Nexium control 20 mg

BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Nexium Control 20 mg maagsapresistente tabletten
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke maagsapresistente tablet bevat 20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat)
Hulpstof(fen) met bekend effect
Elke maagsapresistente tablet bevat 28 mg sucrose.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Maagsapresistente tablet.
Een lichtroze, ovale, biconvexe, filmomhulde, maagsapresistente tablet van 14 mm x 7 mm met de
inscriptie ‘20 mG’ aan de ene kant en ‘A/EH’ aan de andere kant.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Nexium Control is geïndiceerd voor de kortdurende behandeling van refluxsymptomen (bijvoorbeeld
brandend maagzuur en zure oprispingen) bij volwassenen.
4.2
Dosering en wijze van toediening
Dosering
De aanbevolen dosering is 20 mg esomeprazol (één tablet) per dag.
Het kan nodig zijn de tabletten 2-3 opeenvolgende dagen in te nemen om een verbetering van de
symptomen te verkrijgen. De duur van de behandeling is maximaal 2 weken. Zodra volledige
verlichting van de symptomen is opgetreden, dient de behandeling te worden gestaakt.
Indien er geen verlichting van symptomen is verkregen binnen 2 weken ononderbroken behandeling,
dient de patiënt geïnstrueerd te worden een arts te raadplegen.
Speciale patiëntengroepen
Patiënten met nierinsufficiëntie
Dosisaanpassing is niet nodig bij patiënten met een verminderde nierfunctie. Als gevolg van beperkte
ervaring bij patiënten met ernstige nierinsufficiëntie, dienen dergelijke patiënten met voorzichtigheid
te worden behandeld (zie rubriek 5.2).
Patiënten met leverinsufficiëntie
Dosisaanpassing is niet nodig bij patiënten met lichte tot matig-ernstige leverinsufficiëntie. Echter,
patiënten met een ernstige leverinsufficiëntie dienen door een arts te worden geadviseerd voordat
wordt begonnen met Nexium Control (zie rubrieken 4.4 en 5.2).
Ouderen (≥65 jaar)
Dosisaanpassing is niet nodig bij oudere patiënten.
2
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing voor Nexium Control bij pediatrische patiënten in de leeftijd tot 18 jaar
voor de indicatie van “kortdurende behandeling van refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend
maagzuur en zure oprispingen)”.
Wijze van toediening
De tabletten moeten in het geheel worden doorgeslikt met een half glas water. De tabletten mogen niet
gekauwd of fijngemaakt worden.
Als alternatief kunnen de tabletten gedispergeerd worden in een half glas niet-koolzuurhoudend water.
Andere vloeistoffen mogen niet gebruikt worden, omdat de maagsapresistente coating zou kunnen
oplossen. Het water dient geroerd te worden totdat de tablet uiteen is gevallen. De vloeistof met de
korrels dient direct of binnen 30 minuten opgedronken te worden. Het glas dient gespoeld te worden
met een half glas water en dit water dient opgedronken te worden. De korrels mogen niet gekauwd of
fijngemaakt worden.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof, gesubstitueerde benzimidazolen of voor één van de in
rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Esomeprazol mag niet tegelijk gebruikt worden met nelfinavir (zie rubriek 4.5).
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Algemeen
Patiënten moeten worden geïnstrueerd een arts te raadplegen wanneer:
zij significant onbedoeld gewichtsverlies, veelvuldig braken, dysfagie, hematemesis of melaena
hebben en wanneer een maagzweer wordt vermoed of aanwezig is. In die gevallen moeten
maligniteiten worden uitgesloten, aangezien behandeling met esomeprazol de symptomen kan
verlichten en de diagnose kan vertragen.
zij eerder een maagzweer hebben gehad of een gastro-intestinale operatie hebben ondergaan.
zij een continue symptomatische behandeling hebben ondergaan voor indigestie of brandend
maagzuur gedurende 4 of meer weken.
zij geelzucht of een ernstige leverziekte hebben.
zij ouder zijn dan 55 jaar met nieuwe of recent gewijzigde symptomen.
Patiënten met langdurig terugkerende symptomen van indigestie of brandend maagzuur dienen hun
arts op regelmatige basis te bezoeken. Patiënten ouder dan 55 jaar die dagelijks geneesmiddelen
zonder voorschrift innemen tegen indigestie of brandend maagzuur dienen hun apotheker of arts
hierover te informeren.
Patiënten mogen Nexium Control niet als een preventief langdurig geneesmiddel gebruiken.
Behandeling met protonpompremmers (PPI’s) kan leiden tot een geringe risicotoename van gastro-
intestinale infecties zoals
Salmonella
en
Campylobacter
en bij ziekenhuispatiënten mogelijk ook
Clostridium difficile
(zie rubriek 5.1).
Patiënten dienen hun arts te raadplegen voordat zij beginnen met dit geneesmiddel wanneer zij
binnenkort een endoscopie of een ureum ademtest moeten ondergaan.
3
Combinatie met andere geneesmiddelen
Gelijktijdige toediening van esomeprazol met atazanavir wordt niet aangeraden (zie rubriek 4.5).
Wanneer de combinatie van atazanavir met een PPI niet kan worden vermeden, wordt nauwkeurige
klinische controle in combinatie met verhoging van de dosis van atazanavir tot 400 mg samen met
100 mg ritonavir aanbevolen. 20 mg esomeprazol dient niet te worden overschreden.
Esomeprazol is een CYP2C19-remmer. Bij het starten of stoppen met de behandeling met
esomeprazol moet rekening worden gehouden met potentiële interacties met geneesmiddelen die via
CYP2C19 worden gemetaboliseerd. Er is een interactie waargenomen tussen clopidogrel en
esomeprazol. De klinische relevantie van deze interactie is onzeker. Het gebruik van esomeprazol met
clopidogrel moet worden afgeraden (zie rubriek 4.5).
Patiënten moeten niet gelijktijdig een andere PPI of H
2
-antagonist gebruiken.
Interferentie met laboratoriumtests
Een verhoogde spiegel van chromogranine A (CgA) kan onderzoeken naar neuro-endocriene tumoren
verstoren. Om deze interferentie te voorkomen moet een behandeling met Nexium Control ten minste
vijf dagen vóór de CgA-metingen worden gestopt (zie rubriek 5.1). Als de spiegels van CgA en
gastrine na de eerste meting niet zijn genormaliseerd, moeten de metingen 14 dagen na stopzetting van
de behandeling met de protonpompremmer worden herhaald.
Subacute cutane lupus erythematosus (SCLE)
Protonpompremmers worden geassocieerd met zeer zeldzame gevallen van SCLE. Indien laesies
optreden, vooral in gebieden van de huid die worden blootgesteld aan zonlicht, en indien deze laesies
gepaard gaan met artralgie, dient de patiënt onmiddellijk medische hulp in te roepen en dient de
beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg te overwegen de behandeling met Nexium Control stop te
zetten. SCLE na eerdere behandeling met een protonpompremmer kan het risico van SCLE bij gebruik
van andere protonpompremmers verhogen.
Sucrose
Dit geneesmiddel bevat suikerbolletjes (sucrose). Patiënten met zeldzame erfelijke aandoeningen als
fructose-intolerantie, glucose-galactosemalabsorptie of sucrase-isomaltasedeficiëntie mogen dit
geneesmiddel niet gebruiken.
Natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23mg) per tablet, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Onderzoek naar interacties is alleen bij volwassenen uitgevoerd.
Effecten van esomeprazol op de farmacokinetiek van andere geneesmiddelen
Aangezien esomeprazol een enantiomeer is van omeprazol lijkt het verstandig om te adviseren over
interacties die gemeld zijn met omeprazol.
Proteaseremmers
Interacties van omeprazol met enkele proteaseremmers zijn gemeld. De klinische relevantie en de
mechanismen van deze gemelde interacties zijn niet altijd bekend. Verhoging van de gastrische pH
tijdens behandeling met omeprazol kan de absorptie van de proteaseremmers beïnvloeden. Andere
mogelijke interactiemechanismen verlopen via remming van CYP2C19.
Voor atazanavir en nelfinavir zijn verlaagde serumspiegels gerapporteerd bij gelijktijdige toediening
met omeprazol en gelijktijdige toediening wordt niet aanbevolen. Gelijktijdige toediening van
omeprazol (40 mg eenmaal daags) met 300 mg atazanavir /100 mg ritonavir aan gezonde vrijwilligers
4
had een aanzienlijke verlaging van de blootstelling aan atazanavir tot gevolg (ongeveer 75% afname in
de AUC, C
max
en C
min
). Verhoging van de dosis atazanavir tot 400 mg compenseerde niet voor het
effect van omeprazol op de blootstelling aan atazanavir. Gelijktijdige toediening van omeprazol
(20 mg eenmaal daags) met 400 mg atazanavir /100 mg ritonavir aan gezonde vrijwilligers leidde tot
een vermindering van ongeveer 30% van de blootstelling aan atazanavir in vergelijking met de
waargenomen blootstelling bij 300 mg atazanavir /100 mg ritonavir eenmaal daags zonder 20 mg
omeprazol eenmaal daags. Gelijktijdige toediening van omeprazol (40 mg eenmaal daags)
verminderde de gemiddelde AUC, C
max
en C
min
van nelfinavir met 36–39 % en de gemiddelde AUC,
C
max
en C
min
van de farmacologisch actieve metaboliet M8 werd verminderd met 75-92%. Vanwege de
vergelijkbare farmacodynamische effecten en farmacokinetische eigenschappen van omeprazol en
esomeprazol, wordt gelijktijdige toediening van esomeprazol en atazanavir niet aanbevolen en is
gelijktijdige toediening van esomeprazol met nelfinavir gecontra-indiceerd (zie rubrieken 4.3 en 4.4).
Voor saquinavir (gelijktijdig toegediend met ritonavir), zijn verhoogde serumspiegels (80-100%)
gemeld tijdens gelijktijdige toediening met omeprazol (40 mg eenmaal daags). Behandeling met
20 mg omeprazol eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan darunavir (met gelijktijdige
toediening van ritonavir) en amprenavir (met gelijktijdige toediening van ritonavir).
Behandeling met 20 mg esomeprazol eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan
amprenavir (met en zonder gelijktijdige toediening van ritonavir). Behandeling met 40 mg omeprazol
eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan lopinavir (met gelijktijdige toediening van
ritonavir).
Methotrexaat
Bij gelijktijdig gebruik met PPI’s is bij enkele patiënten toename van methotrexaatspiegels gemeld.
Bij toediening van methotrexaat in hoge doses kan het nodig zijn een tijdelijk staken van esomeprazol
te overwegen.
Tacrolimus
Bij gelijktijdige toediening van esomeprazol is een toename van de serumspiegels van tacrolimus
gemeld. Een verhoogde controle van de concentraties van tacrolimus, alsook van de nierfunctie
(creatinineklaring), moet worden uitgevoerd, en de dosis van tacrolimus zal indien nodig moeten
worden aangepast.
Geneesmiddelen met pH-afhankelijke absorptie
Maagzuursuppressie tijdens behandeling met esomeprazol en andere PPI’s zou de absorptie van
geneesmiddelen met een pH-afhankelijke absorptie vanuit de maag kunnen doen af- of toenemen. De
absorptie van oraal ingenomen geneesmiddelen als ketoconazol, itraconazol en erlotinib kan
verminderen tijdens behandeling met esomeprazol en de absorptie van digoxine kan toenemen tijdens
behandeling met esomeprazol.
Een gelijktijdige behandeling met omeprazol (20 mg per dag) en digoxine bij gezonde personen
verhoogde de biologische beschikbaarheid van digoxine met 10% (tot 30% bij twee van de tien
personen). Digoxine toxiciteit is zelden gemeld. Voorzichtigheid is echter geboden wanneer hoge
doses esomeprazol worden gegeven bij oudere patiënten. De therapeutische controle van digoxine
moet dan verhoogd worden.
Geneesmiddelen die worden gemetaboliseerd door CYP2C19
Esomeprazol remt CYP2C19, het belangrijkste enzym in het metabolisme van esomeprazol. Dit
betekent dat wanneer esomeprazol wordt gecombineerd met andere geneesmiddelen die eveneens via
CYP2C19 worden afgebroken, zoals warfarine, fenytoïne, citalopram, imipramine, clomipramine,
diazepam, etc., de plasmaconcentraties van deze geneesmiddelen kunnen toenemen en een verlaging
van de dosis kan dan nodig zijn. In het geval van clopidogrel, een prodrug die via CYP2C19 wordt
omgezet in zijn actieve metaboliet, kunnen de plasmaconcentraties van de actieve metaboliet afnemen.
Warfarine
5
Een klinisch onderzoek liet zien dat de coagulatietijden binnen acceptabele grenzen vielen bij
gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol aan met warfarine behandelde patiënten. Sinds het op
de markt is, werden echter enkele geïsoleerde gevallen van klinisch significant verhoogd INR gemeld
bij gelijktijdige toediening. Het wordt daarom aanbevolen om patiënten nauwlettend te volgen bij het
initiëren en beëindigen van gelijktijdige toediening van esomeprazol gedurende behandeling met
warfarine of andere comarinederivaten.
Clopidogrel
Resultaten van onderzoeken bij gezonde vrijwilligers lieten een farmacokinetische
(PK)/farmacodynamische (PD) interactie zien tussen clopidogrel (300 mg oplaaddosis/ 75 mg
dagelijkse onderhoudsdosis) en esomeprazol (40 mg oraal dagelijks), resulterend in een afgenomen
blootstelling aan de actieve metaboliet van clopidogrel met een gemiddelde van 40%, en resulterend in
een verminderde maximale remming van (ADP-geïnduceerde) trombocytenaggregatie met een
gemiddelde van 14%.
In een onderzoek bij gezonde vrijwilligers was er verminderde blootstelling van bijna 40% van de
actieve metaboliet van clopidogrel wanneer een vaste-dosiscombinatie van 20 mg esomeprazol +
81 mg acetylsalicylzuur werd gegeven met clopidogrel in vergelijking met clopidogrel alleen. De
maximale niveaus van remming van (ADP geïnduceerde) trombocytenaggregatie in deze personen
waren echter gelijk in beide groepen.
Inconsistente gegevens wat betreft de klinische implicaties van deze PK/PD-interactie op ernstige
cardiovasculaire gebeurtenissen zijn gerapporteerd vanuit zowel observationele als klinische
onderzoeken. Uit voorzorg dient gelijktijdig gebruik van esomeprazol en clopidogrel te worden
afgeraden.
Fenytoïne
Gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol resulteerde in een verhoging van de dalspiegels van
fenytoïne met 13% bij epileptische patiënten. Het wordt aangeraden de plasmaspiegels van fenytoïne
te controleren wanneer met de behandeling met esomeprazol wordt begonnen of gestopt.
Voriconazol
Omeprazol (40 mg eenmaal daags) verhoogt de C
max
en AUC
van voriconazol (een CYP2C19-
substraat) met respectievelijk 15% en 41%.
Cilostazol
Omeprazol alsook esomeprazol zijn werkzaam als remmers van CYP2C19. Omeprazol, in een cross-
overonderzoek toegediend aan gezonde personen in doses van 40 mg, verhoogde de C
max
en AUC van
cilostazol met respectievelijk 18% en 26%, en van een van zijn actieve metabolieten met
respectievelijk 29% en 69%.
Cisapride
Bij gezonde vrijwilligers resulteerde gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol in een verhoging
van het gebied onder de plasmaconcentratie-tijdcurve (AUC) van 32% en een toename van 31% van
de eliminatiehalfwaardetijd (t
½
), maar geen significante verhoging van de piekplasmaspiegels van
cisapride. De geringe verlenging van het QTc-interval, die gezien werd na toediening van enkel
cisapride, werd niet verder verlengd wanneer cisapride in combinatie met esomeprazol werd gegeven.
Diazepam
Gelijktijdige toediening van 30 mg esomeprazol leidde tot een afname van 45% van de klaring door
het CYP2C19-substraat diazepam.
Onderzochte geneesmiddelen zonder klinisch relevante interactie
Amoxicilline en kinidine
Voor esomeprazol is aangetoond dat het geen klinisch relevante effecten heeft op de farmacokinetiek
van amoxicilline en kinidine.
6
Naproxen of rofecoxib
Gedurende kortdurende onderzoeken waarin de gelijktijdige toediening van esomeprazol met òf
naproxen òf rofecoxib werd bekeken, konden geen enkele klinische relevante farmacokinetische
interacties worden vastgesteld.
Effecten van andere geneesmiddelen op de farmacokinetiek van esomeprazol
Geneesmiddelen die CYP2C19 en/of CYP3A4 remmen
Esomeprazol wordt omgezet door CYP2C19 en CYP3A4. Gelijktijdige toediening van esomeprazol en
een CYP3A4-remmer, claritromycine (500 mg tweemaal daags) leidde tot een verdubbeling van de
blootstelling (AUC) aan esomeprazol. Gelijktijdige toediening van esomeprazol en een gecombineerde
remmer van CYP2C19- en CYP3A4 kan leiden tot een meer dan verdubbeling van de blootstelling aan
esomeprazol. De CYP2C19 en CYP3A4-remmer voriconazol verhoogde de AUC
van omeprazol met
280%. Een dosisaanpassing van esomeprazol is gewoonlijk niet vereist in beide gevallen.
Dosisaanpassing dient echter te worden overwogen voor patiënten met een ernstig verminderde
leverinsufficiëntie en indien langdurige behandeling wordt voorgeschreven.
Geneesmiddelen die CYP2C19 en/of CYP3A4 induceren
Geneesmiddelen waarvan bekend is dat ze CYP2C19 of CYP3A4 of beide induceren (zoals
rifampicine en sint-janskruid
(Hypericum perforatum))
kunnen leiden tot een daling van de
concentratie esomeprazol in het serum door versnelling van het metabolisme van esomeprazol.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Een matige hoeveelheid gegevens over zwangere vrouwen (tussen 300 –1.000
zwangerschapsuitkomsten) duidt erop dat esomeprazol niet misvormend of foetaal/neonataal toxisch
is.
De resultaten van dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat betreft
reproductietoxiciteit (zie rubriek 5.3).
Uit voorzorg heeft het de voorkeur om het gebruik van Nexium Control te vermijden tijdens de
zwangerschap.
Borstvoeding
Het is niet bekend of esomeprazol/metabolieten in de moedermelk worden uitgescheiden. Er is
onvoldoende informatie over de effecten van esomeprazol bij pasgeborenen/zuigelingen. Nexium
Control mag niet worden gebruikt in de periode dat borstvoeding wordt gegeven.
Vruchtbaarheid
De resultaten van dieronderzoek met het racemisch mengsel omeprazol, gegeven door orale
toediening, duiden niet op effecten met betrekking tot vruchtbaarheid.
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Esomeprazol heeft een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om machines
te bedienen. Bijwerkingen zoals duizeligheid en visusstoornissen komen soms voor (zie rubriek 4.8).
Indien dit zich voordoet, mogen patiënten geen voertuigen besturen of machines bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Hoofdpijn, buikpijn, diarree en misselijkheid behoren tot de bijwerkingen die het meest frequent
gemeld zijn in klinische onderzoeken (en ook uit postmarketing-gebruik). Daarnaast is het
veiligheidsprofiel gelijkaardig voor verschillende formuleringen, behandelingsindicaties,
leeftijdsgroepen en patientenpopulaties. Geen dosisgerelateerde bijwerkingen zijn vastgesteld.
7
Bijwerkingen in tabelvorm
De volgende bijwerkingen zijn vastgesteld of vermoed uit het klinisch onderzoeksprogramma voor
esomeprazol en uit postmarketing-gegevens. De bijwerkingen zijn gerangschikt volgens de MedDRA
frequentie-definitie: zeer vaak (> 1/10); vaak (>1/100, <1/10); soms (>1/1.000, <1/100); zelden
(>1/10.000, <1/1.000); zeer zelden (<1/10.000); niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet
worden bepaald).
Vaak
Bloed- en
lymfestelsel-
aandoeningen
Immuunsysteem-
aandoeningen
Soms
Zelden
leukopenie,
trombocytopenie
overgevoelig-
heidsreacties
waaronder
koorts, angio-
oedeem en
anafylactische
reactie/shock
hyponatriëmie
Zeer zelden
agranulo-
cytose,
pancytopenie
Niet bekend
Voedings- en
stofwisselings-
stoornissen
perifeer
oedeem
Hypomagnesië-
mie; ernstige
hypomagnesië-
mie kan
gepaard gaan
met
hypocalciëmie;
hypomagnesië-
mie kan ook
leiden tot
hypokaliëmie
agressie,
hallucinaties
Psychische
stoornissen
Zenuwstelsel-
aandoeningen
Hoofdpijn
slapeloos-
heid
duizelig-
heid,
paresthesie,
slaperig-
heid
onrust,
verwardheid,
depressie
smaakstoornis
Oog-
aandoeningen
Evenwichts-
orgaan- en
ooraandoeningen
Ademhalings-
stelsel-, borstkas-
en mediastinum-
aandoeningen
wazig zien
vertigo
bronchospasmen
8
Maagdarmstelsel-
aandoeningen
Vaak
buikpijn,
obstipatie,
diarree,
flatulentie,
misselijk-
heid /
braken,
fundic
gland
poliepen
(benigne)
Soms
droge mond
Zelden
stomatitis,
gastro-intestinale
candidiasis
Zeer zelden
Niet bekend
microscopische
colitis
Lever- en
galaandoeningen
toename in
lever
enzymen
hepatitis met of
zonder geelzucht
Huid- en
onderhuid-
aandoeningen
dermatitis,
pruritus,
huiduitslag,
urticaria
alopecia,
fotosensibiliteit
Skeletspierstelsel-
en bindweefsel-
aandoeningen
Nier- en
urineweg-
aandoeningen
Voortplantings-
stelsel- en
borstaandoeningen
Algemene
aandoeningen en
toedieningsplaats-
stoornissen
artralgie, myalgie
lever
insufficiëntie,
hepatische
encefalo-
pathie bij
patiënten met
een al
bestaande
leverziekte
erythema
multiforme,
Stevens-
Johnson
syndroom,
toxische
epidermale
necrolyse
(TEN)
spierzwakte
subacute cutane
lupus
erythematosus
(zie rubriek 4.4)
interstitiële
nefritis
gynaecomastie
malaise,
toegenomen
transpiratie
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
Er is een zeer beperkte ervaring met betrekking tot opzettelijke overdosering. De symptomen
beschreven bij 280 mg esomeprazol waren gastro-intestinale symptomen en zwakte. Eenmalige doses
9
van 80 mg esomeprazol verliepen rustig. Er is geen specifiek antidotum bekend. Esomeprazol heeft
een hoge plasma-eiwitbinding en is daarom niet gemakkelijk te dialyseren. Behandeling is
symptomatisch en algemene ondersteunende maatregelen moeten worden toegepast.
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Middelen bij zuurgerelateerde afwijkingen, protonpompremmers,
ATC-code: A02BC05.
Esomeprazol is de S-isomeer van omeprazol en remt de maagzuursecretie door een specifiek
werkingsmechanisme. Het is een specifieke remmer van de zuurpomp in de pariëtale cel. Zowel de
R- als de S-isomeer van omeprazol hebben een vergelijkbare farmacodynamische activiteit.
Werkingsmechanisme
Esomeprazol is een zwakke base en wordt geconcentreerd en omgezet tot de actieve vorm in het sterk
zure milieu van de secretoire canaliculi van de pariëtale cel, waar het het enzym H
+
K
+
-ATPase (de
zuurpomp) remt en het remt zowel de basale als de gestimuleerde maagzuursecretie.
Farmacodynamische effecten
Na orale toediening van 20 mg en 40 mg esomeprazol treedt effect binnen een uur op. De gemiddelde
piek-zuurproductie na pentagastrinestimulatie is met 90% gedaald, wanneer na herhaalde toediening
van eenmaal daags 20 mg esomeprazol gedurende vijf dagen werd gemeten op dag vijf, 6-7 uur na
dosering.
Na vijf dagen orale dosering van 20 mg en 40 mg esomeprazol, werd de pH in de maag boven de 4
gehouden gedurende respectievelijk gemiddeld 13 uur en 17 uur van de 24 uur bij patiënten met
symptomatische gastro-oesofageale refluxziekte (GORZ). Het aantal patiënten bij wie de pH in de
maag boven de 4 bleef, gedurende minimaal 8, 12 en 16 uur, was bij 20 mg esomeprazol
respectievelijk 76%, 54% en 24%. De overeenkomstige percentages voor 40 mg esomeprazol waren
97%, 92% en 56%.
Gebruik makend van de AUC als surrogaat parameter voor de plasmaconcentratie, is een relatie met
de remming van de maagzuursecretie en de blootstelling aangetoond.
Tijdens behandeling met antisecretoire geneesmiddelen stijgt het serumgastrine in reactie op de
verminderde zuursecretie. Ook CgA neemt toe als gevolg van de lagere zuurgraad in de maag. De
verhoogde CgA-spiegel kan onderzoeken naar neuro-endocriene tumoren verstoren.
Beschikbare aanwijzingen in de literatuur raden aan dat het gebruik van protonpompremmers vijf
dagen tot twee weken vóór CgA-metingen moet worden stopgezet. Op deze manier kunnen de CgA-
spiegels die mogelijk door de PPI-behandeling zijn gestegen, weer dalen tot normaalwaarden.
Bij enkele patiënten op langetermijnbehandeling met esomeprazol is een toename van het aantal
ECL-cellen gezien, hetgeen mogelijk samenhangt met de toegenomen serumgastrinespiegel.
Afname van maagzuur als gevolg van onder andere PPI’s, verhoogt het aantal bacteriën dat normaal
aanwezig is in het maag-darmkanaal. Behandeling met PPI’s kan leiden tot een geringe risicotoename
van gastro-intestinale infecties zoals
Salmonella
en
Campylobacter
en bij ziekenhuispatiënten
mogelijk ook
Clostridium difficile.
Klinische werkzaamheid
Er is aangetoond dat 20 mg esomeprazol effectief is bij de behandeling van frequent brandend
maagzuur bij patiënten die gedurende 2 weken één dosis per 24 uur krijgen. In twee multicentrische,
10
gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde hoofdonderzoeken werden 234 personen met
een recente voorgeschiedenis van frequent brandend maagzuur behandeld met 20 mg esomeprazol
gedurende 4 weken. Symptomen geassocieerd met reflux (zoals brandend maagzuur en zure
oprispingen) werden retrospectief geëvalueerd over een periode van 24 uur. In beide onderzoeken was
20 mg esomeprazol significant beter in vergelijking met placebo voor het primaire eindpunt, een
volledige verlichting van brandend maagzuur, gedefinieerd als geen brandend maagzuur tijdens de
laatste 7 dagen voorafgaand aan het laatste bezoek (33,9-41,6% vs. placebo 11,9-13,7%, p<0,001). Het
secundaire eindpunt voor volledige verlichting van brandend maagzuur, gedefinieerd als geen
aantekening van brandend maagzuur op de dagboekkaart van de patiënt gedurende 7 opeenvolgende
dagen, was statistisch significant in zowel week 1 (10,0-15,2% vs. placebo 0,9-2,4%, p=0,014,
p<0,001) als in week 2 (25,2-35,7% vs. placebo 3,4-9,0%, p<0,001).
Andere secundaire eindpunten ondersteunden het primaire eindpunt, inclusief de verlichting van
brandend maagzuur in week 1 en 2, het percentage van het aantal dagen van 24 uur zonder brandend
maagzuur in week 1 en week 2, de gemiddelde ernst van brandend maagzuur in week 1 en week 2, en
de tijd tot de eerste en aanhoudende verlichting van brandend maagzuur gedurende een periode van 24
uur en gedurende de nacht in vergelijking met placebo. Ongeveer 78% van de patiënten op 20 mg
esomeprazol rapporteerde de eerste verlichting van brandend maagzuur in de eerste week van de
behandeling in vergelijking met 52-58% voor placebo. De tijd tot aanhoudende verlichting van
brandend maagzuur, gedefinieerd als de eerste registratie van 7 opeenvolgende dagen zonder brandend
maagzuur, was significant korter in de groep met 20 mg esomeprazol (39,7-48,7% op dag 14 vs.
placebo 11,0-20,2%).
De mediane tijd tot de eerste verlichting van nachtelijk brandend maagzuur was 1 dag; dit is statistisch
significant in vergelijking met placebo in één onderzoek (p=0,048) en benadert significantie in het
andere onderzoek (p=0,069). Ongeveer 80% van de nachten waren vrij van brandend maagzuur
gedurende alle perioden en 90% van de nachten waren vrij van brandend maagzuur in week 2 van elk
klinisch onderzoek, in vergelijking met 72,4-78,3% voor placebo. De beoordelingen van de
onderzoekers van de verlichting van brandend maagzuur waren consistent met de beoordelingen van
de patiënten. Deze laten significante verschillen zien tussen esomeprazol (34,7-41,8%) in vergelijking
met placebo (8,0-11,4%). De onderzoekers oordeelden eveneens dat esomeprazol significant
effectiever is dan placebo bij het verlichten van zure oprispingen (58,5-63,6% vs. placebo 28,3-37,4%)
tijdens de evaluatie in week 2.
Na evaluatieonderzoek van de volledige behandeling (Overall Treatment Evaluation - OTE) van
patiënten in week 2, rapporteerde 78,0-80,7% van de patiënten op 20 mg esomeprazol, in vergelijking
met 72,4-78,3% op placebo, hun conditie als verbeterd. De meerderheid van deze patiënten
beoordeelde het belang van deze verandering als belangrijk tot zeer belangrijk bij het uitvoeren van
hun activiteiten in het dagelijks leven (79-86% in week 2).
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie
Esomeprazol is zuurlabiel en wordt oraal toegediend als granules met maagsapresistente coating.
In vivo
conversie naar de R-isomeer is verwaarloosbaar. Absorptie van esomeprazol is snel, de
piekplasmaspiegel treedt ongeveer 1-2 uur na toediening op. De absolute biologische beschikbaarheid
is 64% na enkelvoudige dosis van 40 mg en neemt toe tot 89% na herhaalde toediening eenmaal
daags. Voor 20 mg esomeprazol zijn de overeenkomstige waarden respectievelijk 50% en 68%.
Hoewel voedselinname de absorptie van esomeprazol vertraagt en vermindert, heeft dit geen
significante invloed op het effect van esomeprazol op de zuurgraad in de maag.
Distributie
Het schijnbare verdelingsvolume tijdens ‘steady state’ is bij gezonde proefpersonen ongeveer 0,22 l/kg
lichaamsgewicht. Esomeprazol is voor 97% aan plasma-eiwit gebonden.
11
Biotransformatie
Esomeprazol wordt volledig gemetaboliseerd door het cytochroom-P450-systeem (CYP). Het grootste
gedeelte van het metabolisme van esomeprazol is afhankelijk van het polymorfe enzym CYP2C19, dat
verantwoordelijk is voor de vorming van de hydroxy- en demethylmetabolieten van esomeprazol. Het
resterende gedeelte is afhankelijk van een ander specifiek isoform, CYP3A4, dat verantwoordelijk is
voor de vorming van esomeprazolsulfon, de voornaamste metaboliet in het plasma.
Eliminatie
De hieronder vermelde parameters geven voornamelijk de farmacokinetiek bij personen weer met een
goed functionerend CYP2C19-enzym, de snelle metaboliseerders.
De totale plasmaklaring is ongeveer 17 l/uur na een enkelvoudige dosis en 9 l/uur na herhaalde
toediening. De plasma-eliminatie halfwaardetijd is ongeveer 1,3 uur na herhaalde toediening eenmaal
daags. Esomeprazol wordt tussen de dosisintervallen volledig uit het plasma geëlimineerd zonder
enige neiging tot accumulatie bij een toediening eenmaal daags. De voornaamste metabolieten van
esomeprazol hebben geen effect op de maagzuursecretie. Bijna 80% van een orale dosering
esomeprazol wordt als metaboliet in de urine uitgescheiden en het resterende deel in de feces. Minder
dan 1% van de onveranderde werkzame stof wordt in de urine teruggevonden.
Lineariteit/non-lineariteit
De farmacokinetiek van esomeprazol is onderzocht in doses tot 40 mg tweemaal daags. Het gebied
onder de plasmaconcentratie-tijdcurve neemt toe na herhaalde toediening van esomeprazol. Deze
toename is dosisafhankelijk en leidt tot een meer dan dosisproportionele toename in de AUC na
herhaalde toediening. Deze tijds- en dosisafhankelijkheid is het gevolg van de afname van het ‘first
pass’-metabolisme en de systemische klaring, vermoedelijk veroorzaakt door een remming van het
CYP2C19-enzym door esomeprazol en/of de sulfonmetaboliet.
Speciale patiëntenpopulaties
Trage metaboliseerders
Ongeveer 2,91,5% van de populatie mist een functioneel CYP2C19–enzym en worden trage
metaboliseerders genoemd. Bij deze personen vindt het metabolisme vermoedelijk hoofdzakelijk
plaats via CYP3A4.
Na herhaalde toediening van eenmaal daags 40 mg esomeprazol was het gemiddelde gebied onder de
plasmaconcentratie-tijdcurve ongeveer 100% hoger bij trage metaboliseerders dan bij diegenen met
een goed functionerend CYP2C19-enzym (snelle metaboliseerders). De gemiddelde
piekplasmaconcentraties waren 60% hoger.
Deze bevindingen hebben geen gevolgen voor de dosering van esomeprazol.
Geslacht
Na een enkelvoudige dosis van 40 mg esomeprazol is het gemiddelde gebied onder de
plasmaconcentratie-tijd curve bij vrouwen ongeveer 30% groter dan bij mannen. Er is echter geen
verschil tussen mannen en vrouwen gezien bij herhaalde toediening eenmaal daags. Deze bevindingen
hebben geen gevolgen voor de dosering van esomeprazol.
Leverinsufficiëntie
Bij patiënten met lichte tot matig-ernstige leverfunctiestoornissen kan het metabolisme van
esomeprazol verminderd zijn. Bij patiënten met ernstige leverfunctiestoornissen is de stofwisseling
vertraagd, hetgeen leidt tot een verdubbeling van het gebied onder de plasmaconcentratietijd curve van
esomeprazol. Derhalve mag bij patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis een maximale dosis van
20 mg niet worden overschreden. Esomeprazol of haar voornaamste metabolieten vertonen geen
enkele neiging tot accumulatie bij een dosering eenmaal daags.
Nierinsufficiëntie
Er zijn geen onderzoeken uitgevoerd bij patiënten met een verminderde nierfunctie. Omdat de nier
verantwoordelijk is voor de uitscheiding van de metabolieten van esomeprazol, maar niet voor de
12
eliminatie van de onveranderde werkzame stof, zal het metabolisme van esomeprazol naar
verwachting niet veranderen bij patiënten met een nierfunctiestoornis.
Ouderen
(≥65 jaar)
Bij oudere personen (71-80 jaar) is het metabolisme van esomeprazol niet wezenlijk veranderd.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van veiligheidsfarmacologie, toxiciteitbij herhaalde
dosering, genotoxiciteit en reproductie- en ontwikkelingstoxiciteit.
Er zijn geen bijwerkingen waargenomen in klinische onderzoeken. Echter bij dieren bij soortgelijke
blootstellingsniveaus als de klinische blootstellingsniveaus zijn wel bijwerkingen waargenomen. Het
betreft de volgende bijwerkingen die relevant zouden kunnen zijn voor klinische doeleinden:
Carcinogeniteitsonderzoeken bij ratten met het racemisch mengsel lieten hyperplasie van ECL-cellen
in de maag en carcinoïden zien. Deze effecten in de maag van de rat zijn het gevolg van aanhoudende,
sterke hypergastrinemie, veroorzaakt door een verminderde productie van maagzuur en zijn
waargenomen bij langetermijnbehandeling bij ratten met maagzuurremmers.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Glycerolmonostearaat 40-55
Hydroxypropylcellulose
Hypromellose 2910 (6 mPa
·
s)
Roodbruin ijzeroxide (E 172)
Geel ijzeroxide (E 172)
Magnesiumstearaat
Methacrylzuur/ethylacrylaatcopolymeer (1:1), 30% dispersie
Microkristallijne cellulose
Synthetische Paraffine
Macrogol 6000
Polysorbaat 80
Crospovidon (Type A)
Natriumstearylfumaraat,
Suikerbolletjes (sucrose en maïszetmeel)
Talk
Titaandioxide (E 171)
Triethyl citraat
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3
3 jaar
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Bewaren beneden 30°C
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.
13
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Aluminium blisterverpakking. Verpakkingsgrootten van 7, 14 en 28 maagsapresistente tabletten.
Het kan voorkomen dat niet alle genoemde verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Geen bijzondere vereisten.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited,
Knockbrack,
Dungarvan,
Co. Waterford,
Ierland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/13/860/001
EU/1/13/860/002
EU/1/13/860/004
9.
DATUM EERSTE VERGUNNINGVERLENING/VERLENGING VAN DE
VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 26 augustus 2013
Datum van laatste verlenging: 25 juni 2018
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
14
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Nexium Control 20 mg maagsapresistente harde capsules
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke maagsapresistente harde capsule bevat 20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat)
Hulpstof(fen) met bekend effect
Elke maagsapresistente harde capsule bevat 11,5 mg sucrose en 0,01 mg Allura red AC (E129).
.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Maagsapresistente harde capsule. (Maagsapresistente capsule).
Capsule van ongeveer 11 x 5 mm met een doorzichtige romp en een amethist kapje met daarop in wit
‘NEXIUM 20 MG’ gedrukt. De capsule heeft een gele band in het midden en bevat gele en paarse
maagsapresistente korreltjes.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Nexium Control is geïndiceerd voor de kortdurende behandeling van refluxsymptomen (bijvoorbeeld
brandend maagzuur en zure oprispingen) bij volwassenen.
4.2
Dosering en wijze van toediening
Dosering
De aanbevolen dosering is 20 mg esomeprazol (één capsule) per dag.
Het kan nodig zijn de capsules 2-3 opeenvolgende dagen in te nemen om een verbetering van de
symptomen te verkrijgen. De duur van de behandeling is maximaal 2 weken. Zodra volledige
verlichting van de symptomen is opgetreden, dient de behandeling te worden gestaakt.
Indien er geen verlichting van symptomen is verkregen binnen 2 weken ononderbroken behandeling,
dient de patiënt geïnstrueerd te worden een arts te raadplegen.
Speciale patiëntengroepen
Patiënten met nierinsufficiëntie
Dosisaanpassing is niet nodig bij patiënten met een verminderde nierfunctie. Als gevolg van beperkte
ervaring bij patiënten met ernstige nierinsufficiëntie, dienen dergelijke patiënten met voorzichtigheid
te worden behandeld (zie rubriek 5.2).
Patiënten met leverinsufficiëntie
Dosisaanpassing is niet nodig bij patiënten met lichte tot matig-ernstige leverinsufficiëntie. Echter,
patiënten met een ernstige leverinsufficiëntie dienen door een arts te worden geadviseerd voordat
wordt begonnen met Nexium Control (zie rubrieken 4.4 en 5.2).
Ouderen (≥65 jaar)
Dosisaanpassing is niet nodig bij oudere patiënten.
15
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing voor Nexium Control bij pediatrische patiënten in de leeftijd tot 18 jaar
voor de indicatie van “kortdurende behandeling van refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend
maagzuur en zure oprispingen)”.
Wijze van toediening
De capsules moeten in het geheel worden doorgeslikt met een half glas water. De capsules mogen niet
gekauwd, fijngemaakt of geopend worden.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof, gesubstitueerde benzimidazolen of voor een van de in
rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Esomeprazol mag niet tegelijk gebruikt worden met nelfinavir (zie rubriek 4.5).
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Algemeen
Patiënten moeten worden geïnstrueerd een arts te raadplegen wanneer:
zij significant onbedoeld gewichtsverlies, veelvuldig braken, dysfagie, hematemesis of melaena
hebben en wanneer een maagzweer wordt vermoed of aanwezig is. In die gevallen moeten
maligniteiten worden uitgesloten, aangezien behandeling met esomeprazol de symptomen kan
verlichten en de diagnose kan vertragen.
zij eerder een maagzweer hebben gehad of een gastro-intestinale operatie hebben ondergaan.
zij een continue symptomatische behandeling hebben ondergaan voor indigestie of brandend
maagzuur gedurende 4 of meer weken.
zij geelzucht of een ernstige leverziekte hebben.
zij ouder zijn dan 55 jaar met nieuwe of recent gewijzigde symptomen.
Patiënten met langdurig terugkerende symptomen van indigestie of brandend maagzuur dienen hun
arts op regelmatige basis te bezoeken. Patiënten ouder dan 55 jaar die dagelijks geneesmiddelen
zonder voorschrift innemen tegen indigestie of brandend maagzuur dienen hun apotheker of arts
hierover te informeren.
Patiënten mogen Nexium Control niet als een preventief langdurig geneesmiddel gebruiken.
Behandeling met protonpompremmers (PPI’s) kan leiden tot een geringe risicotoename van gastro-
intestinale infecties zoals
Salmonella
en
Campylobacter
en bij ziekenhuispatiënten mogelijk ook
Clostridium difficile
(zie rubriek 5.1).
Patiënten dienen hun arts te raadplegen voordat zij beginnen met dit geneesmiddel wanneer zij
binnenkort een endoscopie of een ureum ademtest moeten ondergaan.
Combinatie met andere geneesmiddelen
Gelijktijdige toediening van esomeprazol met atazanavir wordt niet aangeraden (zie rubriek 4.5).
Wanneer de combinatie van atazanavir met een PPI niet kan worden vermeden, wordt nauwkeurige
klinische controle in combinatie met verhoging van de dosis van atazanavir tot 400 mg samen met
100 mg ritonavir aanbevolen. 20 mg esomeprazol dient niet te worden overschreden.
16
Esomeprazol is een CYP2C19-remmer. Bij het starten of stoppen met de behandeling met
esomeprazol moet rekening worden gehouden met potentiële interacties met geneesmiddelen die via
CYP2C19 worden gemetaboliseerd. Er is een interactie waargenomen tussen clopidogrel en
esomeprazol. De klinische relevantie van deze interactie is onzeker. Het gebruik van esomeprazol met
clopidogrel moet worden afgeraden (zie rubriek 4.5).
Patiënten moeten niet gelijktijdig een andere PPI of H
2
-antagonist gebruiken.
Interferentie met laboratoriumtests
Een verhoogde spiegel van chromogranine A (CgA) kan onderzoeken naar neuro-endocriene tumoren
verstoren. Om deze interferentie te voorkomen moet een behandeling met Nexium Control ten minste
vijf dagen vóór de CgA-metingen worden gestopt (zie rubriek 5.1). Als de spiegels van CgA en
gastrine na de eerste meting niet zijn genormaliseerd, moeten de metingen 14 dagen na stopzetting van
de behandeling met de protonpompremmer worden herhaald.
Subacute cutane lupus erythematosus (SCLE)
Protonpompremmers worden geassocieerd met zeer zeldzame gevallen van SCLE. Indien laesies
optreden, vooral in gebieden van de huid die worden blootgesteld aan zonlicht, en indien deze laesies
gepaard gaan met artralgie, dient de patiënt onmiddellijk medische hulp in te roepen en dient de
beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg te overwegen de behandeling met Nexium Control stop te
zetten. SCLE na eerdere behandeling met een protonpompremmer kan het risico van SCLE bij gebruik
van andere protonpompremmers verhogen.
Sucrose
Dit geneesmiddel bevat suikerbolletjes (sucrose). Patiënten met zeldzame erfelijke aandoeningen als
fructose-intolerantie, glucose-galactosemalabsorptie of sucrase-isomaltasedeficiëntie mogen dit
geneesmiddel niet gebruiken.
Natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23mg) per capsule, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
Allura red AC (E129)
Dit geneesmiddel bevat azokleurstof, Allura red AC (E129), die allergische reacties kan veroorzaken.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Onderzoek naar interacties is alleen bij volwassenen uitgevoerd.
Effecten van esomeprazol op de farmacokinetiek van andere geneesmiddelen
Aangezien esomeprazol een enantiomeer is van omeprazol lijkt het verstandig om te adviseren over
interacties die gemeld zijn met omeprazol.
Proteaseremmers
Interacties van omeprazol met enkele proteaseremmers zijn gemeld. De klinische relevantie en de
mechanismen van deze gemelde interacties zijn niet altijd bekend. Verhoging van de gastrische pH
tijdens behandeling met omeprazol kan de absorptie van de proteaseremmers beïnvloeden. Andere
mogelijke interactiemechanismen verlopen via remming van CYP2C19.
Voor atazanavir en nelfinavir zijn verlaagde serumspiegels gerapporteerd bij gelijktijdige toediening
met omeprazol en gelijktijdige toediening wordt niet aanbevolen. Gelijktijdige toediening van
omeprazol (40 mg eenmaal daags) met 300 mg atazanavir /100 mg ritonavir aan gezonde vrijwilligers
had een aanzienlijke verlaging van de blootstelling aan atazanavir tot gevolg (ongeveer 75% afname in
de AUC, C
max
en C
min
). Verhoging van de dosis atazanavir tot 400 mg compenseerde niet voor het
effect van omeprazol op de blootstelling aan atazanavir. Gelijktijdige toediening van omeprazol
17
(20 mg eenmaal daags) met 400 mg atazanavir /100 mg ritonavir aan gezonde vrijwilligers leidde tot
een vermindering van ongeveer 30% van de blootstelling aan atazanavir in vergelijking met de
waargenomen blootstelling bij 300 mg atazanavir /100 mg ritonavir eenmaal daags zonder 20 mg
omeprazol eenmaal daags. Gelijktijdige toediening van omeprazol (40 mg eenmaal daags)
verminderde de gemiddelde AUC, C
max
en C
min
van nelfinavir met 36-39 % en de gemiddelde AUC,
C
max
en C
min
van de farmacologisch actieve metaboliet M8 werd verminderd met 75-92%. Vanwege de
vergelijkbare farmacodynamische effecten en farmacokinetische eigenschappen van omeprazol en
esomeprazol, wordt gelijktijdige toediening van esomeprazol en atazanavir niet aanbevolen en is
gelijktijdige toediening van esomeprazol met nelfinavir gecontra-indiceerd (zie rubrieken 4.3 en 4.4).
Voor saquinavir (gelijktijdig toegediend met ritonavir), zijn verhoogde serumspiegels (80-100%)
gemeld tijdens gelijktijdige toediening met omeprazol (40 mg eenmaal daags). Behandeling met
20 mg omeprazol eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan darunavir (met gelijktijdige
toediening van ritonavir) en amprenavir (met gelijktijdige toediening van ritonavir).
Behandeling met 20 mg esomeprazol eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan
amprenavir (met en zonder gelijktijdige toediening van ritonavir). Behandeling met 40 mg omeprazol
eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan lopinavir (met gelijktijdige toediening van
ritonavir).
Methotrexaat
Bij gelijktijdig gebruik met PPI’s is bij enkele patiënten toename van methotrexaatspiegels gemeld.
Bij toediening van methotrexaat in hoge doses kan het nodig zijn een tijdelijk staken van esomeprazol
te overwegen.
Tacrolimus
Bij gelijktijdige toediening van esomeprazol is een toename van de serumspiegels van tacrolimus
gemeld. Een verhoogde controle van de concentraties van tacrolimus, alsook van de nierfunctie
(creatinineklaring) moet worden uitgevoerd, en de dosis van tacrolimus zal indien nodig moeten
worden aangepast.
Geneesmiddelen met pH-afhankelijke absorptie
Maagzuursuppressie tijdens behandeling met esomeprazol en andere PPI’s zou de absorptie van
geneesmiddelen met een pH-afhankelijke absorptie vanuit de maag kunnen doen af- of toenemen. De
absorptie van oraal ingenomen geneesmiddelen als ketoconazol, itraconazol en erlotinib kan
verminderen tijdens behandeling met esomeprazol en de absorptie van digoxine kan toenemen tijdens
behandeling met esomeprazol.
Een gelijktijdige behandeling met omeprazol (20 mg per dag) en digoxine bij gezonde personen
verhoogde de biologische beschikbaarheid van digoxine met 10% (tot 30% bij twee van de tien
personen). Digoxine toxiciteit is zelden gemeld. Voorzichtigheid is echter geboden wanneer hoge
doses esomeprazol worden gegeven bij oudere patiënten. De therapeutische controle van digoxine
moet dan verhoogd worden.
Geneesmiddelen die worden gemetaboliseerd door CYP2C19
Esomeprazol remt CYP2C19, het belangrijkste enzym in het metabolisme van esomeprazol. Dit
betekent dat wanneer esomeprazol wordt gecombineerd met andere geneesmiddelen die eveneens via
CYP2C19 worden afgebroken, zoals warfarine, fenytoïne, citalopram, imipramine, clomipramine,
diazepam, etc., de plasmaconcentraties van deze geneesmiddelen kunnen toenemen en een verlaging
van de dosis kan dan nodig zijn. In het geval van clopidogrel, een prodrug die via CYP2C19 wordt
omgezet in zijn actieve metaboliet, kunnen de plasmaconcentraties van de actieve metaboliet afnemen.
Warfarine
Een klinisch onderzoek liet zien dat de coagulatietijden binnen acceptabele grenzen vielen bij
gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol aan met warfarine behandelde patiënten. Sinds het op
de markt is, werden echter enkele geïsoleerde gevallen van klinisch significant verhoogd INR gemeld
18
bij gelijktijdige toediening. Het wordt daarom aanbevolen om patiënten nauwlettend te volgen bij het
initiëren en beëindigen van gelijktijdige toediening van esomeprazol gedurende behandeling met
warfarine of andere comarinederivaten.
Clopidogrel
Resultaten van onderzoeken bij gezonde vrijwilligers lieten een farmacokinetische
(PK)/farmacodynamische (PD) interactie zien tussen clopidogrel (300 mg oplaaddosis/ 75 mg
dagelijkse onderhoudsdosis) en esomeprazol (40 mg oraal dagelijks), resulterend in een afgenomen
blootstelling aan de actieve metaboliet van clopidogrel met een gemiddelde van 40%, en resulterend in
een verminderde maximale remming van (ADP-geïnduceerde) trombocytenaggregatie met een
gemiddelde van 14%.
In een onderzoek bij gezonde vrijwilligers was er verminderde blootstelling van bijna 40% van de
actieve metaboliet van clopidogrel wanneer een vaste-dosiscombinatie van 20 mg esomeprazol +
81 mg acetylsalicylzuur werd gegeven met clopidogrel in vergelijking met clopidogrel alleen. De
maximale niveaus van remming van (ADP geïnduceerde) trombocytenaggregatie in deze personen
waren echter gelijk in beide groepen.
Inconsistente gegevens wat betreft de klinische implicaties van deze PK/PD-interactie op ernstige
cardiovasculaire gebeurtenissen zijn gerapporteerd vanuit zowel observationele als klinische
onderzoeken. Uit voorzorg dient gelijktijdig gebruik van esomeprazol en clopidogrel te worden
afgeraden.
Fenytoïne
Gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol resulteerde in een verhoging van de dalspiegels van
fenytoïne met 13% bij epileptische patiënten. Het wordt aangeraden de plasmaspiegels van fenytoïne
te controleren wanneer met de behandeling met esomeprazol wordt begonnen of gestopt.
Voriconazol
Omeprazol (40 mg eenmaal daags) verhoogt de C
max
en AUC
van voriconazol (een CYP2C19-
substraat) met respectievelijk 15% en 41%.
Cilostazol
Omeprazol alsook esomeprazol zijn werkzaam als remmers van CYP2C19. Omeprazol, in een cross-
overonderzoek toegediend aan gezonde personen in doses van 40 mg, verhoogde de C
max
en AUC van
cilostazol met respectievelijk 18% en 26%, en van een van zijn actieve metabolieten met
respectievelijk 29% en 69%.
Cisapride
Bij gezonde vrijwilligers resulteerde gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol in een verhoging
van het gebied onder de plasmaconcentratie-tijdcurve (AUC) van 32% en een toename van 31% van
de eliminatiehalfwaardetijd (t
½
), maar geen significante verhoging van de piekplasmaspiegels van
cisapride. De geringe verlenging van het QTc-interval, die gezien werd na toediening van enkel
cisapride, werd niet verder verlengd wanneer cisapride in combinatie met esomeprazol werd gegeven.
Diazepam
Gelijktijdige toediening van 30 mg esomeprazol leidde tot een afname van 45% van de klaring door
het CYP2C19-substraat diazepam.
Onderzochte geneesmiddelen zonder klinisch relevante interactie
Amoxicilline en kinidine
Voor esomeprazol is aangetoond dat het geen klinisch relevante effecten heeft op de farmacokinetiek
van amoxicilline en kinidine.
19
Naproxen of rofecoxib
Gedurende kortdurende onderzoeken waarin de gelijktijdige toediening van esomeprazol met òf
naproxen òf rofecoxib werd bekeken, konden geen enkele klinische relevante farmacokinetische
interacties worden vastgesteld.
Effecten van andere geneesmiddelen op de farmacokinetiek van esomeprazol
Geneesmiddelen die CYP2C19 en/of CYP3A4 remmen
Esomeprazol wordt omgezet door CYP2C19 en CYP3A4. Gelijktijdige toediening van esomeprazol en
een CYP3A4-remmer, claritromycine (500 mg tweemaal daags) leidde tot een verdubbeling van de
blootstelling (AUC) aan esomeprazol. Gelijktijdige toediening van esomeprazol en een gecombineerde
remmer van CYP2C19- en CYP3A4 kan leiden tot een meer dan verdubbeling van de blootstelling aan
esomeprazol. De CYP2C19 en CYP3A4-remmer voriconazol verhoogde de AUC
van omeprazol met
280%. Een dosisaanpassing van esomeprazol is gewoonlijk niet vereist in beide gevallen.
Dosisaanpassing dient echter te worden overwogen voor patiënten met een ernstig verminderde
leverinsufficiëntie en indien langdurige behandeling wordt voorgeschreven.
Geneesmiddelen die CYP2C19 en/of CYP3A4 induceren
Geneesmiddelen waarvan bekend is dat ze CYP2C19 of CYP3A4 of beide induceren (zoals
rifampicine en sint-janskruid
(Hypericum perforatum))
kunnen leiden tot een daling van de
concentratie esomeprazol in het serum door versnelling van het metabolisme van esomeprazol.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Een matige hoeveelheid gegevens over zwangere vrouwen (tussen 300 –1.000
zwangerschapsuitkomsten) duidt erop dat esomeprazol niet misvormend of foetaal/neonataal toxisch
is.
De resultaten van dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat betreft
reproductietoxiciteit (zie rubriek 5.3).
Uit voorzorg heeft het de voorkeur om het gebruik van Nexium Control te vermijden tijdens de
zwangerschap.
Borstvoeding
Het is niet bekend of esomeprazol/metabolieten in de moedermelk worden uitgescheiden. Er is
onvoldoende informatie over de effecten van esomeprazol bij pasgeborenen/zuigelingen. Nexium
Control mag niet worden gebruikt in de periode dat borstvoeding wordt gegeven.
Vruchtbaarheid
De resultaten van dieronderzoek met het racemisch mengsel omeprazol, gegeven door orale
toediening, duiden niet op effecten met betrekking tot vruchtbaarheid.
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Esomeprazol heeft een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om machines
te bedienen. Bijwerkingen zoals duizeligheid en visusstoornissen komen soms voor (zie rubriek 4.8).
Indien dit zich voordoet, mogen patiënten geen voertuigen besturen of machines bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Hoofdpijn, buikpijn, diarree en misselijkheid behoren tot de bijwerkingen die het meest frequent
gemeld zijn in klinische onderzoeken (en ook uit postmarketing-gebruik). Daarnaast is het
veiligheidsprofiel gelijkaardig voor verschillende formuleringen, behandelingsindicaties,
leeftijdsgroepen en patientenpopulaties. Geen dosisgerelateerde bijwerkingen zijn vastgesteld.
Bijwerkingen in tabelvorm
20
De volgende bijwerkingen zijn vastgesteld of vermoed uit het klinisch onderzoeksprogramma voor
esomeprazol en uit postmarketing-gegevens. De bijwerkingen zijn gerangschikt volgens de MedDRA
frequentie-definitie: zeer vaak (> 1/10); vaak (>1/100, <1/10); soms (>1/1.000, <1/100); zelden
(>1/10.000, <1/1.000); zeer zelden (<1/10.000); niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet
worden bepaald).
Vaak
Bloed- en
lymfestelsel-
aandoeningen
Immuunsysteem-
aandoeningen
Soms
Zelden
leukopenie,
trombocytopenie
overgevoelig-
heidsreacties
waaronder
koorts, angio-
oedeem en
anafylactische
reactie/shock
hyponatriëmie
Zeer zelden
agranulo-
cytose,
pancytopenie
Niet bekend
Voedings- en
stofwisselings-
stoornissen
perifeer
oedeem
Hypomagnesië-
mie; ernstige
hypomagnesië-
mie kan
gepaard gaan
met
hypocalciëmie;
hypomagnesië-
mie kan ook
leiden tot
hypokaliëmie
agressie,
hallucinaties
Psychische
stoornissen
Zenuwstelsel-
aandoeningen
hoofdpijn
slapeloos-
heid
duizelig-
heid,
paresthesie,
slaperig-
heid
onrust,
verwardheid,
depressie
smaakstoornis
Oog-
aandoeningen
Evenwichts-
orgaan- en
ooraandoeningen
Ademhalings-
stelsel-, borstkas-
en mediastinum-
aandoeningen
wazig zien
vertigo
bronchospasmen
21
Maagdarmstelsel-
aandoeningen
Vaak
buikpijn,
obstipatie,
diarree,
flatulentie,
misselijk-
heid /
braken,
fundic
gland
poliepen
(benigne)
Soms
droge mond
Zelden
stomatitis,
gastro-intestinale
candidiasis
Zeer zelden
Niet bekend
microscopische
colitis
Lever- en
galaandoeningen
toename in
lever
enzymen
hepatitis met of
zonder geelzucht
Huid- en
onderhuid-
aandoeningen
dermatitis,
pruritus,
huiduitslag,
urticaria
alopecia,
fotosensibiliteit
Skeletspierstelsel-
en bindweefsel-
aandoeningen
Nier- en
urineweg-
aandoeningen
Voortplantings-
stelsel- en
borstaandoeningen
Algemene
aandoeningen en
toedieningsplaats-
stoornissen
artralgie, myalgie
lever
insufficiëntie,
hepatische
encefalo-
pathie bij
patiënten met
een al
bestaande
leverziekte
erythema
multiforme,
Stevens-
Johnson
syndroom,
toxische
epidermale
necrolyse
(TEN)
spierzwakte
subacute cutane
lupus
erythematosus
(zie rubriek 4.4)
interstitiële
nefritis
gynaecomastie
malaise,
toegenomen
transpiratie
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
Er is een zeer beperkte ervaring met betrekking tot opzettelijke overdosering. De symptomen
beschreven bij 280 mg esomeprazol waren gastro-intestinale symptomen en zwakte. Eenmalige doses
22
van 80 mg esomeprazol verliepen rustig. Er is geen specifiek antidotum bekend. Esomeprazol heeft
een hoge plasma-eiwitbinding en is daarom niet gemakkelijk te dialyseren. Behandeling is
symptomatisch en algemene ondersteunende maatregelen moeten worden toegepast.
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Middelen bij zuurgerelateerde afwijkingen, protonpompremmers,
ATC-code: A02BC05.
Esomeprazol is de S-isomeer van omeprazol en remt de maagzuursecretie door een specifiek
werkingsmechanisme. Het is een specifieke remmer van de zuurpomp in de pariëtale cel. Zowel de
R- als de S-isomeer van omeprazol hebben een vergelijkbare farmacodynamische activiteit.
Werkingsmechanisme
Esomeprazol is een zwakke base en wordt geconcentreerd en omgezet tot de actieve vorm in het sterk
zure milieu van de secretoire canaliculi van de pariëtale cel, waar het het enzym H
+
K
+
-ATPase – de
zuurpomp – remt en het remt zowel de basale als de gestimuleerde maagzuursecretie.
Farmacodynamische effecten
Na orale toediening van 20 mg en 40 mg esomeprazol treedt effect binnen een uur op. De gemiddelde
piek-zuurproductie na pentagastrinestimulatie is met 90% gedaald, wanneer na herhaalde toediening
van eenmaal daags 20 mg esomeprazol gedurende vijf dagen werd gemeten op dag vijf, 6-7 uur na
dosering.
Na vijf dagen orale dosering van 20 mg en 40 mg esomeprazol, werd de pH in de maag boven de 4
gehouden gedurende respectievelijk gemiddeld 13 uur en 17 uur van de 24 uur bij patiënten met
symptomatische gastro-oesofageale refluxziekte (GORZ). Het aantal patiënten bij wie de pH in de
maag boven de 4 bleef, gedurende minimaal 8, 12 en 16 uur, was bij 20 mg esomeprazol
respectievelijk 76%, 54% en 24%. De overeenkomstige percentages voor 40 mg esomeprazol waren
97%, 92% en 56%.
Gebruik makend van de AUC als surrogaat parameter voor de plasmaconcentratie, is een relatie met
de remming van de maagzuursecretie en de blootstelling aangetoond.
Tijdens behandeling met antisecretoire geneesmiddelen stijgt het serumgastrine in reactie op de
verminderde zuursecretie. Ook CgA neemt toe als gevolg van de lagere zuurgraad in de maag. De
verhoogde CgA-spiegel kan onderzoeken naar neuro-endocriene tumoren verstoren.
Beschikbare aanwijzingen in de literatuur raden aan dat het gebruik van protonpompremmers vijf
dagen tot twee weken vóór CgA-metingen moet worden stopgezet. Op deze manier kunnen de CgA-
spiegels die mogelijk door de PPI-behandeling zijn gestegen, weer dalen tot normaalwaarden.
Bij enkele patiënten op langetermijnbehandeling met esomeprazol is een toename van het aantal
ECL-cellen gezien, hetgeen mogelijk samenhangt met de toegenomen serumgastrinespiegel.
Afname van maagzuur als gevolg van onder andere PPI’s, verhoogt het aantal bacteriën dat normaal
aanwezig is in het maag-darmkanaal. Behandeling met PPI’s kan leiden tot een geringe risicotoename
van gastro-intestinale infecties zoals
Salmonella
en
Campylobacter
en bij ziekenhuispatiënten
mogelijk ook
Clostridium difficile.
Klinische werkzaamheid
Er is aangetoond dat 20 mg esomeprazol effectief is bij de behandeling van frequent brandend
maagzuur bij patiënten die gedurende 2 weken één dosis per 24 uur krijgen. In twee multicentrische,
23
gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde hoofdonderzoeken werden 234 personen met
een recente voorgeschiedenis van frequent brandend maagzuur behandeld met 20 mg esomeprazol
gedurende 4 weken. Symptomen geassocieerd met reflux (zoals brandend maagzuur en zure
oprispingen) werden retrospectief geëvalueerd over een periode van 24 uur. In beide onderzoeken was
20 mg esomeprazol significant beter in vergelijking met placebo voor het primaire eindpunt, een
volledige verlichting van brandend maagzuur, gedefinieerd als geen brandend maagzuur tijdens de
laatste 7 dagen voorafgaand aan het laatste bezoek (33,9-41,6% vs. placebo 11,9-13,7%, p<0,001). Het
secundaire eindpunt voor volledige verlichting van brandend maagzuur, gedefinieerd als geen
aantekening van brandend maagzuur op de dagboekkaart van de patiënt gedurende 7 opeenvolgende
dagen, was statistisch significant in zowel week 1 (10,0-15,2% vs. placebo 0,9-2,4%, p=0,014,
p<0,001) als in week 2 (25,2-35,7% vs. placebo 3,4-9,0%, p<0,001).
Andere secundaire eindpunten ondersteunden het primaire eindpunt, inclusief de verlichting van
brandend maagzuur in week 1 en 2, het percentage van het aantal dagen van 24 uur zonder brandend
maagzuur in week 1 en week 2, de gemiddelde ernst van brandend maagzuur in week 1 en week 2, en
de tijd tot de eerste en aanhoudende verlichting van brandend maagzuur gedurende een periode van 24
uur en gedurende de nacht in vergelijking met placebo. Ongeveer 78% van de patiënten op 20 mg
esomeprazol rapporteerde de eerste verlichting van brandend maagzuur in de eerste week van de
behandeling in vergelijking met 52-58% voor placebo. De tijd tot aanhoudende verlichting van
brandend maagzuur, gedefinieerd als de eerste registratie van 7 opeenvolgende dagen zonder brandend
maagzuur, was significant korter in de groep met 20 mg esomeprazol (39,7-48,7% op dag 14 vs.
placebo 11,0-20,2%).
De mediane tijd tot de eerste verlichting van nachtelijk brandend maagzuur was 1 dag; dit is statistisch
significant in vergelijking met placebo in één onderzoek (p=0,048) en benadert significantie in het
andere onderzoek (p=0,069). Ongeveer 80% van de nachten waren vrij van brandend maagzuur
gedurende alle perioden en 90% van de nachten waren vrij van brandend maagzuur in week 2 van elk
klinisch onderzoek, in vergelijking met 72,4-78,3% voor placebo. De beoordelingen van de
onderzoekers van de verlichting van brandend maagzuur waren consistent met de beoordelingen van
de patiënten. Deze laten significante verschillen zien tussen esomeprazol (34,7-41,8%) in vergelijking
met placebo (8,0-11,4%). De onderzoekers oordeelden eveneens dat esomeprazol significant
effectiever is dan placebo bij het verlichten van zure oprispingen (58,5-63,6% vs. placebo 28,3-37,4%)
tijdens de evaluatie in week 2.
Na evaluatieonderzoek van de volledige behandeling (Overall Treatment Evaluation - OTE) van
patiënten in week 2, rapporteerde 78,0-80,7% van de patiënten op 20 mg esomeprazol, in vergelijking
met 72,4-78,3% op placebo, hun conditie als verbeterd. De meerderheid van deze patiënten
beoordeelde het belang van deze verandering als belangrijk tot zeer belangrijk bij het uitvoeren van
hun activiteiten in het dagelijks leven (79-86% in week 2).
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie
Esomeprazol is zuurlabiel en wordt oraal toegediend als granules met maagsapresistente coating.
In vivo
conversie naar de R-isomeer is verwaarloosbaar. Absorptie van esomeprazol is snel, de
piekplasmaspiegel treedt ongeveer 1-2 uur na toediening op. De absolute biologische beschikbaarheid
is 64% na enkelvoudige dosis van 40 mg en neemt toe tot 89% na herhaalde toediening eenmaal
daags. Voor 20 mg esomeprazol zijn de overeenkomstige waarden respectievelijk 50% en 68%.
Hoewel voedselinname de absorptie van esomeprazol vertraagt en vermindert, heeft dit geen
significante invloed op het effect van esomeprazol op de zuurgraad in de maag.
Distributie
Het schijnbare verdelingsvolume tijdens ‘steady state’ is bij gezonde proefpersonen ongeveer 0,22 l/kg
lichaamsgewicht. Esomeprazol is voor 97% aan plasma-eiwit gebonden.
24
Biotransformatie
Esomeprazol wordt volledig gemetaboliseerd door het cytochroom-P450-systeem (CYP). Het grootste
gedeelte van het metabolisme van esomeprazol is afhankelijk van het polymorfe enzym CYP2C19, dat
verantwoordelijk is voor de vorming van de hydroxy- en demethylmetabolieten van esomeprazol. Het
resterende gedeelte is afhankelijk van een ander specifiek isoform, CYP3A4, dat verantwoordelijk is
voor de vorming van esomeprazolsulfon, de voornaamste metaboliet in het plasma.
Eliminatie
De hieronder vermelde parameters geven voornamelijk de farmacokinetiek bij personen weer met een
goed functionerend CYP2C19-enzym, de snelle metaboliseerders.
De totale plasmaklaring is ongeveer 17 l/uur na een enkelvoudige dosis en 9 l/uur na herhaalde
toediening. De plasma-eliminatie halfwaardetijd is ongeveer 1,3 uur na herhaalde toediening eenmaal
daags. Esomeprazol wordt tussen de dosisintervallen volledig uit het plasma geëlimineerd zonder
enige neiging tot accumulatie bij een toediening eenmaal daags. De voornaamste metabolieten van
esomeprazol hebben geen effect op de maagzuursecretie. Bijna 80% van een orale dosering
esomeprazol wordt als metaboliet in de urine uitgescheiden en het resterende deel in de feces. Minder
dan 1% van de onveranderde werkzame stof wordt in de urine teruggevonden.
Lineariteit/non-lineariteit
De farmacokinetiek van esomeprazol is onderzocht in doses tot 40 mg tweemaal daags. Het gebied
onder de plasmaconcentratie-tijdcurve neemt toe na herhaalde toediening van esomeprazol. Deze
toename is dosisafhankelijk en leidt tot een meer dan dosisproportionele toename in de AUC na
herhaalde toediening. Deze tijds- en dosisafhankelijkheid is het gevolg van de afname van het ‘first
pass’-metabolisme en de systemische klaring, vermoedelijk veroorzaakt door een remming van het
CYP2C19-enzym door esomeprazol en/of de sulfonmetaboliet.
Speciale patiëntenpopulaties
Trage metaboliseerders
Ongeveer 2,91,5% van de populatie mist een functioneel CYP2C19–enzym en worden trage
metaboliseerders genoemd. Bij deze personen vindt het metabolisme vermoedelijk hoofdzakelijk
plaats via CYP3A4.
Na herhaalde toediening van eenmaal daags 40 mg esomeprazol was het gemiddelde gebied onder de
plasmaconcentratie-tijdcurve ongeveer 100% hoger bij trage metaboliseerders dan bij diegenen met
een goed functionerend CYP2C19-enzym (snelle metaboliseerders). De gemiddelde
piekplasmaconcentraties waren 60% hoger.
Deze bevindingen hebben geen gevolgen voor de dosering van esomeprazol.
Geslacht
Na een enkelvoudige dosis van 40 mg esomeprazol is het gemiddelde gebied onder de
plasmaconcentratie-tijd curve bij vrouwen ongeveer 30% groter dan bij mannen. Er is echter geen
verschil tussen mannen en vrouwen gezien bij herhaalde toediening eenmaal daags. Deze bevindingen
hebben geen gevolgen voor de dosering van esomeprazol.
Leverinsufficiëntie
Bij patiënten met lichte tot matig-ernstige leverfunctiestoornissen kan het metabolisme van
esomeprazol verminderd zijn. Bij patiënten met ernstige leverfunctiestoornissen is de stofwisseling
vertraagd, hetgeen leidt tot een verdubbeling van het gebied onder de plasmaconcentratietijd curve van
esomeprazol. Derhalve mag bij patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis een maximale dosis van
20 mg niet worden overschreden. Esomeprazol of haar voornaamste metabolieten vertonen geen
enkele neiging tot accumulatie bij een dosering eenmaal daags.
25
Nierinsufficiëntie
Er zijn geen onderzoeken uitgevoerd bij patiënten met een verminderde nierfunctie. Omdat de nier
verantwoordelijk is voor de uitscheiding van de metabolieten van esomeprazol, maar niet voor de
eliminatie van de onveranderde werkzame stof, zal het metabolisme van esomeprazol naar
verwachting niet veranderen bij patiënten met een nierfunctiestoornis.
Ouderen (≥65 jaar)
Bij oudere personen (71-80 jaar) is het metabolisme van esomeprazol niet wezenlijk veranderd.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van veiligheidsfarmacologie, toxiciteitbij herhaalde
dosering, genotoxiciteit en reproductie- en ontwikkelingstoxiciteit.
Er zijn geen bijwerkingen waargenomen in klinische onderzoeken. Echter bij dieren bij soortgelijke
blootstellingsniveaus als de klinische blootstellingsniveaus zijn wel bijwerkingen waargenomen. Het
betreft de volgende bijwerkingen die relevant zouden kunnen zijn voor klinische doeleinden:
Carcinogeniteitsonderzoeken bij ratten met het racemisch mengsel lieten hyperplasie van ECL-cellen
in de maag en carcinoïden zien. Deze effecten in de maag van de rat zijn het gevolg van aanhoudende,
sterke hypergastrinemie, veroorzaakt door een verminderde productie van maagzuur en zijn
waargenomen bij langetermijnbehandeling bij ratten met maagzuurremmers.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Inhoud van de capsule
Glycerolmonostearaat 40-55
Hydroxypropylcellulose
Hypromellose 2910 (6 mPa·s)
Magnesiumstearaat
Methacrylzuur-ethylacrylaatcopolymeer (1:1), 30% dispersie
Polysorbaat 80
Suikerbolletjes (sucrose en maïszetmeel)
Talk
Triethyl citraat
Karmijn (E120)
Indigokarmijn (E132)
Titaandioxide (E171)
Geel ijzeroxide (E172)
Capsule-omhulsel
Gelatine
Indigokarmijn (E132)
Erytrosine (E127)
Allurarood AC (E129)
Drukinkt
Povidon K-17
Propyleenglycol
Schellak
Natriumhydroxide
Titaandioxide (E171)
26
Band
Gelatine
Geel ijzeroxide (E172)
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3
3 jaar
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Bewaren beneden 30°C
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Hoge dichtheid polyethyleen (HDPE) fles met een inductieverzegelde afdichting en kindveilige
sluiting met daarin 14 maagsapresistente capsules. De fles bevat ook een afgesloten container met
silicagel als droogmiddel.
Nexium Control capsules is beschikbaar in een verpakking van 14 of 28 capsules . Niet alle genoemde
verpakkingsgroottes worden in de handel gebracht.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Geen bijzondere vereisten.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited,
Knockbrack,
Dungarvan,
Co. Waterford,
Ierland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/13/860/003
EU/1/13/860/005
9.
DATUM EERSTE VERGUNNINGVERLENING/VERLENGING VAN DE
VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 26 augustus 2013
Datum van laatste verlenging: 25 juni 2018
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
27
BIJLAGE II
A.
B.
FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN
LEVERING EN GEBRUIK
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER
VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT
EEN VEILIG EN DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET
GENEESMIDDEL
C.
D.
28
A.
FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte
Pfizer Consumer Manufacturing Italy S.r.l.
Via Nettunense, 90
04011 Aprilia (LT)
Italië
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Niet aan medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel.
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN MOETEN WORDEN
NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen (PSUR’s)
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentie data (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP - risicobeheersplan)
De vergunninghouder voert de noodzakelijke onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-updates.
Een RMP-update wordt ingediend:
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico’s of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico’s tot een minimum) is bereikt.
29
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
30
A. ETIKETTERING
31
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
OMDOOS
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Nexium Control 20 mg maagsapresistente tabletten
esomeprazol
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke maagsapresistente tablet bevat 20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat sucrose. Zie de bijsluiter voor verdere informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
7 maagsapresistente tabletten
14 maagsapresistente tabletten
2 x 14 maagsapresistente tabletten
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
De tabletten in hun geheel doorslikken. De tabletten niet kauwen of fijnmaken.
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor oraal gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
32
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited,
Knockbrack,
Dungarvan,
Co. Waterford,
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
7 maagsapresistente tabletten
14 maagsapresistente tabletten
2 x 14 maagsapresistente tabletten
EU/1/13/860/001
EU/1/13/860/002
EU/1/13/860/004
13.
Lot
BATCHNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
Voor kortdurende behandeling van refluxsymptomen (brandend maagzuur, zure oprispingen) bij
volwassenen, 18 jaar en ouder.
Niet gebruiken als u allergisch bent voor esomeprazol of voor één van de andere stoffen in dit
geneesmiddel.
Neem contact op met uw apotheker of arts als:
u een geneesmiddel dat in de bijsluiter wordt genoemd gebruikt,
u ouder bent dan 55 en nieuwe of recent veranderde refluxsymptomen hebt.
Hoe te gebruiken:
Neem 1 tablet per dag. Neem niet meer in dan deze dosis.
Het kan 2-3 dagen duren voordat volledige werkzaamheid en effect bereikt wordt.. Als uw symptomen
verergeren of als uw symptomen niet verbeteren na gebruik van dit geneesmiddel 14 dagen op rij,
neem dan contact op met uw arts.
Bij brandend maagzuur en zure oprispingen
Eén tablet per dag
33
Werkt 24 uur
<www.xxx.xxx>
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Nexium Control 20 mg tabletten
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
Niet van toepassing.
18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
Niet van toepassing.
34
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP BLISTERVERPAKKINGEN OF STRIPS MOETEN
WORDEN VERMELD
BLISTERVERPAKKING
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Nexium Control 20 mg maagsapresistente tabletten
esomeprazol
2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
BATCHNUMMER
5.
OVERIGE
35
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
OMDOOS
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Nexium Control 20 mg maagsapresistente harde capsules
esomeprazol
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke maagsapresistente harde capsule bevat 20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat sucrose en Allura red AC (E129). Zie de bijsluiter voor verdere informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
14 maagsapresistente harde capsules
2 x 14 maagsapresistente harde capsules
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor oraal gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
36
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited,
Knockbrack,
Dungarvan,
Co. Waterford,
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
14 maagsapresistente harde capsules
2 x 14 maagsapresistente harde capsules
EU/1/13/860/003
EU/1/13/860/005
13.
Lot
BATCHNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
Voor kortdurende behandeling van refluxsymptomen (brandend maagzuur, zure oprispingen) bij
volwassenen, 18 jaar en ouder.
Niet gebruiken als u allergisch bent voor esomeprazol of voor één van de andere stoffen in dit
geneesmiddel.
Neem contact op met uw apotheker of arts als:
u een geneesmiddel dat in de bijsluiter wordt genoemd gebruikt,
u ouder bent dan 55 en nieuwe of recent veranderde refluxsymptomen hebt.
Hoe te gebruiken:
Neem 1 capsule per dag. Neem niet meer in dan deze dosis.
De capsules in het geheel doorslikken. Capsules niet kauwen, fijnmaken of openen.
Het kan 2-3 dagen duren voordat volledige werkzaamheid en effect bereikt wordt.. Als uw symptomen
verergeren of als uw symptomen niet verbeteren na gebruik van dit geneesmiddel 14 dagen op rij,
neem dan contact op met uw arts.
37
Bij brandend maagzuur en zure oprispingen
Capsules
Eén capsule per dag
Werkt 24 uur
<www.xxx.xxx>
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Nexium Control 20 mg, capsules
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK – 2D MATRIXCODE
17.
Niet van toepassing.
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK – VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
Niet van toepassing.
38
GEGEVENS DIE OP DE PRIMAIRE VERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
FLESETIKET
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Nexium Control 20 mg maagsapresistente capsules
esomeprazol
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke maagsapresistente capsule bevat 20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat sucrose en Allura red AC (E129).
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
14 maagsapresistente capsules.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor oraal gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30 °C.
Houd de container goed gesloten ter bescherming tegen vocht.
39
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited,
Knockbrack,
Dungarvan,
Co. Waterford,
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
Bij brandend maagzuur en zure oprispingen
Neem 1 capsule per dag. Neem niet meer in dan deze dosis.
Heel doorslikken. Capsules niet kauwen, fijnmaken of openen.
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
Niet van toepassing.
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
Niet van toepassing.
40
B. BIJSLUITER
41
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Nexium Control 20 mg maagsapresistente tabletten
esomeprazol
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw apotheker u dat
heeft verteld.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw apotheker.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Wordt uw klacht na 14 dagen niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met
uw arts.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is Nexium Control en waarvoor wordt dit middel ingenomen?
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe neemt u dit middel in?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
- Verdere nuttige informatie
1.
Wat is Nexium Control en waarvoor wordt dit middel ingenomen?
Nexium Control bevat de actieve stof esomeprazol. Het behoort tot de geneesmiddelengroep genaamd
‘protonpompremmers’. Deze middelen verminderen de hoeveelheid zuur die uw maag aanmaakt.
Dit geneesmiddel wordt gebruikt bij volwassenen voor de kortdurende behandeling van
refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend maagzuur en zure oprispingen).
Reflux is het terugvloeien van zuur uit de maag in de slokdarm, die kan ontstoken raken en pijnlijk
worden. Dit kan symptomen bij u veroorzaken zoals een pijnlijk gevoel op de borst tot aan uw keel
(brandend maagzuur) en een zure smaak in de mond (zure oprispingen).
Nexium is niet bedoeld om onmiddellijke verlichting te brengen. Het kan nodig zijn om de tabletten
gedurende 2 tot 3 dagen op rij in te nemen voordat u zich beter voelt. Wordt uw klacht na 14 dagen
niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts.
2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
-
-
-
U bent allergisch voor één van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
U bent allergisch voor geneesmiddelen die andere protonpompremmers bevatten (bijvoorbeeld
pantoprazol, lanzoprazol, rabeprazol of omeprazol).
U gebruikt een geneesmiddel dat nelfinavir bevat (gebruikt voor de behandeling van
hiv-infectie).
42
U mag dit geneesmiddel niet innemen als een van de bovenstaande situaties voor u geldt. Als u daar
niet zeker van bent, overleg dan met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel inneemt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts voordat u dit middel inneemt als:
u in het verleden een maagzweer of maagoperatie heeft gehad.
u een onderhoudsbehandeling voor reflux of brandend maagzuur heeft gehad gedurende
4 weken of langer.
u geelzucht (geelverkleuring van de huid of ogen) of ernstige leverproblemen heeft.
u ernstige nierproblemen heeft.
u ouder bent dan 55 jaar en nieuwe of recent gewijzigde refluxsymptomen heeft of als u elke
dag vrij verkrijgbare geneesmiddelen voor de spijsvertering nodig heeft.
u ooit een huidreactie kreeg na behandeling met een geneesmiddel vergelijkbaar met Nexium
Control dat de productie van maagzuur remt.
u binnenkort een endoscopie of een ureum-ademtest moet ondergaan.
u binnenkort een specifieke bloedtest (Chromogranin A) moet ondergaan.
Overleg onmiddellijk met uw arts als een van de volgende symptomen, die een teken kunnen zijn van
een andere, ernstigere, ziekte, voor of na het innemen van dit geneesmiddel bij u optreden:
U verliest zonder enige aanleiding veel gewicht.
U heeft moeite met of pijn bij het slikken.
U krijgt maagpijn of spijsverteringsklachten, zoals misselijkheid, een vol gevoel, opgeblazen
gevoel, vooral na voedselinname.
U braakt voedsel of bloed, wat op donker koffiedik in uw braaksel kan lijken.
U heeft zwarte ontlasting (gestold bloed in de ontlasting).
U heeft ernstige of aanhoudende diarree; esomeprazol is in verband gebracht met een klein
verhoogd risico op infectieuze diarree.
Vertel het uw arts zo snel mogelijk als u huiduitslag krijgt, vooral op plekken die blootgesteld
worden aan zonlicht, aangezien u uw behandeling met Nexium Control mogelijk zal moeten
stopzetten. Denk eraan ook melding te maken van andere bijwerkingen zoals pijn in uw
gewrichten.
Raadpleeg onmiddellijk een arts wanneer u pijn op de borst ervaart gepaard gaand met een licht gevoel
in het hoofd, zweten, duizeligheid of schouderpijn met kortademigheid. Dit kan duiden op een ernstig
hartaandoening.
Geldt één van de bovenstaande situaties voor u (ook als u daar niet zeker van bent), overleg dit
onmiddellijk met uw arts.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Dit geneesmiddel mag niet gebruikt worden door kinderen en jongeren onder de 18 jaar.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Nexium Control nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat
dan uw arts of apotheker. De werking van deze geneesmiddelen zou door dit geneesmiddel namelijk
kunnen veranderen en andersom zouden deze geneesmiddelen ook de werking van Nexium Control
kunnen veranderen.
Neem dit geneesmiddel niet in als u ook een geneesmiddel gebruikt dat nelfinavir bevat (gebruikt voor
de behandeling van hiv-infectie).
Vertel het uw arts of apotheker zeker als u clopidogrel gebruikt (voor het voorkomen van
43
bloedproppen).
Neem dit geneesmiddel niet in combinatie met andere geneesmiddelen in die de hoeveelheid zuur dat
wordt aangemaakt in uw maag verlagen, zoals protonpompremmers (bijvoorbeeld pantoprazol,
lansoprazol, rabeprazol of omeprazol) of een H
2
-antagonist (bijvoorbeeld ranitidine of famotidine).
Indien nodig mag u dit geneesmiddel in combinatie met antacida (bijvoorbeeld magaldraat, alginezuur,
natriumbicarbonaat, aluminiumhydroxide, magnesiumcarbonaat of combinaties daarvan) gebruiken.
Vertel het uw arts of apotheker als u de volgende geneesmiddelen gebruikt:
Ketoconazol en itraconazol (gebruikt om schimmelinfecties te behandelen).
Voriconazol (gebruikt om schimmelinfecties te behandelen) en claritromycine (gebruikt om
infecties te behandelen). Uw arts kan uw dosis Nexium Control aanpassen als u ook ernstige
leverproblemen heeft en behandeld wordt voor een lange periode.
Erlotinib (gebruikt voor de behandeling van kanker)
Methotrexaat (gebruikt bij de behandeling van kanker en reumatische aandoeningen)
Digoxine (gebruikt bij hartproblemen)
Atazanavir, saquinavir (gebruikt voor de behandeling van hiv-infectie)
Citalopram, imipramine of clomipramine (gebruikt om depressie te behandelen)
Diazepam (gebruikt voor de behandeling van angst, om spieren te ontspannen of bij epilepsie)
Fenytoïne (gebruikt bij epilepsie)
Geneesmiddelen die gebruikt worden om uw bloed te verdunnen, zoals warfarine. Uw arts zal u
willen controleren als u begint of stopt met het innemen van Nexium Control
Cilostazol (gebruikt bij de behandeling van ‘claudicatio intermittens’ – een aandoening waarbij
u door onvoldoende doorbloeding in de beenspieren pijn heeft en moeite heeft met lopen)
Cisapride (gebruikt voor problemen met de spijsvertering en brandend maagzuur)
Rifampicine (gebruikt voor de behandeling van tuberculose)
Tacrolimus (gebruikt bij orgaantransplantatie)
Sint-janskruid (Hypericum
perforatum)
(gebruikt om depressie te behandelen)
Zwangerschap en borstvoeding
Als voorzorgsmaatregel, vermijd u bij voorkeur Nexium Control tijdens de zwangerschap. Neem dit
geneesmiddel niet in wanneer u borstvoeding geeft.
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Vraag uw
arts of apotheker om raad voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet waarschijnlijk dat Nexium Control invloed zal hebben op uw vermogen om een voertuig te
besturen of om machines te gebruiken. Maar bijwerkingen zoals duizeligheid en problemen met zien
kunnen soms voorkomen (zie rubriek 4). Wanneer dit voorkomt, moet u geen voertuig besturen of
machines gebruiken.
Nexium Control bevat sucrose en natrium
Nexium Control bevat suikerbolletjes, welke sucrose bevatten, een soort suiker. Als uw arts u heeft
verteld dat u sommige suikers niet kunt verdragen, overleg dan met uw arts of apotheker voordat u dit
middel inneemt.
Nexium Control bevat minder dan 1 mmol natrium (23mg) per tablet, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
44
3.
Hoe neemt u dit middel in?
Neem dit geneesmiddel altijd precies in zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw arts of
apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of
apotheker.
Hoeveel moet u innemen?
De aanbevolen dosering is één tablet per dag.
Neem niet meer in dan deze aanbevolen dosering van één tablet (20 mg) per dag, ook al voelt u
geen onmiddellijke verlichting.
Het kan nodig zijn om de tabletten gedurende 2 of 3 dagen op rij in te nemen voordat uw
refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend maagzuur en zure oprispingen) verminderen.
De duur van de behandeling is maximaal 14 dagen.
Wanneer u volledige verlichting heeft van de refluxsymptomen, stop dan met het innemen van
dit geneesmiddel.
Worden uw refluxsymptomen na inname gedurende 14 dagen op rij niet minder, of worden ze
zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts.
Als u aanhoudende of langdurige, vaak terugkerende symptomen heeft, zelfs na behandeling met dit
geneesmiddel, moet u contact opnemen met uw arts.
Gebruiksaanwijzing
U kunt uw tablet op ieder moment van de dag innemen met voedsel of op een lege maag.
Slik uw tablet in zijn geheel door met een half glas water. Kauw niet op de tablet en maak de
tablet niet fijn. Elke tablet bevat namelijk korreltjes met een beschermend laagje dat het
geneesmiddel beschermt tegen afbraak door het maagzuur. Het is daarom belangrijk om de
korreltjes niet te beschadigen.
Andere mogelijkheid om dit geneesmiddel in te nemen
Doe de tablet in een glas (niet bruisend) water. Gebruik geen andere vloeistoffen.
Roer tot de tablet uiteenvalt (het mengsel wordt troebel), drink het mengsel dan onmiddellijk of
binnen 30 minuten op. Roer het mengsel altijd even door vlak voor u het opdrinkt.
Om er zeker van te zijn dat u alles van het geneesmiddel hebt opgedronken, spoelt u uw glas
goed om met een half glas water en drinkt u dit vervolgens op. De korreltjes bevatten het
geneesmiddel, dus niet kauwen of fijnmaken.
Heeft u te veel van dit middel ingenomen?
Als u meer Nexium Control heeft ingenomen dan u zou mogen, raadpleeg dan onmiddellijk uw arts of
apotheker. U kunt symptomen zoals diarree, maagpijn, obstipatie (verstopping), misselijkheid of
braken en zwakte ervaren.
Bent u vergeten dit middel in te nemen?
Als u een dosis bent vergeten in te nemen, neem deze dan alsnog in zodra u eraan denkt, nog op
dezelfde dag. Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
45
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Stop met het innemen van Nexium Control en neem direct contact op met uw arts als bij u één
van de volgende ernstige bijwerkingen optreedt:
Plotseling piepende ademhaling, zwelling van uw lippen, tong en keel, huiduitslag, flauwvallen
of moeite met slikken (ernstige allergische reactie, zelden gezien).
Roodheid van de huid met blaarvorming of vervelling. Er kunnen ook ernstige blaren en
bloedingen optreden aan de lippen, ogen, mond, neus en geslachtsorganen. Dit zou het ‘Stevens-
Johnson-syndroom’ of ‘toxische epidermale necrolyse’ kunnen zijn, zeer zelden gezien.
Geelverkleuring van de huid, donkere urine en vermoeidheid, dit kunnen symptomen zijn van
leverproblemen, zelden gezien.
Overleg zo snel mogelijk met uw arts als u een van de volgende klachten van infectie opmerkt:
Dit geneesmiddel kan in zeer zeldzame gevallen de witte bloedcellen aantasten wat kan leiden tot een
tekortkoming in het immuunsysteem. Als u een infectie heeft met verschijnselen zoals koorts met een
ernstig
verminderde algehele conditie of koorts met verschijnselen van een lokale infectie zoals
nekpijn, keelpijn of pijn in de mond of problemen met plassen, moet u zo snel mogelijk contact
opnemen met uw arts, zodat een tekort aan witte bloedcellen (agranulocytose) kan worden uitgesloten
via een bloedtest. Het is belangrijk dat u informatie geeft over de geneesmiddelen die u op dat moment
gebruikt.
Andere mogelijke bijwerkingen zijn:
Vaak (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 10 gebruikers)
Hoofdpijn.
Problemen met uw maag of darmen: diarree, maagpijn, obstipatie, winderigheid (flatulentie).
Misselijkheid of overgeven (braken).
Benigne poliepen in de maag
Soms (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 100 gebruikers)
Opzwellen van de voeten en enkels.
Verstoorde slaap (slapeloosheid), slaperig gevoel.
Duizeligheid, tintelend gevoel waaronder slapende ledematen.
Draaierig gevoel (vertigo).
Droge mond.
Verhoogde leverenzymen in bloedtesten die meten hoe de lever werkt.
Huiduitslag, netelroos (bultjes) en jeuk.
Zelden (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 gebruikers)
Bloedziekten zoals een verlaagde hoeveelheid witte bloedcellen of bloedplaatjes. Dit kan
zwakte en blauwe plekken veroorzaken of kan het optreden van infecties verhogen.
Lage hoeveelheid natrium in het bloed. Dit kan zwakte, overgeven en kramp veroorzaken.
Gevoel van onrust, verwarring of neerslachtigheid.
Smaakveranderingen.
Gezichtsproblemen zoals wazig zien.
Plotseling gevoel van piepende ademhaling of kortademigheid (bronchospasmen).
Een ontsteking in de mondholte.
46
Een infectie ‘spruw’ genoemd, die de darmen kan aantasten en veroorzaakt wordt door een
schimmel.
Haaruitval (alopecia).
Huiduitslag bij blootstelling aan zonlicht.
Gewrichtspijn (artralgie) of spierpijn (myalgie).
Algeheel gevoel van onwel zijn en futloosheid.
Toegenomen transpiratie.
Zeer zelden (kan voorkomen bij minder dan 1 op de 10.000 gebruikers)
Laag aantal van rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes (een aandoening die
pancytopenie wordt genoemd).
Agressie.
Het zien, voelen of horen van dingen die er niet zijn (hallucinaties).
Ernstige leverproblemen die kunnen leiden tot leverfalen en hersenontsteking.
Spierzwakte.
Ernstige nierproblemen.
Borstvorming bij mannen.
Niet bekend (frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
Laag magnesiumgehalte in het bloed. Dit kan zwakte, overgeven, kramp, trillen en
veranderingen in hartslag (aritmieën) veroorzaken. Als u zeer laag magnesiumgehalte heeft,
kunt u ook een laag calcium- of kaliumgehalte in het bloed hebben.
Ontsteking in de darmen (dit kan leiden tot diarree).
Huiduitslag, mogelijk met pijn in de gewrichten.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en
blisterverpakking na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 30ºC.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
47
-
-
De werkzame stof in dit middel is esomeprazol. Elke maagsapresistente tablet bevat 20 mg
esomeprazol (als magnesiumtrihydraat).
De andere stoffen in dit middel zijn glycerolmonostearaat 40-55, hydroxypropylcellulose,
hypromellose, roodbruin ijzeroxide (E 172), geel ijzeroxide (E 172), magnesiumstearaat,
methacrylzuur/ethylacrylaatcopolymeer (1:1), dispersie van 30%, microkristallijne cellulose,
synthetische paraffine, macrogol 6000, polysorbaat 80, crospovidon (Type A),
natriumstearylfumaraat, suikerbolletjes (sucrose en maïszetmeel), talk, titaandioxide (E 171) en
triethyl citraat (zie rubriek 2, “Nexium Control bevat sucrose en natrium”).
Hoe ziet Nexium Control eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Nexium Control 20 mg maagsapresistente tabletten zijn lichtroze, ovaal, biconvex 14 mm x 7 mm,
filmomhuld, hebben de inscriptie ‘20 mG’ aan de ene kant en A/EH aan de andere kant.
Nexium Control is verkrijgbaar in verpakkingsgrootten van 7, 14 en 28 maagsapresistente tabletten in
blisterverpakkingen.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited, Knockbrack, Dungarvan, Co. Waterford, Ierland
Fabrikant
Pfizer Consumer Manufacturing Italy S.r.l., Via Nettunense, 90, 04011, Aprilia (LT), Italië
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien,Luxembourg/
Luxemburg
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare s.a./n.v.
Tél/Tel: + 32 10858600
България
ГлаксоСмитКлай½ Ко½сюмър Хелткеър
Teл.: + 359 2 953 10 34
Česká republika
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Czech
Republic s.r.o.
Tel.: + 420 222 001 111
cz.info@gsk.com
Danmark
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare ApS
Tel.: + 45 80 25 16 27
scanda.consumer-relations @gsk.com
Latvija
GlaxoSmithKline Latvia SIA
Tel: + 371 67312687
lv-epasts@gsk.com
Lietuva
GlaxoSmithKline Lietuva UAB
Tel: + 370 5 264 90 00
info.lt@gsk.com
Magyarország
GlaxoSmithKline-Consumer Kft.
Tel.: + 36 1 225 5800
Nederland,
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare BV
Tel: 800 4090005
Info.nlch@gsk.com
Deutschland
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare GmbH
& Co.KG.
Tel.: + 49 (0) 800 6645626
Eesti
GlaxoSmithKline Eesti OÜ
48
Österreich
,
GSK-Gebro Consumer Healthcare GmbH
Tel: +43 (0) 5354 563350
Norge
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
Tel: + 372 6676 900
estonia@gsk.com
Ελλάδα
GSK CH Ελλάς Μο½οπρόσωπη Α.Ε.
Λεωφ. Κηφισίας 274, 152 32, Χαλά½δρι
Τηλ.: 210 6882100
Tlf: + 47 80 05 86 30
scanda.consumer-relations @gsk.com
Polska
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Sp.z.o.o.
Tel: + 48 (0)22 576 96 00
España
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare, S.A.
Tel: + 34 900 816 705
Portugal
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare –
Produtos para a Saúde e Higiene, Lda.
Tel: 800 784 695
apoio.consumidor@gsk.com
France
GlaxoSmithKline Santé Grand Public
Tél. : + 33 (0)1 39 17 60 07
Hrvatsk
GlaxoSmithKline d.o.o.
Tel:+385 1 6051 999
Ireland, Malta
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
(Ireland) Limited
Tel.: 800 441 442
România
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare S.R.L
Tel: + 40 21 302 8 208
Slovenija
GSK d.o.o., Ljubljana
Tel: + 386 (0)1 280 25 00
Slovenská republika
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Slovakia
s.r.o.
Tel: + 421 248 261 111
cz.info@gsk.com
Suomi/Finland
GlaxoSmithKline Oy
Consumer Healthcare
Puh/Tel: 080 077 40 80
scanda.consumer-relations @gsk.com
Sverige
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
Tel: 020-100579
scanda.consumer-relations @gsk.com
Ísland
Vistor hf. GlaxoSmithKline ehf.
Sími: + 354 535 700
Italia
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare S.r.l.
Tel.: + 39 02 38062020
Κύπρος
C. A. Papaellinas Ltd,
Τ.Θ. 24018, 1700 Λευκωσία
Tηλ. +357 22 741 741
United Kingdom (Northern Ireland)
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare (UK)
Trading Limited
Tel.: 0800 783 8881
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
49
VERDERE NUTTIGE INFORMATIE
Wat zijn de symptomen van brandend maagzuur?
De normale symptomen van reflux zijn een pijnlijk gevoel in de borstkas dat naar uw keel omhoog
komt (brandend maagzuur) en een zure smaak in de mond (zure oprispingen).
Waarom krijgt u deze symptomen?
Brandend maagzuur kan het gevolg zijn van teveel eten, vet eten, te snel eten of het drinken van veel
alcohol. U kunt ook merken dat u meer last krijgt van brandend maagzuur als u gaat liggen. Als u met
overgewicht kampt of rookt, vergroot u uw kans op brandend maagzuur.
Wat kan ik doen om mijn symptomen te verlichten?
Gezonder eten en, pittig en vet eten en grote maaltijden voor het slapengaan vermijden.
Frisdrank, koffie, chocolade en alcohol vermijden.
Langzaam eten en kleinere porties nemen.
Proberen af te vallen.
Stoppen met roken.
Wanneer moet ik advies vragen of hulp zoeken?
Raadpleeg onmiddellijk een arts wanneer u pijn op de borst ervaart gepaard gaand met een licht
gevoel in het hoofd, zweten, duizeligheid of schouderpijn met kortademigheid..
Als u een van de symptomen ervaart die in rubriek 2 van deze bijsluiter zijn beschreven en de
bijsluiter u adviseert contact op te nemen met uw arts of apotheker.
Als u last hebt van een bijwerking die in rubriek 4 is beschreven, waarvoor medische zorg
vereist is.
50
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Nexium Control 20 mg maagsapresistente harde capsules
esomeprazol
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw apotheker u dat
heeft verteld.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw apotheker.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Wordt uw klacht na 14 dagen niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met
uw arts.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is Nexium Control en waarvoor wordt dit middel ingenomen?
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe neemt u dit middel in?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
- Verdere nuttige informatie
1.
Wat is Nexium Control en waarvoor wordt dit middel ingenomen?
Nexium Control bevat de actieve stof esomeprazol. Het behoort tot de geneesmiddelengroep genaamd
‘protonpompremmers’. Deze middelen verminderen de hoeveelheid zuur die uw maag aanmaakt.
Dit geneesmiddel wordt gebruikt bij volwassenen voor de kortdurende behandeling van
refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend maagzuur en zure oprispingen).
Reflux is het terugvloeien van zuur uit de maag in de slokdarm, die kan ontstoken raken en pijnlijk
worden. Dit kan symptomen bij u veroorzaken zoals een pijnlijk gevoel op de borst tot aan uw keel
(brandend maagzuur) en een zure smaak in de mond (zure oprispingen).
Nexium is niet bedoeld om onmiddellijke verlichting te brengen. Het kan nodig zijn om de capsules
gedurende 2 tot 3 dagen op rij in te nemen voordat u zich beter voelt. Wordt uw klacht na 14 dagen
niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts.
2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch voor één van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
U bent allergisch voor geneesmiddelen die andere protonpompremmers bevatten (bijvoorbeeld
pantoprazol, lanzoprazol, rabeprazol of omeprazol).
U gebruikt een geneesmiddel dat nelfinavir bevat (gebruikt voor de behandeling van hiv-infectie).
U mag dit geneesmiddel niet innemen als een van de bovenstaande situaties voor u geldt. Als u daar
niet zeker van bent, overleg dan met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel inneemt.
51
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts voordat u dit middel inneemt als:
u in het verleden een maagzweer of maagoperatie heeft gehad.
u een onderhoudsbehandeling voor reflux of brandend maagzuur heeft gehad gedurende
4 weken of langer.
u geelzucht (geelverkleuring van de huid of ogen) of ernstige leverproblemen heeft.
u ernstige nierproblemen heeft.
u ouder bent dan 55 jaar en nieuwe of recent gewijzigde refluxsymptomen heeft of als u elke
dag vrij verkrijgbare geneesmiddelen voor de spijsvertering nodig heeft.
u ooit een huidreactie kreeg na behandeling met een geneesmiddel vergelijkbaar met Nexium
Control dat de productie van maagzuur remt.
u binnenkort een endoscopie of ureum-ademtest moet ondergaan.
u binnenkort een specifieke bloedtest (Chromogranin A) moet ondergaan.
Overleg onmiddellijk met uw arts als een van de volgende symptomen, die een teken kunnen zijn van
een andere, ernstigere, ziekte, voor of na het innemen van dit geneesmiddel bij u optreden:
U verliest zonder enige aanleiding veel gewicht.
U heeft moeite met of pijn bij het slikken.
U krijgt maagpijn of spijsverteringsklachten, zoals misselijkheid, een vol gevoel, opgeblazen
gevoel, vooral na voedselinname.
U braakt voedsel of bloed, wat op donker koffiedik in uw braaksel kan lijken.
U heeft zwarte ontlasting (gestold bloed in de ontlasting).
U heeft ernstige of aanhoudende diarree; esomeprazol is in verband gebracht met een klein
verhoogd risico op infectieuze diarree.
Vertel het uw arts zo snel mogelijk als u huiduitslag krijgt, vooral op plekken die blootgesteld
worden aan zonlicht, aangezien u uw behandeling met Nexium Control mogelijk zal moeten
stopzetten. Denk eraan ook melding te maken van andere bijwerkingen zoals pijn in uw
gewrichten.
Raadpleeg onmiddellijk een arts wanneer u pijn op de borst ervaart gepaard gaand met een licht gevoel
in het hoofd, zweten, duizeligheid of schouderpijn met kortademigheid. Dit kan duiden op een ernstig
hartaandoening.
Geldt één van de bovenstaande situaties voor u (ook als u daar niet zeker van bent), overleg dit
onmiddellijk met uw arts.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Dit geneesmiddel mag niet gebruikt worden door kinderen en jongeren onder de 18 jaar.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Nexium Control nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat
dan uw arts of apotheker. De werking van deze geneesmiddelen zou door dit geneesmiddel namelijk
kunnen veranderen en andersom zouden deze geneesmiddelen ook de werking van Nexium Control
kunnen veranderen.
Neem dit geneesmiddel niet in als u ook een geneesmiddel gebruikt dat nelfinavir bevat (gebruikt voor
de behandeling van hiv-infectie).
Vertel het uw arts of apotheker zeker als u clopidogrel gebruikt (voor het voorkomen van
bloedproppen).
52
Neem dit geneesmiddel niet in combinatie met andere geneesmiddelen in die de hoeveelheid zuur dat
wordt aangemaakt in uw maag verlagen, zoals protonpompremmers (bijvoorbeeld pantoprazol,
lansoprazol, rabeprazol of omeprazol) of een H
2
-antagonist (bijvoorbeeld ranitidine of famotidine).
Indien nodig mag u dit geneesmiddel in combinatie met antacida (bijvoorbeeld magaldraat, alginezuur,
natriumbicarbonaat, aluminiumhydroxide, magnesiumcarbonaat of combinaties daarvan) gebruiken.
Vertel het uw arts of apotheker als u de volgende geneesmiddelen gebruikt:
Ketoconazol en itraconazol (gebruikt om schimmelinfecties te behandelen).
Voriconazol (gebruikt om schimmelinfecties te behandelen) en claritromycine (gebruikt om
infecties te behandelen). Uw arts kan uw dosis Nexium Control aanpassen als u ook ernstige
leverproblemen heeft en behandeld wordt voor een lange periode.
Erlotinib (gebruikt voor de behandeling van kanker).
Methotrexaat (gebruikt bij de behandeling van kanker en reumatische aandoeningen).
Digoxine (gebruikt bij hartproblemen).
Atazanavir, saquinavir (gebruikt voor de behandeling van hiv-infectie).
Citalopram, imipramine of clomipramine (gebruikt om depressie te behandelen).
Diazepam (gebruikt voor de behandeling van angst, om spieren te ontspannen of bij epilepsie).
Fenytoïne (gebruikt bij epilepsie).
Geneesmiddelen die gebruikt worden om uw bloed te verdunnen, zoals warfarine. Uw arts zal u
willen controleren als u begint of stopt met het innemen van Nexium Control.
Cilostazol (gebruikt bij de behandeling van ‘claudicatio intermittens’ – een aandoening waarbij
u door onvoldoende doorbloeding in de beenspieren pijn heeft en moeite heeft met lopen).
Cisapride (gebruikt voor problemen met de spijsvertering en brandend maagzuur).
Rifampicine (gebruikt voor de behandeling van tuberculose).
Tacrolimus (gebruikt bij orgaantransplantatie).
Sint-janskruid (Hypericum
perforatum)
(gebruikt om depressie te behandelen).
Zwangerschap en borstvoeding
Als voorzorgsmaatregel, vermijd u bij voorkeur Nexium Control tijdens de zwangerschap. Neem dit
geneesmiddel niet in wanneer u borstvoeding geeft.
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Vraag uw
arts of apotheker om raad voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet waarschijnlijk dat Nexium Control invloed zal hebben op uw vermogen om een voertuig te
besturen of om machines te gebruiken. Maar bijwerkingen zoals duizeligheid en problemen met zien
kunnen soms voorkomen (zie rubriek 4). Wanneer dit voorkomt, moet u geen voertuig besturen of
machines gebruiken.
Nexium Control bevat sucrose, natrium en Allura red AC (E129).
Nexium Control bevat suikerbolletjes, welke sucrose bevatten, een soort suiker. Als uw arts u heeft
verteld dat u sommige suikers niet kunt verdragen, overleg dan met uw arts of apotheker voordat u dit
middel inneemt.
Nexium Control bevat minder dan 1 mmol natrium (23mg) per capsule, dat wil zeggen dat het in
wezen ‘natriumvrij’ is.
Nexium Control bevat azokleurstof, Allura red AC (E129), die allergische reacties kan veroorzaken.
53
3.
Hoe neemt u dit middel in?
Neem dit geneesmiddel altijd precies in zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw arts of
apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of
apotheker.
Hoeveel moet u innemen?
De aanbevolen dosering is één capsule per dag.
Neem niet meer in dan deze aanbevolen dosering van één capsule (20 mg) per dag, ook al voelt
u geen onmiddellijke verlichting.
Het kan nodig zijn om de capsules gedurende 2 of 3 dagen op rij in te nemen voordat uw
refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend maagzuur en zure oprispingen) verminderen.
De duur van de behandeling is maximaal 14 dagen.
Wanneer u volledige verlichting heeft van de refluxsymptomen, stop dan met het innemen van
dit geneesmiddel.
Worden uw refluxsymptomen na inname gedurende 14 dagen op rij niet minder, of worden ze
zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts.
Als u aanhoudende of langdurige, vaak terugkerende symptomen heeft, zelfs na behandeling met dit
geneesmiddel, moet u contact opnemen met uw arts.
Gebruiksaanwijzing
U kunt uw capsule op ieder moment van de dag innemen met voedsel of op een lege maag.
Slik uw capsule in zijn geheel door met een half glas water. Kauw niet op de capsule en maak
de capsule niet fijn of open. Elke capsule bevat namelijk korreltjes met een beschermend laagje
dat het geneesmiddel beschermt tegen afbraak door het maagzuur. Het is daarom belangrijk om
de korreltjes niet te beschadigen.
Heeft u te veel van dit middel ingenomen?
Als u meer Nexium Control heeft ingenomen dan u zou mogen, raadpleeg dan onmiddellijk uw arts of
apotheker. U kunt symptomen zoals diarree, maagpijn, obstipatie (verstopping), misselijkheid of
braken en zwakte ervaren.
Bent u vergeten dit middel in te nemen?
Als u een dosis bent vergeten in te nemen, neem deze dan alsnog in zodra u eraan denkt, nog op
dezelfde dag. Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Stop met het innemen van Nexium Control en neem direct contact op met uw arts als bij u één
van de volgende ernstige bijwerkingen optreedt:
Plotseling piepende ademhaling, zwelling van uw lippen, tong en keel, huiduitslag, flauwvallen
of moeite met slikken (ernstige allergische reactie, zelden gezien).
54
Roodheid van de huid met blaarvorming of vervelling. Er kunnen ook ernstige blaren en
bloedingen optreden aan de lippen, ogen, mond, neus en geslachtsorganen. Dit zou het ‘Stevens-
Johnson-syndroom’ of ‘toxische epidermale necrolyse’ kunnen zijn, zeer zelden gezien.
Geelverkleuring van de huid, donkere urine en vermoeidheid, dit kunnen symptomen zijn van
leverproblemen, zelden gezien.
Overleg zo snel mogelijk met uw arts als u een van de volgende klachten van infectie opmerkt:
Dit geneesmiddel kan in zeer zeldzame gevallen de witte bloedcellen aantasten wat kan leiden tot een
tekortkoming in het immuunsysteem. Als u een infectie heeft met verschijnselen zoals koorts met een
ernstig
verminderde algehele conditie of koorts met verschijnselen van een lokale infectie zoals
nekpijn, keelpijn of pijn in de mond of problemen met plassen, moet u zo snel mogelijk contact
opnemen met uw arts, zodat een tekort aan witte bloedcellen (agranulocytose) kan worden uitgesloten
via een bloedtest. Het is belangrijk dat u informatie geeft over de geneesmiddelen die u op dat moment
gebruikt.
Andere mogelijke bijwerkingen zijn:
Vaak (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 10 gebruikers)
Hoofdpijn.
Problemen met uw maag of darmen: diarree, maagpijn, obsstipatie, winderigheid (flatulentie).
Misselijkheid of overgeven (braken).
Benigne poliepen in de maag
Soms (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 100 gebruikers)
Opzwellen van de voeten en enkels.
Verstoorde slaap (slapeloosheid), slaperig gevoel.
Duizeligheid, tintelend gevoel waaronder slapende ledematen.
Draaierig gevoel (vertigo).
Droge mond.
Verhoogde leverenzymen in bloedtesten die meten hoe de lever werkt.
Huiduitslag, netelroos (bultjes) en jeuk.
Zelden (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 gebruikers)
Bloedziekten zoals een verlaagde hoeveelheid witte bloedcellen of bloedplaatjes. Dit kan
zwakte en blauwe plekken veroorzaken of kan het optreden van infecties verhogen.
Lage hoeveelheid natrium in het bloed. Dit kan zwakte, overgeven en kramp veroorzaken.
Gevoel van onrust, verwarring of neerslachtigheid.
Smaakveranderingen.
Gezichtsproblemen zoals wazig zien.
Plotseling gevoel van piepende ademhaling of kortademigheid (bronchospasmen).
Een ontsteking in de mondholte.
Een infectie ‘spruw’ genoemd, die de darmen kan aantasten en veroorzaakt wordt door een
schimmel.
Haaruitval (alopecia).
Huiduitslag bij blootstelling aan zonlicht.
Gewrichtspijn (artralgie) of spierpijn (myalgie).
Algeheel gevoel van onwel zijn en futloosheid.
Toegenomen transpiratie.
55
Zeer zelden (kan voorkomen bij minder dan 1 op de 10.000 gebruikers)
Laag aantal van rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes (een aandoening die
pancytopenie wordt genoemd).
Agressie.
Het zien, voelen of horen van dingen die er niet zijn (hallucinaties).
Ernstige leverproblemen die kunnen leiden tot leverfalen en hersenontsteking.
Spierzwakte.
Ernstige nierproblemen.
Borstvorming bij mannen.
Niet bekend (frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
Laag magnesiumgehalte in het bloed. Dit kan zwakte, overgeven, kramp, trillen en
veranderingen in hartslag (aritmieën) veroorzaken. Als u zeer laag magnesiumgehalte heeft,
kunt u ook een laag calcium- of kaliumgehalte in het bloed hebben.
Ontsteking in de darmen (dit kan leiden tot diarree).
Huiduitslag, mogelijk met pijn in de gewrichten.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en
fles na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 30ºC.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
-
De werkzame stof in dit middel is esomeprazol. Elke maagsapresistente harde capsule bevat
20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat).
De andere stoffen in dit middel zijn glycerolmonostearaat 40-55, hydroxypropylcellulose,
hypromellose, magnesiumstearaat, methacrylzuur-ethylacrylaatcopolymeer (1:1), dispersie van
30%, polysorbaat 80, suikerbolletjes (sucrose en maïszetmeel), talk, triethy lcitraat, karmijn
(E120), indigokarmijn (E132), titaandioxide (E171), geel ijzeroxide (E172), erytrosine (E127),
allurarood AC (E129), povidon K-17, propyleenglycol, schellak, natriumhydroxide en gelatine
(zie rubriek 2, ‘Nexium Control bevat sucrose, natrium en allura red AC (E129)’).
56
Hoe ziet Nexium Control eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Nexium Control 20 mg maagsapresistente harde capsules zijn ongeveer 11 x 5 mm capsules met een
doorzichtige romp en een amethist kapje met daarop in wit ‘NEXIUM 20 MG’ gedrukt. De capsule
heeft een gele band in het midden en bevat gele en paarse maagsapresistente korreltjes.
Nexium Control is verkrijgbaar in hoge dichtheid polyethyleen (HDPE) flessen met een
inductieverzegelde afsluiting en een kindveilige sluiting. De fles bevat ook een afgesloten container
met silicagel als droogmiddel.
Elke verpakking bevat 1 of 2 flessen, elk met 14 maagsapresistente harde capsules.
Niet alle verpakingsgroottes worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited, Knockbrack, Dungarvan, Co. Waterford, Ierland
Fabrikant
Pfizer Consumer Manufacturing Italy S.r.l., Via Nettunense, 90, 04011, Aprilia (LT), Italië
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien,Luxembourg/
Luxemburg
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare s.a./n.v.
Tél/Tel: + 32 10858600
България
ГлаксоСмитКлай½ Ко½сюмър Хелткеър
Teл.: + 359 2 953 10 34
Česká republika
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Czech
Republic s.r.o.
Tel.: + 420 222 001 111
cz.info@gsk.com
Danmark
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare ApS
Tel.: + 45 80 25 16 27
scanda.consumer-relations @gsk.com
Latvija
GlaxoSmithKline Latvia SIA
Tel: + 371 67312687
lv-epasts@gsk.com
Lietuva
GlaxoSmithKline Lietuva UAB
Tel: + 370 5 264 90 00
info.lt@gsk.com
Magyarország
GlaxoSmithKline-Consumer Kft.
Tel.: + 36 1 225 5800
Nederland,
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare BV
Tel: 800 4090005
Info.nlch@gsk.com
Deutschland
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare GmbH
& Co.KG.
Tel.: + 49 (0) 800 6645626
Eesti
GlaxoSmithKline Eesti OÜ
Tel: + 372 6676 900
estonia@gsk.com
Ελλάδα
57
Österreich
,
GSK-Gebro Consumer Healthcare GmbH
Tel: +43 (0) 5354 563350
Norge
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
Tlf: + 47 80 05 86 30
scanda.consumer-relations @gsk.com
Polska
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Sp.z.o.o.
GSK CH Ελλάς Μο½οπρόσωπη Α.Ε.
Λεωφ. Κηφισίας 274, 152 32, Χαλά½δρι
Τηλ.: 210 6882100
Tel: + 48 (0)22 576 96 00
España
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare, S.A.
Tel: + 34 900 816 705
Portugal
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare –
Produtos para a Saúde e Higiene, Lda.
Tel: 800 784 695
apoio.consumidor@gsk.com
France
GlaxoSmithKline Santé Grand Public
Tél. : + 33 (0)1 39 17 60 07
Hrvatsk
GlaxoSmithKline d.o.o.
Tel:+385 1 6051 999
Ireland, Malta
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
(Ireland) Limited
Tel.: 800 441 442
România
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare S.R.L
Tel: + 40 21 302 8 208
Slovenija
GSK d.o.o., Ljubljana
Tel: + 386 (0)1 280 25 00
Slovenská republika
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Slovakia
s.r.o.
Tel: + 421 248 261 111
cz.info@gsk.com
Suomi/Finland
GlaxoSmithKline Oy
Consumer Healthcare
Puh/Tel: 080 077 40 80
scanda.consumer-relations @gsk.com
Sverige
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
Tel: 020-100579
scanda.consumer-relations @gsk.com
Ísland
Vistor hf. GlaxoSmithKline ehf.
Sími: + 354 535 700
Italia
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare S.r.l.
Tel.: + 39 02 38062020
Κύπρος
C. A. Papaellinas Ltd,
Τ.Θ. 24018, 1700 Λευκωσία
Tηλ. +357 22 741 741
United Kingdom (Northern Ireland)
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare (UK)
Trading Limited
Tel.: 0800 783 8881
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
VERDERE NUTTIGE INFORMATIE
Wat zijn de symptomen van brandend maagzuur?
De normale symptomen van reflux zijn een pijnlijk gevoel in de borstkas dat naar uw keel omhoog
komt (brandend maagzuur) en een zure smaak in de mond (zure oprispingen).
58
Waarom krijgt u deze symptomen?
Brandend maagzuur kan het gevolg zijn van teveel eten, vet eten, te snel eten of het drinken van veel
alcohol. U kunt ook merken dat u meer last krijgt van brandend maagzuur als u gaat liggen. Als u met
overgewicht kampt of rookt, vergroot u uw kans op brandend maagzuur.
Wat kan ik doen om mijn symptomen te verlichten?
Gezonder eten en, pittig en vet eten en grote maaltijden voor het slapengaan vermijden.
Frisdrank, koffie, chocolade en alcohol vermijden.
Langzaam eten en kleinere porties nemen.
Proberen af te vallen.
Stoppen met roken.
Wanneer moet ik advies vragen of hulp zoeken?
Raadpleeg onmiddellijk een arts wanneer u pijn op de borst ervaart gepaard gaand met een licht
gevoel in het hoofd, zweten, duizeligheid of schouderpijn met kortademigheid..
Als u een van de symptomen ervaart die in rubriek 2 van deze bijsluiter zijn beschreven en de
bijsluiter u adviseert contact op te nemen met uw arts of apotheker.
Als u last hebt van een bijwerking die in rubriek 4 is beschreven, waarvoor medische zorg
vereist is.
59













BIJLAGE I

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL

Nexium Control 20 mg maagsapresistente tabletten

2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke maagsapresistente tablet bevat 20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat)
Hulpstof(fen) met bekend effect
Elke maagsapresistente tablet bevat 28 mg sucrose.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Maagsapresistente tablet.
Een lichtroze, ovale, biconvexe, filmomhulde, maagsapresistente tablet van 14 mm x 7 mm met de
inscriptie `20 mG' aan de ene kant en `A/EH' aan de andere kant.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties
Nexium Control is geïndiceerd voor de kortdurende behandeling van refluxsymptomen (bijvoorbeeld
brandend maagzuur en zure oprispingen) bij volwassenen.
4.2 Dosering en wijze van toediening
Dosering
De aanbevolen dosering is 20 mg esomeprazol (één tablet) per dag.
Het kan nodig zijn de tabletten 2-3 opeenvolgende dagen in te nemen om een verbetering van de
symptomen te verkrijgen. De duur van de behandeling is maximaal 2 weken. Zodra volledige
verlichting van de symptomen is opgetreden, dient de behandeling te worden gestaakt.
Indien er geen verlichting van symptomen is verkregen binnen 2 weken ononderbroken behandeling,
dient de patiënt geïnstrueerd te worden een arts te raadplegen.
Speciale patiëntengroepen
Patiënten met nierinsufficiëntie
Dosisaanpassing is niet nodig bij patiënten met een verminderde nierfunctie. Als gevolg van beperkte
ervaring bij patiënten met ernstige nierinsufficiëntie, dienen dergelijke patiënten met voorzichtigheid
te worden behandeld (zie rubriek 5.2).

Patiënten met leverinsufficiëntie

Dosisaanpassing is niet nodig bij patiënten met lichte tot matig-ernstige leverinsufficiëntie. Echter,
patiënten met een ernstige leverinsufficiëntie dienen door een arts te worden geadviseerd voordat
wordt begonnen met Nexium Control (zie rubrieken 4.4 en 5.2).
Ouderen (65 jaar)
Dosisaanpassing is niet nodig bij oudere patiënten.

Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing voor Nexium Control bij pediatrische patiënten in de leeftijd tot 18 jaar
voor de indicatie van 'kortdurende behandeling van refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend
maagzuur en zure oprispingen)'.
Wijze van toediening
De tabletten moeten in het geheel worden doorgeslikt met een half glas water. De tabletten mogen niet
gekauwd of fijngemaakt worden.
Als alternatief kunnen de tabletten gedispergeerd worden in een half glas niet-koolzuurhoudend water.
Andere vloeistoffen mogen niet gebruikt worden, omdat de maagsapresistente coating zou kunnen
oplossen. Het water dient geroerd te worden totdat de tablet uiteen is gevallen. De vloeistof met de
korrels dient direct of binnen 30 minuten opgedronken te worden. Het glas dient gespoeld te worden
met een half glas water en dit water dient opgedronken te worden. De korrels mogen niet gekauwd of
fijngemaakt worden.
4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof, gesubstitueerde benzimidazolen of voor één van de in
rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Esomeprazol mag niet tegelijk gebruikt worden met nelfinavir (zie rubriek 4.5).
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Algemeen
Patiënten moeten worden geïnstrueerd een arts te raadplegen wanneer:
·
zij significant onbedoeld gewichtsverlies, veelvuldig braken, dysfagie, hematemesis of melaena
hebben en wanneer een maagzweer wordt vermoed of aanwezig is. In die gevallen moeten
maligniteiten worden uitgesloten, aangezien behandeling met esomeprazol de symptomen kan
verlichten en de diagnose kan vertragen.
·
zij eerder een maagzweer hebben gehad of een gastro-intestinale operatie hebben ondergaan.
·
zij een continue symptomatische behandeling hebben ondergaan voor indigestie of brandend
maagzuur gedurende 4 of meer weken.
·
zij geelzucht of een ernstige leverziekte hebben.
·
zij ouder zijn dan 55 jaar met nieuwe of recent gewijzigde symptomen.
Patiënten met langdurig terugkerende symptomen van indigestie of brandend maagzuur dienen hun
arts op regelmatige basis te bezoeken. Patiënten ouder dan 55 jaar die dagelijks geneesmiddelen
zonder voorschrift innemen tegen indigestie of brandend maagzuur dienen hun apotheker of arts
hierover te informeren.
Patiënten mogen Nexium Control niet als een preventief langdurig geneesmiddel gebruiken.
Behandeling met protonpompremmers (PPI's) kan leiden tot een geringe risicotoename van gastro-
intestinale infecties zoals Salmonella en Campylobacter en bij ziekenhuispatiënten mogelijk ook
Clostridium difficile (zie rubriek 5.1).
Patiënten dienen hun arts te raadplegen voordat zij beginnen met dit geneesmiddel wanneer zij
binnenkort een endoscopie of een ureum ademtest moeten ondergaan.
Combinatie met andere geneesmiddelen
Gelijktijdige toediening van esomeprazol met atazanavir wordt niet aangeraden (zie rubriek 4.5).
Wanneer de combinatie van atazanavir met een PPI niet kan worden vermeden, wordt nauwkeurige
klinische controle in combinatie met verhoging van de dosis van atazanavir tot 400 mg samen met
100 mg ritonavir aanbevolen. 20 mg esomeprazol dient niet te worden overschreden.
Esomeprazol is een CYP2C19-remmer. Bij het starten of stoppen met de behandeling met
esomeprazol moet rekening worden gehouden met potentiële interacties met geneesmiddelen die via
CYP2C19 worden gemetaboliseerd. Er is een interactie waargenomen tussen clopidogrel en
esomeprazol. De klinische relevantie van deze interactie is onzeker. Het gebruik van esomeprazol met
clopidogrel moet worden afgeraden (zie rubriek 4.5).
Patiënten moeten niet gelijktijdig een andere PPI of H2-antagonist gebruiken.
Interferentie met laboratoriumtests
Een verhoogde spiegel van chromogranine A (CgA) kan onderzoeken naar neuro-endocriene tumoren
verstoren. Om deze interferentie te voorkomen moet een behandeling met Nexium Control ten minste
vijf dagen vóór de CgA-metingen worden gestopt (zie rubriek 5.1). Als de spiegels van CgA en
gastrine na de eerste meting niet zijn genormaliseerd, moeten de metingen 14 dagen na stopzetting van
de behandeling met de protonpompremmer worden herhaald.
Subacute cutane lupus erythematosus (SCLE)
Protonpompremmers worden geassocieerd met zeer zeldzame gevallen van SCLE. Indien laesies
optreden, vooral in gebieden van de huid die worden blootgesteld aan zonlicht, en indien deze laesies
gepaard gaan met artralgie, dient de patiënt onmiddellijk medische hulp in te roepen en dient de
beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg te overwegen de behandeling met Nexium Control stop te
zetten. SCLE na eerdere behandeling met een protonpompremmer kan het risico van SCLE bij gebruik
van andere protonpompremmers verhogen.
Sucrose
Dit geneesmiddel bevat suikerbolletjes (sucrose). Patiënten met zeldzame erfelijke aandoeningen als
fructose-intolerantie, glucose-galactosemalabsorptie of sucrase-isomaltasedeficiëntie mogen dit
geneesmiddel niet gebruiken.
Natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23mg) per tablet, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Onderzoek naar interacties is alleen bij volwassenen uitgevoerd.
Effecten van esomeprazol op de farmacokinetiek van andere geneesmiddelen
Aangezien esomeprazol een enantiomeer is van omeprazol lijkt het verstandig om te adviseren over
interacties die gemeld zijn met omeprazol.
Proteaseremmers
Interacties van omeprazol met enkele proteaseremmers zijn gemeld. De klinische relevantie en de
mechanismen van deze gemelde interacties zijn niet altijd bekend. Verhoging van de gastrische pH
tijdens behandeling met omeprazol kan de absorptie van de proteaseremmers beïnvloeden. Andere
mogelijke interactiemechanismen verlopen via remming van CYP2C19.
Voor atazanavir en nelfinavir zijn verlaagde serumspiegels gerapporteerd bij gelijktijdige toediening
met omeprazol en gelijktijdige toediening wordt niet aanbevolen. Gelijktijdige toediening van
omeprazol (40 mg eenmaal daags) met 300 mg atazanavir /100 mg ritonavir aan gezonde vrijwilligers
had een aanzienlijke verlaging van de blootstelling aan atazanavir tot gevolg (ongeveer 75% afname in
de AUC, Cmax en Cmin). Verhoging van de dosis atazanavir tot 400 mg compenseerde niet voor het
effect van omeprazol op de blootstelling aan atazanavir. Gelijktijdige toediening van omeprazol
(20 mg eenmaal daags) met 400 mg atazanavir /100 mg ritonavir aan gezonde vrijwilligers leidde tot
een vermindering van ongeveer 30% van de blootstelling aan atazanavir in vergelijking met de
waargenomen blootstelling bij 300 mg atazanavir /100 mg ritonavir eenmaal daags zonder 20 mg
omeprazol eenmaal daags. Gelijktijdige toediening van omeprazol (40 mg eenmaal daags)
verminderde de gemiddelde AUC, Cmax en Cmin van nelfinavir met 36­39 % en de gemiddelde AUC,
Cmax en Cmin van de farmacologisch actieve metaboliet M8 werd verminderd met 75-92%. Vanwege de
vergelijkbare farmacodynamische effecten en farmacokinetische eigenschappen van omeprazol en
esomeprazol, wordt gelijktijdige toediening van esomeprazol en atazanavir niet aanbevolen en is
gelijktijdige toediening van esomeprazol met nelfinavir gecontra-indiceerd (zie rubrieken 4.3 en 4.4).
Voor saquinavir (gelijktijdig toegediend met ritonavir), zijn verhoogde serumspiegels (80-100%)
gemeld tijdens gelijktijdige toediening met omeprazol (40 mg eenmaal daags). Behandeling met
20 mg omeprazol eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan darunavir (met gelijktijdige
toediening van ritonavir) en amprenavir (met gelijktijdige toediening van ritonavir).
Behandeling met 20 mg esomeprazol eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan
amprenavir (met en zonder gelijktijdige toediening van ritonavir). Behandeling met 40 mg omeprazol
eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan lopinavir (met gelijktijdige toediening van
ritonavir).
Methotrexaat
Bij gelijktijdig gebruik met PPI's is bij enkele patiënten toename van methotrexaatspiegels gemeld.
Bij toediening van methotrexaat in hoge doses kan het nodig zijn een tijdelijk staken van esomeprazol
te overwegen.
Tacrolimus
Bij gelijktijdige toediening van esomeprazol is een toename van de serumspiegels van tacrolimus
gemeld. Een verhoogde controle van de concentraties van tacrolimus, alsook van de nierfunctie
(creatinineklaring), moet worden uitgevoerd, en de dosis van tacrolimus zal indien nodig moeten
worden aangepast.
Geneesmiddelen met pH-afhankelijke absorptie
Maagzuursuppressie tijdens behandeling met esomeprazol en andere PPI's zou de absorptie van
geneesmiddelen met een pH-afhankelijke absorptie vanuit de maag kunnen doen af- of toenemen. De
absorptie van oraal ingenomen geneesmiddelen als ketoconazol, itraconazol en erlotinib kan
verminderen tijdens behandeling met esomeprazol en de absorptie van digoxine kan toenemen tijdens
behandeling met esomeprazol.
Een gelijktijdige behandeling met omeprazol (20 mg per dag) en digoxine bij gezonde personen
verhoogde de biologische beschikbaarheid van digoxine met 10% (tot 30% bij twee van de tien
personen). Digoxine toxiciteit is zelden gemeld. Voorzichtigheid is echter geboden wanneer hoge
doses esomeprazol worden gegeven bij oudere patiënten. De therapeutische controle van digoxine
moet dan verhoogd worden.
Geneesmiddelen die worden gemetaboliseerd door CYP2C19
Esomeprazol remt CYP2C19, het belangrijkste enzym in het metabolisme van esomeprazol. Dit
betekent dat wanneer esomeprazol wordt gecombineerd met andere geneesmiddelen die eveneens via
CYP2C19 worden afgebroken, zoals warfarine, fenytoïne, citalopram, imipramine, clomipramine,
diazepam, etc., de plasmaconcentraties van deze geneesmiddelen kunnen toenemen en een verlaging
van de dosis kan dan nodig zijn. In het geval van clopidogrel, een prodrug die via CYP2C19 wordt
omgezet in zijn actieve metaboliet, kunnen de plasmaconcentraties van de actieve metaboliet afnemen.
Warfarine
Een klinisch onderzoek liet zien dat de coagulatietijden binnen acceptabele grenzen vielen bij
gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol aan met warfarine behandelde patiënten. Sinds het op
de markt is, werden echter enkele geïsoleerde gevallen van klinisch significant verhoogd INR gemeld
bij gelijktijdige toediening. Het wordt daarom aanbevolen om patiënten nauwlettend te volgen bij het
initiëren en beëindigen van gelijktijdige toediening van esomeprazol gedurende behandeling met
warfarine of andere comarinederivaten.
Clopidogrel
Resultaten van onderzoeken bij gezonde vrijwilligers lieten een farmacokinetische
(PK)/farmacodynamische (PD) interactie zien tussen clopidogrel (300 mg oplaaddosis/ 75 mg
dagelijkse onderhoudsdosis) en esomeprazol (40 mg oraal dagelijks), resulterend in een afgenomen
blootstelling aan de actieve metaboliet van clopidogrel met een gemiddelde van 40%, en resulterend in
een verminderde maximale remming van (ADP-geïnduceerde) trombocytenaggregatie met een
gemiddelde van 14%.
In een onderzoek bij gezonde vrijwilligers was er verminderde blootstelling van bijna 40% van de
actieve metaboliet van clopidogrel wanneer een vaste-dosiscombinatie van 20 mg esomeprazol +
81 mg acetylsalicylzuur werd gegeven met clopidogrel in vergelijking met clopidogrel alleen. De
maximale niveaus van remming van (ADP geïnduceerde) trombocytenaggregatie in deze personen
waren echter gelijk in beide groepen.
Inconsistente gegevens wat betreft de klinische implicaties van deze PK/PD-interactie op ernstige
cardiovasculaire gebeurtenissen zijn gerapporteerd vanuit zowel observationele als klinische
onderzoeken. Uit voorzorg dient gelijktijdig gebruik van esomeprazol en clopidogrel te worden
afgeraden.
Fenytoïne
Gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol resulteerde in een verhoging van de dalspiegels van
fenytoïne met 13% bij epileptische patiënten. Het wordt aangeraden de plasmaspiegels van fenytoïne
te controleren wanneer met de behandeling met esomeprazol wordt begonnen of gestopt.
Voriconazol
Omeprazol (40 mg eenmaal daags) verhoogt de Cmax en AUC van voriconazol (een CYP2C19-
substraat) met respectievelijk 15% en 41%.
Cilostazol
Omeprazol alsook esomeprazol zijn werkzaam als remmers van CYP2C19. Omeprazol, in een cross-
overonderzoek toegediend aan gezonde personen in doses van 40 mg, verhoogde de Cmax en AUC van
cilostazol met respectievelijk 18% en 26%, en van een van zijn actieve metabolieten met
respectievelijk 29% en 69%.
Cisapride
Bij gezonde vrijwilligers resulteerde gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol in een verhoging
van het gebied onder de plasmaconcentratie-tijdcurve (AUC) van 32% en een toename van 31% van
de eliminatiehalfwaardetijd (t½), maar geen significante verhoging van de piekplasmaspiegels van
cisapride. De geringe verlenging van het QTc-interval, die gezien werd na toediening van enkel
cisapride, werd niet verder verlengd wanneer cisapride in combinatie met esomeprazol werd gegeven.
Diazepam
Gelijktijdige toediening van 30 mg esomeprazol leidde tot een afname van 45% van de klaring door
het CYP2C19-substraat diazepam.
Onderzochte geneesmiddelen zonder klinisch relevante interactie
Amoxicilline en kinidine
Voor esomeprazol is aangetoond dat het geen klinisch relevante effecten heeft op de farmacokinetiek
van amoxicilline en kinidine.

Naproxen of rofecoxib
Gedurende kortdurende onderzoeken waarin de gelijktijdige toediening van esomeprazol met òf
naproxen òf rofecoxib werd bekeken, konden geen enkele klinische relevante farmacokinetische
interacties worden vastgesteld.
Effecten van andere geneesmiddelen op de farmacokinetiek van esomeprazol
Geneesmiddelen die CYP2C19 en/of CYP3A4 remmen
Esomeprazol wordt omgezet door CYP2C19 en CYP3A4. Gelijktijdige toediening van esomeprazol en
een CYP3A4-remmer, claritromycine (500 mg tweemaal daags) leidde tot een verdubbeling van de
blootstelling (AUC) aan esomeprazol. Gelijktijdige toediening van esomeprazol en een gecombineerde
remmer van CYP2C19- en CYP3A4 kan leiden tot een meer dan verdubbeling van de blootstelling aan
esomeprazol. De CYP2C19 en CYP3A4-remmer voriconazol verhoogde de AUC van omeprazol met
280%. Een dosisaanpassing van esomeprazol is gewoonlijk niet vereist in beide gevallen.
Dosisaanpassing dient echter te worden overwogen voor patiënten met een ernstig verminderde
leverinsufficiëntie en indien langdurige behandeling wordt voorgeschreven.
Geneesmiddelen die CYP2C19 en/of CYP3A4 induceren
Geneesmiddelen waarvan bekend is dat ze CYP2C19 of CYP3A4 of beide induceren (zoals
rifampicine en sint-janskruid (Hypericum perforatum)) kunnen leiden tot een daling van de
concentratie esomeprazol in het serum door versnelling van het metabolisme van esomeprazol.
4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Een matige hoeveelheid gegevens over zwangere vrouwen (tussen 300 ­1.000
zwangerschapsuitkomsten) duidt erop dat esomeprazol niet misvormend of foetaal/neonataal toxisch
is.
De resultaten van dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat betreft
reproductietoxiciteit (zie rubriek 5.3).
Uit voorzorg heeft het de voorkeur om het gebruik van Nexium Control te vermijden tijdens de
zwangerschap.
Borstvoeding
Het is niet bekend of esomeprazol/metabolieten in de moedermelk worden uitgescheiden. Er is
onvoldoende informatie over de effecten van esomeprazol bij pasgeborenen/zuigelingen. Nexium
Control mag niet worden gebruikt in de periode dat borstvoeding wordt gegeven.
Vruchtbaarheid
De resultaten van dieronderzoek met het racemisch mengsel omeprazol, gegeven door orale
toediening, duiden niet op effecten met betrekking tot vruchtbaarheid.
4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Esomeprazol heeft een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om machines
te bedienen. Bijwerkingen zoals duizeligheid en visusstoornissen komen soms voor (zie rubriek 4.8).
Indien dit zich voordoet, mogen patiënten geen voertuigen besturen of machines bedienen.
4.8 Bijwerkingen

Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Hoofdpijn, buikpijn, diarree en misselijkheid behoren tot de bijwerkingen die het meest frequent
gemeld zijn in klinische onderzoeken (en ook uit postmarketing-gebruik). Daarnaast is het
veiligheidsprofiel gelijkaardig voor verschillende formuleringen, behandelingsindicaties,
leeftijdsgroepen en patientenpopulaties. Geen dosisgerelateerde bijwerkingen zijn vastgesteld.
Bijwerkingen in tabelvorm
De volgende bijwerkingen zijn vastgesteld of vermoed uit het klinisch onderzoeksprogramma voor
esomeprazol en uit postmarketing-gegevens. De bijwerkingen zijn gerangschikt volgens de MedDRA
frequentie-definitie: zeer vaak (> 1/10); vaak (>1/100, <1/10); soms (>1/1.000, <1/100); zelden
(>1/10.000, <1/1.000); zeer zelden (<1/10.000); niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet
worden bepaald).

Vaak
Soms
Zelden
Zeer zelden
Niet bekend
Bloed- en

leukopenie,
agranulo-
lymfestelsel-
trombocytopenie
cytose,
aandoeningen
pancytopenie
Immuunsysteem-

overgevoelig-

aandoeningen
heidsreacties
waaronder
koorts, angio-
oedeem en
anafylactische
reactie/shock
Voedings- en
perifeer
hyponatriëmie
Hypomagnesië-
stofwisselings-
oedeem
mie; ernstige
stoornissen
hypomagnesië-
mie kan
gepaard gaan
met
hypocalciëmie;
hypomagnesië-
mie kan ook
leiden tot
hypokaliëmie
Psychische
slapeloos-
onrust,
agressie,
stoornissen
heid
verwardheid,
hallucinaties
depressie
Zenuwstelsel-
Hoofdpijn
duizelig-
smaakstoornis

aandoeningen
heid,
paresthesie,
slaperig-
heid
Oog-

wazig zien

aandoeningen
Evenwichts-
vertigo

orgaan- en
ooraandoeningen
Ademhalings-

bronchospasmen

stelsel-, borstkas-
en mediastinum-
aandoeningen

Vaak
Soms
Zelden
Zeer zelden
Niet bekend
Maagdarmstelsel-
buikpijn,
droge mond stomatitis,
microscopische
aandoeningen
obstipatie,
gastro-intestinale
colitis
diarree,
candidiasis
flatulentie,
misselijk-
heid /
braken,
fundic
gland
poliepen
(benigne)
Lever- en
toename in
hepatitis met of
lever
galaandoeningen
lever
zonder geelzucht
insufficiëntie,
enzymen
hepatische
encefalo-
pathie bij
patiënten met
een al
bestaande
leverziekte
Huid- en
dermatitis,
alopecia,
erythema
subacute cutane
onderhuid-
pruritus,
fotosensibiliteit
multiforme,
lupus
aandoeningen
huiduitslag,
Stevens-
erythematosus
urticaria
Johnson
(zie rubriek 4.4)
syndroom,
toxische
epidermale
necrolyse
(TEN)
Skeletspierstelsel-

artralgie, myalgie spierzwakte
en bindweefsel-
aandoeningen
Nier- en

interstitiële
urineweg-
nefritis
aandoeningen
Voortplantings-

gynaecomastie
stelsel- en
borstaandoeningen
Algemene

malaise,

aandoeningen en
toegenomen
toedieningsplaats-
transpiratie
stoornissen
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering
Er is een zeer beperkte ervaring met betrekking tot opzettelijke overdosering. De symptomen
beschreven bij 280 mg esomeprazol waren gastro-intestinale symptomen en zwakte. Eenmalige doses
van 80 mg esomeprazol verliepen rustig. Er is geen specifiek antidotum bekend. Esomeprazol heeft
een hoge plasma-eiwitbinding en is daarom niet gemakkelijk te dialyseren. Behandeling is
symptomatisch en algemene ondersteunende maatregelen moeten worden toegepast.

5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Middelen bij zuurgerelateerde afwijkingen, protonpompremmers,
ATC-code: A02BC05.
Esomeprazol is de S-isomeer van omeprazol en remt de maagzuursecretie door een specifiek
werkingsmechanisme. Het is een specifieke remmer van de zuurpomp in de pariëtale cel. Zowel de
R- als de S-isomeer van omeprazol hebben een vergelijkbare farmacodynamische activiteit.

Werkingsmechanisme
Esomeprazol is een zwakke base en wordt geconcentreerd en omgezet tot de actieve vorm in het sterk
zure milieu van de secretoire canaliculi van de pariëtale cel, waar het het enzym H+K+-ATPase (de
zuurpomp) remt en het remt zowel de basale als de gestimuleerde maagzuursecretie.
Farmacodynamische effecten
Na orale toediening van 20 mg en 40 mg esomeprazol treedt effect binnen een uur op. De gemiddelde
piek-zuurproductie na pentagastrinestimulatie is met 90% gedaald, wanneer na herhaalde toediening
van eenmaal daags 20 mg esomeprazol gedurende vijf dagen werd gemeten op dag vijf, 6-7 uur na
dosering.
Na vijf dagen orale dosering van 20 mg en 40 mg esomeprazol, werd de pH in de maag boven de 4
gehouden gedurende respectievelijk gemiddeld 13 uur en 17 uur van de 24 uur bij patiënten met
symptomatische gastro-oesofageale refluxziekte (GORZ). Het aantal patiënten bij wie de pH in de
maag boven de 4 bleef, gedurende minimaal 8, 12 en 16 uur, was bij 20 mg esomeprazol
respectievelijk 76%, 54% en 24%. De overeenkomstige percentages voor 40 mg esomeprazol waren
97%, 92% en 56%.
Gebruik makend van de AUC als surrogaat parameter voor de plasmaconcentratie, is een relatie met
de remming van de maagzuursecretie en de blootstelling aangetoond.
Tijdens behandeling met antisecretoire geneesmiddelen stijgt het serumgastrine in reactie op de
verminderde zuursecretie. Ook CgA neemt toe als gevolg van de lagere zuurgraad in de maag. De
verhoogde CgA-spiegel kan onderzoeken naar neuro-endocriene tumoren verstoren.
Beschikbare aanwijzingen in de literatuur raden aan dat het gebruik van protonpompremmers vijf
dagen tot twee weken vóór CgA-metingen moet worden stopgezet. Op deze manier kunnen de CgA-
spiegels die mogelijk door de PPI-behandeling zijn gestegen, weer dalen tot normaalwaarden.
Bij enkele patiënten op langetermijnbehandeling met esomeprazol is een toename van het aantal
ECL-cellen gezien, hetgeen mogelijk samenhangt met de toegenomen serumgastrinespiegel.
Afname van maagzuur als gevolg van onder andere PPI's, verhoogt het aantal bacteriën dat normaal
aanwezig is in het maag-darmkanaal. Behandeling met PPI's kan leiden tot een geringe risicotoename
van gastro-intestinale infecties zoals Salmonella en Campylobacter en bij ziekenhuispatiënten
mogelijk ook Clostridium difficile.
Klinische werkzaamheid
Er is aangetoond dat 20 mg esomeprazol effectief is bij de behandeling van frequent brandend
maagzuur bij patiënten die gedurende 2 weken één dosis per 24 uur krijgen. In twee multicentrische,
gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde hoofdonderzoeken werden 234 personen met
een recente voorgeschiedenis van frequent brandend maagzuur behandeld met 20 mg esomeprazol
gedurende 4 weken. Symptomen geassocieerd met reflux (zoals brandend maagzuur en zure
oprispingen) werden retrospectief geëvalueerd over een periode van 24 uur. In beide onderzoeken was
20 mg esomeprazol significant beter in vergelijking met placebo voor het primaire eindpunt, een
volledige verlichting van brandend maagzuur, gedefinieerd als geen brandend maagzuur tijdens de
laatste 7 dagen voorafgaand aan het laatste bezoek (33,9-41,6% vs. placebo 11,9-13,7%, p<0,001). Het
secundaire eindpunt voor volledige verlichting van brandend maagzuur, gedefinieerd als geen
aantekening van brandend maagzuur op de dagboekkaart van de patiënt gedurende 7 opeenvolgende
dagen, was statistisch significant in zowel week 1 (10,0-15,2% vs. placebo 0,9-2,4%, p=0,014,
p<0,001) als in week 2 (25,2-35,7% vs. placebo 3,4-9,0%, p<0,001).
Andere secundaire eindpunten ondersteunden het primaire eindpunt, inclusief de verlichting van
brandend maagzuur in week 1 en 2, het percentage van het aantal dagen van 24 uur zonder brandend
maagzuur in week 1 en week 2, de gemiddelde ernst van brandend maagzuur in week 1 en week 2, en
de tijd tot de eerste en aanhoudende verlichting van brandend maagzuur gedurende een periode van 24
uur en gedurende de nacht in vergelijking met placebo. Ongeveer 78% van de patiënten op 20 mg
esomeprazol rapporteerde de eerste verlichting van brandend maagzuur in de eerste week van de
behandeling in vergelijking met 52-58% voor placebo. De tijd tot aanhoudende verlichting van
brandend maagzuur, gedefinieerd als de eerste registratie van 7 opeenvolgende dagen zonder brandend
maagzuur, was significant korter in de groep met 20 mg esomeprazol (39,7-48,7% op dag 14 vs.
placebo 11,0-20,2%).
De mediane tijd tot de eerste verlichting van nachtelijk brandend maagzuur was 1 dag; dit is statistisch
significant in vergelijking met placebo in één onderzoek (p=0,048) en benadert significantie in het
andere onderzoek (p=0,069). Ongeveer 80% van de nachten waren vrij van brandend maagzuur
gedurende alle perioden en 90% van de nachten waren vrij van brandend maagzuur in week 2 van elk
klinisch onderzoek, in vergelijking met 72,4-78,3% voor placebo. De beoordelingen van de
onderzoekers van de verlichting van brandend maagzuur waren consistent met de beoordelingen van
de patiënten. Deze laten significante verschillen zien tussen esomeprazol (34,7-41,8%) in vergelijking
met placebo (8,0-11,4%). De onderzoekers oordeelden eveneens dat esomeprazol significant
effectiever is dan placebo bij het verlichten van zure oprispingen (58,5-63,6% vs. placebo 28,3-37,4%)
tijdens de evaluatie in week 2.
Na evaluatieonderzoek van de volledige behandeling (Overall Treatment Evaluation - OTE) van
patiënten in week 2, rapporteerde 78,0-80,7% van de patiënten op 20 mg esomeprazol, in vergelijking
met 72,4-78,3% op placebo, hun conditie als verbeterd. De meerderheid van deze patiënten
beoordeelde het belang van deze verandering als belangrijk tot zeer belangrijk bij het uitvoeren van
hun activiteiten in het dagelijks leven (79-86% in week 2).
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie
Esomeprazol is zuurlabiel en wordt oraal toegediend als granules met maagsapresistente coating.
In vivo conversie naar de R-isomeer is verwaarloosbaar. Absorptie van esomeprazol is snel, de
piekplasmaspiegel treedt ongeveer 1-2 uur na toediening op. De absolute biologische beschikbaarheid
is 64% na enkelvoudige dosis van 40 mg en neemt toe tot 89% na herhaalde toediening eenmaal
daags. Voor 20 mg esomeprazol zijn de overeenkomstige waarden respectievelijk 50% en 68%.
Hoewel voedselinname de absorptie van esomeprazol vertraagt en vermindert, heeft dit geen
significante invloed op het effect van esomeprazol op de zuurgraad in de maag.
Distributie
Het schijnbare verdelingsvolume tijdens `steady state' is bij gezonde proefpersonen ongeveer 0,22 l/kg
lichaamsgewicht. Esomeprazol is voor 97% aan plasma-eiwit gebonden.
Biotransformatie
Esomeprazol wordt volledig gemetaboliseerd door het cytochroom-P450-systeem (CYP). Het grootste
gedeelte van het metabolisme van esomeprazol is afhankelijk van het polymorfe enzym CYP2C19, dat
verantwoordelijk is voor de vorming van de hydroxy- en demethylmetabolieten van esomeprazol. Het
resterende gedeelte is afhankelijk van een ander specifiek isoform, CYP3A4, dat verantwoordelijk is
voor de vorming van esomeprazolsulfon, de voornaamste metaboliet in het plasma.
Eliminatie
De hieronder vermelde parameters geven voornamelijk de farmacokinetiek bij personen weer met een
goed functionerend CYP2C19-enzym, de snelle metaboliseerders.
De totale plasmaklaring is ongeveer 17 l/uur na een enkelvoudige dosis en 9 l/uur na herhaalde
toediening. De plasma-eliminatie halfwaardetijd is ongeveer 1,3 uur na herhaalde toediening eenmaal
daags. Esomeprazol wordt tussen de dosisintervallen volledig uit het plasma geëlimineerd zonder
enige neiging tot accumulatie bij een toediening eenmaal daags. De voornaamste metabolieten van
esomeprazol hebben geen effect op de maagzuursecretie. Bijna 80% van een orale dosering
esomeprazol wordt als metaboliet in de urine uitgescheiden en het resterende deel in de feces. Minder
dan 1% van de onveranderde werkzame stof wordt in de urine teruggevonden.
Lineariteit/non-lineariteit
De farmacokinetiek van esomeprazol is onderzocht in doses tot 40 mg tweemaal daags. Het gebied
onder de plasmaconcentratie-tijdcurve neemt toe na herhaalde toediening van esomeprazol. Deze
toename is dosisafhankelijk en leidt tot een meer dan dosisproportionele toename in de AUC na
herhaalde toediening. Deze tijds- en dosisafhankelijkheid is het gevolg van de afname van het `first
pass'-metabolisme en de systemische klaring, vermoedelijk veroorzaakt door een remming van het
CYP2C19-enzym door esomeprazol en/of de sulfonmetaboliet.
Speciale patiëntenpopulaties
Trage metaboliseerders
Ongeveer 2,91,5% van de populatie mist een functioneel CYP2C19­enzym en worden trage
metaboliseerders genoemd. Bij deze personen vindt het metabolisme vermoedelijk hoofdzakelijk
plaats via CYP3A4.
Na herhaalde toediening van eenmaal daags 40 mg esomeprazol was het gemiddelde gebied onder de
plasmaconcentratie-tijdcurve ongeveer 100% hoger bij trage metaboliseerders dan bij diegenen met
een goed functionerend CYP2C19-enzym (snelle metaboliseerders). De gemiddelde
piekplasmaconcentraties waren 60% hoger.
Deze bevindingen hebben geen gevolgen voor de dosering van esomeprazol.
Geslacht
Na een enkelvoudige dosis van 40 mg esomeprazol is het gemiddelde gebied onder de
plasmaconcentratie-tijd curve bij vrouwen ongeveer 30% groter dan bij mannen. Er is echter geen
verschil tussen mannen en vrouwen gezien bij herhaalde toediening eenmaal daags. Deze bevindingen
hebben geen gevolgen voor de dosering van esomeprazol.
Leverinsufficiëntie
Bij patiënten met lichte tot matig-ernstige leverfunctiestoornissen kan het metabolisme van
esomeprazol verminderd zijn. Bij patiënten met ernstige leverfunctiestoornissen is de stofwisseling
vertraagd, hetgeen leidt tot een verdubbeling van het gebied onder de plasmaconcentratietijd curve van
esomeprazol. Derhalve mag bij patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis een maximale dosis van
20 mg niet worden overschreden. Esomeprazol of haar voornaamste metabolieten vertonen geen
enkele neiging tot accumulatie bij een dosering eenmaal daags.
Nierinsufficiëntie
Er zijn geen onderzoeken uitgevoerd bij patiënten met een verminderde nierfunctie. Omdat de nier
verantwoordelijk is voor de uitscheiding van de metabolieten van esomeprazol, maar niet voor de
eliminatie van de onveranderde werkzame stof, zal het metabolisme van esomeprazol naar
verwachting niet veranderen bij patiënten met een nierfunctiestoornis.
Ouderen (65 jaar)
Bij oudere personen (71-80 jaar) is het metabolisme van esomeprazol niet wezenlijk veranderd.
5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van veiligheidsfarmacologie, toxiciteitbij herhaalde
dosering, genotoxiciteit en reproductie- en ontwikkelingstoxiciteit.
Er zijn geen bijwerkingen waargenomen in klinische onderzoeken. Echter bij dieren bij soortgelijke
blootstellingsniveaus als de klinische blootstellingsniveaus zijn wel bijwerkingen waargenomen. Het
betreft de volgende bijwerkingen die relevant zouden kunnen zijn voor klinische doeleinden:
Carcinogeniteitsonderzoeken bij ratten met het racemisch mengsel lieten hyperplasie van ECL-cellen
in de maag en carcinoïden zien. Deze effecten in de maag van de rat zijn het gevolg van aanhoudende,
sterke hypergastrinemie, veroorzaakt door een verminderde productie van maagzuur en zijn
waargenomen bij langetermijnbehandeling bij ratten met maagzuurremmers.

6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen

Glycerolmonostearaat 40-55
Hydroxypropylcellulose
Hypromellose 2910 (6 mPa·s)
Roodbruin ijzeroxide (E 172)
Geel ijzeroxide (E 172)
Magnesiumstearaat
Methacrylzuur/ethylacrylaatcopolymeer (1:1), 30% dispersie
Microkristallijne cellulose
Synthetische Paraffine
Macrogol 6000
Polysorbaat 80
Crospovidon (Type A)
Natriumstearylfumaraat,
Suikerbolletjes (sucrose en maïszetmeel)
Talk
Titaandioxide (E 171)
Triethyl citraat
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3 Houdbaarheid
3 jaar
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren

Bewaren beneden 30°C
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
Aluminium blisterverpakking. Verpakkingsgrootten van 7, 14 en 28 maagsapresistente tabletten.
Het kan voorkomen dat niet alle genoemde verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Geen bijzondere vereisten.

7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited,
Knockbrack,
Dungarvan,
Co. Waterford,
Ierland

8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/13/860/001
EU/1/13/860/002
EU/1/13/860/004

9.
DATUM EERSTE VERGUNNINGVERLENING/VERLENGING VAN DE
VERGUNNING

Datum van eerste verlening van de vergunning: 26 augustus 2013
Datum van laatste verlenging: 25 juni 2018

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST

Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL

Nexium Control 20 mg maagsapresistente harde capsules

2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke maagsapresistente harde capsule bevat 20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat)
Hulpstof(fen) met bekend effect
Elke maagsapresistente harde capsule bevat 11,5 mg sucrose en 0,01 mg Allura red AC (E129).
.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Maagsapresistente harde capsule. (Maagsapresistente capsule).
Capsule van ongeveer 11 x 5 mm met een doorzichtige romp en een amethist kapje met daarop in wit
`NEXIUM 20 MG' gedrukt. De capsule heeft een gele band in het midden en bevat gele en paarse
maagsapresistente korreltjes.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties
Nexium Control is geïndiceerd voor de kortdurende behandeling van refluxsymptomen (bijvoorbeeld
brandend maagzuur en zure oprispingen) bij volwassenen.
4.2
Dosering en wijze van toediening

Dosering
De aanbevolen dosering is 20 mg esomeprazol (één capsule) per dag.
Het kan nodig zijn de capsules 2-3 opeenvolgende dagen in te nemen om een verbetering van de
symptomen te verkrijgen. De duur van de behandeling is maximaal 2 weken. Zodra volledige
verlichting van de symptomen is opgetreden, dient de behandeling te worden gestaakt.
Indien er geen verlichting van symptomen is verkregen binnen 2 weken ononderbroken behandeling,
dient de patiënt geïnstrueerd te worden een arts te raadplegen.
Speciale patiëntengroepen
Patiënten met nierinsufficiëntie
Dosisaanpassing is niet nodig bij patiënten met een verminderde nierfunctie. Als gevolg van beperkte
ervaring bij patiënten met ernstige nierinsufficiëntie, dienen dergelijke patiënten met voorzichtigheid
te worden behandeld (zie rubriek 5.2).

Patiënten met leverinsufficiëntie

Dosisaanpassing is niet nodig bij patiënten met lichte tot matig-ernstige leverinsufficiëntie. Echter,
patiënten met een ernstige leverinsufficiëntie dienen door een arts te worden geadviseerd voordat
wordt begonnen met Nexium Control (zie rubrieken 4.4 en 5.2).
Ouderen (65 jaar)
Dosisaanpassing is niet nodig bij oudere patiënten.

Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing voor Nexium Control bij pediatrische patiënten in de leeftijd tot 18 jaar
voor de indicatie van 'kortdurende behandeling van refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend
maagzuur en zure oprispingen)'.
Wijze van toediening
De capsules moeten in het geheel worden doorgeslikt met een half glas water. De capsules mogen niet
gekauwd, fijngemaakt of geopend worden.
4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof, gesubstitueerde benzimidazolen of voor een van de in
rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Esomeprazol mag niet tegelijk gebruikt worden met nelfinavir (zie rubriek 4.5).
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Algemeen
Patiënten moeten worden geïnstrueerd een arts te raadplegen wanneer:
·
zij significant onbedoeld gewichtsverlies, veelvuldig braken, dysfagie, hematemesis of melaena
hebben en wanneer een maagzweer wordt vermoed of aanwezig is. In die gevallen moeten
maligniteiten worden uitgesloten, aangezien behandeling met esomeprazol de symptomen kan
verlichten en de diagnose kan vertragen.
·
zij eerder een maagzweer hebben gehad of een gastro-intestinale operatie hebben ondergaan.
·
zij een continue symptomatische behandeling hebben ondergaan voor indigestie of brandend
maagzuur gedurende 4 of meer weken.
·
zij geelzucht of een ernstige leverziekte hebben.
·
zij ouder zijn dan 55 jaar met nieuwe of recent gewijzigde symptomen.
Patiënten met langdurig terugkerende symptomen van indigestie of brandend maagzuur dienen hun
arts op regelmatige basis te bezoeken. Patiënten ouder dan 55 jaar die dagelijks geneesmiddelen
zonder voorschrift innemen tegen indigestie of brandend maagzuur dienen hun apotheker of arts
hierover te informeren.
Patiënten mogen Nexium Control niet als een preventief langdurig geneesmiddel gebruiken.
Behandeling met protonpompremmers (PPI's) kan leiden tot een geringe risicotoename van gastro-
intestinale infecties zoals Salmonella en Campylobacter en bij ziekenhuispatiënten mogelijk ook
Clostridium difficile (zie rubriek 5.1).
Patiënten dienen hun arts te raadplegen voordat zij beginnen met dit geneesmiddel wanneer zij
binnenkort een endoscopie of een ureum ademtest moeten ondergaan.
Combinatie met andere geneesmiddelen
Gelijktijdige toediening van esomeprazol met atazanavir wordt niet aangeraden (zie rubriek 4.5).
Wanneer de combinatie van atazanavir met een PPI niet kan worden vermeden, wordt nauwkeurige
klinische controle in combinatie met verhoging van de dosis van atazanavir tot 400 mg samen met
100 mg ritonavir aanbevolen. 20 mg esomeprazol dient niet te worden overschreden.
Esomeprazol is een CYP2C19-remmer. Bij het starten of stoppen met de behandeling met
esomeprazol moet rekening worden gehouden met potentiële interacties met geneesmiddelen die via
CYP2C19 worden gemetaboliseerd. Er is een interactie waargenomen tussen clopidogrel en
esomeprazol. De klinische relevantie van deze interactie is onzeker. Het gebruik van esomeprazol met
clopidogrel moet worden afgeraden (zie rubriek 4.5).
Patiënten moeten niet gelijktijdig een andere PPI of H2-antagonist gebruiken.
Interferentie met laboratoriumtests
Een verhoogde spiegel van chromogranine A (CgA) kan onderzoeken naar neuro-endocriene tumoren
verstoren. Om deze interferentie te voorkomen moet een behandeling met Nexium Control ten minste
vijf dagen vóór de CgA-metingen worden gestopt (zie rubriek 5.1). Als de spiegels van CgA en
gastrine na de eerste meting niet zijn genormaliseerd, moeten de metingen 14 dagen na stopzetting van
de behandeling met de protonpompremmer worden herhaald.
Subacute cutane lupus erythematosus (SCLE)
Protonpompremmers worden geassocieerd met zeer zeldzame gevallen van SCLE. Indien laesies
optreden, vooral in gebieden van de huid die worden blootgesteld aan zonlicht, en indien deze laesies
gepaard gaan met artralgie, dient de patiënt onmiddellijk medische hulp in te roepen en dient de
beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg te overwegen de behandeling met Nexium Control stop te
zetten. SCLE na eerdere behandeling met een protonpompremmer kan het risico van SCLE bij gebruik
van andere protonpompremmers verhogen.
Sucrose
Dit geneesmiddel bevat suikerbolletjes (sucrose). Patiënten met zeldzame erfelijke aandoeningen als
fructose-intolerantie, glucose-galactosemalabsorptie of sucrase-isomaltasedeficiëntie mogen dit
geneesmiddel niet gebruiken.
Natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23mg) per capsule, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
Allura red AC (E129)
Dit geneesmiddel bevat azokleurstof, Allura red AC (E129), die allergische reacties kan veroorzaken.
4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Onderzoek naar interacties is alleen bij volwassenen uitgevoerd.
Effecten van esomeprazol op de farmacokinetiek van andere geneesmiddelen
Aangezien esomeprazol een enantiomeer is van omeprazol lijkt het verstandig om te adviseren over
interacties die gemeld zijn met omeprazol.
Proteaseremmers
Interacties van omeprazol met enkele proteaseremmers zijn gemeld. De klinische relevantie en de
mechanismen van deze gemelde interacties zijn niet altijd bekend. Verhoging van de gastrische pH
tijdens behandeling met omeprazol kan de absorptie van de proteaseremmers beïnvloeden. Andere
mogelijke interactiemechanismen verlopen via remming van CYP2C19.
Voor atazanavir en nelfinavir zijn verlaagde serumspiegels gerapporteerd bij gelijktijdige toediening
met omeprazol en gelijktijdige toediening wordt niet aanbevolen. Gelijktijdige toediening van
omeprazol (40 mg eenmaal daags) met 300 mg atazanavir /100 mg ritonavir aan gezonde vrijwilligers
had een aanzienlijke verlaging van de blootstelling aan atazanavir tot gevolg (ongeveer 75% afname in
de AUC, Cmax en Cmin). Verhoging van de dosis atazanavir tot 400 mg compenseerde niet voor het
effect van omeprazol op de blootstelling aan atazanavir. Gelijktijdige toediening van omeprazol
(20 mg eenmaal daags) met 400 mg atazanavir /100 mg ritonavir aan gezonde vrijwilligers leidde tot
een vermindering van ongeveer 30% van de blootstelling aan atazanavir in vergelijking met de
waargenomen blootstelling bij 300 mg atazanavir /100 mg ritonavir eenmaal daags zonder 20 mg
omeprazol eenmaal daags. Gelijktijdige toediening van omeprazol (40 mg eenmaal daags)
verminderde de gemiddelde AUC, Cmax en Cmin van nelfinavir met 36-39 % en de gemiddelde AUC,
Cmax en Cmin van de farmacologisch actieve metaboliet M8 werd verminderd met 75-92%. Vanwege de
vergelijkbare farmacodynamische effecten en farmacokinetische eigenschappen van omeprazol en
esomeprazol, wordt gelijktijdige toediening van esomeprazol en atazanavir niet aanbevolen en is
gelijktijdige toediening van esomeprazol met nelfinavir gecontra-indiceerd (zie rubrieken 4.3 en 4.4).
Voor saquinavir (gelijktijdig toegediend met ritonavir), zijn verhoogde serumspiegels (80-100%)
gemeld tijdens gelijktijdige toediening met omeprazol (40 mg eenmaal daags). Behandeling met
20 mg omeprazol eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan darunavir (met gelijktijdige
toediening van ritonavir) en amprenavir (met gelijktijdige toediening van ritonavir).
Behandeling met 20 mg esomeprazol eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan
amprenavir (met en zonder gelijktijdige toediening van ritonavir). Behandeling met 40 mg omeprazol
eenmaal daags had geen effect op de blootstelling aan lopinavir (met gelijktijdige toediening van
ritonavir).
Methotrexaat
Bij gelijktijdig gebruik met PPI's is bij enkele patiënten toename van methotrexaatspiegels gemeld.
Bij toediening van methotrexaat in hoge doses kan het nodig zijn een tijdelijk staken van esomeprazol
te overwegen.
Tacrolimus
Bij gelijktijdige toediening van esomeprazol is een toename van de serumspiegels van tacrolimus
gemeld. Een verhoogde controle van de concentraties van tacrolimus, alsook van de nierfunctie
(creatinineklaring) moet worden uitgevoerd, en de dosis van tacrolimus zal indien nodig moeten
worden aangepast.
Geneesmiddelen met pH-afhankelijke absorptie
Maagzuursuppressie tijdens behandeling met esomeprazol en andere PPI's zou de absorptie van
geneesmiddelen met een pH-afhankelijke absorptie vanuit de maag kunnen doen af- of toenemen. De
absorptie van oraal ingenomen geneesmiddelen als ketoconazol, itraconazol en erlotinib kan
verminderen tijdens behandeling met esomeprazol en de absorptie van digoxine kan toenemen tijdens
behandeling met esomeprazol.
Een gelijktijdige behandeling met omeprazol (20 mg per dag) en digoxine bij gezonde personen
verhoogde de biologische beschikbaarheid van digoxine met 10% (tot 30% bij twee van de tien
personen). Digoxine toxiciteit is zelden gemeld. Voorzichtigheid is echter geboden wanneer hoge
doses esomeprazol worden gegeven bij oudere patiënten. De therapeutische controle van digoxine
moet dan verhoogd worden.
Geneesmiddelen die worden gemetaboliseerd door CYP2C19
Esomeprazol remt CYP2C19, het belangrijkste enzym in het metabolisme van esomeprazol. Dit
betekent dat wanneer esomeprazol wordt gecombineerd met andere geneesmiddelen die eveneens via
CYP2C19 worden afgebroken, zoals warfarine, fenytoïne, citalopram, imipramine, clomipramine,
diazepam, etc., de plasmaconcentraties van deze geneesmiddelen kunnen toenemen en een verlaging
van de dosis kan dan nodig zijn. In het geval van clopidogrel, een prodrug die via CYP2C19 wordt
omgezet in zijn actieve metaboliet, kunnen de plasmaconcentraties van de actieve metaboliet afnemen.
Warfarine
Een klinisch onderzoek liet zien dat de coagulatietijden binnen acceptabele grenzen vielen bij
gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol aan met warfarine behandelde patiënten. Sinds het op
de markt is, werden echter enkele geïsoleerde gevallen van klinisch significant verhoogd INR gemeld
bij gelijktijdige toediening. Het wordt daarom aanbevolen om patiënten nauwlettend te volgen bij het
initiëren en beëindigen van gelijktijdige toediening van esomeprazol gedurende behandeling met
warfarine of andere comarinederivaten.
Clopidogrel
Resultaten van onderzoeken bij gezonde vrijwilligers lieten een farmacokinetische
(PK)/farmacodynamische (PD) interactie zien tussen clopidogrel (300 mg oplaaddosis/ 75 mg
dagelijkse onderhoudsdosis) en esomeprazol (40 mg oraal dagelijks), resulterend in een afgenomen
blootstelling aan de actieve metaboliet van clopidogrel met een gemiddelde van 40%, en resulterend in
een verminderde maximale remming van (ADP-geïnduceerde) trombocytenaggregatie met een
gemiddelde van 14%.
In een onderzoek bij gezonde vrijwilligers was er verminderde blootstelling van bijna 40% van de
actieve metaboliet van clopidogrel wanneer een vaste-dosiscombinatie van 20 mg esomeprazol +
81 mg acetylsalicylzuur werd gegeven met clopidogrel in vergelijking met clopidogrel alleen. De
maximale niveaus van remming van (ADP geïnduceerde) trombocytenaggregatie in deze personen
waren echter gelijk in beide groepen.
Inconsistente gegevens wat betreft de klinische implicaties van deze PK/PD-interactie op ernstige
cardiovasculaire gebeurtenissen zijn gerapporteerd vanuit zowel observationele als klinische
onderzoeken. Uit voorzorg dient gelijktijdig gebruik van esomeprazol en clopidogrel te worden
afgeraden.
Fenytoïne
Gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol resulteerde in een verhoging van de dalspiegels van
fenytoïne met 13% bij epileptische patiënten. Het wordt aangeraden de plasmaspiegels van fenytoïne
te controleren wanneer met de behandeling met esomeprazol wordt begonnen of gestopt.
Voriconazol
Omeprazol (40 mg eenmaal daags) verhoogt de Cmax en AUC van voriconazol (een CYP2C19-
substraat) met respectievelijk 15% en 41%.
Cilostazol
Omeprazol alsook esomeprazol zijn werkzaam als remmers van CYP2C19. Omeprazol, in een cross-
overonderzoek toegediend aan gezonde personen in doses van 40 mg, verhoogde de Cmax en AUC van
cilostazol met respectievelijk 18% en 26%, en van een van zijn actieve metabolieten met
respectievelijk 29% en 69%.
Cisapride
Bij gezonde vrijwilligers resulteerde gelijktijdige toediening van 40 mg esomeprazol in een verhoging
van het gebied onder de plasmaconcentratie-tijdcurve (AUC) van 32% en een toename van 31% van
de eliminatiehalfwaardetijd (t½), maar geen significante verhoging van de piekplasmaspiegels van
cisapride. De geringe verlenging van het QTc-interval, die gezien werd na toediening van enkel
cisapride, werd niet verder verlengd wanneer cisapride in combinatie met esomeprazol werd gegeven.
Diazepam
Gelijktijdige toediening van 30 mg esomeprazol leidde tot een afname van 45% van de klaring door
het CYP2C19-substraat diazepam.
Onderzochte geneesmiddelen zonder klinisch relevante interactie
Amoxicilline en kinidine
Voor esomeprazol is aangetoond dat het geen klinisch relevante effecten heeft op de farmacokinetiek
van amoxicilline en kinidine.

Naproxen of rofecoxib
Gedurende kortdurende onderzoeken waarin de gelijktijdige toediening van esomeprazol met òf
naproxen òf rofecoxib werd bekeken, konden geen enkele klinische relevante farmacokinetische
interacties worden vastgesteld.
Effecten van andere geneesmiddelen op de farmacokinetiek van esomeprazol
Geneesmiddelen die CYP2C19 en/of CYP3A4 remmen
Esomeprazol wordt omgezet door CYP2C19 en CYP3A4. Gelijktijdige toediening van esomeprazol en
een CYP3A4-remmer, claritromycine (500 mg tweemaal daags) leidde tot een verdubbeling van de
blootstelling (AUC) aan esomeprazol. Gelijktijdige toediening van esomeprazol en een gecombineerde
remmer van CYP2C19- en CYP3A4 kan leiden tot een meer dan verdubbeling van de blootstelling aan
esomeprazol. De CYP2C19 en CYP3A4-remmer voriconazol verhoogde de AUC van omeprazol met
280%. Een dosisaanpassing van esomeprazol is gewoonlijk niet vereist in beide gevallen.
Dosisaanpassing dient echter te worden overwogen voor patiënten met een ernstig verminderde
leverinsufficiëntie en indien langdurige behandeling wordt voorgeschreven.
Geneesmiddelen die CYP2C19 en/of CYP3A4 induceren
Geneesmiddelen waarvan bekend is dat ze CYP2C19 of CYP3A4 of beide induceren (zoals
rifampicine en sint-janskruid (Hypericum perforatum)) kunnen leiden tot een daling van de
concentratie esomeprazol in het serum door versnelling van het metabolisme van esomeprazol.
4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Een matige hoeveelheid gegevens over zwangere vrouwen (tussen 300 ­1.000
zwangerschapsuitkomsten) duidt erop dat esomeprazol niet misvormend of foetaal/neonataal toxisch
is.
De resultaten van dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat betreft
reproductietoxiciteit (zie rubriek 5.3).
Uit voorzorg heeft het de voorkeur om het gebruik van Nexium Control te vermijden tijdens de
zwangerschap.
Borstvoeding
Het is niet bekend of esomeprazol/metabolieten in de moedermelk worden uitgescheiden. Er is
onvoldoende informatie over de effecten van esomeprazol bij pasgeborenen/zuigelingen. Nexium
Control mag niet worden gebruikt in de periode dat borstvoeding wordt gegeven.
Vruchtbaarheid
De resultaten van dieronderzoek met het racemisch mengsel omeprazol, gegeven door orale
toediening, duiden niet op effecten met betrekking tot vruchtbaarheid.
4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Esomeprazol heeft een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om machines
te bedienen. Bijwerkingen zoals duizeligheid en visusstoornissen komen soms voor (zie rubriek 4.8).
Indien dit zich voordoet, mogen patiënten geen voertuigen besturen of machines bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Hoofdpijn, buikpijn, diarree en misselijkheid behoren tot de bijwerkingen die het meest frequent
gemeld zijn in klinische onderzoeken (en ook uit postmarketing-gebruik). Daarnaast is het
veiligheidsprofiel gelijkaardig voor verschillende formuleringen, behandelingsindicaties,
leeftijdsgroepen en patientenpopulaties. Geen dosisgerelateerde bijwerkingen zijn vastgesteld.
Bijwerkingen in tabelvorm
De volgende bijwerkingen zijn vastgesteld of vermoed uit het klinisch onderzoeksprogramma voor
esomeprazol en uit postmarketing-gegevens. De bijwerkingen zijn gerangschikt volgens de MedDRA
frequentie-definitie: zeer vaak (> 1/10); vaak (>1/100, <1/10); soms (>1/1.000, <1/100); zelden
(>1/10.000, <1/1.000); zeer zelden (<1/10.000); niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet
worden bepaald).

Vaak
Soms
Zelden
Zeer zelden
Niet bekend
Bloed- en

leukopenie,
agranulo-
lymfestelsel-
trombocytopenie
cytose,
aandoeningen
pancytopenie
Immuunsysteem-

overgevoelig-

aandoeningen
heidsreacties
waaronder
koorts, angio-
oedeem en
anafylactische
reactie/shock
Voedings- en
perifeer
hyponatriëmie
Hypomagnesië-
stofwisselings-
oedeem
mie; ernstige
stoornissen
hypomagnesië-
mie kan
gepaard gaan
met
hypocalciëmie;
hypomagnesië-
mie kan ook
leiden tot
hypokaliëmie
Psychische
slapeloos-
onrust,
agressie,
stoornissen
heid
verwardheid,
hallucinaties
depressie
Zenuwstelsel-
hoofdpijn
duizelig-
smaakstoornis

aandoeningen
heid,
paresthesie,
slaperig-
heid
Oog-

wazig zien

aandoeningen
Evenwichts-
vertigo

orgaan- en
ooraandoeningen
Ademhalings-

bronchospasmen

stelsel-, borstkas-
en mediastinum-
aandoeningen

Vaak
Soms
Zelden
Zeer zelden
Niet bekend
Maagdarmstelsel-
buikpijn,
droge mond stomatitis,
microscopische
aandoeningen
obstipatie,
gastro-intestinale
colitis
diarree,
candidiasis
flatulentie,
misselijk-
heid /
braken,
fundic
gland
poliepen
(benigne)
Lever- en
toename in
hepatitis met of
lever
galaandoeningen
lever
zonder geelzucht
insufficiëntie,
enzymen
hepatische
encefalo-
pathie bij
patiënten met
een al
bestaande
leverziekte
Huid- en
dermatitis,
alopecia,
erythema
subacute cutane
onderhuid-
pruritus,
fotosensibiliteit
multiforme,
lupus
aandoeningen
huiduitslag,
Stevens-
erythematosus
urticaria
Johnson
(zie rubriek 4.4)
syndroom,
toxische
epidermale
necrolyse
(TEN)
Skeletspierstelsel-

artralgie, myalgie spierzwakte
en bindweefsel-
aandoeningen
Nier- en

interstitiële
urineweg-
nefritis
aandoeningen
Voortplantings-

gynaecomastie
stelsel- en
borstaandoeningen
Algemene

malaise,

aandoeningen en
toegenomen
toedieningsplaats-
transpiratie
stoornissen
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering
Er is een zeer beperkte ervaring met betrekking tot opzettelijke overdosering. De symptomen
beschreven bij 280 mg esomeprazol waren gastro-intestinale symptomen en zwakte. Eenmalige doses
van 80 mg esomeprazol verliepen rustig. Er is geen specifiek antidotum bekend. Esomeprazol heeft
een hoge plasma-eiwitbinding en is daarom niet gemakkelijk te dialyseren. Behandeling is
symptomatisch en algemene ondersteunende maatregelen moeten worden toegepast.

5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Middelen bij zuurgerelateerde afwijkingen, protonpompremmers,
ATC-code: A02BC05.
Esomeprazol is de S-isomeer van omeprazol en remt de maagzuursecretie door een specifiek
werkingsmechanisme. Het is een specifieke remmer van de zuurpomp in de pariëtale cel. Zowel de
R- als de S-isomeer van omeprazol hebben een vergelijkbare farmacodynamische activiteit.

Werkingsmechanisme
Esomeprazol is een zwakke base en wordt geconcentreerd en omgezet tot de actieve vorm in het sterk
zure milieu van de secretoire canaliculi van de pariëtale cel, waar het het enzym H+K+-ATPase ­ de
zuurpomp ­ remt en het remt zowel de basale als de gestimuleerde maagzuursecretie.
Farmacodynamische effecten
Na orale toediening van 20 mg en 40 mg esomeprazol treedt effect binnen een uur op. De gemiddelde
piek-zuurproductie na pentagastrinestimulatie is met 90% gedaald, wanneer na herhaalde toediening
van eenmaal daags 20 mg esomeprazol gedurende vijf dagen werd gemeten op dag vijf, 6-7 uur na
dosering.
Na vijf dagen orale dosering van 20 mg en 40 mg esomeprazol, werd de pH in de maag boven de 4
gehouden gedurende respectievelijk gemiddeld 13 uur en 17 uur van de 24 uur bij patiënten met
symptomatische gastro-oesofageale refluxziekte (GORZ). Het aantal patiënten bij wie de pH in de
maag boven de 4 bleef, gedurende minimaal 8, 12 en 16 uur, was bij 20 mg esomeprazol
respectievelijk 76%, 54% en 24%. De overeenkomstige percentages voor 40 mg esomeprazol waren
97%, 92% en 56%.
Gebruik makend van de AUC als surrogaat parameter voor de plasmaconcentratie, is een relatie met
de remming van de maagzuursecretie en de blootstelling aangetoond.
Tijdens behandeling met antisecretoire geneesmiddelen stijgt het serumgastrine in reactie op de
verminderde zuursecretie. Ook CgA neemt toe als gevolg van de lagere zuurgraad in de maag. De
verhoogde CgA-spiegel kan onderzoeken naar neuro-endocriene tumoren verstoren.
Beschikbare aanwijzingen in de literatuur raden aan dat het gebruik van protonpompremmers vijf
dagen tot twee weken vóór CgA-metingen moet worden stopgezet. Op deze manier kunnen de CgA-
spiegels die mogelijk door de PPI-behandeling zijn gestegen, weer dalen tot normaalwaarden.
Bij enkele patiënten op langetermijnbehandeling met esomeprazol is een toename van het aantal
ECL-cellen gezien, hetgeen mogelijk samenhangt met de toegenomen serumgastrinespiegel.
Afname van maagzuur als gevolg van onder andere PPI's, verhoogt het aantal bacteriën dat normaal
aanwezig is in het maag-darmkanaal. Behandeling met PPI's kan leiden tot een geringe risicotoename
van gastro-intestinale infecties zoals Salmonella en Campylobacter en bij ziekenhuispatiënten
mogelijk ook Clostridium difficile.
Klinische werkzaamheid
Er is aangetoond dat 20 mg esomeprazol effectief is bij de behandeling van frequent brandend
maagzuur bij patiënten die gedurende 2 weken één dosis per 24 uur krijgen. In twee multicentrische,
gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde hoofdonderzoeken werden 234 personen met
een recente voorgeschiedenis van frequent brandend maagzuur behandeld met 20 mg esomeprazol
gedurende 4 weken. Symptomen geassocieerd met reflux (zoals brandend maagzuur en zure
oprispingen) werden retrospectief geëvalueerd over een periode van 24 uur. In beide onderzoeken was
20 mg esomeprazol significant beter in vergelijking met placebo voor het primaire eindpunt, een
volledige verlichting van brandend maagzuur, gedefinieerd als geen brandend maagzuur tijdens de
laatste 7 dagen voorafgaand aan het laatste bezoek (33,9-41,6% vs. placebo 11,9-13,7%, p<0,001). Het
secundaire eindpunt voor volledige verlichting van brandend maagzuur, gedefinieerd als geen
aantekening van brandend maagzuur op de dagboekkaart van de patiënt gedurende 7 opeenvolgende
dagen, was statistisch significant in zowel week 1 (10,0-15,2% vs. placebo 0,9-2,4%, p=0,014,
p<0,001) als in week 2 (25,2-35,7% vs. placebo 3,4-9,0%, p<0,001).
Andere secundaire eindpunten ondersteunden het primaire eindpunt, inclusief de verlichting van
brandend maagzuur in week 1 en 2, het percentage van het aantal dagen van 24 uur zonder brandend
maagzuur in week 1 en week 2, de gemiddelde ernst van brandend maagzuur in week 1 en week 2, en
de tijd tot de eerste en aanhoudende verlichting van brandend maagzuur gedurende een periode van 24
uur en gedurende de nacht in vergelijking met placebo. Ongeveer 78% van de patiënten op 20 mg
esomeprazol rapporteerde de eerste verlichting van brandend maagzuur in de eerste week van de
behandeling in vergelijking met 52-58% voor placebo. De tijd tot aanhoudende verlichting van
brandend maagzuur, gedefinieerd als de eerste registratie van 7 opeenvolgende dagen zonder brandend
maagzuur, was significant korter in de groep met 20 mg esomeprazol (39,7-48,7% op dag 14 vs.
placebo 11,0-20,2%).
De mediane tijd tot de eerste verlichting van nachtelijk brandend maagzuur was 1 dag; dit is statistisch
significant in vergelijking met placebo in één onderzoek (p=0,048) en benadert significantie in het
andere onderzoek (p=0,069). Ongeveer 80% van de nachten waren vrij van brandend maagzuur
gedurende alle perioden en 90% van de nachten waren vrij van brandend maagzuur in week 2 van elk
klinisch onderzoek, in vergelijking met 72,4-78,3% voor placebo. De beoordelingen van de
onderzoekers van de verlichting van brandend maagzuur waren consistent met de beoordelingen van
de patiënten. Deze laten significante verschillen zien tussen esomeprazol (34,7-41,8%) in vergelijking
met placebo (8,0-11,4%). De onderzoekers oordeelden eveneens dat esomeprazol significant
effectiever is dan placebo bij het verlichten van zure oprispingen (58,5-63,6% vs. placebo 28,3-37,4%)
tijdens de evaluatie in week 2.
Na evaluatieonderzoek van de volledige behandeling (Overall Treatment Evaluation - OTE) van
patiënten in week 2, rapporteerde 78,0-80,7% van de patiënten op 20 mg esomeprazol, in vergelijking
met 72,4-78,3% op placebo, hun conditie als verbeterd. De meerderheid van deze patiënten
beoordeelde het belang van deze verandering als belangrijk tot zeer belangrijk bij het uitvoeren van
hun activiteiten in het dagelijks leven (79-86% in week 2).
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie
Esomeprazol is zuurlabiel en wordt oraal toegediend als granules met maagsapresistente coating.
In vivo conversie naar de R-isomeer is verwaarloosbaar. Absorptie van esomeprazol is snel, de
piekplasmaspiegel treedt ongeveer 1-2 uur na toediening op. De absolute biologische beschikbaarheid
is 64% na enkelvoudige dosis van 40 mg en neemt toe tot 89% na herhaalde toediening eenmaal
daags. Voor 20 mg esomeprazol zijn de overeenkomstige waarden respectievelijk 50% en 68%.
Hoewel voedselinname de absorptie van esomeprazol vertraagt en vermindert, heeft dit geen
significante invloed op het effect van esomeprazol op de zuurgraad in de maag.
Distributie
Het schijnbare verdelingsvolume tijdens `steady state' is bij gezonde proefpersonen ongeveer 0,22 l/kg
lichaamsgewicht. Esomeprazol is voor 97% aan plasma-eiwit gebonden.
Biotransformatie
Esomeprazol wordt volledig gemetaboliseerd door het cytochroom-P450-systeem (CYP). Het grootste
gedeelte van het metabolisme van esomeprazol is afhankelijk van het polymorfe enzym CYP2C19, dat
verantwoordelijk is voor de vorming van de hydroxy- en demethylmetabolieten van esomeprazol. Het
resterende gedeelte is afhankelijk van een ander specifiek isoform, CYP3A4, dat verantwoordelijk is
voor de vorming van esomeprazolsulfon, de voornaamste metaboliet in het plasma.
Eliminatie
De hieronder vermelde parameters geven voornamelijk de farmacokinetiek bij personen weer met een
goed functionerend CYP2C19-enzym, de snelle metaboliseerders.
De totale plasmaklaring is ongeveer 17 l/uur na een enkelvoudige dosis en 9 l/uur na herhaalde
toediening. De plasma-eliminatie halfwaardetijd is ongeveer 1,3 uur na herhaalde toediening eenmaal
daags. Esomeprazol wordt tussen de dosisintervallen volledig uit het plasma geëlimineerd zonder
enige neiging tot accumulatie bij een toediening eenmaal daags. De voornaamste metabolieten van
esomeprazol hebben geen effect op de maagzuursecretie. Bijna 80% van een orale dosering
esomeprazol wordt als metaboliet in de urine uitgescheiden en het resterende deel in de feces. Minder
dan 1% van de onveranderde werkzame stof wordt in de urine teruggevonden.
Lineariteit/non-lineariteit
De farmacokinetiek van esomeprazol is onderzocht in doses tot 40 mg tweemaal daags. Het gebied
onder de plasmaconcentratie-tijdcurve neemt toe na herhaalde toediening van esomeprazol. Deze
toename is dosisafhankelijk en leidt tot een meer dan dosisproportionele toename in de AUC na
herhaalde toediening. Deze tijds- en dosisafhankelijkheid is het gevolg van de afname van het `first
pass'-metabolisme en de systemische klaring, vermoedelijk veroorzaakt door een remming van het
CYP2C19-enzym door esomeprazol en/of de sulfonmetaboliet.
Speciale patiëntenpopulaties
Trage metaboliseerders
Ongeveer 2,91,5% van de populatie mist een functioneel CYP2C19­enzym en worden trage
metaboliseerders genoemd. Bij deze personen vindt het metabolisme vermoedelijk hoofdzakelijk
plaats via CYP3A4.
Na herhaalde toediening van eenmaal daags 40 mg esomeprazol was het gemiddelde gebied onder de
plasmaconcentratie-tijdcurve ongeveer 100% hoger bij trage metaboliseerders dan bij diegenen met
een goed functionerend CYP2C19-enzym (snelle metaboliseerders). De gemiddelde
piekplasmaconcentraties waren 60% hoger.
Deze bevindingen hebben geen gevolgen voor de dosering van esomeprazol.
Geslacht
Na een enkelvoudige dosis van 40 mg esomeprazol is het gemiddelde gebied onder de
plasmaconcentratie-tijd curve bij vrouwen ongeveer 30% groter dan bij mannen. Er is echter geen
verschil tussen mannen en vrouwen gezien bij herhaalde toediening eenmaal daags. Deze bevindingen
hebben geen gevolgen voor de dosering van esomeprazol.
Leverinsufficiëntie
Bij patiënten met lichte tot matig-ernstige leverfunctiestoornissen kan het metabolisme van
esomeprazol verminderd zijn. Bij patiënten met ernstige leverfunctiestoornissen is de stofwisseling
vertraagd, hetgeen leidt tot een verdubbeling van het gebied onder de plasmaconcentratietijd curve van
esomeprazol. Derhalve mag bij patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis een maximale dosis van
20 mg niet worden overschreden. Esomeprazol of haar voornaamste metabolieten vertonen geen
enkele neiging tot accumulatie bij een dosering eenmaal daags.
Nierinsufficiëntie
Er zijn geen onderzoeken uitgevoerd bij patiënten met een verminderde nierfunctie. Omdat de nier
verantwoordelijk is voor de uitscheiding van de metabolieten van esomeprazol, maar niet voor de
eliminatie van de onveranderde werkzame stof, zal het metabolisme van esomeprazol naar
verwachting niet veranderen bij patiënten met een nierfunctiestoornis.
Ouderen (65 jaar)
Bij oudere personen (71-80 jaar) is het metabolisme van esomeprazol niet wezenlijk veranderd.
5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van veiligheidsfarmacologie, toxiciteitbij herhaalde
dosering, genotoxiciteit en reproductie- en ontwikkelingstoxiciteit.
Er zijn geen bijwerkingen waargenomen in klinische onderzoeken. Echter bij dieren bij soortgelijke
blootstellingsniveaus als de klinische blootstellingsniveaus zijn wel bijwerkingen waargenomen. Het
betreft de volgende bijwerkingen die relevant zouden kunnen zijn voor klinische doeleinden:
Carcinogeniteitsonderzoeken bij ratten met het racemisch mengsel lieten hyperplasie van ECL-cellen
in de maag en carcinoïden zien. Deze effecten in de maag van de rat zijn het gevolg van aanhoudende,
sterke hypergastrinemie, veroorzaakt door een verminderde productie van maagzuur en zijn
waargenomen bij langetermijnbehandeling bij ratten met maagzuurremmers.

6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen

Inhoud van de capsule
Glycerolmonostearaat 40-55
Hydroxypropylcellulose
Hypromellose 2910 (6 mPa·s)
Magnesiumstearaat
Methacrylzuur-ethylacrylaatcopolymeer (1:1), 30% dispersie
Polysorbaat 80
Suikerbolletjes (sucrose en maïszetmeel)
Talk
Triethyl citraat
Karmijn (E120)
Indigokarmijn (E132)
Titaandioxide (E171)
Geel ijzeroxide (E172)
Capsule-omhulsel
Gelatine
Indigokarmijn (E132)
Erytrosine (E127)
Allurarood AC (E129)
Drukinkt
Povidon K-17
Propyleenglycol
Schellak
Natriumhydroxide
Titaandioxide (E171)
Band
Gelatine
Geel ijzeroxide (E172)
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3 Houdbaarheid
3 jaar
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren

Bewaren beneden 30°C
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking

Hoge dichtheid polyethyleen (HDPE) fles met een inductieverzegelde afdichting en kindveilige
sluiting met daarin 14 maagsapresistente capsules. De fles bevat ook een afgesloten container met
silicagel als droogmiddel.
Nexium Control capsules is beschikbaar in een verpakking van 14 of 28 capsules . Niet alle genoemde
verpakkingsgroottes worden in de handel gebracht.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Geen bijzondere vereisten.

7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited,
Knockbrack,
Dungarvan,
Co. Waterford,
Ierland

8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/13/860/003
EU/1/13/860/005

9.
DATUM EERSTE VERGUNNINGVERLENING/VERLENGING VAN DE
VERGUNNING

Datum van eerste verlening van de vergunning: 26 augustus 2013
Datum van laatste verlenging: 25 juni 2018

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST

Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).












BIJLAGE II

A.
FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE

B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN
LEVERING EN GEBRUIK


C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER
VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
MOETEN WORDEN NAGEKOMEN


D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT
EEN VEILIG EN DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET
GENEESMIDDEL

A.
FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte
Pfizer Consumer Manufacturing Italy S.r.l.
Via Nettunense, 90
04011 Aprilia (LT)
Italië

B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK


Niet aan medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel.

C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN MOETEN WORDEN
NAGEKOMEN


·
Periodieke veiligheidsverslagen (PSUR's)

De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentie data (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.

D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL


·
Risk Management Plan (RMP - risicobeheersplan)

De vergunninghouder voert de noodzakelijke onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-updates.
Een RMP-update wordt ingediend:
· op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
·
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.












BIJLAGE III

ETIKETTERING EN BIJSLUITER











A. ETIKETTERING

GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
OMDOOS

1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Nexium Control 20 mg maagsapresistente tabletten
esomeprazol

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke maagsapresistente tablet bevat 20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat).

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat sucrose. Zie de bijsluiter voor verdere informatie.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
7 maagsapresistente tabletten
14 maagsapresistente tabletten
2 x 14 maagsapresistente tabletten

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
De tabletten in hun geheel doorslikken. De tabletten niet kauwen of fijnmaken.
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor oraal gebruik.

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited,
Knockbrack,
Dungarvan,
Co. Waterford,
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/13/860/001 7 maagsapresistente tabletten
EU/1/13/860/002 14 maagsapresistente tabletten
EU/1/13/860/004 2 x 14 maagsapresistente tabletten

13. BATCHNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
Voor kortdurende behandeling van refluxsymptomen (brandend maagzuur, zure oprispingen) bij
volwassenen, 18 jaar en ouder.
Niet gebruiken als u allergisch bent voor esomeprazol of voor één van de andere stoffen in dit
geneesmiddel.
Neem contact op met uw apotheker of arts als:
u een geneesmiddel dat in de bijsluiter wordt genoemd gebruikt,
u ouder bent dan 55 en nieuwe of recent veranderde refluxsymptomen hebt.
Hoe te gebruiken:
Neem 1 tablet per dag. Neem niet meer in dan deze dosis.
Het kan 2-3 dagen duren voordat volledige werkzaamheid en effect bereikt wordt.. Als uw symptomen
verergeren of als uw symptomen niet verbeteren na gebruik van dit geneesmiddel 14 dagen op rij,
neem dan contact op met uw arts.
Bij brandend maagzuur en zure oprispingen
Eén tablet per dag
Werkt 24 uur
<www.xxx.xxx>

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Nexium Control 20 mg tabletten

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

Niet van toepassing.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
Niet van toepassing.
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP BLISTERVERPAKKINGEN OF STRIPS MOETEN
WORDEN VERMELD
BLISTERVERPAKKING

1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Nexium Control 20 mg maagsapresistente tabletten
esomeprazol

2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN

GlaxoSmithKline Dungarvan Limited

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
BATCHNUMMER
Lot

5.
OVERIGE

GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
OMDOOS

1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Nexium Control 20 mg maagsapresistente harde capsules
esomeprazol

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke maagsapresistente harde capsule bevat 20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat).

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat sucrose en Allura red AC (E129). Zie de bijsluiter voor verdere informatie.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
14 maagsapresistente harde capsules
2 x 14 maagsapresistente harde capsules

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor oraal gebruik.

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited,
Knockbrack,
Dungarvan,
Co. Waterford,
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/13/860/003 14 maagsapresistente harde capsules
EU/1/13/860/005 2 x 14 maagsapresistente harde capsules

13. BATCHNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
Voor kortdurende behandeling van refluxsymptomen (brandend maagzuur, zure oprispingen) bij
volwassenen, 18 jaar en ouder.
Niet gebruiken als u allergisch bent voor esomeprazol of voor één van de andere stoffen in dit
geneesmiddel.
Neem contact op met uw apotheker of arts als:
· u een geneesmiddel dat in de bijsluiter wordt genoemd gebruikt,
· u ouder bent dan 55 en nieuwe of recent veranderde refluxsymptomen hebt.
Hoe te gebruiken:
Neem 1 capsule per dag. Neem niet meer in dan deze dosis.
De capsules in het geheel doorslikken. Capsules niet kauwen, fijnmaken of openen.
Het kan 2-3 dagen duren voordat volledige werkzaamheid en effect bereikt wordt.. Als uw symptomen
verergeren of als uw symptomen niet verbeteren na gebruik van dit geneesmiddel 14 dagen op rij,
neem dan contact op met uw arts.
Bij brandend maagzuur en zure oprispingen
Capsules
Eén capsule per dag
Werkt 24 uur
<www.xxx.xxx>

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Nexium Control 20 mg, capsules


17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK ­ 2D MATRIXCODE
Niet van toepassing.
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK ­ VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
Niet van toepassing.


GEGEVENS DIE OP DE PRIMAIRE VERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
FLESETIKET

1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL

Nexium Control 20 mg maagsapresistente capsules
esomeprazol

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)

Elke maagsapresistente capsule bevat 20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat).

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat sucrose en Allura red AC (E129).

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
14 maagsapresistente capsules.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Voor oraal gebruik.

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30 °C.

Houd de container goed gesloten ter bescherming tegen vocht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited,
Knockbrack,
Dungarvan,
Co. Waterford,
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
Bij brandend maagzuur en zure oprispingen
Neem 1 capsule per dag. Neem niet meer in dan deze dosis.
Heel doorslikken. Capsules niet kauwen, fijnmaken of openen.

16. INFORMATIE IN BRAILLE

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

Niet van toepassing.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

Niet van toepassing.













B. BIJSLUITER
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker

Nexium Control 20 mg maagsapresistente tabletten
esomeprazol

Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw apotheker u dat
heeft verteld.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw apotheker.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Wordt uw klacht na 14 dagen niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met
uw arts.

Inhoud van deze bijsluiter
1. Wat is Nexium Control en waarvoor wordt dit middel ingenomen?
2. Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe neemt u dit middel in?
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u dit middel?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
- Verdere nuttige informatie
1.
Wat is Nexium Control en waarvoor wordt dit middel ingenomen?
Nexium Control bevat de actieve stof esomeprazol. Het behoort tot de geneesmiddelengroep genaamd
`protonpompremmers'. Deze middelen verminderen de hoeveelheid zuur die uw maag aanmaakt.
Dit geneesmiddel wordt gebruikt bij volwassenen voor de kortdurende behandeling van
refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend maagzuur en zure oprispingen).
Reflux is het terugvloeien van zuur uit de maag in de slokdarm, die kan ontstoken raken en pijnlijk
worden. Dit kan symptomen bij u veroorzaken zoals een pijnlijk gevoel op de borst tot aan uw keel
(brandend maagzuur) en een zure smaak in de mond (zure oprispingen).
Nexium is niet bedoeld om onmiddellijke verlichting te brengen. Het kan nodig zijn om de tabletten
gedurende 2 tot 3 dagen op rij in te nemen voordat u zich beter voelt. Wordt uw klacht na 14 dagen
niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts.

2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?

-
U bent allergisch voor één van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
-
U bent allergisch voor geneesmiddelen die andere protonpompremmers bevatten (bijvoorbeeld
pantoprazol, lanzoprazol, rabeprazol of omeprazol).
-
U gebruikt een geneesmiddel dat nelfinavir bevat (gebruikt voor de behandeling van
hiv-infectie).
U mag dit geneesmiddel niet innemen als een van de bovenstaande situaties voor u geldt. Als u daar
niet zeker van bent, overleg dan met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel inneemt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts voordat u dit middel inneemt als:
·
u in het verleden een maagzweer of maagoperatie heeft gehad.
·
u een onderhoudsbehandeling voor reflux of brandend maagzuur heeft gehad gedurende
4 weken of langer.
·
u geelzucht (geelverkleuring van de huid of ogen) of ernstige leverproblemen heeft.
·
u ernstige nierproblemen heeft.
·
u ouder bent dan 55 jaar en nieuwe of recent gewijzigde refluxsymptomen heeft of als u elke
dag vrij verkrijgbare geneesmiddelen voor de spijsvertering nodig heeft.
·
u ooit een huidreactie kreeg na behandeling met een geneesmiddel vergelijkbaar met Nexium
Control dat de productie van maagzuur remt.
·
u binnenkort een endoscopie of een ureum-ademtest moet ondergaan.
·
u binnenkort een specifieke bloedtest (Chromogranin A) moet ondergaan.
Overleg onmiddellijk met uw arts als een van de volgende symptomen, die een teken kunnen zijn van
een andere, ernstigere, ziekte, voor of na het innemen van dit geneesmiddel bij u optreden:
·
U verliest zonder enige aanleiding veel gewicht.
·
U heeft moeite met of pijn bij het slikken.
·
U krijgt maagpijn of spijsverteringsklachten, zoals misselijkheid, een vol gevoel, opgeblazen
gevoel, vooral na voedselinname.
·
U braakt voedsel of bloed, wat op donker koffiedik in uw braaksel kan lijken.
·
U heeft zwarte ontlasting (gestold bloed in de ontlasting).
·
U heeft ernstige of aanhoudende diarree; esomeprazol is in verband gebracht met een klein
verhoogd risico op infectieuze diarree.
·
Vertel het uw arts zo snel mogelijk als u huiduitslag krijgt, vooral op plekken die blootgesteld
worden aan zonlicht, aangezien u uw behandeling met Nexium Control mogelijk zal moeten
stopzetten. Denk eraan ook melding te maken van andere bijwerkingen zoals pijn in uw
gewrichten.
Raadpleeg onmiddellijk een arts wanneer u pijn op de borst ervaart gepaard gaand met een licht gevoel
in het hoofd, zweten, duizeligheid of schouderpijn met kortademigheid. Dit kan duiden op een ernstig
hartaandoening.
Geldt één van de bovenstaande situaties voor u (ook als u daar niet zeker van bent), overleg dit
onmiddellijk met uw arts.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Dit geneesmiddel mag niet gebruikt worden door kinderen en jongeren onder de 18 jaar.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Nexium Control nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat
dan uw arts of apotheker. De werking van deze geneesmiddelen zou door dit geneesmiddel namelijk
kunnen veranderen en andersom zouden deze geneesmiddelen ook de werking van Nexium Control
kunnen veranderen.
Neem dit geneesmiddel niet in als u ook een geneesmiddel gebruikt dat nelfinavir bevat (gebruikt voor
de behandeling van hiv-infectie).
Vertel het uw arts of apotheker zeker als u clopidogrel gebruikt (voor het voorkomen van
bloedproppen).
Neem dit geneesmiddel niet in combinatie met andere geneesmiddelen in die de hoeveelheid zuur dat
wordt aangemaakt in uw maag verlagen, zoals protonpompremmers (bijvoorbeeld pantoprazol,
lansoprazol, rabeprazol of omeprazol) of een H2-antagonist (bijvoorbeeld ranitidine of famotidine).
Indien nodig mag u dit geneesmiddel in combinatie met antacida (bijvoorbeeld magaldraat, alginezuur,
natriumbicarbonaat, aluminiumhydroxide, magnesiumcarbonaat of combinaties daarvan) gebruiken.
Vertel het uw arts of apotheker als u de volgende geneesmiddelen gebruikt:

·
Ketoconazol en itraconazol (gebruikt om schimmelinfecties te behandelen).
·
Voriconazol (gebruikt om schimmelinfecties te behandelen) en claritromycine (gebruikt om
infecties te behandelen). Uw arts kan uw dosis Nexium Control aanpassen als u ook ernstige
leverproblemen heeft en behandeld wordt voor een lange periode.
·
Erlotinib (gebruikt voor de behandeling van kanker)
·
Methotrexaat (gebruikt bij de behandeling van kanker en reumatische aandoeningen)
·
Digoxine (gebruikt bij hartproblemen)
·
Atazanavir, saquinavir (gebruikt voor de behandeling van hiv-infectie)
·
Citalopram, imipramine of clomipramine (gebruikt om depressie te behandelen)
·
Diazepam (gebruikt voor de behandeling van angst, om spieren te ontspannen of bij epilepsie)
·
Fenytoïne (gebruikt bij epilepsie)
·
Geneesmiddelen die gebruikt worden om uw bloed te verdunnen, zoals warfarine. Uw arts zal u
willen controleren als u begint of stopt met het innemen van Nexium Control
·
Cilostazol (gebruikt bij de behandeling van `claudicatio intermittens' ­ een aandoening waarbij
u door onvoldoende doorbloeding in de beenspieren pijn heeft en moeite heeft met lopen)
·
Cisapride (gebruikt voor problemen met de spijsvertering en brandend maagzuur)
·
Rifampicine (gebruikt voor de behandeling van tuberculose)
·
Tacrolimus (gebruikt bij orgaantransplantatie)
·
Sint-janskruid (Hypericum perforatum) (gebruikt om depressie te behandelen)

Zwangerschap en borstvoeding
Als voorzorgsmaatregel, vermijd u bij voorkeur Nexium Control tijdens de zwangerschap. Neem dit
geneesmiddel niet in wanneer u borstvoeding geeft.
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Vraag uw
arts of apotheker om raad voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet waarschijnlijk dat Nexium Control invloed zal hebben op uw vermogen om een voertuig te
besturen of om machines te gebruiken. Maar bijwerkingen zoals duizeligheid en problemen met zien
kunnen soms voorkomen (zie rubriek 4). Wanneer dit voorkomt, moet u geen voertuig besturen of
machines gebruiken.


Nexium Control bevat sucrose en natrium
Nexium Control bevat suikerbolletjes, welke sucrose bevatten, een soort suiker. Als uw arts u heeft
verteld dat u sommige suikers niet kunt verdragen, overleg dan met uw arts of apotheker voordat u dit
middel inneemt.
Nexium Control bevat minder dan 1 mmol natrium (23mg) per tablet, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.

3.
Hoe neemt u dit middel in?
Neem dit geneesmiddel altijd precies in zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw arts of
apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of
apotheker.
Hoeveel moet u innemen?
·
De aanbevolen dosering is één tablet per dag.
·
Neem niet meer in dan deze aanbevolen dosering van één tablet (20 mg) per dag, ook al voelt u
geen onmiddellijke verlichting.
·
Het kan nodig zijn om de tabletten gedurende 2 of 3 dagen op rij in te nemen voordat uw
refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend maagzuur en zure oprispingen) verminderen.
·
De duur van de behandeling is maximaal 14 dagen.
·
Wanneer u volledige verlichting heeft van de refluxsymptomen, stop dan met het innemen van
dit geneesmiddel.
·
Worden uw refluxsymptomen na inname gedurende 14 dagen op rij niet minder, of worden ze
zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts.
Als u aanhoudende of langdurige, vaak terugkerende symptomen heeft, zelfs na behandeling met dit
geneesmiddel, moet u contact opnemen met uw arts.
Gebruiksaanwijzing
·
U kunt uw tablet op ieder moment van de dag innemen met voedsel of op een lege maag.
·
Slik uw tablet in zijn geheel door met een half glas water. Kauw niet op de tablet en maak de
tablet niet fijn. Elke tablet bevat namelijk korreltjes met een beschermend laagje dat het
geneesmiddel beschermt tegen afbraak door het maagzuur. Het is daarom belangrijk om de
korreltjes niet te beschadigen.

Andere mogelijkheid om dit geneesmiddel in te nemen

·
Doe de tablet in een glas (niet bruisend) water. Gebruik geen andere vloeistoffen.
·
Roer tot de tablet uiteenvalt (het mengsel wordt troebel), drink het mengsel dan onmiddellijk of
binnen 30 minuten op. Roer het mengsel altijd even door vlak voor u het opdrinkt.
·
Om er zeker van te zijn dat u alles van het geneesmiddel hebt opgedronken, spoelt u uw glas
goed om met een half glas water en drinkt u dit vervolgens op. De korreltjes bevatten het
geneesmiddel, dus niet kauwen of fijnmaken.

Heeft u te veel van dit middel ingenomen?
Als u meer Nexium Control heeft ingenomen dan u zou mogen, raadpleeg dan onmiddellijk uw arts of
apotheker. U kunt symptomen zoals diarree, maagpijn, obstipatie (verstopping), misselijkheid of
braken en zwakte ervaren.


Bent u vergeten dit middel in te nemen?

Als u een dosis bent vergeten in te nemen, neem deze dan alsnog in zodra u eraan denkt, nog op
dezelfde dag. Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.

4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Stop met het innemen van Nexium Control en neem direct contact op met uw arts als bij u één
van de volgende ernstige bijwerkingen optreedt:
·
Plotseling piepende ademhaling, zwelling van uw lippen, tong en keel, huiduitslag, flauwvallen
of moeite met slikken (ernstige allergische reactie, zelden gezien).
·
Roodheid van de huid met blaarvorming of vervelling. Er kunnen ook ernstige blaren en
bloedingen optreden aan de lippen, ogen, mond, neus en geslachtsorganen. Dit zou het `Stevens-
Johnson-syndroom' of `toxische epidermale necrolyse' kunnen zijn, zeer zelden gezien.
·
Geelverkleuring van de huid, donkere urine en vermoeidheid, dit kunnen symptomen zijn van
leverproblemen, zelden gezien.

Overleg zo snel mogelijk met uw arts als u een van de volgende klachten van infectie opmerkt:
Dit geneesmiddel kan in zeer zeldzame gevallen de witte bloedcellen aantasten wat kan leiden tot een
tekortkoming in het immuunsysteem. Als u een infectie heeft met verschijnselen zoals koorts met een
ernstig verminderde algehele conditie of koorts met verschijnselen van een lokale infectie zoals
nekpijn, keelpijn of pijn in de mond of problemen met plassen, moet u zo snel mogelijk contact
opnemen met uw arts, zodat een tekort aan witte bloedcellen (agranulocytose) kan worden uitgesloten
via een bloedtest. Het is belangrijk dat u informatie geeft over de geneesmiddelen die u op dat moment
gebruikt.
Andere mogelijke bijwerkingen zijn:
Vaak (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 10 gebruikers)
·
Hoofdpijn.
·
Problemen met uw maag of darmen: diarree, maagpijn, obstipatie, winderigheid (flatulentie).
·
Misselijkheid of overgeven (braken).
·
Benigne poliepen in de maag

Soms (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 100 gebruikers)
·
Opzwellen van de voeten en enkels.
·
Verstoorde slaap (slapeloosheid), slaperig gevoel.
·
Duizeligheid, tintelend gevoel waaronder slapende ledematen.
·
Draaierig gevoel (vertigo).
·
Droge mond.
·
Verhoogde leverenzymen in bloedtesten die meten hoe de lever werkt.
·
Huiduitslag, netelroos (bultjes) en jeuk.

Zelden (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 gebruikers)
·
Bloedziekten zoals een verlaagde hoeveelheid witte bloedcellen of bloedplaatjes. Dit kan
zwakte en blauwe plekken veroorzaken of kan het optreden van infecties verhogen.
·
Lage hoeveelheid natrium in het bloed. Dit kan zwakte, overgeven en kramp veroorzaken.
·
Gevoel van onrust, verwarring of neerslachtigheid.
·
Smaakveranderingen.
·
Gezichtsproblemen zoals wazig zien.
·
Plotseling gevoel van piepende ademhaling of kortademigheid (bronchospasmen).
·
Een ontsteking in de mondholte.
·
Een infectie `spruw' genoemd, die de darmen kan aantasten en veroorzaakt wordt door een
schimmel.
·
Haaruitval (alopecia).
·
Huiduitslag bij blootstelling aan zonlicht.
·
Gewrichtspijn (artralgie) of spierpijn (myalgie).
·
Algeheel gevoel van onwel zijn en futloosheid.
·
Toegenomen transpiratie.

Zeer zelden (kan voorkomen bij minder dan 1 op de 10.000 gebruikers)
·
Laag aantal van rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes (een aandoening die
pancytopenie wordt genoemd).
·
Agressie.
·
Het zien, voelen of horen van dingen die er niet zijn (hallucinaties).
·
Ernstige leverproblemen die kunnen leiden tot leverfalen en hersenontsteking.
·
Spierzwakte.
·
Ernstige nierproblemen.
·
Borstvorming bij mannen.

Niet bekend (frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
·
Laag magnesiumgehalte in het bloed. Dit kan zwakte, overgeven, kramp, trillen en
veranderingen in hartslag (aritmieën) veroorzaken. Als u zeer laag magnesiumgehalte heeft,
kunt u ook een laag calcium- of kaliumgehalte in het bloed hebben.
·
Ontsteking in de darmen (dit kan leiden tot diarree).
·
Huiduitslag, mogelijk met pijn in de gewrichten.

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en
blisterverpakking na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 30ºC.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?

-
De werkzame stof in dit middel is esomeprazol. Elke maagsapresistente tablet bevat 20 mg
esomeprazol (als magnesiumtrihydraat).
-
De andere stoffen in dit middel zijn glycerolmonostearaat 40-55, hydroxypropylcellulose,
hypromellose, roodbruin ijzeroxide (E 172), geel ijzeroxide (E 172), magnesiumstearaat,
methacrylzuur/ethylacrylaatcopolymeer (1:1), dispersie van 30%, microkristallijne cellulose,
synthetische paraffine, macrogol 6000, polysorbaat 80, crospovidon (Type A),
natriumstearylfumaraat, suikerbolletjes (sucrose en maïszetmeel), talk, titaandioxide (E 171) en
triethyl citraat (zie rubriek 2, 'Nexium Control bevat sucrose en natrium').

Hoe ziet Nexium Control eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Nexium Control 20 mg maagsapresistente tabletten zijn lichtroze, ovaal, biconvex 14 mm x 7 mm,
filmomhuld, hebben de inscriptie `20 mG' aan de ene kant en A/EH aan de andere kant.
Nexium Control is verkrijgbaar in verpakkingsgrootten van 7, 14 en 28 maagsapresistente tabletten in
blisterverpakkingen.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited, Knockbrack, Dungarvan, Co. Waterford, Ierland
Fabrikant
Pfizer Consumer Manufacturing Italy S.r.l., Via Nettunense, 90, 04011, Aprilia (LT), Italië
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien,Luxembourg/
Latvija
Luxemburg
GlaxoSmithKline Latvia SIA
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare s.a./n.v.
Tel: + 371 67312687
Tél/Tel: + 32 10858600
lv-epasts@gsk.com


Lietuva
GlaxoSmithKline Lietuva UAB
Te.: + 359 2 953 10 34
Tel: + 370 5 264 90 00
info.lt@gsk.com
Ceská republika
Magyarország
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Czech
GlaxoSmithKline-Consumer Kft.
Republic s.r.o.
Tel.: + 36 1 225 5800
Tel.: + 420 222 001 111
cz.info@gsk.com
Danmark
Nederland,
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare ApS
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare BV
Tel.: + 45 80 25 16 27
Tel: 800 4090005
scanda.consumer-relations @gsk.com
Info.nlch@gsk.com


Deutschland
Österreich ,
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare GmbH
GSK-Gebro Consumer Healthcare GmbH
& Co.KG.
Tel: +43 (0) 5354 563350
Tel.: + 49 (0) 800 6645626

Eesti
Norge
GlaxoSmithKline Eesti OÜ
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
Tel: + 372 6676 900
Tlf: + 47 80 05 86 30
estonia@gsk.com
scanda.consumer-relations @gsk.com


Polska
GSK CH ..
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Sp.z.o.o.
. 274, 152 32,
Tel: + 48 (0)22 576 96 00
.: 210 6882100

España
Portugal
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare, S.A.
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare ­
Tel: + 34 900 816 705
Produtos para a Saúde e Higiene, Lda.
Tel: 800 784 695
apoio.consumidor@gsk.com

France
România
GlaxoSmithKline Santé Grand Public
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare S.R.L
Tél. : + 33 (0)1 39 17 60 07
Tel: + 40 21 302 8 208

Hrvatsk
Slovenija
GlaxoSmithKline d.o.o.
GSK d.o.o., Ljubljana
Tel:+385 1 6051 999
Tel: + 386 (0)1 280 25 00

Ireland, Malta
Slovenská republika
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Slovakia
(Ireland) Limited
s.r.o.
Tel.: 800 441 442
Tel: + 421 248 261 111
cz.info@gsk.com

Ísland
Suomi/Finland
Vistor hf. GlaxoSmithKline ehf.
GlaxoSmithKline Oy
Sími: + 354 535 700
Consumer Healthcare
Puh/Tel: 080 077 40 80
scanda.consumer-relations @gsk.com
Italia
Sverige
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare S.r.l.
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
Tel.: + 39 02 38062020
Tel: 020-100579
scanda.consumer-relations @gsk.com


United Kingdom (Northern Ireland)
C. A. Papaellinas Ltd,
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare (UK)
.. 24018, 1700
Trading Limited
T. +357 22 741 741
Tel.: 0800 783 8881

Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
VERDERE NUTTIGE INFORMATIE
Wat zijn de symptomen van brandend maagzuur?
De normale symptomen van reflux zijn een pijnlijk gevoel in de borstkas dat naar uw keel omhoog
komt (brandend maagzuur) en een zure smaak in de mond (zure oprispingen).
Waarom krijgt u deze symptomen?

Brandend maagzuur kan het gevolg zijn van teveel eten, vet eten, te snel eten of het drinken van veel
alcohol. U kunt ook merken dat u meer last krijgt van brandend maagzuur als u gaat liggen. Als u met
overgewicht kampt of rookt, vergroot u uw kans op brandend maagzuur.
Wat kan ik doen om mijn symptomen te verlichten?

·
Gezonder eten en, pittig en vet eten en grote maaltijden voor het slapengaan vermijden.
·
Frisdrank, koffie, chocolade en alcohol vermijden.
·
Langzaam eten en kleinere porties nemen.
·
Proberen af te vallen.
·
Stoppen met roken.

Wanneer moet ik advies vragen of hulp zoeken?

·
Raadpleeg onmiddellijk een arts wanneer u pijn op de borst ervaart gepaard gaand met een licht
gevoel in het hoofd, zweten, duizeligheid of schouderpijn met kortademigheid..
·
Als u een van de symptomen ervaart die in rubriek 2 van deze bijsluiter zijn beschreven en de
bijsluiter u adviseert contact op te nemen met uw arts of apotheker.
·
Als u last hebt van een bijwerking die in rubriek 4 is beschreven, waarvoor medische zorg
vereist is.
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker

Nexium Control 20 mg maagsapresistente harde capsules
esomeprazol

Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw apotheker u dat
heeft verteld.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw apotheker.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Wordt uw klacht na 14 dagen niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met
uw arts.

Inhoud van deze bijsluiter
1. Wat is Nexium Control en waarvoor wordt dit middel ingenomen?
2. Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe neemt u dit middel in?
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u dit middel?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
- Verdere nuttige informatie
1.
Wat is Nexium Control en waarvoor wordt dit middel ingenomen?
Nexium Control bevat de actieve stof esomeprazol. Het behoort tot de geneesmiddelengroep genaamd
`protonpompremmers'. Deze middelen verminderen de hoeveelheid zuur die uw maag aanmaakt.
Dit geneesmiddel wordt gebruikt bij volwassenen voor de kortdurende behandeling van
refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend maagzuur en zure oprispingen).
Reflux is het terugvloeien van zuur uit de maag in de slokdarm, die kan ontstoken raken en pijnlijk
worden. Dit kan symptomen bij u veroorzaken zoals een pijnlijk gevoel op de borst tot aan uw keel
(brandend maagzuur) en een zure smaak in de mond (zure oprispingen).
Nexium is niet bedoeld om onmiddellijke verlichting te brengen. Het kan nodig zijn om de capsules
gedurende 2 tot 3 dagen op rij in te nemen voordat u zich beter voelt. Wordt uw klacht na 14 dagen
niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts.

2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?

· U bent allergisch voor één van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
· U bent allergisch voor geneesmiddelen die andere protonpompremmers bevatten (bijvoorbeeld
pantoprazol, lanzoprazol, rabeprazol of omeprazol).
· U gebruikt een geneesmiddel dat nelfinavir bevat (gebruikt voor de behandeling van hiv-infectie).
U mag dit geneesmiddel niet innemen als een van de bovenstaande situaties voor u geldt. Als u daar
niet zeker van bent, overleg dan met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel inneemt.

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts voordat u dit middel inneemt als:
·
u in het verleden een maagzweer of maagoperatie heeft gehad.
·
u een onderhoudsbehandeling voor reflux of brandend maagzuur heeft gehad gedurende
4 weken of langer.
·
u geelzucht (geelverkleuring van de huid of ogen) of ernstige leverproblemen heeft.
·
u ernstige nierproblemen heeft.
·
u ouder bent dan 55 jaar en nieuwe of recent gewijzigde refluxsymptomen heeft of als u elke
dag vrij verkrijgbare geneesmiddelen voor de spijsvertering nodig heeft.
·
u ooit een huidreactie kreeg na behandeling met een geneesmiddel vergelijkbaar met Nexium
Control dat de productie van maagzuur remt.
·
u binnenkort een endoscopie of ureum-ademtest moet ondergaan.
·
u binnenkort een specifieke bloedtest (Chromogranin A) moet ondergaan.
Overleg onmiddellijk met uw arts als een van de volgende symptomen, die een teken kunnen zijn van
een andere, ernstigere, ziekte, voor of na het innemen van dit geneesmiddel bij u optreden:
·
U verliest zonder enige aanleiding veel gewicht.
·
U heeft moeite met of pijn bij het slikken.
·
U krijgt maagpijn of spijsverteringsklachten, zoals misselijkheid, een vol gevoel, opgeblazen
gevoel, vooral na voedselinname.
·
U braakt voedsel of bloed, wat op donker koffiedik in uw braaksel kan lijken.
·
U heeft zwarte ontlasting (gestold bloed in de ontlasting).
·
U heeft ernstige of aanhoudende diarree; esomeprazol is in verband gebracht met een klein
verhoogd risico op infectieuze diarree.
·
Vertel het uw arts zo snel mogelijk als u huiduitslag krijgt, vooral op plekken die blootgesteld
worden aan zonlicht, aangezien u uw behandeling met Nexium Control mogelijk zal moeten
stopzetten. Denk eraan ook melding te maken van andere bijwerkingen zoals pijn in uw
gewrichten.
Raadpleeg onmiddellijk een arts wanneer u pijn op de borst ervaart gepaard gaand met een licht gevoel
in het hoofd, zweten, duizeligheid of schouderpijn met kortademigheid. Dit kan duiden op een ernstig
hartaandoening.
Geldt één van de bovenstaande situaties voor u (ook als u daar niet zeker van bent), overleg dit
onmiddellijk met uw arts.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Dit geneesmiddel mag niet gebruikt worden door kinderen en jongeren onder de 18 jaar.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Nexium Control nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat
dan uw arts of apotheker. De werking van deze geneesmiddelen zou door dit geneesmiddel namelijk
kunnen veranderen en andersom zouden deze geneesmiddelen ook de werking van Nexium Control
kunnen veranderen.
Neem dit geneesmiddel niet in als u ook een geneesmiddel gebruikt dat nelfinavir bevat (gebruikt voor
de behandeling van hiv-infectie).
Vertel het uw arts of apotheker zeker als u clopidogrel gebruikt (voor het voorkomen van
bloedproppen).
Neem dit geneesmiddel niet in combinatie met andere geneesmiddelen in die de hoeveelheid zuur dat
wordt aangemaakt in uw maag verlagen, zoals protonpompremmers (bijvoorbeeld pantoprazol,
lansoprazol, rabeprazol of omeprazol) of een H2-antagonist (bijvoorbeeld ranitidine of famotidine).
Indien nodig mag u dit geneesmiddel in combinatie met antacida (bijvoorbeeld magaldraat, alginezuur,
natriumbicarbonaat, aluminiumhydroxide, magnesiumcarbonaat of combinaties daarvan) gebruiken.
Vertel het uw arts of apotheker als u de volgende geneesmiddelen gebruikt:

·
Ketoconazol en itraconazol (gebruikt om schimmelinfecties te behandelen).
·
Voriconazol (gebruikt om schimmelinfecties te behandelen) en claritromycine (gebruikt om
infecties te behandelen). Uw arts kan uw dosis Nexium Control aanpassen als u ook ernstige
leverproblemen heeft en behandeld wordt voor een lange periode.
·
Erlotinib (gebruikt voor de behandeling van kanker).
·
Methotrexaat (gebruikt bij de behandeling van kanker en reumatische aandoeningen).
·
Digoxine (gebruikt bij hartproblemen).
·
Atazanavir, saquinavir (gebruikt voor de behandeling van hiv-infectie).
·
Citalopram, imipramine of clomipramine (gebruikt om depressie te behandelen).
·
Diazepam (gebruikt voor de behandeling van angst, om spieren te ontspannen of bij epilepsie).
·
Fenytoïne (gebruikt bij epilepsie).
·
Geneesmiddelen die gebruikt worden om uw bloed te verdunnen, zoals warfarine. Uw arts zal u
willen controleren als u begint of stopt met het innemen van Nexium Control.
·
Cilostazol (gebruikt bij de behandeling van `claudicatio intermittens' ­ een aandoening waarbij
u door onvoldoende doorbloeding in de beenspieren pijn heeft en moeite heeft met lopen).
·
Cisapride (gebruikt voor problemen met de spijsvertering en brandend maagzuur).
·
Rifampicine (gebruikt voor de behandeling van tuberculose).
·
Tacrolimus (gebruikt bij orgaantransplantatie).
·
Sint-janskruid (Hypericum perforatum) (gebruikt om depressie te behandelen).

Zwangerschap en borstvoeding
Als voorzorgsmaatregel, vermijd u bij voorkeur Nexium Control tijdens de zwangerschap. Neem dit
geneesmiddel niet in wanneer u borstvoeding geeft.
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Vraag uw
arts of apotheker om raad voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet waarschijnlijk dat Nexium Control invloed zal hebben op uw vermogen om een voertuig te
besturen of om machines te gebruiken. Maar bijwerkingen zoals duizeligheid en problemen met zien
kunnen soms voorkomen (zie rubriek 4). Wanneer dit voorkomt, moet u geen voertuig besturen of
machines gebruiken.


Nexium Control bevat sucrose, natrium en Allura red AC (E129).
Nexium Control bevat suikerbolletjes, welke sucrose bevatten, een soort suiker. Als uw arts u heeft
verteld dat u sommige suikers niet kunt verdragen, overleg dan met uw arts of apotheker voordat u dit
middel inneemt.
Nexium Control bevat minder dan 1 mmol natrium (23mg) per capsule, dat wil zeggen dat het in
wezen `natriumvrij' is.
Nexium Control bevat azokleurstof, Allura red AC (E129), die allergische reacties kan veroorzaken.

3.
Hoe neemt u dit middel in?
Neem dit geneesmiddel altijd precies in zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw arts of
apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of
apotheker.
Hoeveel moet u innemen?
·
De aanbevolen dosering is één capsule per dag.
·
Neem niet meer in dan deze aanbevolen dosering van één capsule (20 mg) per dag, ook al voelt
u geen onmiddellijke verlichting.
·
Het kan nodig zijn om de capsules gedurende 2 of 3 dagen op rij in te nemen voordat uw
refluxsymptomen (bijvoorbeeld brandend maagzuur en zure oprispingen) verminderen.
·
De duur van de behandeling is maximaal 14 dagen.
·
Wanneer u volledige verlichting heeft van de refluxsymptomen, stop dan met het innemen van
dit geneesmiddel.
·
Worden uw refluxsymptomen na inname gedurende 14 dagen op rij niet minder, of worden ze
zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts.
Als u aanhoudende of langdurige, vaak terugkerende symptomen heeft, zelfs na behandeling met dit
geneesmiddel, moet u contact opnemen met uw arts.
Gebruiksaanwijzing
·
U kunt uw capsule op ieder moment van de dag innemen met voedsel of op een lege maag.
·
Slik uw capsule in zijn geheel door met een half glas water. Kauw niet op de capsule en maak
de capsule niet fijn of open. Elke capsule bevat namelijk korreltjes met een beschermend laagje
dat het geneesmiddel beschermt tegen afbraak door het maagzuur. Het is daarom belangrijk om
de korreltjes niet te beschadigen.

Heeft u te veel van dit middel ingenomen?
Als u meer Nexium Control heeft ingenomen dan u zou mogen, raadpleeg dan onmiddellijk uw arts of
apotheker. U kunt symptomen zoals diarree, maagpijn, obstipatie (verstopping), misselijkheid of
braken en zwakte ervaren.


Bent u vergeten dit middel in te nemen?

Als u een dosis bent vergeten in te nemen, neem deze dan alsnog in zodra u eraan denkt, nog op
dezelfde dag. Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.

4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Stop met het innemen van Nexium Control en neem direct contact op met uw arts als bij u één
van de volgende ernstige bijwerkingen optreedt:
·
Plotseling piepende ademhaling, zwelling van uw lippen, tong en keel, huiduitslag, flauwvallen
of moeite met slikken (ernstige allergische reactie, zelden gezien).
·
Roodheid van de huid met blaarvorming of vervelling. Er kunnen ook ernstige blaren en
bloedingen optreden aan de lippen, ogen, mond, neus en geslachtsorganen. Dit zou het `Stevens-
Johnson-syndroom' of `toxische epidermale necrolyse' kunnen zijn, zeer zelden gezien.
·
Geelverkleuring van de huid, donkere urine en vermoeidheid, dit kunnen symptomen zijn van
leverproblemen, zelden gezien.

Overleg zo snel mogelijk met uw arts als u een van de volgende klachten van infectie opmerkt:
Dit geneesmiddel kan in zeer zeldzame gevallen de witte bloedcellen aantasten wat kan leiden tot een
tekortkoming in het immuunsysteem. Als u een infectie heeft met verschijnselen zoals koorts met een
ernstig verminderde algehele conditie of koorts met verschijnselen van een lokale infectie zoals
nekpijn, keelpijn of pijn in de mond of problemen met plassen, moet u zo snel mogelijk contact
opnemen met uw arts, zodat een tekort aan witte bloedcellen (agranulocytose) kan worden uitgesloten
via een bloedtest. Het is belangrijk dat u informatie geeft over de geneesmiddelen die u op dat moment
gebruikt.
Andere mogelijke bijwerkingen zijn:
Vaak (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 10 gebruikers)
·
Hoofdpijn.
·
Problemen met uw maag of darmen: diarree, maagpijn, obsstipatie, winderigheid (flatulentie).
·
Misselijkheid of overgeven (braken).
·
Benigne poliepen in de maag

Soms (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 100 gebruikers)
·
Opzwellen van de voeten en enkels.
·
Verstoorde slaap (slapeloosheid), slaperig gevoel.
·
Duizeligheid, tintelend gevoel waaronder slapende ledematen.
·
Draaierig gevoel (vertigo).
·
Droge mond.
·
Verhoogde leverenzymen in bloedtesten die meten hoe de lever werkt.
·
Huiduitslag, netelroos (bultjes) en jeuk.

Zelden (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 gebruikers)
·
Bloedziekten zoals een verlaagde hoeveelheid witte bloedcellen of bloedplaatjes. Dit kan
zwakte en blauwe plekken veroorzaken of kan het optreden van infecties verhogen.
·
Lage hoeveelheid natrium in het bloed. Dit kan zwakte, overgeven en kramp veroorzaken.
·
Gevoel van onrust, verwarring of neerslachtigheid.
·
Smaakveranderingen.
·
Gezichtsproblemen zoals wazig zien.
·
Plotseling gevoel van piepende ademhaling of kortademigheid (bronchospasmen).
·
Een ontsteking in de mondholte.
·
Een infectie `spruw' genoemd, die de darmen kan aantasten en veroorzaakt wordt door een
schimmel.
·
Haaruitval (alopecia).
·
Huiduitslag bij blootstelling aan zonlicht.
·
Gewrichtspijn (artralgie) of spierpijn (myalgie).
·
Algeheel gevoel van onwel zijn en futloosheid.
·
Toegenomen transpiratie.

Zeer zelden (kan voorkomen bij minder dan 1 op de 10.000 gebruikers)
·
Laag aantal van rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes (een aandoening die
pancytopenie wordt genoemd).
·
Agressie.
·
Het zien, voelen of horen van dingen die er niet zijn (hallucinaties).
·
Ernstige leverproblemen die kunnen leiden tot leverfalen en hersenontsteking.
·
Spierzwakte.
·
Ernstige nierproblemen.
·
Borstvorming bij mannen.

Niet bekend (frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
·
Laag magnesiumgehalte in het bloed. Dit kan zwakte, overgeven, kramp, trillen en
veranderingen in hartslag (aritmieën) veroorzaken. Als u zeer laag magnesiumgehalte heeft,
kunt u ook een laag calcium- of kaliumgehalte in het bloed hebben.
·
Ontsteking in de darmen (dit kan leiden tot diarree).
·
Huiduitslag, mogelijk met pijn in de gewrichten.

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en
fles na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 30ºC.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen vocht.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is esomeprazol. Elke maagsapresistente harde capsule bevat
20 mg esomeprazol (als magnesiumtrihydraat).
-
De andere stoffen in dit middel zijn glycerolmonostearaat 40-55, hydroxypropylcellulose,
hypromellose, magnesiumstearaat, methacrylzuur-ethylacrylaatcopolymeer (1:1), dispersie van
30%, polysorbaat 80, suikerbolletjes (sucrose en maïszetmeel), talk, triethy lcitraat, karmijn
(E120), indigokarmijn (E132), titaandioxide (E171), geel ijzeroxide (E172), erytrosine (E127),
allurarood AC (E129), povidon K-17, propyleenglycol, schellak, natriumhydroxide en gelatine
(zie rubriek 2, `Nexium Control bevat sucrose, natrium en allura red AC (E129)').

Hoe ziet Nexium Control eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Nexium Control 20 mg maagsapresistente harde capsules zijn ongeveer 11 x 5 mm capsules met een
doorzichtige romp en een amethist kapje met daarop in wit `NEXIUM 20 MG' gedrukt. De capsule
heeft een gele band in het midden en bevat gele en paarse maagsapresistente korreltjes.
Nexium Control is verkrijgbaar in hoge dichtheid polyethyleen (HDPE) flessen met een
inductieverzegelde afsluiting en een kindveilige sluiting. De fles bevat ook een afgesloten container
met silicagel als droogmiddel.
Elke verpakking bevat 1 of 2 flessen, elk met 14 maagsapresistente harde capsules.
Niet alle verpakingsgroottes worden in de handel gebracht.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
GlaxoSmithKline Dungarvan Limited, Knockbrack, Dungarvan, Co. Waterford, Ierland
Fabrikant
Pfizer Consumer Manufacturing Italy S.r.l., Via Nettunense, 90, 04011, Aprilia (LT), Italië
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien,Luxembourg/
Latvija
Luxemburg
GlaxoSmithKline Latvia SIA
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare s.a./n.v.
Tel: + 371 67312687
Tél/Tel: + 32 10858600
lv-epasts@gsk.com


Lietuva
GlaxoSmithKline Lietuva UAB
Te.: + 359 2 953 10 34
Tel: + 370 5 264 90 00
info.lt@gsk.com
Ceská republika
Magyarország
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Czech
GlaxoSmithKline-Consumer Kft.
Republic s.r.o.
Tel.: + 36 1 225 5800
Tel.: + 420 222 001 111
cz.info@gsk.com
Danmark
Nederland,
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare ApS
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare BV
Tel.: + 45 80 25 16 27
Tel: 800 4090005
scanda.consumer-relations @gsk.com
Info.nlch@gsk.com


Deutschland
Österreich ,
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare GmbH
GSK-Gebro Consumer Healthcare GmbH
& Co.KG.
Tel: +43 (0) 5354 563350
Tel.: + 49 (0) 800 6645626

Eesti
Norge
GlaxoSmithKline Eesti OÜ
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
Tel: + 372 6676 900
Tlf: + 47 80 05 86 30
estonia@gsk.com
scanda.consumer-relations @gsk.com


Polska
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Sp.z.o.o.
GSK CH ..
Tel: + 48 (0)22 576 96 00
. 274, 152 32,
.: 210 6882100

España
Portugal
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare, S.A.
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare ­
Tel: + 34 900 816 705
Produtos para a Saúde e Higiene, Lda.
Tel: 800 784 695
apoio.consumidor@gsk.com

France
România
GlaxoSmithKline Santé Grand Public
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare S.R.L
Tél. : + 33 (0)1 39 17 60 07
Tel: + 40 21 302 8 208

Hrvatsk
Slovenija
GlaxoSmithKline d.o.o.
GSK d.o.o., Ljubljana
Tel:+385 1 6051 999
Tel: + 386 (0)1 280 25 00

Ireland, Malta
Slovenská republika
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare Slovakia
(Ireland) Limited
s.r.o.
Tel.: 800 441 442
Tel: + 421 248 261 111
cz.info@gsk.com

Ísland
Suomi/Finland
Vistor hf. GlaxoSmithKline ehf.
GlaxoSmithKline Oy
Sími: + 354 535 700
Consumer Healthcare
Puh/Tel: 080 077 40 80
scanda.consumer-relations @gsk.com
Italia
Sverige
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare S.r.l.
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare
Tel.: + 39 02 38062020
Tel: 020-100579
scanda.consumer-relations @gsk.com


United Kingdom (Northern Ireland)
C. A. Papaellinas Ltd,
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare (UK)
.. 24018, 1700
Trading Limited
T. +357 22 741 741
Tel.: 0800 783 8881


Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
VERDERE NUTTIGE INFORMATIE
Wat zijn de symptomen van brandend maagzuur?
De normale symptomen van reflux zijn een pijnlijk gevoel in de borstkas dat naar uw keel omhoog
komt (brandend maagzuur) en een zure smaak in de mond (zure oprispingen).

Waarom krijgt u deze symptomen?

Brandend maagzuur kan het gevolg zijn van teveel eten, vet eten, te snel eten of het drinken van veel
alcohol. U kunt ook merken dat u meer last krijgt van brandend maagzuur als u gaat liggen. Als u met
overgewicht kampt of rookt, vergroot u uw kans op brandend maagzuur.
Wat kan ik doen om mijn symptomen te verlichten?

·
Gezonder eten en, pittig en vet eten en grote maaltijden voor het slapengaan vermijden.
·
Frisdrank, koffie, chocolade en alcohol vermijden.
·
Langzaam eten en kleinere porties nemen.
·
Proberen af te vallen.
·
Stoppen met roken.

Wanneer moet ik advies vragen of hulp zoeken?

·
Raadpleeg onmiddellijk een arts wanneer u pijn op de borst ervaart gepaard gaand met een licht
gevoel in het hoofd, zweten, duizeligheid of schouderpijn met kortademigheid..
·
Als u een van de symptomen ervaart die in rubriek 2 van deze bijsluiter zijn beschreven en de
bijsluiter u adviseert contact op te nemen met uw arts of apotheker.
·
Als u last hebt van een bijwerking die in rubriek 4 is beschreven, waarvoor medische zorg
vereist is.

Heb je dit medicijn gebruikt? Nexium Control 20 mg te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Nexium Control 20 mg te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Nexium Control 20 mg

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG