Tecovirimat siga 200 mg

BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht
alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van bijwerkingen.
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Tecovirimat SIGA 200 mg harde capsules
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke harde capsule bevat tecovirimatmonohydraat overeenkomend met 200 mg tecovirimat.
Hulpstof(fen) met bekend effect
Elke capsule bevat 31,5 mg lactose (als monohydraat) en 0,41 mg zonnegeel (E 110).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Harde capsule (capsule)
Ondoorzichtige gelatinecapsules met een oranje romp en zwart kapje die een wit tot gebroken wit
poeder bevatten. De romp is bedrukt met ‘SIGA’ en het SIGA-logo (een gebogen driehoek met letters
erin) gevolgd door ‘®’ in witte inkt. Het kapje is bedrukt met ‘ST-246
®
’ in witte inkt. De capsules zijn
21,7 millimeter lang en hebben een diameter van 7,64 millimeter.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Tecovirimat SIGA is geïndiceerd voor de behandeling van de volgende virale infecties bij
volwassenen en kinderen met een lichaamsgewicht van ten minste 13 kg:
o
pokken
o
apenpokken
o
koepokken
Tecovirimat SIGA is ook geïndiceerd voor de behandeling van complicaties als gevolg van replicatie
van het vacciniavirus na vaccinatie tegen pokken bij volwassenen en kinderen met een
lichaamsgewicht van ten minste 13 kg (zie rubriek 4.4 en 5.1).
Tecovirimat SIGA dient te worden gebruikt overeenkomstig officiële aanbevelingen.
4.2
Dosering en wijze van toediening
Dosering
De behandeling met Tecovirimat moet zo snel mogelijk na de diagnose worden ingesteld (zie
rubriek 4.1).
Volwassenen en kinderen van ten minste 13 kg
De aanbevolen doses worden beschreven in tabel 1.
2
Tabel 1:
Aanbevolen dosis volgens lichaamsgewicht
Dosering
200 mg om de 12 uur gedurende
14 dagen
400 mg om de 12 uur gedurende
14 dagen
600 mg om de 12 uur gedurende
14 dagen
Aantal capsules
Eén capsule Tecovirimat 200 mg
Twee capsules Tecovirimat 200 mg
Drie capsules Tecovirimat 200 mg
Lichaamsgewicht
13 kg tot 25 kg
25 kg tot 40 kg
40 kg en meer
Herdosering bij braken
In geval van braken binnen 30 minuten na de inname van harde capsules met tecovirimat kan
onmiddellijk een tweede dosis worden toegediend. In geval van braken meer dan 30 minuten na
inname van harde capsules met tecovirimat mag er geen extra dosis worden gegeven en moet de
dosering na 12 uur worden hervat zoals gewoonlijk.
Speciale populaties
Ouderen
Er is geen dosisaanpassing vereist (zie rubriek 5.2).
Nierfunctiestoornis
Er is geen dosisaanpassing vereist (zie rubriek 5.2).
Leverfunctiestoornis
Er is geen dosisaanpassing vereist (zie rubriek 5.2).
Pediatrische patiënten
Tecovirimat mag niet worden toegediend aan kinderen met een lichaamsgewicht van minder dan
13 kg. Er is geen doseringsadvies vastgesteld.
Wijze van toediening
Oraal gebruik.
Tecovirimat harde capsules moeten binnen 30 minuten na een maaltijd met een matig of hoog
vetgehalte worden ingenomen (zie rubriek 5.2).
Voor patiënten die Tecovirimat harde capsules niet kunnen doorslikken, kunnen de capsules geopend
worden en kan de inhoud met ongeveer 30 ml vloeistof (bijv. melk) of zacht voedsel (bijv. yoghurt)
worden gemengd en binnen 30 minuten na de maaltijd worden doorgeslikt (zie rubriek 5.2 en 6.3).
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Gelijktijdige toediening van andere geneesmiddelen
Gelijktijdige toediening van repaglinide en tecovirimat kan lichte tot matige hypoglykemie
veroorzaken (zie rubriek 4.5). Wanneer tecovirimat met repaglinide wordt toegediend, moet de
bloedglucose worden gemonitord en moet er gecontroleerd worden op symptomen van hypoglykemie.
Gelijktijdige toediening van midazolam en tecovirimat kan de werkzaamheid van midazolam
verminderen (zie rubriek 4.5). Wanneer tecovirimat met midazolam wordt toegediend, moet de
werkzaamheid van midazolam worden gemonitord.
3
Nierfunctiestoornis
Tecovirimat moet met voorzichtigheid worden gebruikt bij patiënten met een ernstige
nierfunctiestoornis, aangezien er bij deze populatie beperkte klinische gegevens zijn en er hogere
concentraties ongebonden geneesmiddel en metabolieten kunnen worden waargenomen (zie
rubriek 4.2 en 5.2).
Leverfunctiestoornis
Tecovirimat moet met voorzichtigheid worden gebruikt bij patiënten met een ernstige
leverfunctiestoornis, aangezien er bij deze populatie beperkte klinische gegevens zijn en er hogere
concentraties ongebonden geneesmiddel en metabolieten kunnen worden waargenomen (zie
rubriek 4.2 en 5.2).
Immuungecompromitteerde patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van tecovirimat bij immuungecompromitteerde personen zijn niet
onderzocht. Niet-klinische onderzoeken met diermodellen tonen aan dat tecovirimat een verminderde
werkzaamheid kan hebben bij immuungecompromitteerde personen. (Zie rubriek 5.1).
Hulpstoffen
Dit geneesmiddel bevat lactose. Patiënten met zeldzame erfelijke aandoeningen als galactose-
intolerantie, algehele lactasedeficiëntie of glucose-galactosemalabsorptie, dienen dit geneesmiddel niet
te gebruiken.
Dit geneesmiddel bevat zonnegeel (E 110). Kan allergische reacties veroorzaken.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Effect van andere geneesmiddelen op tecovirimat
Tecovirimat is een substraat van UGT1A1, -1A3 en -1A4. Er wordt niet verwacht dat gelijktijdige
toediening van tecovirimat met sterke remmers of inductoren van deze UGT's een klinisch belangrijk
effect zal hebben op de blootstelling aan tecovirimat.
Effect van tecovirimat op andere geneesmiddelen
Tecovirimat en de M4-metaboliet ervan zijn inductoren van cytochroom P450 (CYP)3A en CYP2B6.
Gelijktijdige toediening met tecovirimat kan leiden tot een verminderde plasmablootstelling aan
gevoelige substraten van CYP3A4 of CYP2B6, wat tot een verminderde werking kan leiden.
Monitoring wordt aanbevolen tijdens gelijktijdige toediening van tecovirimat met CYP3A4- en
CYP2B6-substraten die een smal therapeutisch venster hebben. Zie tabel 2 voor enkele voorbeelden.
Tecovirimat is een zwakke remmer van CYP2C8 en CYP2C19. Gelijktijdige toediening met
tecovirimat kan leiden tot een verhoogde plasmablootstelling aan gevoelige substraten van CYP2C8 of
CYP2C19, wat tot een toename van bijwerkingen kan leiden. Monitoring wordt aanbevolen tijdens
gelijktijdige toediening van tecovirimat met CYP2C8- en CYP2C19-substraten die een smal
therapeutisch venster hebben. Zie tabel 2 voor enkele voorbeelden.
4
Tabel 2:
Interacties met andere geneesmiddelen en doseringsadvies
Effect op de
Aanbeveling betreffende gelijktijdige toediening
geneesmiddelconcentrat met Tecovirimat
ies.
Gemiddelde procentuele
verandering in AUC,
C
max
Verminderde bupropion
AUC: ↓ 15%
C
max
: ↓ 14%
Er is geen dosisaanpassing vereist. De
werkzaamheid van bupropion moet worden
gemonitord.
Tecovirimat is een zwakke remmer van CYP2C8
en veroorzaakte een verhoging van de
plasmaconcentratie van repaglinide.
Gelijktijdige toediening van repaglinide en
tecovirimat kan lichte tot matige hypoglykemie
veroorzaken. Wanneer tecovirimat gelijktijdig met
repaglinide wordt toegediend, moet de
bloedglucose worden gemonitord en moet er
worden gecontroleerd op symptomen van
hypoglykemie.
Geneesmiddel per
therapeutisch
gebied
a
Antidepressiva:
Bupropion
a
(150 mg)
Antidiabetica:
Repaglinide
a
(2 mg) Repaglinide:
AUC: ↑ 27%
C
max
: ↑ 27%
Antischimmelmiddelen
Voriconazol
Interacties niet onderzocht Risico op een verhoging van de plasmaconcentratie
Verwacht
van voriconazol kan niet worden uitgesloten
AUC: ↑
(CYP2C19-substraat).
C
max
: ↑
De combinatie van tecovirimat en voriconazol
moet met voorzichtigheid worden toegepast.
Antivirale middelen - non-nucleoside reversetranscriptaseremmers
Rilpivirine
Interacties niet onderzocht Risico op een vermindering van de
Verwacht
plasmaconcentratie van rilpivirine kan niet worden
AUC: ↓
uitgesloten (CYP3A4-substraat).
C
max
: ↓
De combinatie van tecovirimat en rilpivirine moet
met voorzichtigheid worden toegepast.
CCR5-antagonisten
Maraviroc
Interacties niet onderzocht Risico op een vermindering van de
Verwacht
plasmaconcentratie van maraviroc kan niet worden
AUC: ↓
uitgesloten (CYP3A4-substraat).
C
max
: ↓
De combinatie van tecovirimat en maraviroc moet
met voorzichtigheid worden toegepast.
CZS-depressiva:
Midazolam
a
(2 mg) Midazolam:
Tecovirimat is een zwakke inductor van CYP3A4
AUC: ↓ 32%
en veroorzaakte een vermindering van de
C
max
: ↓ 39%
plasmaconcentratie van midazolam.
De werkzaamheid van midazolam moet worden
gemonitord en de dosis, indien nodig, worden
aangepast.
5
HMG-CoA-reductaseremmers
Atorvastatine
Interacties niet
onderzocht
Verwacht
AUC: ↓
C
max
: ↓
Risico op een vermindering van de
plasmaconcentratie van atorvastatine kan niet
worden uitgesloten (CYP3A4-substraat).
De combinatie van tecovirimat en atorvastatine
moet met voorzichtigheid worden toegepast.
Immunosuppressiva
Tacrolimus
Interacties niet onderzocht Risico op een vermindering van de
Verwacht
plasmaconcentratie van tacrolimus kan niet worden
AUC: ↓
uitgesloten (CYP3A4-substraat).
C
max
: ↓
De combinatie van tecovirimat en tacrolimus moet
met voorzichtigheid worden toegepast.
Narcotische analgetica
Methadon
Interacties niet
Risico op een vermindering van de
onderzocht
plasmaconcentratie van methadon kan niet worden
Verwacht
uitgesloten (CYP2B6-substraat).
AUC: ↓
C
max
: ↓
De combinatie van tecovirimat en methadon moet
met voorzichtigheid worden toegepast.
Niet-steroïdale ontstekingsremmers
Flurbiprofen
a
Flurbiprofen:
Er is geen dosisaanpassing vereist.
(50 mg)
AUC: ↔
C
max
: ↔
Proteaseremmers
Darunavir
Interacties niet
Risico op een vermindering van de
onderzocht.
plasmaconcentratie van darunavir kan niet worden
Verwacht
uitgesloten (CYP3A4-substraat).
AUC: ↓
C
max
: ↓
De combinatie van tecovirimat en darunavir moet
met voorzichtigheid worden toegepast.
Protonpompremmers:
Omeprazol
a
(20 mg) Omeprazol
Tecovirimat is een zwakke remmer van CYP2C19
AUC: ↑ 73%
en veroorzaakte een verhoging van de
C
max
: ↑ 83%
plasmaconcentratie van omeprazol.
Lansoprazol
Interacties niet
De combinatie van tecovirimat en
Rabeprazole
onderzocht
protonpompremmers moet met voorzichtigheid
Verwacht
worden toegepast.
AUC: ↑
C
max
: ↑
Remmers van fosodiësterase type 5 (pde-5-remmers)
Sildenafil
Interacties niet onderzocht Risico op een vermindering van de
Tadalafil
Verwacht
plasmaconcentratie van PDE-5-remmers kan niet
Vardenafil
AUC: ↓
worden uitgesloten (CYP3A4-substraat).
C
max
: ↓
De combinatie van tecovirimat en PDE-5-remmers
moet met voorzichtigheid worden toegepast.
a
Deze interacties zijn onderzocht bij gezonde volwassenen om het effect van herhaalde doses
tecovirimat van 600 mg tweemaal daags te beoordelen op de farmacokinetiek van testsubstraten bij
eenmalige toediening.
6
Vaccin
Er is geen onderzoek naar interacties tussen vaccins en dit geneesmiddel uitgevoerd bij de mens. Een
aantal dieronderzoeken hebben aangetoond dat gelijktijdige toediening van tecovirimat en het levend
pokkenvaccin (vacciniavirus) de immuunrespons op het vaccin kan verminderen.
Pediatrische patiënten
Onderzoek naar interacties is alleen bij volwassenen uitgevoerd.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er zijn geen gegevens over het gebruik van tecovirimat bij zwangere vrouwen.
Dieronderzoek heeft onvoldoende gegevens opgeleverd wat betreft reproductietoxiciteit (zie
rubriek 5.3).
Tecovirimat wordt niet aanbevolen voor gebruik tijdens de zwangerschap.
Borstvoeding
Het is niet bekend of tecovirimat/metabolieten in de moedermelk wordt/worden uitgescheiden.
Uit beschikbare toxicologische/veiligheidsgegevens bij dieren blijkt dat tecovirimat in melk wordt
uitgescheiden (zie rubriek 5.3).
Risico voor pasgeborenen/zuigelingen kan niet worden uitgesloten.
Borstvoeding moet worden gestaakt tijdens behandeling met tecovirimat.
Vruchtbaarheid
De effecten van tecovirimat op de vruchtbaarheid bij de mens zijn niet onderzocht.
Tecovirimat veroorzaakte een verminderde vruchtbaarheid als gevolg van testiculaire toxiciteit bij
mannelijke muizen (zie rubriek 5.3).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Tecovirimat heeft geringe invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om machines te bedienen.
Patiënten moeten worden geïnformeerd over het mogelijk optreden van duizeligheid en moeten
worden gewaarschuwd voorzichtig te zijn bij het besturen van voertuigen of het bedienen van
machines totdat ze weten welke invloed tecovirimat op hen heeft.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest frequent gemelde bijwerkingen waren hoofdpijn (12,3%) en misselijkheid (4,5%).
Samenvatting van bijwerkingen in tabelvorm
Bijwerkingen worden gerangschikt volgens systeem/orgaanklasse en frequentie. De
frequentiecategorieën zijn als volgt gedefinieerd: zeer vaak (≥ 1/10), vaak (≥ 1/100, < 1/10), soms
(≥ 1/1.000, < 1/100), zelden (≥ 1/10.000, < 1/1.000), zeer zelden (< 1/10.000) en niet bekend (kan met
de beschikbare gegevens niet worden bepaald).
7
Tabel 3:
onderzoeken
Frequentie van bijwerkingen volgens systeem/orgaanklasse in klinische
Systeem/orgaanklasse
Bloed- en
lymfestelselaandoeningen
Zeer vaak
Vaak
Voedings- en
stofwisselingsstoornissen
Lever- en galaandoeningen
Psychische stoornissen
Soms
Hematocriet verlaagd
Hemoglobine verlaagd
Leukopenie
Trombocytopenie
Verminderde eetlust
Gestegen leverfunctietests
Angst
Depressie
Dysforie
Prikkelbaarheid
Paniekaanval
Stoornis van aandacht
Dysgeusie
Elektro-encefalogram
abnormaal
Insomnia
Migraine
Somnolentie
Paresthesie
Hartfrequentie verhoogd
Hartkloppingen
Orofaryngeale pijn
Abdominale distensie
Afte
Gekloofde lippen
Constipatie
Droge mond
Dyspepsie
Oprisping
Winderigheid
Gastro-oesofageale
refluxziekte
Infrequente stoelgang
Paresthesie van de mond
Palpabele purpura
Pruritus gegeneraliseerd
Huiduitslag
Rash pruritus
Artralgie
Osteoartritis
Koude rillingen
Vermoeidheid
Zich zenuwachtig voelen
Malaise
Pijn
Pyrexie
Dorst
Zenuwstelselaandoeningen
Hoofdpijn
Duizeligheid
Hartaandoeningen
Ademhalingsstelsel-, borstkas-
en mediastinumaandoeningen
Maagdarmstelselaandoeningen
Bovenbuikpijn
Abdominaal
ongemak
Diarree
Misselijkheid
Braken
Huid- en
onderhuidaandoeningen
Skeletspierstelsel- en
bindweefselaandoeningen
Algemene aandoeningen en
toedieningsplaatsstoornissen
Pediatrische patiënten
Tecovirimat is niet onderzocht bij pediatrische patiënten.
8
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
In geval van overdosering moeten patiënten worden gecontroleerd op klachten of verschijnselen van
bijwerkingen. Bij patiënten met een overdosering zal hemodialyse tecovirimat niet in significante mate
verwijderen.
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: antiviraal middel voor systemisch gebruik, andere antivirale
middelen, ATC-code: J05AX24.
Werkingsmechanisme
Tecovirimat remt de werking van het orthopoxviruseiwit VP37, dat gecodeerd wordt door een sterk
geconserveerd gen in alle leden van het genus orthopoxvirus. Tecovirimat blokkeert de interactie van
VP37 met cellulair Rab9-GTPase en TIP47, waardoor het de vorming voorkomt van omhulde virionen
die kunnen vrijkomen en die nodig zijn voor de verspreiding van het virus van cel naar cel en over
lange afstand.
Werking in celculturen
In celcultuurtests waren de werkzame concentraties tecovirimat die het door het virus veroorzaakte
cytopathisch effect met 50% verminderden (EC
50
) respectievelijk 0,016-0,067 μM, 0,014-0,039 µM,
0,015 µM en 0,009 µM voor het pokkenvirus, apenpokkenvirus, konijnenpokkenvirus en
vacciniavirus.
Resistentie
Er zijn geen bekende gevallen van natuurlijk voorkomende orthopoxvirussen die resistent waren tegen
tecovirimat, hoewel resistentie tegen tecovirimat kan ontstaan onder selectiedruk als gevolg van
geneesmiddelen. Tecovirimat heeft een relatief lage resistentiebarrière en bepaalde
aminozuurvervangingen in het doeleiwit VP37 kunnen sterke verminderingen van de antivirale
werking van tecovirimat teweegbrengen. De mogelijkheid van resistentie tegen tecovirimat moet
worden overwogen bij patiënten die niet op de behandeling reageren of bij wie een recrudescentie van
de ziekte ontstaat na een initiële periode van respons.
Niet-klinische werkzaamheid
Onderzoeken naar de werkzaamheid zijn uitgevoerd bij cynomolgusmakaken geïnfecteerd met het
apenpokkenvirus en witte Nieuw-Zeelanderkonijnen (NZW-konijnen) geïnfecteerd met het
konijnenpokkenvirus. In deze onderzoeken was de overleving het primaire eindpunt voor de
werkzaamheid. In onderzoeken met niet-humane primaten kregen cynomolgusmakaken een
intraveneuze letale challenge met 5 x 10
7
plaquevormende eenheden van het apenpokkenvirus.
Tecovirimat werd gedurende 14 dagen eenmaal daags oraal toegediend met een dosisniveau van
10 mg/kg, beginnend op dag 4, 5 of 6 na de challenge. In onderzoeken met konijnen kregen
NZW-konijnen een intradermale letale challenge met 1 000 plaquevormende eenheden van het
9
konijnenpokkenvirus. Tecovirimat werd gedurende 14 dagen eenmaal daags oraal toegediend met een
dosisniveau van 40 mg/kg, beginnend op dag 4 na de challenge. De timing van de toediening van
tecovirimat in deze onderzoeken was gericht op het beoordelen van de werkzaamheid wanneer de
behandeling wordt ingesteld nadat dieren klinische tekenen van ziekte hebben ontwikkeld, meer
bepaald dermale pokkenlaesies bij cynomolgusmakaken en koorts bij konijnen. Bij sommige dieren
waren klinische tekenen van ziekte zichtbaar op dag 2-3 na de challenge, terwijl deze bij alle dieren
zichtbaar waren op dag 4 na de challenge. In elk model werd bij de onbehandelde dieren de overleving
gedurende 3-6 maal de gemiddelde tijd tot overlijden gemonitord.
Behandeling met tecovirimat gedurende 14 dagen resulteerde in een statistisch significante verbetering
van de overleving in vergelijking met placebo, behalve wanneer de behandeling bij
cynomolgusmakaken werd ingesteld op dag 6 na de challenge (tabel 4).
Tabel 4:
Overlevingspercentages in onderzoeken naar de behandeling met tecovirimat bij
cynomolgusmakaken en NZW-konijnen die klinische tekenen van
orthopoxvirusziekte vertoonden
Aanvang
Overlevingspercentage
van de
(aantal overlevenden/n)
behandeling Placebo
Tecovirimat
a
p-waarde
b
Verschil in
overlevingspercentage
c
(95%-BI)
d
Cynomolgusmakaken
Onderzoek 1 Dag 4
0% (0/7)
80% (4/5)
0,0038
80% (20,8%; 99,5%)
Onderzoek 2 Dag 4
0% (0/6)
100% (6/6)
0,0002
100% (47,1%; 100%)
Onderzoek 3 Dag 4
0% (0/3)
83% (5/6)
0,0151
83% (7,5%; 99,6%)
Dag 5
83% (5/6)
0,0151
83% (7,5%; 99,6%)
Dag 6
50% (3/6)
0,1231
50% (-28,3%; 90,2%)
NZW-konijnen
Onderzoek 4 Dag 4
0% (0/10) 90% (9/10)
< 0,0001 90% (50,3%; 99,8%)
e
Onderzoek 5 Dag 4
NVT
88% (7/8)
NVT
NVT
a
Dag na de challenge waarop behandeling met tecovirimat werd ingesteld.
b
p-waarde afkomstig van eenzijdige Boschloo-test (met Berger-Boos modificatie van
gamma = 0,000001) vergeleken met placebo.
c
Overlevingspercentage bij met tecovirimat behandelde dieren min het
overlevingspercentage bij met placebo behandelde dieren.
d
Exact 95%-betrouwbaarheidsinterval gebaseerd op de scorestatistiek van het verschil in
overlevingspercentages.
e
In dit onderzoek werd geen placebo-controlegroep geïncludeerd.
SLEUTEL:
NVT = niet van toepassing
Farmacokinetische/farmacodynamische relatie
De farmacokinetische/farmacodynamische modellen met niet-humane primaten (NHP) en konijnen
werden ontwikkeld om de blootstelling-responsrelatie vast te stellen tussen behandeling met
tecovirimat en overleving. Vervolgens werden de dosis en het doseringsschema voor de mens
geselecteerd om blootstellingen te bereiken die hoger liggen dan de blootstellingen die worden bereikt
met de volledige effectieve dosis bij dieren. Analyse van de farmacokinetische/farmacodynamische
modellen toont aan dat de minimale plasmaconcentratie (C
min
) en de AUC de meest voorspellende
farmacokinetische parameters zijn voor de werkzaamheid van het geneesmiddel.
Pediatrische patiënten
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten tot uitstel van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met tecovirimat in een of meerdere subgroepen van
pediatrische patiënten voor de behandeling van orthopoxvirusziekte (pokken, apenpokken, koepokken
en vaccinia) (zie rubriek 4.2 voor informatie over pediatrisch gebruik).
10
Dit geneesmiddel is geregistreerd onder ‘uitzonderlijke voorwaarden’. Dit betekent dat om ethische
redenen het niet mogelijk was om volledige informatie over dit geneesmiddel te verkrijgen. Het
Europees Geneesmiddelenbureau zal alle nieuwe informatie die beschikbaar kan komen, ieder jaar
beoordelen en deze SmPC zal zo nodig aangepast worden met de beschikbare informatie van het
referentiegeneesmiddel.
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie
Tecovirimat bereikt maximale plasmaconcentraties 4 tot 6 uur na orale toediening met voedsel.
Toediening van tecovirimat bij een maaltijd met een matig vet- en caloriegehalte (~ 600 calorieën en
~ 25 gram vet) verhoogde de blootstelling aan het geneesmiddel (AUC) met 39%, vergeleken met
inname van tecovirimat in nuchtere (niet-gevoede) toestand.
Distributie
Tecovirimat wordt voor 77,3-82,2% gebonden aan humane plasma-eiwitten. Na een enkelvoudige
dosis [
14
C]-tecovirimat van 600 mg bij gezonde proefpersonen waren de concentraties totale
radioactiviteit in volbloed op elk meetpunt lager dan in plasma, met verhoudingen van volbloed tot
plasma variërend tussen 0,62-0,90 voor alle meetpunten. Tecovirimat heeft een hoog distributievolume
(1 356 liter).
Biotransformatie
Op basis van onderzoeken bij de mens wordt tecovirimat gemetaboliseerd tot de metabolieten M4 (N-
{3,5-dioxo-4-azatetracyclo[5.3.2.0{2,6}.0{8,10}]dodec-11-en-4-yl}amine), M5 (3,5-dioxo-4-
aminotetracyclo[5.3.2.0{2,6}.0{8,10}]dodec-11-een) en TFMBA (4-(trifluoromethyl)benzoëzuur).
Geen van deze metabolieten is farmacologisch werkzaam.
Tecovirimat is een substraat van UGT1A1 en UGT1A4. In de urine waren het primaire
glucuronideconjugaat van tecovirimat en het M4-glucuronideconjugaat de meest voorkomende
bestanddelen met een gemiddelde van respectievelijk 24,4% en 30,3% van de dosis. Geen van de
glucuronideconjugaten werd echter teruggevonden als een belangrijke metaboliet in plasma.
Eliminatie
Na een enkelvoudige dosis [
14
C]-tecovirimat bij gezonde proefpersonen werd ongeveer 95% van de
[
14
C]-radioactiviteit teruggevonden in de urine en de feces gedurende de periode van 192 uur na
toediening van de dosis. Daarbij werd ongeveer 73% van de toegediende [
14
C]-radioactiviteit
teruggevonden in de urine en 23% in de feces, wat erop wijst dat de renale route de belangrijkste
uitscheidingsroute is. De renale excretie van het moedergeneesmiddel was minimaal en bedroeg
minder dan 0,02%. Het grootste deel van het geneesmiddel dat via het renaal systeem wordt
uitgescheiden, is in glucuronide vorm. In de feces werd voornamelijk onveranderd tecovirimat
uitgescheiden. De terminale halfwaardetijd van tecovirimat bedroeg 19,3 uur.
Lineariteit/non-lineariteit
Tecovirimat vertoont een lineaire farmacokinetiek over een dosisbereik van 100-600 mg.
Speciale populaties
Bij gezonde proefpersonen werden geen klinisch significante verschillen in de farmacokinetiek van
tecovirimat waargenomen op basis van leeftijd, geslacht of ras.
11
Nierfunctiestoornis
Bij proefpersonen met een nierfunctiestoornis (gebaseerd op de geschatte GFR) werden geen klinisch
significante verschillen in de farmacokinetiek van tecovirimat waargenomen.
Leverfunctiestoornis
Bij proefpersonen met een lichte, matige of ernstige leverfunctiestoornis (gebaseerd op de
Child-Pugh-scores A, B of C) werden geen klinisch significante verschillen in de farmacokinetiek van
tecovirimat waargenomen. Het is echter mogelijk dat patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis
hogere concentraties ongebonden geneesmiddel en metabolieten kunnen hebben (zie rubriek 4.2
en 5.2).
Pediatrische patiënten
De farmacokinetiek van tecovirimat is niet onderzocht bij pediatrische patiënten. Op basis van een
farmacokinetisch populatiemodel en een simulatie wordt verwacht dat het aanbevolen pediatrische
doseringsschema voor personen met een lichaamsgewicht van ten minste 13 kg zal leiden tot een
blootstelling die vergelijkbaar is met de blootstelling bij volwassen personen in de leeftijd van
18 tot 50 jaar.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Effecten bij niet-klinische onderzoeken werden uitsluitend waargenomen na blootstelling die geacht
wordt hoger te liggen dan het maximale niveau waaraan de mens wordt blootgesteld, zodat deze
weinig relevant zijn voor klinische doeleinden.
De niet-klinische veiligheid werd onderzocht in 28 dagen en 3 maanden durende onderzoeken bij
respectievelijk muizen en apen. De C
max
-blootstellingen op het 'no-observed-adverse-effect-level'
(NOAEL) in de toxicologieonderzoeken vergeleken met de humane C
max
na toediening van de
aanbevolen dosis voor de mens hebben veiligheidsmarges van 23 gebaseerd op muizen en 2,5
gebaseerd op apen. De hond is een diersoort die gevoeliger is voor tecovirimat en werd getest na een
enkelvoudige dosis of herhaalde doses. Zes uur na een enkelvoudige dosis van 300 mg/kg ontstonden
bij één hond convulsies (tonisch en clonisch), waarbij een elektro-encefalografie (EEG) epileptische
activiteit aantoonde. Deze dosis veroorzaakte bij de hond een C
max
die ongeveer 4 maal hoger was dan
de hoogste C
max
bij de mens na toediening van de aanbevolen dosis voor de mens. Bij honden werd het
NOAEL bepaald op 30 mg/kg met een C
max
-veiligheidsmarge van 1 na toediening van de aanbevolen
dosis voor de mens.
Er is geen onderzoek naar de carcinogeniteit van tecovirimat uitgevoerd.
Tecovirimat was niet genotoxisch in
vitro
of
in vivo
uitgevoerde tests.
In een onderzoek naar vruchtbaarheid en vroege embryonale ontwikkeling bij muizen werden geen
effecten van tecovirimat op de vrouwelijke vruchtbaarheid waargenomen bij blootstellingen aan
tecovirimat (AUC) die ongeveer 24 maal hoger waren dan het niveau waaraan de mens wordt
blootgesteld bij toediening van de aanbevolen dosis voor de mens. In een onderzoek naar
vruchtbaarheid en vroege embryonale ontwikkeling bij muizen werden geen biologisch betekenisvolle
effecten van tecovirimat op de mannelijke of de vrouwelijke vruchtbaarheid waargenomen bij
blootstellingen aan tecovirimat (AUC) die ongeveer 24 maal hoger waren dan het niveau waaraan de
mens wordt blootgesteld bij toediening van de aanbevolen dosis voor de mens.
Onderzoek naar reproductietoxiciteit is uitgevoerd bij muizen en konijnen. Op basis van
proefonderzoeken was de hoogste dosis die geselecteerd werd voor het definitieve onderzoek bij
konijnen 100 mg/kg en bij muizen 1 000 mg/kg. Er werd geen embryonale/foetale toxiciteit
waargenomen bij konijnen na doses tot 100 mg/kg/dag (0,4 maal het niveau waaraan de mens wordt
blootgesteld bij toediening van de aanbevolen dosis voor de mens) en er werd geen embryonale/foetale
toxiciteit waargenomen bij muizen na doses tot 1 000 mg/kg/dag (ongeveer 23 maal hoger dan het
niveau waaraan de mens wordt blootgesteld bij toediening van de aanbevolen dosis voor de mens).
12
Er werd geen embryonale/foetale toxiciteit waargenomen na doses tot 100 mg/kg/dag bij konijnen
(0,4 maal de blootstelling bij de mens na toediening van de aanbevolen dosis voor de mens). Bij
konijnen werd maternale toxiciteit vastgesteld na 100 mg/kg/dag, waarbij onder meer het
lichaamsgewicht daalde en sterfte optrad.
Uit beschikbare toxicologische/veiligheidsgegevens bij dieren blijkt dat tecovirimat in melk wordt
uitgescheiden. In een lactatieonderzoek met doses tot 1 000 mg/kg/dag werden gemiddelde melk-
plasmaverhoudingen van tecovirimat tot ongeveer 0,8 waargenomen 6 en 24 uur na orale toediening
bij muizen op lactatiedag 10 of 11.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Inhoud capsule
Siliciumdioxide, hydrofoob, colloïdaal
Croscarmellosenatrium (E468)
Hypromellose (E464)
Lactosemonohydraat
Magnesiumstearaat
Cellulose, microkristallijn (E460)
Natriumlaurylsulfaat (E487)
Omhulsel capsule
Gelatine
Briljantblauw FCF (E133)
Erythrosine (E127)
Zonnegeel (E110)
Titaandioxide (E171)
Drukinkt
Schellak (E904)
Titaandioxide (E171)
Isopropylalcohol
Ammoniumhydroxide (E527)
Butylalcohol
Propyleenglycol
Simeticon
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3
5 jaar.
Capsules die geopend en gemengd zijn met voedsel of vloeistoffen moeten binnen 30 minuten worden
ingenomen (zie rubriek 6.6).
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Bewaren beneden 25 °C.
13
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Voor de bewaarcondities van het geneesmiddel na het mengen, zie rubriek 6.3.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Flessen van polyethyleen met hoge dichtheid (HDPE) met een kindveilige dop van polypropyleen.
Verpakkingsgrootte van 84 (2 flessen van 42) harde capsules.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
SIGA Technologies Netherlands B.V.
Prinsenhil 29,
Breda 4825 AX,
Nederland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/21/1600/001
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning:
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
14
BIJLAGE II
A.
B.
FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN
VAN LEVERING EN GEBRUIK
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN
WORDEN NAGEKOMEN
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET
BETREKKING TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND
GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
SPECIFIEKE VERPLICHTINGEN WAARAAN NA
TOEKENNING VAN EEN VERGUNNING ONDER
UITZONDERLIJKE VOORWAARDEN MOET WORDEN
VOLDAAN
C.
D.
E.
15
A.
FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte
Millmount Healthcare Limited
Block-7, City North Business Campus,
Stamullen
Co. Meath
K32 YD60
Ierland
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel.
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst
met Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7
van Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het
Europese webportaal voor geneesmiddelen.
De vergunninghouder zal het eerste periodieke veiligheidsverslag voor dit geneesmiddel binnen
6 maanden na toekenning van de vergunning indienen.
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in
module 1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen
RMP-aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico’s of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico’s tot een minimum) is bereikt.
E.
SPECIFIEKE VERPLICHTINGEN WAARAAN NA TOEKENNING VAN EEN
VERGUNNING ONDER UITZONDERLIJKE VOORWAARDEN MOET WORDEN
VOLDAAN
Dit is een vergunning onder uitzonderlijke voorwaarden en overeenkomstig artikel 14, lid 8 van
Verordening (EG) nr. 726/2004 moet de vergunninghouder binnen het vastgestelde tijdschema de
volgende verplichtingen nakomen:
16
Beschrijving
Studies uitgevoerd na verlening van de handelsvergunning waarbij
het geneesmiddel wordt gebruikt zoals vastgesteld bij verlening van
de handelsvergunning (non-interventional post-authorisation study):
Specifieke verplichting 1 (SOB 1). SIGA-246-021: Een
observationeel fase 4-veldonderzoek ter beoordeling van de
veiligheid en het klinisch voordeel bij met TPOXX® (tecovirimat)
behandelde patiënten na blootstelling aan het variolavirus en
klinische diagnose van pokken
Om de werkzaamheid en de veiligheid van tecovirimat bij de
behandeling van de pokken verder te beoordelen moet de
vergunninghouder bij een uitbraak van pokken (volgens het
protocol) het open-label veldonderzoek SIGA-246-021 uitvoeren en
de resultaten ervan indienen.
Uiterste datum
Te verstrekken bij de
jaarlijkse herbeoordeling en
niet later dan 12 maanden
na de laatste toediening van
tecovirimat voor de
behandeling van pokken of
bij de laatste
gegevensverzameling in
geval van een
retrospectieve
gegevensverzameling
17
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
18
A. ETIKETTERING
19
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
OMDOOS
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Tecovirimat SIGA 200 mg harde capsules
tecovirimat
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke harde capsule bevat 200 mg tecovirimat (als monohydraat)
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat lactose en zonnegeel (E110). Zie de bijsluiter voor meer informatie
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
84 (2 flessen van 42) harde capsules.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Oraal gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 25 °C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
20
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
SIGA Technologies Netherlands B.V.
Prinsenhil 29,
Breda 4825 AX,
Nederland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/21/1600/001
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Tecovirimat
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC:
SN:
NN:
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
21
GEGEVENS DIE OP DE PRIMAIRE VERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
FLES
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Tecovirimat SIGA 200 mg capsules
tecovirimat
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke capsule bevat 200 mg tecovirimat (als monohydraat)
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat lactose en zonnegeel (E110). Zie de bijsluiter voor meer informatie
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
42 harde capsules.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Oraal gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 25 °C
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
22
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
SIGA Technologies Netherlands B.V.
Prinsenhil 29,
Breda 4825 AX,
Nederland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/21/1600/001
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
23
B. BIJSLUITER
24
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Tecovirimat SIGA 200 mg harde capsules
tecovirimat
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
-
-
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is Tecovirimat SIGA en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe neemt u dit middel in?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Tecovirimat SIGA en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Tecovirimat SIGA bevat de werkzame stof tecovirimat.
Tecovirimat SIGA wordt gebruikt voor de behandeling van virale infecties, zoals pokken, apenpokken
en koepokken bij volwassenen en kinderen die ten minste 13 kg wegen.
Tecovirimat SIGA wordt ook gebruikt voor de behandeling van complicaties van pokkenvaccins.
Tecovirimat SIGA werkt door de verspreiding van het virus te stoppen. Hierdoor helpt het uw lichaam
om bescherming op te bouwen tegen het virus totdat u beter bent.
2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel inneemt in de volgende situatie:
-
Als uw immuunsysteem niet goed werkt (immuundeficiëntie) of als u geneesmiddelen inneemt
die het immuunsysteem verzwakken (zoals een hoge dosis corticosteroïden, immunosuppressiva
of geneesmiddelen tegen kanker).
-
Als uw lever of nieren niet goed werken.
25
Kinderen die minder dan 13 kg wegen
Dit geneesmiddel mag niet worden toegediend aan kinderen die minder dan 13 kg wegen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Tecovirimat SIGA nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan aan
uw arts. Vertel het uw arts als u een van de volgende geneesmiddelen gebruikt:
repaglinide (een middel dat wordt gebruikt om de bloedsuikerspiegel te behandelen bij diabetes)
omeprazol, lansoprazol of rabeprazol (wordt gebruikt om maagzweren of brandend maagzuur te
behandelen)
midazolam (een middel dat wordt gebruikt om mensen slaperig te maken vóór een operatie)
bupropion (een middel dat wordt gebruikt om een depressie te behandelen)
atorvastatine (een middel dat wordt gebruikt om hoge cholesterol te behandelen)
flurbiprofen (een middel dat wordt gebruikt om pijn te behandelen)
methadon (een middel dat wordt gebruikt om pijn of ontwenningsverschijnselen van
verdovende middelen te behandelen)
darunavir, maraviroc of rilpivirine (wordt gebruikt om hiv-infectie te behandelen)
sildenafil, tadalafil of vardenafil (wordt gebruikt om erectiestoornissen te behandelen)
voriconazol (een middel dat wordt gebruikt om schimmelinfecties te behandelen)
tacrolimus (een middel dat wordt gebruikt om het immuunsysteem te onderdrukken)
Wanneer Tecovirimat SIGA met een van deze middelen wordt gebruikt, kan het zijn dat uw
geneesmiddelen niet goed meer werken of dat bijwerkingen verergeren. Het kan nodig zijn dat uw arts
u een ander geneesmiddel geeft of de dosis van het geneesmiddel dat u gebruikt, aanpast. De lijst
hierboven is geen volledige lijst van middelen die uw arts mogelijk moet wijzigen.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts
voordat u dit geneesmiddel gebruikt. Tecovirimat SIGA wordt niet aanbevolen voor gebruik tijdens de
zwangerschap.
Het is niet bekend of Tecovirimat SIGA in de moedermelk wordt uitgescheiden. Borstvoeding wordt
niet aanbevolen voor gebruik tijdens de zwangerschap. Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding
geven? Neem dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Bestuur geen voertuigen en gebruik geen machines als u zich duizelig voelt.
Tecovirimat SIGA bevat lactose en zonnegeel (E110)
-
Tecovirimat SIGA bevat lactose. Indien uw arts u heeft meegedeeld dat u bepaalde suikers niet
verdraagt, neem dan contact op met uw arts voordat u dit middel inneemt.
Dit geneesmiddel bevat ook zonnegeel (E110), een kleurstof. Dit kan allergische reacties
veroorzaken.
-
3.
Hoe neemt u dit middel in?
Neem dit geneesmiddel altijd in precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
26
Volwassenen en kinderen die ten minste 13 kg wegen
De aanbevolen doseringen worden beschreven in de tabel hieronder.
Lichaamsgewicht
13 kg tot 25 kg
Dosis
Eén capsule Tecovirimat SIGA 200 mg om de 12 uur gedurende
14 dagen
(200 mg tweemaal per dag)
Twee capsules Tecovirimat SIGA 200 mg om de 12 uur gedurende
14 dagen
(400 mg tweemaal per dag)
Drie capsules Tecovirimat SIGA 200 mg om de 12 uur gedurende
14 dagen (600 mg tweemaal per dag)
25 kg tot 40 kg
40 kg en meer
Wijze van toediening
Tecovirimat SIGA moet worden ingenomen binnen 30 minuten na een maaltijd met een matig of hoog
calorie- en vetgehalte.
Volwassenen en kinderen die het moeilijk vinden om capsules door te slikken
Voor patiënten die niet in staat zijn om de capsules door te slikken, kan de arts aanraden om de harde
capsules te openen en de inhoud te mengen met 30 ml vloeistof (bijv. melk, chocolademelk) of zacht
voedsel (bijv. appelmoes, yoghurt).
Was en droog uw handen vóór en na de bereiding. Open de capsule voorzichtig zodat de inhoud niet
gemorst wordt of in de lucht ontsnapt. Houd de capsule met het kapje naar boven en trek het kapje van
de capsuleromp af. Gebruik een klein potje om te mengen. Meng de volledige inhoud van de capsule
met 30 ml vloeistof (bijv. melk) of zacht voedsel (bijv. yoghurt). Het mengsel moet worden
ingenomen binnen 30 minuten na het mengen en binnen 30 minuten na een maaltijd.
De aanbevolen dosering voor kinderen en volwassenen en de bereidingsinstructies worden in de tabel
hieronder weergegeven.
Lichaams-
gewicht
13 kg tot
25 kg
Dosis
Tecovirimat
200 mg
Hoeveelheid Aantal
vloeistof of
capsules
zacht voedsel
2 eetlepels
1 capsule
Tecovirimat
Instructies voor het mengen van
voedsel met tecovirimat
Meng de volledige inhoud van 1
capsule Tecovirimat met
2 eetlepels vloeistof of zacht
voedsel.
Meng de volledige inhoud van
2 capsules Tecovirimat met
2 eetlepels vloeistof of zacht
voedsel.
Meng de volledige inhoud van
3 capsules Tecovirimat met
2 eetlepels vloeistof of zacht
voedsel.
25 kg tot
40 kg
400 mg
2 eetlepels
2 capsules
Tecovirimat
40 kg en
meer
600 mg
2 eetlepels
3 capsules
Tecovirimat
Heeft u te veel van dit middel ingenomen?
Laat het uw arts weten als u te veel capsules Tecovirimat SIGA heeft ingenomen, zodat uw arts u kan
controleren op klachten of verschijnselen van bijwerkingen.
27
Bent u vergeten dit middel in te nemen?
Bent u een dosis vergeten in te nemen? Sla die dosis dan over en ga door met uw volgende geplande
dosis. Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen.
Als u stopt met het innemen van dit middel kunnen uw klachten terugkeren of verergeren
Stop niet met het innemen van dit middel voordat u de kuur heeft voltooid, of zonder dit eerst met uw
arts of apotheker te bespreken.
Als u moet overgeven na het innemen van dit middel
Als u binnen 30 minuten na het innemen van dit middel moet overgeven, kunt u onmiddellijk een
andere dosis innemen. Als u meer dan 30 minuten na het innemen van het middel moet overgeven,
neemt u geen andere dosis in en gaat u door met uw volgende geplande dosis.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts of
apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Neem contact op met uw arts of apotheker als u een van de volgende bijwerkingen krijgt. Dit geldt ook
voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan.
Bijwerkingen die zeer vaak voorkomen
(bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
Hoofdpijn
Bijwerkingen die vaak voorkomen
(bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
Duizeligheid
Misselijkheid of overgeven
Diarree
Buikpijn
Bijwerkingen die soms voorkomen
(bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
Verminderde eetlust
Verhoogde leverenzymen
Depressie of angst
Prikkelbaarheid
Depressie
Paniekaanvallen
Migraine
Zich moe of slaperig voelen of niet kunnen slapen
Zich niet kunnen concentreren of een korte aandachtsspanne hebben
Smaakstoornissen
Tintelingen of een doof gevoel in handen, voeten of mond
Pijn in de mond
Verstopping (constipatie)
Veel winden laten (flatulentie)
Het verteren van eten in uw lichaam gaat niet goed (indigestie) of uw maag is van streek
Onbehaaglijk gevoel in de buik of opgezwollen buik
Droge mond
Droge of gekloofde lippen
28
Zweertjes in de mond
Boeren
Brandend maagzuur
Jeuk of huiduitslag (galbulten)
Pijn of stijfheid van de gewrichten
Koorts
Koude rillingen
U voelt zich ziek of u voelt zich niet lekker (malaise)
Pijn
Dorstig gevoel
Als u een scan van de elektrische activiteit van uw hersenen laat maken, een zogenaamde
elektro-encefalografie, kan deze abnormale waarden van de elektrische activiteit van de
hersenen aantonen.
Als u een bloedonderzoek laat doen, kan daaruit blijken dat u minder rode bloedcellen of witte
bloedcellen of bloedplaatjes heeft dan normaal.
Verhoogde hartslag (tachycardie) of een onregelmatige hartslag
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste gebruiksdatum. Die vindt u op de fles na EXP. Daar
staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Bewaren beneden 25 °C.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat de capsule gebroken of op enige wijze beschadigd is.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de wc en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert, worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
-
De werkzame stof in dit middel is tecovirimatmonohydraat en komt overeen met 200 mg
tecovirimat.
De andere stoffen in dit middel zijn:
Capsulekern: colloïdaal siliciumdioxide, croscarmellosenatrium (E468), hypromellose (E464),
lactosemonohydraat, magnesiumstearaat, microkristallijne cellulose (E460) en
natriumlaurylsulfaat (E487).
Capsuleomhulsel: gelatine, briljantblauw FCF (E133), erythrosine (E127), zonnegeel (E110) en
titaandioxide (E171).
29
Drukinkt: schellak (E904), titaandioxide (E171), isopropylalcohol, ammoniumhydroxide
(E 527), butylalcohol, propyleenglycol en simeticon.
Hoe ziet Tecovirimat SIGA eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
-
-
Tecovirimat SIGA zijn oranje en zwarte capsules met de opdruk ‘SIGA®’ en ‘ST-246’ in witte
inkt. De capsules zijn 21,7 millimeter lang en hebben een diameter van 7,64 millimeter.
Tecovirimat SIGA is verkrijgbaar in een verpakking met 84 (2 flessen van 42) capsules.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
SIGA Technologies Netherlands B.V.
Prinsenhil 29,
Breda 4825 AX,
Nederland
Fabrikant
Millmount Healthcare Limited
Block-7, City North Business Campus,
Stamullen
Co. Meath
K32 YD60
Ierland
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Dit geneesmiddel is geregistreerd met als kanttekening dat er uitzonderlijke voorwaarden waren. Het
was tijdens de registratie niet mogelijk om volledige informatie over dit geneesmiddel te verkrijgen
om ethische redenen.
Het Europees Geneesmiddelenbureau zal ieder jaar mogelijke nieuwe informatie over het
geneesmiddel beoordelen. Als dat nodig is, zal deze bijsluiter worden aangepast.
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
30
BIJLAGE IV
CONCLUSIES VAN HET EUROPEES GENEESMIDDELENBUREAU MET BETREKKING
TOT HET VERLENEN VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
ONDER UITZONDERLIJKE OMSTANDIGHEDEN
31
Conclusies van het Europees Geneesmiddelenbureau met betrekking tot:
Vergunning voor het in de handel brengen onder uitzonderlijke omstandigheden
Na bestudering van de aanvraag voor de handelsvergunning is het CHMP van mening dat de
baten/risicobalans gunstig is en dat een vergunning voor het in de handel brengen onder uitzonderlijke
omstandigheden kan worden verleend, zoals toegelicht in het Europees openbaar beoordelingsrapport.
32

BIJLAGE I

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht
alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van bijwerkingen.

1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Tecovirimat SIGA 200 mg harde capsules

2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke harde capsule bevat tecovirimatmonohydraat overeenkomend met 200 mg tecovirimat.
Hulpstof(fen) met bekend effect
Elke capsule bevat 31,5 mg lactose (als monohydraat) en 0,41 mg zonnegeel (E 110).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Harde capsule (capsule)
Ondoorzichtige gelatinecapsules met een oranje romp en zwart kapje die een wit tot gebroken wit
poeder bevatten. De romp is bedrukt met `SIGA' en het SIGA-logo (een gebogen driehoek met letters
erin) gevolgd door `®' in witte inkt. Het kapje is bedrukt met `ST-246®' in witte inkt. De capsules zijn
21,7 millimeter lang en hebben een diameter van 7,64 millimeter.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties
Tecovirimat SIGA is geïndiceerd voor de behandeling van de volgende virale infecties bij
volwassenen en kinderen met een lichaamsgewicht van ten minste 13 kg:
o
pokken
o
apenpokken
o
koepokken
Tecovirimat SIGA is ook geïndiceerd voor de behandeling van complicaties als gevolg van replicatie
van het vacciniavirus na vaccinatie tegen pokken bij volwassenen en kinderen met een
lichaamsgewicht van ten minste 13 kg (zie rubriek 4.4 en 5.1).
Tecovirimat SIGA dient te worden gebruikt overeenkomstig officiële aanbevelingen.
4.2 Dosering en wijze van toediening

Dosering
De behandeling met Tecovirimat moet zo snel mogelijk na de diagnose worden ingesteld (zie
rubriek 4.1).

Volwassenen en kinderen van ten minste 13 kg

De aanbevolen doses worden beschreven in tabel 1.
Aanbevolen dosis volgens lichaamsgewicht

Lichaamsgewicht
Dosering
Aantal capsules
13 kg tot 25 kg
200 mg om de 12 uur gedurende Eén capsule Tecovirimat 200 mg
14 dagen
25 kg tot 40 kg
400 mg om de 12 uur gedurende Twee capsules Tecovirimat 200 mg
14 dagen
40 kg en meer
600 mg om de 12 uur gedurende Drie capsules Tecovirimat 200 mg
14 dagen
Herdosering bij braken
In geval van braken binnen 30 minuten na de inname van harde capsules met tecovirimat kan
onmiddellijk een tweede dosis worden toegediend. In geval van braken meer dan 30 minuten na
inname van harde capsules met tecovirimat mag er geen extra dosis worden gegeven en moet de
dosering na 12 uur worden hervat zoals gewoonlijk.
Speciale populaties
Ouderen
Er is geen dosisaanpassing vereist (zie rubriek 5.2).
Nierfunctiestoornis
Er is geen dosisaanpassing vereist (zie rubriek 5.2).
Leverfunctiestoornis
Er is geen dosisaanpassing vereist (zie rubriek 5.2).
Pediatrische patiënten
Tecovirimat mag niet worden toegediend aan kinderen met een lichaamsgewicht van minder dan
13 kg. Er is geen doseringsadvies vastgesteld.
Wijze van toediening
Oraal gebruik.
Tecovirimat harde capsules moeten binnen 30 minuten na een maaltijd met een matig of hoog
vetgehalte worden ingenomen (zie rubriek 5.2).
Voor patiënten die Tecovirimat harde capsules niet kunnen doorslikken, kunnen de capsules geopend
worden en kan de inhoud met ongeveer 30 ml vloeistof (bijv. melk) of zacht voedsel (bijv. yoghurt)
worden gemengd en binnen 30 minuten na de maaltijd worden doorgeslikt (zie rubriek 5.2 en 6.3).

4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik

Gelijktijdige toediening van andere geneesmiddelen
Gelijktijdige toediening van repaglinide en tecovirimat kan lichte tot matige hypoglykemie
veroorzaken (zie rubriek 4.5). Wanneer tecovirimat met repaglinide wordt toegediend, moet de
bloedglucose worden gemonitord en moet er gecontroleerd worden op symptomen van hypoglykemie.
Gelijktijdige toediening van midazolam en tecovirimat kan de werkzaamheid van midazolam
verminderen (zie rubriek 4.5). Wanneer tecovirimat met midazolam wordt toegediend, moet de
werkzaamheid van midazolam worden gemonitord.
Interacties met andere geneesmiddelen en doseringsadvies

Geneesmiddel per Effect op de
Aanbeveling betreffende gelijktijdige toediening
therapeutisch
geneesmiddelconcentrat met Tecovirimat
gebieda
ies.
Gemiddelde procentuele
verandering in AUC,
Cmax

Antidepressiva:
Bupropiona
Verminderde bupropion
Er is geen dosisaanpassing vereist. De
(150 mg)
AUC: 15%
werkzaamheid van bupropion moet worden
Cmax: 14%
gemonitord.
Antidiabetica:
Repaglinidea (2 mg) Repaglinide:
Tecovirimat is een zwakke remmer van CYP2C8
AUC: 27%
en veroorzaakte een verhoging van de
Cmax: 27%
plasmaconcentratie van repaglinide.
Gelijktijdige toediening van repaglinide en
tecovirimat kan lichte tot matige hypoglykemie
veroorzaken. Wanneer tecovirimat gelijktijdig met
repaglinide wordt toegediend, moet de
bloedglucose worden gemonitord en moet er
worden gecontroleerd op symptomen van
hypoglykemie.
Antischimmelmiddelen
Voriconazol
Interacties niet onderzocht Risico op een verhoging van de plasmaconcentratie
Verwacht
van voriconazol kan niet worden uitgesloten
AUC:
(CYP2C19-substraat).
Cmax:
De combinatie van tecovirimat en voriconazol
moet met voorzichtigheid worden toegepast.
Antivirale middelen - non-nucleoside reversetranscriptaseremmers
Rilpivirine
Interacties niet onderzocht Risico op een vermindering van de
Verwacht
plasmaconcentratie van rilpivirine kan niet worden
AUC:
uitgesloten (CYP3A4-substraat).
Cmax:
De combinatie van tecovirimat en rilpivirine moet
met voorzichtigheid worden toegepast.
CCR5-antagonisten
Maraviroc
Interacties niet onderzocht Risico op een vermindering van de
Verwacht
plasmaconcentratie van maraviroc kan niet worden
AUC:
uitgesloten (CYP3A4-substraat).
Cmax:
De combinatie van tecovirimat en maraviroc moet
met voorzichtigheid worden toegepast.
CZS-depressiva:
Midazolama (2 mg) Midazolam:
Tecovirimat is een zwakke inductor van CYP3A4
AUC: 32%
en veroorzaakte een vermindering van de
Cmax: 39%
plasmaconcentratie van midazolam.
De werkzaamheid van midazolam moet worden
gemonitord en de dosis, indien nodig, worden
aangepast.
Interacties niet
Risico op een vermindering van de
onderzocht
plasmaconcentratie van atorvastatine kan niet
Verwacht
worden uitgesloten (CYP3A4-substraat).
AUC:
Cmax:
De combinatie van tecovirimat en atorvastatine
moet met voorzichtigheid worden toegepast.
Immunosuppressiva
Tacrolimus
Interacties niet onderzocht Risico op een vermindering van de
Verwacht
plasmaconcentratie van tacrolimus kan niet worden
AUC:
uitgesloten (CYP3A4-substraat).
Cmax:
De combinatie van tecovirimat en tacrolimus moet
met voorzichtigheid worden toegepast.
Narcotische analgetica
Methadon
Interacties niet
Risico op een vermindering van de
onderzocht
plasmaconcentratie van methadon kan niet worden
Verwacht
uitgesloten (CYP2B6-substraat).
AUC:
Cmax:
De combinatie van tecovirimat en methadon moet
met voorzichtigheid worden toegepast.
Niet-steroïdale ontstekingsremmers
Flurbiprofena
Flurbiprofen:
Er is geen dosisaanpassing vereist.
(50 mg)
AUC:
Cmax:
Proteaseremmers
Darunavir
Interacties niet
Risico op een vermindering van de
onderzocht.
plasmaconcentratie van darunavir kan niet worden
Verwacht
uitgesloten (CYP3A4-substraat).
AUC:
Cmax:
De combinatie van tecovirimat en darunavir moet
met voorzichtigheid worden toegepast.
Protonpompremmers:
Omeprazola (20 mg) Omeprazol
Tecovirimat is een zwakke remmer van CYP2C19
AUC: 73%
en veroorzaakte een verhoging van de
Cmax: 83%
plasmaconcentratie van omeprazol.
Lansoprazol
Interacties niet
Rabeprazole
onderzocht
De combinatie van tecovirimat en
Verwacht
protonpompremmers moet met voorzichtigheid
AUC:
worden toegepast.
Cmax:
Remmers van fosodiësterase type 5 (pde-5-remmers)
Sildenafil
Interacties niet onderzocht Risico op een vermindering van de
Tadalafil
Verwacht
plasmaconcentratie van PDE-5-remmers kan niet
Vardenafil
AUC:
worden uitgesloten (CYP3A4-substraat).
Cmax:
De combinatie van tecovirimat en PDE-5-remmers
moet met voorzichtigheid worden toegepast.
a Deze interacties zijn onderzocht bij gezonde volwassenen om het effect van herhaalde doses
tecovirimat van 600 mg tweemaal daags te beoordelen op de farmacokinetiek van testsubstraten bij
eenmalige toediening.

Frequentie van bijwerkingen volgens systeem/orgaanklasse in klinische
onderzoeken

Systeem/orgaanklasse
Zeer vaak
Vaak
Soms
Bloed- en

Hematocriet verlaagd
lymfestelselaandoeningen
Hemoglobine verlaagd
Leukopenie
Trombocytopenie
Voedings- en

Verminderde eetlust
stofwisselingsstoornissen
Lever- en galaandoeningen

Gestegen leverfunctietests
Psychische stoornissen

Angst
Depressie
Dysforie
Prikkelbaarheid
Paniekaanval
Zenuwstelselaandoeningen
Hoofdpijn
Duizeligheid
Stoornis van aandacht
Dysgeusie
Elektro-encefalogram
abnormaal
Insomnia
Migraine
Somnolentie
Paresthesie
Hartaandoeningen

Hartfrequentie verhoogd
Hartkloppingen
Ademhalingsstelsel-, borstkas-
Orofaryngeale pijn
en mediastinumaandoeningen
Maagdarmstelselaandoeningen
Bovenbuikpijn
Abdominale distensie
Abdominaal
Afte
ongemak
Gekloofde lippen
Diarree
Constipatie
Droge mond
Misselijkheid
Dyspepsie
Braken
Oprisping
Winderigheid
Gastro-oesofageale
refluxziekte
Infrequente stoelgang
Paresthesie van de mond
Huid- en

Palpabele purpura
onderhuidaandoeningen
Pruritus gegeneraliseerd
Huiduitslag
Rash pruritus
Skeletspierstelsel- en

Artralgie
bindweefselaandoeningen
Osteoartritis
Algemene aandoeningen en

Koude rillingen
toedieningsplaatsstoornissen
Vermoeidheid
Zich zenuwachtig voelen
Malaise
Pijn
Pyrexie
Dorst
Pediatrische patiënten

Tecovirimat is niet onderzocht bij pediatrische patiënten.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: antiviraal middel voor systemisch gebruik, andere antivirale
middelen, ATC-code: J05AX24.
Werkingsmechanisme
Tecovirimat remt de werking van het orthopoxviruseiwit VP37, dat gecodeerd wordt door een sterk
geconserveerd gen in alle leden van het genus orthopoxvirus. Tecovirimat blokkeert de interactie van
VP37 met cellulair Rab9-GTPase en TIP47, waardoor het de vorming voorkomt van omhulde virionen
die kunnen vrijkomen en die nodig zijn voor de verspreiding van het virus van cel naar cel en over
lange afstand.
Werking in celculturen
In celcultuurtests waren de werkzame concentraties tecovirimat die het door het virus veroorzaakte
cytopathisch effect met 50% verminderden (EC50) respectievelijk 0,016-0,067 M, 0,014-0,039 µM,
0,015 µM en 0,009 µM voor het pokkenvirus, apenpokkenvirus, konijnenpokkenvirus en
vacciniavirus.
Resistentie
Er zijn geen bekende gevallen van natuurlijk voorkomende orthopoxvirussen die resistent waren tegen
tecovirimat, hoewel resistentie tegen tecovirimat kan ontstaan onder selectiedruk als gevolg van
geneesmiddelen. Tecovirimat heeft een relatief lage resistentiebarrière en bepaalde
aminozuurvervangingen in het doeleiwit VP37 kunnen sterke verminderingen van de antivirale
werking van tecovirimat teweegbrengen. De mogelijkheid van resistentie tegen tecovirimat moet
worden overwogen bij patiënten die niet op de behandeling reageren of bij wie een recrudescentie van
de ziekte ontstaat na een initiële periode van respons.
Niet-klinische werkzaamheid
Onderzoeken naar de werkzaamheid zijn uitgevoerd bij cynomolgusmakaken geïnfecteerd met het
apenpokkenvirus en witte Nieuw-Zeelanderkonijnen (NZW-konijnen) geïnfecteerd met het
konijnenpokkenvirus. In deze onderzoeken was de overleving het primaire eindpunt voor de
werkzaamheid. In onderzoeken met niet-humane primaten kregen cynomolgusmakaken een
intraveneuze letale challenge met 5 x 107 plaquevormende eenheden van het apenpokkenvirus.
Tecovirimat werd gedurende 14 dagen eenmaal daags oraal toegediend met een dosisniveau van
10 mg/kg, beginnend op dag 4, 5 of 6 na de challenge. In onderzoeken met konijnen kregen
NZW-konijnen een intradermale letale challenge met 1 000 plaquevormende eenheden van het
Overlevingspercentages in onderzoeken naar de behandeling met tecovirimat bij
cynomolgusmakaken en NZW-konijnen die klinische tekenen van
orthopoxvirusziekte vertoonden


Aanvang
Overlevingspercentage
p-waardeb Verschil in
van de
(aantal overlevenden/n)
overlevingspercentagec
behandeling Placebo
Tecovirimat
(95%-BI)d
a
Cynomolgusmakaken
Onderzoek 1 Dag 4
0% (0/7)
80% (4/5)
0,0038
80% (20,8%; 99,5%)
Onderzoek 2 Dag 4
0% (0/6)
100% (6/6)
0,0002
100% (47,1%; 100%)
Onderzoek 3 Dag 4
0% (0/3)
83% (5/6)
0,0151
83% (7,5%; 99,6%)
Dag 5
83% (5/6)
0,0151
83% (7,5%; 99,6%)
Dag 6
50% (3/6)
0,1231
50% (-28,3%; 90,2%)
NZW-konijnen
Onderzoek 4 Dag 4
0% (0/10) 90% (9/10)
< 0,0001 90% (50,3%; 99,8%)
Onderzoek 5 Dag 4
NVTe
88% (7/8)
NVT
NVT
a Dag na de challenge waarop behandeling met tecovirimat werd ingesteld.
b p-waarde afkomstig van eenzijdige Boschloo-test (met Berger-Boos modificatie van
gamma = 0,000001) vergeleken met placebo.
c Overlevingspercentage bij met tecovirimat behandelde dieren min het
overlevingspercentage bij met placebo behandelde dieren.
d Exact 95%-betrouwbaarheidsinterval gebaseerd op de scorestatistiek van het verschil in
overlevingspercentages.
e In dit onderzoek werd geen placebo-controlegroep geïncludeerd.
SLEUTEL: NVT = niet van toepassing
Farmacokinetische/farmacodynamische relatie
De farmacokinetische/farmacodynamische modellen met niet-humane primaten (NHP) en konijnen
werden ontwikkeld om de blootstelling-responsrelatie vast te stellen tussen behandeling met
tecovirimat en overleving. Vervolgens werden de dosis en het doseringsschema voor de mens
geselecteerd om blootstellingen te bereiken die hoger liggen dan de blootstellingen die worden bereikt
met de volledige effectieve dosis bij dieren. Analyse van de farmacokinetische/farmacodynamische
modellen toont aan dat de minimale plasmaconcentratie (Cmin) en de AUC de meest voorspellende
farmacokinetische parameters zijn voor de werkzaamheid van het geneesmiddel.
Pediatrische patiënten
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten tot uitstel van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met tecovirimat in een of meerdere subgroepen van
pediatrische patiënten voor de behandeling van orthopoxvirusziekte (pokken, apenpokken, koepokken
en vaccinia) (zie rubriek 4.2 voor informatie over pediatrisch gebruik).
FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen

Inhoud capsule
Siliciumdioxide, hydrofoob, colloïdaal
Croscarmellosenatrium (E468)
Hypromellose (E464)
Lactosemonohydraat
Magnesiumstearaat
Cellulose, microkristallijn (E460)
Natriumlaurylsulfaat (E487)
Omhulsel capsule
Gelatine
Briljantblauw FCF (E133)
Erythrosine (E127)
Zonnegeel (E110)
Titaandioxide (E171)
Drukinkt
Schellak (E904)
Titaandioxide (E171)
Isopropylalcohol
Ammoniumhydroxide (E527)
Butylalcohol
Propyleenglycol
Simeticon
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3 Houdbaarheid
5 jaar.
Capsules die geopend en gemengd zijn met voedsel of vloeistoffen moeten binnen 30 minuten worden
ingenomen (zie rubriek 6.6).
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren

Bewaren beneden 25 °C.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
SIGA Technologies Netherlands B.V.
Prinsenhil 29,
Breda 4825 AX,
Nederland

8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/21/1600/001

9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING


Datum van eerste verlening van de vergunning:

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.


BIJLAGE II

A.
FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE

B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN
VAN LEVERING EN GEBRUIK


C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN
WORDEN NAGEKOMEN


D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET
BETREKKING TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND
GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL


E.
SPECIFIEKE VERPLICHTINGEN WAARAAN NA
TOEKENNING VAN EEN VERGUNNING ONDER
UITZONDERLIJKE VOORWAARDEN MOET WORDEN
VOLDAAN

FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte
Millmount Healthcare Limited
Block-7, City North Business Campus,
Stamullen
Co. Meath
K32 YD60
Ierland

B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK

Aan medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel.

C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN

·
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst
met Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7
van Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het
Europese webportaal voor geneesmiddelen.
De vergunninghouder zal het eerste periodieke veiligheidsverslag voor dit geneesmiddel binnen
6 maanden na toekenning van de vergunning indienen.

D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL

·
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in
module 1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen
RMP-aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
·
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
·
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.
E.
SPECIFIEKE VERPLICHTINGEN WAARAAN NA TOEKENNING VAN EEN
VERGUNNING ONDER UITZONDERLIJKE VOORWAARDEN MOET WORDEN
VOLDAAN

Dit is een vergunning onder uitzonderlijke voorwaarden en overeenkomstig artikel 14, lid 8 van
Verordening (EG) nr. 726/2004 moet de vergunninghouder binnen het vastgestelde tijdschema de
volgende verplichtingen nakomen:
Beschrijving
Uiterste datum
Studies uitgevoerd na verlening van de handelsvergunning waarbij
Te verstrekken bij de
het geneesmiddel wordt gebruikt zoals vastgesteld bij verlening van jaarlijkse herbeoordeling en
de handelsvergunning (non-interventional post-authorisation study): niet later dan 12 maanden
na de laatste toediening van
Specifieke verplichting 1 (SOB 1). SIGA-246-021: Een
tecovirimat voor de
observationeel fase 4-veldonderzoek ter beoordeling van de
behandeling van pokken of
veiligheid en het klinisch voordeel bij met TPOXX® (tecovirimat)
bij de laatste
behandelde patiënten na blootstelling aan het variolavirus en
gegevensverzameling in
klinische diagnose van pokken
geval van een
retrospectieve
Om de werkzaamheid en de veiligheid van tecovirimat bij de
gegevensverzameling
behandeling van de pokken verder te beoordelen moet de
vergunninghouder bij een uitbraak van pokken (volgens het
protocol) het open-label veldonderzoek SIGA-246-021 uitvoeren en
de resultaten ervan indienen.


BIJLAGE III

ETIKETTERING EN BIJSLUITER


A. ETIKETTERING

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Tecovirimat SIGA 200 mg harde capsules
tecovirimat


2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke harde capsule bevat 200 mg tecovirimat (als monohydraat)

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat lactose en zonnegeel (E110). Zie de bijsluiter voor meer informatie

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
84 (2 flessen van 42) harde capsules.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Oraal gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 25 °C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.

NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
SIGA Technologies Netherlands B.V.
Prinsenhil 29,
Breda 4825 AX,
Nederland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/21/1600/001

13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Tecovirimat

17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
PC:
SN:
NN:


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Tecovirimat SIGA 200 mg capsules
tecovirimat


2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke capsule bevat 200 mg tecovirimat (als monohydraat)

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat lactose en zonnegeel (E110). Zie de bijsluiter voor meer informatie

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
42 harde capsules.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Oraal gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 25 °C
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.

NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
SIGA Technologies Netherlands B.V.
Prinsenhil 29,
Breda 4825 AX,
Nederland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/21/1600/001

13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE

17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

B. BIJSLUITER

Tecovirimat SIGA 200 mg harde capsules
tecovirimat
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.

-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.

Inhoud van deze bijsluiter

1. Wat is Tecovirimat SIGA en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2. Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe neemt u dit middel in?
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u dit middel?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie

1.
Wat is Tecovirimat SIGA en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Tecovirimat SIGA bevat de werkzame stof tecovirimat.
Tecovirimat SIGA wordt gebruikt voor de behandeling van virale infecties, zoals pokken, apenpokken
en koepokken bij volwassenen en kinderen die ten minste 13 kg wegen.
Tecovirimat SIGA wordt ook gebruikt voor de behandeling van complicaties van pokkenvaccins.
Tecovirimat SIGA werkt door de verspreiding van het virus te stoppen. Hierdoor helpt het uw lichaam
om bescherming op te bouwen tegen het virus totdat u beter bent.

2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?

-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel inneemt in de volgende situatie:
-
Als uw immuunsysteem niet goed werkt (immuundeficiëntie) of als u geneesmiddelen inneemt
die het immuunsysteem verzwakken (zoals een hoge dosis corticosteroïden, immunosuppressiva
of geneesmiddelen tegen kanker).
-
Als uw lever of nieren niet goed werken.
repaglinide (een middel dat wordt gebruikt om de bloedsuikerspiegel te behandelen bij diabetes)
·
omeprazol, lansoprazol of rabeprazol (wordt gebruikt om maagzweren of brandend maagzuur te
behandelen)
·
midazolam (een middel dat wordt gebruikt om mensen slaperig te maken vóór een operatie)
·
bupropion (een middel dat wordt gebruikt om een depressie te behandelen)
·
atorvastatine (een middel dat wordt gebruikt om hoge cholesterol te behandelen)
·
flurbiprofen (een middel dat wordt gebruikt om pijn te behandelen)
·
methadon (een middel dat wordt gebruikt om pijn of ontwenningsverschijnselen van
verdovende middelen te behandelen)
·
darunavir, maraviroc of rilpivirine (wordt gebruikt om hiv-infectie te behandelen)
·
sildenafil, tadalafil of vardenafil (wordt gebruikt om erectiestoornissen te behandelen)
·
voriconazol (een middel dat wordt gebruikt om schimmelinfecties te behandelen)
·
tacrolimus (een middel dat wordt gebruikt om het immuunsysteem te onderdrukken)
Wanneer Tecovirimat SIGA met een van deze middelen wordt gebruikt, kan het zijn dat uw
geneesmiddelen niet goed meer werken of dat bijwerkingen verergeren. Het kan nodig zijn dat uw arts
u een ander geneesmiddel geeft of de dosis van het geneesmiddel dat u gebruikt, aanpast. De lijst
hierboven is geen volledige lijst van middelen die uw arts mogelijk moet wijzigen.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts
voordat u dit geneesmiddel gebruikt. Tecovirimat SIGA wordt niet aanbevolen voor gebruik tijdens de
zwangerschap.
Het is niet bekend of Tecovirimat SIGA in de moedermelk wordt uitgescheiden. Borstvoeding wordt
niet aanbevolen voor gebruik tijdens de zwangerschap. Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding
geven? Neem dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Bestuur geen voertuigen en gebruik geen machines als u zich duizelig voelt.
Tecovirimat SIGA bevat lactose en zonnegeel (E110)

-
Tecovirimat SIGA bevat lactose. Indien uw arts u heeft meegedeeld dat u bepaalde suikers niet
verdraagt, neem dan contact op met uw arts voordat u dit middel inneemt.
-
Dit geneesmiddel bevat ook zonnegeel (E110), een kleurstof. Dit kan allergische reacties
veroorzaken.
3.
Hoe neemt u dit middel in?
Neem dit geneesmiddel altijd in precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Lichaamsgewicht
Dosis
13 kg tot 25 kg
Eén capsule Tecovirimat SIGA 200 mg om de 12 uur gedurende
14 dagen
(200 mg tweemaal per dag)
25 kg tot 40 kg
Twee capsules Tecovirimat SIGA 200 mg om de 12 uur gedurende
14 dagen
(400 mg tweemaal per dag)
40 kg en meer
Drie capsules Tecovirimat SIGA 200 mg om de 12 uur gedurende
14 dagen (600 mg tweemaal per dag)
Wijze van toediening
Tecovirimat SIGA moet worden ingenomen binnen 30 minuten na een maaltijd met een matig of hoog
calorie- en vetgehalte.
Volwassenen en kinderen die het moeilijk vinden om capsules door te slikken
Voor patiënten die niet in staat zijn om de capsules door te slikken, kan de arts aanraden om de harde
capsules te openen en de inhoud te mengen met 30 ml vloeistof (bijv. melk, chocolademelk) of zacht
voedsel (bijv. appelmoes, yoghurt).
Was en droog uw handen vóór en na de bereiding. Open de capsule voorzichtig zodat de inhoud niet
gemorst wordt of in de lucht ontsnapt. Houd de capsule met het kapje naar boven en trek het kapje van
de capsuleromp af. Gebruik een klein potje om te mengen. Meng de volledige inhoud van de capsule
met 30 ml vloeistof (bijv. melk) of zacht voedsel (bijv. yoghurt). Het mengsel moet worden
ingenomen binnen 30 minuten na het mengen en binnen 30 minuten na een maaltijd.
De aanbevolen dosering voor kinderen en volwassenen en de bereidingsinstructies worden in de tabel
hieronder weergegeven.
Lichaams-
Dosis
Hoeveelheid Aantal
Instructies voor het mengen van
gewicht
Tecovirimat
vloeistof of
capsules
voedsel met tecovirimat
zacht voedsel
13 kg tot
200 mg
2 eetlepels
1 capsule
Meng de volledige inhoud van 1
25 kg
Tecovirimat
capsule Tecovirimat met
2 eetlepels vloeistof of zacht
voedsel.
25 kg tot
400 mg
2 eetlepels
2 capsules
Meng de volledige inhoud van
40 kg
Tecovirimat
2 capsules Tecovirimat met
2 eetlepels vloeistof of zacht
voedsel.
40 kg en
600 mg
2 eetlepels
3 capsules
Meng de volledige inhoud van
meer
Tecovirimat
3 capsules Tecovirimat met
2 eetlepels vloeistof of zacht
voedsel.

Heeft u te veel van dit middel ingenomen?

Laat het uw arts weten als u te veel capsules Tecovirimat SIGA heeft ingenomen, zodat uw arts u kan
controleren op klachten of verschijnselen van bijwerkingen.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Neem contact op met uw arts of apotheker als u een van de volgende bijwerkingen krijgt. Dit geldt ook
voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan.
Bijwerkingen die zeer vaak voorkomen (bij meer dan 1 op de 10 gebruikers)
·
Hoofdpijn

Bijwerkingen die vaak voorkomen (bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
Duizeligheid
·
Misselijkheid of overgeven
·
Diarree
·
Buikpijn

Bijwerkingen die soms voorkomen (bij minder dan 1 op de 100 gebruikers)
·
Verminderde eetlust
·
Verhoogde leverenzymen
·
Depressie of angst
·
Prikkelbaarheid
·
Depressie
·
Paniekaanvallen
·
Migraine
·
Zich moe of slaperig voelen of niet kunnen slapen
·
Zich niet kunnen concentreren of een korte aandachtsspanne hebben
·
Smaakstoornissen
·
Tintelingen of een doof gevoel in handen, voeten of mond
·
Pijn in de mond
·
Verstopping (constipatie)
·
Veel winden laten (flatulentie)
·
Het verteren van eten in uw lichaam gaat niet goed (indigestie) of uw maag is van streek
·
Onbehaaglijk gevoel in de buik of opgezwollen buik
·
Droge mond
·
Droge of gekloofde lippen
Zweertjes in de mond
·
Boeren
·
Brandend maagzuur
·
Jeuk of huiduitslag (galbulten)
·
Pijn of stijfheid van de gewrichten
·
Koorts
·
Koude rillingen
·
U voelt zich ziek of u voelt zich niet lekker (malaise)
·
Pijn
·
Dorstig gevoel
·
Als u een scan van de elektrische activiteit van uw hersenen laat maken, een zogenaamde
elektro-encefalografie, kan deze abnormale waarden van de elektrische activiteit van de
hersenen aantonen.
·
Als u een bloedonderzoek laat doen, kan daaruit blijken dat u minder rode bloedcellen of witte
bloedcellen of bloedplaatjes heeft dan normaal.
·
Verhoogde hartslag (tachycardie) of een onregelmatige hartslag

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste gebruiksdatum. Die vindt u op de fles na EXP. Daar
staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Bewaren beneden 25 °C.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat de capsule gebroken of op enige wijze beschadigd is.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de wc en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert, worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is tecovirimatmonohydraat en komt overeen met 200 mg
tecovirimat.
-
De andere stoffen in dit middel zijn:
Capsulekern: colloïdaal siliciumdioxide, croscarmellosenatrium (E468), hypromellose (E464),
lactosemonohydraat, magnesiumstearaat, microkristallijne cellulose (E460) en
natriumlaurylsulfaat (E487).
Capsuleomhulsel: gelatine, briljantblauw FCF (E133), erythrosine (E127), zonnegeel (E110) en
titaandioxide (E171).

Hoe ziet Tecovirimat SIGA eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
-
Tecovirimat SIGA zijn oranje en zwarte capsules met de opdruk `SIGA®' en `ST-246' in witte
inkt. De capsules zijn 21,7 millimeter lang en hebben een diameter van 7,64 millimeter.
-
Tecovirimat SIGA is verkrijgbaar in een verpakking met 84 (2 flessen van 42) capsules.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
SIGA Technologies Netherlands B.V.
Prinsenhil 29,
Breda 4825 AX,
Nederland
Fabrikant
Millmount Healthcare Limited
Block-7, City North Business Campus,
Stamullen
Co. Meath
K32 YD60
Ierland
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Dit geneesmiddel is geregistreerd met als kanttekening dat er uitzonderlijke voorwaarden waren. Het
was tijdens de registratie niet mogelijk om volledige informatie over dit geneesmiddel te verkrijgen
om ethische redenen.
Het Europees Geneesmiddelenbureau zal ieder jaar mogelijke nieuwe informatie over het
geneesmiddel beoordelen. Als dat nodig is, zal deze bijsluiter worden aangepast.
Andere informatiebronnen

Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.

BIJLAGE IV
CONCLUSIES VAN HET EUROPEES GENEESMIDDELENBUREAU MET BETREKKING
TOT HET VERLENEN VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
ONDER UITZONDERLIJKE OMSTANDIGHEDEN
·
Vergunning voor het in de handel brengen onder uitzonderlijke omstandigheden
Na bestudering van de aanvraag voor de handelsvergunning is het CHMP van mening dat de
baten/risicobalans gunstig is en dat een vergunning voor het in de handel brengen onder uitzonderlijke
omstandigheden kan worden verleend, zoals toegelicht in het Europees openbaar beoordelingsrapport.

Heb je dit medicijn gebruikt? Tecovirimat Siga 200 mg te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Tecovirimat Siga 200 mg te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Tecovirimat Siga 200 mg

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG