Sunitinib eg 12,5 mg

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER
Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules
Sunitinib EG 25 mg harde capsules
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules
Sunitinib EG 50 mg harde capsules
sunitinib
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen, want er staat
belangrijke informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het
kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking
die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Sunitinib EG en waarvoor wordt het ingenomen?
2.
Wanneer mag u Sunitinib EG niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe neemt u Sunitinib EG in?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u Sunitinib EG?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Sunitinib EG en waarvoor wordt het ingenomen?
Sunitinib EG bevat de werkzame stof sunitinib, die een proteïnekinaseremmer is. Het wordt gebruikt
bij de behandeling van kanker; het voorkomt de activiteit van een speciale groep van proteïnen
waarvan bekend is dat ze een rol spelen in de groei en de verspreiding van kankercellen.
Sunitinib EG wordt gebruikt om volwassenen met de volgende vormen van kanker te behandelen:
Gastro-intestinale stromatumor (GIST), een vorm van kanker van de maag en de darmen, wanneer
imatinib (een ander antikankergeneesmiddel) niet langer werkt of wanneer u imatinib niet kunt
gebruiken.
Gemetastaseerd niercelcarcinoom (MRCC), een vorm van nierkanker die zich verspreid heeft naar
andere delen van het lichaam.
Neuro-endocriene tumoren van de pancreas (pancreasNET) (tumoren van de
hormoonproducerende cellen in de pancreas), die voortgeschreden zijn of die niet operatief te
verwijderen zijn.
Heeft u vragen over hoe Sunitinib EG werkt of waarom dit geneesmiddel aan u is voorgeschreven,
raadpleeg dan uw arts.
2.
Wanneer mag u Sunitinib EG niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u Sunitinib EG niet gebruiken?
-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6 van deze bijsluiter.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit geneesmiddel?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u Sunitinib EG inneemt.
Als u lijdt aan verhoogde bloeddruk.
Sunitinib EG kan de bloeddruk verhogen. Uw arts kan
tijdens de behandeling met Sunitinib EG uw bloeddruk controleren, en u kunt, indien nodig,
geneesmiddelen krijgen die de bloeddruk verlagen.
Als u bloedingsziekte, bloedingsproblemen of blauwe plekken heeft of heeft gehad.
Behandeling met Sunitinib EG kan leiden tot een hoger bloedingsrisico, of tot veranderingen in
het aantal van bepaalde cellen in het bloed die kunnen leiden tot bloedarmoede of die de stolling
van uw bloed kunnen beïnvloeden. Als u warfarine of acenocoumarol neemt, geneesmiddelen die
het bloed verdunnen en bloedstolsels tegengaan, kan er een groter risico op bloedingen zijn. Vertel
het uw arts als u een bloeding hebt tijdens de behandeling met Sunitinib EG.
Als u hartproblemen heeft.
Sunitinib EG kan hartproblemen veroorzaken. Vertel het uw arts als
u zich erg moe voelt, kortademig bent of als u gezwollen voeten en enkels hebt.
Als u ongewone hartritmeveranderingen heeft.
Sunitinib EG kan een afwijkend hartritme
veroorzaken. Uw arts kan electrocardiogrammen laten maken om deze problemen te onderzoeken
tijdens uw behandeling met Sunitinib EG. Vertel het uw arts als u zich duizelig voelt, flauwvalt of
als u een ongewone hartslag hebt terwijl u Sunitinib EG inneemt.
Als u pas geleden een probleem met bloedstolsels in uw aderen en/of slagaderen (type
bloedvaten) heeft gehad, waaronder een beroerte, hartaanval, embolie of trombose.
Bel
onmiddellijk uw arts als u klachten heeft zoals pijn of druk op de borst, pijn in uw armen, rug, nek
of kaken, kortademigheid, gevoelloosheid of een gevoel van zwakte aan 1 kant van uw lichaam,
moeite met praten, hoofdpijn of duizeligheid tijdens het innemen van Sunitinib EG.
Als u een vergroting en verzwakking van een bloedvatwand (aneurysma) of een scheur in
een bloedvatwand (arteriële dissectie) heeft of heeft gehad.
Als u schade aan de kleinste bloedvaten heeft of heeft gehad, een aandoening die bekend
staat als trombotische microangiopathie (TMA).
Vertel het uw arts als u last krijgt van koorts,
vermoeidheid, blauwe plekken, bloedingen, zwellingen, verwardheid, verlies van het
gezichtsvermogen en toevallen.
Als u problemen heeft met uw schildklier.
Sunitinib EG kan schildklierproblemen veroorzaken.
Vertel het uw arts als u sneller moe wordt, zich kouder voelt dan andere mensen of als uw stem
dieper wordt terwijl u Sunitinib EG inneemt. Uw schildklier moet onderzocht worden voordat u
Sunitinib EG inneemt en regelmatig tijdens het gebruik. Als uw schildklier niet voldoende
schildklierhormoon aanmaakt, kunt u behandeld worden met een schildklierhormoonvervanger.
Als u problemen heeft of heeft gehad met uw alvleesklier (pancreas) of galblaas.
Vertel het
uw arts als u een van de volgende verschijnselen of klachten krijgt: pijn in de maagstreek
(bovenste deel van de buik), misselijkheid, overgeven en koorts. Deze klachten kunnen
veroorzaakt worden door een ontsteking van de alvleesklier of galblaas.
Als u leverproblemen heeft of heeft gehad.
Vertel het uw arts als u een van de volgende
verschijnselen of klachten van leverproblemen krijgt tijdens de behandeling met Sunitinib EG:
jeuk, gele ogen of huid, donkere urine en pijn of ongemak rechtsboven in de buik. Uw arts moet
bloedtesten doen om uw leverfunctie te onderzoeken vóór en tijdens de behandeling met Sunitinib
EG, en wanneer dat klinisch nodig is.
Als u nierproblemen heeft of heeft gehad.
Uw arts zal uw nierfunctie controleren.
Als u een chirurgische ingreep gaat ondergaan of als u recent een operatie heeft ondergaan.
Sunitinib EG kan invloed hebben op de wondheling. Gewoonlijk zal u de inname van Sunitinib
EG moeten stopzetten wanneer u een operatie ondergaat. Uw arts zal beslissen wanneer u
Sunitinib EG opnieuw moet innemen.
U kunt geadviseerd worden om een tandheelkundig onderzoek te laten doen voordat u de
behandeling met Sunitinib EG start.
- Indien u pijn in de mond, tanden en/of kaak, zwelling of zweren in de mond, gevoelloosheid
of een zwaar gevoel in de kaak, of het loslaten van een tand ervaart of heeft ervaren, vertel het
meteen aan uw arts en tandarts.
- Indien u een invasieve tandheelkundige behandeling of gebitsoperatie moet ondergaan, vertel
uw tandarts dat u behandeld wordt met Sunitinib EG, in het bijzonder als u ook intraveneus
bisfosfonaten krijgt of hebt gekregen. Bisfosfonaten zijn geneesmiddelen die gebruikt worden
om botcomplicaties te voorkomen en die voor een andere medische aandoening toegediend
kunnen zijn.
Als u huid- en onderhuidaandoeningen heeft of heeft gehad.
Tijdens het gebruik van dit
geneesmiddel kan ‘pyoderma gangrenosum’ (pijnlijke zweren van de huid) of ‘necrotiserende
fasciitis’ (infectie van de huid/zachte weefsels die zich snel verspreidt en levensbedreigend kan
zijn) optreden. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als symptomen van infectie optreden
rond een huidwond, waaronder koorts, pijn, roodheid, zwelling of het vrijkomen van etter of
bloed. Deze klacht verdwijnt over het algemeen na het stoppen met sunitinib. Ernstige huidreacties
(Stevens-Johnson syndroom, toxische epidermale necrolyse, erythema multiforme) zijn gemeld bij
het gebruik van sunitinib. Deze reacties verschijnen aanvankelijk als roodachtige,
schietschijfachtige vlekken of ronde plekken, vaak met blaren in het midden, op de romp. De
uitslag kan zich uitbreiden tot wijdverspreide blaarvorming of afschilferen van de huid en kan
levensbedreigend zijn. Vraag uw arts onmiddellijk om advies als u huiduitslag of deze
huidverschijnselen krijgt.
Als u toevallen/stuipen (convulsies) heeft of heeft gehad.
Neem zo snel mogelijk contact op met
uw arts als u een hoge bloeddruk, hoofdpijn of gezichtsverlies heeft.
Als u diabetes heeft.
Bloedsuikerspiegels bij patiënten met diabetes moeten regelmatig worden
gecontroleerd om te bepalen of de dosering van diabetesgeneesmiddelen aangepast moet worden
om de kans op te lage bloedsuikerspiegels te verminderen. Vertel het uw arts zo snel mogelijk als
u verschijnselen of symptomen van een lage bloedsuikerspiegel (vermoeidheid, hartkloppingen,
zweten, hongergevoel en bewustzijnsverlies) krijgt.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Sunitinib EG wordt niet aanbevolen voor patiënten jonger dan 18 jaar.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Sunitinib EG nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of gaat u
dit misschien binnenkort doen? Vertel dat dan uw arts of apotheker.
Sommige geneesmiddelen kunnen de concentratie van Sunitinib EG in uw lichaam beïnvloeden. U
moet uw arts informeren als u geneesmiddelen gebruikt die de volgende werkzame stoffen bevatten:
ketoconazol, itraconazol - gebruikt voor de behandeling van schimmelinfecties
erytromycine, claritromycine, rifampicine - gebruikt voor de behandeling van infecties
ritonavir – gebruikt voor de behandeling van HIV
dexamethason – een corticosteroïd dat bij diverse aandoeningen wordt gebruikt (zoals allergische
aandoeningen/ademhalingsaandoeningen of huidziekten)
fenytoïne, carbamazepine, fenobarbital – gebruikt voor de behandeling van epilepsie en andere
neurologische aandoeningen
kruidenpreparaten die sint-janskruid bevatten (Hypericum
perforatum)
– gebruikt voor de
behandeling van depressie en angst
Waarop moet u letten met eten en drinken?
Vermijd het drinken van pompelmoessap terwijl u behandeld wordt met Sunitinib EG.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel inneemt.
Gedurende behandeling met Sunitinib EG moet u, als u zwanger zou kunnen worden, gebruik maken
van effectieve anticonceptie.
Vertel het uw arts als u borstvoeding geeft. U mag geen borstvoeding geven tijdens de behandeling
met Sunitinib EG.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Wees extra voorzichtig met het besturen van motorvoertuigen of het gebruik van machines, als u
duizelig wordt of als u zich bijzonder moe voelt.
Sunitinib EG bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per harde capsules, dat wil zeggen dat het in
wezen ‘natriumvrij’ is.
3.
Hoe neemt u Sunitinib EG in?
Neem dit geneesmiddel altijd in precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Uw arts zal een voor u geschikte dosering voorschrijven afhankelijk van het type te behandelen
kanker. Als u wordt behandeld voor:
GIST of MRCC: de gebruikelijke dosering is eenmaal per dag 50 mg innemen gedurende 28
dagen (4 weken), gevolgd door een rustpauze (geen geneesmiddel) van 14 dagen (2 weken) in 6-
wekelijkse cycli.
pancreasNET: de gebruikelijke dosering is eenmaal per dag 37,5 mg zonder een rustperiode.
Uw arts bepaalt de geschikte dosis die u moet innemen, en of en wanneer u moet stoppen met de
behandeling met Sunitinib EG.
Sunitinib EG kan met of zonder voedsel worden ingenomen.
Heeft u te veel van Sunitinib EG ingenomen?
Wanneer u te veel van Sunitinib EG heeft ingenomen, neem onmiddellijk contact op met uw arts,
apotheker of het Antigifcentrum (070/245.245). Als u per ongeluk te veel capsules hebt ingenomen,
vertel het onmiddellijk aan uw arts. Het kan zijn dat u medische behandeling nodig heeft.
Bent u vergeten Sunitinib EG in te nemen?
Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben. Niet iedereen krijgt daarmee
te maken.
U moet onmiddellijk contact opnemen met uw arts als u één van de ernstige bijwerkingen ervaart (zie
ook onder
Wanneer mag u Sunitinib EG niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?):
Hartproblemen.
Vertel het uw arts als u zich erg moe voelt, kortademig bent of als u gezwollen
voeten en enkels heeft. Dit kunnen symptomen zijn van hartproblemen, zoals hartfalen, en problemen
met uw hartspieren (cardiomyopathie).
Long- of ademhalingsproblemen.
Vertel het uw arts als u last krijgt van hoesten, pijn op de borst,
plotseling opkomende kortademigheid of als u bloed ophoest. Dit kunnen symptomen zijn van een
aandoening die longembolie genoemd wordt en die optreedt als er bloedstolsels in uw longen komen.
Nierproblemen.
Vertel het uw arts als u een verandering in de mate van, of niet meer urineren ervaart.
Dit kunnen symptomen zijn van nierfalen.
Bloeding.
Vertel het uw arts als u één van deze symptomen of een ernstige bloeding hebt tijdens de
behandeling met Sunitinib EG: pijnlijke, gezwollen maag (buik); braken van bloed; zwarte, plakkerige
ontlasting; bloed in de urine; hoofdpijn of een verandering in uw geestelijke toestand; ophoesten van
bloed of bloederig slijm uit longen of luchtwegen.
Vernietiging van de tumor met als gevolg darmperforatie.
Vertel het uw arts als u ernstige
buikpijn, koorts, misselijkheid, braken, bloed in uw ontlasting of veranderingen in uw stoelgang heeft.
Andere bijwerkingen van Sunitinib EG kunnen zijn:
Zeer vaak:
kan meer dan 1 op de 10 mensen treffen
Afname in het aantal bloedplaatjes, rode bloedcellen en/of witte bloedcellen (bijvoorbeeld
neutrofielen).
Kortademigheid.
Hoge bloeddruk.
Extreme vermoeidheid, krachtsverlies.
Zwelling veroorzaakt door vloeistof onder de huid en rond de ogen, diepe allergische uitslag.
Pijn/irritatie van de mond, pijnlijke zweertjes/ontsteking/droogte in de mond, smaakstoornissen,
van streek geraakte maag, misselijkheid, braken, diarree, verstopping, buikpijn/zwelling,
verlies/vermindering van eetlust.
Verminderde activiteit van de schildklier (hypothyroïdie).
Duizeligheid.
Hoofdpijn.
Bloedneus.
Rugpijn, gewrichtspijn.
Pijn in armen en benen.
Gele huid/huidverkleuring, overmatige pigmentvorming in de huid, verandering van haarkleur,
huiduitslag op de handpalmen en de voetzolen, huiduitslag, droogheid van de huid.
Hoest.
Koorts.
Moeilijk in slaap kunnen komen.
Vaak:
kan tot 1 op de 10 mensen treffen
Bloedstolsels in de bloedvaten.
Verminderde bloedtoevoer naar de hartspier vanwege verstopte of vernauwde kransslagaders.
Pijn op de borst.
Verminderde bloedverplaatsing door het hart.
Vochtophoping, waaronder rond de longen.
Infecties.
Complicatie van ernstige infectie (infectie is aanwezig in de bloedsomloop) die kan leiden tot
weefselschade, orgaanfalen en overlijden.
Verlaagde bloedsuikerspiegel (zie rubriek 2).
Verlies van eiwit in de urine waardoor soms zwelling ontstaat.
Griepachtig syndroom.
Abnormale bloedtesten, waaronder pancreas- en leverenzymen.
Hoge urinezuurspiegel in het bloed.
Aambeien, pijn in het rectum, bloeding van het tandvlees, moeilijkheden met het slikken of de
onmogelijkheid om te slikken.
Brandend of pijnlijk gevoel in de tong, ontsteking van de spijsverteringsorganen, overmatige
gassen in de maag of de darmen.
Gewichtsverlies.
Skeletspierpijn (pijn in spieren en botten), spierzwakte, spiervermoeidheid, spierpijn,
spierspasmen.
Droge neus, verstopte neus.
Overmatige traanafscheiding.
Abnormaal gevoel van de huid, jeuk, schilfering en ontsteking van de huid, blaren, acne,
nagelverkleuring, haaruitval.
Abnormale gewaarwording in de ledematen.
Abnormaal afgenomen/toegenomen gevoeligheid, met name bij aanraking.
Zuurbranden.
Uitdroging (dehydratie).
Opvliegers.
Abnormaal gekleurde urine.
Depressie.
Koude rillingen.
Soms:
kan tot 1 op de 100 mensen treffen
Levensbedreigende infectie van zachte weefsels, waaronder het gebied van anus en geslachtsdelen
(zie rubriek 2).
Beroerte.
Hartaanval, veroorzaakt door een onderbroken of verminderde bloedtoevoer naar het hart.
Veranderingen in de elektrische activiteit of abnormaal ritme van het hart.
Vloeistof rond het hart (pericardiale effusie).
Leverfalen.
Pijn in de maag (onderbuik) veroorzaakt door ontsteking van de alvleesklier.
Vernietiging van de tumor met als gevolg darmperforatie.
Ontsteking (zwelling en roodheid) van de galblaas, al dan niet gepaard gaand met galstenen.
Abnormale kokervormige doorgang vanuit een normale lichaamsholte naar een andere
lichaamsholte of de huid.
Pijn in de mond, tanden en/of kaak, zwelling of zweren in de mond, gevoelloosheid of een zwaar
gevoel in de kaak, loslaten van een tand. Dit kunnen klachten en verschijnselen zijn van schade
aan het kaakbot (osteonecrose), zie rubriek 2.
Overmatige productie van schildklierhormonen die de hoeveelheid energie die het lichaam in ruste
verbruikt, doet toenemen.
Problemen met wondgenezing na een operatie.
Verhoogde enzymspiegel (creatinine-fosfokinase) in het bloed, afkomstig van spierweefsel.
Overmatige reactie op een allergeen, waaronder hooikoorts, huiduitslag, jeukende huid, netelroos,
zwelling van lichaamsdelen en moeite met ademhalen.
Ontsteking van de dikke darm (colitis, ischemische colitis).
Zelden:
kan tot 1 op de 1000 mensen treffen
Ernstige reactie van de huid en/of slijmvliezen (syndroom van Stevens-Johnson, toxische
epidermale necrolyse, erythema multiforme).
Tumorlysissyndroom (TLS) – TLS bestaat uit een aantal complicaties van de stofwisseling, die
kunnen optreden tijdens de behandeling van kanker. Deze complicaties worden veroorzaakt door
de afbraakproducten van afstervende kankercellen en kunnen zijn: misselijkheid, kortademigheid,
onregelmatige hartslag, spierkrampen, epileptische aanvallen, troebele urine en vermoeidheid,
samenhangend met abnormale, met laboratoriumtests aan te tonen bloedwaarden (hoge
concentraties kalium, urinezuur en fosfor, en lage concentraties calcium) die kunnen leiden tot
veranderingen in de nierfunctie en tot acuut nierfalen.
Abnormale spierafbraak die kan leiden tot nierproblemen (rabdomyolyse).
Abnormale veranderingen in de hersenen, die kunnen leiden tot een reeks verschijnselen, zoals
hoofdpijn, verwardheid, epileptische aanvallen en verlies van gezichtsvermogen (reversibel
posterieur leuko-encefalopathiesyndroom).
Pijnlijke zweren van de huid (pyoderma gangrenosum).
Ontsteking van de lever (hepatitis).
Ontsteking van de schildklier.
Schade aan de kleinste bloedvaten, een aandoening die bekend staat als trombotische
microangiopathie (TMA).
Niet bekend:
kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald
Een vergroting en verzwakking van een bloedvatwand (aneurysma) of een scheur in een
bloedvatwand (arteriële dissectie).
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook melden via:
België:
Federaal
Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG) – Afdeling Vigilantie – Postbus
97 – B-1000 Brussel Madou of via de website:
www.eenbijwerkingmelden.be.
Luxemburg:
Centre Régional de Pharmacovigilance de Nancy – E-mail:
crpv@chru-nancy.fr
– Tel.:
(+33) 3 83 65 60 85 / 87 ou Division de la Pharmacie et des Médicaments de la Direction de la Santé à
Luxembourg – E-mail:
pharmacovigilance@ms.etat.lu
– Tel.: (+352) 247-85592. Website:
https://guichet.public.lu/fr/entreprises/sectoriel/sante/medecins/notification-effets-indesirables-
medicaments.html.
Door bijwerkingen te melden, helpt u ons om meer informatie te krijgen over de veiligheid van dit
geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u Sunitinib EG?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de verpakking
na “EXP”. Daar staan een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat de verpakking beschadigd is of tekenen van manipulatie
vertoont.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de wc en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert, worden ze op een juiste manier vernietigd en komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in Sunitinib EG?
De werkzame stof in dit geneesmiddel is sunitinib
Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules
Elke capsule bevat 12,5 mg sunitinib.
Sunitinib EG 25 mg harde capsules
Elke capsule bevat 25 mg sunitinib.
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules
Elke capsule bevat 37,5 mg sunitinib.
Sunitinib EG 50 mg harde capsules
Elke capsule bevat 50 mg sunitinib.
De andere stoffen in dit middel zijn:
Inhoud van de capsule:
microkristallijne cellulose (E460), mannitol (E421),
natriumcroscarmellose, povidon (E1201) en magnesiumstearaat (E470b).
Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules
-
Capsuleomhulsel:
rood ijzeroxide (E172), titaandioxide (E171), gelatine.
-
Drukinkt wit:
schellak, titaandioxide (E171), propyleenglycol (E1520).
Sunitinib EG 25 mg harde capsules
-
Capsuleomhulsel:
zwart ijzeroxide (E172), rood ijzeroxide (E172), geel ijzeroxide (E172),
titaandioxide (E171), gelatine.
-
Drukinkt wit:
schellak, titaandioxide (E171), propyleenglycol (E1520).
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules
-
Capsuleomhulsel:
geel ijzeroxide (E172), titaandioxide (E171), gelatine.
-
Drukinkt zwart:
schellak, zwart ijzeroxide (E172), propyleenglycol (E1520), ammonia (E527).
Sunitinib EG 50 mg harde capsules
-
Capsuleomhulsel:
zwart ijzeroxide (E172), rood ijzeroxide (E172), geel ijzeroxide (E172),
titaandioxide (E171), gelatine.
-
Drukinkt wit:
schellak, titaandioxide (E171), propyleenglycol (E1520).
Hoe ziet Sunitinib EG eruit en wat zit er in een verpakking?
Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules
Gelatine capsules, maat 4, met oranje bovenste en oranje onderste capsulehelft, met witte opdruk “12,5
mg” op de onderste capsulehelft, die geel tot oranje granulaat bevatten.
Sunitinib EG 25 mg harde capsules
Gelatine capsules, maat 3, met caramelkleurige bovenste en oranje onderste capsulehelft, met witte
opdruk “25 mg” op de onderste capsulehelft, die geel tot oranje granulaat bevatten.
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules
Gelatine capsules, maat 2, met gele bovenste en gele onderste capsulehelft, met zwarte opdruk “37,5
mg” op de onderste capsulehelft, die geel tot oranje granulaat bevatten.
Sunitinib EG 50 mg harde capsules
Gelatine capsules, maat 1, met caramelkleurige bovenste en caramelkleurige onderste capsulehelft,
met witte opdruk “50 mg” op de onderste capsulehelft, die geel tot oranje granulaat bevatten.
Sunitinib EG harde capsules zijn beschikbaar in
Blisterverpakkingen met 28, 30 harde capsules.
Geperforeerde eenheidsdosisblisterverpakkingen met 28 x 1, 30 x 1 harde capsules.
Kunststof flessen met 30 harde capsules
Het is mogelijk dat niet alle genoemde verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
EG (Eurogenerics) NV – Heizel Esplanade b22 – 1020 Brussel
Fabrikanten
1) Remedica Ltd. - Aharnon Street – Limassol Industrial Estate – 3056 Limassol – Cyprus
2) Pharmacare Premium Ltd. – HHF003 Hal Far Industrial Estate – Birzebbugia BBG3000 – Malta
3) STADA Arzneimittel AG – Stadastrasse 2-18 – 61118 Bad Vilbel – Duitsland
4) STADA Arzneimittel GmbH – Muthgasse 36/2 – 1190 Wenen – Oostenrijk
5) STADAPHARM GmbH – Feodor-Lynen-Straße 35 – 30625 Hannover - Duitsland
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen:
NL
Sunitinib CF 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg, harde capsules
AT
Sunitinib STADA 12,5mg-25 mg-50 mg Hartkapseln
BE
Sunitinib EG 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg harde capsules
CZ
Sunitinib STADA
DE
Sunitinib AL 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg Hartkapseln
DK
Sunitinib STADA
EE
Sunitinib STADA, 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg kõvakapslid
FI
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-50 mg kovat kapselit
FR
SUNITINIB EG 12.5 mg-25 mg-50 mg, gélule
HR
Sunitinib Stada 12,5 mg-25 mg-50 mg tvrde kapsule
IS
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-50 mg hörð hylki
IT
Sunitinib EG
LT
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg kietosios kapsulės
LV
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg cietās kapsulas
LU
Sunitinib EG 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg gélules
NO
Sunitinib STADA
PT
Sunitinib STADA
RO
Sunitinib Stada 12,5 mg-25 mg-50 mg capsule
SE
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-50 mg hårda kapslar
SK
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-50 mg
UK
Sunitinib STADA 12.5 mg-25 mg-50 mg hard capsules
Nummers van de vergunning voor het in handel brengen:
Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules (blisterverpakking):
Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules (fles):
Sunitinib EG 25 mg harde capsules (blisterverpakking):
Sunitinib EG 25 mg harde capsules (fles):
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules (blisterverpakking):
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules (fles):
Sunitinib EG 50 mg harde capsules (blisterverpakking):
Sunitinib EG 50 mg harde capsules (fles):
Afleveringswijze:
op medisch voorschrift
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd/herzien in 05/2022 / 12/2021.
BE594044
BE594053
BE594062
BE594071
BE594080
BE594097
BE594115
BE594124

Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules
Sunitinib EG 25 mg harde capsules
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules
Sunitinib EG 50 mg harde capsules
sunitinib
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen, want er staat
belangrijke informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het
kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
- Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking
die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Sunitinib EG en waarvoor wordt het ingenomen?
2.
Wanneer mag u Sunitinib EG niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe neemt u Sunitinib EG in?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u Sunitinib EG?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Sunitinib EG en waarvoor wordt het ingenomen?
Sunitinib EG bevat de werkzame stof sunitinib, die een proteïnekinaseremmer is. Het wordt gebruikt
bij de behandeling van kanker; het voorkomt de activiteit van een speciale groep van proteïnen
waarvan bekend is dat ze een rol spelen in de groei en de verspreiding van kankercellen.
Sunitinib EG wordt gebruikt om volwassenen met de volgende vormen van kanker te behandelen:
Gastro-intestinale stromatumor (GIST), een vorm van kanker van de maag en de darmen, wanneer
imatinib (een ander antikankergeneesmiddel) niet langer werkt of wanneer u imatinib niet kunt
gebruiken.
Gemetastaseerd niercelcarcinoom (MRCC), een vorm van nierkanker die zich verspreid heeft naar
andere delen van het lichaam.
Neuro-endocriene tumoren van de pancreas (pancreasNET) (tumoren van de
hormoonproducerende cellen in de pancreas), die voortgeschreden zijn of die niet operatief te
verwijderen zijn.
Heeft u vragen over hoe Sunitinib EG werkt of waarom dit geneesmiddel aan u is voorgeschreven,
raadpleeg dan uw arts.
2.
Wanneer mag u Sunitinib EG niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u Sunitinib EG niet gebruiken?
-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6 van deze bijsluiter.
tijdens de behandeling met Sunitinib EG uw bloeddruk controleren, en u kunt, indien nodig,
geneesmiddelen krijgen die de bloeddruk verlagen.
Als u bloedingsziekte, bloedingsproblemen of blauwe plekken heeft of heeft gehad.
Behandeling met Sunitinib EG kan leiden tot een hoger bloedingsrisico, of tot veranderingen in
het aantal van bepaalde cellen in het bloed die kunnen leiden tot bloedarmoede of die de stolling
van uw bloed kunnen beïnvloeden. Als u warfarine of acenocoumarol neemt, geneesmiddelen die
het bloed verdunnen en bloedstolsels tegengaan, kan er een groter risico op bloedingen zijn. Vertel
het uw arts als u een bloeding hebt tijdens de behandeling met Sunitinib EG.
Als u hartproblemen heeft. Sunitinib EG kan hartproblemen veroorzaken. Vertel het uw arts als
u zich erg moe voelt, kortademig bent of als u gezwollen voeten en enkels hebt.
Als u ongewone hartritmeveranderingen heeft. Sunitinib EG kan een afwijkend hartritme
veroorzaken. Uw arts kan electrocardiogrammen laten maken om deze problemen te onderzoeken
tijdens uw behandeling met Sunitinib EG. Vertel het uw arts als u zich duizelig voelt, flauwvalt of
als u een ongewone hartslag hebt terwijl u Sunitinib EG inneemt.
Als u pas geleden een probleem met bloedstolsels in uw aderen en/of slagaderen (type
bloedvaten) heeft gehad, waaronder een beroerte, hartaanval, embolie of trombose. Bel
onmiddellijk uw arts als u klachten heeft zoals pijn of druk op de borst, pijn in uw armen, rug, nek
of kaken, kortademigheid, gevoelloosheid of een gevoel van zwakte aan 1 kant van uw lichaam,
moeite met praten, hoofdpijn of duizeligheid tijdens het innemen van Sunitinib EG.
Als u een vergroting en verzwakking van een bloedvatwand (aneurysma) of een scheur in
een bloedvatwand (arteriële dissectie) heeft of heeft gehad.
Als u schade aan de kleinste bloedvaten heeft of heeft gehad, een aandoening die bekend
staat als trombotische microangiopathie (TMA). Vertel het uw arts als u last krijgt van koorts,
vermoeidheid, blauwe plekken, bloedingen, zwellingen, verwardheid, verlies van het
gezichtsvermogen en toevallen.
Als u problemen heeft met uw schildklier. Sunitinib EG kan schildklierproblemen veroorzaken.
Vertel het uw arts als u sneller moe wordt, zich kouder voelt dan andere mensen of als uw stem
dieper wordt terwijl u Sunitinib EG inneemt. Uw schildklier moet onderzocht worden voordat u
Sunitinib EG inneemt en regelmatig tijdens het gebruik. Als uw schildklier niet voldoende
schildklierhormoon aanmaakt, kunt u behandeld worden met een schildklierhormoonvervanger.
Als u problemen heeft of heeft gehad met uw alvleesklier (pancreas) of galblaas. Vertel het
uw arts als u een van de volgende verschijnselen of klachten krijgt: pijn in de maagstreek
(bovenste deel van de buik), misselijkheid, overgeven en koorts. Deze klachten kunnen
veroorzaakt worden door een ontsteking van de alvleesklier of galblaas.
Als u leverproblemen heeft of heeft gehad. Vertel het uw arts als u een van de volgende
verschijnselen of klachten van leverproblemen krijgt tijdens de behandeling met Sunitinib EG:
jeuk, gele ogen of huid, donkere urine en pijn of ongemak rechtsboven in de buik. Uw arts moet
bloedtesten doen om uw leverfunctie te onderzoeken vóór en tijdens de behandeling met Sunitinib
EG, en wanneer dat klinisch nodig is.
Als u nierproblemen heeft of heeft gehad. Uw arts zal uw nierfunctie controleren.
Als u een chirurgische ingreep gaat ondergaan of als u recent een operatie heeft ondergaan.
behandeling met Sunitinib EG start.
-
Indien u pijn in de mond, tanden en/of kaak, zwelling of zweren in de mond, gevoelloosheid
of een zwaar gevoel in de kaak, of het loslaten van een tand ervaart of heeft ervaren, vertel het
meteen aan uw arts en tandarts.
- Indien u een invasieve tandheelkundige behandeling of gebitsoperatie moet ondergaan, vertel
uw tandarts dat u behandeld wordt met Sunitinib EG, in het bijzonder als u ook intraveneus
bisfosfonaten krijgt of hebt gekregen. Bisfosfonaten zijn geneesmiddelen die gebruikt worden
om botcomplicaties te voorkomen en die voor een andere medische aandoening toegediend
kunnen zijn.
Als u huid- en onderhuidaandoeningen heeft of heeft gehad. Tijdens het gebruik van dit
geneesmiddel kan `pyoderma gangrenosum' (pijnlijke zweren van de huid) of `necrotiserende
fasciitis' (infectie van de huid/zachte weefsels die zich snel verspreidt en levensbedreigend kan
zijn) optreden. Neem onmiddellijk contact op met uw arts als symptomen van infectie optreden
rond een huidwond, waaronder koorts, pijn, roodheid, zwelling of het vrijkomen van etter of
bloed. Deze klacht verdwijnt over het algemeen na het stoppen met sunitinib. Ernstige huidreacties
(Stevens-Johnson syndroom, toxische epidermale necrolyse, erythema multiforme) zijn gemeld bij
het gebruik van sunitinib. Deze reacties verschijnen aanvankelijk als roodachtige,
schietschijfachtige vlekken of ronde plekken, vaak met blaren in het midden, op de romp. De
uitslag kan zich uitbreiden tot wijdverspreide blaarvorming of afschilferen van de huid en kan
levensbedreigend zijn. Vraag uw arts onmiddellijk om advies als u huiduitslag of deze
huidverschijnselen krijgt.
Als u toevallen/stuipen (convulsies) heeft of heeft gehad. Neem zo snel mogelijk contact op met
uw arts als u een hoge bloeddruk, hoofdpijn of gezichtsverlies heeft.
Als u diabetes heeft. Bloedsuikerspiegels bij patiënten met diabetes moeten regelmatig worden
gecontroleerd om te bepalen of de dosering van diabetesgeneesmiddelen aangepast moet worden
om de kans op te lage bloedsuikerspiegels te verminderen. Vertel het uw arts zo snel mogelijk als
u verschijnselen of symptomen van een lage bloedsuikerspiegel (vermoeidheid, hartkloppingen,
zweten, hongergevoel en bewustzijnsverlies) krijgt.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Sunitinib EG wordt niet aanbevolen voor patiënten jonger dan 18 jaar.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Sunitinib EG nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of gaat u
dit misschien binnenkort doen? Vertel dat dan uw arts of apotheker.
Sommige geneesmiddelen kunnen de concentratie van Sunitinib EG in uw lichaam beïnvloeden. U
moet uw arts informeren als u geneesmiddelen gebruikt die de volgende werkzame stoffen bevatten:
ketoconazol, itraconazol - gebruikt voor de behandeling van schimmelinfecties
erytromycine, claritromycine, rifampicine - gebruikt voor de behandeling van infecties
ritonavir ­ gebruikt voor de behandeling van HIV
dexamethason ­ een corticosteroïd dat bij diverse aandoeningen wordt gebruikt (zoals allergische
aandoeningen/ademhalingsaandoeningen of huidziekten)
fenytoïne, carbamazepine, fenobarbital ­ gebruikt voor de behandeling van epilepsie en andere
neurologische aandoeningen
kruidenpreparaten die sint-janskruid bevatten (Hypericum perforatum) ­ gebruikt voor de
behandeling van depressie en angst
Gedurende behandeling met Sunitinib EG moet u, als u zwanger zou kunnen worden, gebruik maken
van effectieve anticonceptie.
Vertel het uw arts als u borstvoeding geeft. U mag geen borstvoeding geven tijdens de behandeling
met Sunitinib EG.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Wees extra voorzichtig met het besturen van motorvoertuigen of het gebruik van machines, als u
duizelig wordt of als u zich bijzonder moe voelt.
Sunitinib EG bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per harde capsules, dat wil zeggen dat het in
wezen `natriumvrij' is.
3.
Hoe neemt u Sunitinib EG in?
Neem dit geneesmiddel altijd in precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Uw arts zal een voor u geschikte dosering voorschrijven afhankelijk van het type te behandelen
kanker. Als u wordt behandeld voor:
GIST of MRCC: de gebruikelijke dosering is eenmaal per dag 50 mg innemen gedurende 28
dagen (4 weken), gevolgd door een rustpauze (geen geneesmiddel) van 14 dagen (2 weken) in 6-
wekelijkse cycli.
pancreasNET: de gebruikelijke dosering is eenmaal per dag 37,5 mg zonder een rustperiode.
Uw arts bepaalt de geschikte dosis die u moet innemen, en of en wanneer u moet stoppen met de
behandeling met Sunitinib EG.
Sunitinib EG kan met of zonder voedsel worden ingenomen.
Heeft u te veel van Sunitinib EG ingenomen?
Wanneer u te veel van Sunitinib EG heeft ingenomen, neem onmiddellijk contact op met uw arts,
apotheker of het Antigifcentrum (070/245.245). Als u per ongeluk te veel capsules hebt ingenomen,
vertel het onmiddellijk aan uw arts. Het kan zijn dat u medische behandeling nodig heeft.
Bent u vergeten Sunitinib EG in te nemen?
Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben. Niet iedereen krijgt daarmee
te maken.
Long- of ademhalingsproblemen. Vertel het uw arts als u last krijgt van hoesten, pijn op de borst,
plotseling opkomende kortademigheid of als u bloed ophoest. Dit kunnen symptomen zijn van een
aandoening die longembolie genoemd wordt en die optreedt als er bloedstolsels in uw longen komen.
Nierproblemen. Vertel het uw arts als u een verandering in de mate van, of niet meer urineren ervaart.
Dit kunnen symptomen zijn van nierfalen.
Bloeding. Vertel het uw arts als u één van deze symptomen of een ernstige bloeding hebt tijdens de
behandeling met Sunitinib EG: pijnlijke, gezwollen maag (buik); braken van bloed; zwarte, plakkerige
ontlasting; bloed in de urine; hoofdpijn of een verandering in uw geestelijke toestand; ophoesten van
bloed of bloederig slijm uit longen of luchtwegen.
Vernietiging van de tumor met als gevolg darmperforatie. Vertel het uw arts als u ernstige
buikpijn, koorts, misselijkheid, braken, bloed in uw ontlasting of veranderingen in uw stoelgang heeft.
Andere bijwerkingen van Sunitinib EG kunnen zijn:
Zeer vaak: kan meer dan 1 op de 10 mensen treffen
Afname in het aantal bloedplaatjes, rode bloedcellen en/of witte bloedcellen (bijvoorbeeld
neutrofielen).
Kortademigheid.
Hoge bloeddruk.
Extreme vermoeidheid, krachtsverlies.
Zwelling veroorzaakt door vloeistof onder de huid en rond de ogen, diepe allergische uitslag.
Pijn/irritatie van de mond, pijnlijke zweertjes/ontsteking/droogte in de mond, smaakstoornissen,
van streek geraakte maag, misselijkheid, braken, diarree, verstopping, buikpijn/zwelling,
verlies/vermindering van eetlust.
Verminderde activiteit van de schildklier (hypothyroïdie).
Duizeligheid.
Hoofdpijn.
Bloedneus.
Rugpijn, gewrichtspijn.
Pijn in armen en benen.
Gele huid/huidverkleuring, overmatige pigmentvorming in de huid, verandering van haarkleur,
huiduitslag op de handpalmen en de voetzolen, huiduitslag, droogheid van de huid.
Hoest.
Koorts.
Moeilijk in slaap kunnen komen.
Vaak: kan tot 1 op de 10 mensen treffen
Bloedstolsels in de bloedvaten.
Verminderde bloedtoevoer naar de hartspier vanwege verstopte of vernauwde kransslagaders.
Pijn op de borst.
Verminderde bloedverplaatsing door het hart.
Vochtophoping, waaronder rond de longen.
Infecties.
Complicatie van ernstige infectie (infectie is aanwezig in de bloedsomloop) die kan leiden tot
weefselschade, orgaanfalen en overlijden.
onmogelijkheid om te slikken.
Brandend of pijnlijk gevoel in de tong, ontsteking van de spijsverteringsorganen, overmatige
gassen in de maag of de darmen.
Gewichtsverlies.
Skeletspierpijn (pijn in spieren en botten), spierzwakte, spiervermoeidheid, spierpijn,
spierspasmen.
Droge neus, verstopte neus.
Overmatige traanafscheiding.
Abnormaal gevoel van de huid, jeuk, schilfering en ontsteking van de huid, blaren, acne,
nagelverkleuring, haaruitval.
Abnormale gewaarwording in de ledematen.
Abnormaal afgenomen/toegenomen gevoeligheid, met name bij aanraking.
Zuurbranden.
Uitdroging (dehydratie).
Opvliegers.
Abnormaal gekleurde urine.
Depressie.
Koude rillingen.
Soms: kan tot 1 op de 100 mensen treffen
Levensbedreigende infectie van zachte weefsels, waaronder het gebied van anus en geslachtsdelen
(zie rubriek 2).
Beroerte.
Hartaanval, veroorzaakt door een onderbroken of verminderde bloedtoevoer naar het hart.
Veranderingen in de elektrische activiteit of abnormaal ritme van het hart.
Vloeistof rond het hart (pericardiale effusie).
Leverfalen.
Pijn in de maag (onderbuik) veroorzaakt door ontsteking van de alvleesklier.
Vernietiging van de tumor met als gevolg darmperforatie.
Ontsteking (zwelling en roodheid) van de galblaas, al dan niet gepaard gaand met galstenen.
Abnormale kokervormige doorgang vanuit een normale lichaamsholte naar een andere
lichaamsholte of de huid.
Pijn in de mond, tanden en/of kaak, zwelling of zweren in de mond, gevoelloosheid of een zwaar
gevoel in de kaak, loslaten van een tand. Dit kunnen klachten en verschijnselen zijn van schade
aan het kaakbot (osteonecrose), zie rubriek 2.
Overmatige productie van schildklierhormonen die de hoeveelheid energie die het lichaam in ruste
verbruikt, doet toenemen.
Problemen met wondgenezing na een operatie.
Verhoogde enzymspiegel (creatinine-fosfokinase) in het bloed, afkomstig van spierweefsel.
Overmatige reactie op een allergeen, waaronder hooikoorts, huiduitslag, jeukende huid, netelroos,
zwelling van lichaamsdelen en moeite met ademhalen.
Ontsteking van de dikke darm (colitis, ischemische colitis).
Zelden: kan tot 1 op de 1000 mensen treffen
Ernstige reactie van de huid en/of slijmvliezen (syndroom van Stevens-Johnson, toxische
epidermale necrolyse, erythema multiforme).
Tumorlysissyndroom (TLS) ­ TLS bestaat uit een aantal complicaties van de stofwisseling, die
Abnormale spierafbraak die kan leiden tot nierproblemen (rabdomyolyse).
Abnormale veranderingen in de hersenen, die kunnen leiden tot een reeks verschijnselen, zoals
hoofdpijn, verwardheid, epileptische aanvallen en verlies van gezichtsvermogen (reversibel
posterieur leuko-encefalopathiesyndroom).
Pijnlijke zweren van de huid (pyoderma gangrenosum).
Ontsteking van de lever (hepatitis).
Ontsteking van de schildklier.
Schade aan de kleinste bloedvaten, een aandoening die bekend staat als trombotische
microangiopathie (TMA).
Niet bekend: kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald
Een vergroting en verzwakking van een bloedvatwand (aneurysma) of een scheur in een
bloedvatwand (arteriële dissectie).
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook melden via:
België: Federaal
Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG) ­ Afdeling Vigilantie ­ Postbus
97 ­ B-1000 Brussel Madou of via de website: w
ww.eenbijwerkingmelden.be .
Luxemburg: Centre Régional de Pharmacovigilance de Nancy ­ E-mail: crpv@chru-nancy.fr ­ Tel.:
(+33) 3 83 65 60 85 / 87 ou Division de la Pharmacie et des Médicaments de la Direction de la Santé à
Luxembourg ­ E-mail: pharmacovigilance@ms.etat.lu ­ Tel.: (+352) 247-85592. Website:
https://guichet.public.lu/fr/entreprises/sectoriel/sante/medecins/notification-effets-indesirables-
medicaments.html.
Door bijwerkingen te melden, helpt u ons om meer informatie te krijgen over de veiligheid van dit
geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u Sunitinib EG?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de verpakking
na 'EXP'. Daar staan een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat de verpakking beschadigd is of tekenen van manipulatie
vertoont.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de wc en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert, worden ze op een juiste manier vernietigd en komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in Sunitinib EG?
De werkzame stof in dit geneesmiddel is sunitinib
De andere stoffen in dit middel zijn:
Inhoud van de capsule: microkristallijne cellulose (E460), mannitol (E421),
natriumcroscarmellose, povidon (E1201) en magnesiumstearaat (E470b).
Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules
-
Capsuleomhulsel: rood ijzeroxide (E172), titaandioxide (E171), gelatine.
- Drukinkt wit: schellak, titaandioxide (E171), propyleenglycol (E1520).
Sunitinib EG 25 mg harde capsules
-
Capsuleomhulsel: zwart ijzeroxide (E172), rood ijzeroxide (E172), geel ijzeroxide (E172),
titaandioxide (E171), gelatine.
- Drukinkt wit: schellak, titaandioxide (E171), propyleenglycol (E1520).
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules
-
Capsuleomhulsel: geel ijzeroxide (E172), titaandioxide (E171), gelatine.
- Drukinkt zwart: schellak, zwart ijzeroxide (E172), propyleenglycol (E1520), ammonia (E527).
Sunitinib EG 50 mg harde capsules
-
Capsuleomhulsel: zwart ijzeroxide (E172), rood ijzeroxide (E172), geel ijzeroxide (E172),
titaandioxide (E171), gelatine.
- Drukinkt wit: schellak, titaandioxide (E171), propyleenglycol (E1520).
Hoe ziet Sunitinib EG eruit en wat zit er in een verpakking?
Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules
Gelatine capsules, maat 4, met oranje bovenste en oranje onderste capsulehelft, met witte opdruk '12,5
mg' op de onderste capsulehelft, die geel tot oranje granulaat bevatten.
Sunitinib EG 25 mg harde capsules
Gelatine capsules, maat 3, met caramelkleurige bovenste en oranje onderste capsulehelft, met witte
opdruk '25 mg' op de onderste capsulehelft, die geel tot oranje granulaat bevatten.
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules
Gelatine capsules, maat 2, met gele bovenste en gele onderste capsulehelft, met zwarte opdruk '37,5
mg' op de onderste capsulehelft, die geel tot oranje granulaat bevatten.
Sunitinib EG 50 mg harde capsules
Gelatine capsules, maat 1, met caramelkleurige bovenste en caramelkleurige onderste capsulehelft,
met witte opdruk '50 mg' op de onderste capsulehelft, die geel tot oranje granulaat bevatten.
Sunitinib EG harde capsules zijn beschikbaar in
Blisterverpakkingen met 28, 30 harde capsules.
Geperforeerde eenheidsdosisblisterverpakkingen met 28 x 1, 30 x 1 harde capsules.
Kunststof flessen met 30 harde capsules
Het is mogelijk dat niet alle genoemde verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
EG (Eurogenerics) NV ­ Heizel Esplanade b22 ­ 1020 Brussel
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen:
NL
Sunitinib CF 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg, harde capsules
AT
Sunitinib STADA 12,5mg-25 mg-50 mg Hartkapseln
BE
Sunitinib EG 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg harde capsules
CZ
Sunitinib STADA
DE
Sunitinib AL 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg Hartkapseln
DK
Sunitinib STADA
EE
Sunitinib STADA, 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg kõvakapslid
FI
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-50 mg kovat kapselit
FR
SUNITINIB EG 12.5 mg-25 mg-50 mg, gélule
HR
Sunitinib Stada 12,5 mg-25 mg-50 mg tvrde kapsule
IS
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-50 mg hörð hylki
IT
Sunitinib EG
LT
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg kietosios kapsuls
LV
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg ciets kapsulas
LU
Sunitinib EG 12,5 mg-25 mg-37,5 mg-50 mg gélules
NO
Sunitinib STADA
PT
Sunitinib STADA
RO
Sunitinib Stada 12,5 mg-25 mg-50 mg capsule
SE
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-50 mg hårda kapslar
SK
Sunitinib STADA 12,5 mg-25 mg-50 mg
UK
Sunitinib STADA 12.5 mg-25 mg-50 mg hard capsules
Nummers van de vergunning voor het in handel brengen:
Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules (blisterverpakking):
BE594044
Sunitinib EG 12,5 mg harde capsules (fles):
BE594053
Sunitinib EG 25 mg harde capsules (blisterverpakking):
BE594062
Sunitinib EG 25 mg harde capsules (fles):
BE594071
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules (blisterverpakking):
BE594080
Sunitinib EG 37,5 mg harde capsules (fles):
BE594097
Sunitinib EG 50 mg harde capsules (blisterverpakking):
BE594115
Sunitinib EG 50 mg harde capsules (fles):
BE594124
Afleveringswijze: op medisch voorschrift

Heb je dit medicijn gebruikt? Sunitinib EG 12,5 mg te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Sunitinib EG 12,5 mg te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Sunitinib EG 12,5 mg

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG