit
niet
met een
warmtebron zoals heet water of een magnetron.
Figuur D
149
5.
a.
Kies een geschikte injectieplaats
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
de voorkant van uw bovenbenen
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN
als u een zorgverlener bent).
Injecteer
niet
in de huid binnen 5 cm afstand van
de navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of
pijnlijk is, beschadigd is, blauwe plekken vertoont
of littekens bevat.
Als u psoriasis heeft, injecteer dan
niet
rechtstreeks in verhoogde, dikke, rode of
schilferige huidplekjes of beschadigingen van de
huid.
Injecteer
niet
door kleding heen.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats.
Elke nieuwe injectieplaats dient op ten minste 3 cm
afstand te zijn van de eerder gebruikte
injectieplaats.
6.
a.
Was uw handen
Was uw handen met zeep en water en
droog ze grondig af.
ALLEEN zorgverlener
Zelfinjectie en
zorgverlener
b.
Figuur E
Figuur F
150
7.
a.
b.
Reinig de injectieplaats
Reinig de injectieplaats met een
alcoholdoekje in een draaiende beweging.
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
Blaas
niet
op de injectieplaats en raak deze
niet meer aan totdat u de injectie geeft.
Figuur G
8.
a.
Verwijder de dop
Verwijder de dop door de voorgevulde
spuit met één hand vast te houden. Trek
voorzichtig de dop rechtstandig los met de
andere hand.
Verwijder de dop
niet
totdat u klaar bent
om te injecteren.
Raak de naald
niet
aan. Als u dit doet, kunt
u letsel oplopen door een naaldprik.
Plaats de dop
niet
terug op de voorgevulde
spuit. Gooi de dop direct weg in de
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen.
Figuur H
151
9.
a.
Steek de voorgevulde spuit in de injectieplaats
Knijp zachtjes met één hand in de huid op de
injectieplaats zodat deze omhoog komt.
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast en
breng de naald volledig in de huidplooi onder een
hoek van 45 graden met een snelle, korte
beweging.
b.
OF
Figuur I
10.
a.
b.
Geef de injectie
Als de naald in de huid zit, laat u de huidplooi
los.
Duw de zuiger langzaam helemaal naar
beneden totdat alle vloeistof is geï
njecteerd en
de spuit leeg is.
Verander de positie van de voorgevulde spuit
niet
meer nadat de injectie is gestart.
Figuur J
152
11.
Verwijder de voorgevulde spuit van de
injectieplaats en behandel de injectieplaats
Als de voorgevulde spuit leeg is, haalt u de
voorgevulde spuit uit de huid onder dezelfde
hoek als bij het inbrengen.
Behandel de injectieplaats door voorzichtig te
drukken (niet wrijven) met een watje of gaasje
en plak er zo nodig een pleister op. Er kan een
kleine bloeding optreden.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
opnieuw.
Raak de naald
niet
aan en breng de naalddop
niet
opnieuw aan.
Wrijf
niet
over de injectieplaats.
a.
b.
Figuur K
12.
Gooi de voorgevulde spuit weg
Plaats de dop
niet
terug op de voorgevulde
spuit.
Gooi de gebruikte, voorgevulde spuit weg in
een speciale afvoercontainer voor scherpe
voorwerpen volgens de instructie van uw arts,
verpleegkundige of apotheker.
Het alcoholdoekje en de verpakking mogen
bij het huishoudelijk afval.
Houd de voorgevulde spuit en de speciale
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen
altijd buiten het zicht en bereik van kinderen.
a.
b.
Figuur L
153
Voorgevulde spuit met Yuflyma met naaldhuls
Zuiger
Vingergreep
Kijkvenster
Geneesmiddel
Naaldhuls
Naald
Naald
Naalddop
Vóór
gebruik
Figuur A
Gebruik de voorgevulde spuit niet als:
deze gebarsten of beschadigd is.
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Na gebruik
Verwijder de naalddop pas vlak voor de injectie. Houd Yuflyma buiten het zicht en bereik van
kinderen.
1.
a.
b.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een goedverlichte
ruimte.
Haal 1 voorgevulde spuit uit de verpakking in uw koelkast.
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast wanneer u deze uit de verpakking haalt.
Raak de zuiger niet aan.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
Voorgevulde spuit
Alcoholdoekje
Niet in de verpakking meegeleverd:
Watten of gaas
Pleister
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
c.
154
2.
a.
b.
c.
Inspecteer de voorgevulde spuit
Controleer of u het juiste geneesmiddel
(Yuflyma) en de juiste dosis heeft.
Bekijk de voorgevulde spuit en controleer
of deze niet gebarsten of beschadigd is.
Controleer de uiterste gebruiksdatum op het
etiket van de voorgevulde spuit.
EXP:
MAAND JAAR
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
als:
deze gebarsten of beschadigd is.
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken
is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Figuur B
3.
a.
Inspecteer het geneesmiddel
Bekijk het geneesmiddel en controleer of de
vloeistof helder en kleurloos tot lichtbruin is en
of er geen deeltjes zichtbaar zijn.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
als de
vloeistof verkleurd is (geel of donkerbruin),
troebel is of deeltjes bevat.
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig
zijn. Dit is normaal.
Figuur C
4.
15 – 30
minuten
a.
Wacht 15 tot 30 minuten
Laat de voorgevulde spuit 15 tot 30 minuten op
kamertemperatuur komen.
Verwarm
de voorgevulde spuit
niet
met een
warmtebron zoals heet water of een magnetron.
Figuur D
155
5.
a.
Kies een geschikte injectieplaats
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
de voorkant van uw bovenbenen
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN als
u een zorgverlener bent).
Injecteer
niet
in de huid binnen 5 cm afstand van de
navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of pijnlijk
is, beschadigd is, blauwe plekken vertoont of
littekens bevat.
Als u psoriasis heeft, injecteer dan
niet
rechtstreeks
in verhoogde, dikke, rode of schilferige huidplekjes
of beschadigingen van de huid.
Injecteer
niet
door kleding heen.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats. Elke
nieuwe injectieplaats dient op ten minste 3 cm
afstand te zijn van de eerder gebruikte injectieplaats.
b.
ALLEEN zorgverlener
Zelfinjectie en
zorgverlener
Figuur E
6.
a.
Was uw handen
Was uw handen met zeep en water en
droog ze grondig af.
Figuur F
156
7.
a.
b.
Reinig de injectieplaats
Reinig de injectieplaats met een alcoholdoekje
in een draaiende beweging.
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
Blaas
niet
op de injectieplaats en raak deze niet
meer aan totdat u de injectie geeft.
Figuur G
8.
a.
Verwijder de dop
Verwijder de dop door de voorgevulde spuit met
één hand vast te houden. Trek voorzichtig de
dop rechtstandig los met de andere hand.
Verwijder de dop
niet
totdat u klaar bent om te
injecteren.
Raak de naald
niet
aan. Als u dit doet, kunt u
letsel oplopen door een naaldprik.
Plaats de dop
niet
terug op de voorgevulde
spuit. Gooi de dop direct weg in de
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen.
Figuur H
157
9.
Steek de voorgevulde spuit in de
injectieplaats
Knijp zachtjes met één hand in de huid op de
injectieplaats zodat deze omhoog komt.
Houd de voorgevulde spuit in het midden
vast en breng de naald volledig in de
huidplooi onder een hoek van 45 graden met
een snelle, korte beweging.
a.
b.
OF
Figuur I
10.
a.
b.
Geef de injectie
Als de naald in de huid zit, laat u de
huidplooi los.
Duw de zuiger langzaam helemaal naar
beneden totdat alle vloeistof is
geï
njecteerd en de spuit leeg is.
Verander de positie van de voorgevulde
spuit
niet
meer nadat de injectie is gestart.
Figuur J
158
11.
Verwijder de voorgevulde spuit van de
injectieplaats en behandel de
injectieplaats
Als de voorgevulde spuit leeg is, haalt u
uw duim langzaam van de zuiger totdat de
naald volledig is bedekt door de naaldhuls.
Behandel de injectieplaats door
voorzichtig te drukken (niet wrijven) met
een watje of gaasje en plak er zo nodig
een pleister op. Er kan een kleine bloeding
optreden.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
opnieuw.
Wrijf
niet
over de injectieplaats.
a.
b.
Figuur K
12.
a.
Gooi de voorgevulde spuit weg
Gooi de gebruikte, voorgevulde spuit weg
in een speciale afvoercontainer voor
scherpe voorwerpen volgens de instructie
van uw arts, verpleegkundige of
apotheker.
Het alcoholdoekje en de verpakking
mogen bij het huishoudelijk afval.
Houd de voorgevulde spuit en de speciale
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen
altijd buiten het zicht en bereik van
kinderen.
b.
Figuur L
159
Bijsluiter: informatie voor de patiënt
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
adalimumab
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke
informatie in voor u.
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
Uw arts zal u ook een
patiëntenkaart
geven; deze bevat belangrijke veiligheidsinformatie waar
u zich bewust van moet zijn voordat u Yuflyma gaat gebruiken en tijdens de behandeling met
Yuflyma. Houd deze
patiëntenkaart
bij u tijdens de behandeling en gedurende 4 maanden na
uw laatste injectie met Yuflyma.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
7.
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Yuflyma bevat het actieve bestanddeel adalimumab, een medicijn dat effect heeft op het
immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) van het lichaam.
Yuflyma is bedoeld voor behandeling van de volgende ontstekingsziektes:
Reumatoï artritis
de
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis
Enthesitis-gerelateerde artritis
Spondylitis ankylopoetica
Axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van spondylitis ankylopoetica
Arthritis psoriatica
Plaque psoriasis
Hidradenitis suppurativa
Ziekte van Crohn
Colitis ulcerosa
Niet-infectieuze uveï
tis
De werkzame stof in Yuflyma, adalimumab, is een humaan monoklonaal antilichaam. Monoklonale
antilichamen zijn eiwitten die zich hechten aan een specifiek doel in het lichaam.
Het doel van adalimumab is een eiwit dat tumornecrosefactor (TNFα) wordt genoemd, dat betrokken
is bij het immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) en in toegenomen hoeveelheid aanwezig is in
de ontstekingsziektes hierboven. Door te hechten aan TNFα vermindert Yuflyma het
ontstekingsproces in deze aandoeningen.
160
Reumatoï artritis
de
Reumatoï artritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten.
de
Yuflyma wordt gebruikt om gemiddelde tot ernstige reumatoï artritis bij volwassenen te behandelen.
de
Het is mogelijk dat u eerst andere ziektemodificerende geneesmiddelen krijgt, zoals methotrexaat. Als
u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma krijgen.
Yuflyma kan ook worden gebruikt om ernstige, actieve en progressieve reumatoï artritis te
de
behandelen zonder eerdere methotrexaatbehandeling.
Yuflyma kan de schade aan de gewrichten door de ontstekingsziekte vertragen en ervoor zorgen dat de
gewrichten vrijer kunnen bewegen.
Uw arts beslist of Yuflyma moet worden gebruikt in combinatie met methotrexaat of los.
Polyarticulaire idiopathische jeugdartritis
Polyarticulaire idiopathische jeugdartritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten.
Yuflyma wordt gebruikt om polyarticulaire idiopathische jeugdartritis te behandelen bij patiënten
vanaf 2 jaar oud. Het is mogelijk dat u eerst andere ziektemodificerende geneesmiddelen krijgt, zoals
methotrexaat. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Uw arts beslist of Yuflyma moet worden gebruikt in combinatie met methotrexaat of los.
Enthesitis-gerelateerde artritis
Enthesitis-gerelateerde artritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten en de plaatsen waar de pezen
verbonden zijn met het bot.
Yuflyma wordt gebruikt om enthesitis-gerelateerde artritis te behandelen bij patiënten van 6 jaar en
ouder. Het is mogelijk dat u eerst andere ziektemodificerende geneesmiddelen krijgt, zoals
methotrexaat. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Spondylitis ankylopoetica en axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van spondylitis
ankylopoetica
Spondylitis ankylopoetica en axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van spondylitis
ankylopoetica zijn ontstekingsziektes van de ruggengraat.
Yuflyma wordt gebruikt om ernstige spondylitis ankylopoetica en axiale spondyloartritis zonder
radiografisch bewijs van spondylitis ankylopoetica te behandelen bij volwassenen. U ontvangt
mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma
ontvangen.
Arthritis psoriatica
Arthritis psoriatica is een inflammatoire aandoening van de gewrichten die meestal in verband wordt
gebracht met psoriasis.
Yuflyma wordt gebruikt om arthritis psoriatica te behandelen bij volwassenen. Yuflyma kan de schade
aan de gewrichten door de ontstekingsziekte vertragen en helpen de mobiliteit te bevorderen. U
ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u
Yuflyma ontvangen.
161
Plaque psoriasis
Plaque psoriasis is een huidaandoening die rode, schilferige, korstige plekken op de huid veroorzaakt
die zijn bedekt met zilverige schubben. Plaque psoriasis kan ook van invloed zijn op de nagels,
waardoor ze verbrokkelen, dikker worden en loslaten van het nagelbed, wat pijnlijk kan zijn.
Yuflyma wordt gebruikt om
gemiddelde tot ernstige chronische plaque psoriasis bij volwassenen en
ernstige chronische plaque psoriasis bij kinderen en jongeren van 4 tot 17 jaar te behandelen
voor wie lokale therapie en fototherapie niet erg geholpen hebben of niet geschikt waren.
Hidradenitis suppurativa
Hidradenitis suppurativa (soms acne inversa genoemd) is een chronische en vaak pijnlijke
inflammatoire huidaandoening. Klachten kunnen zijn zachte nodules (bobbels) en abcessen (blaren)
waar pus uit kan komen. Het beï
nvloedt meestal specifieke delen van de huid, zoals onder de borsten,
de oksels, binnenkant van de dijen, het kruis en de billen. Op de aangedane delen kunnen tevens
littekens optreden.
Yuflyma wordt gebruikt om
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij volwassenen en
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij jongeren van 12 tot 17 jaar te behandelen.
Yuflyma kan helpen het aantal nodules en abcessen veroorzaakt door de ziekte te verminderen en de
pijn die meestal bij de ziekte hoort. U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed
genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Ziekte van Crohn
De ziekte van Crohn is een ontstekingsziekte van het verteringsstelsel. Yuflyma wordt gebruikt om
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij volwassenen en
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar te
behandelen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
Colitis ulcerosa
Colitis ulcerosa is een ontstekingsziekte van de dikke darm.
Yuflyma wordt gebruikt voor het behandelen van
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij volwassenen en
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar.
Het is mogelijk dat u eerst andere geneesmiddelen krijgt. Als u niet goed genoeg reageert op deze
medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Niet-infectieuze uveï
tis
Niet-infectieuze uveï is een ontstekingsziekte die van invloed is op bepaalde delen van het oog.
tis
Yuflyma wordt gebruikt om
volwassenen met niet-infectieuze uveï te behandelen met ontsteking die de achterkant van het
tis
oog beï
nvloedt
kinderen met chronische niet-infectieuze uveï vanaf 2 jaar oud met ontsteking die de voorkant
tis
van het oog beï
nvloedt.
162
Deze ontsteking kan leiden tot verminderd zicht en/of de aanwezigheid van floaters in het oog (zwarte
stipjes of kringellijntjes die zich door het zichtveld verplaatsen). Yuflyma werkt door deze ontsteking
te verminderen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch voor adalimumab of een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt
u vinden in rubriek
U heeft een ernstige infectie, zoals actieve tuberculose (zie ook “Wanneer moet u extra
voorzichtig zijn met dit middel?”). Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt als u
verschijnselen van een infectie heeft, zoals koorts, wondjes, moeheid, gebitsproblemen.
U lijdt aan matig tot ernstig hartfalen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u
een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad (zie ook “Wanneer moet u extra voorzichtig
zijn met dit middel?”).
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt.
Allergische reacties
Als u allergische reacties met verschijnselen als benauwdheid, piepende ademhaling,
duizeligheid, zwelling of uitslag krijgt, injecteer dan geen Yuflyma meer, maar neem direct
contact op met uw arts aangezien, in zeldzame gevallen, deze reacties levensbedreigend kunnen
zijn.
Infecties
Als u een infectie heeft, zoals een langdurige of lokale infectie (bijvoorbeeld een open been),
neem dan altijd contact op met uw arts voor u start met het gebruik van Yuflyma. Neem bij twijfel
contact op met uw arts.
Door het gebruik van Yuflyma kunt u makkelijker infecties oplopen. Dit risico kan groter zijn
wanneer uw longfunctie verminderd is. Deze infecties kunnen ernstig zijn. Voorbeelden van
dergelijke infecties zijn:
tuberculose
infecties veroorzaakt door virussen, schimmels, parasieten of bacteriën
ernstige bloedvergiftiging (sepsis)
In zeldzame gevallen kunnen deze infecties levensbedreigend zijn. Het is daarom belangrijk
om het uw arts te vertellen wanneer u verschijnselen ervaart zoals koorts, wondjes, moeheid of
gebitsproblemen. Uw arts kan u zeggen dat u tijdelijk moet stoppen met het gebruik van
Yuflyma.
Vertel het uw arts wanneer u woont in of reist naar gebieden waar schimmelinfecties
(bijvoorbeeld histoplasmose, coccidioï
domycose of blastomycose) vaak voorkomen.
Vertel het uw arts wanneer u infecties heeft gehad die steeds terugkomen of andere
aandoeningen die het risico op infecties vergroten.
163
Als u ouder dan 65 jaar bent, kunt u vatbaarder zijn voor infecties terwijl u Yuflyma gebruikt. U
en uw arts moeten extra letten op verschijnselen van een infectie terwijl u met Yuflyma
behandeld wordt. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u tekenen van infectie krijgt
zoals koorts, wondjes, moeheid of gebitsproblemen.
Tuberculose
Het is zeer belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u ooit tuberculose heeft gehad of
wanneer u in nauw contact bent geweest met iemand die tuberculose heeft gehad. Bij actieve
tuberculose mag u Yuflyma niet gebruiken.
Omdat er gevallen van tuberculose zijn gemeld bij patiënten die met Yuflyma worden
behandeld, zal uw arts u op tekenen en klachten en verschijnselen van tuberculose
controleren voordat u met Yuflyma start. Dit omvat een uitgebreide medische
beoordeling inclusief uw medische geschiedenis en de juiste controletests (bijvoorbeeld
een röntgenfoto van de borst en een tuberculinetest). De uitvoering en resultaten van deze
tests moeten worden geregistreerd op uw
patiëntenkaart.
Tuberculose kan zich ontwikkelen tijdens de behandeling met Yuflyma, zelfs wanneer u
behandeld bent om tuberculose te voorkomen.
Als zich verschijnselen van tuberculose (bijvoorbeeld een hoest die niet verdwijnt,
gewichtsverlies, lusteloosheid, lichte koorts) of een andere infectie voordoen tijdens of na
de behandeling moet u dit direct aan uw arts melden.
Hepatitis B
Vertel het uw arts als u drager bent van het hepatitis B-virus (HBV), als u een actieve HBV-
infectie heeft of als u denkt dat u risico loopt op HBV.
Uw arts moet u testen op HBV. Bij mensen die HBV dragen, kan Yuflyma het virus
opnieuw activeren.
In enkele zeldzame gevallen, vooral wanneer u andere medicijnen gebruikt die het
immuunsysteem onderdrukken, kan heractivering van HBV levensbedreigend zijn.
Chirurgie of gebitsbehandeling
Als u binnenkort chirurgie ondergaat of een gebitsbehandeling, informeert u de arts dat u
Yuflyma gebruikt. Uw arts kan adviseren tijdelijk te stoppen met Yuflyma.
Demyeliniserende ziekte
Als u een demyeliniserende ziekte heeft of ontwikkelt (een ziekte die van invloed is op de
isolerende laag rond de zenuwen, zoals multipele sclerose), zal uw arts beslissen of u Yuflyma
mag (blijven) ontvangen. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als u verschijnselen krijgt
zoals veranderingen in uw zicht, zwakte in uw armen of benen of gevoelloosheid of tintelingen
in delen van uw lichaam.
Vaccinaties
Bepaalde vaccins kunnen infecties veroorzaken en mogen niet worden gegeven terwijl u
Yuflyma krijgt.
Bespreek het met uw arts voordat u vaccins krijgt.
Het wordt aanbevolen dat kinderen, indien mogelijk, alle geplande vaccins krijgen voor
hun leeftijd voordat ze de behandeling met Yuflyma starten.
Als u Yuflyma heeft ontvangen tijdens de zwangerschap, kan uw baby groter risico lopen
op het krijgen van een dergelijke infectie tot ongeveer vijf maanden na de laatste
Yuflyma-dosis die u tijdens de zwangerschap heeft ontvangen. Het is belangrijk dat u de
artsen en andere zorgmedewerkers van uw baby vertelt over uw gebruik van Yuflyma
164
tijdens de zwangerschap, zodat zij kunnen beslissen wanneer uw baby een vaccin kan
krijgen.
Hartfalen
Wanneer u mild hartfalen heeft en wordt behandeld met Yuflyma, moet de status van uw
hartfalen nauwlettend worden gevolgd door uw arts. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt
wanneer u een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad. Als u nieuwe verschijnselen van
hartfalen ontwikkelt of als bestaande verschijnselen verergeren (bijv. kortademigheid of
opzwellen van uw voeten), moet u direct contact opnemen met uw arts. Uw arts zal beslissen of
u Yuflyma mag gebruiken.
Koorts, blauwe plekken, bloedingen of bleekheid
Bij sommige patiënten kan het gebeuren dat het lichaam onvoldoende bloedcellen aanmaakt die
het lichaam helpen om infecties te bestrijden of helpen om een bloeding snel tot staan te
brengen. Als u merkt dat u koorts heeft die niet overgaat, u snel blauwe plekken krijgt of zeer
gemakkelijk bloedt en erg bleek ziet, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts. Uw arts
kan besluiten de therapie te stoppen.
Kanker
Er zijn zeer zeldzame gevallen gemeld van bepaalde vormen van kanker bij kinderen en
volwassen patiënten die Yuflyma of andere TNF-blokkers gebruiken.
Personen met ernstigere reumatoï artritis die de ziekte al langere tijd hebben kunnen
de
meer risico lopen dan gemiddeld op lymfoom (een kanker die het lymfesysteem
beï
nvloedt) en leukemie (een bepaalde soort kanker die het bloed en beenmerg
beï
nvloedt).
Als u Yuflyma gebruikt kan het risico toenemen dat u lymfoom, leukemie of andere
kankers krijgt. In zeldzame gevallen kan een ongebruikelijk en ernstig type lymfoom
ontstaan bij patiënten die Yuflyma gebruiken. Sommige van die patiënten werden ook
behandeld met azathioprine of 6-mercaptopurine.
Vertel het uw arts wanneer u azathioprine of 6-mercaptopurine gebruikt in combinatie
met Yuflyma.
Gevallen van niet-melanoom huidkanker zijn waargenomen bij patiënten die Yuflyma
gebruiken.
Als er nieuwe huidlaesies optreden tijdens of na de behandeling of wanneer bestaande
laesies veranderen van uiterlijk, vertel het uw arts.
Er zijn gevallen geweest van kanker, anders dan lymfomen, bij patiënten met een bepaald type
longaandoening die chronische obstructieve longziekte (COPD) heet en die werd behandeld met
een andere TNF-blokker. Als u lijdt aan COPD of als u veel rookt, moet u met uw arts
bespreken of behandeling met een TNF-blokker geschikt is voor u.
Auto-immuunziekte
In zeldzame gevallen kan behandeling met Yuflyma resulteren in een lupusachtig syndroom.
Neem contact op met uw arts wanneer zich verschijnselen voordoen als een aanhoudende
onverklaarbare uitslag, koorts, gewrichtspijn of vermoeidheid.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Vaccinaties: indien mogelijk moeten kinderen bij zijn met hun vaccinaties voordat ze Yuflyma
gebruiken.
165
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Yuflyma nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of
apotheker. U mag Yuflyma niet gebruiken in combinatie met medicijnen die de volgende actieve
substanties bevatten vanwege een verhoogd risico op ernstige infectie:
anakinra
abatacept.
Yuflyma kan gelijktijdig gebruikt worden met:
methotrexaat
bepaalde ziektemodificerende antireumatische middelen (zoals sulfasalazine,
hydroxychloroquine, leflunomide en injecteerbare goudpreparaten)
steroï of pijnmedicatie inclusief niet-steroï
den
dale anti-inflammatoire medicijnen (NSAID’s).
Neem bij vragen contact op met uw arts.
Zwangerschap en borstvoeding
U moet het gebruik van een goed voorbehoedsmiddel overwegen om zwangerschap te
voorkomen en dit blijven gebruiken tot ten minste 5 maanden na de laatste Yuflyma-
behandeling.
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met
uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Yuflyma mag enkel worden gebruikt tijdens de zwangerschap als dat strikt noodzakelijk is.
Volgens een studie bij zwangere vrouwen was er geen hoger risico op geboorteafwijkingen bij
moeders die tijdens de zwangerschap Yuflyma hadden gebruikt in vergelijking met moeders
met dezelfde ziekte die geen Yuflyma hadden gebruikt.
Yuflyma kan worden gebruikt tijdens de borstvoeding.
Wanneer u tijdens uw zwangerschap Yuflyma gebruikt, kan uw baby een groter risico lopen op
infectie.
Het is belangrijk dat u de artsen en andere zorgverleners van uw baby vertelt over uw gebruik
van Yuflyma tijdens de zwangerschap voordat uw baby een vaccin krijgt toegediend. Voor meer
informatie over vaccinaties, zie de rubriek ‘Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit
middel?’.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Yuflyma kan een kleine invloed hebben op uw vermogen om een auto te besturen, te fietsen of
machines te gebruiken. Het voelt mogelijk of de ruimte draait en ook visuele verstoringen zijn
mogelijk na gebruik van Yuflyma.
YUFLYMA bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 0,4 ml, dat wil zeggen dat het in
wezen 'natriumvrij' is.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Yuflyma wordt onder de huid geï
njecteerd (subcutaan gebruik). Het is beschikbaar als 40 mg en 80 mg
in een voorgevulde spuit en/of een voorgevulde pen. Daarom kan Yuflyma niet worden gebruikt door
166
kinderen die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig hebben. Als een dergelijke dosis nodig
is, moeten andere medicijnen die adalimumab bevatten worden gebruikt.
Reumatoï artritis, arthritis psoriatica, spondylitis ankylopoetica of axiale spondyloartritis
de
zonder radiografisch bewijs van spondylitis ankylopoetica
Leeftijd of lichaamsgewicht
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
40 mg eenmaal per twee weken Bij reumatoï artritis wordt
de
methotrexaat voortgezet tijdens
gebruik van Yuflyma. Als uw
arts beslist dat methotrexaat niet
gepast is, kan Yuflyma los
worden gebruikt.
Als u reumatoï artritis heeft
de
en u geen methotrexaat krijgt
tijdens uw behandeling met
Yuflyma, kan uw arts beslissen
om eenmaal per week 40 mg
Yuflyma voor te schrijven of 80
mg eenmaal per twee weken.
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
40 mg eenmaal per twee weken
volwassenen vanaf 2 jaar die 30
kg of meer wegen
Enthesitis-gerelateerde artritis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
40 mg eenmaal per twee weken
volwassenen vanaf 6 jaar die 30
kg of meer wegen
Plaque psoriasis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Opmerkingen
Niet van toepassing
Opmerkingen
Niet van toepassing
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 80 mg (twee
Als u onvoldoende heeft
injecties van 40 mg op één dag), gereageerd, kan uw arts de
gevolgd door 40 mg eenmaal
dosering verhogen naar
per twee weken, beginnend een
40 mg eenmaal per week of
week na de eerste dosis.
80 mg eenmaal per twee
weken.
Kinderen en jongeren van 4 tot Eerste dosis van 40 mg, gevolgd Niet van toepassing
17 jaar die 30 kg of meer wegen door 40 mg een week later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
167
Hidradenitis suppurativa
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Jongeren van 12 tot 17 jaar die
30 kg of meer wegen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 160 mg (vier
injecties van 40 mg op één dag
of twee injecties van 40 mg per
dag, twee dagen op rij), gevolgd
door een dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag)
twee weken later. Na nog eens
twee weken gaat u verder met
een dosis van 40 mg eenmaal
per week of 80 mg eenmaal per
twee weken, zoals
voorgeschreven door uw arts.
Eerste dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag),
gevolgd door 40 mg eenmaal
per twee weken, beginnend een
week later.
Opmerkingen
Het wordt aanbevolen om
dagelijks een antiseptisch
middel te gebruiken op de
aangedane gebieden.
Als u onvoldoende heeft
gereageerd op Yuflyma 40 mg
eenmaal per twee weken, kan
uw arts de dosis verhogen naar
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen dat u de
aangedane gebieden dagelijks
desinfecteert.
Ziekte van Crohn
Leeftijd of lichaamsgewicht
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
Eerste dosis van 80 mg (twee
volwassenen vanaf 6 jaar die 40 injecties van 40 mg op één dag),
kg of meer wegen
gevolgd door 40 mg twee
weken later.
Als een snellere respons nodig
is, kan de arts een eerste dosis
voorschrijven van 160 mg (vier
injecties van 40 mg op één dag
of twee injecties van 40 mg per
dag, twee dagen op rij), gevolgd
door 80 mg (twee injecties van
40 mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Opmerkingen
Uw arts kan de dosis verhogen
naar 40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee weken.
168
Colitis ulcerosa
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 160 mg (vier
injecties van 40 mg op één dag
of twee injecties van 40 mg per
dag, twee dagen op rij), gevolgd
door een dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag)
twee weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Eerste dosering van 80 mg
(twee injecties met 40 mg op
één dag), gevolgd door 40 mg
(één injectie met 40 mg) twee
weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Eerste dosering van 160 mg
(vier injecties met 40 mg op één
dag of twee injecties met 40 mg
per dag op twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door 80 mg
(twee injecties met 40 mg) twee
weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 80 mg eenmaal per
twee weken.
Opmerkingen
Uw arts kan de dosis verhogen
naar 40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
jaar die minder dan 40 kg
wegen
U dient door te gaan met het
toedienen van Yuflyma in uw
gebruikelijke dosering, zelfs als
u 18 jaar bent geworden.
Kinderen en jongeren vanaf 6
jaar die meer dan 40 kg wegen
U dient door te gaan met het
toedienen van Yuflyma in uw
gebruikelijke dosering, zelfs als
u 18 jaar bent geworden.
Niet-infectieuze uveï
tis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag),
gevolgd door 40 mg eenmaal
per twee weken, beginnend een
week na de eerste dosis.
Opmerkingen
Corticosteroï of andere
den
medicijnen die het
immuunsysteem beï
nvloeden
kunnen worden voortgezet
tijdens gebruik van Yuflyma.
Yuflyma kan ook los gegeven
worden.
Uw arts kan een startdosering
van 80 mg voorschrijven om toe
te dienen een week voor de start
van de gebruikelijke dosis van
40 mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen Yuflyma
te gebruiken in combinatie met
methotrexaat.
Kinderen en jongeren vanaf 2
jaar die 30 kg of meer wegen
40 mg eenmaal per twee weken
169
Hoe en waar dient u Yuflyma toe?
Yuflyma wordt toegediend via injectie onder de huid (door subcutane injectie).
Gedetailleerde instructies over hoe u Yuflyma moet injecteren vindt u in rubriek 7
“Gebruiksaanwijzing”.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Wanneer u Yuflyma per ongeluk vaker heeft geï
njecteerd dan uw arts of apotheker u heeft
verteld, neem dan meteen contact op met uw arts of apotheker en vertel hem of haar dat u te veel
heeft gebruikt. Houd altijd de buitenverpakking van het geneesmiddel bij de hand, ook al is deze
leeg.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Wanneer u uzelf bent vergeten te injecteren, zult u de eerstvolgende injectie Yuflyma moeten nemen
zodra u het zich weer herinnert. De volgende injectie zult u moeten nemen op de dag dat u volgens uw
originele schema ook uw volgende injectie had moeten nemen.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
De beslissing om te stoppen met het gebruik van Yuflyma moet worden besproken met uw arts.
Uw verschijnselen kunnen terugkeren wanneer gestopt wordt.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken. De meeste bijwerkingen zijn mild tot gematigd. Sommige bijwerkingen kunnen
echter ernstig zijn en behandeling vereisen. Bijwerkingen kunnen optreden tot ten minste 4 maanden
na de laatste Yuflyma injectie.
Informeer uw arts meteen wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont
ernstige uitslag, netelroos of andere tekenen van een allergische reactie
opgezwollen gezicht, handen of voeten
ademhalingsproblemen en problemen bij het slikken
kortademigheid bij lichamelijke inspanning of na het gaan liggen, of het opzwellen van de
voeten
Informeer uw arts zo snel mogelijk wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont
tekenen van infectie zoals koorts, zich ziek voelen, wondjes, gebitsproblemen of brandend
gevoel bij urineren
verzwakt of moe voelen
hoesten
tintelingen
gevoelloosheid
dubbelzien
verzwakte armen of benen
een bult of open zweer die niet geneest
klachten en verschijnselen die zouden kunnen wijzen op een afwijkend bloedbeeld zoals
aanhoudende koorts, blauwe plekken, bloedingen en bleekheid
170
De hierboven beschreven verschijnselen kunnen aanwijzingen zijn voor de hieronder aangegeven
bijwerkingen die waargenomen zijn na behandeling met Yuflyma.
Zeer vaak
(komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
reacties op de injectieplaats (waaronder pijn, zwelling, roodheid of jeuk)
infecties van de ademhalingswegen (waaronder verkoudheid, loopneus, ontsteking van de
neusbijholten, longontsteking)
hoofdpijn
buikpijn
misselijkheid en braken
huiduitslag
pijn in de spieren, gewrichtsbanden, pezen en botten
Vaak
(komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
ernstige infecties (waaronder bloedvergiftiging en influenza)
darminfecties (waaronder gastro-enteritis)
huidinfecties (waaronder cellulitis en gordelroos)
oorontstekingen
mondinfecties (waaronder gebitsinfecties en koortslip)
genitale infecties
urineweginfectie
schimmelinfecties
gewrichtsinfecties
goedaardige gezwellen
huidkanker
allergische reacties (waaronder hooikoorts)
uitdroging
stemmingswisselingen (waaronder depressie)
angst
moeite hebben met slapen
gevoelsstoornissen zoals tintelingen, prikkelingen of verdoofdheid
migraine
zenuwwortelcompressie (waaronder lage rugpijn en pijn in de benen)
gezichtsstoornissen
oogontsteking
ontsteking van het ooglid en zwelling van het oog
draaiduizeligheid met stoornis in het evenwicht (vertigo)
gevoel van snelle hartslag
hoge bloeddruk
blozen
hematoom (bloeduitstorting)
hoesten
astma
kortademigheid
maag-darmbloeding
dyspepsie (spijsverteringsmoeilijkheden, opgeblazen gevoel, brandend maagzuur)
oprispingen
siccasyndroom (waaronder droge ogen en droge mond)
jeuk
jeukende huiduitslag
blauwe plekken
ontsteking van de huid (zoals eczeem)
breken van vingernagels en teennagels
overmatig zweten
171
haaruitval
opnieuw voorkomen of verslechteren van psoriasis
spierspasmen
bloed in de urine
nierfunctiestoornissen
pijn op de borst
zwelling (oedeem)
koorts
vermindering van het aantal bloedplaatjes wat het risico op bloedingen of blauwe plekken
vergroot
vertraagd herstel
Soms
(komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
opportunistische infecties (waaronder tuberculose en andere infecties die zich voordoen bij een
lagere weerstand tegen ziektes)
infecties van het zenuwstelsel (waaronder virale meningitis),
ooginfecties
bacteriële infecties,
diverticulitis (ontsteking en infectie van de dikke darm)
kanker
kanker van het lymfesysteem
melanoom
aandoeningen aan het afweersysteem die de longen, huid en lymfeknopen kunnen beï
nvloeden
(meestal uit zich dit als een ontstekingsziekte, ook wel sarcoï
dose genoemd)
vasculitis (ontsteking van bloedvaten)
trillen of beven
neuropathie (zenuwaandoening)
beroerte
gehoorverlies, oorsuizen
gevoel van onregelmatige hartslag zoals het overslaan van een hartslag
hartproblemen die kortademigheid of gezwollen enkels kunnen veroorzaken
hartaanval
een uitstulping in de wand van een belangrijke slagader, ontsteking en dichtslibben van een
ader, blokkade van een bloedvat
longziekten die kortademigheid veroorzaken (waaronder ontsteking)
longembolie (afsluiting van een longslagader)
pleurale effusie (abnormale vochtophoping tussen de borstvliezen)
ontsteking van de alvleesklier wat een hevige pijn in de buik en rug veroorzaakt
moeilijkheden met slikken
zwelling van het gezicht
galblaasontsteking, galstenen
leververvetting
nachtzweten
litteken
abnormale afbraak van spieren
systemische lupus erythematodes (met ontstekingen van huid, hart, longen, gewrichten en
andere orgaansystemen)
onderbrekingen van de slaap
impotentie
ontstekingen
Zelden
(komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
leukemie (kanker die het bloed en beenmerg aantast)
ernstige allergische reactie met shock
multipele sclerose
172
zenuwstoornissen (zoals oogzenuwontsteking en Guillain-Barré-syndroom dat spierzwakte,
abnormaal gevoel, tintelingen in de armen en het bovenlichaam kan veroorzaken
hartstilstand
longfibrose (vorming van littekenweefsel in de long)
darmperforatie (gat in de darm)
hepatitis
reactivatie van hepatitis B
auto-immuun hepatitis (ontsteking van de lever die wordt veroorzaakt door het eigen
immuunsysteem van het lichaam)
cutane vasculitis (ontsteking van bloedvaten in de huid)
Stevens-Johnson-syndroom (vroege verschijnselen zijn onder andere algeheel ongemak, koorts,
hoofdpijn en huiduitslag)
zwelling van het gezicht gecombineerd met allergische reacties
erythema multiforme (ontstoken huiduitslag)
lupus-achtig syndroom
angio-oedeem (plaatselijke zwelling van de huid)
lichenoï huidreactie (jeukende, rood-paarse huiduitslag)
de
Niet bekend
(frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
hepatospleen T-cellymfoom (een zeldzame bloedkanker die vaak dodelijk is)
Merkelcelcarcinoom (een type huidkanker)
Kaposi-sarcoom, een zeldzame vorm van kanker die verband houdt met infectie met humaan
herpesvirus 8. Kaposi-sarcoom is meestal zichtbaar in de vorm van paarse huidschade
leverfalen
verergeren van een aandoening die dermatomyositis wordt genoemd (waargenomen als
huiduitslag met spierzwakte)
gewichtstoename (bij de meeste patiënten was sprake van een kleine gewichtstoename)
Sommige bijwerkingen die waargenomen werden met Yuflyma hebben geen verschijnselen en
kunnen alleen waargenomen worden door middel van bloedonderzoek. Hieronder vallen:
Zeer vaak
(komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
verlaagd aantal witte bloedcellen
verlaagd aantal rode bloedcellen
verhoogde concentratie vetten in het bloed
verhoogde leverenzymen
Vaak
(komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
verhoogd aantal witte bloedcellen
verlaagd aantal bloedplaatjes
toegenomen hoeveelheid urinezuur in het bloed
abnormale bloedwaarden voor natrium
lage bloedwaarden voor calcium
lage bloedwaarden voor fosfaat
hoge bloedsuiker
hoge bloedwaarden voor lactaatdehydrogenase
autoantilichamen aanwezig in het bloed
laag kaliumniveau in het bloed
Soms
(komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
verhoogde bilirubinemeting (leverbloedtest)
173
Zelden
(kan voorkomen bij maximaal 1 van de 1.000 mensen)
verlaagd aantal witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket/de
verpakking na EXP.
Bewaren in de koelkast (2 °C – 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Alternatieve bewaring:
Wanneer nodig (bijvoorbeeld als u op reis bent) mag een enkele voorgevulde pen met Yuflyma
bewaard worden bij kamertemperatuur (tot 25 °C) gedurende maximaal 30 dagen - zorg ervoor dat de
pen beschermd wordt tegen licht. Eenmaal uit de koelkast gehaald voor bewaring bij
kamertemperatuur,
moet de pen binnen 30 dagen gebruikt worden of worden afgevoerd,
ook als
deze in de koelkast wordt teruggelegd.
Schrijf de datum waarop de pen voor de eerste keer uit de koelkast wordt gehaald op en de datum
waarna de pen moet worden afgevoerd.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
arts of apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert, worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is adalimumab.
De andere stoffen in dit middel zijn azijnzuur, natriumacetaattrihydraat, glycine, polysorbaat 80 en
water voor injecties.
Hoe ziet de voorgevulde pen met Yuflyma eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen wordt geleverd als een steriele
oplossing van 40 mg adalimumab opgelost in 0,4 ml oplossing.
De Yuflyma voorgevulde pen is een wegwerp-injectiesysteem op basis van een naald voor eenmalig
gebruik met geautomatiseerde functies. Aan elke zijde van de pen is een venster zichtbaar, waardoor u
de Yuflyma-oplossing in de pen kunt zien.
174
De Yuflyma voorgevulde pen is beschikbaar in verpakkingen met daarin 1, 2, 4 of 6 voorgevulde
pennen. De verpakking met 1 voorgevulde pen wordt geleverd met 2 alcoholdoekjes (1 reserve). Voor
de verpakkingen met 2, 4 en 6 voorgevulde pennen is per voorgevulde pen 1 alcoholdoekje aanwezig.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de hendel gebracht.
Yuflyma kan verkrijgbaar zijn als voorgevulde spuit en/of voorgevulde pen.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1–3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
Fabrikant
Millmount Healthcare Ltd.
Blok 7
City North bedrijfscampus
Stamullen, Co. Meath K32 YD60
Ierland
Nuvisan GmbH
Wegenerstraße 13,
89231 Neu Ulm,
Duitsland
Nuvisan France SARL
2400, Route des Colles,
06410, Biot,
Frankrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Tél/Tel: + 32 1528 7418
България
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Teл.: +36 1 231 0493
Česká republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Danmark
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tlf: +36 1 231 0493
Deutschland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Lietuva
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Luxembourg/Luxemburg
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Magyarország
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Malta
Mint Health Ltd.
Tel: +356 2093 9800
Nederland
Celltrion Healthcare Netherlands B.V.
Tel: + 31 20 888 7300
175
Eesti
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
España
Kern Pharma, S.L.
Tel: +34 93 700 2525
Ελλάδα
ΒΙΑΝΕΞ Α.Ε.
Τηλ: +30 210 8009111 – 120
France
Celltrion Healthcare France SAS
Tél.: +33 (0)1 71 25 27 00
Norge
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tlf: +36 1 231 0493
Ö sterreich
Astro-Pharma GmbH
Tel: +43 1 97 99 860
Polska
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Portugal
PharmaKERN Portugal – Produtos Farmacêuticos,
Sociedade Unipessoal, Lda.
Tel: +351 214 200 290
România
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Slovenija
OPH Oktal Pharma d.o.o.
Tel.: +386 1 519 29 22
Slovenská republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Suomi/Finland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Puh/Tel: +36 1 231 0493
Sverige
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
United Kingdom (Northern Ireland)
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tel: +353 1 223 4026
Hrvatska
Oktal Pharma d.o.o.
Tel: +385 1 6595 777
Ireland
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tel: +353 1 223 4026
Ísland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Sí +36 1 231 0493
mi:
Italia
Celltrion Healthcare Italy S.r.l.
Tel: +39 0247927040
Κύπρος
C.A. Papaellinas Ltd
Τηλ: +357 22741741
Latvija
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tālr.: +36 1 231 0493
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
7.
Gebruiksaanwijzing
In de volgende instructies wordt uitgelegd hoe u uzelf een onderhuidse (subcutane) injectie met
Yuflyma kunt geven met de voorgevulde pen. Lees de instructies nauwkeurig door en volg ze
stap voor stap op.
176
U wordt door uw arts, verpleegkundige of apotheker geï
nstrueerd over de techniek om uzelf te
injecteren.
Probeer niet
uzelf te injecteren voordat u zeker weet hoe u de injectie moet voorbereiden en
geven.
Na een goede training kan de injectie door uzelf of door een andere persoon worden toegediend,
bijvoorbeeld door een familielid of een vriend(in).
Dien slechts één injectie toe met elke voorgevulde pen.
177
Voorgevulde pen met Yuflyma
Naalddop
Naaldbeschermer
Geneesmiddel
Venster
Zuiger
Spuit
Vóór
gebruik
Figuur A
Gebruik de voorgevulde pen niet als:
de pen gebarsten of beschadigd is;
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Na gebruik
Verwijder de dop niet totdat u klaar bent om te injecteren. Bewaar Yuflyma buiten bereik van
kinderen.
1.
a.
b.
c.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een
goedverlichte ruimte.
Haal 1 voorgevulde pen uit de verpakking in de koelkast.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
Voorgevulde pen
1 alcoholdoekje
Niet in de verpakking meegeleverd:
Watten of gaas
Pleister
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
178
2.
a.
b.
c.
Inspecteer de voorgevulde pen
Controleer of u het juiste geneesmiddel (Yuflyma) en
de juiste dosis heeft.
Controleer of de voorgevulde pen niet gebarsten of
beschadigd is.
Controleer de vervaldatum op het etiket van de
voorgevulde pen.
EXP:
MAAND JAAR
Gebruik de voorgevulde pen
niet
als:
deze gebarsten of beschadigd is.
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Figuur B
3.
a.
Inspecteer het geneesmiddel.
Kijk door het venster en controleer of de vloeistof
helder is, kleurloos tot lichtbruin van kleur en of er
geen deeltjes in zitten.
Gebruik de voorgevulde pen
niet
als de vloeistof
verkleurd (geel of donkerbruin) is, troebel is of
deeltjes bevat.
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig zijn. Dit
is normaal.
Figuur C
4.
Wacht 15 tot 30 minuten
Laat de voorgevulde pen gedurende 15 tot 30
minuten in kamertemperatuur liggen zodat deze kan
opwarmen.
Warm de voorgevulde pen
niet
op met behulp van
hittebronnen zoals heet water of een magnetron.
15 – 30
minuten
a.
Figuur D
179
5.
a.
Kies een geschikte injectieplaats
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
de voorkant van uw bovenbenen
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN
als u een zorgverlener bent).
Injecteer
niet
in de huid binnen 5 cm afstand van
de navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of
pijnlijk is, beschadigd is, blauwe plekken
vertoont of littekens bevat.
Als u psoriasis heeft, injecteer dan niet
rechtstreeks in verhoogde, dikke, rode of
schilferige huidplekjes of beschadigingen van de
huid.
Injecteer
niet
door kleding heen.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats.
Elke nieuwe injectieplaats dient op ten minste
3 cm afstand te zijn van de eerder gebruikte
injectieplaats.
Was uw handen
Was uw handen met zeep en water en droog ze
grondig af.
ALLEEN zorgverlener
Zelfinjectie en
zorgverlener
b.
Figuur E
6.
a.
Figuur F
180
7.
a.
b.
Reinig de injectieplaats
Reinig de injectieplaats met een alcoholdoekje in
een draaiende beweging
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
Blaas
niet
op de injectieplaats en raak deze niet
meer aan totdat u de injectie geeft.
Figuur G
8.
a.
Verwijder de dop
Houd de voorgevulde pen met één hand vast bij
de body van de injector met de dop aan de
bovenkant. Trek voorzichtig de dop rechtstandig
los met de andere hand.
Verwijder de dop
niet
totdat u klaar bent om te
injecteren.
Raak de naald of de naaldbeschermer
niet
aan.
Als u dit doet, kunt u letsel oplopen door een
naaldprik.
Plaats de dop
niet
terug op de voorgevulde pen.
Gooi de dop direct weg in de afvoercontainer
voor scherpe voorwerpen.
Naaldbeschermer
Figuur H
181
9.
a.
b.
Plaats de voorgevulde pen op de injectieplaats.
Houd de voorgevulde pen zo vast dat u het venster
kunt zien.
Plaats de voorgevulde pen, zonder in de huid te
knijpen of deze uit te rekken, in een hoek van 90
graden op de injectieplaats.
OF
Figuur I
10.
a.
Geef de injectie
Druk de voorgevulde pen
stevig
tegen de huid.
Wanneer de injectie begint, hoort u een eerste luid
'klik'-geluid en de blauwe zuiger begint het venster
te vullen.
Blijf de voorgevulde pen stevig tegen de huid aan
drukken en wacht op het tweede luide 'klik'-geluid.
Blijf de voorgevulde pen, nadat u de tweede luide
'klik' heeft gehoord, stevig tegen de huid drukken en
tel langzaam tot vijf om er zeker van te zijn dat u de
gehele dosis injecteert.
Wijzig de positie van de voorgevulde pen
niet
nadat
de injectie is gestart.
1
ste
klik
b.
c.
2
de
klik
*Tel dan langzaam tot
vijf.
Figuur J
182
11.
Verwijder de voorgevulde pen van de
injectieplaats en verzorg de injectieplaats
Kijk naar de voorgevulde pen en controleer of de
blauwe zuiger met de grijze punt het venster
volledig vult.
Trek de voorgevulde pen weg van de huid.
Nadat de voorgevulde pen van de injectieplaats is
weggehaald, wordt de naald automatisch bedekt.
Plaats de dop
niet
terug op de pen.
Als het venster niet helemaal blauw is geworden of
als het geneesmiddel nog wordt geï
njecteerd,
betekent dit dat u geen volledige dosis heeft
ontvangen. Neem onmiddellijk contact op met uw
zorgverlener.
Behandel de injectieplaats door erop te drukken, niet
te wrijven, met een katoenen watje of gaasje en plak
indien nodig een pleister. Er kan een kleine bloeding
optreden.
Gebruik de voorgevulde pen
niet
opnieuw.
Wrijf
niet
over de injectieplaats.
12.
a.
Gooi de voorgevulde pen weg
Gooi de gebruikte voorgevulde pen weg in de
speciaal daarvoor bestemde container, zoals uw
arts, verpleegkundige of apotheker u heeft
geï
nstrueerd.
a.
b.
Figuur K
c.
Naaldbescher
mer
Figuur L
b.
Het alcoholdoekje en de verpakking mogen bij
het huishoudelijk afval.
Bewaar de voorgevulde pen en de speciale
container voor scherpe voorwerpen buiten het
zicht en bereik van kinderen.
Figuur M
183
Bijsluiter: informatie voor de patiënt
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
adalimumab
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke
informatie in voor u.
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
Uw arts zal u ook een
patiëntenkaart
geven; deze bevat belangrijke veiligheidsinformatie waar
u zich bewust van moet zijn voordat u Yuflyma gaat gebruiken en tijdens de behandeling met
Yuflyma. Houd deze
patiëntenkaart
bij u tijdens de behandeling en gedurende 4 maanden na
uw laatste injectie met Yuflyma.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
7.
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Yuflyma bevat het actieve bestanddeel adalimumab, een medicijn dat effect heeft op het
immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) van het lichaam.
Yuflyma is bedoeld voor behandeling van de volgende ontstekingsziektes:
Reumatoï artritis
de
Plaque psoriasis
Hidradenitis suppurativa
Ziekte van Crohn
Colitis ulcerosa
Niet-infectieuze uveï
tis
De werkzame stof in Yuflyma, adalimumab, is een humaan monoklonaal antilichaam. Monoklonale
antilichamen zijn eiwitten die zich hechten aan een specifiek doel in het lichaam.
Het doel van adalimumab is een eiwit dat tumornecrosefactor (TNFα) wordt genoemd, dat betrokken
is bij het immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) en in toegenomen hoeveelheid aanwezig is in
de ontstekingsziektes hierboven. Door te hechten aan TNFα vermindert Yuflyma het
ontstekingsproces in deze aandoeningen.
Reumatoï artritis
de
Reumatoï artritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten.
de
184
Yuflyma wordt gebruikt om gemiddelde tot ernstige reumatoï artritis bij volwassenen te behandelen.
de
Het is mogelijk dat u eerst andere ziektemodificerende geneesmiddelen krijgt, zoals methotrexaat. Als
u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma krijgen.
Yuflyma kan ook worden gebruikt om ernstige, actieve en progressieve reumatoï artritis te
de
behandelen zonder eerdere methotrexaatbehandeling.
Yuflyma kan de schade aan de gewrichten door de ontstekingsziekte vertragen en ervoor zorgen dat de
gewrichten vrijer kunnen bewegen.
Uw arts beslist of Yuflyma moet worden gebruikt in combinatie met methotrexaat of los.
Plaque psoriasis
Plaque psoriasis is een huidaandoening die rode, schilferige, korstige plekken op de huid veroorzaakt
die zijn bedekt met zilverige schubben. Plaque psoriasis kan ook van invloed zijn op de nagels,
waardoor ze verbrokkelen, dikker worden en loslaten van het nagelbed, wat pijnlijk kan zijn.
Yuflyma wordt gebruikt om gemiddelde tot ernstige chronische plaque psoriasis bij volwassenen.
Hidradenitis suppurativa
Hidradenitis suppurativa (soms acne inversa genoemd) is een chronische en vaak pijnlijke
inflammatoire huidaandoening. Klachten kunnen zijn zachte nodules (bobbels) en abcessen (blaren)
waar pus uit kan komen. Het beï
nvloedt meestal specifieke delen van de huid, zoals onder de borsten,
de oksels, binnenkant van de dijen, het kruis en de billen. Op de aangedane delen kunnen tevens
littekens optreden.
Yuflyma wordt gebruikt om
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij volwassenen en
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij jongeren van 12 tot 17 jaar te behandelen.
Yuflyma kan helpen het aantal nodules en abcessen veroorzaakt door de ziekte te verminderen en de
pijn die meestal bij de ziekte hoort. U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed
genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Ziekte van Crohn
De ziekte van Crohn is een ontstekingsziekte van het verteringsstelsel. Yuflyma wordt gebruikt om
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij volwassenen en
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar te
behandelen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
Colitis ulcerosa
Colitis ulcerosa is een ontstekingsziekte van de dikke darm.
Yuflyma wordt gebruikt voor het behandelen van
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij volwassenen en
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar.
Het is mogelijk dat u eerst andere geneesmiddelen krijgt. Als u niet goed genoeg reageert op deze
medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
185
Niet-infectieuze uveï
tis
Niet-infectieuze uveï is een ontstekingsziekte die van invloed is op bepaalde delen van het oog.
tis
Yuflyma wordt gebruikt om
volwassenen met niet-infectieuze uveï te behandelen met ontsteking die de achterkant van het
tis
oog beï
nvloedt
kinderen met chronische niet-infectieuze uveï vanaf 2 jaar oud met ontsteking die de voorkant
tis
van het oog beï
nvloedt.
Deze ontsteking kan leiden tot verminderd zicht en/of de aanwezigheid van floaters in het oog (zwarte
stipjes of kringellijntjes die zich door het zichtveld verplaatsen). Yuflyma werkt door deze ontsteking
te verminderen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch voor adalimumab of een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt
u vinden in rubriek 6.
U heeft een ernstige infectie, zoals actieve tuberculose (zie ook “Wanneer moet u extra
voorzichtig zijn met dit middel?”). Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt als u
verschijnselen van een infectie heeft, zoals koorts, wondjes, moeheid, gebitsproblemen.
U lijdt aan matig tot ernstig hartfalen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u
een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad (zie ook “Wanneer moet u extra voorzichtig
zijn met dit middel?”).
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt.
Allergische reacties
Als u allergische reacties met verschijnselen als benauwdheid, piepende ademhaling,
duizeligheid, zwelling of uitslag krijgt, injecteer dan geen Yuflyma meer, maar neem direct
contact op met uw arts aangezien, in zeldzame gevallen, deze reacties levensbedreigend kunnen
zijn.
Infecties
Als u een infectie heeft, zoals een langdurige of lokale infectie (bijvoorbeeld een open been),
neem dan altijd contact op met uw arts voor u start met het gebruik van Yuflyma. Neem bij twijfel
contact op met uw arts.
Door het gebruik van Yuflyma kunt u makkelijker infecties oplopen. Dit risico kan groter zijn
wanneer uw longfunctie verminderd is. Deze infecties kunnen ernstig zijn. Voorbeelden van
dergelijke infecties zijn:
tuberculose
infecties veroorzaakt door virussen, schimmels, parasieten of bacteriën
ernstige bloedvergiftiging (sepsis)
186
In zeldzame gevallen kunnen deze infecties levensbedreigend zijn. Het is daarom belangrijk om
het uw arts te vertellen wanneer u verschijnselen ervaart zoals koorts, wondjes, moeheid of
gebitsproblemen. Uw arts kan u zeggen dat u tijdelijk moet stoppen met het gebruik van
Yuflyma.
Vertel het uw arts wanneer u woont in of reist naar gebieden waar schimmelinfecties
(bijvoorbeeld histoplasmose, coccidioï
domycose of blastomycose) vaak voorkomen.
Vertel het uw arts wanneer u infecties heeft gehad die steeds terugkomen of andere
aandoeningen die het risico op infecties vergroten.
Als u ouder dan 65 jaar bent, kunt u vatbaarder zijn voor infecties terwijl u Yuflyma gebruikt. U
en uw arts moeten extra letten op verschijnselen van een infectie terwijl u met Yuflyma
behandeld wordt. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u tekenen van infectie krijgt
zoals koorts, wondjes, moeheid of gebitsproblemen.
Tuberculose
Het is zeer belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u ooit tuberculose heeft gehad of
wanneer u in nauw contact bent geweest met iemand die tuberculose heeft gehad. Bij actieve
tuberculose mag u Yuflyma niet gebruiken.
Omdat er gevallen van tuberculose zijn gemeld bij patiënten die met Yuflyma worden
behandeld, zal uw arts u op klachten en verschijnselen van tuberculose controleren
voordat u met Yuflyma start. Dit omvat een uitgebreide medische beoordeling inclusief
uw medische geschiedenis en de juiste controletests (bijvoorbeeld een röntgenfoto van de
borst en een tuberculinetest). De uitvoering en resultaten van deze tests moeten worden
geregistreerd op uw
patiëntenkaart.
Tuberculose kan zich ontwikkelen tijdens de behandeling met Yuflyma, zelfs wanneer u
behandeld bent om tuberculose te voorkomen.
Als zich verschijnselen van tuberculose (bijvoorbeeld een hoest die niet verdwijnt,
gewichtsverlies, lusteloosheid, lichte koorts) of een andere infectie voordoen tijdens of na
de behandeling, moet u dit direct aan uw arts melden.
Hepatitis B
Vertel het uw arts als u drager bent van het hepatitis B-virus (HBV), als u een actieve HBV-
infectie heeft of als u denkt dat u risico loopt op HBV.
Uw arts moet u testen op HBV. Bij mensen die HBV dragen, kan Yuflyma het virus
opnieuw activeren.
In enkele zeldzame gevallen, vooral wanneer u andere medicijnen gebruikt die het
immuunsysteem onderdrukken, kan heractivering van HBV levensbedreigend zijn.
Chirurgie of gebitsbehandeling
Als u binnenkort chirurgie ondergaat of een gebitsbehandeling, informeert u de arts dat u
Yuflyma gebruikt. Uw arts kan adviseren tijdelijk te stoppen met Yuflyma.
Demyeliniserende ziekte
Als u een demyeliniserende ziekte heeft of ontwikkelt (een ziekte die van invloed is op de
isolerende laag rond de zenuwen, zoals multipele sclerose), zal uw arts beslissen of u Yuflyma
mag (blijven) ontvangen. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als u verschijnselen krijgt
zoals veranderingen in uw zicht, zwakte in uw armen of benen of gevoelloosheid of tintelingen
in delen van uw lichaam.
187
Vaccinaties
Bepaalde vaccins kunnen infecties veroorzaken en mogen niet worden gegeven terwijl u
Yuflyma krijgt.
Bespreek het met uw arts voordat u vaccins krijgt.
Het wordt aanbevolen dat kinderen, indien mogelijk, alle geplande vaccins krijgen voor
hun leeftijd voordat ze de behandeling met Yuflyma starten.
Als u Yuflyma heeft ontvangen tijdens de zwangerschap, kan uw baby groter risico lopen
op het krijgen van een dergelijke infectie tot ongeveer vijf maanden na de laatste
Yuflyma-dosis die u tijdens de zwangerschap heeft ontvangen. Het is belangrijk dat u de
artsen en andere zorgmedewerkers van uw baby vertelt over uw gebruik van Yuflyma
tijdens de zwangerschap, zodat zij kunnen beslissen wanneer uw baby een vaccin kan
krijgen.
Hartfalen
Wanneer u mild hartfalen heeft en wordt behandeld met Yuflyma, moet de status van uw
hartfalen nauwlettend worden gevolgd door uw arts. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt
wanneer u een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad. Als u nieuwe verschijnselen van
hartfalen ontwikkelt of als bestaande verschijnselen verergeren (bijv. kortademigheid of
opzwellen van uw voeten), moet u direct contact opnemen met uw arts. Uw arts zal beslissen of
u Yuflyma mag gebruiken.
Koorts, blauwe plekken, bloedingen of bleekheid
Bij sommige patiënten kan het gebeuren dat het lichaam onvoldoende bloedcellen aanmaakt die
het lichaam helpen om infecties te bestrijden of helpen om een bloeding snel tot staan te
brengen. Als u merkt dat u koorts heeft die niet overgaat, u snel blauwe plekken krijgt of zeer
gemakkelijk bloedt en erg bleek ziet, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts. Uw arts
kan besluiten de therapie te stoppen.
Kanker
Er zijn zeer zeldzame gevallen gemeld van bepaalde vormen van kanker bij kinderen en
volwassen patiënten die Yuflyma of andere TNF-blokkers gebruiken.
Personen met ernstigere reumatoï artritis die de ziekte al langere tijd hebben kunnen
de
meer risico lopen dan gemiddeld op lymfoom (een kanker die het lymfesysteem
beï
nvloedt) en leukemie (een bepaalde soort kanker die het bloed en beenmerg
beï
nvloedt).
Als u Yuflyma gebruikt kan het risico toenemen dat u lymfoom, leukemie of andere
kankers krijgt. In zeldzame gevallen kan een ongebruikelijk en ernstig type lymfoom
ontstaan bij patiënten die Yuflyma gebruiken. Sommige van die patiënten werden ook
behandeld met azathioprine of 6-mercaptopurine.
Vertel het uw arts wanneer u azathioprine of 6-mercaptopurine gebruikt in combinatie
met Yuflyma.
Gevallen van niet-melanoom huidkanker zijn waargenomen bij patiënten die Yuflyma
gebruiken.
Als er nieuwe huidlaesies optreden tijdens of na de behandeling of wanneer bestaande
laesies veranderen van uiterlijk, vertel het uw arts.
Er zijn gevallen geweest van kanker, anders dan lymfomen, bij patiënten met een bepaald type
longaandoening die chronische obstructieve longziekte (COPD) heet en die werd behandeld met
een andere TNF-blokker. Als u lijdt aan COPD of als u veel rookt, moet u met uw arts
bespreken of behandeling met een TNF-blokker geschikt is voor u.
188
Auto-immuunziekte
In zeldzame gevallen kan behandeling met Yuflyma resulteren in een lupusachtig syndroom.
Neem contact op met uw arts wanneer zich verschijnselen voordoen als een aanhoudende
onverklaarbare uitslag, koorts, gewrichtspijn of vermoeidheid.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Vaccinaties: indien mogelijk moeten kinderen bij zijn met hun vaccinaties voordat ze Yuflyma
gebruiken.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Yuflyma nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of
apotheker. U mag Yuflyma niet gebruiken in combinatie met medicijnen die de volgende actieve
substanties bevatten vanwege een verhoogd risico op ernstige infectie:
anakinra
abatacept.
Yuflyma kan gelijktijdig gebruikt worden met:
methotrexaat
bepaalde ziektemodificerende antireumatische middelen (zoals sulfasalazine,
hydroxychloroquine, leflunomide en injecteerbare goudpreparaten)
steroï of pijnmedicatie inclusief niet-steroï
den
dale anti-inflammatoire medicijnen (NSAID’s).
Neem bij vragen contact op met uw arts.
Zwangerschap en borstvoeding
U moet het gebruik van een goed voorbehoedsmiddel overwegen om zwangerschap te
voorkomen en dit blijven gebruiken tot ten minste 5 maanden na de laatste Yuflyma-
behandeling.
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met
uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Yuflyma mag enkel worden gebruikt tijdens de zwangerschap als dat strikt noodzakelijk is.
Volgens een studie bij zwangere vrouwen was er geen hoger risico op geboorteafwijkingen bij
moeders die tijdens de zwangerschap Yuflyma hadden gebruikt in vergelijking met moeders
met dezelfde ziekte die geen Yuflyma hadden gebruikt.
Yuflyma kan worden gebruikt tijdens de borstvoeding.
Wanneer u tijdens uw zwangerschap Yuflyma gebruikt, kan uw baby een groter risico lopen op
infectie.
Het is belangrijk dat u de artsen en andere zorgverleners van uw baby vertelt over uw gebruik
van Yuflyma tijdens de zwangerschap voordat uw baby een vaccin krijgt toegediend. Voor meer
informatie over vaccinaties, zie de rubriek ‘Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit
middel?’.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Yuflyma kan een kleine invloed hebben op uw vermogen om een auto te besturen, te fietsen of
machines te gebruiken. Het voelt mogelijk of de ruimte draait en ook visuele verstoringen zijn
mogelijk na gebruik van Yuflyma.
189
YUFLYMA bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 0,8 ml, dat wil zeggen dat het in
wezen 'natriumvrij' is.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Yuflyma wordt onder de huid geï
njecteerd (subcutaan gebruik). Het is beschikbaar als 40 mg en 80 mg
in een voorgevulde spuit en/of een voorgevulde pen. Daarom kan Yuflyma niet worden gebruikt door
kinderen die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig hebben. Als een dergelijke dosis nodig
is, moeten andere medicijnen die adalimumab bevatten worden gebruikt.
Reumatoï artritis
de
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
40 mg eenmaal per twee weken
Opmerkingen
Bij reumatoï artritis wordt
de
methotrexaat voortgezet tijdens
gebruik van Yuflyma. Als uw
arts beslist dat methotrexaat niet
gepast is, kan Yuflyma los
worden gebruikt.
Als u reumatoï artritis heeft
de
en u geen methotrexaat krijgt
tijdens uw behandeling met
Yuflyma, kan uw arts beslissen
om eenmaal per week 40 mg
Yuflyma voor te schrijven of 80
mg eenmaal per twee weken.
Plaque psoriasis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 80 mg (één
injectie van 80 mg), gevolgd
door 40 mg eenmaal per twee
weken, beginnend een week na
de eerste dosis.
Opmerkingen
Als u onvoldoende heeft
gereageerd, kan uw arts de
dosering verhogen naar
40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee
weken.
190
Hidradenitis suppurativa
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Jongeren van 12 tot 17 jaar die
30 kg of meer wegen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 160 mg (twee
injecties van 80 mg op één dag
of als één injectie van 80 mg per
dag voor twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door een dosis
van 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later. Na nog eens twee weken
gaat u verder met een dosis van
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken,
zoals voorgeschreven door uw
arts.
Eerste dosis van 80 mg (één
injectie van 80 mg op één dag),
gevolgd door 40 mg eenmaal
per twee weken, beginnend een
week later.
Opmerkingen
Het wordt aanbevolen om
dagelijks een antiseptisch
middel te gebruiken op de
aangedane gebieden.
Als u onvoldoende heeft
gereageerd op Yuflyma 40 mg
eenmaal per twee weken, kan
uw arts de dosis verhogen naar
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen dat u de
aangedane gebieden dagelijks
desinfecteert.
Ziekte van Crohn
Leeftijd of lichaamsgewicht
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
Eerste dosis van 80 mg (één
volwassenen vanaf 6 jaar die 40 injectie van 80 mg op één dag),
kg of meer wegen
gevolgd door 40 mg twee
weken later.
Als een snellere respons nodig
is, kan de arts een eerste dosis
voorschrijven van 160 mg (twee
injecties van 80 mg op één dag
of als één injectie van 80 mg per
dag voor twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door 80 mg
(één injectie van 80 mg op één
dag) twee weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Opmerkingen
Uw arts kan de dosis verhogen
naar 40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee weken.
191
Colitis ulcerosa
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 160 mg (twee
injecties van 80 mg op één dag
of als één injectie van 80 mg per
dag voor twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door een dosis
van 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Eerste dosering van 80 mg (één
injectie van 80 mg op één dag),
gevolgd door 40 mg (één
injectie met 40 mg) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Eerste dosering van 160 mg
(twee injecties van 80 mg op
één dag of als één injectie van
80 mg per dag voor twee
opeenvolgende dagen), gevolgd
door 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 80 mg eenmaal per
twee weken.
Opmerkingen
Uw arts kan de dosis verhogen
naar 40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
jaar die minder dan 40 kg
wegen
U dient door te gaan met het
toedienen van Yuflyma in uw
gebruikelijke dosering, zelfs als
u 18 jaar bent geworden.
Kinderen en jongeren vanaf 6
jaar die meer dan 40 kg wegen
U dient door te gaan met het
toedienen van Yuflyma in uw
gebruikelijke dosering, zelfs als
u 18 jaar bent geworden.
Niet-infectieuze uveï
tis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 80 mg (één
injectie van 80 mg op één dag),
gevolgd door 40 mg eenmaal
per twee weken, beginnend een
week na de eerste dosis.
Opmerkingen
Corticosteroï of andere
den
medicijnen die het
immuunsysteem beï
nvloeden
kunnen worden voortgezet
tijdens gebruik van Yuflyma.
Yuflyma kan ook los gegeven
worden.
Uw arts kan een startdosering
van 80 mg voorschrijven om toe
te dienen een week voor de start
van de gebruikelijke dosis van
40 mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen Yuflyma
te gebruiken in combinatie met
methotrexaat.
Kinderen en jongeren vanaf 2
jaar die 30 kg of meer wegen
40 mg eenmaal per twee weken
192
Hoe en waar dient u Yuflyma toe?
Yuflyma wordt toegediend via injectie onder de huid (door subcutane injectie).
Gedetailleerde instructies over hoe u Yuflyma moet injecteren vindt u in rubriek 7
“Gebruiksaanwijzing”.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Wanneer u Yuflyma per ongeluk vaker heeft geï
njecteerd dan uw arts of apotheker u heeft
verteld, neem dan meteen contact op met uw arts of apotheker en vertel hem of haar dat u te veel
heeft gebruikt. Houd altijd de buitenverpakking van het geneesmiddel bij de hand, ook al is deze
leeg.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Wanneer u uzelf bent vergeten te injecteren, zult u de eerstvolgende injectie Yuflyma moeten nemen
zodra u het zich weer herinnert. De volgende injectie zult u moeten nemen op de dag dat u volgens uw
originele schema ook uw volgende injectie had moeten nemen.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
De beslissing om te stoppen met het gebruik van Yuflyma moet worden besproken met uw arts.
Uw verschijnselen kunnen terugkeren wanneer gestopt wordt.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken. De meeste bijwerkingen zijn mild tot gematigd. Sommige bijwerkingen kunnen
echter ernstig zijn en behandeling vereisen. Bijwerkingen kunnen optreden tot ten minste 4 maanden
na de laatste Yuflyma injectie.
Informeer uw arts meteen wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont
ernstige uitslag, netelroos of andere tekenen van een allergische reactie
opgezwollen gezicht, handen of voeten
ademhalingsproblemen en problemen bij het slikken
kortademigheid bij lichamelijke inspanning of na het gaan liggen, of het opzwellen van de
voeten
Informeer uw arts zo snel mogelijk wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont
tekenen van infectie zoals koorts, zich ziek voelen, wondjes, gebitsproblemen of brandend
gevoel bij urineren
verzwakt of moe voelen
hoesten
tintelingen
gevoelloosheid
dubbelzien
verzwakte armen of benen
een bult of open zweer die niet geneest
193
klachten en verschijnselen die zouden kunnen wijzen op een afwijkend bloedbeeld zoals
aanhoudende koorts, blauwe plekken, bloedingen en bleekheid
De hierboven beschreven verschijnselen kunnen aanwijzingen zijn voor de hieronder aangegeven
bijwerkingen die waargenomen zijn na behandeling met Yuflyma.
Zeer vaak
(komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
reacties op de injectieplaats (waaronder pijn, zwelling, roodheid of jeuk)
infecties van de ademhalingswegen (waaronder verkoudheid, loopneus, ontsteking van de
neusbijholten, longontsteking)
hoofdpijn
buikpijn
misselijkheid en braken
huiduitslag
pijn in de spieren, gewrichtsbanden, pezen en botten
Vaak
(komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
ernstige infecties (waaronder bloedvergiftiging en influenza)
darminfecties (waaronder gastro-enteritis)
huidinfecties (waaronder cellulitis en gordelroos)
oorontstekingen
mondinfecties (waaronder gebitsinfecties en koortslip)
genitale infecties
urineweginfectie
schimmelinfecties
gewrichtsinfecties
goedaardige gezwellen
huidkanker
allergische reacties (waaronder hooikoorts)
uitdroging
stemmingswisselingen (waaronder depressie)
angst
moeite hebben met slapen
gevoelsstoornissen zoals tintelingen, prikkelingen of verdoofdheid
migraine
zenuwwortelcompressie (waaronder lage rugpijn en pijn in de benen)
gezichtsstoornissen
oogontsteking
ontsteking van het ooglid en zwelling van het oog
draaiduizeligheid met stoornis in het evenwicht (vertigo)
gevoel van snelle hartslag
hoge bloeddruk
blozen
hematoom (bloeduitstorting)
hoesten
astma
kortademigheid
maag-darmbloeding
dyspepsie (spijsverteringsmoeilijkheden, opgeblazen gevoel, brandend maagzuur)
oprispingen
siccasyndroom (waaronder droge ogen en droge mond)
jeuk
jeukende huiduitslag
blauwe plekken
ontsteking van de huid (zoals eczeem)
194
breken van vingernagels en teennagels
overmatig zweten
haaruitval
opnieuw voorkomen of verslechteren van psoriasis
spierspasmen
bloed in de urine
nierfunctiestoornissen
pijn op de borst
zwelling (oedeem)
koorts
vermindering van het aantal bloedplaatjes wat het risico op bloedingen of blauwe plekken
vergroot
vertraagd herstel
Soms
(komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
opportunistische infecties (waaronder tuberculose en andere infecties die zich voordoen bij een
lagere weerstand tegen ziektes)
infecties van het zenuwstelsel (waaronder virale meningitis),
ooginfecties
bacteriële infecties,
diverticulitis (ontsteking en infectie van de dikke darm)
kanker
kanker van het lymfesysteem
melanoom
aandoeningen aan het afweersysteem die de longen, huid en lymfeknopen kunnen beï
nvloeden
(meestal uit zich dit als een ontstekingsziekte, ook wel sarcoï
dose genoemd)
vasculitis (ontsteking van bloedvaten)
trillen of beven
neuropathie (zenuwaandoening)
beroerte
gehoorverlies, oorsuizen
gevoel van onregelmatige hartslag zoals het overslaan van een hartslag
hartproblemen die kortademigheid of gezwollen enkels kunnen veroorzaken
hartaanval
een uitstulping in de wand van een belangrijke slagader, ontsteking en dichtslibben van een
ader, blokkade van een bloedvat
longziekten die kortademigheid veroorzaken (waaronder ontsteking)
longembolie (afsluiting van een longslagader)
pleurale effusie (abnormale vochtophoping tussen de borstvliezen)
ontsteking van de alvleesklier wat een hevige pijn in de buik en rug veroorzaakt
moeilijkheden met slikken
zwelling van het gezicht
galblaasontsteking, galstenen
leververvetting
nachtzweten
litteken
abnormale afbraak van spieren
systemische lupus erythematodes (met ontstekingen van huid, hart, longen, gewrichten en
andere orgaansystemen)
onderbrekingen van de slaap
impotentie
ontstekingen
Zelden
(komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
leukemie (kanker die het bloed en beenmerg aantast)
195
ernstige allergische reactie met shock
multipele sclerose
zenuwstoornissen (zoals oogzenuwontsteking en Guillain-Barré-syndroom dat spierzwakte,
abnormaal gevoel, tintelingen in de armen en het bovenlichaam kan veroorzaken
hartstilstand
longfibrose (vorming van littekenweefsel in de long)
darmperforatie (gat in de darm)
hepatitis
reactivatie van hepatitis B
auto-immuun hepatitis (ontsteking van de lever die wordt veroorzaakt door het eigen
immuunsysteem van het lichaam)
cutane vasculitis (ontsteking van bloedvaten in de huid)
Stevens-Johnson-syndroom (vroege verschijnselen zijn onder andere algeheel ongemak, koorts,
hoofdpijn en huiduitslag)
zwelling van het gezicht gecombineerd met allergische reacties
erythema multiforme (ontstoken huiduitslag)
lupus-achtig syndroom
angio-oedeem (plaatselijke zwelling van de huid)
lichenoï huidreactie (jeukende, rood-paarse huiduitslag)
de
Niet bekend
(frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
hepatospleen T-cellymfoom (een zeldzame bloedkanker die vaak dodelijk is)
Merkelcelcarcinoom (een type huidkanker)
Kaposi-sarcoom, een zeldzame vorm van kanker die verband houdt met infectie met humaan
herpesvirus 8. Kaposi-sarcoom is meestal zichtbaar in de vorm van paarse huidschade
leverfalen
verergeren van een aandoening die dermatomyositis wordt genoemd (waargenomen als
huiduitslag met spierzwakte)
gewichtstoename (bij de meeste patiënten was sprake van een kleine gewichtstoename)
Sommige bijwerkingen die waargenomen werden met Yuflyma hebben geen verschijnselen en
kunnen alleen waargenomen worden door middel van bloedonderzoek. Hieronder vallen:
Zeer vaak
(komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
verlaagd aantal witte bloedcellen
verlaagd aantal rode bloedcellen
verhoogde concentratie vetten in het bloed
verhoogde leverenzymen
Vaak
(komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
verhoogd aantal witte bloedcellen
verlaagd aantal bloedplaatjes
toegenomen hoeveelheid urinezuur in het bloed
abnormale bloedwaarden voor natrium
lage bloedwaarden voor calcium
lage bloedwaarden voor fosfaat
hoge bloedsuiker
hoge bloedwaarden voor lactaatdehydrogenase
autoantilichamen aanwezig in het bloed
laag kaliumniveau in het bloed
Soms
(komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
verhoogde bilirubinemeting (leverbloedtest)
196
Zelden
(komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
verlaagd aantal witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket/de
verpakking na EXP.
Bewaren in de koelkast (2 °C – 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit met naaldhuls in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Alternatieve bewaring:
Wanneer nodig (bijvoorbeeld als u op reis bent) mag een enkele voorgevulde spuit met naaldhuls met
Yuflyma bewaard worden bij kamertemperatuur (tot 25 °C) gedurende maximaal 30 dagen - zorg
ervoor dat de spuit beschermd wordt tegen licht. Eenmaal uit de koelkast gehaald voor bewaring bij
kamertemperatuur,
moet de spuit binnen 30 dagen gebruikt worden of worden afgevoerd,
ook als
deze in de koelkast wordt teruggelegd.
Schrijf de datum waarop de spuit voor de eerste keer uit de koelkast wordt gehaald op en de
datum waarna de spuit moet worden afgevoerd.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
arts of apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert, worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is adalimumab.
De andere stoffen in dit middel zijn azijnzuur, natriumacetaattrihydraat, glycine, polysorbaat 80 en
water voor injecties.
Hoe ziet de voorgevulde spuit met naaldhuls met Yuflyma eruit en hoeveel zit er in een
verpakking?
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls wordt geleverd als een
steriele oplossing van 80 mg adalimumab opgelost in 0,8 ml oplossing.
De Yuflyma voorgevulde spuit is een glazen injectiespuit met een oplossing van adalimumab. De
verpakking met 1 voorgevulde spuit wordt geleverd met 2 alcoholdoekjes (1 reserve).
197
De Yuflyma voorgevulde spuit is een glazen spuit met naaldhuls die een oplossing van adalimumab
bevat. De verpakking met 1 voorgevulde spuit met naaldhuls wordt geleverd met 2 alcoholdoekjes (1
reserve).
Yuflyma kan verkrijgbaar zijn als voorgevulde spuit en/of voorgevulde pen.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1–3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
Fabrikant
Millmount Healthcare Ltd.
Blok 7
City North bedrijfscampus
Stamullen, Co. Meath K32 YD60
Ierland
Nuvisan GmbH
Wegenerstraße 13,
89231 Neu Ulm,
Duitsland
Nuvisan France SARL
2400, Route des Colles,
06410, Biot,
Frankrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Tél/Tel: + 32 1528 7418
България
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Teл.: +36 1 231 0493
Česká republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Danmark
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tlf: +36 1 231 0493
Deutschland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Lietuva
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Luxembourg/Luxemburg
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Magyarország
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Malta
Mint Health Ltd.
Tel: +356 2093 9800
Nederland
Celltrion Healthcare Netherlands B.V.
Tel: + 31 20 888 7300
198
Eesti
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
España
Kern Pharma, S.L.
Tel: +34 93 700 2525
Ελλάδα
ΒΙΑΝΕΞ Α.Ε.
Τηλ: +30 210 8009111 – 120
France
Celltrion Healthcare France SAS
Tél.: +33 (0)1 71 25 27 00
Norge
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tlf: +36 1 231 0493
Ö sterreich
Astro-Pharma GmbH
Tel: +43 1 97 99 860
Polska
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Portugal
PharmaKERN Portugal – Produtos Farmacêuticos,
Sociedade Unipessoal, Lda.
Tel: +351 214 200 290
România
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Slovenija
OPH Oktal Pharma d.o.o.
Tel.: +386 1 519 29 22
Slovenská republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Suomi/Finland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Puh/Tel: +36 1 231 0493
Sverige
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
United Kingdom (Northern Ireland)
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tel: +353 1 223 4026
Hrvatska
Oktal Pharma d.o.o.
Tel: +385 1 6595 777
Ireland
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tel: +353 1 223 4026
Ísland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Sí +36 1 231 0493
mi:
Italia
Celltrion Healthcare Italy S.r.l.
Tel: +39 0247927040
Κύπρος
C.A. Papaellinas Ltd
Τηλ: +357 22741741
Latvija
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tālr.: +36 1 231 0493
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in.
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
7.
Gebruiksaanwijzing
In de volgende instructies wordt uitgelegd hoe u uzelf een onderhuidse (subcutane) injectie met
Yuflyma kunt geven met de voorgevulde spuit. Lees de instructies nauwkeurig door en volg ze
stap voor stap op.
199
U wordt door uw arts, verpleegkundige of apotheker geï
nstrueerd over de techniek om uzelf te
injecteren.
Probeer niet
uzelf te injecteren voordat u zeker weet hoe u de injectie moet voorbereiden en
geven.
Na een goede training kan de injectie door uzelf of door een andere persoon worden toegediend,
bijvoorbeeld door een familielid of een vriend(in).
Dien slechts één injectie toe met elke voorgevulde spuit.
200
Voorgevulde spuit met Yuflyma
Zuiger
Vingergr
eep
Spuit
Geneesmiddel
Naald
Naalddop
Vóór gebruik
Na gebruik
Figuur A
Gebruik de voorgevulde spuit niet als:
deze gebarsten of beschadigd is.
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Verwijder de naalddop pas vlak voor de injectie. Houd Yuflyma buiten het zicht en bereik van
kinderen.
1.
a.
b.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een goedverlichte
ruimte.
Haal 1 voorgevulde spuit uit de verpakking in uw koelkast.
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast wanneer u deze uit de verpakking haalt.
Raak de zuiger
niet
aan.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
Voorgevulde spuit
Alcoholdoekje
Niet in de verpakking meegeleverd:
Watten of gaas
Pleister
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
c.
201
2.
a.
b.
c.
EXP:
MAAND JAAR
Inspecteer de voorgevulde spuit
Controleer of u het juiste geneesmiddel (Yuflyma)
en de juiste dosis heeft.
Bekijk de voorgevulde spuit en controleer of deze
niet gebarsten of beschadigd is.
Controleer de uiterste gebruiksdatum op het etiket
van de voorgevulde spuit.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
als:
deze gebarsten of beschadigd is.
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Figuur B
3.
a.
Inspecteer het geneesmiddel
Bekijk het geneesmiddel en controleer of de
vloeistof helder en kleurloos tot lichtbruin is en of
er geen deeltjes zichtbaar zijn.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
als de vloeistof
verkleurd is (geel of donkerbruin), troebel is of
deeltjes bevat.
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig zijn.
Dit is normaal.
Figuur C
4.
15 – 30
minuten
a.
Wacht 15 tot 30 minuten
Laat de voorgevulde spuit 15 tot 30 minuten
op kamertemperatuur komen.
Verwarm
de voorgevulde spuit
niet
met een
warmtebron zoals heet water of een
magnetron.
Figuur D
202
5.
a.
Kies een geschikte injectieplaats
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
de voorkant van uw bovenbenen
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN
als u een zorgverlener bent).
Injecteer
niet
in de huid binnen 5 cm afstand van
de navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of
pijnlijk is, beschadigd is, blauwe plekken
vertoont of littekens bevat.
Als u psoriasis heeft, injecteer dan
niet
rechtstreeks in verhoogde, dikke, rode of
schilferige huidplekjes of beschadigingen van de
huid.
Injecteer
niet
door kleding heen.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats.
Elke nieuwe injectieplaats dient op ten minste
3 cm afstand te zijn van de eerder gebruikte
injectieplaats.
6.
a.
Was uw handen
Was uw handen met zeep en water en
droog ze grondig af.
ALLEEN zorgverlener
Zelfinjectie en
zorgverlener
b.
Figuur E
Figuur F
7.
a.
b.
Reinig de injectieplaats
Reinig de injectieplaats met een
alcoholdoekje in een draaiende beweging.
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
Blaas
niet
op de injectieplaats en raak deze
niet meer aan totdat u de injectie geeft.
Figuur G
203
8.
a.
Verwijder de dop
Verwijder de dop door de voorgevulde
spuit met één hand vast te houden. Trek
voorzichtig de dop rechtstandig los met
de andere hand.
Verwijder de dop
niet
totdat u klaar bent
om te injecteren.
Raak de naald
niet
aan. Als u dit doet,
kunt u letsel oplopen door een naaldprik.
Plaats de dop
niet
terug op de
voorgevulde spuit. Gooi de dop direct
weg in de afvoercontainer voor scherpe
voorwerpen.
Figuur H
9.
a.
Steek de voorgevulde spuit in de injectieplaats
Knijp zachtjes met één hand in de huid op de
injectieplaats zodat deze omhoog komt.
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast en
breng de naald volledig in de huidplooi onder een
hoek van 45 graden met een snelle, korte
beweging.
b.
OF
Figuur I
204
10.
a.
b.
Geef de injectie
Als de naald in de huid zit, laat u de
huidplooi los.
Duw de zuiger langzaam helemaal naar
beneden totdat alle vloeistof is geï
njecteerd
en de spuit leeg is.
Verander de positie van de voorgevulde
spuit
niet
meer nadat de injectie is gestart.
Figuur J
11.
Verwijder de voorgevulde spuit van de
injectieplaats en behandel de
injectieplaats
Als de voorgevulde spuit leeg is, haalt u de
voorgevulde spuit uit de huid onder dezelfde
hoek als bij het inbrengen.
Behandel de injectieplaats door voorzichtig
te drukken (niet wrijven) met een watje of
gaasje en plak er zo nodig een pleister op. Er
kan een kleine bloeding optreden.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
opnieuw.
Raak de naald
niet
aan en breng de naalddop
niet
opnieuw aan.
Wrijf
niet
over de injectieplaats.
Gooi de voorgevulde spuit weg
Plaats de dop
niet
terug op de voorgevulde
spuit.
Gooi de gebruikte, voorgevulde spuit weg in
een speciale afvoercontainer voor scherpe
voorwerpen volgens de instructie van uw
arts, verpleegkundige of apotheker.
Het alcoholdoekje en de verpakking mogen
bij het huishoudelijk afval.
Houd de voorgevulde spuit en de speciale
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen
altijd buiten het zicht en bereik van
kinderen.
a.
b.
Figuur K
12.
a.
b.
Figuur L
205
Voorgevulde spuit met Yuflyma met naaldhuls
Zuiger
Vingergre
ep
Kijkvenster
Geneesmiddel
Naaldhuls
Naald
Naald
Naalddop
Vóór gebruik
Na gebruik
Figuur A
Gebruik de voorgevulde spuit niet als:
deze gebarsten of beschadigd is.
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Verwijder de naalddop pas vlak voor de injectie. Houd Yuflyma buiten het zicht en bereik van
kinderen.
1.
a.
b.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een goedverlichte
ruimte.
Haal 1 voorgevulde spuit uit de verpakking in uw koelkast.
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast wanneer u deze uit de verpakking haalt.
Raak de zuiger niet aan.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
Voorgevulde spuit
Alcoholdoekje
Niet in de verpakking meegeleverd:
Watten of gaas
Pleister
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
c.
206
2.
a.
b.
c.
Inspecteer de voorgevulde spuit
Controleer of u het juiste geneesmiddel
(Yuflyma) en de juiste dosis heeft.
Bekijk de voorgevulde spuit en controleer
of deze niet gebarsten of beschadigd is.
Controleer de uiterste gebruiksdatum op het
etiket van de voorgevulde spuit.
EXP:
MAAND JAAR
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
als:
deze gebarsten of beschadigd is.
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken
is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Figuur B
3.
a.
Inspecteer het geneesmiddel
Bekijk het geneesmiddel en controleer of de
vloeistof helder en kleurloos tot lichtbruin is
en of er geen deeltjes zichtbaar zijn.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
als de
vloeistof verkleurd is (geel of donkerbruin),
troebel is of deeltjes bevat.
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig
zijn. Dit is normaal.
Figuur C
4.
15 – 30
minuten
a.
Wacht 15 tot 30 minuten
Laat de voorgevulde spuit 15 tot 30 minuten op
kamertemperatuur komen.
Verwarm
de voorgevulde spuit
niet
met een
warmtebron zoals heet water of een magnetron.
Figuur D
207
5.
a.
Kies een geschikte injectieplaats
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
de voorkant van uw bovenbenen
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN als
u een zorgverlener bent).
Injecteer
niet
in de huid binnen 5 cm afstand van de
navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of pijnlijk
is, beschadigd is, blauwe plekken vertoont of
littekens bevat.
Als u psoriasis heeft, injecteer dan
niet
rechtstreeks
in verhoogde, dikke, rode of schilferige huidplekjes
of beschadigingen van de huid.
Injecteer
niet
door kleding heen.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats.
Elke nieuwe injectieplaats dient op ten minste 3 cm
afstand te zijn van de eerder gebruikte injectieplaats.
6.
a.
Was uw handen
Was uw handen met zeep en water en
droog ze grondig af.
ALLEEN zorgverlener
Zelfinjectie en
zorgverlener
b.
Figuur E
Figuur F
7.
a.
b.
Reinig de injectieplaats
Reinig de injectieplaats met een
alcoholdoekje in een draaiende beweging.
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
Blaas
niet
op de injectieplaats en raak deze
niet meer aan totdat u de injectie geeft.
Figuur G
208
8.
a.
Verwijder de dop
Verwijder de dop door de voorgevulde spuit
met één hand vast te houden. Trek voorzichtig
de dop rechtstandig los met de andere hand.
Verwijder de dop
niet
totdat u klaar bent om te
injecteren.
Raak de naald
niet
aan. Als u dit doet, kunt u
letsel oplopen door een naaldprik.
Plaats de dop
niet
terug op de voorgevulde
spuit. Gooi de dop direct weg in de
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen.
Figuur H
9.
Steek de voorgevulde spuit in de
injectieplaats
Knijp zachtjes met één hand in de huid op
de injectieplaats zodat deze omhoog komt.
Houd de voorgevulde spuit in het midden
vast en breng de naald volledig in de
huidplooi onder een hoek van 45 graden met
een snelle, korte beweging.
a.
b.
OF
Figuur I
209
10.
a.
b.
Geef de injectie
Als de naald in de huid zit, laat u de huidplooi los.
Duw de zuiger langzaam helemaal naar beneden
totdat alle vloeistof is geï
njecteerd en de spuit leeg
is.
Verander de positie van de voorgevulde spuit
niet
meer nadat de injectie is gestart.
Figuur J
11.
Verwijder de voorgevulde spuit van de
injectieplaats en behandel de injectieplaats
Als de voorgevulde spuit leeg is, haalt u uw duim
langzaam van de zuiger totdat de naald volledig is
bedekt door de naaldhuls.
Behandel de injectieplaats door voorzichtig te
drukken (niet wrijven) met een watje of gaasje en
plak er zo nodig een pleister op. Er kan een kleine
bloeding optreden.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
opnieuw.
Wrijf
niet
over de injectieplaats.
a.
b.
Figuur K
12.
a.
Gooi de voorgevulde spuit weg
Gooi de gebruikte, voorgevulde spuit weg in een
speciale afvoercontainer voor scherpe voorwerpen
volgens de instructie van uw arts, verpleegkundige
of apotheker.
Het alcoholdoekje en de verpakking mogen bij het
huishoudelijk afval.
Houd de voorgevulde spuit en de speciale
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen altijd
buiten het zicht en bereik van kinderen.
b.
Figuur L
210
Bijsluiter: informatie voor de patiënt
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
adalimumab
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke
informatie in voor u.
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
Uw arts zal u ook een
patiëntenkaart
geven; deze bevat belangrijke veiligheidsinformatie waar
u zich bewust van moet zijn voordat u Yuflyma gaat gebruiken en tijdens de behandeling met
Yuflyma. Houd deze
patiëntenkaart
bij u tijdens de behandeling en gedurende 4 maanden na
uw laatste injectie met Yuflyma.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
7.
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Yuflyma bevat het actieve bestanddeel adalimumab, een medicijn dat effect heeft op het
immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) van het lichaam.
Yuflyma is bedoeld voor behandeling van de volgende ontstekingsziektes:
Reumatoï artritis
de
Plaque psoriasis
Hidradenitis suppurativa
Ziekte van Crohn
Colitis ulcerosa
Niet-infectieuze uveï
tis
De werkzame stof in Yuflyma, adalimumab, is een humaan monoklonaal antilichaam. Monoklonale
antilichamen zijn eiwitten die zich hechten aan een specifiek doel in het lichaam.
Het doel van adalimumab is een eiwit dat tumornecrosefactor (TNFα) wordt genoemd, dat betrokken
is bij het immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) en in toegenomen hoeveelheid aanwezig is in
de ontstekingsziektes hierboven. Door te hechten aan TNFα vermindert Yuflyma het
ontstekingsproces in deze aandoeningen.
Reumatoï artritis
de
Reumatoï artritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten.
de
211
Yuflyma wordt gebruikt om gemiddelde tot ernstige reumatoï artritis bij volwassenen te behandelen.
de
Het is mogelijk dat u eerst andere ziektemodificerende geneesmiddelen krijgt, zoals methotrexaat. Als
u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma krijgen.
Yuflyma kan ook worden gebruikt om ernstige, actieve en progressieve reumatoï artritis te
de
behandelen zonder eerdere methotrexaatbehandeling.
Yuflyma kan de schade aan de gewrichten door de ontstekingsziekte vertragen en ervoor zorgen dat de
gewrichten vrijer kunnen bewegen.
Uw arts beslist of Yuflyma moet worden gebruikt in combinatie met methotrexaat of los.
Plaque psoriasis
Plaque psoriasis is een huidaandoening die rode, schilferige, korstige plekken op de huid veroorzaakt
die zijn bedekt met zilverige schubben. Plaque psoriasis kan ook van invloed zijn op de nagels,
waardoor ze verbrokkelen, dikker worden en loslaten van het nagelbed, wat pijnlijk kan zijn.
Yuflyma wordt gebruikt om gemiddelde tot ernstige chronische plaque psoriasis bij volwassenen.
Hidradenitis suppurativa
Hidradenitis suppurativa (soms acne inversa genoemd) is een chronische en vaak pijnlijke
inflammatoire huidaandoening. Klachten kunnen zijn zachte nodules (bobbels) en abcessen (blaren)
waar pus uit kan komen. Het beï
nvloedt meestal specifieke delen van de huid, zoals onder de borsten,
de oksels, binnenkant van de dijen, het kruis en de billen. Op de aangedane delen kunnen tevens
littekens optreden.
Yuflyma wordt gebruikt om
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij volwassenen en
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij jongeren van 12 tot 17 jaar te behandelen.
Yuflyma kan helpen het aantal nodules en abcessen veroorzaakt door de ziekte te verminderen en de
pijn die meestal bij de ziekte hoort. U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed
genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Ziekte van Crohn
De ziekte van Crohn is een ontstekingsziekte van het verteringsstelsel. Yuflyma wordt gebruikt om
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij volwassenen en
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar te
behandelen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
Colitis ulcerosa
Colitis ulcerosa is een ontstekingsziekte van de dikke darm.
Yuflyma wordt gebruikt voor het behandelen van
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij volwassenen en
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar.
Het is mogelijk dat u eerst andere geneesmiddelen krijgt. Als u niet goed genoeg reageert op deze
medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
212
Niet-infectieuze uveï
tis
Niet-infectieuze uveï is een ontstekingsziekte die van invloed is op bepaalde delen van het oog.
tis
Yuflyma wordt gebruikt om
volwassenen met niet-infectieuze uveï te behandelen met ontsteking die de achterkant van het
tis
oog beï
nvloedt
kinderen met chronische niet-infectieuze uveï vanaf 2 jaar oud met ontsteking die de voorkant
tis
van het oog beï
nvloedt.
Deze ontsteking kan leiden tot verminderd zicht en/of de aanwezigheid van floaters in het oog (zwarte
stipjes of kringellijntjes die zich door het zichtveld verplaatsen). Yuflyma werkt door deze ontsteking
te verminderen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch voor adalimumab of een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt
u vinden in rubriek 6.
U heeft een ernstige infectie, zoals actieve tuberculose (zie ook “Wanneer moet u extra
voorzichtig zijn met dit middel?”). Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt als u
verschijnselen van een infectie heeft, zoals koorts, wondjes, moeheid, gebitsproblemen.
U lijdt aan matig tot ernstig hartfalen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u
een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad (zie ook “Wanneer moet u extra voorzichtig
zijn met dit middel?”).
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt.
Allergische reacties
Als u allergische reacties met verschijnselen als benauwdheid, piepende ademhaling,
duizeligheid, zwelling of uitslag krijgt, injecteer dan geen Yuflyma meer, maar neem direct
contact op met uw arts aangezien, in zeldzame gevallen, deze reacties levensbedreigend kunnen
zijn.
Infecties
Als u een infectie heeft, zoals een langdurige of lokale infectie (bijvoorbeeld een open been),
neem dan altijd contact op met uw arts voor u start met het gebruik van Yuflyma. Neem bij twijfel
contact op met uw arts.
Door het gebruik van Yuflyma kunt u makkelijker infecties oplopen. Dit risico kan groter zijn
wanneer uw longfunctie verminderd is. Deze infecties kunnen ernstig zijn. Voorbeelden van
dergelijke infecties zijn:
tuberculose
infecties veroorzaakt door virussen, schimmels, parasieten of bacteriën
ernstige bloedvergiftiging (sepsis)
In zeldzame gevallen kunnen deze infecties levensbedreigend zijn. Het is daarom belangrijk om
het uw arts te vertellen wanneer u verschijnselen ervaart zoals koorts, wondjes, moeheid of
213
gebitsproblemen. Uw arts kan u zeggen dat u tijdelijk moet stoppen met het gebruik van
Yuflyma.
Vertel het uw arts wanneer u woont in of reist naar gebieden waar schimmelinfecties
(bijvoorbeeld histoplasmose, coccidioï
domycose of blastomycose) vaak voorkomen.
Vertel het uw arts wanneer u infecties heeft gehad die steeds terugkomen of andere
aandoeningen die het risico op infecties vergroten.
Als u ouder dan 65 jaar bent, kunt u vatbaarder zijn voor infecties terwijl u Yuflyma gebruikt. U
en uw arts moeten extra letten op verschijnselen van een infectie terwijl u met Yuflyma
behandeld wordt. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u tekenen van infectie krijgt
zoals koorts, wondjes, moeheid of gebitsproblemen.
Tuberculose
Het is zeer belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u ooit tuberculose heeft gehad of
wanneer u in nauw contact bent geweest met iemand die tuberculose heeft gehad. Bij actieve
tuberculose mag u Yuflyma niet gebruiken.
Omdat er gevallen van tuberculose zijn gemeld bij patiënten die met Yuflyma worden
behandeld, zal uw arts u op klachten en verschijnselen van tuberculose controleren
voordat u met Yuflyma start. Dit omvat een uitgebreide medische beoordeling inclusief
uw medische geschiedenis en de juiste controletests (bijvoorbeeld een röntgenfoto van de
borst en een tuberculinetest). De uitvoering en resultaten van deze tests moeten worden
geregistreerd op uw
patiëntenkaart.
Tuberculose kan zich ontwikkelen tijdens de behandeling met Yuflyma, zelfs wanneer u
behandeld bent om tuberculose te voorkomen.
Als zich verschijnselen van tuberculose (bijvoorbeeld een hoest die niet verdwijnt,
gewichtsverlies, lusteloosheid, lichte koorts) of een andere infectie voordoen tijdens of na
de behandeling moet u dit direct aan uw arts melden.
Hepatitis B
Vertel het uw arts als u drager bent van het hepatitis B-virus (HBV), als u een actieve HBV-
infectie heeft of als u denkt dat u risico loopt op HBV.
Uw arts moet u testen op HBV. Bij mensen die HBV dragen, kan Yuflyma het virus
opnieuw activeren.
In enkele zeldzame gevallen, vooral wanneer u andere medicijnen gebruikt die het
immuunsysteem onderdrukken, kan heractivering van HBV levensbedreigend zijn.
Chirurgie of gebitsbehandeling
Als u binnenkort chirurgie ondergaat of een gebitsbehandeling, informeert u de arts dat u
Yuflyma gebruikt. Uw arts kan adviseren tijdelijk te stoppen met Yuflyma.
Demyeliniserende ziekte
Als u een demyeliniserende ziekte heeft of ontwikkelt (een ziekte die van invloed is op de
isolerende laag rond de zenuwen, zoals multipele sclerose), zal uw arts beslissen of u Yuflyma
mag (blijven) ontvangen. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als u verschijnselen krijgt
zoals veranderingen in uw zicht, zwakte in uw armen of benen of gevoelloosheid of tintelingen
in delen van uw lichaam.
214
Vaccinaties
Bepaalde vaccins kunnen infecties veroorzaken en mogen niet worden gegeven terwijl u
Yuflyma krijgt.
Bespreek het met uw arts voordat u vaccins krijgt.
Het wordt aanbevolen dat kinderen, indien mogelijk, alle geplande vaccins krijgen voor
hun leeftijd voordat ze de behandeling met Yuflyma starten.
Als u Yuflyma heeft ontvangen tijdens de zwangerschap, kan uw baby groter risico lopen
op het krijgen van een dergelijke infectie tot ongeveer vijf maanden na de laatste
Yuflyma-dosis die u tijdens de zwangerschap heeft ontvangen. Het is belangrijk dat u de
artsen en andere zorgmedewerkers van uw baby vertelt over uw gebruik van Yuflyma
tijdens de zwangerschap, zodat zij kunnen beslissen wanneer uw baby een vaccin kan
krijgen.
Hartfalen
Wanneer u mild hartfalen heeft en wordt behandeld met Yuflyma, moet de status van uw
hartfalen nauwlettend worden gevolgd door uw arts. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt
wanneer u een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad. Als u nieuwe verschijnselen van
hartfalen ontwikkelt of als bestaande verschijnselen verergeren (bijv. kortademigheid of
opzwellen van uw voeten), moet u direct contact opnemen met uw arts. Uw arts zal beslissen of
u Yuflyma mag gebruiken.
Koorts, blauwe plekken, bloedingen of bleekheid
Bij sommige patiënten kan het gebeuren dat het lichaam onvoldoende bloedcellen aanmaakt die
het lichaam helpen om infecties te bestrijden of helpen om een bloeding snel tot staan te
brengen. Als u merkt dat u koorts heeft die niet overgaat, u snel blauwe plekken krijgt of zeer
gemakkelijk bloedt en erg bleek ziet, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts. Uw arts
kan besluiten de therapie te stoppen.
Kanker
Er zijn zeer zeldzame gevallen gemeld van bepaalde vormen van kanker bij kinderen en
volwassen patiënten die Yuflyma of andere TNF-blokkers gebruiken.
Personen met ernstigere reumatoï artritis die de ziekte al langere tijd hebben kunnen
de
meer risico lopen dan gemiddeld op lymfoom (een kanker die het lymfesysteem
beï
nvloedt) en leukemie (een bepaalde soort kanker die het bloed en beenmerg
beï
nvloedt).
Als u Yuflyma gebruikt kan het risico toenemen dat u lymfoom, leukemie of andere
kankers krijgt. In zeldzame gevallen kan een ongebruikelijk en ernstig type lymfoom
ontstaan bij patiënten die Yuflyma gebruiken. Sommige van die patiënten werden ook
behandeld met azathioprine of 6-mercaptopurine.
Vertel het uw arts wanneer u azathioprine of 6-mercaptopurine gebruikt in combinatie
met Yuflyma.
Gevallen van niet-melanoom huidkanker zijn waargenomen bij patiënten die Yuflyma
gebruiken.
Als er nieuwe huidlaesies optreden tijdens of na de behandeling of wanneer bestaande
laesies veranderen van uiterlijk, vertel het uw arts.
Er zijn gevallen geweest van kanker, anders dan lymfomen, bij patiënten met een bepaald type
longaandoening die chronische obstructieve longziekte (COPD) heet en die werd behandeld met
een andere TNF-blokker. Als u lijdt aan COPD of als u veel rookt, moet u met uw arts
bespreken of behandeling met een TNF-blokker geschikt is voor u.
215
Auto-immuunziekte
In zeldzame gevallen kan behandeling met Yuflyma resulteren in een lupusachtig syndroom.
Neem contact op met uw arts wanneer zich verschijnselen voordoen als een aanhoudende
onverklaarbare uitslag, koorts, gewrichtspijn of vermoeidheid.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Vaccinaties: indien mogelijk moeten kinderen bij zijn met hun vaccinaties voordat ze Yuflyma
gebruiken.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Yuflyma nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of
apotheker. U mag Yuflyma niet gebruiken in combinatie met medicijnen die de volgende actieve
substanties bevatten vanwege een verhoogd risico op ernstige infectie:
anakinra
abatacept.
Yuflyma kan gelijktijdig gebruikt worden met:
methotrexaat
bepaalde ziektemodificerende antireumatische middelen (zoals sulfasalazine,
hydroxychloroquine, leflunomide en injecteerbare goudpreparaten)
steroï of pijnmedicatie inclusief niet-steroï
den
dale anti-inflammatoire medicijnen (NSAID’s).
Neem bij vragen contact op met uw arts.
Zwangerschap en borstvoeding
U moet het gebruik van een goed voorbehoedsmiddel overwegen om zwangerschap te
voorkomen en dit blijven gebruiken tot ten minste 5 maanden na de laatste Yuflyma-
behandeling.
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met
uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Yuflyma mag enkel worden gebruikt tijdens de zwangerschap als dat strikt noodzakelijk is.
Volgens een studie bij zwangere vrouwen was er geen hoger risico op geboorteafwijkingen bij
moeders die tijdens de zwangerschap Yuflyma hadden gebruikt in vergelijking met moeders
met dezelfde ziekte die geen Yuflyma hadden gebruikt.
Yuflyma kan worden gebruikt tijdens de borstvoeding.
Wanneer u tijdens uw zwangerschap Yuflyma gebruikt, kan uw baby een groter risico lopen op
infectie.
Het is belangrijk dat u de artsen en andere zorgverleners van uw baby vertelt over uw gebruik
van Yuflyma tijdens de zwangerschap voordat uw baby een vaccin krijgt toegediend. Voor meer
informatie over vaccinaties, zie de rubriek ‘Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit
middel?’.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Yuflyma kan een kleine invloed hebben op uw vermogen om een auto te besturen, te fietsen of
machines te gebruiken. Het voelt mogelijk of de ruimte draait en ook visuele verstoringen zijn
mogelijk na gebruik van Yuflyma.
216
YUFLYMA bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 0,8 ml, dat wil zeggen dat het in
wezen 'natriumvrij' is.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Yuflyma wordt onder de huid geï
njecteerd (subcutaan gebruik). Het is beschikbaar als 40 mg en 80 mg
in een voorgevulde spuit en/of een voorgevulde pen. Daarom kan Yuflyma niet worden gebruikt door
kinderen die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig hebben. Als een dergelijke dosis nodig
is, moeten andere medicijnen die adalimumab bevatten worden gebruikt.
Reumatoï artritis
de
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
40 mg eenmaal per twee weken
Opmerkingen
Bij reumatoï artritis wordt
de
methotrexaat voortgezet tijdens
gebruik van Yuflyma. Als uw
arts beslist dat methotrexaat niet
gepast is, kan Yuflyma los
worden gebruikt.
Als u reumatoï artritis heeft
de
en u geen methotrexaat krijgt
tijdens uw behandeling met
Yuflyma, kan uw arts beslissen
om eenmaal per week 40 mg
Yuflyma voor te schrijven of 80
mg eenmaal per twee weken.
Plaque psoriasis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 80 mg (één
injectie van 80 mg), gevolgd
door 40 mg eenmaal per twee
weken, beginnend een week na
de eerste dosis.
Opmerkingen
Als u onvoldoende heeft
gereageerd, kan uw arts de
dosering verhogen naar
40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee
weken.
217
Hidradenitis suppurativa
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Jongeren van 12 tot 17 jaar die
30 kg of meer wegen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 160 mg (twee
injecties van 80 mg op één dag
of als één injectie van 80 mg per
dag voor twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door een dosis
van 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later. Na nog eens twee weken
gaat u verder met een dosis van
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken,
zoals voorgeschreven door uw
arts.
Eerste dosis van 80 mg (één
injectie van 80 mg op één dag),
gevolgd door 40 mg eenmaal
per twee weken, beginnend een
week later.
Opmerkingen
Het wordt aanbevolen om
dagelijks een antiseptisch
middel te gebruiken op de
aangedane gebieden.
Als u onvoldoende heeft
gereageerd op Yuflyma 40 mg
eenmaal per twee weken, kan
uw arts de dosis verhogen naar
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen dat u de
aangedane gebieden dagelijks
desinfecteert.
Ziekte van Crohn
Leeftijd of lichaamsgewicht
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
Eerste dosis van 80 mg (één
volwassenen vanaf 6 jaar die 40 injectie van 80 mg op één dag),
kg of meer wegen
gevolgd door 40 mg twee
weken later.
Als een snellere respons nodig
is, kan de arts een eerste dosis
voorschrijven van 160 mg (twee
injecties van 80 mg op één dag
of als één injectie van 80 mg per
dag voor twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door 80 mg
(één injectie van 80 mg op één
dag) twee weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Opmerkingen
Uw arts kan de dosis verhogen
naar 40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee weken.
218
Colitis ulcerosa
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 160 mg (twee
injecties van 80 mg op één dag
of als één injectie van 80 mg per
dag voor twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door een dosis
van 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Eerste dosering van 80 mg (één
injectie van 80 mg op één dag),
gevolgd door 40 mg (één
injectie met 40 mg) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Eerste dosering van 160 mg
(twee injecties van 80 mg op
één dag of als één injectie van
80 mg per dag voor twee
opeenvolgende dagen), gevolgd
door 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 80 mg eenmaal per
twee weken.
Opmerkingen
Uw arts kan de dosis verhogen
naar 40 mg eenmaal per week of
80 mg eenmaal per twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
jaar die minder dan 40 kg
wegen
U dient door te gaan met het
toedienen van Yuflyma in uw
gebruikelijke dosering, zelfs als
u 18 jaar bent geworden.
Kinderen en jongeren vanaf 6
jaar die meer dan 40 kg wegen
U dient door te gaan met het
toedienen van Yuflyma in uw
gebruikelijke dosering, zelfs als
u 18 jaar bent geworden.
Niet-infectieuze uveï
tis
Leeftijd of lichaamsgewicht
Volwassenen
Hoeveel en hoe vaak te
gebruiken?
Eerste dosis van 80 mg (één
injectie van 80 mg op één dag),
gevolgd door 40 mg eenmaal
per twee weken, beginnend een
week na de eerste dosis.
Opmerkingen
Corticosteroï of andere
den
medicijnen die het
immuunsysteem beï
nvloeden
kunnen worden voortgezet
tijdens gebruik van Yuflyma.
Yuflyma kan ook los gegeven
worden.
Uw arts kan een startdosering
van 80 mg voorschrijven om toe
te dienen een week voor de start
van de gebruikelijke dosis van
40 mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen Yuflyma
te gebruiken in combinatie met
methotrexaat.
Kinderen en jongeren vanaf 2
jaar die 30 kg of meer wegen
40 mg eenmaal per twee weken
219
Hoe en waar dient u Yuflyma toe?
Yuflyma wordt toegediend via injectie onder de huid (door subcutane injectie).
Gedetailleerde instructies over hoe u Yuflyma moet injecteren vindt u in rubriek 7
“Gebruiksaanwijzing”.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Wanneer u Yuflyma per ongeluk vaker heeft geï
njecteerd dan uw arts of apotheker u heeft
verteld, neem dan meteen contact op met uw arts of apotheker en vertel hem of haar dat u te veel
heeft gebruikt. Houd altijd de buitenverpakking van het geneesmiddel bij de hand, ook al is deze
leeg.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Wanneer u uzelf bent vergeten te injecteren, zult u de eerstvolgende injectie Yuflyma moeten nemen
zodra u het zich weer herinnert. De volgende injectie zult u moeten nemen op de dag dat u volgens uw
originele schema ook uw volgende injectie had moeten nemen.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
De beslissing om te stoppen met het gebruik van Yuflyma moet worden besproken met uw arts.
Uw verschijnselen kunnen terugkeren wanneer gestopt wordt.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken. De meeste bijwerkingen zijn mild tot gematigd. Sommige bijwerkingen kunnen
echter ernstig zijn en behandeling vereisen. Bijwerkingen kunnen optreden tot ten minste 4 maanden
na de laatste Yuflyma injectie.
Informeer uw arts meteen wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont
ernstige uitslag, netelroos of andere tekenen van een allergische reactie
opgezwollen gezicht, handen of voeten
ademhalingsproblemen en problemen bij het slikken
kortademigheid bij lichamelijke inspanning of na het gaan liggen, of het opzwellen van de
voeten
Informeer uw arts zo snel mogelijk wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont
tekenen van infectie zoals koorts, zich ziek voelen, wondjes, gebitsproblemen of brandend
gevoel bij urineren
verzwakt of moe voelen
hoesten
tintelingen
gevoelloosheid
dubbelzien
verzwakte armen of benen
een bult of open zweer die niet geneest
220
klachten en verschijnselen die zouden kunnen wijzen op een afwijkend bloedbeeld zoals
aanhoudende koorts, blauwe plekken, bloedingen en bleekheid
De hierboven beschreven verschijnselen kunnen aanwijzingen zijn voor de hieronder aangegeven
bijwerkingen die waargenomen zijn na behandeling met Yuflyma.
Zeer vaak
(komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
reacties op de injectieplaats (waaronder pijn, zwelling, roodheid of jeuk)
infecties van de ademhalingswegen (waaronder verkoudheid, loopneus, ontsteking van de
neusbijholten, longontsteking)
hoofdpijn
buikpijn
misselijkheid en braken
huiduitslag
pijn in de spieren, gewrichtsbanden, pezen en botten
Vaak
(komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
ernstige infecties (waaronder bloedvergiftiging en influenza)
darminfecties (waaronder gastro-enteritis)
huidinfecties (waaronder cellulitis en gordelroos)
oorontstekingen
mondinfecties (waaronder gebitsinfecties en koortslip)
genitale infecties
urineweginfectie
schimmelinfecties
gewrichtsinfecties
goedaardige gezwellen
huidkanker
allergische reacties (waaronder hooikoorts)
uitdroging
stemmingswisselingen (waaronder depressie)
angst
moeite hebben met slapen
gevoelsstoornissen zoals tintelingen, prikkelingen of verdoofdheid
migraine
zenuwwortelcompressie (waaronder lage rugpijn en pijn in de benen)
gezichtsstoornissen
oogontsteking
ontsteking van het ooglid en zwelling van het oog
draaiduizeligheid met stoornis in het evenwicht (vertigo)
gevoel van snelle hartslag
hoge bloeddruk
blozen
hematoom (bloeduitstorting)
hoesten
astma
kortademigheid
maag-darmbloeding
dyspepsie (spijsverteringsmoeilijkheden, opgeblazen gevoel, brandend maagzuur)
oprispingen
siccasyndroom (waaronder droge ogen en droge mond)
jeuk
jeukende huiduitslag
blauwe plekken
ontsteking van de huid (zoals eczeem)
221
breken van vingernagels en teennagels
overmatig zweten
haaruitval
opnieuw voorkomen of verslechteren van psoriasis
spierspasmen
bloed in de urine
nierfunctiestoornissen
pijn op de borst
zwelling (oedeem)
koorts
vermindering van het aantal bloedplaatjes wat het risico op bloedingen of blauwe plekken
vergroot
vertraagd herstel
Soms
(komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
opportunistische infecties (waaronder tuberculose en andere infecties die zich voordoen bij een
lagere weerstand tegen ziektes)
infecties van het zenuwstelsel (waaronder virale meningitis),
ooginfecties
bacteriële infecties,
diverticulitis (ontsteking en infectie van de dikke darm)
kanker
kanker van het lymfesysteem
melanoom
aandoeningen aan het afweersysteem die de longen, huid en lymfeknopen kunnen beï
nvloeden
(meestal uit zich dit als een ontstekingsziekte, ook wel sarcoï
dose genoemd)
vasculitis (ontsteking van bloedvaten)
trillen of beven
neuropathie (zenuwaandoening)
beroerte
gehoorverlies, oorsuizen
gevoel van onregelmatige hartslag zoals het overslaan van een hartslag
hartproblemen die kortademigheid of gezwollen enkels kunnen veroorzaken
hartaanval
een uitstulping in de wand van een belangrijke slagader, ontsteking en dichtslibben van een
ader, blokkade van een bloedvat
longziekten die kortademigheid veroorzaken (waaronder ontsteking)
longembolie (afsluiting van een longslagader)
pleurale effusie (abnormale vochtophoping tussen de borstvliezen)
ontsteking van de alvleesklier wat een hevige pijn in de buik en rug veroorzaakt
moeilijkheden met slikken
zwelling van het gezicht
galblaasontsteking, galstenen
leververvetting
nachtzweten
litteken
abnormale afbraak van spieren
systemische lupus erythematodes (met ontstekingen van huid, hart, longen, gewrichten en
andere orgaansystemen)
onderbrekingen van de slaap
impotentie
ontstekingen
Zelden
(komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
leukemie (kanker die het bloed en beenmerg aantast)
222
ernstige allergische reactie met shock
multipele sclerose
zenuwstoornissen (zoals oogzenuwontsteking en Guillain-Barré-syndroom dat spierzwakte,
abnormaal gevoel, tintelingen in de armen en het bovenlichaam kan veroorzaken
hartstilstand
longfibrose (vorming van littekenweefsel in de long)
darmperforatie (gat in de darm)
hepatitis
reactivatie van hepatitis B
auto-immuun hepatitis (ontsteking van de lever die wordt veroorzaakt door het eigen
immuunsysteem van het lichaam)
cutane vasculitis (ontsteking van bloedvaten in de huid)
Stevens-Johnson-syndroom (vroege verschijnselen zijn onder andere algeheel ongemak, koorts,
hoofdpijn en huiduitslag)
zwelling van het gezicht gecombineerd met allergische reacties
erythema multiforme (ontstoken huiduitslag)
lupus-achtig syndroom
angio-oedeem (plaatselijke zwelling van de huid)
lichenoï huidreactie (jeukende, rood-paarse huiduitslag)
de
Niet bekend
(frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
hepatospleen T-cellymfoom (een zeldzame bloedkanker die vaak dodelijk is)
Merkelcelcarcinoom (een type huidkanker)
Kaposi-sarcoom, een zeldzame vorm van kanker die verband houdt met infectie met humaan
herpesvirus 8. Kaposi-sarcoom is meestal zichtbaar in de vorm van paarse huidschade
leverfalen
verergeren van een aandoening die dermatomyositis wordt genoemd (waargenomen als
huiduitslag met spierzwakte)
gewichtstoename (bij de meeste patiënten was sprake van een kleine gewichtstoename)
Sommige bijwerkingen die waargenomen werden met Yuflyma hebben geen verschijnselen en
kunnen alleen waargenomen worden door middel van bloedonderzoek. Hieronder vallen:
Zeer vaak
(komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
verlaagd aantal witte bloedcellen
verlaagd aantal rode bloedcellen
verhoogde concentratie vetten in het bloed
verhoogde leverenzymen
Vaak
(komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
verhoogd aantal witte bloedcellen
verlaagd aantal bloedplaatjes
toegenomen hoeveelheid urinezuur in het bloed
abnormale bloedwaarden voor natrium
lage bloedwaarden voor calcium
lage bloedwaarden voor fosfaat
hoge bloedsuiker
hoge bloedwaarden voor lactaatdehydrogenase
autoantilichamen aanwezig in het bloed
laag kaliumniveau in het bloed
Soms
(komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
verhoogde bilirubinemeting (leverbloedtest)
223
Zelden
(komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
verlaagd aantal witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket/de
verpakking na EXP.
Bewaren in de koelkast (2 °C – 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Alternatieve bewaring:
Wanneer nodig (bijvoorbeeld als u op reis bent) mag een enkele voorgevulde pen met Yuflyma
bewaard worden bij kamertemperatuur (tot 25 °C) gedurende maximaal 30 dagen - zorg ervoor dat de
pen beschermd wordt tegen licht. Eenmaal uit de koelkast gehaald voor bewaring bij
kamertemperatuur,
moet de pen binnen 30 dagen gebruikt worden of worden afgevoerd,
ook als
deze in de koelkast wordt teruggelegd.
Schrijf de datum waarop de pen voor de eerste keer uit de koelkast wordt gehaald op en de datum
waarna de pen moet worden afgevoerd.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
arts of apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert, worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is adalimumab.
De andere stoffen in dit middel zijn azijnzuur, natriumcetaattrihydraat, glycine, polysorbaat 80 en
water voor injecties.
Hoe ziet de voorgevulde pen met Yuflyma eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen wordt geleverd als een steriele
oplossing van 80 mg adalimumab opgelost in 0,8 ml oplossing.
De Yuflyma voorgevulde pen is een naaldgebaseerd injectiesysteem voor eenmalig gebruik met
geautomatiseerde functies. Er is een venster aan elke kant van de pen waardoor u de Yuflyma-
oplossing in de pen kunt zien.
224
De Yuflyma voorgevulde pen is verkrijgbaar in verpakkingen met:
• 1 voorgevulde pen voor gebruik door de patiënt met 2 alcoholdoekjes (1 reserve)
• 3 voorgevulde pennen voor gebruik door de patiënt met 4 alcoholdoekjes (1 reserve)
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Yuflyma kan verkrijgbaar zijn als voorgevulde spuit en/of voorgevulde pen.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1–3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
Fabrikant
Millmount Healthcare Ltd.
Blok 7
City North bedrijfscampus
Stamullen, Co. Meath K32 YD60
Ierland
Nuvisan GmbH
Wegenerstraße 13,
89231 Neu Ulm,
Duitsland
Nuvisan France SARL
2400, Route des Colles,
06410, Biot,
Frankrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Tél/Tel: + 32 1528 7418
България
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Teл.: +36 1 231 0493
Česká republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Danmark
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tlf: +36 1 231 0493
Deutschland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Lietuva
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Luxembourg/Luxemburg
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Magyarország
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Malta
Mint Health Ltd.
Tel: +356 2093 9800
Nederland
Celltrion Healthcare Netherlands B.V.
Tel: + 31 20 888 7300
225
Eesti
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
España
Kern Pharma, S.L.
Tel: +34 93 700 2525
Ελλάδα
ΒΙΑΝΕΞ Α.Ε.
Τηλ: +30 210 8009111 – 120
France
Celltrion Healthcare France SAS
Tél.: +33 (0)1 71 25 27 00
Norge
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tlf: +36 1 231 0493
Ö sterreich
Astro-Pharma GmbH
Tel: +43 1 97 99 860
Polska
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel.: +36 1 231 0493
Portugal
PharmaKERN Portugal – Produtos Farmacêuticos,
Sociedade Unipessoal, Lda.
Tel: +351 214 200 290
România
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Slovenija
OPH Oktal Pharma d.o.o.
Tel.: +386 1 519 29 22
Slovenská republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Suomi/Finland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Puh/Tel: +36 1 231 0493
Sverige
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
United Kingdom (Northern Ireland)
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tel: +353 1 223 4026
Hrvatska
Oktal Pharma d.o.o.
Tel: +385 1 6595 777
Ireland
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tel: +353 1 223 4026
Ísland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Sí +36 1 231 0493
mi:
Italia
Celltrion Healthcare Italy S.r.l.
Tel: +39 0247927040
Κύπρος
C.A. Papaellinas Ltd
Τηλ: +357 22741741
Latvija
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tālr.: +36 1 231 0493
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in.
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
7.
Gebruiksaanwijzing
In de volgende instructies wordt uitgelegd hoe u uzelf een onderhuidse (subcutane) injectie met
Yuflyma kunt geven met de voorgevulde pen. Lees de instructies nauwkeurig door en volg ze
stap voor stap op.
226
U wordt door uw arts, verpleegkundige of apotheker geï
nstrueerd over de techniek om uzelf te
injecteren.
Probeer niet
uzelf te injecteren voordat u zeker weet hoe u de injectie moet voorbereiden en
geven.
Na een goede training kan de injectie door uzelf of door een andere persoon worden toegediend,
bijvoorbeeld door een familielid of een vriend(in).
Dien slechts één injectie toe met elke voorgevulde pen.
227
Voorgevulde pen met Yuflyma
Naalddop
Naaldbeschermer
Geneesmiddel
Venster
Zuiger
Spuit
Vóór gebruik
Na gebruik
Figuur A
Gebruik de voorgevulde pen niet als:
de pen gebarsten of beschadigd is;
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Verwijder de dop niet totdat u klaar bent om te injecteren. Bewaar Yuflyma buiten bereik van
kinderen.
1.
a.
b.
c.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een goedverlichte
ruimte.
Haal 1 voorgevulde pen uit de verpakking in de koelkast.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
Voorgevulde pen
1 alcoholdoekje
Niet in de verpakking meegeleverd:
Watten of gaas
Pleister
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
228
2.
a.
b.
c.
Inspecteer de voorgevulde pen
Controleer of u het juiste geneesmiddel
(Yuflyma) en de juiste dosis heeft.
Controleer of de voorgevulde pen niet gebarsten
of beschadigd is.
Controleer de vervaldatum op het etiket van de
voorgevulde pen.
EXP:
MAAND JAAR
Gebruik de voorgevulde pen
niet
als:
deze gebarsten of beschadigd is.
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
hij op een hard oppervlak is gevallen.
Figuur B
3.
a.
Inspecteer het geneesmiddel.
Kijk door het venster en controleer of de
vloeistof helder is, kleurloos tot lichtbruin van
kleur en of er geen deeltjes in zitten.
Gebruik de voorgevulde pen
niet
als de vloeistof
verkleurd (geel of donkerbruin) is, troebel is
of deeltjes bevat.
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig
zijn. Dit is normaal.
Figuur C
4.
Wacht 15 tot 30 minuten
Laat de voorgevulde pen gedurende 15 tot 30
minuten in kamertemperatuur liggen zodat
deze kan opwarmen.
Warm de voorgevulde pen
niet
op met behulp
van hittebronnen zoals heet water of een
magnetron.
15 – 30
minuten
a.
Figuur D
229
5.
a.
Kies een geschikte injectieplaats
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
de voorkant van uw bovenbenen
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN
als u een zorgverlener bent).
Injecteer
niet
in de huid binnen 5 cm afstand van
de navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of
pijnlijk is, beschadigd is, blauwe plekken vertoont
of littekens bevat.
Als u psoriasis heeft, injecteer dan niet rechtstreeks
in verhoogde, dikke, rode of schilferige
huidplekjes of beschadigingen van de huid.
Injecteer
niet
door kleding heen.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats.
Elke nieuwe injectieplaats dient op ten minste
3 cm afstand te zijn van de eerder gebruikte
injectieplaats.
6.
a.
Was uw handen
Was uw handen met zeep en water en
droog ze grondig af.
ALLEEN zorgverlener
Zelfinjectie en
zorgverlener
b.
Figuur E
Figuur F
7.
a.
b.
Reinig de injectieplaats
Reinig de injectieplaats met een
alcoholdoekje in een draaiende beweging
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
Blaas
niet
op de injectieplaats en raak deze
niet meer aan totdat u de injectie geeft.
Figuur G
230
8.
a.
Verwijder de dop
Houd de voorgevulde pen met één hand
vast bij de body van de injector met de dop
aan de bovenkant. Trek voorzichtig de dop
rechtstandig los met de andere hand.
Verwijder de dop
niet
totdat u klaar bent
om te injecteren.
Raak de naald of de naaldbeschermer
niet
aan. Als u dit doet, kunt u letsel oplopen
door een naaldprik.
Plaats de dop
niet
terug op de voorgevulde
pen. Gooi de dop direct weg in de
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen.
Naaldbeschermer
Figuur H
9.
Plaats de voorgevulde pen op de
injectieplaats.
Houd de voorgevulde pen zo vast dat u het
venster kunt zien.
Plaats de voorgevulde pen, zonder in de huid
te knijpen of deze uit te rekken, in een hoek
van 90 graden op de injectieplaats.
a.
b.
OF
Figuur I
231
10.
a.
Geef de injectie
Druk de voorgevulde pen
stevig
tegen de
huid. Wanneer de injectie begint, hoort u een
eerste luid 'klik'-geluid en de blauwe zuiger
begint het venster te vullen.
Blijf de voorgevulde pen stevig tegen de huid
aan drukken en wacht op het tweede luide
'klik'-geluid.
Blijf de voorgevulde pen, nadat u de tweede
luide 'klik' heeft gehoord, stevig tegen de huid
drukken en tel langzaam tot vijf om er zeker
van te zijn dat u de gehele dosis injecteert.
Wijzig de positie van de voorgevulde pen
niet
nadat de injectie is gestart.
1
ste
klik
b.
c.
2
de
klik
*Tel dan langzaam tot
vijf.
Figuur J
232
11.
Verwijder de voorgevulde pen van de
injectieplaats en verzorg de injectieplaats
Kijk naar de voorgevulde pen en controleer of
de blauwe zuiger met de grijze punt het
venster volledig vult.
Trek de voorgevulde pen weg van de huid.
Nadat de voorgevulde pen van de
injectieplaats is weggehaald, wordt de naald
automatisch bedekt. Plaats de dop
niet
terug
op de pen.
Als het venster niet helemaal blauw is
geworden of als het geneesmiddel nog wordt
geï
njecteerd, betekent dit dat u geen volledige
dosis heeft ontvangen. Neem onmiddellijk
contact op met uw zorgverlener.
Behandel de injectieplaats door erop te
drukken, niet te wrijven, met een katoenen
watje of gaasje en plak indien nodig een
pleister. Er kan een kleine bloeding optreden.
Gebruik de voorgevulde pen
niet
opnieuw.
Wrijf
niet
over de injectieplaats.
12.
a.
Gooi de voorgevulde pen weg
Gooi de gebruikte voorgevulde pen weg in
de speciaal daarvoor bestemde container,
zoals uw arts, verpleegkundige of
apotheker u heeft geï
nstrueerd.
a.
b.
Figuur K
Naaldbescher
mer
c.
Figuur L
b.
Het alcoholdoekje en de verpakking
mogen bij het huishoudelijk afval.
Bewaar de voorgevulde pen en de speciale
container voor scherpe voorwerpen buiten
het zicht en bereik van kinderen.
Figuur M
233


BIJLAGE I

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

1
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht
alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van bijwerkingen.
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen

2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Elke voorgevulde spuit van 0,4 ml bevat een enkele dosis van 40 mg adalimumab.
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Elke voorgevulde pen van 0,4 ml bevat een enkele dosis van 40 mg adalimumab.
Adalimumab is een recombinant humaan monoklonaal antilichaam dat geproduceerd wordt in Chinese
Hamster Ovariumcellen..
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectie)
Heldere tot licht opalescente, kleurloze tot lichtbruine oplossing.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties
Reumatoïde artritis
Yuflyma in combinatie met methotrexaat is geïndiceerd voor:
·
de behandeling van matige tot ernstige, actieve reumatoïde artritis bij volwassen patiënten die
een ontoereikende respons hebben gehad op ziektemodificerende antireumatische
geneesmiddelen inclusief methotrexaat;
·
de behandeling van ernstige, actieve en progressieve reumatoïde artritis bij volwassenen die niet
eerder zijn behandeld met methotrexaat.
Yuflyma kan als monotherapie worden gebruikt in geval van intolerantie voor methotrexaat of
wanneer voortzetting van de behandeling met methotrexaat ongewenst is.
Het is aangetoond dat adalimumab de progressie van gewrichtsschade afremt, zoals gemeten door
middel van röntgenonderzoek, en het lichamelijk functioneren verbetert wanneer het gegeven wordt in
combinatie met methotrexaat.
Juveniele idiopathische artritis
2
3
4
5
6
7

Gewicht patiënt
Doseringsschema
10 kg tot < 30 kg
-
30 kg
40 mg eenmaal per twee weken
Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet
mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig
hebben.
Beschikbare data geven aan dat klinische respons meestal binnen 12 weken behandeling bereikt wordt.
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden heroverwogen bij een patiënt die geen
respons ervaart binnen deze periode.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij patiënten jonger dan 2 jaar voor deze indicatie.
Enthesitis-gerelateerde artritis

De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten met enthesitis-gerelateerde artritis vanaf de leeftijd van 6
jaar is gebaseerd op lichaamsgewicht (tabel 2). Yuflyma wordt eenmaal per twee weken toegediend
via subcutane injectie.
Tabel 2. Yuflyma-dosis voor patiënten met enthesitis-gerelateerde artritis

Gewicht patiënt
Doseringsschema
15 kg tot < 30 kg
-
30 kg
40 mg eenmaal per twee weken
Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet
mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig
hebben.
Het gebruik van adalimumab is niet onderzocht bij patiënten met enthesitis-gerelateerde artritis van
jonger dan 6 jaar.
Arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis inclusief spondylitis ankylopoetica

Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij pediatrische patiënten voor de indicaties
spondylitis ankylopoetica en arthritis psoriatica.
Juveniele plaque psoriasis

De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten met plaque psoriasis van 4 tot 17 jaar oud is gebaseerd
op lichaamsgewicht (tabel 3). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Tabel 3. Yuflyma-dosis voor kinderen met plaque psoriasis

Gewicht patiënt
Doseringsschema
15 kg tot < 30 kg
-
30 kg
Aanvangsdosis van 40 mg,
gevolgd door eenmaal per twee
weken 40 mg vanaf één week na
de aanvangsdosis.
8
Tabel 4. Adalimumab-dosis voor kinderen met de ziekte van Crohn

Gewicht
Onderhoudsdosering
Inductiedosering
patiënt
vanaf week 4
< 40 kg
·
40 mg in week 0 en 20 mg in week 2*
-
Indien een snellere respons op de therapie nodig
is, kan de volgende dosering worden gebruikt,
waarbij men zich ervan bewust moet zijn dat het
9
80 mg in week 0 en 40 mg in week 2
40 kg
·
80 mg in week 0 en 40 mg in week 2
40 mg eenmaal per twee
weken
Indien een snellere respons op de therapie nodig
is, kan de volgende dosering worden gebruikt,
waarbij men zich ervan bewust moet zijn dat het
risico op bijwerkingen hoger kan zijn wanneer de
hogere inductiedosering wordt gebruikt:
·
160 mg in week 0 en 80 mg in week 2
* Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het
niet mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg
nodig hebben.
Patiënten die onvoldoende respons ervaren, kunnen baat hebben bij een verhoging van de dosering:
·
40 kg: 40 mg eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee weken
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden overwogen wanneer een patiënt in week
12 nog geen respons vertoont.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 6 jaar voor deze indicatie.

Juveniele colitis ulcerosa


De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten van 6 tot en met 17 jaar met colitis ulcerosa is gebaseerd
op het lichaamsgewicht (tabel 5). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.

Tabel 5. Yuflyma dosis voor pediatrische patiënten met colitis ulcerosa
Onderhoudsdosering
Patiëntgewicht
Inductiedosering
vanaf week 4*
< 40 kg
· 80 mg in week 0 (gegeven als twee
· 40 mg eenmaal per twee
injecties met 40 mg op één dag) en
weken
· 40 mg in week 2 (gegeven als één
injectie met 40 mg)
40 kg
· 160 mg in week 0 (gegeven als vier
· 80 mg eenmaal per twee
injecties met 40 mg op één dag of twee
weken
injecties met 40 mg per dag op twee
opeenvolgende dagen) en
· 80 mg in week 2 (gegeven als twee
injecties met 40 mg op één dag)
* Pediatrische patiënten die 18 jaar worden tijdens behandeling met Yuflyma dienen door te
gaan met de hun voorgeschreven onderhoudsdosis.
Voortzetting van de behandeling na 8 weken dient zorgvuldig te worden overwogen bij patiënten die
geen tekenen van een respons vertonen binnen deze tijdsperiode.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 6 jaar voor deze indicatie.
Juveniele uveïtis

De aanbevolen dosis Yuflyma voor kinderen met uveïtis vanaf 2 jaar is gebaseerd op lichaamsgewicht
(tabel 6). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
10
Tabel 6. Yuflyma-dosis voor kinderen met uveïtis

Gewicht patiënt
Doseringsschema
< 30 kg
-
30 kg
40 mg eenmaal per twee weken
in combinatie met methotrexaat
Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet
mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig
hebben.
Bij initiatie van de Yuflyma-behandeling kan één week voor aanvang van de onderhoudsbehandeling
een oplaaddosis van 40 mg worden toegediend voor patiënten < 30 kg of 80 mg voor patiënten 30 kg.
Er zijn geen klinische gegevens beschikbaar over het gebruik van een oplaaddosis adalimumab bij
kinderen jonger dan 6 jaar (zie rubriek 5.2).
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 2 jaar voor deze indicatie.
Aanbevolen wordt de voordelen en risico's van voortgezette langetermijnbehandeling jaarlijks te
evalueren (zie rubriek 5.1).
Wijze van toediening
Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Een volledige gebruiksaanwijzing is te vinden in de bijsluiter.
Adalimumab is in andere sterkten en toedieningsvormen beschikbaar.
4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Actieve tuberculose of andere ernstige infecties zoals sepsis en andere opportunistische infecties (zie
rubriek 4.4).
Matig tot ernstig hartfalen (NYHA-klasse III/IV) (zie rubriek 4.4).
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Infecties
Patiënten die TNF-antagonisten gebruiken zijn vatbaarder voor ernstige infecties. Een verminderde
longfunctie kan het risico op het ontwikkelen van infecties vergroten. Patiënten moeten daarom
zorgvuldig worden gecontroleerd op infecties, waaronder tuberculose, voor, tijdens en na de
behandeling met Yuflyma. Omdat de eliminatie van adalimumab tot vier maanden kan duren, dienen
de controles gedurende deze periode door te gaan.
11
12
13
14
15
16
17
18
Tabel 7. Bijwerkingen

Systeem-/orgaanklasse
Frequentie
Bijwerking
Infecties en parasitaire
zeer vaak
luchtweginfecties (waaronder lagere en hogere
aandoeningen*
luchtweginfecties, pneumonie, sinusitis,
faryngitis, nasofaryngitis en virale herpes
pneumonie)
vaak
systemische infecties (waaronder sepsis,
candidiasis en influenza),
intestinale infecties (waaronder virale gastro-
enteritis),
huid- en onderhuidinfecties (waaronder
paronychia, cellulitis, impetigo, fasciitis
necroticans en herpes zoster),
oorontstekingen,
orale infecties (waaronder herpes simplex, orale
herpes en tandinfecties),
genitale infecties (waaronder vulvovaginale
schimmelinfectie),
urineweginfecties (waaronder pyelonefritis),
schimmelinfecties,
gewrichtsinfecties
soms
neurologische infecties (waaronder virale
meningitis),
opportunistische infecties en tuberculose
(waaronder coccidioïdomycose, histoplasmose
en MAC-infectie (Mycobacterium avium
complex)),
bacteriële infecties,
ooginfecties,
diverticulitis1)
Neoplasmata, benigne, maligne vaak
huidkanker met uitzondering van melanoom
en niet-gespecificeerd
(waaronder basaalcelcarcinoom en
(inclusief cysten en poliepen)*
epitheelcelcarcinoom),
benigne neoplasma
soms
lymfoom**,
solide tumoren (waaronder borstkanker,
longkanker en schildklierkanker),
melanoom**
19
Frequentie
Bijwerking
zelden
leukemie1)
niet bekend
hepatosplenisch T-cel lymfoom1),
Merkelcelcarcinoom (neuro-endocrien
carcinoom van de huid)1),
Kaposi-sarcoom
Bloed- en
zeer vaak
leukopenie (waaronder neutropenie en
lymfestelselaandoeningen*
agranulocytose),
anemie
vaak
leukocytose,
trombocytopenie
soms
idiopathische trombocytopenische purpura
zelden
pancytopenie
Immuunsysteemaandoeningen* vaak
hypersensitiviteit,
allergieën (waaronder hooikoorts)
soms
sarcoïdose1),
vasculitis
zelden
anafylaxe1)
Voedings- en
zeer vaak
verhoogde lipiden
stofwisselingsstoornissen
vaak
hypokaliëmie,
verhoogd urinezuur,
afwijkend bloednatrium,
hypocalciëmie,
hyperglykemie,
hypofosfatemie,
dehydratie
Psychische stoornissen
vaak
stemmingswisselingen (waaronder depressie),
angst,
slapeloosheid
Zenuwstelselaandoeningen*
zeer vaak
Hoofdpijn
vaak
paresthesieën (waaronder hypo-esthesie),
migraine,
zenuwwortelcompressie
soms
cerebrovasculair accident1),
tremor,
neuropathie
zelden
multipele sclerose,
demyeliniserende aandoeningen (bijv. optische
neuritis, Guillain-Barré-syndroom)1)
20
Frequentie
Bijwerking
Oogaandoeningen
vaak
visusstoornis,
conjunctivitis,
blefaritis,
zwelling van het oog
soms
dubbelzien
Evenwichtsorgaan- en
vaak
vertigo
ooraandoeningen
soms
doofheid,
tinnitus
Hartaandoeningen*
vaak
tachycardie
soms
myocardinfarct1),
aritmieën
congestief hartfalen
zelden
hartstilstand
Bloedvataandoeningen
vaak
hypertensie,
blozen,
hematoom
soms
aneurysma aortae,
bloedvatafsluiting,
tromboflebitis
Ademhalingsstelsel-, borstkas- vaak
astma,
en mediastinumaandoeningen*
dyspneu,
hoesten
soms
longembolie1),
interstitiële longaandoening,
COPD (chronic obstructive pulmonary disease),
pneumonitis,
pleurale effusie1)
zelden
longfibrose1),
Maagdarmstelselaandoeningen zeer vaak
buikpijn,
misselijkheid en braken
vaak
maag-darmbloeding,
dyspepsie,
refluxoesofagitis,
siccasyndroom
soms
pancreatitis,
slikklachten,
zwelling van het gezicht
zelden
intestinale perforatie1)
21
Frequentie
Bijwerking
Lever- en galaandoeningen*
zeer vaak
verhoogde leverenzymen
soms
cholecystitis en cholelithiasis,
hepatische steatose,
verhoogd bilirubine
zelden
Hepatitis,
reactivering van hepatitis B1),
auto-immuun hepatitis1),
niet bekend
leverfalen1)
Huid- en
zeer vaak
uitslag (waaronder schilferende uitslag)
onderhuidaandoeningen
vaak
verergering of het ontstaan van psoriasis
(inclusief psoriasis pustulosa palmoplantaris)1),
urticaria,
blauwe plekken (waaronder purpura),
dermatitis (waaronder eczeem),
breken van de nagels,
overmatig zweten,
alopecia1),
pruritus
soms
nachtzweten,
litteken
zelden
erythema multiforme1),
Stevens-Johnson-syndroom1)
angioedeem1),
cutane vasculitis1),
lichenoïde huidreactie1)
niet bekend
verergering van symptomen van
dermatomyositis1)
Skeletspierstelsel- en
zeer vaak
skeletspierpijn
bindweefselaandoeningen
vaak
spierspasmen (waaronder verhoging van de
hoeveelheid creatinefosfokinase in het bloed)
soms
rabdomyolyse,
systemische lupus erythematodes
zelden
lupus-achtig syndroom1)
Nier- en
vaak
nierfunctiestoornissen,
urinewegaandoeningen
hematurie
soms
nycturie
Voortplantingsstelsel- en
soms
erectiestoornissen
borstaandoeningen
22
Frequentie
Bijwerking
Algemene aandoeningen en
zeer vaak
reacties op de injectieplaats (waaronder erytheem
toedieningsplaatsstoornissen*
op de injectieplaats)
vaak
pijn op de borst,
oedeem,
koorts1)
soms
ontsteking
Onderzoeken*
vaak
stollings- en bloedingsstoornissen (waaronder
verlengde geactiveerde partiële
tromboplastinetijd),
positieve test op autoantilichamen (waaronder
antilichamen tegen dubbelstrengs DNA),
verhoogd lactaatdehydrogenase in het bloed
niet bekend
Gewichtstoename2)
Letsels, intoxicaties en
vaak
vertraagd herstel
verrichtingscomplicaties
* nadere informatie is elders te vinden, in de rubrieken 4.3, 4.4 en 4.8
** inclusief aanvullende open label onderzoeken
1) inclusief spontane meldingen
2) De gemiddelde gewichtsverandering vanaf baseline voor adalimumab varieerde van 0,3 kg tot 1,0 kg
voor de verschillende indicaties voor volwassenen ten opzichte van (minus) -0,4 kg tot 0,4 kg voor
placebo gedurende een behandelperiode van 4-6 maanden. Er werd ook een gewichtstoename van 5-
6 kg waargenomen in langlopende verlengingsonderzoeken met een gemiddelde blootstelling van
ongeveer 1-2 jaar zonder controlegroep, met name bij patiënten met ziekte van Crohn en colitis
ulcerosa. Het mechanisme achter dit effect is onduidelijk, maar zou verband kunnen houden met het
ontstekingsremmende effect van adalimumab.
Hidradenitis suppurativa
Het veiligheidsprofiel voor patiënten met HS die eenmaal per twee weken met adalimumab werden
behandeld, kwam overeen met het reeds bekende veiligheidsprofiel van adalimumab.
Uveïtis
Het veiligheidsprofiel voor patiënten met uveïtis die eenmaal per twee weken met adalimumab werden
behandeld, kwam overeen met het reeds bekende veiligheidsprofiel van adalimumab.
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Reacties op de injectieplaats

In de belangrijkste gecontroleerde onderzoeken bij volwassenen en kinderen traden bij 12,9% van de
met adalimumab behandelde patiënten reacties op de injectieplaats op (erytheem en/of jeuk, bloeding,
pijn of zwelling), in vergelijking met 7,2% van de patiënten die placebo of actieve-control kregen.
Reacties op de injectieplaats noodzaakten doorgaans niet tot staken van het geneesmiddel.
Infecties

In de belangrijkste gecontroleerde onderzoeken bij volwassenen en kinderen bedroeg het
incidentiecijfer voor infectie 1,51 per patiëntjaar bij de met adalimumab behandelde patiënten en 1,46
23
24
25
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Immunosuppressieve middelen, Tumornecrosefactor-alfa (TNF-)
remmers. ATC-code: L04AB04
Yuflyma is een biosimilar. Gedetailleerde informatie is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
Werkingsmechanisme
Adalimumab bindt specifiek aan TNF en neutraliseert de biologische werking van TNF door de
interactie van TNF met de p55- en p75-TNF-receptoren op het oppervlak van cellen te blokkeren.
26
27
Tabel 8.
ACR-responsen bij placebogecontroleerde onderzoeken
(percentage patiënten)
Respons
RA-onderzoek Ia**
RA-onderzoek IIa**
RA-onderzoek IIIa**
Placebo/ Adalimumabb/ Placebo Adalimumabb Placebo/ Adalimumabb/
MTXc
MTXc
n = 110
n = 113
MTXc
MTXc
n = 60
n = 63
n = 200
n = 207
ACR 20



6 maanden
13,3%
65,1%
19,1%
46,0%
29,5%
63,3%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
24,0%
58,9%
ACR 50



6 maanden
6,7%
52,4%
8,2%
22,1%
9,5%
39,1%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
9,5%
41,5%
ACR 70



6 maanden
3,3%
23,8%
1,8%
12,4%
2,5%
20,8%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
4,5%
23,2%
a RA-onderzoek I bij 24 weken, RA-onderzoek II bij 26 weken en RA-onderzoek III bij 24 en
52 weken
28
Tabel 9.
ACR-responsen in RA-onderzoek V
(percentage patiënten)

MTX
Adalimumab Adalimumab/MTX
Respons
p-waardea p-waardeb p-waardec
n = 257
n = 274
n = 268
ACR 20



Week 52
62,6%
54,4%
72,8%
0,013
< 0,001
0,043
Week 104
56,0%
49,3%
69,4%
0,002
< 0,001
0,140
ACR 50



Week 52
45,9%
41,2%
61,6%
< 0,001
< 0,001
0,317
Week 104
42,8%
36,9%
59,0%
< 0,001
< 0,001
0,162
ACR 70



Week 52
27,2%
25,9%
45,5%
< 0,001
< 0,001
0,656
Week 104
28,4%
28,1%
46,6%
< 0,001
< 0,001
0,864
a De p-waarde is afkomstig van de paarsgewijze vergelijking van behandeling met alleen methotrexaat
29
Tabel 10.
Gemiddelde radiografische verandering over 12 maanden in RA-onderzoek III
Placebo/ MTX-
Adalimumab/MTX
Placebo/
adalimumab/ MTX
40 mg eenmaal per
p-waarde
MTXa
(95%
twee weken
betrouwbaarheidsintervalb)
Totale Sharp Score
2,7
0,1
2,6 (1,4, 3,8)
< 0,001c
Erosiescore
1,6
0,0
1,6 (0,9, 2,2)
< 0,001
JSN-scored
1,0
0,1
0,9 (0,3, 1,4)
0,002
a methotrexaat
b 95% betrouwbaarheidsinterval voor de verschillen in verandering-scores tussen methotrexaat en
adalimumab.
30
Tabel 11.
Gemiddelde radiografische veranderingen in week 52 in RA-onderzoek V
Adalimumab/
MTX
Adalimumab
MTX
n = 257
n = 274
n = 268
p-waarde p-waarde p-waarde
(95%
(95%
(95%
a
b
c
betrouwbaarheids betrouwbaarheids betrouwbaarheids
interval)
interval)
interval)
Totale
5,7 (4,2-7,3)
3,0 (1,7-4,3)
1,3 (0,5-2,1)
< 0,001
0,0020
< 0,001
Sharp
Score
Erosiesc
3,7 (2,7-4,7)
1,7 (1,0-2,4)
0,8 (0,4-1,2)
< 0,001
0,0082
< 0,001
ore
JSN-
2,0 (1,2-2,8)
1,3 (0,5-2,1)
0,5 (0-1,0)
< 0,001
0,0037
0,151
score
a p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van methotrexaat-monotherapie en
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
b p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van adalimumab-monotherapie en
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
c p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van adalimumab-monotherapie en methotrexaat-
monotherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
Na 52 weken en 104 weken behandeling was het percentage patiënten zonder progressie (verandering
vanaf baseline in de aangepaste Total Sharp Score 0,5) significant hoger met
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie (respectievelijk 63,8% en 61,2%) in vergelijking met
methotrexaat-monotherapie (respectievelijk 37,4% en 33,5%, p < 0,001) en adalimumab-monotherapie
(respectievelijk 50,7%, p < 0,002 en 44,5%, p < 0,001).
In de open-label extensie van RA-onderzoek V was na jaar 10 de gemiddelde verandering in de
aangepaste Total Sharp Score bij patiënten die oorspronkelijk waren gerandomiseerd naar
methotrexaat-monotherapie, adalimumab-monotherapie en de adalimumab/methotrexaat-
combinatietherapie respectievelijk 10,8, 9,2 en 3,9. Het bijbehorende percentage patiënten zonder
radiografische progressie was respectievelijk 31,3%, 23,7% en 36,7%.
Kwaliteit van leven en lichamelijk functioneren

De kwaliteit van leven met betrekking tot de gezondheid en lichamelijk functioneren werden
beoordeeld met behulp van de `disability index' op de Health Assessment Questionnaire (HAQ) in de
vier oorspronkelijke adequate en goed gecontroleerde onderzoeken en deze vormde een vooraf
vastgelegd primair eindpunt in week 52 in RA-onderzoek III. Alle adalimumab-doses/schema's in alle
vier de onderzoeken vertoonden statistisch significant grotere verbeteringen in de HAQ-`disability
index' vanaf baseline tot maand 6 vergeleken met placebo en in RA-onderzoek III werd hetzelfde
vastgesteld in week 52. De resultaten van de Short Form Health Survey (SF 36) voor alle adalimumab-
doses/schema's in alle vier de onderzoeken ondersteunen deze bevindingen, met statistisch
significante `physical component summary' (PCS)-scores, evenals statistisch significante `pain and
vitality domain'-scores voor de dosering van eenmaal per twee weken 40 mg. Er werd een statistisch
significante afname vastgesteld van vermoeidheid zoals gemeten door middel van de `functional
assessment of chronic illness therapy' (FACIT)-scores in alle drie onderzoeken waarin de
vermoeidheid werd beoordeeld (RA-onderzoeken I, III, IV).
31
Tabel 12.
Effectiviteitsrespons in placebogecontroleerd AS-onderzoek - Onderzoek I vermindering van
tekenen en symptomen

Respons
Placebo
Adalimumab
N = 107
N = 208
ASASa 20

Week 2
16%
42%***
Week 12
21%
58%***
Week 24
19%
51%***
ASAS 50

Week 2
3%
16%***
Week 12
10%
38%***
Week 24
11%
35%***
32
Placebo
Adalimumab
N = 107
N = 208
ASAS 70

Week 2
0%
7%**
Week 12
5%
23%***
Week 24
8%
24%***

BASDAIb 50

Week 2
4%
20%***
Week 12
16%
45%***
Week 24
15%
42%***
***,** Statistisch significant bij p < 0,001, < 0,01 voor alle vergelijkingen tussen adalimumab en
placebo in week 2, 12 en 24
a Onderzoek naar spondylitis ankylopoetica (Assessments in ankylosing spondylitis)
b Bath Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index
Met adalimumab behandelde patiënten hadden een significante verbetering in week 12 die tot in week
24 aanhield in zowel de vragenlijst SF36 als de Ankylosing Spondylitis Quality of Life Questionnaire
(ASQoL).
Vergelijkbare trends (niet alle statistisch significant) werden waargenomen in het kleinere
gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde AS-onderzoek II bij 82 volwassen patiënten
met actieve spondylitis ankylopoetica.
Axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van AS

De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in twee gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken met patiënten met niet-radiografische axiale
spondyloartritis (nr-axSpA). Onderzoek nr-axSpA I beoordeelde patiënten met actieve nr-axSpA.
Onderzoek nr-axSpA II was een onderzoek naar terugtrekking uit de behandeling van patiënten met
actieve nr-axSpA die remissie bereikten gedurende open-label behandeling met adalimumab.
Nr-axSpA I-onderzoek
In het nr-axSpA I-onderzoek werd adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken onderzocht in een
gerandomiseerd, 12 weken durend dubbelblind, placebogecontroleerd onderzoek bij 185 patiënten met
actieve nr-axSpA (gemiddelde baselinescore van ziekteactiviteit [Bath Ankylosing Spondylitis Disease
Activity Index (BASDAI)] was 6,4 voor patiënten die met adalimumab werden behandeld en 6,5 voor
diegenen die met placebo werden behandeld) met onvoldoende respons op of met intolerantie voor 1
NSAID's of een contra-indicatie voor NSAID's.
Drieëndertig (18%) patiënten werden gelijktijdig behandeld met ziektemodificerende antireumatische
geneesmiddelen (DMARD's) en 146 (79%) patiënten met NSAID's bij baseline. De dubbelblinde
periode werd gevolgd door een open-label periode waarin patiënten tot 144 additionele weken
adalimumab 40 mg eenmaal per twee weken subcutaan kregen. Resultaten van week 12 toonden een
statistisch significante verbetering van de tekenen en symptomen van actieve nr-axSpA bij patiënten
behandeld met adalimumab ten opzichte van placebo (tabel 13).
Tabel 13.
Effectiviteitsrespons in placebogecontroleerd nr-axSpA I-onderzoek

Dubbelblind
Placebo
Adalimumab
Respons in week 12
N = 94
N = 91
ASASa 40
15%
36%***
33
Placebo
Adalimumab
Respons in week 12
N = 94
N = 91
ASAS 20
31%
52%**
ASAS 5/6
6%
31%***
ASAS partiële remissie
5%
16%*
BASDAIb 50
15%
35%**
ASDASc,d,e
-0,3
-1,0***
ASDAS inactieve ziekte
4%
24%***
hs-CRPd,f,g
-0,3
-4,7***
SPARCCh MRI sacro-iliacale gewrichtend,i
-0,6
-3,2**
SPARCC MRI wervelkolomd,j
-0,2
-1,8**
a Beoordeling door internationale spondylartritis-gemeenschap (Assessments in SpondyloArthritis
international Society)
b Bath Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index
c Ankylosing Spondylitis Disease Activity Score
d gemiddelde verandering van baseline
e n=91 placebo en n=87 adalimumab
f high sensitivity C-Reactive Protein (mg/l)
g n=73 placebo en n=70 adalimumab
h Spondyloarthritis Research Consortium of Canada
i n=84 placebo en adalimumab
j n=82 placebo en n=85 adalimumab
***, **, * Statistisch significant bij respectievelijk p < 0,001, < 0,01, en < 0,05 voor alle
vergelijkingen tussen adalimumab en placebo.
De verbetering van tekenen en symptomen hield aan gedurende de open-label extensie van de
behandeling met adalimumab tot en met week 156.
Remmen van ontstekingen
Bij met adalimumab behandelde patiënten hield een significante verbetering aan van tekenen van
ontstekingen, zoals gemeten door hs-CRP en MRI, van zowel sacro-iliacale gewrichten als de
wervelkolom, respectievelijk tot en met week 156 en week 104.
Kwaliteit van leven en lichamelijk functioneren
Gezondheidgerelateerde kwaliteit van leven en lichamelijk functioneren werden beoordeeld aan de
hand van de HAQ-S- en de SF-36-vragenlijsten. Adalimumab toonde een statistisch significant grotere
verbetering bij de totaalscore in de HAQ-S en de SF-36 fysieke componentenscore (PCS) van baseline
tot week 12 in vergelijking met de placebo. Verbeteringen in gezondheidsgerelateerde kwaliteit van
leven en lichamelijk functioneren bleven gehandhaafd gedurende de open-label verlenging van het
onderzoek tot en met week 156.
Nr-axSpA II-onderzoek
673 patiënten met actieve nr-axSpA (gemiddelde ziekteactiviteit bij baseline [BASDAI] was 7,0) die
onvoldoende respons hadden op 2 NSAID's, of een intolerantie of een contra-indicatie voor
NSAID's, namen deel aan de open-label periode van het nr-axSpA II-onderzoek waarin ze gedurende
28 weken eenmaal per twee weken 40 mg adalimumab kregen.
Deze patiënten vertoonden ook objectief bewijs van ontstekingen in de sacro-iliacale gewrichten of de
wervelkolom met een MRI of een verhoogd hs-CRP. Patiënten die tijdens de open-label periode
aanhoudende remissie bereikten gedurende minimaal 12 weken (N=305) (ASDAS < 1,3 bij week 16,
20, 24 en 28) werden vervolgens gerandomiseerd naar ofwel voortgezette behandeling met 40 mg
adalimumab eenmaal per twee weken (N=152) of een placebo (N=153) voor 40 extra weken in een
34
Figuur 1: Kaplan-Meier-curves tonen een samenvatting van de tijd tot opvlamming in
onderzoek nr-axSpA II


N
E
E
G
N
A
V


D
G
I
E

IN
H
K

MM
IJ
A
L

IJNL
PV
H
O
SC
R
A

WA


TIJD

(WEKEN)
Behandeling
········· Placebo
______ adalimumab
Gecensureerd
Opmerking: P = Placebo (aantal dat risico loopt (met opvlamming)); A = adalimumab (aantal dat
risico loopt (met opvlamming)).
Van de 68 patiënten die een opvlamming kregen in de placebogroep met onthouding van de
behandeling, voltooiden 65 patiënten een periode van 12 weken met adalimumab als
reddingsmedicatie. Van hen bereikten 37 patiënten (56,9%) opnieuw remissie (ASDAS < 1,3)
12 weken nadat ze opnieuw begonnen waren met de open-labelbehandeling.
In week 68 vertoonden patiënten die onafgebroken met adalimumab behandeld waren een statistisch
significant grotere verbetering in de tekenen en symptomen van actieve nr-axSpA in vergelijking met
patiënten die waren toegewezen aan de placebogroep gedurende de dubbelblinde periode van het
onderzoek (tabel 14).
Tabel 14.
Werkzaamheidsrespons in placebogecontroleerde periode van onderzoek nr-axSpA II

Dubbelblind
Placebo
Adalimumab
Respons in week 68
N = 153
N = 152
ASASa,b 20
47,1%
70,4%***
35
Placebo
Adalimumab
Respons in week 68
N = 153
N = 152
ASASa,b 40
45,8%
65,8%***
ASASa partiële remissie
26,8%
42,1%**
ASDASc inactieve ziekte
33,3%
57,2%***
Partiële opvlammingd
64,1%
40,8%***
a Beoordeling door internationale spondylartritis-gemeenschap (Assessments in SpondyloArthritis
international Society)
b Baseline is gedefinieerd als open label baseline wanneer patiënten actieve ziekte hebben.
c Ankylosing Spondylitis Disease Activity Score
d Partiële opvlamming is gedefinieerd als ASDAS 1,3 maar < 2,1 tijdens twee opeenvolgende
bezoeken.
***, ** Statistisch significant bij respectievelijk p < 0,001, < 0,01, voor alle vergelijkingen tussen
adalimumab en placebo.
Arthritis psoriatica

Adalimumab, 40 mg eenmaal per twee weken, werd onderzocht bij patiënten met matig tot ernstig
actieve arthritis psoriatica in twee placebogecontroleerde onderzoeken, PsA-onderzoeken I en II. In
PsA-onderzoek I werden gedurende 24 weken 313 volwassen patiënten behandeld die een
onvoldoende respons op NSAID-therapie hadden en van welke groep ongeveer 50% methotrexaat
gebruikten. In PsA-onderzoek II, met een duur van 12 weken, werden 100 patiënten behandeld die een
onvoldoende respons hadden op DMARD-therapie. Na beëindiging van beide onderzoeken werden
383 patiënten geïncludeerd in een open-label extensieonderzoek waarin eenmaal per twee weken 40
mg adalimumab werd toegediend.
Er is onvoldoende bewijs voor de werkzaamheid van adalimumab bij patiënten met spondylitis
ankylopoetica-achtige arthritis psoriatica door het geringe aantal patiënten dat onderzocht is.
Tabel 15.
ACR-respons in placebogecontroleerde onderzoeken bij arthritis psoriatica (percentage
patiënten)


PsA-onderzoek I
PsA-onderzoek II
Respons
Placebo
Adalimumab
Placebo
Adalimumab

N = 162
N = 151
N = 49
N = 51
ACR 20


Week 12
14%
58%***
16%
39%*
Week 24
15%
57%***
N.v.t.
N.v.t.
ACR 50


Week 12
4%
36%***
2%
25%***
Week 24
6%
39%***
N.v.t.
N.v.t.
ACR 70


Week 12
1%
20%***
0%
14%*
Week 24
1%
23%***
N.v.t.
N.v.t.
*** p < 0,001 voor alle vergelijkingen tussen adalimumab en placebo
*
p < 0,05 voor alle vergelijkingen tussen adalimumab en placebo N.v.t.: Niet van toepassing
ACR-responsen in PsA-onderzoek I waren vergelijkbaar, met en zonder gelijktijdige methotrexaat
therapie. ACR-responsen werden behouden in het open-label extensieonderzoek tot 136 weken.
Radiologische veranderingen werden beoordeeld in de onderzoeken bij arthritis psoriatica.
Röntgenfoto's van handen, polsen en voeten werden gemaakt in de uitgangssituatie en in week 24
gedurende de dubbelblinde periode toen de patiënten adalimumab of placebo kregen en in week 48
36
37
Tabel 16.
Psoriasisonderzoek I (REVEAL) ­ resultaten werkzaamheid na 16 weken


Placebo
40 mg adalimumab eenmaal
N = 398
per twee weken
n (%)
N = 814
n (%)
PASI 75a
26 (6,5)
578 (70,9)b
PASI 100
3 (0,8)
163 (20,0)b
PGA: schoon/minimaal
17 (4,3)
506 (62,2)b
a Het percentage patiënten dat PASI 75-respons bereikte, werd bij de berekening
naar het midden afgerond
b p < 0,001, adalimumab versus placebo

Tabel 17.
Psoriasisonderzoek II (CHAMPION) - resultaten werkzaamheid na 16 weken


Placebo
MTX
40 mg adalimumab eenmaal
N = 53
N = 110
per twee weken
n (%)
n (%)
N = 108
n (%)
PASI 75
10 (18,9)
39 (35,5)
86 (79,6)a,b
PASI 100
1, (1,9)
8 (7,3)
18 (16,7)c,d
PGA: schoon/minimaal
6 (11,3)
33 (30,0)
79 (73,1)a,b
a p < 0,001 adalimumab versus placebo
b p < 0,001 adalimumab versus methotrexaat
c p < 0,01 adalimumab versus placebo
d p < 0,05 adalimumab versus methotrexaat
In Psoriasisonderzoek I vertoonde 28% van de PASI 75-responders die in week 33 opnieuw
gerandomiseerd werden naar placebo in vergelijking met 5% van de responders die in dezelfde periode
adalimumab bleven krijgen (p < 0,001) 'verlies van adequate respons' (PASI-score na week 33 en in of
voor week 52 die resulteerde in een < PASI 50-respons ten opzichte van aanvang van het onderzoek
met minimaal 6 punten toename in PASI-score in vergelijking met week 33). Van de patiënten die
adequate respons verloren nadat ze opnieuw gerandomiseerd waren naar placebo en die vervolgens
geïncludeerd werden in de open-label extensiestudie, behaalde 38% (25/66) en 55% (36/66) opnieuw
PASI 75-respons na respectievelijk 12 en 24 weken van hervatte behandeling.
In totaal 233 PASI 75-responders in week 16 en week 33 werden gedurende 52 weken onafgebroken
met adalimumab behandeld in Psoriasisonderzoek I en vervolgden het gebruik van adalimumab in het
open-label-extensieonderzoek. PASI 75 en PGA schoon of minimaal responspercentages waren bij
deze patiënten 74,7% respectievelijk 59,0% na een additionele 108 weken open-labelbehandeling
(totaal van 160 weken). In een analyse waarin alle patiënten die stopten met het onderzoek vanwege
bijwerkingen of gebrek aan werkzaamheid, of bij wie de dosering werd verhoogd, werden beschouwd
als non-responders, waren de responspercentages van PASI 75 en PGA schoon of minimaal bij deze
patiënten 69,6% respectievelijk 55,7% na een additionele 108 weken open-label behandeling (totaal
van 160 weken).
In totaal namen 347 stabiele responders deel aan een open-label extensieonderzoek waarin de
behandeling werd onderbroken en vervolgens opnieuw werd gestart. Tijdens de onderbreking keerden
de symptomen van psoriasis in de loop van de tijd terug met een mediane tijd tot terugkeer
38
Tabel 18.
Resultaten psoriasisonderzoek IV t.a.v. werkzaamheid in week 16, 26 en 52
Eindpunt
Week 16
Week 26
Week 52
Placebogecontroleerd
Placebogecontroleerd
Open-label
Placebo
adalimumab
Placebo
adalimumab
adalimumab
N = 108
40 mg
N = 108
40 mg eenmaal
40 mg
eenmaal per
per twee weken eenmaal per
twee weken
N = 109
twee weken
N = 109
N = 80
mNAPSI 75 (%)
2,9
26,0a
3,4
46,6a
65,0
PGA-F schoon/minimaal
2,9
29,7a
6,9
48,9a
61,3
en twee gradaties
verbetering (%)
Percentage wijziging in
-7,8
-44,2 a
-11,5
-56,2a
-72,2
totale vingernagel-
NAPSI (%)
a p < 0,001, adalimumab versus placebo
39
Tabel 19.
Werkzaamheidsresultaten na 12 weken, HS-I- en HS-II-onderzoek


HS-onderzoek I
HS-onderzoek II

Placebo
Adalimumab
Placebo
Adalimumab
40 mg eenmaal
40 mg eenmaal
40
per week
Hidradenitis Suppurativa Clinical
N = 154
N = 153
N = 163
N = 163
Response (HiSCR)a
40 (26,0%)
64 (41,8%)*
45 (27,6%)
96 (58,9%)***
30% afname van huidpijnb
N = 109
N = 122
N = 111
N = 105
27 (24,8%)
34 (27,9%)
23 (20,7%)
48 (45,7%)***
*P < 0,05, ***P < 0,001, adalimumab versus placebo
a
Onder alle gerandomiseerde patiënten.
b
Onder patiënten met een HS-gerelateerde huidpijnbeoordeling bij baseline van 3, gebaseerd
op numerieke beoordelingsschaal 0-10; 0 = geen huidpijn, 10 = ondragelijke pijn of ergst
denkbare pijn.
Behandeling met eenmaal per week adalimumab 40 mg reduceerde significant het risico op een
verergering van abcessen en drainerende fistels. In de eerste 12 weken van onderzoeken HS-I en HS-II
ervaarden ongeveer tweemaal zoveel patiënten in de placebogroep verergering van de abcessen
(respectievelijk 23,0% en 11,4%) en drainerende fistels (respectievelijk 30,0% en 13,9%) vergeleken
met de adalimumab-groep.
Er werden in week 12 ten opzichte van baseline in vergelijking met placebo grotere verbeteringen
aangetoond in huidspecifieke gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten door de
Dermatology Life Quality Index (DLQI; HS-I- en HS-II-onderzoek), algehele patiënttevredenheid met
de medicatiebehandeling, zoals gemeten door de Treatment Satisfaction Questionnaire ­ medicatie
(TSQM; HS-I- en HS-II-onderzoek) en lichamelijke gezondheid, zoals gemeten door de
samenvattingsscore van de lichamelijke component van de SF-36 (HS-I-onderzoek).
Bij patiënten die in week 12 minimaal een gedeeltelijke respons op eenmaal per week adalimumab 40
mg vertoonden, was op week 36 de HiSCR-score hoger bij patiënten die doorgingen met eenmaal per
week adalimumab dan bij patiënten bij wie de doseringsfrequentie was verlaagd naar eenmaal per
twee weken of bij wie de behandeling was gestaakt (zie tabel 20).
Tabel 20.
Deel van patiëntena die HiSCRb bereikten op week 24 en 36 nadat na adalimumab op week 12 de
wekelijkse behandeling opnieuw was toegewezen


Placebo
Adalimumab 40 Adalimumab 40
(behandeling
mg eenmaal per mg eenmaal per
gestaakt)
twee weken
week
N = 73
N = 70
N = 70
Week 24
24 (32,9%)
36 (51,4%)
40 (57,1%)
Week 36
22 (30,1%)
28 (40,0%)
39 (55,7%)
a
Patiënten met minimaal een gedeeltelijke respons op eenmaal per
week adalimumab 40 mg na 12 weken behandeling.
b
Patiënten die voldeden aan protocolspecifieke criteria voor het
verliezen van de respons of geen verbetering moesten de
onderzoeken verlaten en werden gerekend onder de non-
responders.
Onder de patiënten met minimaal een gedeeltelijke respons op week 12 en met voortzetting van de
wekelijkse dosering van adalimumab was het HiSCR-percentage in week 48 68,3% en in week 96
65,1%. Langere-termijnbehandeling met adalimumab 40 mg eenmaal per week gedurende 96 weken
resulteerde niet in nieuwe veiligheidsbevindingen.
Onder patiënten bij wie de adalimumab-behandeling op week 12 was gestaakt in onderzoeken HS-I en
HS-II, was 12 weken na herintroductie van eenmaal per week Yuflyma 40 mg het HiSCR-percentage
terug op het niveau vergelijkbaar met het niveau dat werd gezien voor het staken (56,0%).
41
Tabel 21.
Inductie van klinische remissie en respons (percentage patiënten)


CD-onderzoek I: Infliximab-naïeve
CD-onderzoek II:
patiënten
Infliximab-ervaren
patiënten

Placebo
Adalimumab Adalimumab Placebo Adalimumab
N = 74
80/40 mg
160/80 mg
N = 166
160/80 mg
N = 75
N = 76
N = 159
Week 4


Klinische remissie
12%
24%
36%*
7%
21%*
Klinische respons (CR-
24%
37%
49%**
25%
38%**
100)
Alle p-waarden zijn paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab versus placebo
*p < 0,001
**p < 0,01
Vergelijkbare remissiepercentages werden waargenomen voor het 160/80 mg en het 80/40 mg
inductieschema in week 8 en bijwerkingen werden vaker waargenomen in de 160/80 mg groep.
In CD-onderzoek III had 58% (499/854) van de patiënten een klinische respons in week 4 en werd
geanalyseerd in de primaire analyse. Van degenen die in week 4 een klinische respons hadden, was
48% eerder blootgesteld aan andere TNF-antagonisten. Handhaving van remissie en
responspercentages worden weergegeven in tabel 22. Klinische remissieresultaten bleven relatief
constant onafhankelijk van eerdere blootstelling aan TNF-antagonisten.
Een statistisch significante daling van ziektegerelateerde ziekenhuisopnamen en operatieve ingrepen
werd waargenomen bij adalimumab in vergelijking met placebo in week 56.
42
Tabel 22.
Handhaving van klinische remissie en respons (percentage patiënten)

40 mg adalimumab
40 mg adalimumab

Placebo
eenmaal per twee
eenmaal per week
weken
Week 26
N = 170
N = 172
N = 157
Klinische remissie
17%
40%*
47%*
Klinische respons (CR-100)
27%
52%*
52%*
Patiënten in steroïdvrije
3% (2/66)
19% (11/58)**
15% (11/74)**
remissie gedurende 90
dagena
Week 56
N = 170
N = 172
N = 157
Klinische remissie
12%
36%*
41%*
Klinische respons (CR-100)
17%
41%*
48%*
Patiënten in steroïdvrije
5% (3/66)
29% (17/58)*
20% (15/74)**
remissie gedurende 90
dagena
*p < 0,001 voor paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab versus placebo
** p < 0,02 voor paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab versus placebo
a Van degenen die op baseline corticosteroïden kregen
Onder patiënten die geen respons hadden in week 4, had 43% van de patiënten op de
onderhoudsdosering adalimumab een respons in week 12 in vergelijking met 30% van de patiënten op
de onderhoudsdosering placebo. Deze resultaten duiden erop dat sommige patiënten die in week 4 nog
geen respons hebben gehad, baat kunnen hebben bij voortgezette onderhoudsbehandeling tot en met
week 12. Behandeling voortgezet tot na 12 weken resulteerde niet in significant meer responsen (zie
rubriek 4.2).
117 van de 276 patiënten uit CD-onderzoek I en 272 van de 777 patiënten uit CD-onderzoeken II en
III werden gevolgd gedurende minimaal 3 jaar open-label adalimumab-behandeling. Respectievelijk
88 en 189 patiënten bleven in medische remissie. Klinische respons (CR-100) werd gehandhaafd bij
respectievelijk 102 en 233 patiënten.
Kwaliteit van leven

In CD-onderzoek I en CD-onderzoek II werd statistisch significante verbetering bereikt in de totale
score van de ziektespecifieke Vragenlijst inflammatoire darmziekte (IBDQ) in week 4 bij patiënten die
gerandomiseerd waren naar adalimumab 80/40 mg en 160/80 mg in vergelijking met placebo en dit
werd waargenomen in week 26 en 56 in CD-onderzoek III evenals de adalimumab-behandelgroepen in
vergelijking met de placebogroep.
Colitis ulcerosa

De veiligheid en werkzaamheid van meerdere doses adalimumab werden beoordeeld bij volwassen
patiënten met matig ernstige tot ernstige actieve colitis ulcerosa (Mayo-score 6 tot 12 met een
endoscopie-subscore van 2 tot 3) in gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde
onderzoeken.
In onderzoek UC-I werden 390 patiënten die naïef waren voor TNF-antagonisten gerandomiseerd om
of in week 0 en in week 2 placebo te krijgen, of in week 0 160 mg adalimumab gevolgd door 80 mg in
week 2, of in week 0 80 mg adalimumab gevolgd door 40 mg in week 2. Na week 2 kregen de
patiënten in beide adalimumab-groepen 40 mg eenmaal per twee weken. Klinische remissie
(gedefinieerd als Mayo-score 2 met geen subscore van > 1) werd bepaald in week 8.
43
Tabel 23.
Respons, remissie en mucosale genezing in onderzoek UC-II
(percentage patiënten)

Placebo
40 mg adalimumab eenmaal
per twee weken
Week 52
N = 246
N = 248
Klinische respons
18%
30%*
Klinische remissie
9%
17%*
Mucosale genezing
15%
25%*
Steroïdvrije remissie gedurende
6%
13%*
90 dagena
(N = 140)
(N = 150)
week 8 en 52

Aanhoudende respons
12%
24%**
Aanhoudende remissie
4%
8%*
Aanhoudende mucosale
11%
19%*
genezing
Klinische remissie is Mayo-score 2 met geen subscore > 1;
Klinische respons is een daling ten opzichte van baseline in Mayo-score 3 punten en 30% plus een
daling 1 in de rectale bloedingssubscore [RBS] of een absolute RBS van 0 of 1;
*p < 0,05 voor adalimumab versus placebo paarsgewijze vergelijking van proporties
**p < 0,001 voor adalimumab versus placebo paarsgewijze vergelijking van proporties
a Van degenen die op baseline corticosteroïden kregen
Van de patiënten met een respons in week 8 had 47% een respons, was 29% in remissie, had 41%
mucosale genezing en was 20% in steroïdvrije remissie voor 90 dagen in week 52.
Ongeveer 40% van de patiënten in onderzoek UC-II had geen resultaat gehad met eerdere anti-TNF
behandeling met infliximab. De werkzaamheid van adalimumab was bij deze patiënten verminderd
vergeleken met die bij patiënten die naïef waren voor TNF-antagonisten. Van de patiënten bij wie
eerdere anti-TNF-behandeling geen resultaat had, werd in week 52 bij 3% op placebo en bij 10% op
adalimumab remissie bereikt.
Patiënten uit de onderzoeken UC-I en UC-II hadden de mogelijkheid om naar een open-label
langetermijnextensieonderzoek (UC-III) over te stappen. Na 3 jaar behandeling met adalimumab bleef
75% (301/402) in klinische remissie op basis van partiële Mayo-score.
44
45
Tijd tot falen van de behandeling in onderzoeken UV I en UV II

Mediane tijd
Analyse
CI 95%
N
Falen N (%)
tot falen
HRa

p
-waardeb
behandeling
voor HRa
(maanden)
Tijd tot falen behandeling in of na week 6 in onderzoek UV I
primaire analyse (ITT)
placebo
107
84 (78,5)
3,0
--
--
--
adalimumab
110
60 (54,5)
5,6
0,50
0,36, 0,70
< 0,001
Tijd tot falen behandeling in of na week 2 in onderzoek UV II
primaire analyse (ITT)
placebo
111
61 (55,0)
8,3
--
--
--
adalimumab
115
45 (39,1)
NEc
0,57
0,39, 0,84
0,004
Opmerking: falen van de behandeling in of na week 6 (studie UV I), of in of na week 2 (studie UV II)
werd geteld als een gebeurtenis. Drop-outs om redenen anders dan falen van de behandeling werden
geschrapt op het moment van uitvallen.
a
HR van adalimumab versus placebo uit proportionele risicoregressie met behandeling als factor.
b
2-zijdige p-waarde uit de log rank-test.
c
NE = niet te schatten. Bij minder dan de helft van de patiënten die risico liepen, trad een
gebeurtenis op.

Figuur 2: Kaplan-Meier-curves tonen een samenvatting van de tijd tot het falen van de
behandeling in of na week 6 (onderzoek UV I) of week 2 (onderzoek UV II)

N
E

)

L
%
FA
E

ING (
G
L
A
E
T
D
N
N
E
A
C
H
R
E
B

PE

TIJD

(MAANDEN)
Onderzoek UV I
········· Behandeling
_________ Placebo
········· Adalimumab
46
)

L
%
FA
E

ING (
G
L
A
E
T
D
N
N
E
A
C
H
R
E
B

PE

TIJD

(MAANDEN)
Onderzoek UV II
········· Behandeling
_________ Placebo
········· Adalimumab
Opmerking: P# = Placebo (aantal gebeurtenissen/aantal dat risico loopt); A# = Adalimumab (aantal
gebeurtenissen/aantal dat risico loopt).
In onderzoek UV I werden statistisch significante verschillen ten gunste van adalimumab in
vergelijking met placebo waargenomen voor elk onderdeel van falen van de behandeling. In
onderzoek UV II werden statistisch significante verschillen alleen waargenomen voor
gezichtsscherpte, maar waren de andere onderdelen getalsmatig in het voordeel van adalimumab.
Van de 424 proefpersonen die aan de ongecontroleerde langetermijnextensie van de onderzoeken UV I
en UV II deelnamen, kwamen 60 proefpersonen niet in aanmerking (bijvoorbeeld door afwijkingen of
door complicaties secundair aan diabetische retinopathie, door een staaroperatie of vitrectomie); zij
werden uitgesloten van de primaire werkzaamheidsanalyse. Van de 364 resterende patiënten bereikten
269 (74%) evalueerbare patiënten 78 weken open-label adalimumab behandeling. Op basis van de
waargenomen gegevens waren 216 (80,3%) patiënten in een latente fase (geen actieve
ontstekingslaesies, classificatie van het aantal cellen in de voorste oogkamer 0,5+, mate van
vertroebeling van het glasvocht (`vitreous haze' of VH) 0,5+) met een gelijktijdig toegediende dosis
steroïd 7,5 mg per dag; bij 178 (66,2%) proefpersonen was de ziekte zonder steroïden latent. De
beste gecorrigeerde gezichtsscherpte (BCVA) was bij 88,6% van de ogen verbeterd of gehandhaafd (<
5 letters achteruitgang) in week 78. De gegevens na week 78 waren in het algemeen consistent met
deze resultaten, maar het aantal deelnemende proefpersonen nam na deze tijd af. Van de patiënten die
met het onderzoek stopten, stopte 18% wegens bijwerkingen en 8% wegens onvoldoende respons op
behandeling met adalimumab.
Kwaliteit van leven

In beide klinische onderzoeken werden door de patiënt gemelde resultaten met betrekking tot
gezichtsvermogen-gerelateerd functioneren gemeten op basis van de NEI VFQ-25. Adalimumab was
getalsmatig in het voordeel voor het merendeel van de subscores, met statistisch significante
gemiddelde verschillen voor algeheel gezichtsvermogen, pijn in het oog, dichtbij zien, geestelijke
gezondheid en totaalscore in studie UV I en voor algeheel gezichtsvermogen en de geestelijke
gezondheid in studie UV II. Gezichtsvermogen-gerelateerde effecten waren niet getalsmatig in het
voordeel van adalimumab met betrekking tot kleurwaarneming in onderzoek UV I en met betrekking
tot kleurwaarneming, perifeer zicht en dichtbij zien in onderzoek UV II.
47
Tabel 25.
Verdeling van patiënten naar leeftijd en tijdens de OL LI-fase ontvangen dosering adalimumab
Leeftijdsgroep
Aantal patiënten in de
Minimale, mediane en maximale dosering
uitgangssituatie n (%)
4 tot en met 7 jaar
31 (18,1)
10, 20 en 25 mg
8 tot en met 12 jaar
71 (41,5)
20, 25 en 40 mg
13 tot en met 17 jaar
69 (40,4)
25, 40 en 40 mg
Patiënten met een ACR Pedi-30-respons in week 16 kwamen in aanmerking voor randomisatie naar de
dubbelblinde (DB) fase en kregen daarna gedurende nog 32 weken of tot opvlamming van de ziekte
eenmaal per twee weken ofwel adalimumab 24 mg/m² tot maximaal 40 mg ofwel placebo. Criteria
voor opvlamming van de ziekte waren gedefinieerd als verslechtering van 30% ten opzichte van de
uitgangssituatie van 3 van de 6 ACR Pedi-kerncriteria, 2 actieve gewrichten, en verbetering
van > 30% van niet meer dan 1 van de 6 criteria. Na 32 weken of bij opvlamming van de ziekte,
kwamen patiënten in aanmerking om te worden geïncludeerd in de open-label extensiefase.
Tabel 26.
ACR Pedi 30-respons in het JIA-onderzoek
Stratum
MTX
Zonder MTX
Fase

OL-LI 16 weken

48
MTX
Zonder MTX
Fase

ACR Pedi 30-
94,1% (80/85)
74,4% (64/86)
respons (n/N)
Resultaten v.w.b. werkzaamheid
Dubbelblind 32
Adalimumab/
Placebo/ MTX
Adalimumab
Placebo (N = 28)
weken
MTX (N = 38)
(N = 37)
(N = 30)
Opvlammingen
36,8% (14/38)
64,9% (24/37)b
43,3% (13/30)
71,4% (20/28)c
van de ziekte aan
het eind van de 32
wekena (n/N)
Mediane tijd tot
> 32 weken
20 weken
> 32 weken
14 weken
opvlamming van
de ziekte
a ACR Pedi 30/50/70-responsen waren in week 48 significant hoger dan bij met placebo behandelde
patiënten
b p = 0,015
c p = 0,031
Onder degenen die een respons hadden in week 16 (n=144) bleven de ACR Pedi 30/50/70/90
responsen tot een periode van zes jaar behouden in de open-label extensiefase bij patiënten die
adalimumab kregen gedurende het gehele onderzoek. In totaal werden 19 deelnemers, waarvan 11 uit
de leeftijdsgroep die in de uitgangssituatie 4 tot en met 12 jaar waren en 8 uit de leeftijdsgroep die in
de uitgangssituatie 13 tot en met 17 jaar waren, 6 jaar of langer behandeld.
In het algemeen was de respons beter en ontwikkelden minder patiënten antilichamen bij behandeling
met de combinatie van adalimumab en MTX in vergelijking met alleen adalimumab. Op basis van
deze resultaten wordt aanbevolen om Yuflyma in combinatie met MTX te gebruiken en als
monotherapie bij patiënten voor wie MTX-gebruik ongewenst is (zie rubriek 4.2).
pJIA II
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in een open-label, multicenter
onderzoek bij 32 kinderen
(in de leeftijd van 2 tot 4 jaar of 4 jaar en ouder met een lichaamsgewicht van minder dan 15 kg) met
matig tot ernstig actieve polyarticulaire JIA. De patiënten kregen 24 mg/m² lichaamsoppervlak (BSA)
adalimumab tot een maximum van 20 mg om de week als enkele dosis via subcutane injectie
gedurende ten minste 24 weken. Tijdens het onderzoek gebruikten de meeste kinderen gelijktijdig
MTX; het gebruik van corticosteroïden of NSAID's werd minder gerapporteerd.
In week 12 en week 24 was de ACR Pedi 30 respons respectievelijk 93,5% en 90,0%, gebruikmakend
van de benadering van waargenomen data. De verhouding kinderen met ACR Pedi 50/70/90 in week
12 en week 24 was respectievelijk 90,3%/61,3%/38,7% en 83,3%/73,3%/36,7%. Onder degenen die
een respons hadden (ACR Pedi 30) in week 24 (n=27 van de 30 patiënten), werd de ACR Pedi 30
respons behouden gedurende tot 60 weken tijdens de OLE-fase bij patiënten die adalimumab kregen
gedurende deze periode. In totaal werden 20 proefpersonen behandeld gedurende 60 weken of langer.
Enthesitis-gerelateerde artritis

De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in een multicenter,
gerandomiseerd, dubbelblind onderzoek bij 46 pediatrische patiënten (6 tot en met 17 jaar oud) met
matige enthesitis-gerelateerde artritis. De patiënten werden gerandomiseerd om gedurende 12 weken
eenmaal per twee weken óf 24 mg/m² lichaamsoppervlakte (BSA) adalimumab tot een maximum van
40 mg óf placebo te ontvangen. De dubbelblinde periode werd gevolgd door een open-label (OL)
periode van maximaal 192 extra weken waarin patiënten subcutaan 24 mg/m² BSA adalimumab tot
een maximum van 40 mg eenmaal per twee weken ontvingen. Het primaire eindpunt was het de
49
Tabel 27.
Juveniele plaque psoriasis - Resultaten werkzaamheid na 16 weken

MTXa
Adalimumab 0,8 mg/kg
eenmaal per twee weken
N = 37
N = 38
PASI 75b
12 (32,4%)
22 (57,9%)
PGA: schoon/minimaalc
15 (40,5%)
23 (60,5%)
a MTX = methotrexaat
b p=0,027, Yuflyma 0,8 mg/kg versus MTX
c p=0,083, Yuflyma 0,8 mg/kg versus MTX
Bij patiënten die een PASI 75 of PGA van 'schoon' of 'minimaal' hadden bereikt, werd de behandeling
gestaakt tot maximaal 36 weken en zij werden gemonitord op verlies van ziektecontrole (d.w.z.
verergering van PGA met minimaal 2 gradaties). Patiënten werden vervolgens opnieuw behandeld met
0,8 mg/kg adalimumab eenmaal per twee weken gedurende 16 additionele weken en de waargenomen
responspercentages tijdens herbehandeling waren vergelijkbaar met die tijdens de voorafgaande
dubbelblinde periode: PASI 75 respons van 78,9% (15 van de 19 patiënten) en PGA 'schoon' of
'minimaal' van 52,6% (10 van de 19 patiënten).
In de open-labelperiode van het onderzoek werden de PASI 75 en PGA 'schoon' of 'minimaal'
responsen gehandhaafd gedurende maximaal 52 extra weken zonder nieuwe veiligheidsbevindingen.
Juveniele hidradenitis suppurativa

Er zijn geen klinische studies met adalimumab bij adolescente patiënten met HS uitgevoerd. De
werkzaamheid van adalimumab voor de behandeling van adolescente patiënten met HS is voorspeld
op basis van de aangetoonde werkzaamheid en de relatie tussen blootstelling en respons bij volwassen
HS-patiënten en de waarschijnlijkheid dat het ziekteverloop, de pathofysiologie en de effecten van het
geneesmiddel wezenlijk vergelijkbaar zijn met die bij volwassenen bij dezelfde blootstelling. De
50
Tabel 28. Onderhoudsdoseringsschema

Gewicht patiënt
Lage dosis
Standaarddosering
< 40 kg
10 mg eenmaal per twee weken
20 mg eenmaal per twee weken
40 kg
20 mg eenmaal per twee weken
40 mg eenmaal per twee weken
Werkzaamheidsresultaten

Het primaire eindpunt van het onderzoek was klinische remissie in week 26, gedefinieerd als PCDAI-
score 10.
Percentages klinische remissie en klinische respons (gedefinieerd als reductie in PCDAI-score van ten
minste 15 punten ten opzichte van baseline) zijn weergegeven in tabel 29. Percentages van
discontinuering van corticosteroïden of immunomodulatoren zijn weergegeven in tabel 30.
Tabel 29.
Onderzoek juveniele ziekte van Crohn
PCDAI klinische remissie en respons


Standaarddosering
Lage dosering
p-waarde*
40/20 mg eenmaal 20/10 mg eenmaal
per twee weken
per twee weken
N = 93
N = 95
Week 26

Klinische remissie
38,7%
28,4%
0,075
Klinische respons
59,1%
48,4%
0,073
Week 52

Klinische remissie
33,3%
23,2%
0,100
Klinische respons
41,9%
28,4%
0,038
* p-waarde voor vergelijking standaarddosering versus lage dosering.
51
Onderzoek juveniele ziekte van Crohn
Discontinuering van corticosteroïden of immuunmodulerende middelen en fistelremissie


Standaarddosering
Lage dosering
p-waarde1
40/20 mg eenmaal
20/10 mg
per twee weken
eenmaal per twee
weken
Stopzetten van corticosteroïden
N = 33
N = 38

Week 26
84,8%
65,8%
0,066
Week 52
69,7%
60,5%
0,420
Stopzetten van immuunmodulerende
N = 60
N = 57

middelen
Week 52
30,0%
29,8%
0,983
Fistelremissie3
N = 15
N = 21

Week 26
46,7%
38,1%
0,608
Week 52
40,0%
23,8%
0,303
1
p-waarde voor vergelijking standaarddosering versus lage dosering.
2
Immunosuppressieve behandeling kon alleen worden stopgezet in of na week 26 na besluit van
de onderzoeker wanneer de proefpersoon voldeed aan het klinische responscriterium
3
gedefinieerd als het sluiten van alle fistels die vanaf baseline gedurende ten minste 2
opeenvolgende bezoeken na baseline draineerden
In beide behandelgroepen werden statistisch significante toenames (verbeteringen) in Body Mass
Index en groeisnelheid vanaf baseline tot week 26 en week 52 waargenomen.
In beide behandelgroepen werden ook statistisch en klinisch significante verbeteringen in de
parameters voor de kwaliteit van leven vanaf baseline waargenomen (waaronder IMPACT III).
Honderd patiënten (n=100) uit het onderzoek bij pediatrische patiënten met de ziekte van Crohn
namen deel aan een open-label langetermijnextensieonderzoek. Na 5 jaar adalimumabtherapie bleef
74,0% (37/50) van de 50 patiënten die nog in de studie zaten in klinische remissie en 92,0% (46/50)
van de patiënten hielden een klinische respons per PCDAI.
Juveniele colitis ulcerosa
De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in een gerandomiseerd,
dubbelblind onderzoek in meerdere centra bij 93 pediatrische patiënten van 5 tot en met 17 jaar met
matige tot ernstige colitis ulcerosa (Mayo-score 6 tot 12 met endoscopische subscore van 2 tot 3
punten, bevestigd door centraal afgelezen endoscopie) die een ontoereikende respons hadden op
conventionele behandeling of deze niet verdroegen. Bij ongeveer 16% van de patiënten in het
onderzoek was een eerdere anti-TNF-behandeling niet geslaagd. Patiënten die op het moment van
inclusie corticosteroïden kregen konden hun corticosteroïdenbehandeling afbouwen na week 4.
Tijdens de inductieperiode van het onderzoek werden 77 patiënten gerandomiseerd 3:2 naar een
dubbelblinde behandeling met adalimumab met een inductiedosering van 2,4 mg/kg (maximaal
160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2 of een inductiedosering van
2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in week 1 en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week
2. Beide groepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6. Na een aanpassing in de
opzet van het onderzoek kregen de overgebleven 16 patiënten die werden geïncludeerd in de
inductieperiode een open-labelbehandeling met adalimumab met de inductiedosering van 2,4 mg/kg
(maximaal 160 mg) in week 0 en week 1 en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2.
In week 8 werden 62 patiënten met een aangetoonde klinische respons volgens partiële Mayo-score
(Partial Mayo Score (PMS) gedefinieerd als een afname in PMS 2 punten en 30% ten opzichte van
52
Werkzaamheidsresultaten
De co-primaire eindpunten van het onderzoek waren klinische remissie volgens PMS (gedefinieerd als
PMS 2 en afwezigheid van individuele subscore > 1) in week 8, en klinische remissie volgens FMS
(Full Mayo Score, volledige Mayo-score) (gedefinieerd als een Mayo-score 2 en afwezigheid van
individuele subscore > 1) in week 52 bij patiënten met een klinische respons volgens PMS in week 8.
Klinische remissiepercentages volgens PMS in week 8 voor patiënten in elk van de
Adalimumab dubbelblinde inductiegroepen worden weergegeven in tabel 31.
Tabel 31. Klinische remissie volgens PMS na 8 weken
Adalimumaba
Adalimumabb, c

Maximaal 160 mg in week
Maximaal 160 mg in week
0 / placebo in week 1
0 en week 1
N = 30
N = 47
Klinische remissie
13/30 (43,3%)
28/47 (59,6%)
a Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal
80 mg) in week 2
b Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal
80 mg) in week 2
c Exclusief open-label inductiedosering van Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en
week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
Opmerking 1: beide inductiegroepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6
Opmerking 2: patiënten met ontbrekende waarden in week 8 werden geacht het eindpunt niet te
hebben bereikt
In week 52 werden de klinische remissie bij responders in week 8 volgens FMS, klinische respons
volgens FMS (gedefinieerd als een afname in Mayo-score 3 punten en 30% ten opzichte van
uitgangssituatie) bij responders in week 8, mucosale genezing volgens FMS (gedefinieerd als een
Mayo-endoscopiescore 1) bij responders in week 8, klinische remissie volgens FMS bij patiënten in
remissie in week 8, en het aandeel van proefpersonen met een corticosteroïde-vrije remissie volgens
FMS bij responders in week 8 beoordeeld bij patiënten die adalimumab kregen in het dubbelblinde
maximum van 40 mg eenmaal per twee weken (0,6 mg/kg) en maximaal 40 mg eenmaal per week
(0,6 mg/kg) als onderhoudsdosering (tabel 32).
Tabel 32. Werkzaamheidsresultaten na 52 weken

Adalimumaba
Adalimumabb
Maximaal 40 mg
eenmaal per Maximaal 40 mg
eenmaal
twee weken
per week
53
N = 31
Klinische remissie bij PMS-
9/31 (29,0%)
14/31 (45,2%)
responders in week 8
Klinische respons bij PMS-
19/31 (61,3%)
21/31 (67,7%)
responders in week 8
Mucosale genezing bij PMS-
12/31 (38,7%)
16/31 (51,6%)
responders in week 8
Klinische remissie bij patiënten
9/21 (42,9%)
10/22 (45,5%)
met een PMS-remissie in week 8
Corticosteroïde-vrije remissie bij
4/13 (30,8%)
5/16 (31,3%)
PMS-responders in week 8c
a Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken
b Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per week
c Bij patiënten die bij uitgangssituatie gelijktijdig corticosteroïden gebruikten
Opmerking: patiënten met ontbrekende waarden in week 52 of die werden gerandomiseerd om een
herinductie- of onderhoudsbehandeling te krijgen werden beschouwd als non-responders voor de
eindpunten van week 52
Extra verkennende werkzaamheidseindpunten zijn onder andere klinische respons volgens de
Paediatric Ulcerative Colitis Activity Index (PUCAI) (gedefinieerd als een afname in PUCAI 20
punten ten opzichte van uitgangssituatie) en klinische remissie volgens PUCAI (gedefinieerd als
PUCAI < 10) in week 8 en week 52 (tabel 33).
Tabel 33. Resultaten verkennende eindpunten volgens PUCAI

Week 8
Adalimumaba
Adalimumabb,c
Maximaal 160 mg in week 0
Maximaal 160 mg in
/ placebo in week 1
week 0 en week 1
N = 30
N = 47
Klinische remissie volgens PUCAI
10/30 (33,3%)
22/47 (46,8%)
Klinische respons volgens PUCAI
15/30 (50,0%)
32/47 (68,1%)

Week 52
Adalimumabd
Adalimumabe
Maximaal 40 mg eenmaal
Maximaal 40 mg
per twee weken
eenmaal per week
N = 31
N = 31
Klinische remissie volgens PUCAI
14/31 (45,2%)
18/31 (58,1%)
bij PMS-responders in week 8
Klinische respons volgens PUCAI
18/31 (58,1%)
16/31 (51,6%)
bij PMS-responders in week 8
a Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in
week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
b Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal
80 mg) in week 2
c Exclusief open-label inductiedosering van Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in
week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
d Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken
e Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per week
Opmerking 1: beide inductiegroepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6
Opmerking 2: patiënten met ontbrekende waarden in week 8 werden geacht het eindpunt niet te
hebben bereikt
Opmerking 3: patiënten met ontbrekende waarden in week 52 of die werden gerandomiseerd om
een herinductie- of onderhoudsbehandeling te krijgen werden beschouwd als non-responders
voor de eindpunten van week 52
54

55
in het onderzoek naar pediatrische uveïtis


N
A
V
N
E
L
FA
N


A
V

ING
D
L
I
E
E
D
H
N
K
A
IJ
H
E
B

IJNL
H
SC
R
A

WA


TIJD (WEKEN)
Behandeling
­ ­ ­ ­ Placebo
_______ Adalimumab
Opmerking: NB: P = Placebo (aantal met risico); A = Adalimumab (aantal met risico).
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie en distributie
Na subcutane toediening van een enkele dosis van 40 mg verliep de resorptie en distributie van
adalimumab langzaam, en werden piekconcentraties in serum ongeveer 5 dagen na toediening bereikt.
De gemiddelde geschatte absolute biologische beschikbaarheid van adalimumab na een enkele
subcutane dosis van 40 mg in deze drie onderzoeken bedroeg 64%. Na een enkele intraveneuze dosis
van 0,25 tot 10 mg/kg waren de concentraties dosisafhankelijk. Na doseringen van 0,5 mg/kg (~40
mg), varieerde de klaring van 11 tot 15 ml/uur, het verdelingsvolume (Vss) varieerde van 5 tot 6 liter
en de gemiddelde terminale halfwaardetijd bedroeg circa twee weken. De adalimumab-concentraties
in het synoviavocht van verschillende patiënten met reumatoïde artritis varieerden van 31 tot 96% van
die in serum.
Na subcutane toediening van 40 mg adalimumab eenmaal per twee weken bij volwassen patiënten met
reumatoïde artritis (RA) waren de gemiddelde steady-state dalconcentraties respectievelijk circa 5
µg/ml (zonder gelijktijdig methotrexaat) en 8 tot 9 µg/ml (met gelijktijdig methotrexaat). De
dalwaarden voor adalimumab in serum in een steady-state-toestand namen na subcutane toediening
van 20, 40 en 80 mg eenmaal per twee weken en eenmaal per week bij benadering evenredig met de
dosering toe.
Na subcutane toediening van 24 mg/m² (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken aan patiënten met
polyarticulaire juveniele idiopathische artritis (JIA) in de leeftijd van 4 tot en met 17 jaar was de
gemiddelde steady-state dalconcentratie (waarden gemeten van week 20 tot week 48) van adalimumab
in serum 5,6 ± 5,6 g/ml (102% CV) voor adalimumab zonder gelijktijdig gebruik van methotrexaat
en 10,9 ± 5,2 g/ml (47,7% CV) voor gebruik in combinatie met methotrexaat.
56
57
58
FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen
Azijnzuur
Natriumacetaat-trihydraat
Glycine
Polysorbaat 80
Water voor injecties
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden
6.3 Houdbaarheid
3 jaar
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren in de koelkast (2 °C ­ 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit of voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Een enkele voorgevulde spuit of voorgevulde pen met Yuflyma kan worden bewaard bij een
temperatuur van maximaal 25 °C gedurende een periode van maximaal 30 dagen. De voorgevulde
spuit of voorgevulde pen moet tegen licht worden beschermd en moet worden weggegooid wanneer
deze niet binnen de periode van 30 dagen wordt gebruikt.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit (glas van type I) met zuigerstopper
(bromobutylrubber) en een naald met een naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
59
1 voorgevulde spuit (0,4 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
·
2 voorgevulde spuiten (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
·
4 voorgevulde spuiten (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
·
6 voorgevulde spuiten (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls
De spuit is gemaakt van glas van type I met een zuigerstopper (bromobutylrubber) en naald met een
naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
Verpakkingen met:
·
1 voorgevulde spuit met naaldhuls (0,4 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
·
2 voorgevulde spuiten met naaldhuls (0,4 ml steriele oplossing) elk met 1 alcoholdoekje.
·
4 voorgevulde spuiten met naaldhuls (0,4 ml steriele oplossing) elk met 1 alcoholdoekje.
·
6 voorgevulde spuiten met naaldhuls (0,4 ml steriele oplossing) elk met 1 alcoholdoekje.
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen voor gebruik door patiënt die een voorgevulde spuit
bevat. De spuit in de pen is gemaakt van glas van type I met een plunjerstopper (bromobutylrubber) en
een naald met een naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
Verpakkingen met:
·
1 voorgevulde pen (0,4 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
·
2 voorgevulde pennen (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
·
4 voorgevulde pennen (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
·
6 voorgevulde pennen (0,4 ml steriele oplossing), elk met 1 alcoholdoekje.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.

7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1­3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije

8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
EU/1/20/1513/001
EU/1/20/1513/002
EU/1/20/1513/003
EU/1/20/1513/004
60
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 11 februari 2021

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
61
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht
alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van bijwerkingen.
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen

2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Elke voorgevulde spuit van 0,8 ml bevat een enkele dosis van 80 mg adalimumab.
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Elke voorgevulde pen van 0,8 ml bevat een enkele dosis van 80 mg adalimumab.
Adalimumab is een recombinant humaan monoklonaal antilichaam dat geproduceerd wordt in Chinese
Hamster Ovariumcellen.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectie)
Heldere tot licht opalescente, kleurloze tot lichtbruine oplossing.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties
Reumatoïde artritis
Yuflyma in combinatie met methotrexaat is geïndiceerd voor:
·
de behandeling van matige tot ernstige, actieve reumatoïde artritis bij volwassen patiënten die
een ontoereikende respons hebben gehad op ziektemodificerende antireumatische
geneesmiddelen inclusief methotrexaat;
·
de behandeling van ernstige, actieve en progressieve reumatoïde artritis bij volwassenen die niet
eerder zijn behandeld met methotrexaat.
Yuflyma kan als monotherapie worden gebruikt in geval van intolerantie voor methotrexaat of
wanneer voortzetting van de behandeling met methotrexaat ongewenst is.
Het is aangetoond dat adalimumab de progressie van gewrichtsschade afremt, zoals gemeten door
middel van röntgenonderzoek, en het lichamelijk functioneren verbetert wanneer het gegeven wordt in
combinatie met methotrexaat.
62
63
64
65
66
Tabel 1. Adalimumab-dosis voor kinderen met de ziekte van Crohn

Gewicht
Onderhoudsdosering
Inductiedosering
patiënt
vanaf week 4
< 40 kg
·
40 mg in week 0 en 20 mg in week 2*
-
Indien een snellere respons op de therapie nodig is, kan
de volgende dosering worden gebruikt, waarbij men zich
ervan bewust moet zijn dat het risico op bijwerkingen
hoger kan zijn wanneer de hogere inductiedosering wordt
gebruikt:
·
80 mg in week 0 en 40 mg in week 2
40 kg
·
80 mg in week 0 en 40 mg in week 2
40 mg eenmaal per
twee weken
Indien een snellere respons op de therapie nodig is, kan
de volgende dosering worden gebruikt, waarbij men zich
ervan bewust moet zijn dat het risico op bijwerkingen
hoger kan zijn wanneer de hogere inductiedosering wordt
gebruikt:
·
160 mg in week 0 en 80 mg in week 2
* Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het
niet mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg
nodig hebben.
Patiënten die onvoldoende respons ervaren, kunnen baat hebben bij een verhoging van de dosering:
·
40 kg: 40 mg eenmaal per week of 80 mg eenmaal per twee weken
Voortzetting van de behandeling dient zorgvuldig te worden overwogen wanneer een patiënt in week
12 nog geen respons vertoont.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 6 jaar voor deze indicatie.

Juveniele colitis ulcerosa


De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten van 6 tot en met 17 jaar met colitis ulcerosa is gebaseerd
op het lichaamsgewicht (tabel 2). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.

Tabel 2. Yuflyma dosis voor pediatrische patiënten met colitis ulcerosa

Onderhoudsdosering
Patiëntgewicht
Inductiedosering
vanaf week 4*
< 40 kg
· 80 mg in week 0 (gegeven als één
· 40 mg eenmaal per twee
injectie met 80 mg) en
weken
· 40 mg in week 2 (gegeven als één
injectie met 40 mg)
40 kg
· 160 mg in week 0 (gegeven als
· 80 mg eenmaal per twee
twee injecties van 80 mg op één
weken
dag of als één injectie van 80 mg
67
· 80 mg in week 2 (gegeven als één
injectie van 80 mg op één dag)
* Pediatrische patiënten die 18 jaar worden tijdens behandeling met Yuflyma dienen door te
gaan met de hun voorgeschreven onderhoudsdosis.
Voortzetting van de behandeling na 8 weken dient zorgvuldig te worden overwogen bij patiënten die
geen tekenen van een respons vertonen binnen deze tijdsperiode.
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 6 jaar voor deze indicatie.
Juveniele uveïtis

De aanbevolen dosis Yuflyma voor kinderen met uveïtis vanaf 2 jaar is gebaseerd op lichaamsgewicht
(tabel 3). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Voor juveniele uveïtis is er geen ervaring met de behandeling van adalimumab zonder gelijktijdig
gebruik van methotrexaat.
Tabel 3. Yuflyma-dosis voor kinderen met uveïtis

Gewicht patiënt
Doseringsschema
< 30 kg
-
30 kg
40 mg eenmaal per twee weken
in combinatie met methotrexaat
Opmerking: Yuflyma is beschikbaar als 40 mg-presentaties of 80 mg-presentaties. Daardoor is het niet
mogelijk om Yuflyma toe te dienen aan patiënten die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig
hebben.
Bij initiatie van de Yuflyma-behandeling kan één week voor aanvang van de onderhoudsbehandeling
een oplaaddosis van 40 mg worden toegediend voor patiënten < 30 kg of 80 mg voor patiënten 30 kg.
Er zijn geen klinische gegevens beschikbaar over het gebruik van een oplaaddosis adalimumab bij
kinderen jonger dan 6 jaar (zie rubriek 5.2).
Er is geen relevante toepassing van adalimumab bij kinderen jonger dan 2 jaar voor deze indicatie.
Aanbevolen wordt de voordelen en risico's van voortgezette langetermijnbehandeling jaarlijks te
evalueren (zie rubriek 5.1).
Juveniele plaque psoriasis

De aanbevolen dosis Yuflyma voor patiënten met plaque psoriasis van 4 tot 17 jaar oud is gebaseerd
op lichaamsgewicht (tabel 4). Yuflyma wordt toegediend via subcutane injectie.
Tabel 4. Yuflyma-dosis voor kinderen met plaque psoriasis

Gewicht patiënt
Doseringsschema
15 kg tot < 30 kg
-
30 kg
Aanvangsdosis van 40 mg,
gevolgd door eenmaal per twee
weken 40 mg vanaf één week na
de aanvangsdosis.
68
69
70
71
72
73
74
75
76
Tabel 5. Bijwerkingen

Systeem-/orgaanklasse
Frequentie
Bijwerking
Infecties en parasitaire
zeer vaak
luchtweginfecties (waaronder lagere en hogere
aandoeningen*
luchtweginfecties, pneumonie, sinusitis,
faryngitis, nasofaryngitis en virale herpes
pneumonie)
vaak
systemische infecties (waaronder sepsis,
candidiasis en influenza),
intestinale infecties (waaronder virale gastro-
enteritis),
huid- en onderhuidinfecties (waaronder
paronychia, cellulitis, impetigo, fasciitis
necroticans en herpes zoster),
oorontstekingen,
orale infecties (waaronder herpes simplex, orale
herpes en tandinfecties),
genitale infecties (waaronder vulvovaginale
schimmelinfectie),
urineweginfecties (waaronder pyelonefritis),
schimmelinfecties,
gewrichtsinfecties
soms
neurologische infecties (waaronder virale
meningitis),
opportunistische infecties en tuberculose
(waaronder coccidioïdomycose, histoplasmose
en MAC-infectie (Mycobacterium avium
complex)),
bacteriële infecties,
ooginfecties,
diverticulitis1)
Neoplasmata, benigne, maligne vaak
huidkanker met uitzondering van melanoom
en niet-gespecificeerd
(waaronder basaalcelcarcinoom en
(inclusief cysten en poliepen)*
epitheelcelcarcinoom),
benigne neoplasma
soms
lymfoom**,
solide tumoren (waaronder borstkanker,
longkanker en schildklierkanker),
melanoom**
zelden
leukemie1)
niet bekend
hepatosplenisch T-cel lymfoom1),
Merkelcelcarcinoom (neuro-endocrien
carcinoom van de huid)1),
Kaposi-sarcoom
77
Frequentie
Bijwerking
Bloed- en
zeer vaak
leukopenie (waaronder neutropenie en
lymfestelselaandoeningen*
agranulocytose),
anemie
vaak
leukocytose,
trombocytopenie
soms
idiopathische trombocytopenische purpura
zelden
pancytopenie
Immuunsysteemaandoeningen* vaak
hypersensitiviteit,
allergieën (waaronder hooikoorts)
soms
sarcoïdose1),
vasculitis
zelden
anafylaxe1)
Voedings- en
zeer vaak
verhoogde lipiden
stofwisselingsstoornissen
vaak
hypokaliëmie,
verhoogd urinezuur,
afwijkend bloednatrium,
hypocalciëmie,
hyperglykemie,
hypofosfatemie,
dehydratie
Psychische stoornissen
vaak
stemmingswisselingen (waaronder depressie),
angst,
slapeloosheid
Zenuwstelselaandoeningen*
zeer vaak
Hoofdpijn
vaak
paresthesieën (waaronder hypo-esthesie),
migraine,
zenuwwortelcompressie
soms
cerebrovasculair accident1),
tremor,
neuropathie
zelden
multipele sclerose,
demyeliniserende aandoeningen (bijv. optische
neuritis, Guillain-Barré-syndroom)1)
Oogaandoeningen
vaak
visusstoornis,
conjunctivitis,
blefaritis,
zwelling van het oog
soms
dubbelzien
78
Frequentie
Bijwerking
Evenwichtsorgaan- en
vaak
vertigo
ooraandoeningen
soms
doofheid,
tinnitus
Hartaandoeningen*
vaak
tachycardie
soms
myocardinfarct1),
aritmieën
congestief hartfalen
zelden
hartstilstand
Bloedvataandoeningen
vaak
hypertensie,
blozen,
hematoom
soms
aneurysma aortae,
bloedvatafsluiting,
tromboflebitis
Ademhalingsstelsel-, borstkas- vaak
astma,
en mediastinumaandoeningen*
dyspneu,
hoesten
soms
longembolie1),
interstitiële longaandoening,
COPD (chronic obstructive pulmonary disease),
pneumonitis,
pleurale effusie1)
zelden
longfibrose1),
Maagdarmstelselaandoeningen zeer vaak
buikpijn,
misselijkheid en braken
vaak
maag-darmbloeding,
dyspepsie,
refluxoesofagitis,
siccasyndroom
soms
pancreatitis,
slikklachten,
zwelling van het gezicht
zelden
intestinale perforatie1)
79
Frequentie
Bijwerking
Lever- en galaandoeningen*
zeer vaak
verhoogde leverenzymen
soms
cholecystitis en cholelithiasis,
hepatische steatose,
verhoogd bilirubine
zelden
Hepatitis,
reactivering van hepatitis B1),
auto-immuun hepatitis1),
niet bekend
leverfalen1)
Huid- en
zeer vaak
uitslag (waaronder schilferende uitslag)
onderhuidaandoeningen
vaak
verergering of het ontstaan van psoriasis
(inclusief psoriasis pustulosa palmoplantaris)1),
urticaria,
blauwe plekken (waaronder purpura),
dermatitis (waaronder eczeem),
breken van de nagels,
overmatig zweten,
alopecia1),
pruritus
soms
nachtzweten,
litteken
zelden
erythema multiforme1),
Stevens-Johnson-syndroom1)
angioedeem1),
cutane vasculitis1),
lichenoïde huidreactie1)
niet bekend
verergering van symptomen van
dermatomyositis1)
Skeletspierstelsel- en
zeer vaak
skeletspierpijn
bindweefselaandoeningen
vaak
spierspasmen (waaronder verhoging van de
hoeveelheid creatinefosfokinase in het bloed)
soms
rabdomyolyse,
systemische lupus erythematodes
zelden
lupus-achtig syndroom1)
Nier- en
vaak
nierfunctiestoornissen,
urinewegaandoeningen
hematurie
soms
nycturie
Voortplantingsstelsel- en
soms
erectiestoornissen
borstaandoeningen
80
Frequentie
Bijwerking
Algemene aandoeningen en
zeer vaak
reacties op de injectieplaats (waaronder erytheem
toedieningsplaatsstoornissen*
op de injectieplaats)
vaak
pijn op de borst,
oedeem,
koorts1)
soms
ontsteking
Onderzoeken*
vaak
stollings- en bloedingsstoornissen (waaronder
verlengde geactiveerde partiële
tromboplastinetijd),
positieve test op autoantilichamen (waaronder
antilichamen tegen dubbelstrengs DNA),
verhoogd lactaatdehydrogenase in het bloed
niet bekend
Gewichtstoename2)
Letsels, intoxicaties en
vaak
vertraagd herstel
verrichtingscomplicaties
* nadere informatie is elders te vinden, in de rubrieken 4.3, 4.4 en 4.8
** inclusief aanvullende open label onderzoeken
1) inclusief spontane meldingen
2) De gemiddelde gewichtsverandering vanaf baseline voor adalimumab varieerde van 0,3 kg tot 1,0 kg
voor de verschillende indicaties voor volwassenen ten opzichte van (minus) -0,4 kg tot 0,4 kg voor
placebo gedurende een behandelperiode van 4-6 maanden. Er werd ook een gewichtstoename van 5-
6 kg waargenomen in langlopende verlengingsonderzoeken met een gemiddelde blootstelling van
ongeveer 1-2 jaar zonder controlegroep, met name bij patiënten met ziekte van Crohn en colitis
ulcerosa. Het mechanisme achter dit effect is onduidelijk, maar zou verband kunnen houden met het
ontstekingsremmende effect van adalimumab.
Hidradenitis suppurativa
Het veiligheidsprofiel voor patiënten met HS die eenmaal per twee weken met adalimumab werden
behandeld, kwam overeen met het reeds bekende veiligheidsprofiel van adalimumab.
Uveïtis
Het veiligheidsprofiel voor patiënten met uveïtis die eenmaal per twee weken met adalimumab werden
behandeld, kwam overeen met het reeds bekende veiligheidsprofiel van adalimumab.
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Reacties op de injectieplaats

In de belangrijkste gecontroleerde onderzoeken bij volwassenen en kinderen traden bij 12,9% van de
met adalimumab behandelde patiënten reacties op de injectieplaats op (erytheem en/of jeuk, bloeding,
pijn of zwelling), in vergelijking met 7,2% van de patiënten die placebo of actieve-control kregen.
Reacties op de injectieplaats noodzaakten doorgaans niet tot staken van het geneesmiddel.
Infecties

In de belangrijkste gecontroleerde onderzoeken bij volwassenen en kinderen bedroeg het
incidentiecijfer voor infectie 1,51 per patiëntjaar bij de met adalimumab behandelde patiënten en 1,46
81
82
83
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Immunosuppressieve middelen, Tumornecrosefactor-alfa (TNF-)
remmers. ATC-code: L04AB04
Yuflyma is een biosimilar. Gedetailleerde informatie is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
Werkingsmechanisme
Adalimumab bindt specifiek aan TNF en neutraliseert de biologische werking van TNF door de
interactie van TNF met de p55- en p75-TNF-receptoren op het oppervlak van cellen te blokkeren.
84
85
Tabel 6.
ACR-responsen bij placebogecontroleerde onderzoeken
(percentage patiënten)
Respons
RA-onderzoek Ia**
RA-onderzoek IIa**
RA-onderzoek IIIa**
Placebo/ Adalimumabb/ Placebo Adalimumabb Placebo/ Adalimumabb/
MTXc
MTXc
n = 110
n = 113
MTXc
MTXc
n = 60
n = 63
n = 200
n = 207
ACR 20



6 maanden
13,3%
65,1%
19,1%
46,0%
29,5%
63,3%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
24,0%
58,9%
ACR 50



6 maanden
6,7%
52,4%
8,2%
22,1%
9,5%
39,1%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
9,5%
41,5%
ACR 70



6 maanden
3,3%
23,8%
1,8%
12,4%
2,5%
20,8%
12 maanden
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
4,5%
23,2%
a RA-onderzoek I bij 24 weken, RA-onderzoek II bij 26 weken en RA-onderzoek III bij 24 en
86
Tabel 7.
ACR-responsen in RA-onderzoek V
(percentage patiënten)

MTX
Adalimumab Adalimumab/MTX
Respons
p-waardea p-waardeb p-waardec
n = 257
n = 274
n = 268
ACR 20



Week 52
62,6%
54,4%
72,8%
0,013
< 0,001
0,043
Week 104
56,0%
49,3%
69,4%
0,002
< 0,001
0,140
ACR 50



Week 52
45,9%
41,2%
61,6%
< 0,001
< 0,001
0,317
Week 104
42,8%
36,9%
59,0%
< 0,001
< 0,001
0,162
ACR 70



Week 52
27,2%
25,9%
45,5%
< 0,001
< 0,001
0,656
Week 104
28,4%
28,1%
46,6%
< 0,001
< 0,001
0,864
87
Tabel 8.
Gemiddelde radiografische verandering over 12 maanden in RA-onderzoek III
Placebo/ MTX-adalimumab/
Adalimumab/MTX
Placebo/
MTX
40 mg eenmaal per
p-waarde
MTXa
(95%
twee weken
betrouwbaarheidsintervalb)
Totale Sharp Score
2,7
0,1
2,6 (1,4, 3,8)
< 0,001c
Erosiescore
1,6
0,0
1,6 (0,9, 2,2)
< 0,001
JSN-scored
1,0
0,1
0,9 (0,3, 1,4)
0,002
a methotrexaat
b 95% betrouwbaarheidsinterval voor de verschillen in verandering-scores tussen methotrexaat en
88
Tabel 9.
Gemiddelde radiografische veranderingen in week 52 in RA-onderzoek V
Adalimumab/
MTX
Adalimumab
MTX
n = 257
n = 274
n = 268
p-waarde p-waarde p-waarde
(95%
(95%
(95%
a
b
c
betrouwbaarheids betrouwbaarheids betrouwbaarheids
interval)
interval)
interval)
Totale
5,7 (4,2-7,3)
3,0 (1,7-4,3)
1,3 (0,5-2,1)
< 0,001
0,0020
< 0,001
Sharp
Score
Erosiesc
3,7 (2,7-4,7)
1,7 (1,0-2,4)
0,8 (0,4-1,2)
< 0,001
0,0082
< 0,001
ore
JSN-
2,0 (1,2-2,8)
1,3 (0,5-2,1)
0,5 (0-1,0)
< 0,001
0,0037
0,151
score
a p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van methotrexaat-monotherapie en
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
b p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van adalimumab-monotherapie en
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
c p-waarde van de paarsgewijze vergelijking van adalimumab-monotherapie en methotrexaat-
monotherapie waarbij gebruik gemaakt is van de Mann-Whitneytoets.
Na 52 weken en 104 weken behandeling was het percentage patiënten zonder progressie (verandering
vanaf baseline in de aangepaste Total Sharp Score 0,5) significant hoger met
adalimumab/methotrexaat-combinatietherapie (respectievelijk 63,8% en 61,2%) in vergelijking met
methotrexaat-monotherapie (respectievelijk 37,4% en 33,5%, p < 0,001) en adalimumab-monotherapie
(respectievelijk 50,7%, p < 0,002 en 44,5%, p < 0,001).
In de open-label extensie van RA-onderzoek V was na jaar 10 de gemiddelde verandering in de
aangepaste Total Sharp Score bij patiënten die oorspronkelijk waren gerandomiseerd naar
methotrexaat-monotherapie, adalimumab-monotherapie en de adalimumab/methotrexaat-
combinatietherapie respectievelijk 10,8, 9,2 en 3,9. Het bijbehorende percentage patiënten zonder
radiografische progressie was respectievelijk 31,3%, 23,7% en 36,7%.
Kwaliteit van leven en lichamelijk functioneren

De kwaliteit van leven met betrekking tot de gezondheid en lichamelijk functioneren werden
beoordeeld met behulp van de `disability index' op de Health Assessment Questionnaire (HAQ) in de
vier oorspronkelijke adequate en goed gecontroleerde onderzoeken en deze vormde een vooraf
vastgelegd primair eindpunt in week 52 in RA-onderzoek III. Alle adalimumab-doses/schema's in alle
vier de onderzoeken vertoonden statistisch significant grotere verbeteringen in de HAQ-`disability
index' vanaf baseline tot maand 6 vergeleken met placebo en in RA-onderzoek III werd hetzelfde
vastgesteld in week 52. De resultaten van de Short Form Health Survey (SF 36) voor alle adalimumab-
doses/schema's in alle vier de onderzoeken ondersteunen deze bevindingen, met statistisch
significante `physical component summary' (PCS)-scores, evenals statistisch significante `pain and
vitality domain'-scores voor de dosering van eenmaal per twee weken 40 mg. Er werd een statistisch
significante afname vastgesteld van vermoeidheid zoals gemeten door middel van de `functional
89
90
Tabel 10.
Psoriasisonderzoek I (REVEAL) ­ resultaten werkzaamheid na 16 weken


Placebo
40 mg adalimumab eenmaal per
N = 398
twee weken
n (%)
N = 814
n (%)
PASI 75a
26 (6,5)
578 (70,9)b
PASI 100
3 (0,8)
163 (20,0)b
PGA: schoon/minimaal
17 (4,3)
506 (62,2)b
a Het percentage patiënten dat PASI 75-respons bereikte, werd bij de berekening naar het
midden afgerond
b p < 0,001, adalimumab versus placebo

Tabel 11.
Psoriasisonderzoek II (CHAMPION) - resultaten werkzaamheid na 16 weken


Placebo
MTX
40 mg adalimumab eenmaal
N = 53
N = 110
per twee weken
n (%)
n (%)
N = 108
n (%)
PASI 75
10 (18,9)
39 (35,5)
86 (79,6)a,b
PASI 100
1, (1,9)
8 (7,3)
18 (16,7)c,d
PGA: schoon/minimaal
6 (11,3)
33 (30,0)
79 (73,1)a,b
a p < 0,001 adalimumab versus placebo
b p < 0,001 adalimumab versus methotrexaat
c p < 0,01 adalimumab versus placebo
d p < 0,05 adalimumab versus methotrexaat
In Psoriasisonderzoek I vertoonde 28% van de PASI 75-responders die in week 33 opnieuw
gerandomiseerd werden naar placebo in vergelijking met 5% van de responders die in dezelfde periode
adalimumab bleven krijgen (p < 0,001) 'verlies van adequate respons' (PASI-score na week 33 en in of
voor week 52 die resulteerde in een < PASI 50-respons ten opzichte van aanvang van het onderzoek
met minimaal 6 punten toename in PASI-score in vergelijking met week 33). Van de patiënten die
adequate respons verloren nadat ze opnieuw gerandomiseerd waren naar placebo en die vervolgens
geïncludeerd werden in de open-label extensiestudie, behaalde 38% (25/66) en 55% (36/66) opnieuw
PASI 75-respons na respectievelijk 12 en 24 weken van hervatte behandeling.
In totaal 233 PASI 75-responders in week 16 en week 33 werden gedurende 52 weken onafgebroken
met adalimumab behandeld in Psoriasisonderzoek I en vervolgden het gebruik van adalimumab in het
open-label-extensieonderzoek. PASI 75 en PGA schoon of minimaal responspercentages waren bij
deze patiënten 74,7% respectievelijk 59,0% na een additionele 108 weken open-labelbehandeling
(totaal van 160 weken). In een analyse waarin alle patiënten die stopten met het onderzoek vanwege
bijwerkingen of gebrek aan werkzaamheid, of bij wie de dosering werd verhoogd, werden beschouwd
als non-responders, waren de responspercentages van PASI 75 en PGA schoon of minimaal bij deze
patiënten 69,6% respectievelijk 55,7% na een additionele 108 weken open-label behandeling (totaal
van 160 weken).
91
Tabel 12.
Resultaten psoriasisonderzoek IV t.a.v. werkzaamheid in week 16, 26 en 52
Eindpunt
Week 16
Week 26
Week 52
Placebogecontroleerd
Placebogecontroleerd
Open-label
Placebo
adalimumab
Placebo
adalimumab
adalimumab
N = 108
40 mg
N = 108
40 mg eenmaal
40 mg
eenmaal per
per twee weken eenmaal per
twee weken
N = 109
twee weken
N = 109
N = 80
mNAPSI 75 (%)
2,9
26,0a
3,4
46,6a
65,0
PGA-F schoon/minimaal
2,9
29,7a
6,9
48,9a
61,3
en twee gradaties
verbetering (%)
92
Week 16
Week 26
Week 52
Placebogecontroleerd
Placebogecontroleerd
Open-label
Placebo
adalimumab
Placebo
adalimumab
adalimumab
N = 108
40 mg
N = 108
40 mg eenmaal
40 mg
eenmaal per
per twee weken eenmaal per
twee weken
N = 109
twee weken
N = 109
N = 80
Percentage wijziging in
-7,8
-44,2 a
-11,5
-56,2a
-72,2
totale vingernagel-
NAPSI (%)
a p < 0,001, adalimumab versus placebo
Met adalimumab behandelde patiënten vertoonden statistisch significante verbeteringen in week 26 in
vergelijking met placebo in de DLQI.
Hidradenitis suppurativa

De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld in gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken en in een open-label extensieonderzoek bij
volwassen patiënten met matige tot ernstige hidradenitis suppurativa (HS) die intolerant waren voor,
een contra-indicatie hadden voor of een ontoereikende respons hadden op een ten minste 3 maanden
durende onderzoeksbehandeling met systemische antibiotica. De patiënten in HS-I en HS-II hadden
Hurley stadium II of III met ten minste 3 abcessen of inflammatoire noduli.
In het HS-I (PIONEER I)-onderzoek werden 307 patiënten geëvalueerd in 2 behandelperiodes. In
behandelperiode A kregen patiënten placebo of adalimumab in een startdosis van 160 mg in week 0,
80 mg in week 2 en eenmaal per week 40 mg van week 4 tot week 11. Gelijktijdig gebruik van
antibiotica was tijdens het onderzoek niet toegestaan. Na 12 weken behandeling werden de patiënten
die adalimumab hadden gekregen in behandelperiode A, opnieuw gerandomiseerd in behandelperiode
B naar 1 van 3 behandelgroepen (eenmaal per week adalimumab 40 mg, eenmaal per twee weken
adalimumab 40 mg of placebo van week 12 tot week 35). Patiënten die in behandelperiode A in de
placebogroep zaten, kregen in behandelperiode B eenmaal per week 40 mg adalimumab.
In het HS-II (PIONEER II)-onderzoek werden 326 patiënten geëvalueerd in 2 behandelperiodes. In
behandelperiode A kregen patiënten placebo of adalimumab in een startdosis van 160 mg in week 0,
80 mg in week 2 en eenmaal per week 40 mg van week 4 tot week 11. 19,3% van de patiënten zette
tijdens het onderzoek de behandeling met de baseline orale antibiotica voort. Na 12 weken
behandeling werden de patiënten die adalimumab hadden gekregen in behandelperiode A opnieuw
gerandomiseerd in behandelperiode B naar 1 van 3 behandelgroepen (eenmaal per week adalimumab
40 mg, eenmaal per twee weken adalimumab 40 mg of placebo van week 12 tot week 35). Patiënten
die in behandelperiode A in de placebogroep zaten, kregen in behandelperiode B eveneens placebo.
Patiënten die aan de HS-I- en HS-II-onderzoeken deelnamen, kwamen in aanmerking voor deelname
aan een open-label extensieonderzoek waarin eenmaal per week 40 mg adalimumab werd toegediend.
De gemiddelde blootstelling in de totale adalimumab-populatie was 762 dagen. In alle 3 de
onderzoeken gebruikten de patiënten dagelijks een lokaal antiseptisch middel.
Klinische respons

Er werd een afname van de inflammatoire laesies en preventie van een verslechtering van de abcessen
en drainerende fistels vastgesteld met behulp van de Hidradenitis Suppurativa Clinical Response
(HiSCR; minimaal 50% afname in het totale aantal abcessen en inflammatoire noduli en geen stijging
in aantal abcessen en aantal drainerende fistels ten opzichte van baseline). Er werd met een numerieke
beoordelingsschaal een afname van de HS-gerelateerde huidpijn beoordeeld bij patiënten die in het
onderzoek kwamen met een aanvankelijke baselinescore van 3 of hoger op een 11-puntsschaal.
93
Tabel 13.
Werkzaamheidsresultaten na 12 weken, HS-I- en HS-II-onderzoek


HS-onderzoek I
HS-onderzoek II

Placebo
Adalimumab
Placebo
Adalimumab
40 mg eenmaal
40 mg eenmaal
per week
per week
Hidradenitis Suppurativa Clinical
N = 154
N = 153
N = 163
N = 163
Response (HiSCR)a
40 (26,0%)
64 (41,8%)*
45 (27,6%)
96 (58,9%)***
30% afname van huidpijnb
N = 109
N = 122
N = 111
N = 105
27 (24,8%)
34 (27,9%)
23 (20,7%)
48 (45,7%)***
*P < 0,05, ***P < 0,001, adalimumab versus placebo
a
Onder alle gerandomiseerde patiënten.
b
Onder patiënten met een HS-gerelateerde huidpijnbeoordeling bij baseline van 3, gebaseerd
op numerieke beoordelingsschaal 0-10; 0 = geen huidpijn, 10 = ondragelijke pijn of ergst
denkbare pijn.
Behandeling met eenmaal per week adalimumab 40 mg reduceerde significant het risico op een
verergering van abcessen en drainerende fistels. In de eerste 12 weken van onderzoeken HS-I en HS-II
ervaarden ongeveer tweemaal zoveel patiënten in de placebogroep verergering van de abcessen
(respectievelijk 23,0% en 11,4%) en drainerende fistels (respectievelijk 30,0% en 13,9%) vergeleken
met de adalimumab-groep.
Er werden in week 12 ten opzichte van baseline in vergelijking met placebo grotere verbeteringen
aangetoond in huidspecifieke gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten door de
Dermatology Life Quality Index (DLQI; HS-I- en HS-II-onderzoek), algehele patiënttevredenheid met
de medicatiebehandeling, zoals gemeten door de Treatment Satisfaction Questionnaire ­ medicatie
(TSQM; HS-I- en HS-II-onderzoek) en lichamelijke gezondheid, zoals gemeten door de
samenvattingsscore van de lichamelijke component van de SF-36 (HS-I-onderzoek).
Bij patiënten die in week 12 minimaal een gedeeltelijke respons op eenmaal per week adalimumab 40
mg vertoonden, was op week 36 de HiSCR-score hoger bij patiënten die doorgingen met eenmaal per
week adalimumab dan bij patiënten bij wie de doseringsfrequentie was verlaagd naar eenmaal per
twee weken of bij wie de behandeling was gestaakt (zie tabel 14).
Tabel 14.
Deel van patiëntena die HiSCRb bereikten op week 24 en 36 nadat na adalimumab op week 12 de
wekelijkse behandeling opnieuw was toegewezen


Placebo
Adalimumab 40 Adalimumab 40
(behandeling
mg eenmaal per mg eenmaal per
gestaakt)
twee weken
week
N = 73
N = 70
N = 70
Week 24
24 (32,9%)
36 (51,4%)
40 (57,1%)
Week 36
22 (30,1%)
28 (40,0%)
39 (55,7%)
94
Placebo
Adalimumab 40 Adalimumab 40
(behandeling
mg eenmaal per mg eenmaal per
gestaakt)
twee weken
week
N = 73
N = 70
N = 70
a
Patiënten met minimaal een gedeeltelijke respons op eenmaal per week
adalimumab 40 mg na 12 weken behandeling.
b
Patiënten die voldeden aan protocolspecifieke criteria voor het verliezen van
de respons of geen verbetering moesten de onderzoeken verlaten en werden
gerekend onder de non-responders.
Onder de patiënten met minimaal een gedeeltelijke respons op week 12 en met voortzetting van de
wekelijkse dosering van adalimumab was het HiSCR-percentage in week 48 68,3% en in week 96
65,1%. Langere-termijnbehandeling met adalimumab 40 mg eenmaal per week gedurende 96 weken
resulteerde niet in nieuwe veiligheidsbevindingen.
Onder patiënten bij wie de adalimumab-behandeling op week 12 was gestaakt in onderzoeken HS-I en
HS-II, was 12 weken na herintroductie van eenmaal per week Yuflyma 40 mg het HiSCR-percentage
terug op het niveau vergelijkbaar met het niveau dat werd gezien voor het staken (56,0%).

Hidradenitis suppurativa bij adolescenten
Er zijn geen klinische onderzoeken met adalimumab bij adolescente patiënten met HS. Werkzaamheid
van adalimumab voor de behandeling van adolescente patiënten met HS wordt voorspeld op basis van
de aangetoonde werkzaamheid en blootstellingsrespons relatie bij volwassen HS-patiënten en de
waarschijnlijkheid dat het ziekteverloop, pathofysiologie en de effecten van geneesmiddelen zijn
nagenoeg gelijk aan die van volwassenen bij dezelfde blootstellingsniveaus. Veiligheid van de
aanbevolen dosis adalimumab in de adolescente HS-populatie is gebaseerd op kruisindicaties
veiligheidsprofiel van adalimumab bij zowel volwassenen als pediatrische patiënten in vergelijkbare of
frequentere doses (zie rubriek 5.2).

Ziekte van Crohn

De veiligheid en werkzaamheid van adalimumab werden beoordeeld bij meer dan 1.500 patiënten met
matig tot ernstig actieve ziekte van Crohn ('Crohn's Disease Activity Index' (CDAI) 220 en 450) in
gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde onderzoeken. Gelijktijdige vaste doses
aminosalicylaten, corticosteroïden en/of immuunmodulerende middelen waren toegestaan en 80% van
de patiënten bleef ten minste één van deze geneesmiddelen krijgen.
Inductie van klinische remissie (gedefinieerd als CDAI < 150) werd geëvalueerd in twee onderzoeken,
CD-onderzoek I (CLASSIC I) en CD-onderzoek II (GAIN). In CD-onderzoek I werden 299 voor
TNF-antagonisten naïeve patiënten gerandomiseerd naar één van vier behandelgroepen: placebo in
week 0 en week 2, 160 mg adalimumab in week 0 en 80 mg in week 2, 80 mg in week 0 en 40 mg in
week 2, en 40 mg in week 0 en 20 mg in week 2. In CD-onderzoek II werden 325 patiënten die geen
respons meer hadden op of intolerant waren voor infliximab gerandomiseerd naar behandeling met
ofwel 160 mg adalimumab in week 0 en 80 mg in week 2 ofwel placebo in week 0 en 2. De primaire
non-responders werden uitgesloten van de onderzoeken en daarom werden deze patiënten niet verder
geëvalueerd.
Handhaving van klinische remissie werd geëvalueerd in CD-onderzoek III (CHARM). In CD-
onderzoek III ontvingen 854 patiënten 80 mg open-label in week 0 en 40 mg in week 2. In week 4
werden patiënten gerandomiseerd naar 40 mg eenmaal per twee weken, 40 mg eenmaal per week, of
placebo met een totale studieduur van 56 weken. Patiënten met een klinische respons (verlaging van
CDAI 70) in week 4 werden gestratificeerd en apart geanalyseerd van degenen zonder klinische
respons in week 4. Geleidelijk afbouwen van corticosteroïden was toegestaan na week 8.
Inductie van remissie en responspercentages in CD-onderzoek I en CD-onderzoek II worden
weergegeven in tabel 15.
95
Tabel 15.
Inductie van klinische remissie en respons (percentage patiënten)


CD-onderzoek I: Infliximab-naïeve
CD-onderzoek II:
patiënten
Infliximab-ervaren
patiënten

Placebo
Adalimumab Adalimumab Placebo Adalimumab
N = 74
80/40 mg
160/80 mg
N = 166
160/80 mg
N = 75
N = 76
N = 159
Week 4


Klinische remissie
12%
24%
36%*
7%
21%*
Klinische respons (CR-
24%
37%
49%**
25%
38%**
100)
Alle p-waarden zijn paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab versus placebo
*p < 0,001
**p < 0,01
Vergelijkbare remissiepercentages werden waargenomen voor het 160/80 mg en het 80/40 mg
inductieschema in week 8 en bijwerkingen werden vaker waargenomen in de 160/80 mg groep.
In CD-onderzoek III had 58% (499/854) van de patiënten een klinische respons in week 4 en werd
geanalyseerd in de primaire analyse. Van degenen die in week 4 een klinische respons hadden, was
48% eerder blootgesteld aan andere TNF-antagonisten. Handhaving van remissie en
responspercentages worden weergegeven in tabel 16. Klinische remissieresultaten bleven relatief
constant onafhankelijk van eerdere blootstelling aan TNF-antagonisten.
Een statistisch significante daling van ziektegerelateerde ziekenhuisopnamen en operatieve ingrepen
werd waargenomen bij adalimumab in vergelijking met placebo in week 56.
Tabel 16.
Handhaving van klinische remissie en respons (percentage patiënten)

40 mg adalimumab
40 mg adalimumab

Placebo
eenmaal per twee
eenmaal per week
weken
Week 26
N = 170
N = 172
N = 157
Klinische remissie
17%
40%*
47%*
Klinische respons (CR-100)
27%
52%*
52%*
Patiënten in steroïdvrije
3% (2/66)
19% (11/58)**
15% (11/74)**
remissie gedurende 90
dagena
Week 56
N = 170
N = 172
N = 157
Klinische remissie
12%
36%*
41%*
Klinische respons (CR-100)
17%
41%*
48%*
Patiënten in steroïdvrije
5% (3/66)
29% (17/58)*
20% (15/74)**
remissie gedurende 90
dagena
*p < 0,001 voor paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab versus placebo
** p < 0,02 voor paarsgewijze vergelijkingen van percentages voor adalimumab versus placebo
a Van degenen die op baseline corticosteroïden kregen
Onder patiënten die geen respons hadden in week 4, had 43% van de patiënten op de
onderhoudsdosering adalimumab een respons in week 12 in vergelijking met 30% van de patiënten op
96
Tabel 17. Onderhoudsdoseringsschema

Gewicht patiënt
Lage dosis
Standaarddosering
< 40 kg
10 mg eenmaal per twee weken
20 mg eenmaal per twee weken
40 kg
20 mg eenmaal per twee weken
40 mg eenmaal per twee weken
Werkzaamheidsresultaten

Het primaire eindpunt van het onderzoek was klinische remissie in week 26, gedefinieerd als PCDAI-
score 10.
Percentages klinische remissie en klinische respons (gedefinieerd als reductie in PCDAI-score van ten
minste 15 punten ten opzichte van baseline) zijn weergegeven in tabel 18. Percentages van
discontinuering van corticosteroïden of immunomodulatoren zijn weergegeven in tabel 19.
97
Onderzoek juveniele ziekte van Crohn
PCDAI klinische remissie en respons


Standaarddosering
Lage dosering
p-waarde*
40/20 mg eenmaal 20/10 mg eenmaal
per twee weken
per twee weken
N = 93
N = 95
Week 26

Klinische remissie
38,7%
28,4%
0,075
Klinische respons
59,1%
48,4%
0,073
Week 52

Klinische remissie
33,3%
23,2%
0,100
Klinische respons
41,9%
28,4%
0,038
* p-waarde voor vergelijking standaarddosering versus lage dosering.

Tabel 19.
Onderzoek juveniele ziekte van Crohn
Discontinuering van corticosteroïden of immuunmodulerende middelen en fistelremissie


Standaarddosering
Lage dosering
p-waarde1
40/20 mg eenmaal
20/10 mg
per twee weken
eenmaal per twee
weken
Stopzetten van corticosteroïden
N = 33
N = 38

Week 26
84,8%
65,8%
0,066
Week 52
69,7%
60,5%
0,420
Stopzetten van
N = 60
N = 57

immuunmodulerende middelen
Week 52
30,0%
29,8%
0,983
Fistelremissie3
N = 15
N = 21

Week 26
46,7%
38,1%
0,608
Week 52
40,0%
23,8%
0,303
1p-waarde voor vergelijking standaarddosering versus lage dosering.
2Immunosuppressieve behandeling kon alleen worden stopgezet in of na week 26 na besluit van de
onderzoeker wanneer de proefpersoon voldeed aan het klinische responscriterium
3gedefinieerd als het sluiten van alle fistels die vanaf baseline gedurende ten minste 2 opeenvolgende
bezoeken na baseline draineerden
In beide behandelgroepen werden statistisch significante toenames (verbeteringen) in Body Mass
Index en groeisnelheid vanaf baseline tot week 26 en week 52 waargenomen.
In beide behandelgroepen werden ook statistisch en klinisch significante verbeteringen in de
parameters voor de kwaliteit van leven vanaf baseline waargenomen (waaronder IMPACT III).
Honderd patiënten (n=100) uit het onderzoek bij pediatrische patiënten met de ziekte van Crohn
namen deel aan een open-label langetermijnextensieonderzoek. Na 5 jaar adalimumabtherapie bleef
74,0% (37/50) van de 50 patiënten die nog in de studie zaten in klinische remissie en 92,0% (46/50)
van de patiënten hielden een klinische respons per PCDAI.

Colitis ulcerosa

De veiligheid en werkzaamheid van meerdere doses adalimumab werden beoordeeld bij volwassen
patiënten met matig ernstige tot ernstige actieve colitis ulcerosa (Mayo-score 6 tot 12 met een
98
Tabel 20.
Respons, remissie en mucosale genezing in onderzoek UC-II
(percentage patiënten)

Placebo
40 mg adalimumab eenmaal
per twee weken
Week 52
N = 246
N = 248
Klinische respons
18%
30%*
Klinische remissie
9%
17%*
Mucosale genezing
15%
25%*
Steroïdvrije remissie gedurende
6%
13%*
90 dagena
(N = 140)
(N = 150)
week 8 en 52

Aanhoudende respons
12%
24%**
Aanhoudende remissie
4%
8%*
Aanhoudende mucosale
11%
19%*
genezing
Klinische remissie is Mayo-score 2 met geen subscore > 1;
Klinische respons is een daling ten opzichte van baseline in Mayo-score 3 punten en 30% plus een
daling 1 in de rectale bloedingssubscore [RBS] of een absolute RBS van 0 of 1;
*p < 0,05 voor adalimumab versus placebo paarsgewijze vergelijking van proporties
**p < 0,001 voor adalimumab versus placebo paarsgewijze vergelijking van proporties
a Van degenen die op baseline corticosteroïden kregen
Van de patiënten met een respons in week 8 had 47% een respons, was 29% in remissie, had 41%
mucosale genezing en was 20% in steroïdvrije remissie voor 90 dagen in week 52.
Ongeveer 40% van de patiënten in onderzoek UC-II had geen resultaat gehad met eerdere anti-TNF
behandeling met infliximab. De werkzaamheid van adalimumab was bij deze patiënten verminderd
99
100
Werkzaamheidsresultaten
De co-primaire eindpunten van het onderzoek waren klinische remissie volgens PMS (gedefinieerd als
PMS 2 en afwezigheid van individuele subscore > 1) in week 8, en klinische remissie volgens FMS
(Full Mayo Score, volledige Mayo-score) (gedefinieerd als een Mayo-score 2 en afwezigheid van
individuele subscore > 1) in week 52 bij patiënten met een klinische respons volgens PMS in week 8.
Klinische remissiepercentages volgens PMS in week 8 voor patiënten in elk van de
adalimumab dubbelblinde inductiegroepen worden weergegeven in tabel 21.
Tabel 21. Klinische remissie volgens PMS na 8 weken
Adalimumaba
Adalimumabb, c

Maximaal 160 mg in week
Maximaal 160 mg in week
0 / placebo in week 1
0 en week 1
N = 30
N = 47
Klinische remissie
13/30 (43,3%)
28/47 (59,6%)
a Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in week 1, en 1,2
mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
b Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal
80 mg) in week 2
c Exclusief open-label inductiedosering van adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in
week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
Opmerking 1: beide inductiegroepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6
Opmerking 2: patiënten met ontbrekende waarden in week 8 werden geacht het eindpunt niet
te hebben bereikt
In week 52 werden de klinische remissie bij responders in week 8 volgens FMS, klinische respons
volgens FMS (gedefinieerd als een afname in Mayo-score 3 punten en 30% ten opzichte van
uitgangssituatie) bij responders in week 8, mucosale genezing volgens FMS (gedefinieerd als een
Mayo-endoscopiescore 1) bij responders in week 8, klinische remissie volgens FMS bij patiënten in
remissie in week 8, en het aandeel van proefpersonen met een corticosteroïde-vrije remissie volgens
FMS bij responders in week 8 beoordeeld bij patiënten die adalimumab kregen in het dubbelblinde
maximum van 40 mg eenmaal per twee weken (0,6 mg/kg) en maximaal 40 mg eenmaal per week
(0,6 mg/kg) als onderhoudsdosering (tabel 22).
Tabel 22. Werkzaamheidsresultaten na 52 weken

Adalimumaba
Adalimumabb
Maximaal 40 mg
eenmaal Maximaal 40 mg
eenmaal
per twee weken
per week
N = 31
N = 31
Klinische remissie bij PMS-
9/31 (29,0%)
14/31 (45,2%)
responders in week 8
Klinische respons bij PMS-
19/31 (61,3%)
21/31 (67,7%)
responders in week 8
Mucosale genezing bij PMS-
12/31 (38,7%)
16/31 (51,6%)
responders in week 8
Klinische remissie bij patiënten
9/21 (42,9%)
10/22 (45,5%)
met een PMS-remissie in week 8
Corticosteroïde-vrije remissie bij
4/13 (30,8%)
5/16 (31,3%)
PMS-responders in week 8c
a Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken
b Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per week
101
Extra verkennende werkzaamheidseindpunten zijn onder andere klinische respons volgens de
Paediatric Ulcerative Colitis Activity Index (PUCAI) (gedefinieerd als een afname in PUCAI 20
punten ten opzichte van uitgangssituatie) en klinische remissie volgens PUCAI (gedefinieerd als
PUCAI < 10) in week 8 en week 52 (tabel 23).
Tabel 23. Resultaten verkennende eindpunten volgens PUCAI

Week 8
Adalimumaba
Adalimumabb,c
Maximaal 160 mg in week 0
Maximaal 160 mg in
/ placebo in week 1
week 0 en week 1
N = 30
N = 47
Klinische remissie volgens PUCAI
10/30 (33,3%)
22/47 (46,8%)
Klinische respons volgens PUCAI
15/30 (50,0%)
32/47 (68,1%)

Week 52
Adalimumabd
Adalimumabe
Maximaal 40 mg eenmaal
Maximaal 40 mg
per twee weken
eenmaal per week
N = 31
N = 31
Klinische remissie volgens PUCAI
14/31 (45,2%)
18/31 (58,1%)
bij PMS-responders in week 8
Klinische respons volgens PUCAI
18/31 (58,1%)
16/31 (51,6%)
bij PMS-responders in week 8
a Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0, placebo in
week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
b Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal
80 mg) in week 2
c Exclusief open-label inductiedosering van Adalimumab 2,4 mg/kg (maximaal 160 mg) in
week 0 en week 1, en 1,2 mg/kg (maximaal 80 mg) in week 2
d Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per twee weken
e Adalimumab 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) eenmaal per week
Opmerking 1: beide inductiegroepen kregen 0,6 mg/kg (maximaal 40 mg) in week 4 en week 6
Opmerking 2: patiënten met ontbrekende waarden in week 8 werden geacht het eindpunt niet te
hebben bereikt
Opmerking 3: patiënten met ontbrekende waarden in week 52 of die werden gerandomiseerd om
een herinductie- of onderhoudsbehandeling te krijgen werden beschouwd als non-responders
voor de eindpunten van week 52
Van de met Adalimumab behandelde patiënten die herinductiebehandeling kregen tijdens de
onderhoudsperiode, bereikten 2/6 (33%) een klinische respons volgens FMS in week 52.
Kwaliteit van leven
Klinisch belangrijke verbeteringen ten opzichte van de uitgangssituatie zijn waargenomen in de
IMPACT III- en WPAI-scores (Work Productivity and Activity Impairment voor verzorgers) bij de
groepen die behandeld zijn met adalimumab.
Klinisch belangrijke toenames (verbetering) ten opzichte van de uitgangssituatie in
lengtegroeisnelheid zijn waargenomen in de groepen die werden behandeld met adalimumab. Klinisch
belangrijke toenames (verbetering) ten opzichte van de uitgangssituatie in BMI (Body Mass Index)
zijn waargenomen bij proefpersonen die de hoge onderhoudsdosering kregen van maximaal 40 mg
(0,6 mg/kg) eenmaal per week.
102
Tabel 24.
Tijd tot falen van de behandeling in onderzoeken UV I en UV II

Mediane tijd
Analyse
CI 95%
N
Falen N (%)
tot falen
HRa

p
-waardeb
behandeling
voor HRa
(maanden)
Tijd tot falen behandeling in of na week 6 in onderzoek UV I
primaire analyse (ITT)
placebo
107
84 (78,5)
3,0
--
--
--
adalimumab
110
60 (54,5)
5,6
0,50
0,36, 0,70
< 0,001
Tijd tot falen behandeling in of na week 2 in onderzoek UV II
primaire analyse (ITT)
placebo
111
61 (55,0)
8,3
--
--
--
103
115
45 (39,1)
NEc
0,57
0,39, 0,84
0,004
Opmerking: falen van de behandeling in of na week 6 (studie UV I), of in of na week 2 (studie UV II)
werd geteld als een gebeurtenis. Drop-outs om redenen anders dan falen van de behandeling werden
geschrapt op het moment van uitvallen.
a
HR van adalimumab versus placebo uit proportionele risicoregressie met behandeling als factor.
b
2-zijdige p-waarde uit de log rank-test.
c
NE = niet te schatten. Bij minder dan de helft van de patiënten die risico liepen, trad een
gebeurtenis op.

Figuur 1. Kaplan-Meier-curves tonen een samenvatting van de tijd tot het falen van de
behandeling in of na week 6 (onderzoek UV I) of week 2 (onderzoek UV II)

N
E

)

L
%
FA
E

ING (
G
L
A
E
T
D
N
N
E
A
C
H
R
E
B

PE

TIJD

(MAANDEN)
Onderzoek UV I
········· Behandeling
_________ Placebo
········· Adalimumab

N
E

)

L
%
FA
E

ING (
G
L
A
E
T
D
N
N
E
A
C
H
R
E
B

PE

TIJD

(MAANDEN)
Onderzoek UV II
········· Behandeling
_________ Placebo
········· Adalimumab
Opmerking: P# = Placebo (aantal gebeurtenissen/aantal dat risico loopt); A# = Adalimumab (aantal
gebeurtenissen/aantal dat risico loopt).
In onderzoek UV I werden statistisch significante verschillen ten gunste van adalimumab in
vergelijking met placebo waargenomen voor elk onderdeel van falen van de behandeling. In
104

105
in het onderzoek naar pediatrische uveïtis


N
A
V
N
E
L
FA
N


A
V

ING
D
L
I
E
E
D
H
N
K
A
IJ
H
E
B

IJNL
H
SC
R
A

WA


TIJD (WEKEN)
Behandeling
­ ­ ­ ­ Placebo
_______ Adalimumab
Opmerking: NB: P = Placebo (aantal met risico); A = Adalimumab (aantal met risico).
Immunogeniciteit
Gedurende de behandeling met adalimumab kunnen er anti-adalimumab-antilichamen worden
gevormd. De vorming van anti-adalimumab-antilichamen is geassocieerd met een verhoogde klaring
en een verminderde werkzaamheid van adalimumab.
Er is geen duidelijke correlatie tussen de aanwezigheid van anti-adalimumab-antilichamen en het
optreden van bijwerkingen.
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie en distributie
Na subcutane toediening van een enkele dosis van 40 mg verliep de resorptie en distributie van
adalimumab langzaam, en werden piekconcentraties in serum ongeveer 5 dagen na toediening bereikt.
De gemiddelde geschatte absolute biologische beschikbaarheid van adalimumab na een enkele
subcutane dosis van 40 mg in deze drie onderzoeken bedroeg 64%. Na een enkele intraveneuze dosis
van 0,25 tot 10 mg/kg waren de concentraties dosisafhankelijk. Na doseringen van 0,5 mg/kg (~40
mg), varieerde de klaring van 11 tot 15 ml/uur, het verdelingsvolume (Vss) varieerde van 5 tot 6 liter
en de gemiddelde terminale halfwaardetijd bedroeg circa twee weken. De adalimumab-concentraties
in het synoviavocht van verschillende patiënten met reumatoïde artritis varieerden van 31 tot 96% van
die in serum.
Na subcutane toediening van 40 mg adalimumab eenmaal per twee weken bij volwassen patiënten met
reumatoïde artritis (RA) waren de gemiddelde steady-state dalconcentraties respectievelijk circa 5
µg/ml (zonder gelijktijdig methotrexaat) en 8 tot 9 µg/ml (met gelijktijdig methotrexaat). De
dalwaarden voor adalimumab in serum in een steady-state-toestand namen na subcutane toediening
106
107
108
FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen
Azijnzuur
Natriumacetaat-trihydraat
Glycine
Polysorbaat 80
Water voor injecties
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3 Houdbaarheid
30 maanden
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren in de koelkast (2 °C ­ 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit of voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Een enkele voorgevulde spuit of voorgevulde pen met Yuflyma kan worden bewaard bij een
temperatuur van maximaal 25 °C gedurende een periode van maximaal 30 dagen. De voorgevulde
spuit of voorgevulde pen moet tegen licht worden beschermd en moet worden weggegooid wanneer
deze niet binnen de periode van 30 dagen wordt gebruikt.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit (glas van type I) met zuigerstopper
(bromobutylrubber) en een naald met een naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
Verpakkingen met:
·
1 voorgevulde spuit (0,8 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls
De spuit is gemaakt van glas van type I met een zuigerstopper (bromobutylrubber) en naald met een
naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
Verpakkingen met:
·
1 voorgevulde spuit met naaldhuls (0,8 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen voor gebruik door patiënt die een voorgevulde spuit
bevat. De spuit in de pen is gemaakt van glas van type I met een plunjerstopper (bromobutylrubber) en
een naald met een naaldbeschermer (thermoplastisch elastomeer).
109
1 voorgevulde pen (0,8 ml steriele oplossing) met 2 alcoholdoekjes.
·
3 voorgevulde pennen (0,8 ml steriele oplossing) met 4 alcoholdoekjes.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.

7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1­3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije

8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
EU/1/20/1513/013
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls
EU/1/20/1513/014
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
EU/1/20/1513/015
EU/1/20/1513/016

9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 11 februari 2021

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
110
BIJLAGE II

A. FABRIKANTEN VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME
STOF EN FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK
VOOR VRIJGIFTE


B. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN

VAN LEVERING EN GEBRUIK

C. ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE

HOUDER VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN
WORDEN NAGEKOMEN


D. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET

BETREKKING TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND
GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL


111
VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikanten van de biologisch werkzame stof
CELLTRION INC.
20 Academy-ro 51 beon-gil
Yeonsu-gu
22014 Incheon
Republiek Korea
Naam en adres van de fabrikant(en) verantwoordelijk voor vrijgifte
Millmount Healthcare Ltd.
Blok 7
City North bedrijfscampus
Stamullen, Co. Meath K32 YD60
Ierland
Nuvisan GmbH
Wegenerstraße 13,
89231 Neu Ulm,
Duitsland
Nuvisan France SARL
2400, Route des Colles,
06410, Biot,
Frankrijk
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.
B. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN GEBRUIK

Aan beperkt medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel (zie bijlage I: Samenvatting van de
productkenmerken, rubriek 4.2).
C. ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
·
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hieropvolgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
·
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de noodzakelijke onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-updates.
112
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
·
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.
·
Extra risicobeperkende maatregelen
Voordat Yuflyma in elke lidstaat op de markt wordt gebracht, moet de vergunninghouder de inhoud en
opmaak van het opleidingsprogramma, inclusief communicatiemedia, modaliteiten voor distributie en
alle andere aspecten van het programma afstemmen met de nationale bevoegde instantie. Het
opleidingsprogramma bestaat uit een informatiekaart voor patiënten.
Deze informatiekaart voor patiënten bevat belangrijke veiligheidsinformatie waarvan de patiënt zich
bewust moet zijn vóór en gedurende de behandeling met Yuflyma. Deze informatiekaart is gericht op
het benadrukken van het risico op ernstige infecties, tuberculose (TB), maligniteiten, demyeliniserende
aandoeningen (waaronder multipele sclerose/[MS], Guillain-Barré-syndroom/[GBS] en optische
neuritis/[ON] en BCG-ziekte na levende BCG-vaccinatie bij kinderen met blootstelling in utero aan
Yuflyma.
De vergunninghouder zal waarborgen dat in elke lidstaat waar Yuflyma op de markt wordt gebracht,
alle beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg van wie wordt verwacht dat zij adalimumab gaan
voorschrijven en alle patiënten van wie wordt verwacht dat zij adalimumab zullen gebruiken, toegang
hebben tot de volgende opleidingsmaterialen en/of deze zullen krijgen:
De veiligheidsinformatiekaart voor patiënten (volwassenen en kinderen) bevat de volgende
belangrijke elementen
·
Dat behandeling met Yuflyma het risico op infecties, inclusief tuberculose, kanker en
aandoeningen van het zenuwstelsel kan vergroten;
·
tekenen of symptomen van deze veiligheidszorgen en wanneer men de hulp van een
beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg moet inroepen;
·
het belang van het niet laten toedienen van levende vaccins en het informeren van zorgverleners
dat de patiënt wordt behandeld in geval van zwangerschap;
·
instructies om de merknaam en het batchnummer van het geneesmiddel vast te leggen om
naspeurbaarheid te verzekeren;
·
contactinformatie van de voorschrijver van adalimumab.

113
BIJLAGE III

ETIKETTERING EN BIJSLUITER

114
A. ETIKETTERING

115
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
adalimumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF
Eén voorgevulde spuit van 0,4 ml bevat 40 mg adalimumab.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: azijnzuur, natriumacetaat-trihydraat, glycine, polysorbaat 80, water voor injecties.
Raadpleeg de bijsluiter voor meer informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit
2 alcoholdoekjes
2 voorgevulde spuiten
2 alcoholdoekjes
4 voorgevulde spuiten
4 alcoholdoekjes
6 voorgevulde spuiten
6 alcoholdoekjes
1 voorgevulde spuit met naaldhuls
2 alcoholdoekjes
2 voorgevulde spuiten met naaldhuls
2 alcoholdoekjes
4 voorgevulde spuiten met naaldhuls
4 alcoholdoekjes
6 voorgevulde spuiten met naaldhuls
6 alcoholdoekjes
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG
Subcutaan gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor eenmalig gebruik.

116
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING, INDIEN NODIG

8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Raadpleeg de bijsluiter voor informatie over een alternatief voor opslag.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE AFVALSTOFFEN
(INDIEN VAN TOEPASSING)


11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN

Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1­3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
12. NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/20/1513/001 1 voorgevulde spuit
EU/1/20/1513/002 2 voorgevulde spuiten
EU/1/20/1513/003 4 voorgevulde spuiten
EU/1/20/1513/004 6 voorgevulde spuiten
EU/1/20/1513/005 1 voorgevulde spuit met naaldhuls
EU/1/20/1513/006 2 voorgevulde spuiten met naaldhuls
EU/1/20/1513/007 4 voorgevulde spuiten met naaldhuls
EU/1/20/1513/008 6 voorgevulde spuiten met naaldhuls
13. PARTIJNUMMER

Lot
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
117
118
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG
Yuflyma 40 mg injectie
adalimumab
SC
2.
WIJZE VAN TOEDIENING

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
40 mg/0,4 ml
6.
OVERIGE

119
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
adalimumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF
Eén voorgevulde pen van 0,4 ml bevat 40 mg adalimumab.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: azijnzuur, natriumacetaat-trihydraat, glycine, polysorbaat 80, water voor injecties.
Raadpleeg de bijsluiter voor meer informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde pen
2 alcoholdoekjes
2 voorgevulde pennen
2 alcoholdoekjes
4 voorgevulde pennen
4 alcoholdoekjes
6 voorgevulde pennen
6 alcoholdoekjes
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG
Subcutaan gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor eenmalig gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING, INDIEN NODIG

8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
120
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Raadpleeg de bijsluiter voor informatie over een alternatief voor opslag.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE AFVALSTOFFEN
(INDIEN VAN TOEPASSING)


11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN

Celltrion Healthcare Hungary Kft.
1062 Budapest
Váci út 1­3. WestEnd kantoorgebouw B torony
Hongarije
12. NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/20/1513/009 1 voorgevulde pen
EU/1/20/1513/010 2 voorgevulde pennen
EU/1/20/1513/011 4 voorgevulde pennen
EU/1/20/1513/012 6 voorgevulde pennen
13. PARTIJNUMMER

Lot
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE

Yuflyma 40 mg
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN
121
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG
Yuflyma 40 mg injectie
adalimumab
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
40 mg/0,4 ml
6.
OVERIGE

122
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
adalimumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF
Eén voorgevulde spuit van 0,8 ml bevat 80 mg adalimumab.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: azijnzuur, natriumacetaat-trihydraat, glycine, polysorbaat 80, water voor injecties.
Raadpleeg de bijsluiter voor meer informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit
2 alcoholdoekjes
1 voorgevulde spuit met naaldhuls
2 alcoholdoekjes
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG
Subcutaan gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor eenmalig gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING, INDIEN NODIG

8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Raadpleeg de bijsluiter voor informatie over een alternatief voor opslag.
123
124
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG
Yuflyma 80 mg injectie
adalimumab
SC
2.
WIJZE VAN TOEDIENING

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
80 mg/0,8 ml
6.
OVERIGE
125
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
adalimumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF
Eén voorgevulde pen van 0,8 ml bevat 80 mg adalimumab.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: azijnzuur, natriumacetaat-trihydraat, glycine, polysorbaat 80, water voor injecties.
Raadpleeg de bijsluiter voor meer informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde pen
2 alcoholdoekjes
3 voorgevulde pennen
4 alcoholdoekjes
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG
Subcutaan gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor eenmalig gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING, INDIEN NODIG

8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Raadpleeg de bijsluiter voor informatie over een alternatief voor opslag.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
126
127
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG
Yuflyma 80 mg injectie
adalimumab
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
80 mg/0,8 ml
6.
OVERIGE

128
B. BIJSLUITER

129

Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
adalimumab
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke
informatie in voor u.
·
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
·
Uw arts zal u ook een
patiëntenkaart geven; deze bevat belangrijke veiligheidsinformatie waar
u zich bewust van moet zijn voordat u Yuflyma gaat gebruiken en tijdens de behandeling met
Yuflyma. Houd deze
patiëntenkaart bij u tijdens de behandeling en gedurende 4 maanden na
uw laatste injectie met Yuflyma.
·
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
·
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
·
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
7.
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Yuflyma bevat het actieve bestanddeel adalimumab, een medicijn dat effect heeft op het
immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) van het lichaam.
Yuflyma is bedoeld voor behandeling van de volgende ontstekingsziektes:
·
Reumatoïde artritis
·
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis
·
Enthesitis-gerelateerde artritis
·
Spondylitis ankylopoetica
·
Axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van spondylitis ankylopoetica
·
Arthritis psoriatica
·
Plaque psoriasis
·
Hidradenitis suppurativa
·
Ziekte van Crohn
·
Colitis ulcerosa
·
Niet-infectieuze uveïtis
De werkzame stof in Yuflyma, adalimumab, is een humaan monoklonaal antilichaam. Monoklonale
antilichamen zijn eiwitten die zich hechten aan een specifiek doel in het lichaam.
Het doel van adalimumab is een eiwit dat tumornecrosefactor (TNF) wordt genoemd, dat betrokken
is bij het immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) en in toegenomen hoeveelheid aanwezig is in
de ontstekingsziektes hierboven. Door te hechten aan TNF vermindert Yuflyma het
ontstekingsproces in deze aandoeningen.
130
131
gemiddelde tot ernstige chronische plaque psoriasis bij volwassenen en
·
ernstige chronische plaque psoriasis bij kinderen en jongeren van 4 tot 17 jaar te behandelen
voor wie lokale therapie en fototherapie niet erg geholpen hebben of niet geschikt waren.

Hidradenitis suppurativa

Hidradenitis suppurativa (soms acne inversa genoemd) is een chronische en vaak pijnlijke
inflammatoire huidaandoening. Klachten kunnen zijn zachte nodules (bobbels) en abcessen (blaren)
waar pus uit kan komen. Het beïnvloedt meestal specifieke delen van de huid, zoals onder de borsten,
de oksels, binnenkant van de dijen, het kruis en de billen. Op de aangedane delen kunnen tevens
littekens optreden.
Yuflyma wordt gebruikt om
·
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij volwassenen en
·
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij jongeren van 12 tot 17 jaar te behandelen.
Yuflyma kan helpen het aantal nodules en abcessen veroorzaakt door de ziekte te verminderen en de
pijn die meestal bij de ziekte hoort. U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed
genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Ziekte van Crohn

De ziekte van Crohn is een ontstekingsziekte van het verteringsstelsel. Yuflyma wordt gebruikt om
·
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij volwassenen en
·
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar te
behandelen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
Colitis ulcerosa

Colitis ulcerosa is een ontstekingsziekte van de dikke darm.
Yuflyma wordt gebruikt voor het behandelen van
·
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij volwassenen en
·
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar.
Het is mogelijk dat u eerst andere geneesmiddelen krijgt. Als u niet goed genoeg reageert op deze
medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Niet-infectieuze uveïtis

Niet-infectieuze uveïtis is een ontstekingsziekte die van invloed is op bepaalde delen van het oog.
Yuflyma wordt gebruikt om
·
volwassenen met niet-infectieuze uveïtis te behandelen met ontsteking die de achterkant van het
oog beïnvloedt
·
kinderen met chronische niet-infectieuze uveïtis vanaf 2 jaar oud met ontsteking die de voorkant
van het oog beïnvloedt.
132
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?

·
U bent allergisch voor adalimumab of een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt
u vinden in rubriek 6.
·
U heeft een ernstige infectie, zoals actieve tuberculose (zie ook 'Wanneer moet u extra
voorzichtig zijn met dit middel?'). Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt als u
verschijnselen van een infectie heeft, zoals koorts, wondjes, moeheid, gebitsproblemen.
·
U lijdt aan matig tot ernstig hartfalen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u
een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad (zie ook 'Wanneer moet u extra voorzichtig
zijn met dit middel?').

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?

Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt.
Allergische reacties
·
Als u allergische reacties met verschijnselen als benauwdheid, piepende ademhaling,
duizeligheid, zwelling of uitslag krijgt, injecteer dan geen Yuflyma meer, maar neem direct
contact op met uw arts aangezien, in zeldzame gevallen, deze reacties levensbedreigend kunnen
zijn.
Infecties
·
Als u een infectie heeft, zoals een langdurige of lokale infectie (bijvoorbeeld een open been),
neem dan altijd contact op met uw arts voor u start met het gebruik van Yuflyma. Neem bij twijfel
contact op met uw arts.
·
Door het gebruik van Yuflyma kunt u makkelijker infecties oplopen. Dit risico kan groter zijn
wanneer uw longfunctie verminderd is. Deze infecties kunnen ernstig zijn. Voorbeelden van
dergelijke infecties zijn:
·
tuberculose
·
infecties veroorzaakt door virussen, schimmels, parasieten of bacteriën
·
ernstige bloedvergiftiging (sepsis)
In zeldzame gevallen kunnen deze infecties levensbedreigend zijn. Het is daarom belangrijk om
het uw arts te vertellen wanneer u verschijnselen ervaart zoals koorts, wondjes, moeheid of
gebitsproblemen. Uw arts kan u zeggen dat u tijdelijk moet stoppen met het gebruik van
Yuflyma.
·
Vertel het uw arts wanneer u woont in of reist naar gebieden waar schimmelinfecties
(bijvoorbeeld histoplasmose, coccidioïdomycose of blastomycose) vaak voorkomen.
·
Vertel het uw arts wanneer u infecties heeft gehad die steeds terugkomen of andere
aandoeningen die het risico op infecties vergroten.
133
Als u ouder dan 65 jaar bent, kunt u vatbaarder zijn voor infecties terwijl u Yuflyma gebruikt. U
en uw arts moeten extra letten op verschijnselen van een infectie terwijl u met Yuflyma
behandeld wordt. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u tekenen van infectie krijgt
zoals koorts, wondjes, moeheid of gebitsproblemen.
Tuberculose
·
Het is zeer belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u ooit tuberculose heeft gehad of
wanneer u in nauw contact bent geweest met iemand die tuberculose heeft gehad. Bij actieve
tuberculose mag u Yuflyma niet gebruiken.
·
Omdat er gevallen van tuberculose zijn gemeld bij patiënten die met Yuflyma worden
behandeld, zal uw arts u op tekenen en klachten en verschijnselen van tuberculose
controleren voordat u met Yuflyma start. Dit omvat een uitgebreide medische
beoordeling inclusief uw medische geschiedenis en de juiste controletests (bijvoorbeeld
een röntgenfoto van de borst en een tuberculinetest). De uitvoering en resultaten van deze
tests moeten worden geregistreerd op uw
patiëntenkaart.
·
Tuberculose kan zich ontwikkelen tijdens de behandeling met Yuflyma, zelfs wanneer u
behandeld bent om tuberculose te voorkomen.
·
Als zich verschijnselen van tuberculose (bijvoorbeeld een hoest die niet verdwijnt,
gewichtsverlies, lusteloosheid, lichte koorts) of een andere infectie voordoen tijdens of na
de behandeling moet u dit direct aan uw arts melden.
Hepatitis B
·
Vertel het uw arts als u drager bent van het hepatitis B-virus (HBV), als u een actieve HBV-
infectie heeft of als u denkt dat u risico loopt op HBV.
·
Uw arts moet u testen op HBV. Bij mensen die HBV dragen, kan Yuflyma het virus
opnieuw activeren.
·
In enkele zeldzame gevallen, vooral wanneer u andere medicijnen gebruikt die het
immuunsysteem onderdrukken, kan heractivering van HBV levensbedreigend zijn.
Chirurgie of gebitsbehandeling
·
Als u binnenkort chirurgie ondergaat of een gebitsbehandeling, informeert u de arts dat u
Yuflyma gebruikt. Uw arts kan adviseren tijdelijk te stoppen met Yuflyma.
Demyeliniserende ziekte
·
Als u een demyeliniserende ziekte heeft of ontwikkelt (een ziekte die van invloed is op de
isolerende laag rond de zenuwen, zoals multipele sclerose), zal uw arts beslissen of u Yuflyma
mag (blijven) ontvangen. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als u verschijnselen krijgt
zoals veranderingen in uw zicht, zwakte in uw armen of benen of gevoelloosheid of tintelingen
in delen van uw lichaam.
Vaccinaties
·
Bepaalde vaccins kunnen infecties veroorzaken en mogen niet worden gegeven terwijl u
Yuflyma krijgt.
·
Bespreek het met uw arts voordat u vaccins krijgt.
·
Het wordt aanbevolen dat kinderen, indien mogelijk, alle geplande vaccins krijgen voor
hun leeftijd voordat ze de behandeling met Yuflyma starten.
·
Als u Yuflyma heeft ontvangen tijdens de zwangerschap, kan uw baby groter risico lopen
op het krijgen van een dergelijke infectie tot ongeveer vijf maanden na de laatste
Yuflyma-dosis die u tijdens de zwangerschap heeft ontvangen. Het is belangrijk dat u de
artsen en andere zorgmedewerkers van uw baby vertelt over uw gebruik van Yuflyma
134
Hartfalen
·
Wanneer u mild hartfalen heeft en wordt behandeld met Yuflyma, moet de status van uw
hartfalen nauwlettend worden gevolgd door uw arts. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt
wanneer u een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad. Als u nieuwe verschijnselen van
hartfalen ontwikkelt of als bestaande verschijnselen verergeren (bijv. kortademigheid of
opzwellen van uw voeten), moet u direct contact opnemen met uw arts. Uw arts zal beslissen of
u Yuflyma mag gebruiken.
Koorts, blauwe plekken, bloedingen of bleekheid
·
Bij sommige patiënten kan het gebeuren dat het lichaam onvoldoende bloedcellen aanmaakt die
het lichaam helpen om infecties te bestrijden of helpen om een bloeding snel tot staan te
brengen. Als u merkt dat u koorts heeft die niet overgaat, u snel blauwe plekken krijgt of zeer
gemakkelijk bloedt en erg bleek ziet, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts. Uw arts
kan besluiten de therapie te stoppen.
Kanker
·
Er zijn zeer zeldzame gevallen gemeld van bepaalde vormen van kanker bij kinderen en
volwassen patiënten die Yuflyma of andere TNF-blokkers gebruiken.
·
Personen met ernstigere reumatoïde artritis die de ziekte al langere tijd hebben kunnen
meer risico lopen dan gemiddeld op lymfoom (een kanker die het lymfesysteem
beïnvloedt) en leukemie (een bepaalde soort kanker die het bloed en beenmerg
beïnvloedt).
·
Als u Yuflyma gebruikt kan het risico toenemen dat u lymfoom, leukemie of andere
kankers krijgt. In zeldzame gevallen kan een ongebruikelijk en ernstig type lymfoom
ontstaan bij patiënten die Yuflyma gebruiken. Sommige van die patiënten werden ook
behandeld met azathioprine of 6-mercaptopurine.
·
Vertel het uw arts wanneer u azathioprine of 6-mercaptopurine gebruikt in combinatie
met Yuflyma.
·
Gevallen van niet-melanoom huidkanker zijn waargenomen bij patiënten die Yuflyma
gebruiken.
·
Als er nieuwe huidlaesies optreden tijdens of na de behandeling of wanneer bestaande
laesies veranderen van uiterlijk, vertel het uw arts.
·
Er zijn gevallen geweest van kanker, anders dan lymfomen, bij patiënten met een bepaald type
longaandoening die chronische obstructieve longziekte (COPD) heet en die werd behandeld met
een andere TNF-blokker. Als u lijdt aan COPD of als u veel rookt, moet u met uw arts
bespreken of behandeling met een TNF-blokker geschikt is voor u.
Auto-immuunziekte
·
In zeldzame gevallen kan behandeling met Yuflyma resulteren in een lupusachtig syndroom.
Neem contact op met uw arts wanneer zich verschijnselen voordoen als een aanhoudende
onverklaarbare uitslag, koorts, gewrichtspijn of vermoeidheid.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
·
Vaccinaties: indien mogelijk moeten kinderen bij zijn met hun vaccinaties voordat ze Yuflyma
gebruiken.
135
anakinra
·
abatacept.
Yuflyma kan gelijktijdig gebruikt worden met:
·
methotrexaat
·
bepaalde ziektemodificerende antireumatische middelen (zoals sulfasalazine,
hydroxychloroquine, leflunomide en injecteerbare goudpreparaten)
·
steroïden of pijnmedicatie inclusief niet-steroïdale anti-inflammatoire medicijnen (NSAID's).
Neem bij vragen contact op met uw arts.
Zwangerschap en borstvoeding

·
U moet het gebruik van een goed voorbehoedsmiddel overwegen om zwangerschap te
voorkomen en dit blijven gebruiken tot ten minste 5 maanden na de laatste Yuflyma-
behandeling.
·
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met
uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
·
Yuflyma mag enkel worden gebruikt tijdens de zwangerschap als dat strikt noodzakelijk is.
·
Volgens een studie bij zwangere vrouwen was er geen hoger risico op geboorteafwijkingen bij
moeders die tijdens de zwangerschap Yuflyma hadden gebruikt in vergelijking met moeders
met dezelfde ziekte die geen Yuflyma hadden gebruikt.
·
Yuflyma kan worden gebruikt tijdens de borstvoeding.
·
Wanneer u tijdens uw zwangerschap Yuflyma gebruikt, kan uw baby een groter risico lopen op
infectie.
·
Het is belangrijk dat u de artsen en andere zorgverleners van uw baby vertelt over uw gebruik
van Yuflyma tijdens de zwangerschap voordat uw baby een vaccin krijgt toegediend. Voor meer
informatie over vaccinaties, zie de rubriek `Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit
middel?'.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Yuflyma kan een kleine invloed hebben op uw vermogen om een auto te besturen, te fietsen of
machines te gebruiken. Het voelt mogelijk of de ruimte draait en ook visuele verstoringen zijn
mogelijk na gebruik van Yuflyma.
YUFLYMA bevat natrium

Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 0,4 ml, dat wil zeggen dat het in
wezen `natriumvrij' is.

3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Yuflyma wordt onder de huid geïnjecteerd (subcutaan gebruik). Het is beschikbaar als 40 mg en 80 mg
in een voorgevulde spuit en/of een voorgevulde pen. Daarom kan Yuflyma niet worden gebruikt door
136
Reumatoïde artritis, arthritis psoriatica, spondylitis ankylopoetica of axiale spondyloartritis
zonder radiografisch bewijs van spondylitis ankylopoetica
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
40 mg eenmaal per twee weken Bij reumatoïde artritis wordt
methotrexaat voortgezet tijdens
gebruik van Yuflyma. Als uw
arts beslist dat methotrexaat niet
gepast is, kan Yuflyma los
worden gebruikt.
Als u reumatoïde artritis heeft
en u geen methotrexaat krijgt
tijdens uw behandeling met
Yuflyma, kan uw arts beslissen
om eenmaal per week 40 mg
Yuflyma voor te schrijven of 80
mg eenmaal per twee weken.

Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
40 mg eenmaal per twee weken Niet van toepassing
volwassenen vanaf 2 jaar die 30
kg of meer wegen

Enthesitis-gerelateerde artritis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
40 mg eenmaal per twee weken Niet van toepassing
volwassenen vanaf 6 jaar die 30
kg of meer wegen

Plaque psoriasis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 80 mg (twee
Als u onvoldoende heeft
injecties van 40 mg op één dag), gereageerd, kan uw arts de
gevolgd door 40 mg eenmaal
dosering verhogen naar
per twee weken, beginnend een
40 mg eenmaal per week of
week na de eerste dosis.
80 mg eenmaal per twee
weken.
Kinderen en jongeren van 4 tot Eerste dosis van 40 mg, gevolgd Niet van toepassing
17 jaar die 30 kg of meer wegen door 40 mg een week later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
137
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 160 mg (vier
Het wordt aanbevolen om
injecties van 40 mg op één dag dagelijks een antiseptisch
of twee injecties van 40 mg per middel te gebruiken op de
dag, twee dagen op rij), gevolgd aangedane gebieden.
door een dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag)
twee weken later. Na nog eens
twee weken gaat u verder met
een dosis van 40 mg eenmaal
per week of 80 mg eenmaal per
twee weken, zoals
voorgeschreven door uw arts.
Jongeren van 12 tot 17 jaar die
Eerste dosis van 80 mg (twee
Als u onvoldoende heeft
30 kg of meer wegen
injecties van 40 mg op één dag), gereageerd op Yuflyma 40 mg
gevolgd door 40 mg eenmaal
eenmaal per twee weken, kan
per twee weken, beginnend een uw arts de dosis verhogen naar
week later.
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen dat u de
aangedane gebieden dagelijks
desinfecteert.

Ziekte van Crohn
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
Eerste dosis van 80 mg (twee
Uw arts kan de dosis verhogen
volwassenen vanaf 6 jaar die 40 injecties van 40 mg op één dag), naar 40 mg eenmaal per week of
kg of meer wegen
gevolgd door 40 mg twee
80 mg eenmaal per twee weken.
weken later.
Als een snellere respons nodig
is, kan de arts een eerste dosis
voorschrijven van 160 mg (vier
injecties van 40 mg op één dag
of twee injecties van 40 mg per
dag, twee dagen op rij), gevolgd
door 80 mg (twee injecties van
40 mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
138
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 160 mg (vier
Uw arts kan de dosis verhogen
injecties van 40 mg op één dag naar 40 mg eenmaal per week of
of twee injecties van 40 mg per 80 mg eenmaal per twee weken.
dag, twee dagen op rij), gevolgd
door een dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag)
twee weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
Eerste dosering van 80 mg
U dient door te gaan met het
jaar die minder dan 40 kg
(twee injecties met 40 mg op
toedienen van Yuflyma in uw
wegen
één dag), gevolgd door 40 mg
gebruikelijke dosering, zelfs als
(één injectie met 40 mg) twee
u 18 jaar bent geworden.
weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
Eerste dosering van 160 mg
U dient door te gaan met het
jaar die meer dan 40 kg wegen
(vier injecties met 40 mg op één toedienen van Yuflyma in uw
dag of twee injecties met 40 mg gebruikelijke dosering, zelfs als
per dag op twee opeenvolgende u 18 jaar bent geworden.
dagen), gevolgd door 80 mg
(twee injecties met 40 mg) twee
weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 80 mg eenmaal per
twee weken.

Niet-infectieuze uveïtis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 80 mg (twee
Corticosteroïden of andere
injecties van 40 mg op één dag), medicijnen die het
gevolgd door 40 mg eenmaal
immuunsysteem beïnvloeden
per twee weken, beginnend een kunnen worden voortgezet
week na de eerste dosis.
tijdens gebruik van Yuflyma.
Yuflyma kan ook los gegeven
worden.
Kinderen en jongeren vanaf 2
40 mg eenmaal per twee weken Uw arts kan een startdosering
jaar die 30 kg of meer wegen
van 80 mg voorschrijven om toe
te dienen een week voor de start
van de gebruikelijke dosis van
40 mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen Yuflyma
te gebruiken in combinatie met
methotrexaat.
139
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken. De meeste bijwerkingen zijn mild tot gematigd. Sommige bijwerkingen kunnen
echter ernstig zijn en behandeling vereisen. Bijwerkingen kunnen optreden tot ten minste 4 maanden
na de laatste Yuflyma injectie.
Informeer uw arts meteen wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont

·
ernstige uitslag, netelroos of andere tekenen van een allergische reactie
·
opgezwollen gezicht, handen of voeten
·
ademhalingsproblemen en problemen bij het slikken
·
kortademigheid bij lichamelijke inspanning of na het gaan liggen, of het opzwellen van de
voeten

Informeer uw arts zo snel mogelijk wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont

·
tekenen van infectie zoals koorts, zich ziek voelen, wondjes, gebitsproblemen of brandend
gevoel bij urineren
·
verzwakt of moe voelen
·
hoesten
·
tintelingen
·
gevoelloosheid
·
dubbelzien
·
verzwakte armen of benen
·
een bult of open zweer die niet geneest
·
klachten en verschijnselen die zouden kunnen wijzen op een afwijkend bloedbeeld zoals
aanhoudende koorts, blauwe plekken, bloedingen en bleekheid
140
reacties op de injectieplaats (waaronder pijn, zwelling, roodheid of jeuk)
·
infecties van de ademhalingswegen (waaronder verkoudheid, loopneus, ontsteking van de
neusbijholten, longontsteking)
·
hoofdpijn
·
buikpijn
·
misselijkheid en braken
·
huiduitslag
·
pijn in de spieren, gewrichtsbanden, pezen en botten

Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
ernstige infecties (waaronder bloedvergiftiging en influenza)
·
darminfecties (waaronder gastro-enteritis)
·
huidinfecties (waaronder cellulitis en gordelroos)
·
oorontstekingen
·
mondinfecties (waaronder gebitsinfecties en koortslip)
·
genitale infecties
·
urineweginfectie
·
schimmelinfecties
·
gewrichtsinfecties
·
goedaardige gezwellen
·
huidkanker
·
allergische reacties (waaronder hooikoorts)
·
uitdroging
·
stemmingswisselingen (waaronder depressie)
·
angst
·
moeite hebben met slapen
·
gevoelsstoornissen zoals tintelingen, prikkelingen of verdoofdheid
·
migraine
·
zenuwwortelcompressie (waaronder lage rugpijn en pijn in de benen)
·
gezichtsstoornissen
·
oogontsteking
·
ontsteking van het ooglid en zwelling van het oog
·
draaiduizeligheid met stoornis in het evenwicht (vertigo)
·
gevoel van snelle hartslag
·
hoge bloeddruk
·
blozen
·
hematoom (bloeduitstorting)
·
hoesten
·
astma
·
kortademigheid
·
maag-darmbloeding
·
dyspepsie (spijsverteringsmoeilijkheden, opgeblazen gevoel, brandend maagzuur)
·
oprispingen
·
siccasyndroom (waaronder droge ogen en droge mond)
·
jeuk
·
jeukende huiduitslag
·
blauwe plekken
·
ontsteking van de huid (zoals eczeem)
·
breken van vingernagels en teennagels
·
overmatig zweten
141
haaruitval
·
opnieuw voorkomen of verslechteren van psoriasis
·
spierspasmen
·
bloed in de urine
·
nierfunctiestoornissen
·
pijn op de borst
·
zwelling (oedeem)
·
koorts
·
vermindering van het aantal bloedplaatjes wat het risico op bloedingen of blauwe plekken
·
vergroot
·
vertraagd herstel

Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
·
opportunistische infecties (waaronder tuberculose en andere infecties die zich voordoen bij een
lagere weerstand tegen ziektes)
·
infecties van het zenuwstelsel (waaronder virale meningitis),
·
ooginfecties
·
bacteriële infecties,
·
diverticulitis (ontsteking en infectie van de dikke darm)
·
kanker
·
kanker van het lymfesysteem
·
melanoom
·
aandoeningen aan het afweersysteem die de longen, huid en lymfeknopen kunnen beïnvloeden
(meestal uit zich dit als een ontstekingsziekte, ook wel sarcoïdose genoemd)
·
vasculitis (ontsteking van bloedvaten)
·
trillen of beven
·
neuropathie (zenuwaandoening)
·
beroerte
·
gehoorverlies, oorsuizen
·
gevoel van onregelmatige hartslag zoals het overslaan van een hartslag
·
hartproblemen die kortademigheid of gezwollen enkels kunnen veroorzaken
·
hartaanval
·
een uitstulping in de wand van een belangrijke slagader, ontsteking en dichtslibben van een
ader, blokkade van een bloedvat
·
longziekten die kortademigheid veroorzaken (waaronder ontsteking)
·
longembolie (afsluiting van een longslagader)
·
pleurale effusie (abnormale vochtophoping tussen de borstvliezen)
·
ontsteking van de alvleesklier wat een hevige pijn in de buik en rug veroorzaakt
·
moeilijkheden met slikken
·
zwelling van het gezicht
·
galblaasontsteking, galstenen
·
leververvetting
·
nachtzweten
·
litteken
·
abnormale afbraak van spieren
·
systemische lupus erythematodes (met ontstekingen van huid, hart, longen, gewrichten en
andere orgaansystemen)
·
onderbrekingen van de slaap
·
impotentie
·
ontstekingen

Zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
·
leukemie (kanker die het bloed en beenmerg aantast)
·
ernstige allergische reactie met shock
·
multipele sclerose
142
·
hartstilstand
·
longfibrose (vorming van littekenweefsel in de long)
·
darmperforatie (gat in de darm)
·
hepatitis
·
reactivatie van hepatitis B
·
auto-immuun hepatitis (ontsteking van de lever die wordt veroorzaakt door het eigen
immuunsysteem van het lichaam)
·
cutane vasculitis (ontsteking van bloedvaten in de huid)
·
Stevens-Johnson-syndroom (vroege verschijnselen zijn onder andere algeheel ongemak, koorts,
hoofdpijn en huiduitslag)
·
zwelling van het gezicht gecombineerd met allergische reacties
·
erythema multiforme (ontstoken huiduitslag)
·
lupus-achtig syndroom
·
angio-oedeem (plaatselijke zwelling van de huid)
·
lichenoïde huidreactie (jeukende, rood-paarse huiduitslag)

Niet bekend (frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
·
hepatospleen T-cellymfoom (een zeldzame bloedkanker die vaak dodelijk is)
·
Merkelcelcarcinoom (een type huidkanker)
·
Kaposi-sarcoom, een zeldzame vorm van kanker die verband houdt met infectie met humaan
herpesvirus 8. Kaposi-sarcoom is meestal zichtbaar in de vorm van paarse huidschade
·
leverfalen
·
verergeren van een aandoening die dermatomyositis wordt genoemd (waargenomen als
huiduitslag met spierzwakte)
·
gewichtstoename (bij de meeste patiënten was sprake van een kleine gewichtstoename)
Sommige bijwerkingen die waargenomen werden met Yuflyma hebben geen verschijnselen en
kunnen alleen waargenomen worden door middel van bloedonderzoek. Hieronder vallen:
Zeer vaak (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
·
verlaagd aantal witte bloedcellen
·
verlaagd aantal rode bloedcellen
·
verhoogde concentratie vetten in het bloed
·
verhoogde leverenzymen

Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
verhoogd aantal witte bloedcellen
·
verlaagd aantal bloedplaatjes
·
toegenomen hoeveelheid urinezuur in het bloed
·
abnormale bloedwaarden voor natrium
·
lage bloedwaarden voor calcium
·
lage bloedwaarden voor fosfaat
·
hoge bloedsuiker
·
hoge bloedwaarden voor lactaatdehydrogenase
·
autoantilichamen aanwezig in het bloed
·
laag kaliumniveau in het bloed

Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
·
verhoogde bilirubinemeting (leverbloedtest)
143
verlaagd aantal witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes.

Het melden van bijwerkingen

Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket/de
verpakking na EXP.
Bewaren in de koelkast (2 °C ­ 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit met naaldhuls in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Alternatieve bewaring:
Wanneer nodig (bijvoorbeeld als u op reis bent) mag een enkele voorgevulde spuit met naaldhuls met
Yuflyma bewaard worden bij kamertemperatuur (tot 25 °C) gedurende maximaal 30 dagen - zorg
ervoor dat de spuit beschermd wordt tegen licht. Eenmaal uit de koelkast gehaald voor bewaring bij
kamertemperatuur,
moet de spuit binnen 30 dagen gebruikt worden of worden afgevoerd, ook als
deze in de koelkast wordt teruggelegd.
Schrijf de datum waarop de spuit voor de eerste keer uit de koelkast wordt gehaald op en de
datum waarna de spuit moet worden afgevoerd.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
arts of apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert, worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?

De werkzame stof in dit middel is adalimumab.
De andere stoffen in dit middel zijn azijnzuur, natriumacetaattrihydraat, glycine, polysorbaat 80 en
water voor injecties.
Hoe ziet de voorgevulde spuit met naaldhuls met Yuflyma eruit en hoeveel zit er in een
verpakking?

Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls wordt geleverd als een
steriele oplossing van 40 mg adalimumab opgelost in 0,4 ml oplossing.
De Yuflyma voorgevulde spuit is een glazen injectiespuit met een oplossing van adalimumab. De
verpakking met 1 voorgevulde spuit wordt geleverd met 2 alcoholdoekjes (1 reserve). Voor de
verpakkingen met 2, 4 en 6 voorgevulde spuiten is per voorgevulde spuit 1 alcoholdoekje aanwezig.
144
Lietuva
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Tel.: +36 1 231 0493


Luxembourg/Luxemburg
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Te.: +36 1 231 0493
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Ceská republika
Magyarország
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Tel.: +36 1 231 0493
Danmark
Malta
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Mint Health Ltd.
Tlf: +36 1 231 0493
Tel: +356 2093 9800

145
Nederland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Netherlands B.V.
Tel: +36 1 231 0493
Tel: + 31 20 888 7300

Eesti
Norge
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Tlf: +36 1 231 0493

España
Ö sterreich
Kern Pharma, S.L.
Astro-Pharma GmbH
Tel: +34 93 700 2525
Tel: +43 1 97 99 860


Polska
..
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
: +30 210 8009111 ­ 120
Tel.: +36 1 231 0493

France
Portugal
Celltrion Healthcare France SAS
PharmaKERN Portugal ­ Produtos Farmacêuticos,
Tél.: +33 (0)1 71 25 27 00
Sociedade Unipessoal, Lda.
Tel: +351 214 200 290
Hrvatska
România
Oktal Pharma d.o.o.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +385 1 6595 777
Tel: +36 1 231 0493

Ireland
Slovenija
Celltrion Healthcare Ireland Limited
OPH Oktal Pharma d.o.o.
Tel: +353 1 223 4026
Tel.: +386 1 519 29 22

Ísland
Slovenská republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Sími: +36 1 231 0493
Tel: +36 1 231 0493

Italia
Suomi/Finland
Celltrion Healthcare Italy S.r.l.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +39 0247927040
Puh/Tel: +36 1 231 0493


Sverige
C.A. Papaellinas Ltd
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
: +357 22741741
Tel: +36 1 231 0493

Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tlr.: +36 1 231 0493
Tel: +353 1 223 4026

Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in.

Andere informatiebronnen

Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.

7.
Gebruiksaanwijzing
146
In de volgende instructies wordt uitgelegd hoe u uzelf een onderhuidse (subcutane) injectie met
Yuflyma kunt geven met de voorgevulde spuit. Lees de instructies nauwkeurig door en volg ze
stap voor stap op.
·
U wordt door uw arts, verpleegkundige of apotheker geïnstrueerd over de techniek om uzelf te
injecteren.
·
Probeer niet uzelf te injecteren voordat u zeker weet hoe u de injectie moet voorbereiden en
geven.
·
Na een goede training kan de injectie door uzelf of door een andere persoon worden toegediend,
bijvoorbeeld door een familielid of een vriend(in).
·
Dien slechts één injectie toe met elke voorgevulde spuit.
147
Zuiger
Vingergreep
Spuit
Geneesmiddel
Naald
Naalddop
Vóór
Na gebruik
gebruik

Figuur A

Gebruik de voorgevulde spuit niet als:
·
deze gebarsten of beschadigd is.
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.

Verwijder de naalddop pas vlak voor de injectie. Houd Yuflyma buiten het zicht en bereik van
kinderen.

1.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie

a.
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een goedverlichte
ruimte.
b.
Haal 1 voorgevulde spuit uit de verpakking in uw koelkast.
·
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast wanneer u deze uit de verpakking haalt.
Raak de zuiger
niet aan.
c.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
­
Voorgevulde spuit
­
Alcoholdoekje
Niet in de verpakking meegeleverd:
­
Watten of gaas
­
Pleister
­
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
148
Inspecteer de voorgevulde spuit

a.
Controleer of u het juiste geneesmiddel (Yuflyma) en
de juiste dosis heeft.
b.
Bekijk de voorgevulde spuit en controleer of deze niet
gebarsten of beschadigd is.
c.
Controleer de uiterste gebruiksdatum op het etiket van
de voorgevulde spuit.
EXP: MAAND JAAR
Gebruik de voorgevulde spuit
niet als:
·
deze gebarsten of beschadigd is.
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.


Figuur B
3.
Inspecteer het geneesmiddel

a.
Bekijk het geneesmiddel en controleer of de
vloeistof helder en kleurloos tot lichtbruin is
en of er geen deeltjes zichtbaar zijn.
·
Gebruik
de voorgevulde spuit
niet als de
vloeistof verkleurd is (geel of donkerbruin),
troebel is of deeltjes bevat.
·
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig
zijn. Dit is normaal.


Figuur C
4.
Wacht 15 tot 30 minuten

a.
Laat de voorgevulde spuit 15 tot 30 minuten op
15 ­ 30
kamertemperatuur komen.
minuten
·
Verwarm de voorgevulde spuit
niet met een
warmtebron zoals heet water of een magnetron.


Figuur D
149
5.
Kies een geschikte injectieplaats

a.
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
­
de voorkant van uw bovenbenen
­
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
­
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN
als u een zorgverlener bent).
·
Injecteer
niet in de huid binnen 5 cm afstand van
de navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of
pijnlijk is, beschadigd is, blauwe plekken vertoont
of littekens bevat.
·
Als u psoriasis heeft, injecteer dan
niet
rechtstreeks in verhoogde, dikke, rode of
schilferige huidplekjes of beschadigingen van de
huid.
ALLEEN zorgverlener
·
Injecteer
niet door kleding heen.

b.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats.
Zelfinjectie en
Elke nieuwe injectieplaats dient op ten minste 3 cm
zorgverlener
afstand te zijn van de eerder gebruikte
injectieplaats.
Figuur E

6.
Was uw handen

a.
Was uw handen met zeep en water en
droog ze grondig af.


Figuur F
150
Reinig de injectieplaats

a.
Reinig de injectieplaats met een
alcoholdoekje in een draaiende beweging.
b.
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
·
Blaas
niet op de injectieplaats en raak deze
niet meer aan
totdat u de injectie geeft.


Figuur G
8.
Verwijder de dop

a.
Verwijder de dop door de voorgevulde
spuit met één hand vast te houden. Trek
voorzichtig de dop rechtstandig los met de
andere hand.
·
Verwijder de dop
niet totdat u klaar bent
om te injecteren.
·
Raak de naald
niet aan. Als u dit doet, kunt
u letsel oplopen door een naaldprik.
·
Plaats de dop
niet terug op de voorgevulde
spuit. Gooi de dop direct weg in de
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen.


Figuur H
151
9.
Steek de voorgevulde spuit in de injectieplaats

a.
Knijp zachtjes met één hand in de huid op de
injectieplaats zodat deze omhoog komt.

b.
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast en
breng de naald volledig in de huidplooi onder een
hoek van 45 graden met een snelle, korte
beweging.

OF

Figuur I
10. Geef de injectie

a.
Als de naald in de huid zit, laat u de huidplooi
los.
b.
Duw de zuiger langzaam helemaal naar
beneden totdat alle vloeistof is geïnjecteerd en
de spuit leeg is.
·
Verander de positie van de voorgevulde spuit
niet meer nadat de injectie is gestart.


Figuur J
152

11. Verwijder de voorgevulde spuit van de
injectieplaats en behandel de injectieplaats

a.
Als de voorgevulde spuit leeg is, haalt u de
voorgevulde spuit uit de huid onder dezelfde
hoek als bij het inbrengen.
b.
Behandel de injectieplaats door voorzichtig te
drukken (niet wrijven) met een watje of gaasje
en plak er zo nodig een pleister op. Er kan een
kleine bloeding optreden.
·
Gebruik de voorgevulde spuit
niet opnieuw.
·
Raak de naald
niet aan en breng de naalddop
niet opnieuw aan.
·
Wrijf
niet over de injectieplaats.


Figuur K
12. Gooi de voorgevulde spuit weg

·
Plaats de dop
niet terug op de voorgevulde
spuit.

a.
Gooi de gebruikte, voorgevulde spuit weg in
een speciale afvoercontainer voor scherpe
voorwerpen volgens de instructie van uw arts,
verpleegkundige of apotheker.
b.
Het alcoholdoekje en de verpakking mogen
bij het huishoudelijk afval.
·
Houd de voorgevulde spuit en de speciale
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen
altijd buiten het zicht en bereik van kinderen.


Figuur L
153
Zuiger
Vingergreep
Kijkvenster
Geneesmiddel
Naald
Naaldhuls
Naald
Naalddop
Vóór
Na gebruik
gebruik

Figuur A

Gebruik de voorgevulde spuit niet als:
·
deze gebarsten of beschadigd is.
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.

Verwijder de naalddop pas vlak voor de injectie. Houd Yuflyma buiten het zicht en bereik van
kinderen.

1.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie

a.
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een goedverlichte
ruimte.
b.
Haal 1 voorgevulde spuit uit de verpakking in uw koelkast.
·
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast wanneer u deze uit de verpakking haalt.
Raak de zuiger niet aan.
c.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
­
Voorgevulde spuit
­
Alcoholdoekje
Niet in de verpakking meegeleverd:
­
Watten of gaas
­
Pleister
­
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
154
2.
Inspecteer de voorgevulde spuit

a.
Controleer of u het juiste geneesmiddel
(Yuflyma) en de juiste dosis heeft.
b.
Bekijk de voorgevulde spuit en controleer
of deze niet gebarsten of beschadigd is.
c.
Controleer de uiterste gebruiksdatum op het
etiket van de voorgevulde spuit.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet als:
EXP: MAAND JAAR
·
deze gebarsten of beschadigd is.
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken
is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.


Figuur B
3.
Inspecteer het geneesmiddel

a.
Bekijk het geneesmiddel en controleer of de
vloeistof helder en kleurloos tot lichtbruin is en
of er geen deeltjes zichtbaar zijn.
·
Gebruik
de voorgevulde spuit
niet als de
vloeistof verkleurd is (geel of donkerbruin),
troebel is of deeltjes bevat.
·
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig
zijn. Dit is normaal.


Figuur C
4.
Wacht 15 tot 30 minuten

a.
Laat de voorgevulde spuit 15 tot 30 minuten op
15 ­ 30
kamertemperatuur komen.
minuten
·
Verwarm de voorgevulde spuit
niet met een
warmtebron zoals heet water of een magnetron.


Figuur D
155
5.
Kies een geschikte injectieplaats

a.
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
­
de voorkant van uw bovenbenen
­
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
­
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN als
u een zorgverlener bent).
·
Injecteer
niet in de huid binnen 5 cm afstand van de
navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of pijnlijk
is, beschadigd is, blauwe plekken vertoont of
littekens bevat.
·
Als u psoriasis heeft, injecteer dan
niet rechtstreeks
in verhoogde, dikke, rode of schilferige huidplekjes
of beschadigingen van de huid.
·
Injecteer
niet door kleding heen.
ALLEEN zorgverlener

b.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats. Elke
Zelfinjectie en
nieuwe injectieplaats dient op ten minste 3 cm
zorgverlener
afstand te zijn van de eerder gebruikte injectieplaats.

Figuur E
6.
Was uw handen

a.
Was uw handen met zeep en water en
droog ze grondig af.


Figuur F
156
Reinig de injectieplaats

a.
Reinig de injectieplaats met een alcoholdoekje
in een draaiende beweging.
b.
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
·
Blaas
niet op de injectieplaats en raak deze niet
meer aan
totdat u de injectie geeft.


Figuur G
8.
Verwijder de dop

a.
Verwijder de dop door de voorgevulde spuit met
één hand vast te houden. Trek voorzichtig de
dop rechtstandig los met de andere hand.
·
Verwijder de dop
niet totdat u klaar bent om te
injecteren.
·
Raak de naald
niet aan. Als u dit doet, kunt u
letsel oplopen door een naaldprik.
·
Plaats de dop
niet terug op de voorgevulde
spuit. Gooi de dop direct weg in de
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen.


Figuur H
157
9.
Steek de voorgevulde spuit in de
injectieplaats


a.
Knijp zachtjes met één hand in de huid op de
injectieplaats zodat deze omhoog komt.

b.
Houd de voorgevulde spuit in het midden
vast en breng de naald volledig in de
huidplooi onder een hoek van 45 graden met
een snelle, korte beweging.

OF

Figuur I
10. Geef de injectie

a.
Als de naald in de huid zit, laat u de
huidplooi los.
b.
Duw de zuiger langzaam helemaal naar
beneden totdat alle vloeistof is
geïnjecteerd en de spuit leeg is.
·
Verander de positie van de voorgevulde
spuit
niet meer nadat de injectie is gestart.


Figuur J
158
injectieplaats en behandel de
injectieplaats


a.
Als de voorgevulde spuit leeg is, haalt u
uw duim langzaam van de zuiger totdat de
naald volledig is bedekt door de naaldhuls.
b.
Behandel de injectieplaats door
voorzichtig te drukken (niet wrijven) met
een watje of gaasje en plak er zo nodig
een pleister op. Er kan een kleine bloeding
optreden.
·
Gebruik de voorgevulde spuit
niet
opnieuw.
·
Wrijf
niet over de injectieplaats.


Figuur K
12. Gooi de voorgevulde spuit weg

a.
Gooi de gebruikte, voorgevulde spuit weg
in een speciale afvoercontainer voor
scherpe voorwerpen volgens de instructie
van uw arts, verpleegkundige of
apotheker.
b.
Het alcoholdoekje en de verpakking
mogen bij het huishoudelijk afval.
·
Houd de voorgevulde spuit en de speciale
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen
altijd buiten het zicht en bereik van
kinderen.


Figuur L
159

Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
adalimumab
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke
informatie in voor u.
·
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
·
Uw arts zal u ook een
patiëntenkaart geven; deze bevat belangrijke veiligheidsinformatie waar
u zich bewust van moet zijn voordat u Yuflyma gaat gebruiken en tijdens de behandeling met
Yuflyma. Houd deze
patiëntenkaart bij u tijdens de behandeling en gedurende 4 maanden na
uw laatste injectie met Yuflyma.
·
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
·
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
·
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
7.
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Yuflyma bevat het actieve bestanddeel adalimumab, een medicijn dat effect heeft op het
immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) van het lichaam.
Yuflyma is bedoeld voor behandeling van de volgende ontstekingsziektes:
·
Reumatoïde artritis
·
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis
·
Enthesitis-gerelateerde artritis
·
Spondylitis ankylopoetica
·
Axiale spondyloartritis zonder radiografisch bewijs van spondylitis ankylopoetica
·
Arthritis psoriatica
·
Plaque psoriasis
·
Hidradenitis suppurativa
·
Ziekte van Crohn
·
Colitis ulcerosa
·
Niet-infectieuze uveïtis
De werkzame stof in Yuflyma, adalimumab, is een humaan monoklonaal antilichaam. Monoklonale
antilichamen zijn eiwitten die zich hechten aan een specifiek doel in het lichaam.
Het doel van adalimumab is een eiwit dat tumornecrosefactor (TNF) wordt genoemd, dat betrokken
is bij het immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) en in toegenomen hoeveelheid aanwezig is in
de ontstekingsziektes hierboven. Door te hechten aan TNF vermindert Yuflyma het
ontstekingsproces in deze aandoeningen.
160
161
gemiddelde tot ernstige chronische plaque psoriasis bij volwassenen en
·
ernstige chronische plaque psoriasis bij kinderen en jongeren van 4 tot 17 jaar te behandelen
voor wie lokale therapie en fototherapie niet erg geholpen hebben of niet geschikt waren.

Hidradenitis suppurativa

Hidradenitis suppurativa (soms acne inversa genoemd) is een chronische en vaak pijnlijke
inflammatoire huidaandoening. Klachten kunnen zijn zachte nodules (bobbels) en abcessen (blaren)
waar pus uit kan komen. Het beïnvloedt meestal specifieke delen van de huid, zoals onder de borsten,
de oksels, binnenkant van de dijen, het kruis en de billen. Op de aangedane delen kunnen tevens
littekens optreden.
Yuflyma wordt gebruikt om
·
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij volwassenen en
·
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij jongeren van 12 tot 17 jaar te behandelen.
Yuflyma kan helpen het aantal nodules en abcessen veroorzaakt door de ziekte te verminderen en de
pijn die meestal bij de ziekte hoort. U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed
genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Ziekte van Crohn

De ziekte van Crohn is een ontstekingsziekte van het verteringsstelsel. Yuflyma wordt gebruikt om
·
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij volwassenen en
·
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar te
behandelen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
Colitis ulcerosa

Colitis ulcerosa is een ontstekingsziekte van de dikke darm.
Yuflyma wordt gebruikt voor het behandelen van
·
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij volwassenen en
·
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar.
Het is mogelijk dat u eerst andere geneesmiddelen krijgt. Als u niet goed genoeg reageert op deze
medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Niet-infectieuze uveïtis

Niet-infectieuze uveïtis is een ontstekingsziekte die van invloed is op bepaalde delen van het oog.
Yuflyma wordt gebruikt om
·
volwassenen met niet-infectieuze uveïtis te behandelen met ontsteking die de achterkant van het
oog beïnvloedt
·
kinderen met chronische niet-infectieuze uveïtis vanaf 2 jaar oud met ontsteking die de voorkant
van het oog beïnvloedt.
162
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?

·
U bent allergisch voor adalimumab of een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt
u vinden in rubriek
·
U heeft een ernstige infectie, zoals actieve tuberculose (zie ook 'Wanneer moet u extra
voorzichtig zijn met dit middel?'). Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt als u
verschijnselen van een infectie heeft, zoals koorts, wondjes, moeheid, gebitsproblemen.
·
U lijdt aan matig tot ernstig hartfalen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u
een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad (zie ook 'Wanneer moet u extra voorzichtig
zijn met dit middel?').

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?

Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt.
Allergische reacties
·
Als u allergische reacties met verschijnselen als benauwdheid, piepende ademhaling,
duizeligheid, zwelling of uitslag krijgt, injecteer dan geen Yuflyma meer, maar neem direct
contact op met uw arts aangezien, in zeldzame gevallen, deze reacties levensbedreigend kunnen
zijn.
Infecties
·
Als u een infectie heeft, zoals een langdurige of lokale infectie (bijvoorbeeld een open been),
neem dan altijd contact op met uw arts voor u start met het gebruik van Yuflyma. Neem bij twijfel
contact op met uw arts.
·
Door het gebruik van Yuflyma kunt u makkelijker infecties oplopen. Dit risico kan groter zijn
wanneer uw longfunctie verminderd is. Deze infecties kunnen ernstig zijn. Voorbeelden van
dergelijke infecties zijn:
·
tuberculose
·
infecties veroorzaakt door virussen, schimmels, parasieten of bacteriën
·
ernstige bloedvergiftiging (sepsis)
In zeldzame gevallen kunnen deze infecties levensbedreigend zijn. Het is daarom belangrijk
om het uw arts te vertellen wanneer u verschijnselen ervaart zoals koorts, wondjes, moeheid of
gebitsproblemen. Uw arts kan u zeggen dat u tijdelijk moet stoppen met het gebruik van
Yuflyma.
·
Vertel het uw arts wanneer u woont in of reist naar gebieden waar schimmelinfecties
(bijvoorbeeld histoplasmose, coccidioïdomycose of blastomycose) vaak voorkomen.
·
Vertel het uw arts wanneer u infecties heeft gehad die steeds terugkomen of andere
aandoeningen die het risico op infecties vergroten.
163
Als u ouder dan 65 jaar bent, kunt u vatbaarder zijn voor infecties terwijl u Yuflyma gebruikt. U
en uw arts moeten extra letten op verschijnselen van een infectie terwijl u met Yuflyma
behandeld wordt. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u tekenen van infectie krijgt
zoals koorts, wondjes, moeheid of gebitsproblemen.
Tuberculose
·
Het is zeer belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u ooit tuberculose heeft gehad of
wanneer u in nauw contact bent geweest met iemand die tuberculose heeft gehad. Bij actieve
tuberculose mag u Yuflyma niet gebruiken.
·
Omdat er gevallen van tuberculose zijn gemeld bij patiënten die met Yuflyma worden
behandeld, zal uw arts u op tekenen en klachten en verschijnselen van tuberculose
controleren voordat u met Yuflyma start. Dit omvat een uitgebreide medische
beoordeling inclusief uw medische geschiedenis en de juiste controletests (bijvoorbeeld
een röntgenfoto van de borst en een tuberculinetest). De uitvoering en resultaten van deze
tests moeten worden geregistreerd op uw
patiëntenkaart.
·
Tuberculose kan zich ontwikkelen tijdens de behandeling met Yuflyma, zelfs wanneer u
behandeld bent om tuberculose te voorkomen.
·
Als zich verschijnselen van tuberculose (bijvoorbeeld een hoest die niet verdwijnt,
gewichtsverlies, lusteloosheid, lichte koorts) of een andere infectie voordoen tijdens of na
de behandeling moet u dit direct aan uw arts melden.
Hepatitis B
·
Vertel het uw arts als u drager bent van het hepatitis B-virus (HBV), als u een actieve HBV-
infectie heeft of als u denkt dat u risico loopt op HBV.
·
Uw arts moet u testen op HBV. Bij mensen die HBV dragen, kan Yuflyma het virus
opnieuw activeren.
·
In enkele zeldzame gevallen, vooral wanneer u andere medicijnen gebruikt die het
immuunsysteem onderdrukken, kan heractivering van HBV levensbedreigend zijn.
Chirurgie of gebitsbehandeling
·
Als u binnenkort chirurgie ondergaat of een gebitsbehandeling, informeert u de arts dat u
Yuflyma gebruikt. Uw arts kan adviseren tijdelijk te stoppen met Yuflyma.
Demyeliniserende ziekte
·
Als u een demyeliniserende ziekte heeft of ontwikkelt (een ziekte die van invloed is op de
isolerende laag rond de zenuwen, zoals multipele sclerose), zal uw arts beslissen of u Yuflyma
mag (blijven) ontvangen. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als u verschijnselen krijgt
zoals veranderingen in uw zicht, zwakte in uw armen of benen of gevoelloosheid of tintelingen
in delen van uw lichaam.
Vaccinaties
·
Bepaalde vaccins kunnen infecties veroorzaken en mogen niet worden gegeven terwijl u
Yuflyma krijgt.
·
Bespreek het met uw arts voordat u vaccins krijgt.
·
Het wordt aanbevolen dat kinderen, indien mogelijk, alle geplande vaccins krijgen voor
hun leeftijd voordat ze de behandeling met Yuflyma starten.
·
Als u Yuflyma heeft ontvangen tijdens de zwangerschap, kan uw baby groter risico lopen
op het krijgen van een dergelijke infectie tot ongeveer vijf maanden na de laatste
Yuflyma-dosis die u tijdens de zwangerschap heeft ontvangen. Het is belangrijk dat u de
artsen en andere zorgmedewerkers van uw baby vertelt over uw gebruik van Yuflyma
164
Hartfalen
·
Wanneer u mild hartfalen heeft en wordt behandeld met Yuflyma, moet de status van uw
hartfalen nauwlettend worden gevolgd door uw arts. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt
wanneer u een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad. Als u nieuwe verschijnselen van
hartfalen ontwikkelt of als bestaande verschijnselen verergeren (bijv. kortademigheid of
opzwellen van uw voeten), moet u direct contact opnemen met uw arts. Uw arts zal beslissen of
u Yuflyma mag gebruiken.
Koorts, blauwe plekken, bloedingen of bleekheid
·
Bij sommige patiënten kan het gebeuren dat het lichaam onvoldoende bloedcellen aanmaakt die
het lichaam helpen om infecties te bestrijden of helpen om een bloeding snel tot staan te
brengen. Als u merkt dat u koorts heeft die niet overgaat, u snel blauwe plekken krijgt of zeer
gemakkelijk bloedt en erg bleek ziet, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts. Uw arts
kan besluiten de therapie te stoppen.
Kanker
·
Er zijn zeer zeldzame gevallen gemeld van bepaalde vormen van kanker bij kinderen en
volwassen patiënten die Yuflyma of andere TNF-blokkers gebruiken.
·
Personen met ernstigere reumatoïde artritis die de ziekte al langere tijd hebben kunnen
meer risico lopen dan gemiddeld op lymfoom (een kanker die het lymfesysteem
beïnvloedt) en leukemie (een bepaalde soort kanker die het bloed en beenmerg
beïnvloedt).
·
Als u Yuflyma gebruikt kan het risico toenemen dat u lymfoom, leukemie of andere
kankers krijgt. In zeldzame gevallen kan een ongebruikelijk en ernstig type lymfoom
ontstaan bij patiënten die Yuflyma gebruiken. Sommige van die patiënten werden ook
behandeld met azathioprine of 6-mercaptopurine.
·
Vertel het uw arts wanneer u azathioprine of 6-mercaptopurine gebruikt in combinatie
met Yuflyma.
·
Gevallen van niet-melanoom huidkanker zijn waargenomen bij patiënten die Yuflyma
gebruiken.
·
Als er nieuwe huidlaesies optreden tijdens of na de behandeling of wanneer bestaande
laesies veranderen van uiterlijk, vertel het uw arts.
·
Er zijn gevallen geweest van kanker, anders dan lymfomen, bij patiënten met een bepaald type
longaandoening die chronische obstructieve longziekte (COPD) heet en die werd behandeld met
een andere TNF-blokker. Als u lijdt aan COPD of als u veel rookt, moet u met uw arts
bespreken of behandeling met een TNF-blokker geschikt is voor u.
Auto-immuunziekte
·
In zeldzame gevallen kan behandeling met Yuflyma resulteren in een lupusachtig syndroom.
Neem contact op met uw arts wanneer zich verschijnselen voordoen als een aanhoudende
onverklaarbare uitslag, koorts, gewrichtspijn of vermoeidheid.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
·
Vaccinaties: indien mogelijk moeten kinderen bij zijn met hun vaccinaties voordat ze Yuflyma
gebruiken.
165
anakinra
·
abatacept.
Yuflyma kan gelijktijdig gebruikt worden met:
·
methotrexaat
·
bepaalde ziektemodificerende antireumatische middelen (zoals sulfasalazine,
hydroxychloroquine, leflunomide en injecteerbare goudpreparaten)
·
steroïden of pijnmedicatie inclusief niet-steroïdale anti-inflammatoire medicijnen (NSAID's).
Neem bij vragen contact op met uw arts.
Zwangerschap en borstvoeding

·
U moet het gebruik van een goed voorbehoedsmiddel overwegen om zwangerschap te
voorkomen en dit blijven gebruiken tot ten minste 5 maanden na de laatste Yuflyma-
behandeling.
·
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met
uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
·
Yuflyma mag enkel worden gebruikt tijdens de zwangerschap als dat strikt noodzakelijk is.
·
Volgens een studie bij zwangere vrouwen was er geen hoger risico op geboorteafwijkingen bij
moeders die tijdens de zwangerschap Yuflyma hadden gebruikt in vergelijking met moeders
met dezelfde ziekte die geen Yuflyma hadden gebruikt.
·
Yuflyma kan worden gebruikt tijdens de borstvoeding.
·
Wanneer u tijdens uw zwangerschap Yuflyma gebruikt, kan uw baby een groter risico lopen op
infectie.
·
Het is belangrijk dat u de artsen en andere zorgverleners van uw baby vertelt over uw gebruik
van Yuflyma tijdens de zwangerschap voordat uw baby een vaccin krijgt toegediend. Voor meer
informatie over vaccinaties, zie de rubriek `Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit
middel?'.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Yuflyma kan een kleine invloed hebben op uw vermogen om een auto te besturen, te fietsen of
machines te gebruiken. Het voelt mogelijk of de ruimte draait en ook visuele verstoringen zijn
mogelijk na gebruik van Yuflyma.
YUFLYMA bevat natrium

Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 0,4 ml, dat wil zeggen dat het in
wezen 'natriumvrij' is.

3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Yuflyma wordt onder de huid geïnjecteerd (subcutaan gebruik). Het is beschikbaar als 40 mg en 80 mg
in een voorgevulde spuit en/of een voorgevulde pen. Daarom kan Yuflyma niet worden gebruikt door
166
Reumatoïde artritis, arthritis psoriatica, spondylitis ankylopoetica of axiale spondyloartritis
zonder radiografisch bewijs van spondylitis ankylopoetica
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
40 mg eenmaal per twee weken Bij reumatoïde artritis wordt
methotrexaat voortgezet tijdens
gebruik van Yuflyma. Als uw
arts beslist dat methotrexaat niet
gepast is, kan Yuflyma los
worden gebruikt.
Als u reumatoïde artritis heeft
en u geen methotrexaat krijgt
tijdens uw behandeling met
Yuflyma, kan uw arts beslissen
om eenmaal per week 40 mg
Yuflyma voor te schrijven of 80
mg eenmaal per twee weken.

Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
40 mg eenmaal per twee weken Niet van toepassing
volwassenen vanaf 2 jaar die 30
kg of meer wegen

Enthesitis-gerelateerde artritis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
40 mg eenmaal per twee weken Niet van toepassing
volwassenen vanaf 6 jaar die 30
kg of meer wegen

Plaque psoriasis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 80 mg (twee
Als u onvoldoende heeft
injecties van 40 mg op één dag), gereageerd, kan uw arts de
gevolgd door 40 mg eenmaal
dosering verhogen naar
per twee weken, beginnend een
40 mg eenmaal per week of
week na de eerste dosis.
80 mg eenmaal per twee
weken.
Kinderen en jongeren van 4 tot Eerste dosis van 40 mg, gevolgd Niet van toepassing
17 jaar die 30 kg of meer wegen door 40 mg een week later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
167
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 160 mg (vier
Het wordt aanbevolen om
injecties van 40 mg op één dag dagelijks een antiseptisch
of twee injecties van 40 mg per middel te gebruiken op de
dag, twee dagen op rij), gevolgd aangedane gebieden.
door een dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag)
twee weken later. Na nog eens
twee weken gaat u verder met
een dosis van 40 mg eenmaal
per week of 80 mg eenmaal per
twee weken, zoals
voorgeschreven door uw arts.
Jongeren van 12 tot 17 jaar die
Eerste dosis van 80 mg (twee
Als u onvoldoende heeft
30 kg of meer wegen
injecties van 40 mg op één dag), gereageerd op Yuflyma 40 mg
gevolgd door 40 mg eenmaal
eenmaal per twee weken, kan
per twee weken, beginnend een uw arts de dosis verhogen naar
week later.
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen dat u de
aangedane gebieden dagelijks
desinfecteert.

Ziekte van Crohn
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
Eerste dosis van 80 mg (twee
Uw arts kan de dosis verhogen
volwassenen vanaf 6 jaar die 40 injecties van 40 mg op één dag), naar 40 mg eenmaal per week of
kg of meer wegen
gevolgd door 40 mg twee
80 mg eenmaal per twee weken.
weken later.
Als een snellere respons nodig
is, kan de arts een eerste dosis
voorschrijven van 160 mg (vier
injecties van 40 mg op één dag
of twee injecties van 40 mg per
dag, twee dagen op rij), gevolgd
door 80 mg (twee injecties van
40 mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
168
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 160 mg (vier
Uw arts kan de dosis verhogen
injecties van 40 mg op één dag naar 40 mg eenmaal per week of
of twee injecties van 40 mg per 80 mg eenmaal per twee weken.
dag, twee dagen op rij), gevolgd
door een dosis van 80 mg (twee
injecties van 40 mg op één dag)
twee weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
Eerste dosering van 80 mg
U dient door te gaan met het
jaar die minder dan 40 kg
(twee injecties met 40 mg op
toedienen van Yuflyma in uw
wegen
één dag), gevolgd door 40 mg
gebruikelijke dosering, zelfs als
(één injectie met 40 mg) twee
u 18 jaar bent geworden.
weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
Eerste dosering van 160 mg
U dient door te gaan met het
jaar die meer dan 40 kg wegen
(vier injecties met 40 mg op één toedienen van Yuflyma in uw
dag of twee injecties met 40 mg gebruikelijke dosering, zelfs als
per dag op twee opeenvolgende u 18 jaar bent geworden.
dagen), gevolgd door 80 mg
(twee injecties met 40 mg) twee
weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 80 mg eenmaal per
twee weken.

Niet-infectieuze uveïtis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 80 mg (twee
Corticosteroïden of andere
injecties van 40 mg op één dag), medicijnen die het
gevolgd door 40 mg eenmaal
immuunsysteem beïnvloeden
per twee weken, beginnend een kunnen worden voortgezet
week na de eerste dosis.
tijdens gebruik van Yuflyma.
Yuflyma kan ook los gegeven
worden.
Kinderen en jongeren vanaf 2
40 mg eenmaal per twee weken Uw arts kan een startdosering
jaar die 30 kg of meer wegen
van 80 mg voorschrijven om toe
te dienen een week voor de start
van de gebruikelijke dosis van
40 mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen Yuflyma
te gebruiken in combinatie met
methotrexaat.
169
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken. De meeste bijwerkingen zijn mild tot gematigd. Sommige bijwerkingen kunnen
echter ernstig zijn en behandeling vereisen. Bijwerkingen kunnen optreden tot ten minste 4 maanden
na de laatste Yuflyma injectie.
Informeer uw arts meteen wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont

·
ernstige uitslag, netelroos of andere tekenen van een allergische reactie
·
opgezwollen gezicht, handen of voeten
·
ademhalingsproblemen en problemen bij het slikken
·
kortademigheid bij lichamelijke inspanning of na het gaan liggen, of het opzwellen van de
voeten

Informeer uw arts zo snel mogelijk wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont

·
tekenen van infectie zoals koorts, zich ziek voelen, wondjes, gebitsproblemen of brandend
gevoel bij urineren
·
verzwakt of moe voelen
·
hoesten
·
tintelingen
·
gevoelloosheid
·
dubbelzien
·
verzwakte armen of benen
·
een bult of open zweer die niet geneest
·
klachten en verschijnselen die zouden kunnen wijzen op een afwijkend bloedbeeld zoals
aanhoudende koorts, blauwe plekken, bloedingen en bleekheid
170
reacties op de injectieplaats (waaronder pijn, zwelling, roodheid of jeuk)
·
infecties van de ademhalingswegen (waaronder verkoudheid, loopneus, ontsteking van de
neusbijholten, longontsteking)
·
hoofdpijn
·
buikpijn
·
misselijkheid en braken
·
huiduitslag
·
pijn in de spieren, gewrichtsbanden, pezen en botten

Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
ernstige infecties (waaronder bloedvergiftiging en influenza)
·
darminfecties (waaronder gastro-enteritis)
·
huidinfecties (waaronder cellulitis en gordelroos)
·
oorontstekingen
·
mondinfecties (waaronder gebitsinfecties en koortslip)
·
genitale infecties
·
urineweginfectie
·
schimmelinfecties
·
gewrichtsinfecties
·
goedaardige gezwellen
·
huidkanker
·
allergische reacties (waaronder hooikoorts)
·
uitdroging
·
stemmingswisselingen (waaronder depressie)
·
angst
·
moeite hebben met slapen
·
gevoelsstoornissen zoals tintelingen, prikkelingen of verdoofdheid
·
migraine
·
zenuwwortelcompressie (waaronder lage rugpijn en pijn in de benen)
·
gezichtsstoornissen
·
oogontsteking
·
ontsteking van het ooglid en zwelling van het oog
·
draaiduizeligheid met stoornis in het evenwicht (vertigo)
·
gevoel van snelle hartslag
·
hoge bloeddruk
·
blozen
·
hematoom (bloeduitstorting)
·
hoesten
·
astma
·
kortademigheid
·
maag-darmbloeding
·
dyspepsie (spijsverteringsmoeilijkheden, opgeblazen gevoel, brandend maagzuur)
·
oprispingen
·
siccasyndroom (waaronder droge ogen en droge mond)
·
jeuk
·
jeukende huiduitslag
·
blauwe plekken
·
ontsteking van de huid (zoals eczeem)
·
breken van vingernagels en teennagels
·
overmatig zweten
171
haaruitval
·
opnieuw voorkomen of verslechteren van psoriasis
·
spierspasmen
·
bloed in de urine
·
nierfunctiestoornissen
·
pijn op de borst
·
zwelling (oedeem)
·
koorts
·
vermindering van het aantal bloedplaatjes wat het risico op bloedingen of blauwe plekken
·
vergroot
·
vertraagd herstel

Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
·
opportunistische infecties (waaronder tuberculose en andere infecties die zich voordoen bij een
lagere weerstand tegen ziektes)
·
infecties van het zenuwstelsel (waaronder virale meningitis),
·
ooginfecties
·
bacteriële infecties,
·
diverticulitis (ontsteking en infectie van de dikke darm)
·
kanker
·
kanker van het lymfesysteem
·
melanoom
·
aandoeningen aan het afweersysteem die de longen, huid en lymfeknopen kunnen beïnvloeden
(meestal uit zich dit als een ontstekingsziekte, ook wel sarcoïdose genoemd)
·
vasculitis (ontsteking van bloedvaten)
·
trillen of beven
·
neuropathie (zenuwaandoening)
·
beroerte
·
gehoorverlies, oorsuizen
·
gevoel van onregelmatige hartslag zoals het overslaan van een hartslag
·
hartproblemen die kortademigheid of gezwollen enkels kunnen veroorzaken
·
hartaanval
·
een uitstulping in de wand van een belangrijke slagader, ontsteking en dichtslibben van een
ader, blokkade van een bloedvat
·
longziekten die kortademigheid veroorzaken (waaronder ontsteking)
·
longembolie (afsluiting van een longslagader)
·
pleurale effusie (abnormale vochtophoping tussen de borstvliezen)
·
ontsteking van de alvleesklier wat een hevige pijn in de buik en rug veroorzaakt
·
moeilijkheden met slikken
·
zwelling van het gezicht
·
galblaasontsteking, galstenen
·
leververvetting
·
nachtzweten
·
litteken
·
abnormale afbraak van spieren
·
systemische lupus erythematodes (met ontstekingen van huid, hart, longen, gewrichten en
andere orgaansystemen)
·
onderbrekingen van de slaap
·
impotentie
·
ontstekingen

Zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
·
leukemie (kanker die het bloed en beenmerg aantast)
·
ernstige allergische reactie met shock
·
multipele sclerose
172
·
hartstilstand
·
longfibrose (vorming van littekenweefsel in de long)
·
darmperforatie (gat in de darm)
·
hepatitis
·
reactivatie van hepatitis B
·
auto-immuun hepatitis (ontsteking van de lever die wordt veroorzaakt door het eigen
immuunsysteem van het lichaam)
·
cutane vasculitis (ontsteking van bloedvaten in de huid)
·
Stevens-Johnson-syndroom (vroege verschijnselen zijn onder andere algeheel ongemak, koorts,
hoofdpijn en huiduitslag)
·
zwelling van het gezicht gecombineerd met allergische reacties
·
erythema multiforme (ontstoken huiduitslag)
·
lupus-achtig syndroom
·
angio-oedeem (plaatselijke zwelling van de huid)
·
lichenoïde huidreactie (jeukende, rood-paarse huiduitslag)

Niet bekend (frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
·
hepatospleen T-cellymfoom (een zeldzame bloedkanker die vaak dodelijk is)
·
Merkelcelcarcinoom (een type huidkanker)
·
Kaposi-sarcoom, een zeldzame vorm van kanker die verband houdt met infectie met humaan
herpesvirus 8. Kaposi-sarcoom is meestal zichtbaar in de vorm van paarse huidschade
·
leverfalen
·
verergeren van een aandoening die dermatomyositis wordt genoemd (waargenomen als
huiduitslag met spierzwakte)
·
gewichtstoename (bij de meeste patiënten was sprake van een kleine gewichtstoename)
Sommige bijwerkingen die waargenomen werden met Yuflyma hebben geen verschijnselen en
kunnen alleen waargenomen worden door middel van bloedonderzoek. Hieronder vallen:
Zeer vaak (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
·
verlaagd aantal witte bloedcellen
·
verlaagd aantal rode bloedcellen
·
verhoogde concentratie vetten in het bloed
·
verhoogde leverenzymen

Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
verhoogd aantal witte bloedcellen
·
verlaagd aantal bloedplaatjes
·
toegenomen hoeveelheid urinezuur in het bloed
·
abnormale bloedwaarden voor natrium
·
lage bloedwaarden voor calcium
·
lage bloedwaarden voor fosfaat
·
hoge bloedsuiker
·
hoge bloedwaarden voor lactaatdehydrogenase
·
autoantilichamen aanwezig in het bloed
·
laag kaliumniveau in het bloed

Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
·
verhoogde bilirubinemeting (leverbloedtest)
173
verlaagd aantal witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes.

Het melden van bijwerkingen

Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket/de
verpakking na EXP.
Bewaren in de koelkast (2 °C ­ 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Alternatieve bewaring:
Wanneer nodig (bijvoorbeeld als u op reis bent) mag een enkele voorgevulde pen met Yuflyma
bewaard worden bij kamertemperatuur (tot 25 °C) gedurende maximaal 30 dagen - zorg ervoor dat de
pen beschermd wordt tegen licht. Eenmaal uit de koelkast gehaald voor bewaring bij
kamertemperatuur,
moet de pen binnen 30 dagen gebruikt worden of worden afgevoerd, ook als
deze in de koelkast wordt teruggelegd.
Schrijf de datum waarop de pen voor de eerste keer uit de koelkast wordt gehaald op en de datum
waarna de pen moet worden afgevoerd.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
arts of apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert, worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?

De werkzame stof in dit middel is adalimumab.
De andere stoffen in dit middel zijn azijnzuur, natriumacetaattrihydraat, glycine, polysorbaat 80 en
water voor injecties.
Hoe ziet de voorgevulde pen met Yuflyma eruit en hoeveel zit er in een verpakking?

Yuflyma 40 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen wordt geleverd als een steriele
oplossing van 40 mg adalimumab opgelost in 0,4 ml oplossing.
De Yuflyma voorgevulde pen is een wegwerp-injectiesysteem op basis van een naald voor eenmalig
gebruik met geautomatiseerde functies. Aan elke zijde van de pen is een venster zichtbaar, waardoor u
de Yuflyma-oplossing in de pen kunt zien.
174
Lietuva
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Tel.: +36 1 231 0493


Luxembourg/Luxemburg
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Te.: +36 1 231 0493
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Ceská republika
Magyarország
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Tel.: +36 1 231 0493
Danmark
Malta
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Mint Health Ltd.
Tlf: +36 1 231 0493
Tel: +356 2093 9800

Deutschland
Nederland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Netherlands B.V.
Tel: +36 1 231 0493
Tel: + 31 20 888 7300

175
Norge
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Tlf: +36 1 231 0493

España
Ö sterreich
Kern Pharma, S.L.
Astro-Pharma GmbH
Tel: +34 93 700 2525
Tel: +43 1 97 99 860


Polska
..
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
: +30 210 8009111 ­ 120
Tel.: +36 1 231 0493

France
Portugal
Celltrion Healthcare France SAS
PharmaKERN Portugal ­ Produtos Farmacêuticos,
Tél.: +33 (0)1 71 25 27 00
Sociedade Unipessoal, Lda.
Tel: +351 214 200 290
Hrvatska
România
Oktal Pharma d.o.o.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +385 1 6595 777
Tel: +36 1 231 0493

Ireland
Slovenija
Celltrion Healthcare Ireland Limited
OPH Oktal Pharma d.o.o.
Tel: +353 1 223 4026
Tel.: +386 1 519 29 22

Ísland
Slovenská republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Sími: +36 1 231 0493
Tel: +36 1 231 0493

Italia
Suomi/Finland
Celltrion Healthcare Italy S.r.l.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +39 0247927040
Puh/Tel: +36 1 231 0493


Sverige
C.A. Papaellinas Ltd
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
: +357 22741741
Tel: +36 1 231 0493

Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tlr.: +36 1 231 0493
Tel: +353 1 223 4026

Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Andere informatiebronnen

Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.

7.
Gebruiksaanwijzing
·
In de volgende instructies wordt uitgelegd hoe u uzelf een onderhuidse (subcutane) injectie met
Yuflyma kunt geven met de voorgevulde pen. Lees de instructies nauwkeurig door en volg ze
stap voor stap op.
176
U wordt door uw arts, verpleegkundige of apotheker geïnstrueerd over de techniek om uzelf te
injecteren.
·
Probeer niet uzelf te injecteren voordat u zeker weet hoe u de injectie moet voorbereiden en
geven.
·
Na een goede training kan de injectie door uzelf of door een andere persoon worden toegediend,
bijvoorbeeld door een familielid of een vriend(in).
·
Dien slechts één injectie toe met elke voorgevulde pen.















177
Naaldbeschermer
Naalddop
Geneesmiddel
Venster
Zuiger
Spuit
Vóór
Na gebruik
gebruik

Figuur A

Gebruik de voorgevulde pen niet als:

·
de pen gebarsten of beschadigd is;
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.

Verwijder de dop niet totdat u klaar bent om te injecteren. Bewaar Yuflyma buiten bereik van
kinderen.

1.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie

a.
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een
goedverlichte ruimte.
b.
Haal 1 voorgevulde pen uit de verpakking in de koelkast.
c.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
­
Voorgevulde pen
­
1 alcoholdoekje

Niet in de verpakking meegeleverd:
­
Watten of gaas
­
Pleister
­
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
178
2.
Inspecteer de voorgevulde pen

a.
Controleer of u het juiste geneesmiddel (Yuflyma) en
de juiste dosis heeft.
b.
Controleer of de voorgevulde pen niet gebarsten of
beschadigd is.
c.
Controleer de vervaldatum op het etiket van de
voorgevulde pen.

EXP: MAAND JAAR
Gebruik de voorgevulde pen
niet als:
·
deze gebarsten of beschadigd is.
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.

Figuur B
3.
Inspecteer het geneesmiddel.

a.
Kijk door het venster en controleer of de vloeistof
helder is, kleurloos tot lichtbruin van kleur en of er
geen deeltjes in zitten.
Gebruik de voorgevulde pen
niet als de vloeistof
·
verkleurd (geel of donkerbruin) is, troebel is of
deeltjes bevat.
·
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig zijn. Dit
is normaal.


Figuur C
4.
Wacht 15 tot 30 minuten

a.
Laat de voorgevulde pen gedurende 15 tot 30
15 ­ 30
minuten in kamertemperatuur liggen zodat deze kan
minuten
opwarmen.
·
Warm de voorgevulde pen
niet op met behulp van
hittebronnen zoals heet water of een magnetron.

Figuur D
179
5.
Kies een geschikte injectieplaats

a.
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
­
de voorkant van uw bovenbenen
­
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
­
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN
als u een zorgverlener bent).
·
Injecteer
niet in de huid binnen 5 cm afstand van
de navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of
pijnlijk is, beschadigd is, blauwe plekken
vertoont of littekens bevat.
·
Als u psoriasis heeft, injecteer dan niet
rechtstreeks in verhoogde, dikke, rode of
schilferige huidplekjes of beschadigingen van de
ALLEEN zorgverlener
huid.
·
Injecteer
niet door kleding heen.

Zelfinjectie en
b.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats.
zorgverlener
Elke nieuwe injectieplaats dient op ten minste
3 cm afstand te zijn van de eerder gebruikte
Figuur E
injectieplaats.

6.
Was uw handen

a.
Was uw handen met zeep en water en droog ze
grondig af.

Figuur F
180
7.
Reinig de injectieplaats

a.
Reinig de injectieplaats met een alcoholdoekje in
een draaiende beweging
b.
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
·
Blaas
niet op de injectieplaats en raak deze niet
meer aan
totdat u de injectie geeft.

Figuur G
8.
Verwijder de dop

a.
Houd de voorgevulde pen met één hand vast bij
de body van de injector met de dop aan de
bovenkant. Trek voorzichtig de dop rechtstandig
los met de andere hand.

Naaldbeschermer ·
Verwijder de dop
niet totdat u klaar bent om te
injecteren.
·
Raak de naald
of de naaldbeschermer
niet aan.
Als u dit doet, kunt u letsel oplopen door een
naaldprik.
·
Plaats de dop
niet terug op de voorgevulde pen.
Gooi de dop direct weg in de afvoercontainer
voor scherpe voorwerpen.

Figuur H
181

9.
Plaats de voorgevulde pen op de injectieplaats.

a.
Houd de voorgevulde pen zo vast dat u het venster
kunt zien.
b.
Plaats de voorgevulde pen, zonder in de huid te
knijpen of deze uit te rekken, in een hoek van 90
graden op de injectieplaats.

OF

Figuur I
10. Geef de injectie

a.
Druk de voorgevulde pen
stevig tegen de huid.
Wanneer de injectie begint, hoort u een eerste luid
'klik'-geluid en de blauwe zuiger begint het venster
te vullen.
1ste

klik
b.
Blijf de voorgevulde pen stevig tegen de huid aan
drukken en wacht op het tweede luide 'klik'-geluid.

c.
Blijf de voorgevulde pen, nadat u de tweede luide
'klik' heeft gehoord, stevig tegen de huid drukken en
tel langzaam tot vijf om er zeker van te zijn dat u de
gehele dosis injecteert.
·
Wijzig de positie van de voorgevulde pen
niet nadat
de injectie is gestart.

2de

klik
*Tel dan langzaam tot
vijf.

Figuur J
182
11. Verwijder de voorgevulde pen van de
injectieplaats en verzorg de injectieplaats

a.
Kijk naar de voorgevulde pen en controleer of de
blauwe zuiger met de grijze punt het venster
volledig vult.
b.
Trek de voorgevulde pen weg van de huid.
·
Nadat de voorgevulde pen van de injectieplaats is
weggehaald, wordt de naald automatisch bedekt.
Plaats de dop
niet terug op de pen.
·
Als het venster niet helemaal blauw is geworden of

Figuur K
als het geneesmiddel nog wordt geïnjecteerd,
betekent dit dat u geen volledige dosis heeft
ontvangen. Neem onmiddellijk contact op met uw
zorgverlener.

c.
Behandel de injectieplaats door erop te drukken, niet
te wrijven, met een katoenen watje of gaasje en plak
Naaldbescher
indien nodig een pleister. Er kan een kleine bloeding
mer
optreden.
·
Gebruik de voorgevulde pen
niet opnieuw.

Figuur L
·
Wrijf
niet over de injectieplaats.

12. Gooi de voorgevulde pen weg

a.
Gooi de gebruikte voorgevulde pen weg in de
speciaal daarvoor bestemde container, zoals uw
arts, verpleegkundige of apotheker u heeft
geïnstrueerd.

b.
Het alcoholdoekje en de verpakking mogen bij
het huishoudelijk afval.
·
Bewaar de voorgevulde pen en de speciale
container voor scherpe voorwerpen buiten het
zicht en bereik van kinderen.

Figuur M
183
Bijsluiter: informatie voor de patiënt

Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
adalimumab
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke
informatie in voor u.
·
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
·
Uw arts zal u ook een
patiëntenkaart geven; deze bevat belangrijke veiligheidsinformatie waar
u zich bewust van moet zijn voordat u Yuflyma gaat gebruiken en tijdens de behandeling met
Yuflyma. Houd deze
patiëntenkaart bij u tijdens de behandeling en gedurende 4 maanden na
uw laatste injectie met Yuflyma.
·
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
·
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
·
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
7.
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Yuflyma bevat het actieve bestanddeel adalimumab, een medicijn dat effect heeft op het
immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) van het lichaam.
Yuflyma is bedoeld voor behandeling van de volgende ontstekingsziektes:
·
Reumatoïde artritis
·
Plaque psoriasis
·
Hidradenitis suppurativa
·
Ziekte van Crohn
·
Colitis ulcerosa
·
Niet-infectieuze uveïtis
De werkzame stof in Yuflyma, adalimumab, is een humaan monoklonaal antilichaam. Monoklonale
antilichamen zijn eiwitten die zich hechten aan een specifiek doel in het lichaam.
Het doel van adalimumab is een eiwit dat tumornecrosefactor (TNF) wordt genoemd, dat betrokken
is bij het immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) en in toegenomen hoeveelheid aanwezig is in
de ontstekingsziektes hierboven. Door te hechten aan TNF vermindert Yuflyma het
ontstekingsproces in deze aandoeningen.
Reumatoïde artritis

Reumatoïde artritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten.
184

Hidradenitis suppurativa

Hidradenitis suppurativa (soms acne inversa genoemd) is een chronische en vaak pijnlijke
inflammatoire huidaandoening. Klachten kunnen zijn zachte nodules (bobbels) en abcessen (blaren)
waar pus uit kan komen. Het beïnvloedt meestal specifieke delen van de huid, zoals onder de borsten,
de oksels, binnenkant van de dijen, het kruis en de billen. Op de aangedane delen kunnen tevens
littekens optreden.
Yuflyma wordt gebruikt om
·
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij volwassenen en
·
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij jongeren van 12 tot 17 jaar te behandelen.
Yuflyma kan helpen het aantal nodules en abcessen veroorzaakt door de ziekte te verminderen en de
pijn die meestal bij de ziekte hoort. U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed
genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Ziekte van Crohn

De ziekte van Crohn is een ontstekingsziekte van het verteringsstelsel. Yuflyma wordt gebruikt om
·
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij volwassenen en
·
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar te
behandelen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
Colitis ulcerosa

Colitis ulcerosa is een ontstekingsziekte van de dikke darm.
Yuflyma wordt gebruikt voor het behandelen van
·
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij volwassenen en
·
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar.
Het is mogelijk dat u eerst andere geneesmiddelen krijgt. Als u niet goed genoeg reageert op deze
medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
185
volwassenen met niet-infectieuze uveïtis te behandelen met ontsteking die de achterkant van het
oog beïnvloedt
·
kinderen met chronische niet-infectieuze uveïtis vanaf 2 jaar oud met ontsteking die de voorkant
van het oog beïnvloedt.
Deze ontsteking kan leiden tot verminderd zicht en/of de aanwezigheid van floaters in het oog (zwarte
stipjes of kringellijntjes die zich door het zichtveld verplaatsen). Yuflyma werkt door deze ontsteking
te verminderen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.

2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?

·
U bent allergisch voor adalimumab of een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt
u vinden in rubriek 6.
·
U heeft een ernstige infectie, zoals actieve tuberculose (zie ook 'Wanneer moet u extra
voorzichtig zijn met dit middel?'). Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt als u
verschijnselen van een infectie heeft, zoals koorts, wondjes, moeheid, gebitsproblemen.
·
U lijdt aan matig tot ernstig hartfalen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u
een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad (zie ook 'Wanneer moet u extra voorzichtig
zijn met dit middel?').

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?

Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt.
Allergische reacties
·
Als u allergische reacties met verschijnselen als benauwdheid, piepende ademhaling,
duizeligheid, zwelling of uitslag krijgt, injecteer dan geen Yuflyma meer, maar neem direct
contact op met uw arts aangezien, in zeldzame gevallen, deze reacties levensbedreigend kunnen
zijn.
Infecties
·
Als u een infectie heeft, zoals een langdurige of lokale infectie (bijvoorbeeld een open been),
neem dan altijd contact op met uw arts voor u start met het gebruik van Yuflyma. Neem bij twijfel
contact op met uw arts.
·
Door het gebruik van Yuflyma kunt u makkelijker infecties oplopen. Dit risico kan groter zijn
wanneer uw longfunctie verminderd is. Deze infecties kunnen ernstig zijn. Voorbeelden van
dergelijke infecties zijn:
·
tuberculose
·
infecties veroorzaakt door virussen, schimmels, parasieten of bacteriën
·
ernstige bloedvergiftiging (sepsis)
186
·
Vertel het uw arts wanneer u woont in of reist naar gebieden waar schimmelinfecties
(bijvoorbeeld histoplasmose, coccidioïdomycose of blastomycose) vaak voorkomen.
·
Vertel het uw arts wanneer u infecties heeft gehad die steeds terugkomen of andere
aandoeningen die het risico op infecties vergroten.
·
Als u ouder dan 65 jaar bent, kunt u vatbaarder zijn voor infecties terwijl u Yuflyma gebruikt. U
en uw arts moeten extra letten op verschijnselen van een infectie terwijl u met Yuflyma
behandeld wordt. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u tekenen van infectie krijgt
zoals koorts, wondjes, moeheid of gebitsproblemen.
Tuberculose
·
Het is zeer belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u ooit tuberculose heeft gehad of
wanneer u in nauw contact bent geweest met iemand die tuberculose heeft gehad. Bij actieve
tuberculose mag u Yuflyma niet gebruiken.
·
Omdat er gevallen van tuberculose zijn gemeld bij patiënten die met Yuflyma worden
behandeld, zal uw arts u op klachten en verschijnselen van tuberculose controleren
voordat u met Yuflyma start. Dit omvat een uitgebreide medische beoordeling inclusief
uw medische geschiedenis en de juiste controletests (bijvoorbeeld een röntgenfoto van de
borst en een tuberculinetest). De uitvoering en resultaten van deze tests moeten worden
geregistreerd op uw
patiëntenkaart.
·
Tuberculose kan zich ontwikkelen tijdens de behandeling met Yuflyma, zelfs wanneer u
behandeld bent om tuberculose te voorkomen.
·
Als zich verschijnselen van tuberculose (bijvoorbeeld een hoest die niet verdwijnt,
gewichtsverlies, lusteloosheid, lichte koorts) of een andere infectie voordoen tijdens of na
de behandeling, moet u dit direct aan uw arts melden.
Hepatitis B
·
Vertel het uw arts als u drager bent van het hepatitis B-virus (HBV), als u een actieve HBV-
infectie heeft of als u denkt dat u risico loopt op HBV.
·
Uw arts moet u testen op HBV. Bij mensen die HBV dragen, kan Yuflyma het virus
opnieuw activeren.
·
In enkele zeldzame gevallen, vooral wanneer u andere medicijnen gebruikt die het
immuunsysteem onderdrukken, kan heractivering van HBV levensbedreigend zijn.
Chirurgie of gebitsbehandeling
·
Als u binnenkort chirurgie ondergaat of een gebitsbehandeling, informeert u de arts dat u
Yuflyma gebruikt. Uw arts kan adviseren tijdelijk te stoppen met Yuflyma.
Demyeliniserende ziekte
·
Als u een demyeliniserende ziekte heeft of ontwikkelt (een ziekte die van invloed is op de
isolerende laag rond de zenuwen, zoals multipele sclerose), zal uw arts beslissen of u Yuflyma
mag (blijven) ontvangen. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als u verschijnselen krijgt
zoals veranderingen in uw zicht, zwakte in uw armen of benen of gevoelloosheid of tintelingen
in delen van uw lichaam.
187
Bepaalde vaccins kunnen infecties veroorzaken en mogen niet worden gegeven terwijl u
Yuflyma krijgt.
·
Bespreek het met uw arts voordat u vaccins krijgt.
·
Het wordt aanbevolen dat kinderen, indien mogelijk, alle geplande vaccins krijgen voor
hun leeftijd voordat ze de behandeling met Yuflyma starten.
·
Als u Yuflyma heeft ontvangen tijdens de zwangerschap, kan uw baby groter risico lopen
op het krijgen van een dergelijke infectie tot ongeveer vijf maanden na de laatste
Yuflyma-dosis die u tijdens de zwangerschap heeft ontvangen. Het is belangrijk dat u de
artsen en andere zorgmedewerkers van uw baby vertelt over uw gebruik van Yuflyma
tijdens de zwangerschap, zodat zij kunnen beslissen wanneer uw baby een vaccin kan
krijgen.
Hartfalen
·
Wanneer u mild hartfalen heeft en wordt behandeld met Yuflyma, moet de status van uw
hartfalen nauwlettend worden gevolgd door uw arts. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt
wanneer u een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad. Als u nieuwe verschijnselen van
hartfalen ontwikkelt of als bestaande verschijnselen verergeren (bijv. kortademigheid of
opzwellen van uw voeten), moet u direct contact opnemen met uw arts. Uw arts zal beslissen of
u Yuflyma mag gebruiken.
Koorts, blauwe plekken, bloedingen of bleekheid
·
Bij sommige patiënten kan het gebeuren dat het lichaam onvoldoende bloedcellen aanmaakt die
het lichaam helpen om infecties te bestrijden of helpen om een bloeding snel tot staan te
brengen. Als u merkt dat u koorts heeft die niet overgaat, u snel blauwe plekken krijgt of zeer
gemakkelijk bloedt en erg bleek ziet, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts. Uw arts
kan besluiten de therapie te stoppen.
Kanker
·
Er zijn zeer zeldzame gevallen gemeld van bepaalde vormen van kanker bij kinderen en
volwassen patiënten die Yuflyma of andere TNF-blokkers gebruiken.
·
Personen met ernstigere reumatoïde artritis die de ziekte al langere tijd hebben kunnen
meer risico lopen dan gemiddeld op lymfoom (een kanker die het lymfesysteem
beïnvloedt) en leukemie (een bepaalde soort kanker die het bloed en beenmerg
beïnvloedt).
·
Als u Yuflyma gebruikt kan het risico toenemen dat u lymfoom, leukemie of andere
kankers krijgt. In zeldzame gevallen kan een ongebruikelijk en ernstig type lymfoom
ontstaan bij patiënten die Yuflyma gebruiken. Sommige van die patiënten werden ook
behandeld met azathioprine of 6-mercaptopurine.
·
Vertel het uw arts wanneer u azathioprine of 6-mercaptopurine gebruikt in combinatie
met Yuflyma.
·
Gevallen van niet-melanoom huidkanker zijn waargenomen bij patiënten die Yuflyma
gebruiken.
·
Als er nieuwe huidlaesies optreden tijdens of na de behandeling of wanneer bestaande
laesies veranderen van uiterlijk, vertel het uw arts.
·
Er zijn gevallen geweest van kanker, anders dan lymfomen, bij patiënten met een bepaald type
longaandoening die chronische obstructieve longziekte (COPD) heet en die werd behandeld met
een andere TNF-blokker. Als u lijdt aan COPD of als u veel rookt, moet u met uw arts
bespreken of behandeling met een TNF-blokker geschikt is voor u.
188
In zeldzame gevallen kan behandeling met Yuflyma resulteren in een lupusachtig syndroom.
Neem contact op met uw arts wanneer zich verschijnselen voordoen als een aanhoudende
onverklaarbare uitslag, koorts, gewrichtspijn of vermoeidheid.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
·
Vaccinaties: indien mogelijk moeten kinderen bij zijn met hun vaccinaties voordat ze Yuflyma
gebruiken.

Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?

Gebruikt u naast Yuflyma nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of
apotheker. U mag Yuflyma niet gebruiken in combinatie met medicijnen die de volgende actieve
substanties bevatten vanwege een verhoogd risico op ernstige infectie:
·
anakinra
·
abatacept.
Yuflyma kan gelijktijdig gebruikt worden met:
·
methotrexaat
·
bepaalde ziektemodificerende antireumatische middelen (zoals sulfasalazine,
hydroxychloroquine, leflunomide en injecteerbare goudpreparaten)
·
steroïden of pijnmedicatie inclusief niet-steroïdale anti-inflammatoire medicijnen (NSAID's).
Neem bij vragen contact op met uw arts.
Zwangerschap en borstvoeding

·
U moet het gebruik van een goed voorbehoedsmiddel overwegen om zwangerschap te
voorkomen en dit blijven gebruiken tot ten minste 5 maanden na de laatste Yuflyma-
behandeling.
·
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met
uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
·
Yuflyma mag enkel worden gebruikt tijdens de zwangerschap als dat strikt noodzakelijk is.
·
Volgens een studie bij zwangere vrouwen was er geen hoger risico op geboorteafwijkingen bij
moeders die tijdens de zwangerschap Yuflyma hadden gebruikt in vergelijking met moeders
met dezelfde ziekte die geen Yuflyma hadden gebruikt.
·
Yuflyma kan worden gebruikt tijdens de borstvoeding.
·
Wanneer u tijdens uw zwangerschap Yuflyma gebruikt, kan uw baby een groter risico lopen op
infectie.
·
Het is belangrijk dat u de artsen en andere zorgverleners van uw baby vertelt over uw gebruik
van Yuflyma tijdens de zwangerschap voordat uw baby een vaccin krijgt toegediend. Voor meer
informatie over vaccinaties, zie de rubriek `Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit
middel?'.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Yuflyma kan een kleine invloed hebben op uw vermogen om een auto te besturen, te fietsen of
machines te gebruiken. Het voelt mogelijk of de ruimte draait en ook visuele verstoringen zijn
mogelijk na gebruik van Yuflyma.
189
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Yuflyma wordt onder de huid geïnjecteerd (subcutaan gebruik). Het is beschikbaar als 40 mg en 80 mg
in een voorgevulde spuit en/of een voorgevulde pen. Daarom kan Yuflyma niet worden gebruikt door
kinderen die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig hebben. Als een dergelijke dosis nodig
is, moeten andere medicijnen die adalimumab bevatten worden gebruikt.
Reumatoïde artritis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
40 mg eenmaal per twee weken Bij reumatoïde artritis wordt
methotrexaat voortgezet tijdens
gebruik van Yuflyma. Als uw
arts beslist dat methotrexaat niet
gepast is, kan Yuflyma los
worden gebruikt.
Als u reumatoïde artritis heeft
en u geen methotrexaat krijgt
tijdens uw behandeling met
Yuflyma, kan uw arts beslissen
om eenmaal per week 40 mg
Yuflyma voor te schrijven of 80
mg eenmaal per twee weken.

Plaque psoriasis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 80 mg (één
Als u onvoldoende heeft
injectie van 80 mg), gevolgd
gereageerd, kan uw arts de
door 40 mg eenmaal per twee
dosering verhogen naar
weken, beginnend een week na
40 mg eenmaal per week of
de eerste dosis.
80 mg eenmaal per twee
weken.
190
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 160 mg (twee
Het wordt aanbevolen om
injecties van 80 mg op één dag dagelijks een antiseptisch
of als één injectie van 80 mg per middel te gebruiken op de
dag voor twee opeenvolgende
aangedane gebieden.
dagen), gevolgd door een dosis
van 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later. Na nog eens twee weken
gaat u verder met een dosis van
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken,
zoals voorgeschreven door uw
arts.
Jongeren van 12 tot 17 jaar die
Eerste dosis van 80 mg (één
Als u onvoldoende heeft
30 kg of meer wegen
injectie van 80 mg op één dag), gereageerd op Yuflyma 40 mg
gevolgd door 40 mg eenmaal
eenmaal per twee weken, kan
per twee weken, beginnend een uw arts de dosis verhogen naar
week later.
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen dat u de
aangedane gebieden dagelijks
desinfecteert.

Ziekte van Crohn
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
Eerste dosis van 80 mg (één
Uw arts kan de dosis verhogen
volwassenen vanaf 6 jaar die 40 injectie van 80 mg op één dag), naar 40 mg eenmaal per week of
kg of meer wegen
gevolgd door 40 mg twee
80 mg eenmaal per twee weken.
weken later.
Als een snellere respons nodig
is, kan de arts een eerste dosis
voorschrijven van 160 mg (twee
injecties van 80 mg op één dag
of als één injectie van 80 mg per
dag voor twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door 80 mg
(één injectie van 80 mg op één
dag) twee weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
191
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 160 mg (twee
Uw arts kan de dosis verhogen
injecties van 80 mg op één dag naar 40 mg eenmaal per week of
of als één injectie van 80 mg per 80 mg eenmaal per twee weken.
dag voor twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door een dosis
van 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
Eerste dosering van 80 mg (één U dient door te gaan met het
jaar die minder dan 40 kg
injectie van 80 mg op één dag), toedienen van Yuflyma in uw
wegen
gevolgd door 40 mg (één
gebruikelijke dosering, zelfs als
injectie met 40 mg) twee weken u 18 jaar bent geworden.
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
Eerste dosering van 160 mg
U dient door te gaan met het
jaar die meer dan 40 kg wegen
(twee injecties van 80 mg op
toedienen van Yuflyma in uw
één dag of als één injectie van
gebruikelijke dosering, zelfs als
80 mg per dag voor twee
u 18 jaar bent geworden.
opeenvolgende dagen), gevolgd
door 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 80 mg eenmaal per
twee weken.

Niet-infectieuze uveïtis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 80 mg (één
Corticosteroïden of andere
injectie van 80 mg op één dag), medicijnen die het
gevolgd door 40 mg eenmaal
immuunsysteem beïnvloeden
per twee weken, beginnend een kunnen worden voortgezet
week na de eerste dosis.
tijdens gebruik van Yuflyma.
Yuflyma kan ook los gegeven
worden.
Kinderen en jongeren vanaf 2
40 mg eenmaal per twee weken Uw arts kan een startdosering
jaar die 30 kg of meer wegen
van 80 mg voorschrijven om toe
te dienen een week voor de start
van de gebruikelijke dosis van
40 mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen Yuflyma
te gebruiken in combinatie met
methotrexaat.
192
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken. De meeste bijwerkingen zijn mild tot gematigd. Sommige bijwerkingen kunnen
echter ernstig zijn en behandeling vereisen. Bijwerkingen kunnen optreden tot ten minste 4 maanden
na de laatste Yuflyma injectie.
Informeer uw arts meteen wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont

·
ernstige uitslag, netelroos of andere tekenen van een allergische reactie
·
opgezwollen gezicht, handen of voeten
·
ademhalingsproblemen en problemen bij het slikken
·
kortademigheid bij lichamelijke inspanning of na het gaan liggen, of het opzwellen van de
voeten

Informeer uw arts zo snel mogelijk wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont

·
tekenen van infectie zoals koorts, zich ziek voelen, wondjes, gebitsproblemen of brandend
gevoel bij urineren
·
verzwakt of moe voelen
·
hoesten
·
tintelingen
·
gevoelloosheid
·
dubbelzien
·
verzwakte armen of benen
·
een bult of open zweer die niet geneest
193
klachten en verschijnselen die zouden kunnen wijzen op een afwijkend bloedbeeld zoals
aanhoudende koorts, blauwe plekken, bloedingen en bleekheid
De hierboven beschreven verschijnselen kunnen aanwijzingen zijn voor de hieronder aangegeven
bijwerkingen die waargenomen zijn na behandeling met Yuflyma.
Zeer vaak (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
·
reacties op de injectieplaats (waaronder pijn, zwelling, roodheid of jeuk)
·
infecties van de ademhalingswegen (waaronder verkoudheid, loopneus, ontsteking van de
neusbijholten, longontsteking)
·
hoofdpijn
·
buikpijn
·
misselijkheid en braken
·
huiduitslag
·
pijn in de spieren, gewrichtsbanden, pezen en botten

Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
ernstige infecties (waaronder bloedvergiftiging en influenza)
·
darminfecties (waaronder gastro-enteritis)
·
huidinfecties (waaronder cellulitis en gordelroos)
·
oorontstekingen
·
mondinfecties (waaronder gebitsinfecties en koortslip)
·
genitale infecties
·
urineweginfectie
·
schimmelinfecties
·
gewrichtsinfecties
·
goedaardige gezwellen
·
huidkanker
·
allergische reacties (waaronder hooikoorts)
·
uitdroging
·
stemmingswisselingen (waaronder depressie)
·
angst
·
moeite hebben met slapen
·
gevoelsstoornissen zoals tintelingen, prikkelingen of verdoofdheid
·
migraine
·
zenuwwortelcompressie (waaronder lage rugpijn en pijn in de benen)
·
gezichtsstoornissen
·
oogontsteking
·
ontsteking van het ooglid en zwelling van het oog
·
draaiduizeligheid met stoornis in het evenwicht (vertigo)
·
gevoel van snelle hartslag
·
hoge bloeddruk
·
blozen
·
hematoom (bloeduitstorting)
·
hoesten
·
astma
·
kortademigheid
·
maag-darmbloeding
·
dyspepsie (spijsverteringsmoeilijkheden, opgeblazen gevoel, brandend maagzuur)
·
oprispingen
·
siccasyndroom (waaronder droge ogen en droge mond)
·
jeuk
·
jeukende huiduitslag
·
blauwe plekken
·
ontsteking van de huid (zoals eczeem)
194
breken van vingernagels en teennagels
·
overmatig zweten
·
haaruitval
·
opnieuw voorkomen of verslechteren van psoriasis
·
spierspasmen
·
bloed in de urine
·
nierfunctiestoornissen
·
pijn op de borst
·
zwelling (oedeem)
·
koorts
·
vermindering van het aantal bloedplaatjes wat het risico op bloedingen of blauwe plekken
vergroot
·
vertraagd herstel

Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
·
opportunistische infecties (waaronder tuberculose en andere infecties die zich voordoen bij een
lagere weerstand tegen ziektes)
·
infecties van het zenuwstelsel (waaronder virale meningitis),
·
ooginfecties
·
bacteriële infecties,
·
diverticulitis (ontsteking en infectie van de dikke darm)
·
kanker
·
kanker van het lymfesysteem
·
melanoom
·
aandoeningen aan het afweersysteem die de longen, huid en lymfeknopen kunnen beïnvloeden
(meestal uit zich dit als een ontstekingsziekte, ook wel sarcoïdose genoemd)
·
vasculitis (ontsteking van bloedvaten)
·
trillen of beven
·
neuropathie (zenuwaandoening)
·
beroerte
·
gehoorverlies, oorsuizen
·
gevoel van onregelmatige hartslag zoals het overslaan van een hartslag
·
hartproblemen die kortademigheid of gezwollen enkels kunnen veroorzaken
·
hartaanval
·
een uitstulping in de wand van een belangrijke slagader, ontsteking en dichtslibben van een
ader, blokkade van een bloedvat
·
longziekten die kortademigheid veroorzaken (waaronder ontsteking)
·
longembolie (afsluiting van een longslagader)
·
pleurale effusie (abnormale vochtophoping tussen de borstvliezen)
·
ontsteking van de alvleesklier wat een hevige pijn in de buik en rug veroorzaakt
·
moeilijkheden met slikken
·
zwelling van het gezicht
·
galblaasontsteking, galstenen
·
leververvetting
·
nachtzweten
·
litteken
·
abnormale afbraak van spieren
·
systemische lupus erythematodes (met ontstekingen van huid, hart, longen, gewrichten en
andere orgaansystemen)
·
onderbrekingen van de slaap
·
impotentie
·
ontstekingen

Zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
·
leukemie (kanker die het bloed en beenmerg aantast)
195
ernstige allergische reactie met shock
·
multipele sclerose
zenuwstoornissen (zoals oogzenuwontsteking en Guillain-Barré-syndroom dat spierzwakte,
abnormaal gevoel, tintelingen in de armen en het bovenlichaam kan veroorzaken
·
hartstilstand
·
longfibrose (vorming van littekenweefsel in de long)
·
darmperforatie (gat in de darm)
·
hepatitis
·
reactivatie van hepatitis B
·
auto-immuun hepatitis (ontsteking van de lever die wordt veroorzaakt door het eigen
immuunsysteem van het lichaam)
·
cutane vasculitis (ontsteking van bloedvaten in de huid)
·
Stevens-Johnson-syndroom (vroege verschijnselen zijn onder andere algeheel ongemak, koorts,
hoofdpijn en huiduitslag)
·
zwelling van het gezicht gecombineerd met allergische reacties
·
erythema multiforme (ontstoken huiduitslag)
·
lupus-achtig syndroom
·
angio-oedeem (plaatselijke zwelling van de huid)
·
lichenoïde huidreactie (jeukende, rood-paarse huiduitslag)

Niet bekend (frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
·
hepatospleen T-cellymfoom (een zeldzame bloedkanker die vaak dodelijk is)
·
Merkelcelcarcinoom (een type huidkanker)
·
Kaposi-sarcoom, een zeldzame vorm van kanker die verband houdt met infectie met humaan
herpesvirus 8. Kaposi-sarcoom is meestal zichtbaar in de vorm van paarse huidschade
·
leverfalen
·
verergeren van een aandoening die dermatomyositis wordt genoemd (waargenomen als
huiduitslag met spierzwakte)
·
gewichtstoename (bij de meeste patiënten was sprake van een kleine gewichtstoename)
Sommige bijwerkingen die waargenomen werden met Yuflyma hebben geen verschijnselen en
kunnen alleen waargenomen worden door middel van bloedonderzoek. Hieronder vallen:
Zeer vaak (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
·
verlaagd aantal witte bloedcellen
·
verlaagd aantal rode bloedcellen
·
verhoogde concentratie vetten in het bloed
·
verhoogde leverenzymen

Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
verhoogd aantal witte bloedcellen
·
verlaagd aantal bloedplaatjes
·
toegenomen hoeveelheid urinezuur in het bloed
·
abnormale bloedwaarden voor natrium
·
lage bloedwaarden voor calcium
·
lage bloedwaarden voor fosfaat
·
hoge bloedsuiker
·
hoge bloedwaarden voor lactaatdehydrogenase
·
autoantilichamen aanwezig in het bloed
·
laag kaliumniveau in het bloed

Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
·
verhoogde bilirubinemeting (leverbloedtest)
196
verlaagd aantal witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes

Het melden van bijwerkingen

Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket/de
verpakking na EXP.
Bewaren in de koelkast (2 °C ­ 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit met naaldhuls in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Alternatieve bewaring:
Wanneer nodig (bijvoorbeeld als u op reis bent) mag een enkele voorgevulde spuit met naaldhuls met
Yuflyma bewaard worden bij kamertemperatuur (tot 25 °C) gedurende maximaal 30 dagen - zorg
ervoor dat de spuit beschermd wordt tegen licht. Eenmaal uit de koelkast gehaald voor bewaring bij
kamertemperatuur,
moet de spuit binnen 30 dagen gebruikt worden of worden afgevoerd, ook als
deze in de koelkast wordt teruggelegd.
Schrijf de datum waarop de spuit voor de eerste keer uit de koelkast wordt gehaald op en de
datum waarna de spuit moet worden afgevoerd.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
arts of apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert, worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?

De werkzame stof in dit middel is adalimumab.
De andere stoffen in dit middel zijn azijnzuur, natriumacetaattrihydraat, glycine, polysorbaat 80 en
water voor injecties.
Hoe ziet de voorgevulde spuit met naaldhuls met Yuflyma eruit en hoeveel zit er in een
verpakking?

Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit met naaldhuls wordt geleverd als een
steriele oplossing van 80 mg adalimumab opgelost in 0,8 ml oplossing.
De Yuflyma voorgevulde spuit is een glazen injectiespuit met een oplossing van adalimumab. De
verpakking met 1 voorgevulde spuit wordt geleverd met 2 alcoholdoekjes (1 reserve).
197
Lietuva
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Tel.: +36 1 231 0493


Luxembourg/Luxemburg
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Te.: +36 1 231 0493
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Ceská republika
Magyarország
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Tel.: +36 1 231 0493
Danmark
Malta
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Mint Health Ltd.
Tlf: +36 1 231 0493
Tel: +356 2093 9800

Deutschland
Nederland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Netherlands B.V.
Tel: +36 1 231 0493
Tel: + 31 20 888 7300

198
Norge
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Tlf: +36 1 231 0493

España
Ö sterreich
Kern Pharma, S.L.
Astro-Pharma GmbH
Tel: +34 93 700 2525
Tel: +43 1 97 99 860


Polska
..
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
: +30 210 8009111 ­ 120
Tel.: +36 1 231 0493

France
Portugal
Celltrion Healthcare France SAS
PharmaKERN Portugal ­ Produtos Farmacêuticos,
Tél.: +33 (0)1 71 25 27 00
Sociedade Unipessoal, Lda.
Tel: +351 214 200 290
Hrvatska
România
Oktal Pharma d.o.o.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +385 1 6595 777
Tel: +36 1 231 0493

Ireland
Slovenija
Celltrion Healthcare Ireland Limited
OPH Oktal Pharma d.o.o.
Tel: +353 1 223 4026
Tel.: +386 1 519 29 22

Ísland
Slovenská republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Sími: +36 1 231 0493
Tel: +36 1 231 0493

Italia
Suomi/Finland
Celltrion Healthcare Italy S.r.l.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +39 0247927040
Puh/Tel: +36 1 231 0493


Sverige
C.A. Papaellinas Ltd
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
: +357 22741741
Tel: +36 1 231 0493

Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tlr.: +36 1 231 0493
Tel: +353 1 223 4026

Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in.

Andere informatiebronnen

Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.

7.
Gebruiksaanwijzing
·
In de volgende instructies wordt uitgelegd hoe u uzelf een onderhuidse (subcutane) injectie met
Yuflyma kunt geven met de voorgevulde spuit. Lees de instructies nauwkeurig door en volg ze
stap voor stap op.
199
U wordt door uw arts, verpleegkundige of apotheker geïnstrueerd over de techniek om uzelf te
injecteren.
·
Probeer niet uzelf te injecteren voordat u zeker weet hoe u de injectie moet voorbereiden en
geven.
·
Na een goede training kan de injectie door uzelf of door een andere persoon worden toegediend,
bijvoorbeeld door een familielid of een vriend(in).
·
Dien slechts één injectie toe met elke voorgevulde spuit.
200
Zuiger
Vingergr
eep
Spuit
Geneesmiddel
Naald
Naalddop
Vóór gebruik
Na gebruik

Figuur A

Gebruik de voorgevulde spuit niet als:
·
deze gebarsten of beschadigd is.
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.

Verwijder de naalddop pas vlak voor de injectie. Houd Yuflyma buiten het zicht en bereik van
kinderen.

1.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie

a.
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een goedverlichte
ruimte.
b.
Haal 1 voorgevulde spuit uit de verpakking in uw koelkast.
·
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast wanneer u deze uit de verpakking haalt.
Raak de zuiger
niet aan.
c.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
­
Voorgevulde spuit
­
Alcoholdoekje
Niet in de verpakking meegeleverd:
­
Watten of gaas
­
Pleister
­
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
201


2.
Inspecteer de voorgevulde spuit

a.
Controleer of u het juiste geneesmiddel (Yuflyma)
en de juiste dosis heeft.
b.
Bekijk de voorgevulde spuit en controleer of deze
niet gebarsten of beschadigd is.
c.
Controleer de uiterste gebruiksdatum op het etiket
van de voorgevulde spuit.
EXP: MAAND JAAR
Gebruik de voorgevulde spuit
niet als:
·
deze gebarsten of beschadigd is.
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.


Figuur B
3.
Inspecteer het geneesmiddel

a.
Bekijk het geneesmiddel en controleer of de
vloeistof helder en kleurloos tot lichtbruin is en of
er geen deeltjes zichtbaar zijn.
·
Gebruik
de voorgevulde spuit
niet als de vloeistof
verkleurd is (geel of donkerbruin), troebel is of
deeltjes bevat.
·
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig zijn.
Dit is normaal.


Figuur C
4.
Wacht 15 tot 30 minuten

a.
Laat de voorgevulde spuit 15 tot 30 minuten
15 ­ 30
op kamertemperatuur komen.
minuten
·
Verwarm de voorgevulde spuit
niet met een
warmtebron zoals heet water of een
magnetron.


Figuur D
202
5.
Kies een geschikte injectieplaats

a.
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
­
de voorkant van uw bovenbenen
­
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
­
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN
als u een zorgverlener bent).
·
Injecteer
niet in de huid binnen 5 cm afstand van
de navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of
pijnlijk is, beschadigd is, blauwe plekken
vertoont of littekens bevat.
·
Als u psoriasis heeft, injecteer dan
niet
rechtstreeks in verhoogde, dikke, rode of
schilferige huidplekjes of beschadigingen van de
huid.
ALLEEN zorgverlener
·
Injecteer
niet door kleding heen.

b.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats.
Zelfinjectie en
zorgverlener

Elke nieuwe injectieplaats dient op ten minste
3 cm afstand te zijn van de eerder gebruikte
injectieplaats.
Figuur E

6.
Was uw handen

a.
Was uw handen met zeep en water en
droog ze grondig af.


Figuur F
7.
Reinig de injectieplaats

a.
Reinig de injectieplaats met een
alcoholdoekje in een draaiende beweging.
b.
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
·
Blaas
niet op de injectieplaats en raak deze
niet meer aan
totdat u de injectie geeft.


Figuur G
203

8.
Verwijder de dop

a.
Verwijder de dop door de voorgevulde
spuit met één hand vast te houden. Trek
voorzichtig de dop rechtstandig los met
de andere hand.
·
Verwijder de dop
niet totdat u klaar bent
om te injecteren.
·
Raak de naald
niet aan. Als u dit doet,
kunt u letsel oplopen door een naaldprik.
·
Plaats de dop
niet terug op de
voorgevulde spuit. Gooi de dop direct
weg in de afvoercontainer voor scherpe
voorwerpen.


Figuur H
9.
Steek de voorgevulde spuit in de injectieplaats

a.
Knijp zachtjes met één hand in de huid op de
injectieplaats zodat deze omhoog komt.

b.
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast en
breng de naald volledig in de huidplooi onder een
hoek van 45 graden met een snelle, korte
beweging.

OF

Figuur I
204


10. Geef de injectie

a.
Als de naald in de huid zit, laat u de
huidplooi los.
b.
Duw de zuiger langzaam helemaal naar
beneden totdat alle vloeistof is geïnjecteerd
en de spuit leeg is.
·
Verander de positie van de voorgevulde
spuit
niet meer nadat de injectie is gestart.


Figuur J
11. Verwijder de voorgevulde spuit van de
injectieplaats en behandel de
injectieplaats


a.
Als de voorgevulde spuit leeg is, haalt u de
voorgevulde spuit uit de huid onder dezelfde
hoek als bij het inbrengen.
b.
Behandel de injectieplaats door voorzichtig
te drukken (niet wrijven) met een watje of
gaasje en plak er zo nodig een pleister op. Er
kan een kleine bloeding optreden.
·
Gebruik de voorgevulde spuit
niet opnieuw.
·
Raak de naald
niet aan en breng de naalddop
niet opnieuw aan.
·
Wrijf
niet over de injectieplaats.


Figuur K
12. Gooi de voorgevulde spuit weg

·
Plaats de dop
niet terug op de voorgevulde
spuit.

a.
Gooi de gebruikte, voorgevulde spuit weg in
een speciale afvoercontainer voor scherpe
voorwerpen volgens de instructie van uw
arts, verpleegkundige of apotheker.
b.
Het alcoholdoekje en de verpakking mogen
bij het huishoudelijk afval.
·
Houd de voorgevulde spuit en de speciale
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen
altijd buiten het zicht en bereik van
kinderen.


Figuur L
205
Zuiger
Vingergre
ep
Kijkvenster
Geneesmiddel
Naald
Naaldhuls
Naald
Naalddop
Vóór gebruik
Na gebruik

Figuur A

Gebruik de voorgevulde spuit niet als:
·
deze gebarsten of beschadigd is.
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.

Verwijder de naalddop pas vlak voor de injectie. Houd Yuflyma buiten het zicht en bereik van
kinderen.

1.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie

a.
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een goedverlichte
ruimte.
b.
Haal 1 voorgevulde spuit uit de verpakking in uw koelkast.
·
Houd de voorgevulde spuit in het midden vast wanneer u deze uit de verpakking haalt.
Raak de zuiger niet aan.
c.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
­
Voorgevulde spuit
­
Alcoholdoekje
Niet in de verpakking meegeleverd:
­
Watten of gaas
­
Pleister
­
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
206


2.
Inspecteer de voorgevulde spuit

a.
Controleer of u het juiste geneesmiddel
(Yuflyma) en de juiste dosis heeft.
b.
Bekijk de voorgevulde spuit en controleer
of deze niet gebarsten of beschadigd is.
c.
Controleer de uiterste gebruiksdatum op het
etiket van de voorgevulde spuit.
Gebruik de voorgevulde spuit
niet als:
EXP: MAAND JAAR
·
deze gebarsten of beschadigd is.
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken
is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.


Figuur B
3.
Inspecteer het geneesmiddel

a.
Bekijk het geneesmiddel en controleer of de
vloeistof helder en kleurloos tot lichtbruin is
en of er geen deeltjes zichtbaar zijn.
·
Gebruik
de voorgevulde spuit
niet als de
vloeistof verkleurd is (geel of donkerbruin),
troebel is of deeltjes bevat.
·
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig
zijn. Dit is normaal.


Figuur C
4.
Wacht 15 tot 30 minuten

a.
Laat de voorgevulde spuit 15 tot 30 minuten op
15 ­ 30
kamertemperatuur komen.
minuten
·
Verwarm de voorgevulde spuit
niet met een
warmtebron zoals heet water of een magnetron.


Figuur D
207
5.
Kies een geschikte injectieplaats

a.
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
­
de voorkant van uw bovenbenen
­
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
­
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN als
u een zorgverlener bent).
·
Injecteer
niet in de huid binnen 5 cm afstand van de
navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of pijnlijk
is, beschadigd is, blauwe plekken vertoont of
littekens bevat.
·
Als u psoriasis heeft, injecteer dan
niet rechtstreeks
in verhoogde, dikke, rode of schilferige huidplekjes
of beschadigingen van de huid.
ALLEEN zorgverlener
·
Injecteer
niet door kleding heen.

Zelfinjectie en
b.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats.
zorgverlener
Elke nieuwe injectieplaats dient op ten minste 3 cm
afstand te zijn van de eerder gebruikte injectieplaats.


Figuur E
6.
Was uw handen

a.
Was uw handen met zeep en water en
droog ze grondig af.


Figuur F
7.
Reinig de injectieplaats

a.
Reinig de injectieplaats met een
alcoholdoekje in een draaiende beweging.
b.
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
·
Blaas
niet op de injectieplaats en raak deze
niet meer aan
totdat u de injectie geeft.


Figuur G
208

8.
Verwijder de dop

a.
Verwijder de dop door de voorgevulde spuit
met één hand vast te houden. Trek voorzichtig
de dop rechtstandig los met de andere hand.
·
Verwijder de dop
niet totdat u klaar bent om te
injecteren.
·
Raak de naald
niet aan. Als u dit doet, kunt u
letsel oplopen door een naaldprik.
·
Plaats de dop
niet terug op de voorgevulde
spuit. Gooi de dop direct weg in de
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen.


Figuur H
9.
Steek de voorgevulde spuit in de
injectieplaats


a.
Knijp zachtjes met één hand in de huid op
de injectieplaats zodat deze omhoog komt.

b.
Houd de voorgevulde spuit in het midden
vast en breng de naald volledig in de
huidplooi onder een hoek van 45 graden met
een snelle, korte beweging.

OF

Figuur I
209


10. Geef de injectie

a.
Als de naald in de huid zit, laat u de huidplooi los.
b.
Duw de zuiger langzaam helemaal naar beneden
totdat alle vloeistof is geïnjecteerd en de spuit leeg
is.
·
Verander de positie van de voorgevulde spuit
niet
meer nadat de injectie is gestart.


Figuur J
11. Verwijder de voorgevulde spuit van de
injectieplaats en behandel de injectieplaats

a.
Als de voorgevulde spuit leeg is, haalt u uw duim
langzaam van de zuiger totdat de naald volledig is
bedekt door de naaldhuls.
b.
Behandel de injectieplaats door voorzichtig te
drukken (niet wrijven) met een watje of gaasje en
plak er zo nodig een pleister op. Er kan een kleine
bloeding optreden.
·
Gebruik de voorgevulde spuit
niet opnieuw.
·
Wrijf
niet over de injectieplaats.


Figuur K
12. Gooi de voorgevulde spuit weg

a.
Gooi de gebruikte, voorgevulde spuit weg in een
speciale afvoercontainer voor scherpe voorwerpen
volgens de instructie van uw arts, verpleegkundige
of apotheker.
b.
Het alcoholdoekje en de verpakking mogen bij het
huishoudelijk afval.
·
Houd de voorgevulde spuit en de speciale
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen altijd
buiten het zicht en bereik van kinderen.


Figuur L
210

Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
adalimumab
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke
informatie in voor u.
·
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
·
Uw arts zal u ook een
patiëntenkaart geven; deze bevat belangrijke veiligheidsinformatie waar
u zich bewust van moet zijn voordat u Yuflyma gaat gebruiken en tijdens de behandeling met
Yuflyma. Houd deze
patiëntenkaart bij u tijdens de behandeling en gedurende 4 maanden na
uw laatste injectie met Yuflyma.
·
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
·
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
·
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
7.
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is Yuflyma en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Yuflyma bevat het actieve bestanddeel adalimumab, een medicijn dat effect heeft op het
immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) van het lichaam.
Yuflyma is bedoeld voor behandeling van de volgende ontstekingsziektes:
·
Reumatoïde artritis
·
Plaque psoriasis
·
Hidradenitis suppurativa
·
Ziekte van Crohn
·
Colitis ulcerosa
·
Niet-infectieuze uveïtis
De werkzame stof in Yuflyma, adalimumab, is een humaan monoklonaal antilichaam. Monoklonale
antilichamen zijn eiwitten die zich hechten aan een specifiek doel in het lichaam.
Het doel van adalimumab is een eiwit dat tumornecrosefactor (TNF) wordt genoemd, dat betrokken
is bij het immuunsysteem (de afweer van uw lichaam) en in toegenomen hoeveelheid aanwezig is in
de ontstekingsziektes hierboven. Door te hechten aan TNF vermindert Yuflyma het
ontstekingsproces in deze aandoeningen.
Reumatoïde artritis

Reumatoïde artritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten.
211

Hidradenitis suppurativa

Hidradenitis suppurativa (soms acne inversa genoemd) is een chronische en vaak pijnlijke
inflammatoire huidaandoening. Klachten kunnen zijn zachte nodules (bobbels) en abcessen (blaren)
waar pus uit kan komen. Het beïnvloedt meestal specifieke delen van de huid, zoals onder de borsten,
de oksels, binnenkant van de dijen, het kruis en de billen. Op de aangedane delen kunnen tevens
littekens optreden.
Yuflyma wordt gebruikt om
·
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij volwassenen en
·
gemiddelde tot ernstige hidradenitis suppurativa bij jongeren van 12 tot 17 jaar te behandelen.
Yuflyma kan helpen het aantal nodules en abcessen veroorzaakt door de ziekte te verminderen en de
pijn die meestal bij de ziekte hoort. U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed
genoeg reageert op deze medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
Ziekte van Crohn

De ziekte van Crohn is een ontstekingsziekte van het verteringsstelsel. Yuflyma wordt gebruikt om
·
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij volwassenen en
·
gemiddelde tot ernstige ziekte van Crohn bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar te
behandelen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.
Colitis ulcerosa

Colitis ulcerosa is een ontstekingsziekte van de dikke darm.
Yuflyma wordt gebruikt voor het behandelen van
·
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij volwassenen en
·
matige tot ernstige colitis ulcerosa bij kinderen en jongeren van 6 tot 17 jaar.
Het is mogelijk dat u eerst andere geneesmiddelen krijgt. Als u niet goed genoeg reageert op deze
medicijnen, zult u Yuflyma ontvangen.
212
volwassenen met niet-infectieuze uveïtis te behandelen met ontsteking die de achterkant van het
oog beïnvloedt
·
kinderen met chronische niet-infectieuze uveïtis vanaf 2 jaar oud met ontsteking die de voorkant
van het oog beïnvloedt.
Deze ontsteking kan leiden tot verminderd zicht en/of de aanwezigheid van floaters in het oog (zwarte
stipjes of kringellijntjes die zich door het zichtveld verplaatsen). Yuflyma werkt door deze ontsteking
te verminderen.
U ontvangt mogelijk eerst andere medicijnen. Als u niet goed genoeg reageert op deze medicijnen, zult
u Yuflyma ontvangen.

2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?

·
U bent allergisch voor adalimumab of een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt
u vinden in rubriek 6.
·
U heeft een ernstige infectie, zoals actieve tuberculose (zie ook 'Wanneer moet u extra
voorzichtig zijn met dit middel?'). Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt als u
verschijnselen van een infectie heeft, zoals koorts, wondjes, moeheid, gebitsproblemen.
·
U lijdt aan matig tot ernstig hartfalen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u
een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad (zie ook 'Wanneer moet u extra voorzichtig
zijn met dit middel?').

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?

Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt.
Allergische reacties
·
Als u allergische reacties met verschijnselen als benauwdheid, piepende ademhaling,
duizeligheid, zwelling of uitslag krijgt, injecteer dan geen Yuflyma meer, maar neem direct
contact op met uw arts aangezien, in zeldzame gevallen, deze reacties levensbedreigend kunnen
zijn.
Infecties
·
Als u een infectie heeft, zoals een langdurige of lokale infectie (bijvoorbeeld een open been),
neem dan altijd contact op met uw arts voor u start met het gebruik van Yuflyma. Neem bij twijfel
contact op met uw arts.
·
Door het gebruik van Yuflyma kunt u makkelijker infecties oplopen. Dit risico kan groter zijn
wanneer uw longfunctie verminderd is. Deze infecties kunnen ernstig zijn. Voorbeelden van
dergelijke infecties zijn:
·
tuberculose
·
infecties veroorzaakt door virussen, schimmels, parasieten of bacteriën
·
ernstige bloedvergiftiging (sepsis)
In zeldzame gevallen kunnen deze infecties levensbedreigend zijn. Het is daarom belangrijk om
het uw arts te vertellen wanneer u verschijnselen ervaart zoals koorts, wondjes, moeheid of
213
·
Vertel het uw arts wanneer u woont in of reist naar gebieden waar schimmelinfecties
(bijvoorbeeld histoplasmose, coccidioïdomycose of blastomycose) vaak voorkomen.
·
Vertel het uw arts wanneer u infecties heeft gehad die steeds terugkomen of andere
aandoeningen die het risico op infecties vergroten.
·
Als u ouder dan 65 jaar bent, kunt u vatbaarder zijn voor infecties terwijl u Yuflyma gebruikt. U
en uw arts moeten extra letten op verschijnselen van een infectie terwijl u met Yuflyma
behandeld wordt. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u tekenen van infectie krijgt
zoals koorts, wondjes, moeheid of gebitsproblemen.
Tuberculose
·
Het is zeer belangrijk dat u het uw arts vertelt wanneer u ooit tuberculose heeft gehad of
wanneer u in nauw contact bent geweest met iemand die tuberculose heeft gehad. Bij actieve
tuberculose mag u Yuflyma niet gebruiken.
·
Omdat er gevallen van tuberculose zijn gemeld bij patiënten die met Yuflyma worden
behandeld, zal uw arts u op klachten en verschijnselen van tuberculose controleren
voordat u met Yuflyma start. Dit omvat een uitgebreide medische beoordeling inclusief
uw medische geschiedenis en de juiste controletests (bijvoorbeeld een röntgenfoto van de
borst en een tuberculinetest). De uitvoering en resultaten van deze tests moeten worden
geregistreerd op uw
patiëntenkaart.
·
Tuberculose kan zich ontwikkelen tijdens de behandeling met Yuflyma, zelfs wanneer u
behandeld bent om tuberculose te voorkomen.
·
Als zich verschijnselen van tuberculose (bijvoorbeeld een hoest die niet verdwijnt,
gewichtsverlies, lusteloosheid, lichte koorts) of een andere infectie voordoen tijdens of na
de behandeling moet u dit direct aan uw arts melden.
Hepatitis B
·
Vertel het uw arts als u drager bent van het hepatitis B-virus (HBV), als u een actieve HBV-
infectie heeft of als u denkt dat u risico loopt op HBV.
·
Uw arts moet u testen op HBV. Bij mensen die HBV dragen, kan Yuflyma het virus
opnieuw activeren.
·
In enkele zeldzame gevallen, vooral wanneer u andere medicijnen gebruikt die het
immuunsysteem onderdrukken, kan heractivering van HBV levensbedreigend zijn.
Chirurgie of gebitsbehandeling
·
Als u binnenkort chirurgie ondergaat of een gebitsbehandeling, informeert u de arts dat u
Yuflyma gebruikt. Uw arts kan adviseren tijdelijk te stoppen met Yuflyma.
Demyeliniserende ziekte
·
Als u een demyeliniserende ziekte heeft of ontwikkelt (een ziekte die van invloed is op de
isolerende laag rond de zenuwen, zoals multipele sclerose), zal uw arts beslissen of u Yuflyma
mag (blijven) ontvangen. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als u verschijnselen krijgt
zoals veranderingen in uw zicht, zwakte in uw armen of benen of gevoelloosheid of tintelingen
in delen van uw lichaam.
214
Bepaalde vaccins kunnen infecties veroorzaken en mogen niet worden gegeven terwijl u
Yuflyma krijgt.
·
Bespreek het met uw arts voordat u vaccins krijgt.
·
Het wordt aanbevolen dat kinderen, indien mogelijk, alle geplande vaccins krijgen voor
hun leeftijd voordat ze de behandeling met Yuflyma starten.
·
Als u Yuflyma heeft ontvangen tijdens de zwangerschap, kan uw baby groter risico lopen
op het krijgen van een dergelijke infectie tot ongeveer vijf maanden na de laatste
Yuflyma-dosis die u tijdens de zwangerschap heeft ontvangen. Het is belangrijk dat u de
artsen en andere zorgmedewerkers van uw baby vertelt over uw gebruik van Yuflyma
tijdens de zwangerschap, zodat zij kunnen beslissen wanneer uw baby een vaccin kan
krijgen.
Hartfalen
·
Wanneer u mild hartfalen heeft en wordt behandeld met Yuflyma, moet de status van uw
hartfalen nauwlettend worden gevolgd door uw arts. Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt
wanneer u een ernstige hartaandoening heeft of heeft gehad. Als u nieuwe verschijnselen van
hartfalen ontwikkelt of als bestaande verschijnselen verergeren (bijv. kortademigheid of
opzwellen van uw voeten), moet u direct contact opnemen met uw arts. Uw arts zal beslissen of
u Yuflyma mag gebruiken.
Koorts, blauwe plekken, bloedingen of bleekheid
·
Bij sommige patiënten kan het gebeuren dat het lichaam onvoldoende bloedcellen aanmaakt die
het lichaam helpen om infecties te bestrijden of helpen om een bloeding snel tot staan te
brengen. Als u merkt dat u koorts heeft die niet overgaat, u snel blauwe plekken krijgt of zeer
gemakkelijk bloedt en erg bleek ziet, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts. Uw arts
kan besluiten de therapie te stoppen.
Kanker
·
Er zijn zeer zeldzame gevallen gemeld van bepaalde vormen van kanker bij kinderen en
volwassen patiënten die Yuflyma of andere TNF-blokkers gebruiken.
·
Personen met ernstigere reumatoïde artritis die de ziekte al langere tijd hebben kunnen
meer risico lopen dan gemiddeld op lymfoom (een kanker die het lymfesysteem
beïnvloedt) en leukemie (een bepaalde soort kanker die het bloed en beenmerg
beïnvloedt).
·
Als u Yuflyma gebruikt kan het risico toenemen dat u lymfoom, leukemie of andere
kankers krijgt. In zeldzame gevallen kan een ongebruikelijk en ernstig type lymfoom
ontstaan bij patiënten die Yuflyma gebruiken. Sommige van die patiënten werden ook
behandeld met azathioprine of 6-mercaptopurine.
·
Vertel het uw arts wanneer u azathioprine of 6-mercaptopurine gebruikt in combinatie
met Yuflyma.
·
Gevallen van niet-melanoom huidkanker zijn waargenomen bij patiënten die Yuflyma
gebruiken.
·
Als er nieuwe huidlaesies optreden tijdens of na de behandeling of wanneer bestaande
laesies veranderen van uiterlijk, vertel het uw arts.
·
Er zijn gevallen geweest van kanker, anders dan lymfomen, bij patiënten met een bepaald type
longaandoening die chronische obstructieve longziekte (COPD) heet en die werd behandeld met
een andere TNF-blokker. Als u lijdt aan COPD of als u veel rookt, moet u met uw arts
bespreken of behandeling met een TNF-blokker geschikt is voor u.
215
In zeldzame gevallen kan behandeling met Yuflyma resulteren in een lupusachtig syndroom.
Neem contact op met uw arts wanneer zich verschijnselen voordoen als een aanhoudende
onverklaarbare uitslag, koorts, gewrichtspijn of vermoeidheid.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
·
Vaccinaties: indien mogelijk moeten kinderen bij zijn met hun vaccinaties voordat ze Yuflyma
gebruiken.

Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?

Gebruikt u naast Yuflyma nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of
apotheker. U mag Yuflyma niet gebruiken in combinatie met medicijnen die de volgende actieve
substanties bevatten vanwege een verhoogd risico op ernstige infectie:
·
anakinra
·
abatacept.
Yuflyma kan gelijktijdig gebruikt worden met:
·
methotrexaat
·
bepaalde ziektemodificerende antireumatische middelen (zoals sulfasalazine,
hydroxychloroquine, leflunomide en injecteerbare goudpreparaten)
·
steroïden of pijnmedicatie inclusief niet-steroïdale anti-inflammatoire medicijnen (NSAID's).
Neem bij vragen contact op met uw arts.
Zwangerschap en borstvoeding

·
U moet het gebruik van een goed voorbehoedsmiddel overwegen om zwangerschap te
voorkomen en dit blijven gebruiken tot ten minste 5 maanden na de laatste Yuflyma-
behandeling.
·
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met
uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
·
Yuflyma mag enkel worden gebruikt tijdens de zwangerschap als dat strikt noodzakelijk is.
·
Volgens een studie bij zwangere vrouwen was er geen hoger risico op geboorteafwijkingen bij
moeders die tijdens de zwangerschap Yuflyma hadden gebruikt in vergelijking met moeders
met dezelfde ziekte die geen Yuflyma hadden gebruikt.
·
Yuflyma kan worden gebruikt tijdens de borstvoeding.
·
Wanneer u tijdens uw zwangerschap Yuflyma gebruikt, kan uw baby een groter risico lopen op
infectie.
·
Het is belangrijk dat u de artsen en andere zorgverleners van uw baby vertelt over uw gebruik
van Yuflyma tijdens de zwangerschap voordat uw baby een vaccin krijgt toegediend. Voor meer
informatie over vaccinaties, zie de rubriek `Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit
middel?'.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Yuflyma kan een kleine invloed hebben op uw vermogen om een auto te besturen, te fietsen of
machines te gebruiken. Het voelt mogelijk of de ruimte draait en ook visuele verstoringen zijn
mogelijk na gebruik van Yuflyma.
216
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Yuflyma wordt onder de huid geïnjecteerd (subcutaan gebruik). Het is beschikbaar als 40 mg en 80 mg
in een voorgevulde spuit en/of een voorgevulde pen. Daarom kan Yuflyma niet worden gebruikt door
kinderen die minder dan een volledige dosis van 40 mg nodig hebben. Als een dergelijke dosis nodig
is, moeten andere medicijnen die adalimumab bevatten worden gebruikt.
Reumatoïde artritis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
40 mg eenmaal per twee weken Bij reumatoïde artritis wordt
methotrexaat voortgezet tijdens
gebruik van Yuflyma. Als uw
arts beslist dat methotrexaat niet
gepast is, kan Yuflyma los
worden gebruikt.
Als u reumatoïde artritis heeft
en u geen methotrexaat krijgt
tijdens uw behandeling met
Yuflyma, kan uw arts beslissen
om eenmaal per week 40 mg
Yuflyma voor te schrijven of 80
mg eenmaal per twee weken.

Plaque psoriasis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 80 mg (één
Als u onvoldoende heeft
injectie van 80 mg), gevolgd
gereageerd, kan uw arts de
door 40 mg eenmaal per twee
dosering verhogen naar
weken, beginnend een week na
40 mg eenmaal per week of
de eerste dosis.
80 mg eenmaal per twee
weken.
217
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 160 mg (twee
Het wordt aanbevolen om
injecties van 80 mg op één dag dagelijks een antiseptisch
of als één injectie van 80 mg per middel te gebruiken op de
dag voor twee opeenvolgende
aangedane gebieden.
dagen), gevolgd door een dosis
van 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later. Na nog eens twee weken
gaat u verder met een dosis van
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken,
zoals voorgeschreven door uw
arts.
Jongeren van 12 tot 17 jaar die
Eerste dosis van 80 mg (één
Als u onvoldoende heeft
30 kg of meer wegen
injectie van 80 mg op één dag), gereageerd op Yuflyma 40 mg
gevolgd door 40 mg eenmaal
eenmaal per twee weken, kan
per twee weken, beginnend een uw arts de dosis verhogen naar
week later.
40 mg eenmaal per week of 80
mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen dat u de
aangedane gebieden dagelijks
desinfecteert.

Ziekte van Crohn
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Kinderen, jongeren en
Eerste dosis van 80 mg (één
Uw arts kan de dosis verhogen
volwassenen vanaf 6 jaar die 40 injectie van 80 mg op één dag), naar 40 mg eenmaal per week of
kg of meer wegen
gevolgd door 40 mg twee
80 mg eenmaal per twee weken.
weken later.
Als een snellere respons nodig
is, kan de arts een eerste dosis
voorschrijven van 160 mg (twee
injecties van 80 mg op één dag
of als één injectie van 80 mg per
dag voor twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door 80 mg
(één injectie van 80 mg op één
dag) twee weken later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
218
Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 160 mg (twee
Uw arts kan de dosis verhogen
injecties van 80 mg op één dag naar 40 mg eenmaal per week of
of als één injectie van 80 mg per 80 mg eenmaal per twee weken.
dag voor twee opeenvolgende
dagen), gevolgd door een dosis
van 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
Eerste dosering van 80 mg (één U dient door te gaan met het
jaar die minder dan 40 kg
injectie van 80 mg op één dag), toedienen van Yuflyma in uw
wegen
gevolgd door 40 mg (één
gebruikelijke dosering, zelfs als
injectie met 40 mg) twee weken u 18 jaar bent geworden.
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 40 mg eenmaal per
twee weken.
Kinderen en jongeren vanaf 6
Eerste dosering van 160 mg
U dient door te gaan met het
jaar die meer dan 40 kg wegen
(twee injecties van 80 mg op
toedienen van Yuflyma in uw
één dag of als één injectie van
gebruikelijke dosering, zelfs als
80 mg per dag voor twee
u 18 jaar bent geworden.
opeenvolgende dagen), gevolgd
door 80 mg (één injectie van 80
mg op één dag) twee weken
later.
Daarna is de gebruikelijke
dosering 80 mg eenmaal per
twee weken.

Niet-infectieuze uveïtis
Leeftijd of lichaamsgewicht

Hoeveel en hoe vaak te
Opmerkingen
gebruiken?
Volwassenen
Eerste dosis van 80 mg (één
Corticosteroïden of andere
injectie van 80 mg op één dag), medicijnen die het
gevolgd door 40 mg eenmaal
immuunsysteem beïnvloeden
per twee weken, beginnend een kunnen worden voortgezet
week na de eerste dosis.
tijdens gebruik van Yuflyma.
Yuflyma kan ook los gegeven
worden.
Kinderen en jongeren vanaf 2
40 mg eenmaal per twee weken Uw arts kan een startdosering
jaar die 30 kg of meer wegen
van 80 mg voorschrijven om toe
te dienen een week voor de start
van de gebruikelijke dosis van
40 mg eenmaal per twee weken.
Het wordt aanbevolen Yuflyma
te gebruiken in combinatie met
methotrexaat.
219
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken. De meeste bijwerkingen zijn mild tot gematigd. Sommige bijwerkingen kunnen
echter ernstig zijn en behandeling vereisen. Bijwerkingen kunnen optreden tot ten minste 4 maanden
na de laatste Yuflyma injectie.
Informeer uw arts meteen wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont

·
ernstige uitslag, netelroos of andere tekenen van een allergische reactie
·
opgezwollen gezicht, handen of voeten
·
ademhalingsproblemen en problemen bij het slikken
·
kortademigheid bij lichamelijke inspanning of na het gaan liggen, of het opzwellen van de
voeten

Informeer uw arts zo snel mogelijk wanneer u één van de volgende verschijnselen vertoont

·
tekenen van infectie zoals koorts, zich ziek voelen, wondjes, gebitsproblemen of brandend
gevoel bij urineren
·
verzwakt of moe voelen
·
hoesten
·
tintelingen
·
gevoelloosheid
·
dubbelzien
·
verzwakte armen of benen
·
een bult of open zweer die niet geneest
220
klachten en verschijnselen die zouden kunnen wijzen op een afwijkend bloedbeeld zoals
aanhoudende koorts, blauwe plekken, bloedingen en bleekheid
De hierboven beschreven verschijnselen kunnen aanwijzingen zijn voor de hieronder aangegeven
bijwerkingen die waargenomen zijn na behandeling met Yuflyma.
Zeer vaak (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
·
reacties op de injectieplaats (waaronder pijn, zwelling, roodheid of jeuk)
·
infecties van de ademhalingswegen (waaronder verkoudheid, loopneus, ontsteking van de
neusbijholten, longontsteking)
·
hoofdpijn
·
buikpijn
·
misselijkheid en braken
·
huiduitslag
·
pijn in de spieren, gewrichtsbanden, pezen en botten

Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
ernstige infecties (waaronder bloedvergiftiging en influenza)
·
darminfecties (waaronder gastro-enteritis)
·
huidinfecties (waaronder cellulitis en gordelroos)
·
oorontstekingen
·
mondinfecties (waaronder gebitsinfecties en koortslip)
·
genitale infecties
·
urineweginfectie
·
schimmelinfecties
·
gewrichtsinfecties
·
goedaardige gezwellen
·
huidkanker
·
allergische reacties (waaronder hooikoorts)
·
uitdroging
·
stemmingswisselingen (waaronder depressie)
·
angst
·
moeite hebben met slapen
·
gevoelsstoornissen zoals tintelingen, prikkelingen of verdoofdheid
·
migraine
·
zenuwwortelcompressie (waaronder lage rugpijn en pijn in de benen)
·
gezichtsstoornissen
·
oogontsteking
·
ontsteking van het ooglid en zwelling van het oog
·
draaiduizeligheid met stoornis in het evenwicht (vertigo)
·
gevoel van snelle hartslag
·
hoge bloeddruk
·
blozen
·
hematoom (bloeduitstorting)
·
hoesten
·
astma
·
kortademigheid
·
maag-darmbloeding
·
dyspepsie (spijsverteringsmoeilijkheden, opgeblazen gevoel, brandend maagzuur)
·
oprispingen
·
siccasyndroom (waaronder droge ogen en droge mond)
·
jeuk
·
jeukende huiduitslag
·
blauwe plekken
·
ontsteking van de huid (zoals eczeem)
221
breken van vingernagels en teennagels
·
overmatig zweten
·
haaruitval
·
opnieuw voorkomen of verslechteren van psoriasis
·
spierspasmen
·
bloed in de urine
·
nierfunctiestoornissen
·
pijn op de borst
·
zwelling (oedeem)
·
koorts
·
vermindering van het aantal bloedplaatjes wat het risico op bloedingen of blauwe plekken
·
vergroot
·
vertraagd herstel

Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
·
opportunistische infecties (waaronder tuberculose en andere infecties die zich voordoen bij een
lagere weerstand tegen ziektes)
·
infecties van het zenuwstelsel (waaronder virale meningitis),
·
ooginfecties
·
bacteriële infecties,
·
diverticulitis (ontsteking en infectie van de dikke darm)
·
kanker
·
kanker van het lymfesysteem
·
melanoom
·
aandoeningen aan het afweersysteem die de longen, huid en lymfeknopen kunnen beïnvloeden
(meestal uit zich dit als een ontstekingsziekte, ook wel sarcoïdose genoemd)
·
vasculitis (ontsteking van bloedvaten)
·
trillen of beven
·
neuropathie (zenuwaandoening)
·
beroerte
·
gehoorverlies, oorsuizen
·
gevoel van onregelmatige hartslag zoals het overslaan van een hartslag
·
hartproblemen die kortademigheid of gezwollen enkels kunnen veroorzaken
·
hartaanval
·
een uitstulping in de wand van een belangrijke slagader, ontsteking en dichtslibben van een
ader, blokkade van een bloedvat
·
longziekten die kortademigheid veroorzaken (waaronder ontsteking)
·
longembolie (afsluiting van een longslagader)
·
pleurale effusie (abnormale vochtophoping tussen de borstvliezen)
·
ontsteking van de alvleesklier wat een hevige pijn in de buik en rug veroorzaakt
·
moeilijkheden met slikken
·
zwelling van het gezicht
·
galblaasontsteking, galstenen
·
leververvetting
·
nachtzweten
·
litteken
·
abnormale afbraak van spieren
·
systemische lupus erythematodes (met ontstekingen van huid, hart, longen, gewrichten en
andere orgaansystemen)
·
onderbrekingen van de slaap
·
impotentie
·
ontstekingen

Zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
·
leukemie (kanker die het bloed en beenmerg aantast)
222
ernstige allergische reactie met shock
·
multipele sclerose
zenuwstoornissen (zoals oogzenuwontsteking en Guillain-Barré-syndroom dat spierzwakte,
abnormaal gevoel, tintelingen in de armen en het bovenlichaam kan veroorzaken
·
hartstilstand
·
longfibrose (vorming van littekenweefsel in de long)
·
darmperforatie (gat in de darm)
·
hepatitis
·
reactivatie van hepatitis B
·
auto-immuun hepatitis (ontsteking van de lever die wordt veroorzaakt door het eigen
immuunsysteem van het lichaam)
·
cutane vasculitis (ontsteking van bloedvaten in de huid)
·
Stevens-Johnson-syndroom (vroege verschijnselen zijn onder andere algeheel ongemak, koorts,
hoofdpijn en huiduitslag)
·
zwelling van het gezicht gecombineerd met allergische reacties
·
erythema multiforme (ontstoken huiduitslag)
·
lupus-achtig syndroom
·
angio-oedeem (plaatselijke zwelling van de huid)
·
lichenoïde huidreactie (jeukende, rood-paarse huiduitslag)

Niet bekend (frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
·
hepatospleen T-cellymfoom (een zeldzame bloedkanker die vaak dodelijk is)
·
Merkelcelcarcinoom (een type huidkanker)
·
Kaposi-sarcoom, een zeldzame vorm van kanker die verband houdt met infectie met humaan
herpesvirus 8. Kaposi-sarcoom is meestal zichtbaar in de vorm van paarse huidschade
·
leverfalen
·
verergeren van een aandoening die dermatomyositis wordt genoemd (waargenomen als
huiduitslag met spierzwakte)
·
gewichtstoename (bij de meeste patiënten was sprake van een kleine gewichtstoename)
Sommige bijwerkingen die waargenomen werden met Yuflyma hebben geen verschijnselen en
kunnen alleen waargenomen worden door middel van bloedonderzoek. Hieronder vallen:
Zeer vaak (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
·
verlaagd aantal witte bloedcellen
·
verlaagd aantal rode bloedcellen
·
verhoogde concentratie vetten in het bloed
·
verhoogde leverenzymen

Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
verhoogd aantal witte bloedcellen
·
verlaagd aantal bloedplaatjes
·
toegenomen hoeveelheid urinezuur in het bloed
·
abnormale bloedwaarden voor natrium
·
lage bloedwaarden voor calcium
·
lage bloedwaarden voor fosfaat
·
hoge bloedsuiker
·
hoge bloedwaarden voor lactaatdehydrogenase
·
autoantilichamen aanwezig in het bloed
·
laag kaliumniveau in het bloed

Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
·
verhoogde bilirubinemeting (leverbloedtest)
223
verlaagd aantal witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes.

Het melden van bijwerkingen

Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket/de
verpakking na EXP.
Bewaren in de koelkast (2 °C ­ 8 °C). Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Alternatieve bewaring:
Wanneer nodig (bijvoorbeeld als u op reis bent) mag een enkele voorgevulde pen met Yuflyma
bewaard worden bij kamertemperatuur (tot 25 °C) gedurende maximaal 30 dagen - zorg ervoor dat de
pen beschermd wordt tegen licht. Eenmaal uit de koelkast gehaald voor bewaring bij
kamertemperatuur,
moet de pen binnen 30 dagen gebruikt worden of worden afgevoerd, ook als
deze in de koelkast wordt teruggelegd.
Schrijf de datum waarop de pen voor de eerste keer uit de koelkast wordt gehaald op en de datum
waarna de pen moet worden afgevoerd.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
arts of apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert, worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?

De werkzame stof in dit middel is adalimumab.
De andere stoffen in dit middel zijn azijnzuur, natriumcetaattrihydraat, glycine, polysorbaat 80 en
water voor injecties.
Hoe ziet de voorgevulde pen met Yuflyma eruit en hoeveel zit er in een verpakking?

Yuflyma 80 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen wordt geleverd als een steriele
oplossing van 80 mg adalimumab opgelost in 0,8 ml oplossing.
De Yuflyma voorgevulde pen is een naaldgebaseerd injectiesysteem voor eenmalig gebruik met
geautomatiseerde functies. Er is een venster aan elke kant van de pen waardoor u de Yuflyma-
oplossing in de pen kunt zien.
224
Lietuva
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Tel.: +36 1 231 0493


Luxembourg/Luxemburg
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Belgium BVBA
Te.: +36 1 231 0493
Tél/Tel: + 32 1528 7418
Ceská republika
Magyarország
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Tel.: +36 1 231 0493
Danmark
Malta
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Mint Health Ltd.
Tlf: +36 1 231 0493
Tel: +356 2093 9800

Deutschland
Nederland
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Netherlands B.V.
Tel: +36 1 231 0493
Tel: + 31 20 888 7300

225
Norge
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +36 1 231 0493
Tlf: +36 1 231 0493

España
Ö sterreich
Kern Pharma, S.L.
Astro-Pharma GmbH
Tel: +34 93 700 2525
Tel: +43 1 97 99 860


Polska
..
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
: +30 210 8009111 ­ 120
Tel.: +36 1 231 0493

France
Portugal
Celltrion Healthcare France SAS
PharmaKERN Portugal ­ Produtos Farmacêuticos,
Tél.: +33 (0)1 71 25 27 00
Sociedade Unipessoal, Lda.
Tel: +351 214 200 290
Hrvatska
România
Oktal Pharma d.o.o.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +385 1 6595 777
Tel: +36 1 231 0493

Ireland
Slovenija
Celltrion Healthcare Ireland Limited
OPH Oktal Pharma d.o.o.
Tel: +353 1 223 4026
Tel.: +386 1 519 29 22

Ísland
Slovenská republika
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Sími: +36 1 231 0493
Tel: +36 1 231 0493

Italia
Suomi/Finland
Celltrion Healthcare Italy S.r.l.
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Tel: +39 0247927040
Puh/Tel: +36 1 231 0493


Sverige
C.A. Papaellinas Ltd
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
: +357 22741741
Tel: +36 1 231 0493

Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
Celltrion Healthcare Hungary Kft.
Celltrion Healthcare Ireland Limited
Tlr.: +36 1 231 0493
Tel: +353 1 223 4026

Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in.

Andere informatiebronnen

Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.

7.
Gebruiksaanwijzing
·
In de volgende instructies wordt uitgelegd hoe u uzelf een onderhuidse (subcutane) injectie met
Yuflyma kunt geven met de voorgevulde pen. Lees de instructies nauwkeurig door en volg ze
stap voor stap op.
226
U wordt door uw arts, verpleegkundige of apotheker geïnstrueerd over de techniek om uzelf te
injecteren.
·
Probeer niet uzelf te injecteren voordat u zeker weet hoe u de injectie moet voorbereiden en
geven.
·
Na een goede training kan de injectie door uzelf of door een andere persoon worden toegediend,
bijvoorbeeld door een familielid of een vriend(in).
·
Dien slechts één injectie toe met elke voorgevulde pen.
227
Naalddop
Naaldbeschermer
Venster
Geneesmiddel
Zuiger
Spuit
Vóór gebruik
Na gebruik

Figuur A

Gebruik de voorgevulde pen niet als:

·
de pen gebarsten of beschadigd is;
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.

Verwijder de dop niet totdat u klaar bent om te injecteren. Bewaar Yuflyma buiten bereik van
kinderen.

1.
Verzamel de benodigdheden voor de injectie

a.
Zorg voor een schoon, vlak oppervlak zoals een tafel of een aanrechtblad in een goedverlichte
ruimte.
b.
Haal 1 voorgevulde pen uit de verpakking in de koelkast.
c.
Zorg dat u de volgende benodigdheden bij de hand heeft:
­
Voorgevulde pen
­
1 alcoholdoekje

Niet in de verpakking meegeleverd:
­
Watten of gaas
­
Pleister
­
Afvalcontainer voor scherpe voorwerpen
228


2.
Inspecteer de voorgevulde pen

a.
Controleer of u het juiste geneesmiddel
(Yuflyma) en de juiste dosis heeft.
b.
Controleer of de voorgevulde pen niet gebarsten
of beschadigd is.
c.
Controleer de vervaldatum op het etiket van de
voorgevulde pen.

EXP: MAAND JAAR
Gebruik de voorgevulde pen
niet als:
·
deze gebarsten of beschadigd is.
·
de uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
·
hij op een hard oppervlak is gevallen.

Figuur B
3.
Inspecteer het geneesmiddel.

a.
Kijk door het venster en controleer of de
vloeistof helder is, kleurloos tot lichtbruin van
kleur en of er geen deeltjes in zitten.
Gebruik de voorgevulde pen
niet als de vloeistof
·
verkleurd (geel of donkerbruin) is, troebel is
of deeltjes bevat.
·
Er kunnen belletjes in de vloeistof aanwezig
zijn. Dit is normaal.


Figuur C
4.
Wacht 15 tot 30 minuten

a.
Laat de voorgevulde pen gedurende 15 tot 30
15 ­ 30
minuten in kamertemperatuur liggen zodat
minuten
deze kan opwarmen.
·
Warm de voorgevulde pen
niet op met behulp
van hittebronnen zoals heet water of een
magnetron.

Figuur D
229
5.
Kies een geschikte injectieplaats

a.
U kunt op de volgende plaatsen injecteren:
­
de voorkant van uw bovenbenen
­
uw buik op ten minste 5 cm afstand van de
navel.
­
de buitenkant van de bovenarm (ALLEEN
als u een zorgverlener bent).
·
Injecteer
niet in de huid binnen 5 cm afstand van
de navel, of in huid die rood, hard, gevoelig of
pijnlijk is, beschadigd is, blauwe plekken vertoont
of littekens bevat.
·
Als u psoriasis heeft, injecteer dan niet rechtstreeks
in verhoogde, dikke, rode of schilferige
huidplekjes of beschadigingen van de huid.
ALLEEN zorgverlener
·
Injecteer
niet door kleding heen.

Zelfinjectie en
b.
Dien de injectie steeds toe op een andere plaats.
zorgverlener
Elke nieuwe injectieplaats dient op ten minste
3 cm afstand te zijn van de eerder gebruikte

Figuur E
injectieplaats.
6.
Was uw handen

a.
Was uw handen met zeep en water en
droog ze grondig af.

Figuur F
7.
Reinig de injectieplaats

a.
Reinig de injectieplaats met een
alcoholdoekje in een draaiende beweging
b.
Laat de huid drogen voordat u injecteert.
·
Blaas
niet op de injectieplaats en raak deze
niet meer aan
totdat u de injectie geeft.

Figuur G
230

8.
Verwijder de dop

a.
Houd de voorgevulde pen met één hand
vast bij de body van de injector met de dop
aan de bovenkant. Trek voorzichtig de dop
rechtstandig los met de andere hand.

Naaldbeschermer
·
Verwijder de dop
niet totdat u klaar bent
om te injecteren.
·
Raak de naald
of de naaldbeschermer
niet
aan. Als u dit doet, kunt u letsel oplopen
door een naaldprik.
·
Plaats de dop
niet terug op de voorgevulde
pen. Gooi de dop direct weg in de
afvoercontainer voor scherpe voorwerpen.

Figuur H
9.
Plaats de voorgevulde pen op de
injectieplaats.


a.
Houd de voorgevulde pen zo vast dat u het
venster kunt zien.
b.
Plaats de voorgevulde pen, zonder in de huid
te knijpen of deze uit te rekken, in een hoek
van 90 graden op de injectieplaats.

OF

Figuur I
231
10. Geef de injectie

a.
Druk de voorgevulde pen
stevig tegen de
huid. Wanneer de injectie begint, hoort u een
eerste luid 'klik'-geluid en de blauwe zuiger
begint het venster te vullen.
1ste

klik
b.
Blijf de voorgevulde pen stevig tegen de huid
aan drukken en wacht op het tweede luide
'klik'-geluid.

c.
Blijf de voorgevulde pen, nadat u de tweede
luide 'klik' heeft gehoord, stevig tegen de huid
drukken en tel langzaam tot vijf om er zeker
van te zijn dat u de gehele dosis injecteert.
·
Wijzig de positie van de voorgevulde pen
niet
nadat de injectie is gestart.
2de

klik

*Tel dan langzaam tot
vijf.

Figuur J
232

11. Verwijder de voorgevulde pen van de
injectieplaats en verzorg de injectieplaats

a.
Kijk naar de voorgevulde pen en controleer of
de blauwe zuiger met de grijze punt het
venster volledig vult.
b.
Trek de voorgevulde pen weg van de huid.
·
Nadat de voorgevulde pen van de
injectieplaats is weggehaald, wordt de naald
automatisch bedekt. Plaats de dop
niet terug
op de pen.

Figuur K
·
Als het venster niet helemaal blauw is
geworden of als het geneesmiddel nog wordt
geïnjecteerd, betekent dit dat u geen volledige
dosis heeft ontvangen. Neem onmiddellijk
contact op met uw zorgverlener.

c.
Behandel de injectieplaats door erop te
Naaldbescher
mer

drukken, niet te wrijven, met een katoenen
watje of gaasje en plak indien nodig een
pleister. Er kan een kleine bloeding optreden.

Figuur L
·
Gebruik de voorgevulde pen
niet opnieuw.
·
Wrijf
niet over de injectieplaats.

12. Gooi de voorgevulde pen weg

a.
Gooi de gebruikte voorgevulde pen weg in
de speciaal daarvoor bestemde container,
zoals uw arts, verpleegkundige of
apotheker u heeft geïnstrueerd.

b.
Het alcoholdoekje en de verpakking
mogen bij het huishoudelijk afval.
·
Bewaar de voorgevulde pen en de speciale
container voor scherpe voorwerpen buiten
het zicht en bereik van kinderen.

Figuur M
233

Heb je dit medicijn gebruikt? Yuflyma 40 mg te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Yuflyma 40 mg te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Yuflyma 40 mg

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG