Cosentyx 150 mg

BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke voorgevulde spuit bevat 75 mg secukinumab in 0,5 ml.
Secukinumab is een recombinant, volledig humaan, monoklonaal antilichaam geproduceerd in
ovariumcellen van de Chinese hamster (Chinese
Hamster Ovary,
CHO).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectievloeistof)
De oplossing is helder en kleurloos tot enigszins geel.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige plaque psoriasis bij kinderen en
adolescenten vanaf 6 jaar die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Enthesitis‑gerelateerde artritis (ERA)
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve enthesitis‑gerelateerde artritis bij patiënten van 6 jaar en ouder bij wie de ziekte onvoldoende
heeft gereageerd op conventionele therapie of die de conventionele therapie niet kunnen verdragen (zie
rubriek 5.1).
Juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve juveniele arthritis psoriatica bij patiënten van 6 jaar en ouder bij wie de ziekte onvoldoende
heeft gereageerd op conventionele therapie of die de conventionele therapie niet kunnen verdragen (zie
rubriek 5.1).
2
4.2
Dosering en wijze van toediening
Cosentyx is bedoeld voor gebruik onder begeleiding en toezicht van een arts met ervaring op het
gebied van diagnostiek en behandeling van de aandoeningen waarvoor Cosentyx is geïndiceerd.
Dosering
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten (adolescenten en kinderen vanaf 6 jaar)
De aanbevolen dosis is gebaseerd op lichaamsgewicht (tabel 1) en wordt toegediend door middel van
subcutane injectie met initiële toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse
onderhoudsdosering. Elke dosis van 75 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 75 mg. Elke
dosis van 150 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 150 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als één subcutane injectie van 300 mg of twee subcutane injecties van 150 mg.
Tabel 1
Aanbevolen dosis voor plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Aanbevolen dosis
75 mg
75 mg
150 mg (*mag verhoogd worden
≥50 kg
tot 300 mg)
*Sommige patiënten kunnen bijkomend voordeel hebben van de hogere dosis.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Enthesitis‑gerelateerde artritis (ERA) en juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
De aanbevolen dosis is gebaseerd op het lichaamsgewicht (tabel 2) en wordt via subcutane injectie
toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Elke dosis van
75 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 75 mg. Elke dosis van 150 mg wordt gegeven als
één subcutane injectie van 150 mg.
Tabel 2
Aanbevolen dosis voor juveniele idiopathische artritis
Aanbevolen dosis
75 mg
150 mg
Lichaamsgewicht op het moment van toediening
<25 kg
25 tot <50 kg
Lichaamsgewicht op het moment van toediening
<50 kg
≥50 kg
Cosentyx is mogelijk beschikbaar in andere sterktes en/of presentaties afhankelijk van de individuele
behandelingsbehoeften.
Voor alle bovengenoemde indicaties wijzen de beschikbare gegevens erop dat een klinische respons
gewoonlijk binnen 16 weken behandeling wordt bereikt. Er moet worden overwogen de behandeling
te staken bij patiënten die na 16 weken behandeling geen respons hebben vertoond. Bij sommige
patiënten met een aanvankelijke partiële respons kan vervolgens verbetering optreden wanneer de
behandeling na 16 weken wordt voortgezet.
De veiligheid en werkzaamheid van Cosentyx bij kinderen met plaque psoriasis en in twee categorieën
van juveniele idiopathische artritis (JIA), ERA en JPsA, jonger dan 6 jaar zijn niet vastgesteld.
De veiligheid en werkzaamheid van Cosentyx bij kinderen jonger dan 18 jaar voor andere indicaties
zijn niet vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
3
Speciale populaties
Nierfunctiestoornis / leverfunctiestoornis
Cosentyx is niet in deze patiëntenpopulaties onderzocht. Er kan geen dosering worden aanbevolen.
Wijze van toediening
Cosentyx moet worden toegediend door middel van subcutane injectie. Indien mogelijk moeten delen
van de huid met psoriasis als injectieplaats worden vermeden. De spuit niet schudden.
Na voldoende training van de subcutane injectietechniek kunnen patiënten Cosentyx zelf injecteren of
geïnjecteerd worden door een verzorger als een arts vaststelt dat de patiënt hiervoor in aanmerking
komt. De arts moet echter zorgen voor een adequate follow-up van de patiënten. Patiënten of
verzorgers moeten worden geïnstrueerd om de volledige hoeveelheid Cosentyx te injecteren volgens
de instructies in de bijsluiter. De bijsluiter bevat uitgebreide instructies voor toediening.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Actieve infectie van klinische betekenis, bijv. actieve tuberculose (zie rubriek 4.4).
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren, moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Infecties
Secukinumab heeft de potentie om het risico op infecties te verhogen. Ernstige infecties zijn
waargenomen bij patiënten die secukinumab kregen in de postmarketingsetting. Voorzichtigheid is
geboden wanneer het gebruik van secukinumab wordt overwogen bij patiënten met een chronische
infectie of een voorgeschiedenis van recidiverende infectie.
Patiënten moeten worden geïnstrueerd een arts te raadplegen in geval van klachten en verschijnselen
die duiden op een infectie. Als een patiënt een ernstige infectie ontwikkelt, moet de patiënt
nauwlettend worden gemonitord en mag secukinumab pas weer worden toegediend zodra de infectie is
verdwenen.
In klinische onderzoeken zijn bij patiënten die secukinumab kregen infecties waargenomen (zie
rubriek 4.8). De meeste hiervan waren lichte tot matige bovensteluchtweginfecties, zoals
nasofaryngitis, en vereisten geen stopzetting van de behandeling.
Gerelateerd aan het werkingsmechanisme van secukinumab werden in de klinische
psoriasisonderzoeken voor secukinumab vaker niet-ernstige mucocutane candida-infecties gemeld dan
voor placebo (3,55 per 100 patiëntjaren voor secukinumab 300 mg versus 1,00 per 100 patiëntjaren
voor placebo) (zie rubriek 4.8).
In klinische onderzoeken is geen verhoogde gevoeligheid voor tuberculose gemeld. Secukinumab mag
echter niet worden gegeven aan patiënten met actieve tuberculose. Bij patiënten met latente
tuberculose moet voorafgaand aan de start van een behandeling met secukinumab
antituberculosetherapie worden overwogen.
4
Inflammatoire darmziekte (waaronder de ziekte van Crohn en ulceratieve colitis)
Nieuwe gevallen of exacerbaties van inflammatoire darmziekte zijn gemeld met secukinumab (zie
rubriek 4.8). Secukinumab wordt niet aanbevolen bij patiënten met inflammatoire darmziekte. Als een
patiënt klachten of verschijnselen vertoont van inflammatoire darmziekte of een exacerbatie ervaart
van een voorafbestaande inflammatoire darmziekte, moet secukinumab worden gestaakt en moet een
passende medische behandeling worden opgestart.
Overgevoeligheidsreacties
In klinische onderzoeken zijn zeldzame gevallen van anafylactische reacties waargenomen bij
patiënten die secukinumab kregen. Als anafylactische of andere ernstige allergische reacties zich
voordoen, moet de toediening van secukinumab onmiddellijk worden gestaakt en moet een passende
behandeling worden ingesteld.
Personen met latexgevoeligheid
De verwijderbare naalddop van Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
bevat een derivaat van natuurlijk rubberlatex. Er is tot op heden in de verwijderbare naalddop geen
natuurlijk rubberlatex gedetecteerd. Desalniettemin is het gebruik van Cosentyx 75 mg oplossing voor
injectie in een voorgevulde spuit bij latexgevoelige personen niet onderzocht en daarom bestaat er een
potentieel risico op overgevoeligheidsreacties dat niet volledig kan worden uitgesloten.
Vaccinaties
Levende vaccins mogen niet gelijktijdig met secukinumab worden toegediend.
Aan patiënten die secukinumab krijgen, mogen gelijktijdig geïnactiveerde of niet-levende vaccins
worden toegediend. In een onderzoek bereikte na
meningokokken-
en geïnactiveerde
influenza-
vaccinaties een vergelijkbaar deel van de met 150 mg secukinumab en van de met placebo behandelde
gezonde vrijwilligers een adequate immuunrespons van ten minste een 4-voudige toename van de
antilichaamtiters tegen
meningokokken-
en
influenza-vaccins.
De gegevens duiden erop dat
secukinumab de humorale immuunrespons op de
meningokokken-
of
influenza-vaccins
niet
onderdrukt.
Voordat de behandeling met Cosentyx wordt opgestart, wordt het aanbevolen om pediatrische
patiënten alle voor de desbetreffende leeftijd toepasselijke immunisaties in lijn met de huidige
immunisatierichtlijnen te geven.
Gelijktijdige behandeling met immunosuppressiva
In onderzoeken naar psoriasis zijn de veiligheid en werkzaamheid van secukinumab in combinatie met
immunosuppressiva, waaronder biologicals, of fototherapie niet beoordeeld. Secukinumab werd
gelijktijdig toegediend met methotrexaat (MTX), sulfasalazine en/of corticosteroïden tijdens
onderzoeken naar artritis (evenals bij patiënten met arthritis psoriatica en spondylitis ankylopoetica).
Voorzichtigheid is geboden wanneer gelijktijdig gebruik van andere immunosuppresiva en
secukinumab wordt overwogen (zie ook rubriek 4.5).
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Levende vaccins mogen niet gelijktijdig met secukinumab worden toegediend (zie ook rubriek 4.4).
In een onderzoek bij volwassen patiënten met plaque psoriasis werd er geen interactie waargenomen
tussen secukinumab en midazolam (CYP3A4-substraat).
5
In onderzoeken naar artritis (waaronder bij patiënten met arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis)
werd geen interactie waargenomen wanneer secukinumab gelijktijdig werd toegediend met
methotrexaat (MTX) en/of corticosteroïden.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Vrouwen die zwanger kunnen worden
Vrouwen die zwanger kunnen worden, moeten effectieve anticonceptie gebruiken tijdens de
behandeling en gedurende ten minste 20 weken na de behandeling.
Zwangerschap
Er zijn onvoldoende gegevens over het gebruik van secukinumab bij zwangere vrouwen. De resultaten
van dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat betreft
reproductietoxiciteit (zie rubriek 5.3). Uit voorzorg heeft het de voorkeur het gebruik van Cosentyx te
vermijden tijdens de zwangerschap.
Borstvoeding
Het is niet bekend of secukinumab in de moedermelk wordt uitgescheiden. Immunoglobulinen worden
in de moedermelk uitgescheiden en het is niet bekend of secukinumab na het inslikken systemisch
wordt geabsorbeerd. Vanwege het risico op bijwerkingen van secukinumab bij met moedermelk
gevoede zuigelingen moet worden besloten of borstvoeding tijdens de behandeling en tot 20 weken na
de behandeling moet worden gestaakt of dat behandeling met Cosentyx moet worden gestaakt, waarbij
het voordeel van borstvoeding voor het kind en het voordeel van behandeling voor de vrouw in
overweging moeten worden genomen.
Vruchtbaarheid
Het effect van secukinumab op de vruchtbaarheid bij mensen is niet beoordeeld. De resultaten van
dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat betreft de vruchtbaarheid.
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Cosentyx heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om
machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn bovensteluchtweginfecties (17,7%) (het meest nasofaryngitis,
rinitis).
Bijwerkingen weergegeven in tabelvorm
Bijwerkingen uit klinische onderzoeken en tevens uit postmarketingmeldingen (tabel 3) staan vermeld
volgens MedDRA systeem/orgaanklasse. Binnen elke systeem/orgaanklasse zijn de bijwerkingen
gerangschikt aan de hand van de frequentie, met de meest voorkomende eerst. Binnen elke
frequentiecategorie zijn de bijwerkingen weergegeven in volgorde van afnemende ernst. Daarnaast is
de bijbehorende frequentiecategorie voor elke bijwerking gebaseerd op de volgende afspraak: zeer
vaak (≥1/10); vaak (≥1/100, <1/10); soms (≥1/1.000, <1/100); zelden (≥1/10.000, <1/1.000); zeer
zelden (<1/10.000); en niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald).
6
In klinische geblindeerde en open-label onderzoeken met betrekking tot diverse indicaties (plaque
psoriasis, arthritis psoriatica, axiale spondyloartritis en andere auto-immuunaandoeningen) zijn meer
dan 18.000 patiënten behandeld met secukinumab; dit vertegenwoordigt 30.565 patiëntjaren aan
blootstelling. Van deze patiënten werden er meer dan 11.700 ten minste één jaar aan secukinumab
blootgesteld. Het veiligheidsprofiel van secukinumab is consistent binnen alle indicaties.
Tabel 3
Overzicht van bijwerkingen in klinische onderzoeken
1)
en postmarketingervaring
Frequentie
Zeer vaak
Vaak
Soms
Bijwerking
Bovensteluchtweginfecties
Orale herpes
Tinea pedis
Orale candidiasis
Otitis externa
Ondersteluchtweginfecties
Mucosale en cutane candidiasis (waaronder
oesofageale candidiasis)
Neutropenie
Anafylactische reacties
Hoofdpijn
Conjunctivitis
Rinorroe
Diarree
Misselijkheid
Inflammatoire darmziekte
Urticaria
Dyshidrotisch eczeem
Exfoliatieve dermatitis
2)
Overgevoeligheidsvasculitis
Vermoeidheid
Systeem/orgaanklasse
Infecties en parasitaire
aandoeningen
Niet bekend
Bloed- en
lymfestelselaandoeningen
Immuunsysteemaandoeningen
Zenuwstelselaandoeningen
Oogaandoeningen
Ademhalingsstelsel-, borstkas-
en mediastinumaandoeningen
Maagdarmstelselaandoeningen
Soms
Zelden
Vaak
Soms
Vaak
Vaak
Vaak
Soms
Soms
Zelden
Huid- en
onderhuidaandoeningen
Algemene aandoeningen en
Vaak
toedieningsplaatsstoornissen
1)
Placebogecontroleerde klinische onderzoeken (fase III) bij patiënten met plaque psoriasis, PsA,
AS en nr-axSpA die werden blootgesteld aan 300 mg, 150 mg, 75 mg of placebo gedurende
maximaal 12 weken (psoriasis) of 16 weken (PsA, AS en nr-axSpA) behandeling.
2)
Er werden gevallen gemeld bij patiënten met de diagnose psoriasis.
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Infecties
In de placebogecontroleerde periode van klinische onderzoeken naar plaque psoriasis (in totaal werden
1.382 patiënten behandeld met secukinumab en 694 patiënten behandeld met placebo gedurende
maximaal 12 weken) werden bij 28,7% van de met secukinumab behandelde patiënten infecties
gemeld, vergeleken met 18,9% van de met placebo behandelde patiënten. De meeste infecties waren
niet-ernstige bovensteluchtweginfecties en licht tot matig van aard, zoals nasofaryngitis, waardoor het
staken van de behandeling niet noodzakelijk was. Er was een toename van mucosale of cutane
candidiasis, overeenkomend met het werkingsmechanisme, maar de gevallen waren licht of matig van
aard, niet-ernstig, reageerden op standaardbehandeling en vereisten geen stopzetting van de
behandeling. Ernstige infecties deden zich voor bij 0,14% van de met secukinumab behandelde
patiënten en bij 0,3% van de met placebo behandelde patiënten (zie rubriek 4.4).
Gedurende de gehele behandelperiode (in totaal werden 3.430 patiënten behandeld met secukinumab
gedurende maximaal 52 weken voor de meeste patiënten) werden infecties gemeld bij 47,5% van de
met secukinumab behandelde patiënten (0,9 per patiëntjaar van follow-up). Ernstige infecties werden
gemeld bij 1,2% van de met secukinumab behandelde patiënten (0,015 per patiëntjaar van follow-up).
7
De infectiepercentages die werden waargenomen in klinische onderzoeken naar arthritis psoriatica en
axiale spondyloartritis (spondylitis ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis)
waren vergelijkbaar met die waargenomen in de onderzoeken naar psoriasis.
Neutropenie
In klinische fase III-onderzoeken naar psoriasis werd neutropenie met secukinumab vaker
waargenomen dan met placebo, maar de meeste gevallen waren licht, tijdelijk en reversibel van aard.
Neutropenie <1,0-0,5x10
9
/l (CTCAE graad 3) werd gemeld bij 18 van de 3.430 patiënten (0,5%) die
werden behandeld met secukinumab, waarbij in 15 van de 18 gevallen geen sprake was van
dosisafhankelijkheid en een tijdsgebonden verband met infecties. Er zijn geen gevallen van ernstiger
neutropenie gemeld. In de overige 3 gevallen werden niet-ernstige infecties gemeld, met een normale
respons op standaardzorg, die geen stopzetting van de behandeling met secukinumab vereisten.
De frequentie van neutropenie bij arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis
ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis) was vergelijkbaar met die bij psoriasis.
Zeldzame gevallen van neutropenie <0,5x10
9
/l (CTCAE graad 4) werden gemeld.
Overgevoeligheidsreacties
In klinische onderzoeken werden urticaria en zeldzame gevallen van anafylactische reactie op
secukinumab waargenomen (zie ook rubriek 4.4).
Immunogeniciteit
In klinische onderzoeken naar psoriasis, arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis
ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis) ontwikkelde minder dan 1% van de
met secukinumab behandelde patiënten antilichamen tegen secukinumab bij maximaal 52 weken
behandeling. Ongeveer de helft van de tijdens de behandeling gevormde antilichamen tegen het
geneesmiddel waren neutraliserende antilichamen, maar dit ging niet gepaard met verlies van
werkzaamheid of met farmacokinetische afwijkingen.
Pediatrische patiënten
Bijwerkingen bij pediatrische patiënten met plaque psoriasis vanaf 6 jaar
De veiligheid van secukinumab werd beoordeeld in twee fase III-onderzoeken bij pediatrische
patiënten met plaque psoriasis. Het eerste onderzoek (pediatrisch onderzoek 1) was een dubbelblind,
placebo-gecontroleerd onderzoek met 162 patiënten van 6 jaar tot 18 jaar met ernstige plaque
psoriasis. Het tweede onderzoek (pediatrisch onderzoek 2) was een open-label onderzoek met
84 patiënten van 6 jaar tot 18 jaar met matige tot ernstige plaque psoriasis. Het veiligheidsprofiel in
beide onderzoeken was consistent met het veiligheidsprofiel gemeld bij volwassen patiënten met
plaque psoriasis.
Bijwerkingen bij pediatrische patiënten met JIA
De veiligheid van secukinumab werd ook beoordeeld in een fase III-onderzoek bij 86 JIA-patiënten
met ERA en JPsA van 2 tot <18 jaar oud. Het veiligheidsprofiel dat in dit onderzoek werd
gerapporteerd, kwam overeen met het veiligheidsprofiel dat bij volwassen patiënten werd
gerapporteerd.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
8
4.9
Overdosering
In klinische onderzoeken zijn doses tot maximaal 30 mg/kg (ongeveer 2.000 tot 3.000 mg) intraveneus
toegediend zonder dosisbeperkende toxiciteit. In geval van overdosering wordt aanbevolen de patiënt
te monitoren op klachten en verschijnselen van bijwerkingen en onmiddellijk een passende
symptomatische behandeling in te stellen.
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Immunosuppressiva, interleukineremmers, ATC-code: L04AC10
Werkingsmechanisme
Secukinumab is een volledig humaan IgG1/κ-monoklonaal antilichaam dat selectief bindt aan de pro-
inflammatoire cytokine interleukine-17A (IL-17A) en deze neutraliseert. Secukinumab is gericht tegen
IL-17A en remt de interactie ervan met de IL-17-receptor; deze receptor komt op diverse celtypen tot
expressie, waaronder keratinocyten. Hierdoor remt secukinumab de afgifte van pro-inflammatoire
cytokines, chemokinen en mediatoren van weefselbeschadiging en vermindert het de
IL-17A-gemedieerde bijdragen aan auto-immuunaandoeningen en inflammatoire ziekten. Klinisch
relevante hoeveelheden secukinumab bereiken de huid en verlagen de lokale inflammatoire markers.
Het directe gevolg van behandeling met secukinumab is een afname van erytheem, verharding en
schilfering die aanwezig zijn in de laesies van plaque psoriasis.
IL-17A is een van nature voorkomende cytokine die betrokken is bij normale ontstekings- en
immuunreacties. IL-17A speelt een sleutelrol bij de pathogenese van plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis), en wordt bij patiënten met plaque psoriasis wel in de huidlaesies maar niet in niet-
aangedane huid opgereguleerd en bij patiënten met arthritis psoriatica in het synoviale weefsel. Het
aantal IL-17-producerende cellen was ook significant hoger in het subchondrale beenmerg van
facetgewrichten van patiënten met spondylitis ankylopoetica. Verhoogde aantallen IL-17A-
producerende lymfocyten werden tevens gevonden bij patiënten met niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis. Van inhibitie van IL-17A werd aangetoond dat het effectief is in de behandeling van
spondylitis ankylopoetica, en daarmee werd de sleutelrol van dit cytokine in axiale spondyloartritis
vastgesteld.
Farmacodynamische effecten
In eerste instantie stijgen de serumspiegels van totaal IL-17A (vrij en aan secukinumab gebonden
IL-17A) bij patiënten die secukinumab krijgen toegediend. Hierna volgt een langzame daling door de
verminderde klaring van aan secukinumab gebonden IL-17A; dit wijst erop dat secukinumab selectief
vrij IL-17A, dat een belangrijke rol speelt bij de pathogenese van plaque psoriasis, wegvangt.
In een onderzoek met secukinumab werd na één tot twee weken behandeling een significante afname
waargenomen van infiltrerende epidermale neutrofielen en diverse met neutrofielen geassocieerde
markers die in huidlaesies van patiënten met plaque psoriasis verhoogd zijn.
Het is aangetoond dat secukinumab de gehaltes C-reactief proteïne, een ontstekingsmarker, verlaagt
(binnen 1 tot 2 weken behandeling).
9
Klinische werkzaamheid en veiligheid
Plaque psoriasis bij volwassen patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld in vier gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde fase III-onderzoeken bij patiënten met matige tot ernstige plaque
psoriasis die in aanmerking kwamen voor fototherapie of systemische behandeling [ERASURE,
FIXTURE, FEATURE, JUNCTURE]. De werkzaamheid en veiligheid van secukinumab 150 mg en
300 mg werden beoordeeld versus placebo of etanercept. Daarnaast werd in één onderzoek een
chronisch behandelingsregime beoordeeld versus een “herbehandeling indien nodig”-regime
[SCULPTURE].
Van de 2.403 patiënten die in de placebogecontroleerde onderzoeken werden opgenomen, was 79%
naïef voor biologicals, was bij 45% sprake van falen van non-biologicals en bij 8% van falen van
biologicals (bij 6% falen van anti-TNF en bij 2% van anti-p40). Circa 15 tot 25% van de patiënten in
de fase III-onderzoeken had bij aanvang arthritis psoriatica (PsA).
In psoriasisonderzoek 1 (ERASURE) werden 738 patiënten bestudeerd. De naar secukinumab
gerandomiseerde patiënten kregen doses van 150 mg of 300 mg in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijks dezelfde dosis. In psoriasisonderzoek 2 (FIXTURE) werden 1.306 patiënten beoordeeld.
De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen doses van 150 mg of 300 mg in week 0, 1, 2,
3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis. Patiënten gerandomiseerd naar etanercept kregen
tweemaal per week doses van 50 mg toegediend gedurende 12 weken gevolgd door wekelijks 50 mg.
In zowel onderzoek 1 als onderzoek 2 werden patiënten die naar placebo waren gerandomiseerd en bij
week 12 geen respons vertoonden, overgezet op secukinumab (150 mg of 300 mg) in week 12, 13, 14
en 15, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis te beginnen in week 16. Alle patiënten werden na de
eerste toediening van de onderzoeksbehandeling gedurende maximaal 52 weken gevolgd.
In psoriasisonderzoek 3 (FEATURE) werden 177 patiënten die een voorgevulde spuit gebruikten na
12 weken behandeling beoordeeld en vergeleken met placebo wat betreft veiligheid, verdraagbaarheid
en haalbaarheid van zelftoediening van secukinumab met de voorgevulde spuit. In
psoriasisonderzoek 4 (JUNCTURE) werden 182 patiënten die een voorgevulde pen gebruikten na
12 weken behandeling beoordeeld en vergeleken met placebo wat betreft veiligheid, verdraagbaarheid
en haalbaarheid van zelftoediening van secukinumab met de voorgevulde pen. In zowel onderzoek 3
als onderzoek 4 kregen de naar secukinumab gerandomiseerde patiënten doses van 150 mg of 300 mg
in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde. Er werden ook patiënten gerandomiseerd
naar placebo die zij kregen toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde
dosis.
In psoriasisonderzoek 5 (SCULPTURE) werden 966 patiënten beoordeeld. Alle patiënten kregen
doses secukinumab van 150 mg of 300 mg in week 0, 1, 2, 3, 4, 8 en 12 en werden vervolgens
gerandomiseerd naar ofwel een onderhoudsregime met maandelijks dezelfde dosis te beginnen in
week 12, of een “herbehandeling indien nodig”-regime met dezelfde dosis. Patiënten gerandomiseerd
naar “herbehandeling indien nodig” behielden geen voldoende respons en daarom wordt een regime
met een vaste maandelijkse onderhoudsdosis aanbevolen.
De co-primaire eindpunten in de placebo- en actief-gecontroleerde onderzoeken waren het percentage
patiënten dat een PASI 75-respons bereikte en een IGA mod 2011-respons “gaaf” of “bijna gaaf”
versus placebo in week 12 (zie tabel 4 en 5). De 300 mg-dosis resulteerde in een verbetering van de
huid met name van “gave” of “bijna gave” huid voor de werkzaamheidseindpunten PASI 90,
PASI 100 en IGA mod 2011 0- of 1-respons voor alle onderzoeken met een maximaal effect in
week 16; daarom wordt deze dosis aanbevolen.
10
Tabel 4
Samenvatting van PASI 50/75/90/100 & IGA⃰ mod 2011 klinische respons “gaaf”
of “bijna gaaf” in de psoriasisonderzoeken 1, 3 en 4 (ERASURE, FEATURE en
JUNCTURE)
Week 12
150 mg
300 mg
244
203
(83,5%)
174
(71,6%)**
95
(39,1%)**
31
(12,8%)
125
(51,2%)**
245
222
(90,6%)
200
(81,6%)**
145
(59,2%)**
70
(28,6%)
160
(65,3%)**
Placebo
Onderzoek 1
Aantal patiënten
PASI 50-respons n (%)
PASI 75-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
PASI 100-respons n (%)
IGA mod 2011-respons
“gaaf” of “bijna gaaf”
n (%)
Onderzoek 3
Aantal patiënten
PASI 50-respons n (%)
PASI 75-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
PASI 100-respons n (%)
IGA mod 2011-respons
“gaaf” of “bijna gaaf”
n (%)
Onderzoek 4
Aantal patiënten
PASI 50-respons n (%)
PASI 75-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
PASI 100-respons n (%)
246
22
(8,9%)
11
(4,5%)
3 (1,2%)
2 (0,8%)
6
(2,40%)
Week 16
150 mg 300 mg
244
212
(87,2%)
188
(77,4%)
130
(53,5%)
51
(21,0%)
142
(58,2%)
245
224
(91,4%)
211
(86,1%)
171
(69,8%)
102
(41,6%)
180
(73,5%)
Week 52
150 mg
300 mg
244
187
(77%)
146
(60,1%)
88
(36,2%)
49
(20,2%)
101
(41,4%)
245
207
(84,5%)
182
(74,3%)
147
(60,0%)
96
(39,2%)
148
(60,4%)
59
3 (5,1%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
59
51
(86,4%)
41
(69,5%)**
27
(45,8%)
5
(8,5%)
31
(52,5%)**
58
51
(87,9%)
44
(75,9%)**
35
(60,3%)
25
(43,1%)
40
(69,0%)**
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
61
5 (8,2%)
2 (3,3%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
-
-
-
-
IGA mod 2011-respons
“gaaf” of “bijna gaaf”
n (%)
* De IGA mod 2011 is een schaal met 5 categorieën, te weten “0 = gaaf”, “1 = bijna gaaf”, “2 = licht”, “3 =
matig” of “4 = ernstig”, die de algehele beoordeling van de arts weergeeft van de ernst van psoriasis met de
nadruk op verharding, erytheem en schilfering. Bij het behandelsucces “gaaf” of “bijna gaaf” waren er geen
verschijnselen van psoriasis of normale tot roze verkleuring van de laesies, geen verdikking van de plaque
en geen tot minimale focale schilfering.
** p-waarden versus placebo en gecorrigeerd voor multipliciteit: p<0,0001.
60
48
(80,0%)
43
(71,7%)**
24
(40,0%)
10
(16,7%)
32
(53,3%)**
60
58
(96,7%)
52
(86,7%)**
33
(55,0%)
16
(26,7%)
44
(73,3%)**
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
11
Tabel 5
Samenvatting van de klinische respons in psoriasisonderzoek 2 (FIXTURE)
Placebo
324
49
(15,1%)
16
(4,9%)
5 (1,5%)
Week 12
150 mg
300 mg
327
323
266
(81,3%)
219
(67,0%)
**
137
(41,9%)
47
(14,4%)
167
(51,1%)
**
296
(91,6%)
249
(77,1%)
**
175
(54,2%)
78
(24,1%)
202
(62,5%)
**
Etanercept
323
226
(70,0%)
142
(44,0%)
67 (20,7%)
150 mg
327
290
(88,7%)
247
(75,5%)
176
(53,8%)
84
(25,7%)
200
(61,2%)
Week 16
300 mg
Etanercept
323
323
302
(93,5%)
280
(86,7%)
234
(72,4%)
119
(36,8%)
244
(75,5%)
257 (79,6%)
150 mg
327
249
(76,1%)
215
(65,7%)
147
(45,0%)
65
(19,9%)
168
(51,4%)
Week 52
300 mg
Etanercept
323
323
274
(84,8%)
254
(78,6%)
210
(65,0%)
117
(36,2%)
219
(67,8%)
234 (72,4%)
Aantal
patiënten
PASI 50-
respons n
(%)
PASI 75-
respons n
(%)
PASI 90-
respons n
(%)
PASI 100-
respons n
(%)
IGA mod
2011-respons
“gaaf” of
“bijna gaaf”
n (%)
189 (58,5%)
179 (55,4%)
101 (31,3%)
108 (33,4%)
0 (0%)
14 (4,3%)
24 (7,4%)
32 (9,9%)
9 (2,8%)
88 (27,2%)
127 (39,3%)
120 (37,2%)
** p-waarden versus etanercept: p=0,0250
In een additioneel psoriasisonderzoek (CLEAR) werden 676 patiënten beoordeeld. Secukinumab
300 mg bereikte de primaire en secundaire eindpunten door superioriteit aan te tonen ten opzichte van
ustekinumab gebaseerd op de PASI 90-respons in week 16 (primaire eindpunt), de snel intredende
PASI 75-respons in week 4 en de langetermijn PASI 90-respons in week 52. Een grotere effectiviteit
van secukinumab vergeleken met ustekinumab werd vroeg waargenomen voor de eindpunten
PASI 75/90/100 en IGA mod 2011 0- of 1-respons (“gaaf” of “bijna gaaf”) en zette zich voort tot
week 52.
Tabel 6
Samenvatting van de klinische respons in het CLEAR-onderzoek
Week 4
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
334
335
166 (49,7%)** 69 (20,6%)
Week 16
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
334
335
311 (93,1%)
276 (82,4%)
Week 52
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
334
335
306 (91,6%)
262 (78,2%)
Aantal patiënten
PASI 75-
respons n (%)
PASI 90-
70 (21,0%)
18 (5,4%)
264 (79,0%)**
192 (57,3%)
250
203 (60,6%)
respons n (%)
(74,9%)***
PASI 100-
14 (4,2%)
3 (0,9%)
148 (44,3%)
95 (28,4%)
150 (44,9%)
123 (36,7%)
respons n (%)
IGA mod 2011-
128 (38,3%)
41 (12,2%)
278 (83,2%)
226 (67,5%)
261 (78,1%)
213 (63,6%)
respons “gaaf”
of “bijna gaaf”
n (%)
* Patiënten behandeld met secukinumab kregen 300 mg doses in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door dezelfde dosis
elke 4 weken tot week 52. Patiënten behandeld met ustekinumab kregen 45 mg of 90 mg in week 0 en 4, en dan
elke 12 weken tot week 52 (gedoseerd op basis van gewicht in lijn met de goedgekeurde dosering)
** p-waarden versus ustekinumab: p<0,0001 voor het primaire eindpunt van PASI 90 in week 16 en het secundaire eindpunt
van PASI 75 in week 4
*** p-waarden versus ustekinumab: p=0,0001 voor het secundaire eindpunt van PASI 90 in week 52
Secukinumab was werkzaam bij systemische behandeling-naïeve patiënten, biologicals-naïeve
patiënten, aan biologicals/anti-TNF blootgestelde patiënten en patiënten bij wie sprake was van falen
van biologicals/anti-TNF. De verbeteringen in PASI 75 bij patiënten die bij aanvang ook arthritis
psoriatica hadden, kwamen overeen met die in de gehele populatie met plaque psoriasis.
Secukinumab ging gepaard met een snel intredende werkzaamheid met een afname van 50% in de
gemiddelde PASI in week 3 voor de dosis van 300 mg.
12
Figuur 1
Tijdsverloop van de percentuele verandering vanaf baseline in de gemiddelde PASI-
score in onderzoek 1 (ERASURE)
PASI %-
verandering
vanaf baseline
Weken behandeling
n = aantal beoordeelbare patiënten
secukinumab 150 mg (n=243)
secukinumab 300 mg (n=245)
Placebo (n=245)
Specifieke plaatsen/vormen van plaque psoriasis
In twee additionele placebo-gecontroleerde onderzoeken werd een verbetering gezien bij zowel nagel-
psoriasis (TRANSFIGURE, 198 patiënten) als palmoplantaire plaque psoriasis (GESTURE,
205 patiënten). In het TRANSFIGURE-onderzoek was secukinumab superieur aan placebo in week 16
(46,1% voor 300 mg, 38,4% voor 150 mg en 11,7% voor placebo) gemeten middels een significante
verbetering vanaf baseline in de Nail Psoriasis Severity Index (NAPSI %) bij patiënten met matige tot
ernstige plaque psoriasis bij wie ook de nagels zijn aangedaan. In het GESTURE-onderzoek was
secukinumab superieur aan placebo in week 16 (33,3% voor 300 mg, 22,1% voor 150 mg, en 1,5%
voor placebo) gemeten middels een significante verbetering van ppIGA 0- of 1-respons (“gaaf” of
“bijna gaaf”) bij patiënten met matige tot ernstige palmoplantaire plaque psoriasis.
In een placebo-gecontroleerd onderzoek werden 102 patiënten onderzocht met matige tot ernstige
hoofdhuidpsoriasis, gedefinieerd als een Psoriasis Scalp Severity Index (PSSI-)score van ≥12, een
IGA mod 2011-score voor alleen de hoofdhuid van 3 of hoger en ten minste 30% van de
hoofdhuidoppervlakte aangedaan. Secukinumab 300 mg was superieur aan placebo in week 12
gemeten middels een significante verbetering vanaf baseline van zowel PSSI 90 respons (52,9%
versus 2,0%) als IGA mod 2011 0- of 1-respons voor alleen de hoofdhuid (56,9% versus 5,9%).
Verbetering van beide eindpunten werd behouden voor patiënten op secukinumab die met de
behandeling doorgingen tot week 24.
Kwaliteit van leven/patiënt-gerapporteerde uitkomsten
In de DLQI (Dermatology
Life Quality Index)
werden in week 12 vanaf baseline (onderzoeken 1-4)
statistisch significante verbeteringen aangetoond ten opzichte van placebo. De gemiddelde afnamen
(verbeteringen) in de DLQI vanaf baseline varieerden van -10,4 tot -11,6 met secukinumab 300 mg,
van -7,7 tot -10,1 met secukinumab 150 mg, versus -1,1 tot -1,9 voor placebo in week 12. Deze
verbeteringen werden gedurende 52 weken behouden (onderzoeken 1 en 2).
Veertig procent van de deelnemers in onderzoek 1 en 2 vulde het
Psoriasis Symptom Diary
©
in. Voor
de deelnemers in deze onderzoeken die het dagboek invulden, werden in vergelijking met placebo
statistisch significante verbeteringen in week 12 vanaf baseline aangetoond voor door patiënten
gemelde klachten en symptomen van jeuk, pijn en schilfering.
Statistisch significante verbeteringen in week 4 vanaf baseline werden aangetoond in de DLQI bij
patiënten behandeld met secukinumab vergeleken met patiënten behandeld met ustekinumab
(CLEAR) en deze verbeteringen werden behouden tot 52 weken.
13
Statistisch significante verbeteringen in verschijnselen en klachten van jeuk, pijn en schilfering die
door patiënten werden gemeld in week 16 en week 52 (CLEAR) werden aangetoond in de
Psoriasis
Symptom Diary
©
bij patiënten behandeld met secukinumab vergeleken met patiënten behandeld met
ustekinumab.
Statistisch significante verbeteringen (verminderingen) in week 12 vanaf baseline in het onderzoek bij
hoofdhuidpsoriasis werden aangetoond in verschijnselen en klachten van jeuk op de hoofdhuid, pijn en
schilfering die door patiënten werden gemeld vergeleken met placebo.
Pediatrische patiënten
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Secukinumab heeft aangetoond klachten en verschijnselen te verbeteren, evenals de
gezondheidsgerelateerde levenskwaliteit bij pediatrische patiënten met plaque psoriasis vanaf 6 jaar
(zie tabellen 8 en 10).
Ernstige plaque psoriasis
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden onderzocht in een gerandomiseerd,
dubbelblind, placebo- en etanercept-gecontroleerd fase III-onderzoek bij pediatrische patiënten van 6
tot 18 jaar met ernstige plaque psoriasis, gedefinieerd als een PASI score ≥20, een IGA mod 2011
score van 4, en ≥10% van de BSA aangedaan door psoriasis, die in aanmerking kwamen voor
systemische therapie. Ongeveer 43% van de patiënten had eerdere blootstelling aan fototherapie, 53%
aan conventionele systemische therapie, 3% aan biologische geneesmiddelen, en 9% had gelijktijdige
arthritis psoriatica.
Het pediatrisch psoriasis-onderzoek 1 onderzocht 162 patiënten die gerandomiseerd werden naar een
lage dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <50 kg of 150 mg voor een
lichaamsgewicht ≥50 kg), een hoge dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <25 kg,
150 mg voor een lichaamsgewicht tussen ≥25 kg en <50 kg, of 300 mg voor een lichaamsgewicht
≥50 kg), of placebo in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken, of etanercept.
Patiënten die werden gerandomiseerd naar etanercept kregen 0,8 mg/kg wekelijks (tot een maximum
van 50 mg). Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd bij randomisatie is weergegeven in tabel 7.
Tabel 7
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 1
Beschrijving
Secukinumab
lage dosis
n=40
8
32
2
17
21
Secukinumab
hoge dosis
n=40
9
31
3
15
22
Placebo
n=41
10
31
3
17
21
Etanercept
n=41
10
31
4
16
21
Totaal
N=162
37
125
12
65
85
Randomisatie
strata
Leeftijd
Gewicht
6-<12 jaar
≥12-<18 jaar
<25 kg
≥25-<50 kg
≥50 kg
Patiënten die waren gerandomiseerd naar placebo en non-responders waren in week 12 werden
overgezet naar de groep met ofwel de lage dosis ofwel de hoge dosis secukinumab (dosis gebaseerd op
lichaamsgewicht groep) en kregen onderzoeksmedicatie in week 12, 13, 14, en 15, gevolgd door
dezelfde dosis elke 4 weken te beginnen in week 16. De co-primaire eindpunten waren het percentage
patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score 0 of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna gaaf’)
bereikten op week 12.
Tijdens de placebogecontroleerde periode van 12 weken was de werkzaamheid van zowel de lage als
de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar wat betreft de co-primaire eindpunten. De geschatte
oddsratio’s in het voordeel van beide secukinumab-doseringen waren statistisch significant voor de
PASI 75- en IGA mod 2011 0/1-scores.
14
Alle patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid en veiligheid gedurende de 52 weken na de eerste
dosis. Het percentage patiënten dat een PASI 75-respons en IGA mod 2011-score 0 of 1 (‘gaaf’ of
‘bijna gaaf’) bereikte toonde een scheiding tussen de secukinumab behandelingsgroepen en placebo bij
het eerste post-baseline bezoek op week 4; het verschil werd steeds duidelijker op week 12. De
respons bleef gedurende de gehele periode van 52 weken aanhouden (zie tabel 8). Verbetering in PASI
50-, 90-, 100-responspercentages en Children’s Dermatology Life Quality Index (CDLQI)-scores 0 of
1 hielden eveneens aan gedurende de gehele periode van 52 weken.
Bovendien waren de PASI 75-, IGA 0- of 1-, PASI 90-responspercentages in weken 12 en 52 voor
zowel de behandelingsgroepen met de lage dosis als de hoge dosis secukinumab hoger dan de
percentages voor patiënten die behandeld werden met etanercept (zie tabel 8).
Na week 12 was de werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar
hoewel de werkzaamheid van de hoge dosis hoger was bij patiënten ≥50 kg. De veiligheidsprofielen
van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het veiligheidsprofiel bij
volwassen patiënten met plaque psoriasis.
Tabel 8
Samenvatting van de klinische respons bij ernstige pediatrische psoriasis in week 12
en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 1)*
Respons Vergelijking behandeling
criterium 'test' vs. 'controle'
'test'
'controle'
oddsratio
n**/m (%) n**/m (%)
schatting (95%-BI) p-waarde
In week 12***
PASI 75
secukinumab lage dosis vs. placebo
32/40 (80,0) 6/41 (14,6)
25,78 (7,08-114,66) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. placebo 31/40 (77,5) 6/41 (14,6)
22,65 (6,31-98,93)
<0,0001
secukinumab lage dosis vs. etanercept 32/40 (80,0) 26/41 (63,4)
2,25 (0,73-7,38)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 31/40 (77,5) 26/41 (63,4)
1,92 (0,64-6,07)
IGA 0/1
secukinumab lage dosis vs. placebo
28/40 (70,0)
2/41 (4,9)
51,77 (10,02-538,64) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. placebo 24/40 (60,0)
2/41 (4,9)
32,52 (6,48-329,52) <0,0001
secukinumab lage dosis vs. etanercept 28/40 (70,0) 14/41 (34,1)
4,49 (1,60-13,42)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 24/40 (60,0) 14/41 (34,1)
2,86 (1,05-8,13)
PASI 90
secukinumab lage dosis vs. placebo
29/40 (72,5)
1/41 (2,4) 133,67 (16,83-6395,22) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. placebo 27/40 (67,5)
1/41 (2,4) 102,86 (13,22-4850,13) <0,0001
secukinumab lage dosis vs. etanercept 29/40 (72,5) 12/41 (29,3)
7,03 (2,34-23,19)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 27/40 (67,5) 12/41 (29,3)
5,32 (1,82-16,75)
In week 52
PASI 75
secukinumab lage dosis vs. etanercept 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,12 (0,91-12,52)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,09 (0,90-12,39)
IGA 0/1
secukinumab lage dosis vs. etanercept 29/40 (72,5) 23/41 (56,1)
2,02 (0,73-5,77)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 30/40 (75,0) 23/41 (56,1)
2,26 (0,81-6,62)
PASI 90
secukinumab lage dosis vs. etanercept 30/40 (75,0) 21/41 (51,2)
2,85 (1,02-8,38)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 32/40 (80,0) 21/41 (51,2)
3,69 (1,27-11,61)
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
** n is het aantal responders, m = aantal evalueerbare patiënten
*** verlengd venster voor bezoek in week 12
Oddsratio, 95%-betrouwbaarheidsinterval en p-waarde zijn afkomstig van een exact logistisch regressiemodel met
behandelingsgroep, baseline lichaamsgewichtscategorie en leeftijdscategorie als factoren
Een hoger percentage pediatrische patiënten die behandeld werden met secukinumab meldde
verbetering in gezondheidsgerelateerde levenskwaliteit zoals gemeten door een CDLQI-score van 0 of
1 vergeleken met placebo in week 12 (lage dosis 44,7%, hoge dosis 50%, placebo 15%). Over de
gehele behandelperiode en tot en met week 52 scoorden de beide dosisgroepen met secukinumab
numeriek hoger dan de groep met etanercept (lage dosis 60,6%, hoge dosis 66,7%, etanercept 44,4%).
15
Matige tot ernstige plaque psoriasis
Op basis van de aangetoonde werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie bij volwassen patiënten
met matige tot ernstige plaque psoriasis en de overeenkomst van het ziekteverloop, pathofysiologie en
het geneesmiddeleffect bij volwassen en pediatrische patiënten bij dezelfde blootstellingsniveaus,
werd secukinumab voorspeld werkzaam te zijn voor de behandeling van pediatrische patiënten met
matige plaque psoriasis.
Daarbij werd de veiligheid en de werkzaamheid van secukinumab onderzocht in een open-label, twee-
armig, multicenter fase III-onderzoek met parallelle groepen bij pediatrische patiënten van 6 tot
18 jaar oud met matige tot ernstige plaque psoriasis, gedefinieerd als een PASI-score ≥12, een IGA
mod 2011-score van ≥3, en ≥10% van de BSA aangedaan door psoriasis, die in aanmerking kwamen
voor systemische therapie.
Het pediatrisch psoriasis-onderzoek 2 onderzocht 84 patiënten die gerandomiseerd werden naar een
lage dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <50 kg or 150 mg voor een
lichaamsgewicht ≥50 kg) of een hoge dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <25 kg,
150 mg voor een lichaamsgewicht tussen ≥25 kg en <50 kg, of 300 mg voor een lichaamsgewicht
≥50 kg) in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken. Patiëntverdeling volgens
gewicht en leeftijd bij randomisatie wordt weergegeven in tabel 9.
Tabel 9
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 2
Beschrijving
Secukinumab
lage dosis
n=42
17
25
4
13
25
Secukinumab
hoge dosis
n=42
16
26
4
12
26
Totaal
N=84
33
51
8
25
51
Subgroepen
Leeftijd
Gewicht
6-<12 jaar
≥12-<18 jaar
<25 kg
≥25-<50 kg
≥50 kg
De co-primaire eindpunten waren de percentages patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod
2011-score van 0 of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna gaaf’) bereikten op week 12.
De werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab was vergelijkbaar en toonde een
statistisch significante verbetering aan vergeleken met de historische placebogroep wat betreft de co-
primaire eindpunten. De geschatte posterieure waarschijnlijkheid van een positief behandelingseffect
was 100%.
Patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid gedurende een periode van 52 weken na de eerste
toediening. Werkzaamheid (gedefinieerd als een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0
of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna gaaf’) werd al waargenomen in het eerste post-baseline bezoek op week 2 en het
aantal patiënten dat een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0 of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna
gaaf’) bereikte, steeg tot week 24 en hield aan tot week 52. Verbetering in PASI 90 en PASI 100 werd
tevens waargenomen in week 12, steeg tot week 24, en hield aan tot week 52 (zie tabel 10).
De veiligheidsprofielen van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het
veiligheidsprofiel bij volwassenen.
16
Tabel 10
Samenvatting van de klinische respons bij matige tot ernstige psoriasis bij
pediatrische patiënten in week 12 en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 2)*
Week 12
Secukinumab Secukinumab
lage dosis
hoge dosis
42
42
39 (92,9%)
39 (92,9%)
33 (78,6%)
35 (83,3%)
Week 52
Secukinumab Secukinumab
lage dosis
hoge dosis
42
42
37 (88,1%)
38 (90,5%)
36 (85,7%)
35 (83,3%)
35 (83,3%)
29 (69,0%)
Aantal patiënten
PASI 75-respons n (%)
IGA mod 2011
‘gaaf’
of
‘bijna
gaaf’-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
29 (69%)
32 (76,2%)
32 (76,2%)
PASI 100-respons n (%)
25 (59,5%)
23 (54,8%)
22 (52,4%)
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
Deze uitkomsten bij de matige tot ernstige plaque psoriasis pediatrische populatie bevestigden de
hierboven vermelde predictieve aannames gebaseerd op werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie
bij volwassen patiënten.
In de groep met de lage dosis bereikte respectievelijk 50% en 70,7% van de patiënten een CDLQI 0-
of 1-score op respectievelijk week 12 en 52. In de groep met de hoge dosis bereikte respectievelijk
61,9% en 70,3% een CDLQI 0- of 1-score op respectievelijk week 12 en 52.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Enthesitis‑gerelateerde artritis (ERA) en juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
De werkzaamheid en veiligheid van secukinumab werden beoordeeld bij 86 patiënten in een 3‑delig,
dubbelblind, placebogecontroleerd, voorvalgestuurd, gerandomiseerd fase III‑onderzoek bij patiënten
van 2 tot <18 jaar met actieve ERA of JPsA zoals gediagnosticeerd op basis van de gemodificeerde
JIA-classificatiecriteria van de International League of Associations for Rheumatology (ILAR)‑. Het
onderzoek bestond uit een open‑labelgedeelte (deel 1) waarin alle patiënten secukinumab kregen tot
week 12. Patiënten bij wie in week 12 een JIA‑ACR (American College of Rheumatology-)30-respons
werd vastgesteld, kwamen in de dubbelblinde fase van deel 2 terecht en werden 1:1 gerandomiseerd
om de behandeling met secukinumab voort te zetten of om een behandeling met placebo te beginnen
(gerandomiseerde onthouding) tot week 104 of tot een opflakkering optrad. Patiënten bij wie de ziekte
opflakkerde, werden vervolgens open-label behandeld met secukinumab tot week 104 (deel 3).
De subtypen JIA‑patiënten bij aanvang van dit onderzoek waren: 60,5% ERA en 39,5% JPsA, met
ofwel een inadequate respons op ofwel een intolerantie voor ≥1 ziektewijzigende antireumatische
geneesmiddelen (disease-modifying antirheumatic drugs, DMARD's) en ≥1 niet‑steroïdale
anti‑inflammatoire geneesmiddelen (NSAID's). Bij baseline werd gebruik van MTX gerapporteerd
voor 65,1% van de patiënten; (63,5% [33/52] van de ERA‑patiënten en 67,6% [23/34] van de
JPsA‑patiënten). 12 van de 52 ERA‑patiënten werden gelijktijdig behandeld met sulfasalazine
(23,1%). Patiënten met een lichaamsgewicht bij baseline van <50 kg (n=30) kregen een dosis van
75 mg en patiënten met een lichaamsgewicht ≥50 kg (n=56) kregen een dosis van 150 mg. De leeftijd
bij baseline varieerde van 2 tot 17 jaar, met 3 patiënten van 2 tot <6 jaar, 22 patiënten van 6 tot
<12 jaar en 61 patiënten van 12 tot <18 jaar. Bij baseline was de Juvenile Arthritis Disease Activity
Score (JADAS)‑27: 15,1 (SD: 7,1).
Het primaire eindpunt was de tijd tot opflakkering in de gerandomiseerde onthoudingsperiode (deel 2).
Opflakkering van de ziekte werd gedefinieerd als een verslechtering van ≥30% van minimaal drie van
de zes JIA‑ACR‑responscriteria en een verbetering van ≥30% van maximaal één van de zes
JIA‑ACR‑responscriteria en een minimum van twee actieve gewrichten.
Aan het eind van deel 1 vertoonden 75 van de 86 (87,2%) patiënten een JIA‑ACR30‑respons en
gingen over naar deel 2.
17
Het onderzoek voldeed aan het primaire eindpunt door in deel 2 een statistisch significante verlenging
te vertonen van de tijd tot ziekteopflakkering bij patiënten behandeld met secukinumab in vergelijking
met placebo. In deel 2 werd het risico van opflakkering voor patiënten op secukinumab met 72%
verminderd vergeleken met patiënten op placebo (hazardratio=0,28, 95%‑BI: 0,13 tot 0,63, p<0,001)
(figuur 2 en tabel 11). Tijdens deel 2 kregen in totaal 21 patiënten in de placebogroep te maken met
een voorval van opflakkering (11 JPsA en 10 ERA), vergeleken met 10 patiënten in de
secukinumabgroep (4 JPsA en 6 ERA).
Figuur 2
Kaplan‑Meier-schattingen van de tijd tot opflakkering van de ziekte in deel 2
Percentage
patiënten met
een opflakkering
van de ziekte
(%)
Tijd (dagen)
Secukinumab
Aantal risicopatiënten
Secukinumab
Placebo in deel 2
------ Placebo in deel 2
+
Gecensureerd
37 36 34 33 32 30 30 29 29 29 25 25 24 23 23 23 23 23 23 21 21 21 20 14 0
38 38 32 29 28 25 22 21 21 21 20 20 19 19 19 18 18 16 16 15 15 15 15 10 0
Tabel 11
Overlevingsanalyse van de tijd tot opflakkering van de ziekte ‑ deel 2
Secukinumab
(N=37)
10 (27,0)
Placebo in deel 2
(N=38)
21 (55,3)
Aantal opflakkeringsvoorvallen aan het eind
van deel 2, n (%)
Kaplan‑Meier‑schattingen:
Mediaan, in dagen (95%‑BI)
NC (NC; NC)
453,0 (114,0; NC)
Zonder opflakkering na 6 maanden (95%‑BI)
85,8 (69,2; 93,8)
60,1 (42,7; 73,7)
Zonder opflakkering na 12 maanden (95%‑BI)
76,7 (58,7; 87,6)
54,3 (37,1; 68,7)
Zonder opflakkering na 18 maanden (95%‑BI)
73,2 (54,6; 85,1)
42,9 (26,7; 58,1)
Hazardratio ten opzichte van placebo:
0,28 (0,13; 0,63)
schatting (95%‑BI)
p‑waarde van de gestratificeerde
<0,001**
log‑ranktest
De analyse werd uitgevoerd op alle gerandomiseerde patiënten die in deel 2 ten minste één dosis
van het onderzoeksgeneesmiddel kregen.
Secukinumab: alle patiënten die geen placebo gebruikten. Placebo in deel 2: alle patiënten die in
deel 2 placebo gebruikten en in andere periode(n) secukinumab. NC = niet berekenbaar. ** =
statistisch significant met eenzijdig significantieniveau 0,025.
In het open‑labelgedeelte deel 1 kregen alle patiënten secukinumab tot week 12. In week 12 waren
respectievelijk 83,7%, 67,4% en 38,4% van de kinderen JIA‑ACR50, ‑70 en ‑90‑responders (figuur 3).
De aanvang van de werking van secukinumab trad al op in week 1. In week 12 was de
JADAS‑27‑score 4,64 (SD: 4,73) en de gemiddelde afname ten opzichte van baseline in JADAS‑27
was -10,487 (SD: 7,23).
18
Figuur 3
JIA‑ACR30/-50/-70/-90‑respons voor proefpersonen tot week 12 in deel 1*
Percentage
responders
Tijd (weken)
Tijd (weken)
*non‑responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden te verwerken
De gegevens in de leeftijdsgroep van 2 tot <6 waren niet eenduidig door het lage aantal patiënten
onder de 6 jaar dat werd opgenomen in het onderzoek.
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten af te zien van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met Cosentyx bij plaque psoriasis bij pediatrische
patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 6 jaar en bij chronische idiopathische artritis bij
pediatrische patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 2 jaar (zie rubriek 4.2 voor informatie over
pediatrisch gebruik).
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
De meeste farmacokinetische eigenschappen waargenomen bij patiënten met plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en spondylitis ankylopoetica waren vergelijkbaar.
Pediatrische patiënten
Plaque psoriasis
In een pool van twee pediatrische onderzoeken werd aan patiënten met matige tot ernstige plaque
psoriasis (6 tot 18 jaar oud) secukinumab toegediend volgens het aanbevolen pediatrische dosisregime.
In week 24 hadden patiënten met een gewicht ≥25 en <50 kg een gemiddelde ± SD steady-state
dalserumconcentratie van 19,8 ± 6,96 µg/ml (n=24) na 75 mg secukinumab en patiënten met een
gewicht ≥50 kg een gemiddelde ± SD steady-state dalserumconcentratie van 27,3 ± 10,1 µg/ml (n=36)
na 150 mg secukinumab. De gemiddelde ± SD steady-state dalserumconcentratie bij patiënten met een
gewicht <25 kg (n=8) was 32,6 ± 10,8 µg/ml in week 24 na een dosis van 75 mg.
Juveniele idiopathische artritis
In een pediatrisch onderzoek kregen ERA‑ en JPsA‑patiënten (2 tot <18 jaar oud) secukinumab
toegediend volgens het aanbevolen pediatrische doseringsschema. In week 24 hadden patiënten met
een gewicht van <50 kg en patiënten met een gewicht van ≥50 kg een gemiddelde
steady‑state‑dalconcentratie ± SD van respectievelijk 25,2 ± 5,45 µg/ml (n=10) en 27,9 ± 9,57 µg/ml
(n=19).
19
Volwassen patiënten
Absorptie
Na een enkelvoudige, subcutane dosis van 300 mg, als vloeistofformulering toegediend aan gezonde
vrijwilligers, bereikte secukinumab tussen 2 en 14 dagen na toediening piekserumconcentraties van
43,2 ± 10,4 μg/ml.
Op grond van een farmacokinetische populatieanalyse bereikte secukinumab na een enkelvoudige,
subcutane dosis van 150 mg of 300 mg bij patiënten met plaque psoriasis piekserumconcentraties van
respectievelijk 13,7 ± 4,8 µg/ml of 27,3 ± 9,5 µg/ml tussen 5 en 6 dagen na dosistoediening.
Na initiële wekelijkse toediening gedurende de eerste maand bedroeg de periode om de maximale
concentratie te bereiken 31 tot 34 dagen, op grond van een farmacokinetische populatieanalyse.
Op grond van simulatiegegevens waren de piekconcentraties bij steady-state (C
max, ss
) na subcutane
toediening van 150 mg of 300 mg respectievelijk 27,6 µg/ml en 55,2 µg/ml. Farmacokinetische
populatieanalyse duidt erop dat bij regimes met maandelijkse toediening na 20 weken steady-state
wordt bereikt.
Vergeleken met de blootstelling na een enkelvoudige dosis liet de farmacokinetische populatieanalyse
zien dat patiënten een 2-voudige toename in de piekserumconcentraties en AUC (area
under the
curve)
vertoonden na herhaalde maandelijkse toediening tijdens onderhoudsbehandeling.
Farmacokinetische populatieanalyse toonde aan dat secukinumab werd geabsorbeerd met een
gemiddelde absolute biologische beschikbaarheid van 73% bij patiënten met plaque psoriasis. Voor
alle onderzoeken werd een absolute biologische beschikbaarheid tussen 60 en 77% berekend.
De biologische beschikbaarheid van secukinumab bij PsA-patiënten was 85% op basis van het
farmacokinetische populatiemodel.
Na een enkelvoudige subcutane injectie van 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
bij patiënten met plaque psoriasis was de systemische blootstelling aan secukinumab vergelijkbaar met
wat eerder werd waargenomen bij twee injecties van 150 mg.
Distributie
Het gemiddelde verdelingsvolume in de terminale fase (V
z
) na een enkelvoudige intraveneuze
toediening varieerde van 7,10 tot 8,60 liter bij patiënten met plaque psoriasis, wat erop duidt dat
secukinumab beperkt wordt gedistribueerd naar perifere compartimenten.
Biotransformatie
IgG wordt grotendeels geëlimineerd via intracellulaire afbraak, na pinocytose of receptorgemedieerde
endocytose.
Eliminatie
De gemiddelde systemische klaring (CL) na een enkelvoudige intraveneuze toediening aan patiënten
met plaque psoriasis varieerde van 0,13 tot 0,36 l/dag. In een farmacokinetische populatieanalyse was
bij patiënten met plaque psoriasis de gemiddelde systemische klaring (CL) 0,19 l/dag. Het geslacht
was niet van invloed op de CL. De klaring was dosis- en tijdonafhankelijk.
De gemiddelde eliminatiehalfwaardetijd, zoals geschat aan de hand van farmacokinetische
populatieanalyse, was bij patiënten met plaque psoriasis 27 dagen, variërend van 18 tot 46 dagen voor
alle psoriasisonderzoeken met intraveneuze toediening.
20
Lineariteit/non-lineariteit
De farmacokinetiek van secukinumab na enkel- en meervoudige toediening bij patiënten met plaque
psoriasis werd bepaald in diverse onderzoeken met intraveneuze doses variërend van 1 x 0,3 mg/kg
tot 3 x 10 mg/kg en met subcutane doses variërend van 1 x 25 mg tot meerdere doses van 300 mg.
De blootstelling was voor alle toedieningsregimes dosisevenredig.
Speciale populaties
Patiënten met een nier- of leverfunctiestoornis
Er zijn geen farmacokinetische gegevens beschikbaar voor patiënten met een nier- of
leverfunctiestoornis. De renale eliminatie van intact secukinumab, een monoklonaal IgG-antilichaam,
is naar verwachting laag en van gering belang. IgG’s worden voornamelijk geëlimineerd via afbraak
en een leverfunctiestoornis heeft naar verwachting geen invloed op de klaring van secukinumab.
Invloed van het gewicht op de farmacokinetiek
De klaring en het distributievolume van secukinumab nemen toe wanneer het lichaamsgewicht
toeneemt.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen (volwassen of pediatrisch).
Deze gegevens zijn afkomstig van conventioneel onderzoek op het gebied van
veiligheidsfarmacologie, toxiciteit bij herhaalde dosering en reproductietoxiciteit of
weefselkruisreactiviteit.
Er is geen dieronderzoek uitgevoerd voor beoordeling van het carcinogene potentieel van secukinumab.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Trehalosedihydraat
Histidine
Histidinehydrochloride-monohydraat
Methionine
Polysorbaat 80
Water voor injecties
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3
Houdbaarheid
18 maanden
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren in de koelkast (2°C – 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
21
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit wordt geleverd in een voorgevulde
glazen 0,5 ml-spuit met een silicone-gecoate bromobutylrubberen plunjerstop, een bevestigde naald
van 27G x ½″ en een stugge naaldbescherming van styreen-butadieenrubber geassembleerd in een
automatische naaldbeschermer van polycarbonaat.
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 voorgevulde spuit en in multiverpakkingen met 3 (3 verpakkingen met 1)
voorgevulde spuiten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie wordt geleverd in een voorgevulde spuit voor eenmalig en
individueel gebruik.
De spuit moet 20 minuten voor het injecteren uit de koelkast worden genomen om het middel op
kamertemperatuur te laten komen.
Voorafgaand aan het gebruik wordt een visuele inspectie van de voorgevulde spuit aanbevolen. De
vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot enigszins geel. Mogelijk ziet u een
kleine luchtbel; dit is normaal. Niet gebruiken als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat,
troebel is of onmiskenbaar bruin gekleurd. De bijsluiter bevat uitgebreide instructies voor gebruik.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/14/980/012-013
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 15 januari 2015
Datum van laatste verlenging: 03 september 2019
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
22
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Elke voorgevulde spuit bevat 150 mg secukinumab in 1 ml.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Elke voorgevulde spuit bevat 300 mg secukinumab in 2 ml.
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Elke voorgevulde pen bevat 150 mg secukinumab in 1 ml.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Elke voorgevulde pen bevat 300 mg secukinumab in 2 ml.
Secukinumab is een recombinant, volledig humaan, monoklonaal antilichaam geproduceerd in
ovariumcellen van de Chinese hamster (Chinese
Hamster Ovary,
CHO).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectievloeistof)
De oplossing is helder en kleurloos tot enigszins geel.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Plaque psoriasis bij volwassen patiënten
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige plaque psoriasis bij volwassenen
die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige plaque psoriasis bij kinderen en
adolescenten vanaf 6 jaar die in aanmerking komen voor systemische therapie.
23
Arthritis psoriatica
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve arthritis psoriatica bij volwassen patiënten die een inadequate respons vertoonden op eerdere
behandeling met ‘disease-modifying antirheumatic drugs’ (DMARD’s) (zie rubriek 5.1).
Axiale spondyloartritis (axSpA)
Spondylitis ankylopoetica (AS, röntgenologische axiale spondyloartritis)
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van actieve spondylitis ankylopoetica bij volwassenen
bij wie de respons op conventionele behandeling inadequaat was.
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis (nr-axSpA)
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van actieve niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
met objectieve tekenen van ontsteking in de vorm van verhoogd C-reactief proteïne (CRP) en/of
bewijs op Magnetic Resonance Imaging (MRI) bij volwassenen bij wie de respons op niet-steroïde
anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID’s) inadequaat was.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Enthesitis‑gerelateerde artritis (ERA)
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve enthesitis‑gerelateerde artritis bij patiënten van 6 jaar en ouder bij wie de ziekte onvoldoende
heeft gereageerd op conventionele therapie of die de conventionele therapie niet kunnen verdragen (zie
rubriek 5.1).
Juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve juveniele arthritis psoriatica bij patiënten van 6 jaar en ouder bij wie de ziekte onvoldoende
heeft gereageerd op conventionele therapie of die de conventionele therapie niet kunnen verdragen (zie
rubriek 5.1).
4.2
Dosering en wijze van toediening
Cosentyx is bedoeld voor gebruik onder begeleiding en toezicht van een arts met ervaring op het
gebied van diagnostiek en behandeling van de aandoeningen waarvoor Cosentyx is geïndiceerd.
Dosering
Plaque psoriasis bij volwassen patiënten
De aanbevolen dosis is 300 mg secukinumab door middel van subcutane injectie met initiële
toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Op basis van
klinische respons kan een onderhoudsdosering van 300 mg elke 2 weken mogelijk bijkomend voordeel
bieden voor patiënten met een lichaamsgewicht van 90 kg of meer. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als één subcutane injectie van 300 mg of twee subcutane injecties van 150 mg.
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten (adolescenten en kinderen vanaf 6 jaar)
De aanbevolen dosis is gebaseerd op lichaamsgewicht (tabel 1) en wordt toegediend door middel van
subcutane injectie met initiële toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse
onderhoudsdosering. Elke dosis van 75 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 75 mg. Elke
dosis van 150 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 150 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als één subcutane injectie van 300 mg of twee subcutane injecties van 150 mg.
24
Tabel 1
Aanbevolen dosis voor plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Aanbevolen dosis
75 mg
75 mg
150 mg (*mag verhoogd worden
≥50 kg
tot 300 mg)
*Sommige patiënten kunnen bijkomend voordeel hebben van de hogere dosis.
De 150 mg en 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit en een voorgevulde pen zijn
niet geïndiceerd voor toediening aan pediatrische patiënten met een gewicht <50 kg. Cosentyx is
mogelijk beschikbaar in andere sterktes en/of presentaties afhankelijk van de individuele
behandelingsbehoeften.
Arthritis psoriatica
Bij patiënten die tevens matige tot ernstige plaque psoriasis hebben, wordt verwezen naar de
aanbeveling voor plaque psoriasis bij volwassen patiënten.
Bij patiënten die een inadequate respons vertonen op behandeling met anti-TNFα, is de aanbevolen
dosis 300 mg door middel van subcutane injectie met initiële toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4,
gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Elke dosis van 300 mg wordt gegeven als één
subcutane injectie van 300 mg of twee subcutane injecties van 150 mg.
Bij andere patiënten is de aanbevolen dosis 150 mg door middel van subcutane injectie met initiële
toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Op basis van
klinische respons kan de dosering worden verhoogd naar 300 mg.
Axiale spondyloartritis (axSpA)
Spondylitis ankylopoetica (AS, röntgenologische axiale spondyloartritis)
De aanbevolen dosis is 150 mg door middel van subcutane injectie met initiële toediening in week 0,
1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Op basis van klinische respons kan de
dosering worden verhoogd naar 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt gegeven als één subcutane
injectie van 300 mg of twee subcutane injecties van 150 mg.
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis (nr-axSpA)
De aanbevolen dosis is 150 mg door middel van subcutane injectie met initiële toediening in week 0,
1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Enthesitis‑gerelateerde artritis (ERA) en juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
De aanbevolen dosis is gebaseerd op het lichaamsgewicht (tabel 2) en wordt via subcutane injectie
toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Elke dosis van
75 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 75 mg. Elke dosis van 150 mg wordt gegeven als
één subcutane injectie van 150 mg.
Tabel 2
Aanbevolen dosis voor juveniele idiopathische artritis
Aanbevolen dosis
75 mg
150 mg
Lichaamsgewicht op het moment van toediening
<25 kg
25 tot <50 kg
Lichaamsgewicht op het moment van toediening
<50 kg
≥50 kg
De oplossingen voor injectie met 150 mg of 300 mg in een voorgevulde spuit of voorgevulde pen zijn
niet geïndiceerd voor toediening aan pediatrische patiënten met een gewicht <50 kg. Cosentyx is
mogelijk beschikbaar in andere sterktes en/of presentaties afhankelijk van de individuele
behandelingsbehoeften.
25
Uit beschikbare gegevens blijkt dat een klinische respons bij alle bovenstaande indicaties doorgaans
wordt bereikt binnen 16 weken behandeling. Men dient te overwegen de behandeling te staken bij
patiënten die na 16 weken behandeling geen respons vertonen. Bij sommige patiënten met een
aanvankelijk partiële respons kan vervolgens een verbetering optreden wanneer de behandeling langer
dan 16 weken wordt voortgezet.
Speciale populaties
Oudere patiënten (65 jaar en ouder)
Er is geen dosisaanpassing vereist (zie rubriek 5.2).
Nierfunctiestoornis / leverfunctiestoornis
Cosentyx is niet in deze patiëntenpopulaties onderzocht. Er kan geen dosering worden aanbevolen.
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Cosentyx bij kinderen jonger dan 6 jaar met plaque psoriasis en in
twee categorieën van juveniele idiopathische artritis (JIA), ERA en JPsA, zijn niet vastgesteld.
De veiligheid en werkzaamheid van Cosentyx bij kinderen jonger dan 18 jaar voor andere indicaties
zijn nog niet vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Wijze van toediening
Cosentyx moet worden toegediend door middel van subcutane injectie. Indien mogelijk moeten delen
van de huid met psoriasis als injectieplaats worden vermeden. De spuit of de pen niet schudden.
Na voldoende training van de subcutane injectietechniek kunnen patiënten Cosentyx zelf injecteren of
geïnjecteerd worden door een verzorger als een arts vaststelt dat de patiënt hiervoor in aanmerking
komt. De arts moet echter zorgen voor een adequate follow-up van de patiënten. Patiënten of
verzorgers moeten worden geïnstrueerd om de volledige hoeveelheid Cosentyx te injecteren volgens
de instructies in de bijsluiter. De bijsluiter bevat uitgebreide instructies voor toediening.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Actieve infectie van klinische betekenis, bijv. actieve tuberculose (zie rubriek 4.4).
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren, moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Infecties
Secukinumab heeft de potentie om het risico op infecties te verhogen. Ernstige infecties zijn
waargenomen bij patiënten die secukinumab kregen in de postmarketingsetting. Voorzichtigheid is
geboden wanneer het gebruik van secukinumab wordt overwogen bij patiënten met een chronische
infectie of een voorgeschiedenis van recidiverende infectie.
Patiënten moeten worden geïnstrueerd een arts te raadplegen in geval van klachten en verschijnselen
die duiden op een infectie. Als een patiënt een ernstige infectie ontwikkelt, moet de patiënt
nauwlettend worden gemonitord en mag secukinumab pas weer worden toegediend zodra de infectie is
verdwenen.
26
In klinische onderzoeken zijn bij patiënten die secukinumab kregen infecties waargenomen (zie
rubriek 4.8). De meeste hiervan waren lichte tot matige bovensteluchtweginfecties, zoals
nasofaryngitis, en vereisten geen stopzetting van de behandeling.
Gerelateerd aan het werkingsmechanisme van secukinumab werden in de klinische
psoriasisonderzoeken voor secukinumab vaker niet-ernstige mucocutane candida-infecties gemeld dan
voor placebo (3,55 per 100 patiëntjaren voor secukinumab 300 mg versus 1,00 per 100 patiëntjaren
voor placebo) (zie rubriek 4.8).
In klinische onderzoeken is geen verhoogde gevoeligheid voor tuberculose gemeld. Secukinumab mag
echter niet worden gegeven aan patiënten met actieve tuberculose. Bij patiënten met latente
tuberculose moet voorafgaand aan de start van een behandeling met secukinumab
antituberculosetherapie worden overwogen.
Inflammatoire darmziekte (waaronder de ziekte van Crohn en ulceratieve colitis)
Nieuwe gevallen of exacerbaties van inflammatoire darmziekte zijn gemeld met secukinumab (zie
rubriek 4.8). Secukinumab wordt niet aanbevolen bij patiënten met inflammatoire darmziekte. Als een
patiënt klachten of verschijnselen vertoont van inflammatoire darmziekte of een exacerbatie ervaart
van een voorafbestaande inflammatoire darmziekte, moet secukinumab worden gestaakt en moet een
passende medische behandeling worden opgestart.
Overgevoeligheidsreacties
In klinische onderzoeken zijn zeldzame gevallen van anafylactische reacties waargenomen bij
patiënten die secukinumab kregen. Als anafylactische of andere ernstige allergische reacties zich
voordoen, moet de toediening van secukinumab onmiddellijk worden gestaakt en moet een passende
behandeling worden ingesteld.
Personen met latexgevoeligheid – Alleen van toepassing op Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie
in een voorgevulde spuit en 150 mg oplossing voor injectie een voorgevulde pen
De verwijderbare naalddop van Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit en
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen bevat een derivaat van natuurlijk
rubberlatex. Er is tot op heden in de verwijderbare naalddop geen natuurlijk rubberlatex gedetecteerd.
Desalniettemin is het gebruik van Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
en Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen bij latexgevoelige personen niet
onderzocht en daarom bestaat er een potentieel risico op overgevoeligheidsreacties dat niet volledig
kan worden uitgesloten.
Vaccinaties
Levende vaccins mogen niet gelijktijdig met secukinumab worden toegediend.
Aan patiënten die secukinumab krijgen, mogen gelijktijdig geïnactiveerde of niet-levende vaccins
worden toegediend. In een onderzoek bereikte na
meningokokken-
en geïnactiveerde
influenza-
vaccinaties een vergelijkbaar deel van de met 150 mg secukinumab en van de met placebo behandelde
gezonde vrijwilligers een adequate immuunrespons van ten minste een 4-voudige toename van de
antilichaamtiters tegen
meningokokken-
en
influenza-vaccins.
De gegevens duiden erop dat
secukinumab de humorale immuunrespons op de
meningokokken-
of
influenza-vaccins
niet
onderdrukt.
Voordat de behandeling met Cosentyx wordt opgestart, wordt het aanbevolen om pediatrische
patiënten alle voor de desbetreffende leeftijd toepasselijke immunisaties in lijn met de huidige
immunisatierichtlijnen te geven.
27
Gelijktijdige behandeling met immunosuppressiva
In onderzoeken naar psoriasis zijn de veiligheid en werkzaamheid van secukinumab in combinatie met
immunosuppressiva, waaronder biologicals, of fototherapie niet beoordeeld. Secukinumab werd
gelijktijdig toegediend met methotrexaat (MTX), sulfasalazine en/of corticosteroïden tijdens
onderzoeken naar artritis (evenals bij patiënten met arthritis psoriatica en spondylitis ankylopoetica).
Voorzichtigheid is geboden wanneer gelijktijdig gebruik van andere immunosuppresiva en
secukinumab wordt overwogen (zie ook rubriek 4.5).
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Levende vaccins mogen niet gelijktijdig met secukinumab worden toegediend (zie ook rubriek 4.4).
In een onderzoek bij volwassen patiënten met plaque psoriasis werd er geen interactie waargenomen
tussen secukinumab en midazolam (CYP3A4-substraat).
In onderzoeken naar artritis (waaronder bij patiënten met arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis)
werd geen interactie waargenomen wanneer secukinumab gelijktijdig werd toegediend met
methotrexaat (MTX) en/of corticosteroïden.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Vrouwen die zwanger kunnen worden
Vrouwen die zwanger kunnen worden, moeten effectieve anticonceptie gebruiken tijdens de
behandeling en gedurende ten minste 20 weken na de behandeling.
Zwangerschap
Er zijn onvoldoende gegevens over het gebruik van secukinumab bij zwangere vrouwen. De resultaten
van dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat betreft
reproductietoxiciteit (zie rubriek 5.3). Uit voorzorg heeft het de voorkeur het gebruik van Cosentyx te
vermijden tijdens de zwangerschap.
Borstvoeding
Het is niet bekend of secukinumab in de moedermelk wordt uitgescheiden. Immunoglobulinen worden
in de moedermelk uitgescheiden en het is niet bekend of secukinumab na het inslikken systemisch
wordt geabsorbeerd. Vanwege het risico op bijwerkingen van secukinumab bij met moedermelk
gevoede zuigelingen moet worden besloten of borstvoeding tijdens de behandeling en tot 20 weken na
de behandeling moet worden gestaakt of dat behandeling met Cosentyx moet worden gestaakt, waarbij
het voordeel van borstvoeding voor het kind en het voordeel van behandeling voor de vrouw in
overweging moeten worden genomen.
Vruchtbaarheid
Het effect van secukinumab op de vruchtbaarheid bij mensen is niet beoordeeld. De resultaten van
dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat betreft de vruchtbaarheid.
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Cosentyx heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om
machines te bedienen.
28
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn bovensteluchtweginfecties (17,7%) (het meest nasofaryngitis,
rinitis).
Bijwerkingen weergegeven in tabelvorm
Bijwerkingen uit klinische onderzoeken en tevens uit postmarketingmeldingen (tabel 3) staan vermeld
volgens MedDRA systeem/orgaanklasse. Binnen elke systeem/orgaanklasse zijn de bijwerkingen
gerangschikt aan de hand van de frequentie, met de meest voorkomende eerst. Binnen elke
frequentiecategorie zijn de bijwerkingen weergegeven in volgorde van afnemende ernst. Daarnaast is
de bijbehorende frequentiecategorie voor elke bijwerking gebaseerd op de volgende afspraak: zeer
vaak (≥1/10); vaak (≥1/100, <1/10); soms (≥1/1.000, <1/100); zelden (≥1/10.000, <1/1.000); zeer
zelden (<1/10.000); en niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald).
In klinische geblindeerde en open-label onderzoeken met betrekking tot diverse indicaties (plaque
psoriasis, arthritis psoriatica, axiale spondyloartritis en andere auto-immuunaandoeningen) zijn meer
dan 18.000 patiënten behandeld met secukinumab; dit vertegenwoordigt 30.565 patiëntjaren aan
blootstelling. Van deze patiënten werden er meer dan 11.700 ten minste één jaar aan secukinumab
blootgesteld. Het veiligheidsprofiel van secukinumab is consistent binnen alle indicaties.
Tabel 3
Overzicht van bijwerkingen in klinische onderzoeken
1)
en postmarketingervaring
Frequentie
Zeer vaak
Vaak
Soms
Bijwerking
Bovensteluchtweginfecties
Orale herpes
Tinea pedis
Orale candidiasis
Otitis externa
Ondersteluchtweginfecties
Mucosale en cutane candidiasis (waaronder
oesofageale candidiasis)
Neutropenie
Anafylactische reacties
Hoofdpijn
Conjunctivitis
Rinorroe
Diarree
Misselijkheid
Inflammatoire darmziekte
Urticaria
Dyshidrotisch eczeem
Exfoliatieve dermatitis
2)
Overgevoeligheidsvasculitis
Vermoeidheid
Systeem/orgaanklasse
Infecties en parasitaire
aandoeningen
Niet bekend
Bloed- en
lymfestelselaandoeningen
Immuunsysteemaandoeningen
Zenuwstelselaandoeningen
Oogaandoeningen
Ademhalingsstelsel-, borstkas-
en mediastinumaandoeningen
Maagdarmstelselaandoeningen
Soms
Zelden
Vaak
Soms
Vaak
Vaak
Vaak
Soms
Soms
Zelden
Huid- en
onderhuidaandoeningen
Algemene aandoeningen en
Vaak
toedieningsplaatsstoornissen
1)
Placebogecontroleerde klinische onderzoeken (fase III) bij patiënten met plaque psoriasis, PsA,
AS en nr-axSpA die werden blootgesteld aan 300 mg, 150 mg, 75 mg of placebo gedurende
maximaal 12 weken (psoriasis) of 16 weken (PsA, AS en nr-axSpA) behandeling.
2)
Er werden gevallen gemeld bij patiënten met de diagnose psoriasis.
29
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Infecties
In de placebogecontroleerde periode van klinische onderzoeken naar plaque psoriasis (in totaal werden
1.382 patiënten behandeld met secukinumab en 694 patiënten behandeld met placebo gedurende
maximaal 12 weken) werden bij 28,7% van de met secukinumab behandelde patiënten infecties
gemeld, vergeleken met 18,9% van de met placebo behandelde patiënten. De meeste infecties waren
niet-ernstige bovensteluchtweginfecties en licht tot matig van aard, zoals nasofaryngitis, waardoor het
staken van de behandeling niet noodzakelijk was. Er was een toename van mucosale of cutane
candidiasis, overeenkomend met het werkingsmechanisme, maar de gevallen waren licht of matig van
aard, niet-ernstig, reageerden op standaardbehandeling en vereisten geen stopzetting van de
behandeling. Ernstige infecties deden zich voor bij 0,14% van de met secukinumab behandelde
patiënten en bij 0,3% van de met placebo behandelde patiënten (zie rubriek 4.4).
Gedurende de gehele behandelperiode (in totaal werden 3.430 patiënten behandeld met secukinumab
gedurende maximaal 52 weken voor de meeste patiënten) werden infecties gemeld bij 47,5% van de
met secukinumab behandelde patiënten (0,9 per patiëntjaar van follow-up). Ernstige infecties werden
gemeld bij 1,2% van de met secukinumab behandelde patiënten (0,015 per patiëntjaar van follow-up).
De infectiepercentages die werden waargenomen in klinische onderzoeken naar arthritis psoriatica en
axiale spondyloartritis (spondylitis ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis)
waren vergelijkbaar met die waargenomen in de onderzoeken naar psoriasis.
Neutropenie
In klinische fase III-onderzoeken naar psoriasis werd neutropenie met secukinumab vaker
waargenomen dan met placebo, maar de meeste gevallen waren licht, tijdelijk en reversibel van aard.
Neutropenie <1,0-0,5x10
9
/l (CTCAE graad 3) werd gemeld bij 18 van de 3.430 patiënten (0,5%) die
werden behandeld met secukinumab, waarbij in 15 van de 18 gevallen geen sprake was van
dosisafhankelijkheid en een tijdsgebonden verband met infecties. Er zijn geen gevallen van ernstiger
neutropenie gemeld. In de overige 3 gevallen werden niet-ernstige infecties gemeld, met een normale
respons op standaardzorg, die geen stopzetting van de behandeling met secukinumab vereisten.
De frequentie van neutropenie bij arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis
ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis) was vergelijkbaar met die bij psoriasis.
Zeldzame gevallen van neutropenie <0,5x10
9
/l (CTCAE graad 4) werden gemeld.
Overgevoeligheidsreacties
In klinische onderzoeken werden urticaria en zeldzame gevallen van anafylactische reactie op
secukinumab waargenomen (zie ook rubriek 4.4).
Immunogeniciteit
In klinische onderzoeken naar psoriasis, arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis
ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis) ontwikkelde minder dan 1% van de
met secukinumab behandelde patiënten antilichamen tegen secukinumab bij maximaal 52 weken
behandeling. Ongeveer de helft van de tijdens de behandeling gevormde antilichamen tegen het
geneesmiddel waren neutraliserende antilichamen, maar dit ging niet gepaard met verlies van
werkzaamheid of met farmacokinetische afwijkingen.
30
Pediatrische patiënten
Bijwerkingen bij pediatrische patiënten met plaque psoriasis vanaf 6 jaar
De veiligheid van secukinumab werd beoordeeld in twee fase III-onderzoeken bij pediatrische
patiënten met plaque psoriasis. Het eerste onderzoek (pediatrisch onderzoek 1) was een dubbelblind,
placebo-gecontroleerd onderzoek met 162 patiënten van 6 jaar tot 18 jaar met ernstige plaque
psoriasis. Het tweede onderzoek (pediatrisch onderzoek 2) was een open-label onderzoek met
84 patiënten van 6 jaar tot 18 jaar met matige tot ernstige plaque psoriasis. Het veiligheidsprofiel in
beide onderzoeken was consistent met het veiligheidsprofiel gemeld bij volwassen patiënten met
plaque psoriasis.
Bijwerkingen bij pediatrische patiënten met JIA
De veiligheid van secukinumab werd ook beoordeeld in een fase III-onderzoek bij 86 JIA-patiënten
met ERA en JPsA van 2 tot <18 jaar oud. Het veiligheidsprofiel dat in dit onderzoek werd
gerapporteerd, kwam overeen met het veiligheidsprofiel dat bij volwassen patiënten werd
gerapporteerd.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
In klinische onderzoeken zijn doses tot maximaal 30 mg/kg (ongeveer 2.000 tot 3.000 mg) intraveneus
toegediend zonder dosisbeperkende toxiciteit. In geval van overdosering wordt aanbevolen de patiënt
te monitoren op klachten en verschijnselen van bijwerkingen en onmiddellijk een passende
symptomatische behandeling in te stellen.
31
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Immunosuppressiva, interleukineremmers, ATC-code: L04AC10
Werkingsmechanisme
Secukinumab is een volledig humaan IgG1/κ-monoklonaal antilichaam dat selectief bindt aan de pro-
inflammatoire cytokine interleukine-17A (IL-17A) en deze neutraliseert. Secukinumab is gericht tegen
IL-17A en remt de interactie ervan met de IL-17-receptor; deze receptor komt op diverse celtypen tot
expressie, waaronder keratinocyten. Hierdoor remt secukinumab de afgifte van pro-inflammatoire
cytokines, chemokinen en mediatoren van weefselbeschadiging en vermindert het de
IL-17A-gemedieerde bijdragen aan auto-immuunaandoeningen en inflammatoire ziekten. Klinisch
relevante hoeveelheden secukinumab bereiken de huid en verlagen de lokale inflammatoire markers.
Het directe gevolg van behandeling met secukinumab is een afname van erytheem, verharding en
schilfering die aanwezig zijn in de laesies van plaque psoriasis.
IL-17A is een van nature voorkomende cytokine die betrokken is bij normale ontstekings- en
immuunreacties. IL-17A speelt een sleutelrol bij de pathogenese van plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis), en wordt bij patiënten met plaque psoriasis wel in de huidlaesies maar niet in niet-
aangedane huid opgereguleerd en bij patiënten met arthritis psoriatica in het synoviale weefsel. Het
aantal IL-17-producerende cellen was ook significant hoger in het subchondrale beenmerg van
facetgewrichten van patiënten met spondylitis ankylopoetica. Verhoogde aantallen IL-17A-
producerende lymfocyten werden tevens gevonden bij patiënten met niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis. Van inhibitie van IL-17A werd aangetoond dat het effectief is in de behandeling van
spondylitis ankylopoetica, en daarmee werd de sleutelrol van dit cytokine in axiale spondyloartritis
vastgesteld.
Farmacodynamische effecten
In eerste instantie stijgen de serumspiegels van totaal IL-17A (vrij en aan secukinumab gebonden
IL-17A) bij patiënten die secukinumab krijgen toegediend. Hierna volgt een langzame daling door de
verminderde klaring van aan secukinumab gebonden IL-17A; dit wijst erop dat secukinumab selectief
vrij IL-17A, dat een belangrijke rol speelt bij de pathogenese van plaque psoriasis, wegvangt.
In een onderzoek met secukinumab werd na één tot twee weken behandeling een significante afname
waargenomen van infiltrerende epidermale neutrofielen en diverse met neutrofielen geassocieerde
markers die in huidlaesies van patiënten met plaque psoriasis verhoogd zijn.
Het is aangetoond dat secukinumab de gehaltes C-reactief proteïne, een ontstekingsmarker, verlaagt
(binnen 1 tot 2 weken behandeling).
32
Klinische werkzaamheid en veiligheid
Plaque psoriasis bij volwassen patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld in vier gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde fase III-onderzoeken bij patiënten met matige tot ernstige plaque
psoriasis die in aanmerking kwamen voor fototherapie of systemische behandeling [ERASURE,
FIXTURE, FEATURE, JUNCTURE]. De werkzaamheid en veiligheid van secukinumab 150 mg en
300 mg werden beoordeeld versus placebo of etanercept. Daarnaast werd in één onderzoek een
chronisch behandelingsregime beoordeeld versus een “herbehandeling indien nodig”-regime
[SCULPTURE].
Van de 2.403 patiënten die in de placebogecontroleerde onderzoeken werden opgenomen, was 79%
naïef voor biologicals, was bij 45% sprake van falen van non-biologicals en bij 8% van falen van
biologicals (bij 6% falen van anti-TNF en bij 2% van anti-p40). Circa 15 tot 25% van de patiënten in
de fase III-onderzoeken had bij aanvang arthritis psoriatica (PsA).
In psoriasisonderzoek 1 (ERASURE) werden 738 patiënten bestudeerd. De naar secukinumab
gerandomiseerde patiënten kregen doses van 150 mg of 300 mg in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijks dezelfde dosis. In psoriasisonderzoek 2 (FIXTURE) werden 1.306 patiënten beoordeeld.
De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen doses van 150 mg of 300 mg in week 0, 1, 2,
3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis. Patiënten gerandomiseerd naar etanercept kregen
tweemaal per week doses van 50 mg toegediend gedurende 12 weken gevolgd door wekelijks 50 mg.
In zowel onderzoek 1 als onderzoek 2 werden patiënten die naar placebo waren gerandomiseerd en bij
week 12 geen respons vertoonden, overgezet op secukinumab (150 mg of 300 mg) in week 12, 13, 14
en 15, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis te beginnen in week 16. Alle patiënten werden na de
eerste toediening van de onderzoeksbehandeling gedurende maximaal 52 weken gevolgd.
In psoriasisonderzoek 3 (FEATURE) werden 177 patiënten die een voorgevulde spuit gebruikten na
12 weken behandeling beoordeeld en vergeleken met placebo wat betreft veiligheid, verdraagbaarheid
en haalbaarheid van zelftoediening van secukinumab met de voorgevulde spuit. In
psoriasisonderzoek 4 (JUNCTURE) werden 182 patiënten die een voorgevulde pen gebruikten na
12 weken behandeling beoordeeld en vergeleken met placebo wat betreft veiligheid, verdraagbaarheid
en haalbaarheid van zelftoediening van secukinumab met de voorgevulde pen. In zowel onderzoek 3
als onderzoek 4 kregen de naar secukinumab gerandomiseerde patiënten doses van 150 mg of 300 mg
in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde. Er werden ook patiënten gerandomiseerd
naar placebo die zij kregen toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde
dosis.
In psoriasisonderzoek 5 (SCULPTURE) werden 966 patiënten beoordeeld. Alle patiënten kregen
doses secukinumab van 150 mg of 300 mg in week 0, 1, 2, 3, 4, 8 en 12 en werden vervolgens
gerandomiseerd naar ofwel een onderhoudsregime met maandelijks dezelfde dosis te beginnen in
week 12, of een “herbehandeling indien nodig”-regime met dezelfde dosis. Patiënten gerandomiseerd
naar “herbehandeling indien nodig” behielden geen voldoende respons en daarom wordt een regime
met een vaste maandelijkse onderhoudsdosis aanbevolen.
De co-primaire eindpunten in de placebo- en actief-gecontroleerde onderzoeken waren het percentage
patiënten dat een PASI 75-respons bereikte en een IGA mod 2011-respons “gaaf” of “bijna gaaf”
versus placebo in week 12 (zie tabel 4 en 5). De 300 mg-dosis resulteerde in een verbetering van de
huid met name van “gave” of “bijna gave” huid voor de werkzaamheidseindpunten PASI 90,
PASI 100 en IGA mod 2011 0- of 1-respons voor alle onderzoeken met een maximaal effect in
week 16; daarom wordt deze dosis aanbevolen.
33
Tabel 4
Samenvatting van PASI 50/75/90/100 & IGA⃰ mod 2011 klinische respons “gaaf”
of “bijna gaaf” in de psoriasisonderzoeken 1, 3 en 4 (ERASURE, FEATURE en
JUNCTURE)
Week 12
150 mg
300 mg
244
203
(83,5%)
174
(71,6%)**
95
(39,1%)**
31
(12,8%)
125
(51,2%)**
245
222
(90,6%)
200
(81,6%)**
145
(59,2%)**
70
(28,6%)
160
(65,3%)**
Placebo
Onderzoek 1
Aantal patiënten
PASI 50-respons n (%)
PASI 75-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
PASI 100-respons n (%)
IGA mod 2011-respons
“gaaf” of “bijna gaaf”
n (%)
Onderzoek 3
Aantal patiënten
PASI 50-respons n (%)
PASI 75-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
PASI 100-respons n (%)
IGA mod 2011-respons
“gaaf” of “bijna gaaf”
n (%)
Onderzoek 4
Aantal patiënten
PASI 50-respons n (%)
PASI 75-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
PASI 100-respons n (%)
246
22
(8,9%)
11
(4,5%)
3 (1,2%)
2 (0,8%)
6
(2,40%)
Week 16
150 mg 300 mg
244
212
(87,2%)
188
(77,4%)
130
(53,5%)
51
(21,0%)
142
(58,2%)
245
224
(91,4%)
211
(86,1%)
171
(69,8%)
102
(41,6%)
180
(73,5%)
Week 52
150 mg
300 mg
244
187
(77%)
146
(60,1%)
88
(36,2%)
49
(20,2%)
101
(41,4%)
245
207
(84,5%)
182
(74,3%)
147
(60,0%)
96
(39,2%)
148
(60,4%)
59
3 (5,1%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
59
51
(86,4%)
41
(69,5%)**
27
(45,8%)
5
(8,5%)
31
(52,5%)**
58
51
(87,9%)
44
(75,9%)**
35
(60,3%)
25
(43,1%)
40
(69,0%)**
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
61
5 (8,2%)
2 (3,3%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
-
-
-
-
IGA mod 2011-respons
“gaaf” of “bijna gaaf”
n (%)
* De IGA mod 2011 is een schaal met 5 categorieën, te weten “0 = gaaf”, “1 = bijna gaaf”, “2 = licht”, “3 =
matig” of “4 = ernstig”, die de algehele beoordeling van de arts weergeeft van de ernst van psoriasis met de
nadruk op verharding, erytheem en schilfering. Bij het behandelsucces “gaaf” of “bijna gaaf” waren er geen
verschijnselen van psoriasis of normale tot roze verkleuring van de laesies, geen verdikking van de plaque
en geen tot minimale focale schilfering.
** p-waarden versus placebo en gecorrigeerd voor multipliciteit: p<0,0001.
60
48
(80,0%)
43
(71,7%)**
24
(40,0%)
10
(16,7%)
32
(53,3%)**
60
58
(96,7%)
52
(86,7%)**
33
(55,0%)
16
(26,7%)
44
(73,3%)**
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
34
Tabel 5
Samenvatting van de klinische respons in psoriasisonderzoek 2 (FIXTURE)
Placebo
324
49
(15,1%)
16
(4,9%)
5 (1,5%)
Week 12
150 mg
300 mg
327
323
266
(81,3%)
219
(67,0%)
**
137
(41,9%)
47
(14,4%)
167
(51,1%)
**
296
(91,6%)
249
(77,1%)
**
175
(54,2%)
78
(24,1%)
202
(62,5%)
**
Etanercept
323
226
(70,0%)
142
(44,0%)
67 (20,7%)
150 mg
327
290
(88,7%)
247
(75,5%)
176
(53,8%)
84
(25,7%)
200
(61,2%)
Week 16
300 mg
Etanercept
323
323
302
(93,5%)
280
(86,7%)
234
(72,4%)
119
(36,8%)
244
(75,5%)
257 (79,6%)
150 mg
327
249
(76,1%)
215
(65,7%)
147
(45,0%)
65
(19,9%)
168
(51,4%)
Week 52
300 mg
Etanercept
323
323
274
(84,8%)
254
(78,6%)
210
(65,0%)
117
(36,2%)
219
(67,8%)
234 (72,4%)
Aantal
patiënten
PASI 50-
respons n
(%)
PASI 75-
respons n
(%)
PASI 90-
respons n
(%)
PASI 100-
respons n
(%)
IGA mod
2011-respons
“gaaf” of
“bijna gaaf”
n (%)
189 (58,5%)
179 (55,4%)
101 (31,3%)
108 (33,4%)
0 (0%)
14 (4,3%)
24 (7,4%)
32 (9,9%)
9 (2,8%)
88 (27,2%)
127 (39,3%)
120 (37,2%)
** p-waarden versus etanercept: p=0,0250
In een additioneel psoriasisonderzoek (CLEAR) werden 676 patiënten beoordeeld. Secukinumab
300 mg bereikte de primaire en secundaire eindpunten door superioriteit aan te tonen ten opzichte van
ustekinumab gebaseerd op de PASI 90-respons in week 16 (primaire eindpunt), de snel intredende
PASI 75-respons in week 4 en de langetermijn PASI 90-respons in week 52. Een grotere effectiviteit
van secukinumab vergeleken met ustekinumab werd vroeg waargenomen voor de eindpunten
PASI 75/90/100 en IGA mod 2011 0- of 1-respons (“gaaf” of “bijna gaaf”) en zette zich voort tot
week 52.
Tabel 6
Samenvatting van de klinische respons in het CLEAR-onderzoek
Week 4
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
334
335
166 (49,7%)** 69 (20,6%)
Week 16
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
334
335
311 (93,1%)
276 (82,4%)
Week 52
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
334
335
306 (91,6%)
262 (78,2%)
Aantal patiënten
PASI 75-
respons n (%)
PASI 90-
70 (21,0%)
18 (5,4%)
264 (79,0%)**
192 (57,3%)
250
203 (60,6%)
respons n (%)
(74,9%)***
PASI 100-
14 (4,2%)
3 (0,9%)
148 (44,3%)
95 (28,4%)
150 (44,9%)
123 (36,7%)
respons n (%)
IGA mod 2011-
128 (38,3%)
41 (12,2%)
278 (83,2%)
226 (67,5%)
261 (78,1%)
213 (63,6%)
respons “gaaf”
of “bijna gaaf”
n (%)
* Patiënten behandeld met secukinumab kregen 300 mg doses in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door dezelfde dosis
elke 4 weken tot week 52. Patiënten behandeld met ustekinumab kregen 45 mg of 90 mg in week 0 en 4, en dan
elke 12 weken tot week 52 (gedoseerd op basis van gewicht in lijn met de goedgekeurde dosering)
** p-waarden versus ustekinumab: p<0,0001 voor het primaire eindpunt van PASI 90 in week 16 en het secundaire eindpunt
van PASI 75 in week 4
*** p-waarden versus ustekinumab: p=0,0001 voor het secundaire eindpunt van PASI 90 in week 52
Secukinumab was werkzaam bij systemische behandeling-naïeve patiënten, biologicals-naïeve
patiënten, aan biologicals/anti-TNF blootgestelde patiënten en patiënten bij wie sprake was van falen
van biologicals/anti-TNF. De verbeteringen in PASI 75 bij patiënten die bij aanvang ook arthritis
psoriatica hadden, kwamen overeen met die in de gehele populatie met plaque psoriasis.
Secukinumab ging gepaard met een snel intredende werkzaamheid met een afname van 50% in de
gemiddelde PASI in week 3 voor de dosis van 300 mg.
35
Figuur 1
Tijdsverloop van de percentuele verandering vanaf baseline in de gemiddelde PASI-
score in onderzoek 1 (ERASURE)
PASI %-
verandering
vanaf baseline
Weken behandeling
n = aantal beoordeelbare patiënten
secukinumab 150 mg (n=243)
secukinumab 300 mg (n=245)
Placebo (n=245)
Specifieke plaatsen/vormen van plaque psoriasis
In twee additionele placebo-gecontroleerde onderzoeken werd een verbetering gezien bij zowel nagel-
psoriasis (TRANSFIGURE, 198 patiënten) als palmoplantaire plaque psoriasis (GESTURE,
205 patiënten). In het TRANSFIGURE-onderzoek was secukinumab superieur aan placebo in week 16
(46,1% voor 300 mg, 38,4% voor 150 mg en 11,7% voor placebo) gemeten middels een significante
verbetering vanaf baseline in de Nail Psoriasis Severity Index (NAPSI %) bij patiënten met matige tot
ernstige plaque psoriasis bij wie ook de nagels zijn aangedaan. In het GESTURE-onderzoek was
secukinumab superieur aan placebo in week 16 (33,3% voor 300 mg, 22,1% voor 150 mg, en 1,5%
voor placebo) gemeten middels een significante verbetering van ppIGA 0- of 1-respons (“gaaf” of
“bijna gaaf”) bij patiënten met matige tot ernstige palmoplantaire plaque psoriasis.
In een placebo-gecontroleerd onderzoek werden 102 patiënten onderzocht met matige tot ernstige
hoofdhuidpsoriasis, gedefinieerd als een Psoriasis Scalp Severity Index (PSSI-)score van ≥12, een
IGA mod 2011-score voor alleen de hoofdhuid van 3 of hoger en ten minste 30% van de
hoofdhuidoppervlakte aangedaan. Secukinumab 300 mg was superieur aan placebo in week 12
gemeten middels een significante verbetering vanaf baseline van zowel PSSI 90 respons (52,9%
versus 2,0%) als IGA mod 2011 0- of 1-respons voor alleen de hoofdhuid (56,9% versus 5,9%).
Verbetering van beide eindpunten werd behouden voor patiënten op secukinumab die met de
behandeling doorgingen tot week 24.
Kwaliteit van leven/patiënt-gerapporteerde uitkomsten
In de DLQI (Dermatology
Life Quality Index)
werden in week 12 vanaf baseline (onderzoeken 1-4)
statistisch significante verbeteringen aangetoond ten opzichte van placebo. De gemiddelde afnamen
(verbeteringen) in de DLQI vanaf baseline varieerden van -10,4 tot -11,6 met secukinumab 300 mg,
van -7,7 tot -10,1 met secukinumab 150 mg, versus -1,1 tot -1,9 voor placebo in week 12. Deze
verbeteringen werden gedurende 52 weken behouden (onderzoeken 1 en 2).
Veertig procent van de deelnemers in onderzoek 1 en 2 vulde het
Psoriasis Symptom Diary
©
in. Voor
de deelnemers in deze onderzoeken die het dagboek invulden, werden in vergelijking met placebo
statistisch significante verbeteringen in week 12 vanaf baseline aangetoond voor door patiënten
gemelde klachten en symptomen van jeuk, pijn en schilfering.
Statistisch significante verbeteringen in week 4 vanaf baseline werden aangetoond in de DLQI bij
patiënten behandeld met secukinumab vergeleken met patiënten behandeld met ustekinumab
(CLEAR) en deze verbeteringen werden behouden tot 52 weken.
36
Statistisch significante verbeteringen in verschijnselen en klachten van jeuk, pijn en schilfering die
door patiënten werden gemeld in week 16 en week 52 (CLEAR) werden aangetoond in de
Psoriasis
Symptom Diary
©
bij patiënten behandeld met secukinumab vergeleken met patiënten behandeld met
ustekinumab.
Statistisch significante verbeteringen (verminderingen) in week 12 vanaf baseline in het onderzoek bij
hoofdhuidpsoriasis werden aangetoond in verschijnselen en klachten van jeuk op de hoofdhuid, pijn en
schilfering die door patiënten werden gemeld vergeleken met placebo.
Dosisflexibiliteit bij plaque psoriasis
Een gerandomiseerd, dubbelblind, multicenter onderzoek onderzocht twee
onderhoudsdoseringsschema’s (300 mg elke 2 weken [Q2W] en 300 mg elke 4 weken [Q4W])
toegediend met een voorgevulde spuit van 150 mg bij 331 patiënten met een lichaamsgewicht
≥90
kg
met matige tot ernstige psoriasis. Patiënten werden 1:1 gerandomiseerd als volgt:
secukinumab 300 mg in weken 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 2 weken (Q2W)
tot week 52 (n=165).
secukinumab 300 mg in weken 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken (Q4W)
tot week 16 (n=166).
o
Patiënten gerandomiseerd naar secukinumab 300 mg Q4W die PASI 90-responders waren
in week 16 kregen hetzelfde doseringsschema tot week 52. Patiënten gerandomiseerd
naar secukinumab 300 mg Q4W die PASI 90 non-responders waren in week 16 gingen
ofwel door met hetzelfde doseringsschema of werden toegewezen aan secukinumab
300 mg Q2W tot week 52.
Over het geheel genomen waren de werkzaamheidsresponsen in de groep die met het tweewekelijkse
schema werd behandeld hoger dan in de groep die met het vierwekelijkse schema werd behandeld
(tabel 7).
Tabel 7
Samenvatting van de klinische respons in de dosisflexibiliteitsstudie bij plaque
psoriasis*
Week 16
secukinumab
300 mg Q4W
Week 52
secukinumab
300 mg Q4W
1
secukinumab
300 mg Q2W
secukinumab
300 mg Q2W
Aantal patiënten
165
166
165
83
PASI 90-respons n
121 (73,2%) **
92 (55,5%)
126 (76,4%)
44 (52,4%)
(%)
IGA mod 2011-
122 (74,2%)
2
109 (65,9%)
2
125 (75,9%)
46 (55,6%)
respons “gaaf” of
“bijna gaaf” n (%)
* Meervoudige imputatie
1
300 mg Q4W:patiënten voortdurend behandeld met 300 mg Q4W ongeacht de PASI 90-responsstatus in week 16;
43 patiënten waren PASI 90-responder in week 16 en 40 patiënten waren PASI 90 non-responders in week 16
** Eenzijdige p-waarde = 0,0003 voor het primaire eindpunt van PASI 90 in week 16
2
Niet statistisch significant
Bij de PASI 90 non-responders in week 16 die opgetitreerd waren tot secukinumab 300 mg Q2W,
verbeterden de PASI 90-responspercentages in vergelijking met deze die op het secukinumab 300 mg
Q4W doseringsschema bleven, terwijl de IGA mod 2011-responspercentages in beide
behandelingsgroepen stabiel bleven in de tijd.
De veiligheidsprofielen van de twee doseringsschema’s, Cosentyx 300 mg toegediend elke 4 weken en
Cosentyx 300 mg toegediend elke 2 weken bij patiënten met een lichaamsgewicht
≥90
kg, waren
vergelijkbaar en in lijn met het veiligheidsprofiel dat gemeld werd bij patiënten met psoriasis.
37
Arthritis psoriatica
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld in drie gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde fase III-onderzoeken bij 1.999 patiënten met actieve arthritis
psoriatica (≥3 gezwollen gewrichten en ≥3 pijnlijke gewrichten) ondanks behandeling met
niet-steroïde, anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID’s), corticosteroïden of ‘disease-modifying
antirheumatic drugs’ (DMARD’s). Patiënten met PsA, ongeacht het subtype, werden in deze
onderzoeken opgenomen, waaronder polyarticulaire artritis zonder aanwijzingen voor reumatoïde
noduli, spondylitis met perifere artritis, asymmetrische perifere artritis, distale interfalangeale
betrokkenheid en arthritis mutilans. De tijd sinds de diagnose van PsA bedroeg bij de patiënten in deze
onderzoeken ten minste vijf jaar. De meerderheid van de patiënten had ook huidlaesies door actieve
psoriasis of een gedocumenteerde voorgeschiedenis van psoriasis. Bij aanvang had meer dan 61% van
de patiënten met PsA enthesitis en meer dan 42% dactylitis. Voor alle onderzoeken was het primaire
eindpunt een American College of Rheumatology (ACR) 20-respons. Voor onderzoek 1 naar arthritis
psoriatica (PsA-onderzoek 1) en onderzoek 2 naar arthritis psoriatica (PsA-onderzoek 2), was het
primaire eindpunt in week 24. Voor onderzoek 3 naar arthritis psoriatica (PsA-onderzoek 3), was het
primaire eindpunt in week 16 met het belangrijkste secundaire eindpunt, de verandering ten opzichte
van baseline in gemodificeerde Total Sharp Score (mTSS), in week 24.
In PsA-onderzoek 1, PsA-onderzoek 2 en PsA-onderzoek 3 was respectievelijk 29%, 35% en 30% van
de patiënten eerder behandeld met een TNFα-blokkerend middel en daarmee gestopt vanwege
onvoldoende werkzaamheid of vanwege onverdraagbaarheid (patiënten met een inadequate respons op
anti-TNFα-behandeling (anti-TNFα-IR-patiënten)).
In PsA-onderzoek 1 (FUTURE 1) werden 606 patiënten beoordeeld, van wie 60,7% gelijktijdig MTX
kreeg. De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen intraveneus 10 mg/kg toegediend in
week 0, 2 en 4, gevolgd door maandelijks subcutaan 75 mg of 150 mg te beginnen in week 8. De naar
placebo gerandomiseerde patiënten, die na 16 weken geen respons vertoonden (early rescue) en andere
placebopatiënten na 24 weken, werden overgezet op secukinumab (subcutaan 75 mg of 150 mg),
gevolgd door maandelijks dezelfde dosis.
In PsA-onderzoek 2 (FUTURE 2) werden 397 patiënten beoordeeld, van wie 46,6% gelijktijdig MTX
kreeg. De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen subcutaan 75 mg, 150 mg of 300 mg
toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis. De naar placebo
gerandomiseerde patiënten die na 16 weken geen respons vertoonden (early rescue), werden in
week 16 overgezet op secukinumab (subcutaan 150 mg of 300 mg), gevolgd door maandelijks
dezelfde dosis. De naar placebo gerandomiseerde patiënten die na 16 weken wel een respons hadden,
werden in week 24 overgezet op secukinumab (subcutaan 150 mg of 300 mg), gevolgd door
maandelijks dezelfde dosis.
In PsA-onderzoek 3 (FUTURE 5) werden 996 patiënten beoordeeld, van wie 50,1% gelijktijdig MTX
kreeg. De patiënten werden gerandomiseerd naar secukinumab 150 mg, 300 mg of placebo dat
subcutaan werd toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis, of een
maandelijkse injectie met 150 mg secukinumab (zonder oplaaddosering). De naar placebo
gerandomiseerde patiënten die na 16 weken geen respons vertoonden (early rescue), werden in
week 16 overgezet op secukinumab (subcutaan 150 mg of 300 mg), gevolgd door maandelijks
dezelfde dosis. De naar placebo gerandomiseerde patiënten die na 16 weken wel een respons hadden,
werden in week 24 overgezet op secukinumab (subcutaan 150 mg of 300 mg), gevolgd door
maandelijks dezelfde dosis.
Klachten en verschijnselen
Behandeling met secukinumab resulteerde in week 16 en 24 in een significante verbetering in
uitkomstmaten van de ziekteactiviteit in vergelijking met placebo (zie tabel 8).
38
Tabel 8
Klinische respons in PsA-onderzoek 2 en PsA-onderzoek 3 op week 16 en 24
PsA-onderzoek 2
150 mg
1
300 mg
1
100
100
PsA-onderzoek 3
150 mg
1
300 mg
1
220
222
Aantal
gerandomiseerde
patiënten
ACR20-respons
n (%)
Week 16
Week 24
ACR50-respons
n (%)
Week 16
Week 24
ACR70-respons
n (%)
Week 16
Week 24
DAS28-CRP
Week 16
Week 24
Aantal patiënten
bij wie ≥3% van de
BSA bij baseline
was aangedaan
door psoriasis
PASI 75-respons
n (%)
Week 16
Week 24
PASI 90-respons
n (%)
Week 16
Week 24
Dactylitis
verdwenen n (%) †
Week 16
Week 24
Placebo
98
Placebo
332
18
(18,4%)
15
(15,3%)
60
(60,0%***)
51
(51,0%***)
57
(57,0%***)
54
(54,0%***)
91
(27,4%)
78
(23,5%)
122
(55,5%***)
117
(53,2%***)
139
(62,6%***)
141
(63,5%***)
6
(6,1%)
7
(7,1%)
37
(37,0%***)
35
(35,0%)
35
(35,0%***)
35
(35,0%**)
27
(8,1%)
29
(8,7%)
79
(35,9%*)
86
(39,1%***)
88
(39,6%*)
97
(43,7%***)
2
(2,0%)
1
(1,0%)
-0,50
-0,96
43
(43,9%)
17
(17,0%**)
21
(21,0%**)
-1,45***
-1,58**
58
(58,0%)
15
(15,0%**)
20
(20,0%**)
-1,51***
-1,61**
41
(41,0%)
14
(4,2%)
13
(3,9%)
-0,63
-0,84
162
(48,8%)
40
(18,2%***)
53
(24,1%***)
-1,29*
-1,57***
125
(56,8%)
45
(20,3%***)
57
(25,7%***)
-1,49*
-1,68***
110
(49,5%)
3
(7,0%)
7
(16,3%)
33
(56,9%***)
28
(48,3%**)
27
(65,9%***)
26
(63,4%***)
20
(12,3%)
29
(17,9%)
75
(60,0%*)
80
(64,0%***)
77
(70,0%*)
78
(70,9%***)
3
(7,0%)
4
(9,3%)
22
(37,9%***)
19
(32,8%**)
18
(43,9%***)
20
(48,8%***)
15
(9,3%)
19
(11,7%)
46
(36,8%*)
51
(40,8%***)
59
(53,6%*)
60
(54,5%***)
10
(37%)
4
(14,8%)
21
(65,6%*)
16
(50,0%**)
26
(56,5%)
26
(56,5%**)
40
(32,3%)
42
(33,9%)
46
(57,5%*)
51
(63,8%***)
54
(65,9%*)
52
(63,4%***)
39
Enthesitis
verdwenen n (%) ‡
Week 16
17
32
32
68
77
78
(26,2%)
(50,0%**)
(57,1%***) (35,4%)
(54,6%*)
(55,7%*)
Week 24
14
27
27
66
77
86
(21,5%)
(42,2%*)
(48,2%**)
(34,4%)
(54,6%***) (61,4%***)
* p<0,05, ** p<0,01, *** p<0,001; versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie in week 24 voor PsA-onderzoek 2, behalve voor ACR70, dactylitis en enthesitis, die
verkennende eindpunten waren en alle eindpunten in week 16.
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie in week 16 voor PsA-onderzoek 3, behalve voor ACR70, wat een verkennend eindpunt was
en alle eindpunten in week 24.
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van ontbrekend binair eindpunt.
ACR: American College of Rheumatology; PASI: Psoriasis Area and Severity Index; DAS: Disease
Activity Score; BSA: Body Surface Area
Primaire eindpunt
1
Secukinumab 150 mg of 300 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door maandelijks dezelfde dosis
† Bij patiënten met dactylitis op baseline (n=27, 32, 46, respectievelijk voor PsA-onderzoek 2 en n=124,
80, 82, respectievelijk voor PsA-onderzoek 3)
‡ Bij patiënten met enthesitis op baseline (n=65, 64, 56, respectievelijk voor PsA-onderzoek 2 en n=192,
141, 140, respectievelijk voor PsA-onderzoek 3)
De werking van secukinumab trad al na 2 weken behandeling op. Een statistisch significant verschil in
ACR20 versus placebo werd bereikt op week 3.
Figuur 2 laat het percentage patiënten dat een ACR20-respons bereikte zien per visite.
Figuur 2
ACR20-respons in PsA-onderzoek 2 in de tijd tot en met week 52
Percentage
responders
Tijd (weken)
40
Voor primaire eindpunten en de belangrijkste secundaire eindpunten werden bij PsA-patiënten
vergelijkbare responsen waargenomen, ongeacht of ze wel of niet gelijktijdige behandeling met MTX
kregen. In PsA-onderzoek 2, in week 24, hadden met secukinumab behandelde patiënten die
gelijktijdig MTX gebruikten een hogere ACR20-respons (47,7% en 54,4% voor respectievelijk
150 mg en 300 mg, vergeleken met 20% voor placebo) en ACR50-respons (31,8% en 38,6% voor
respectievelijk 150 mg en 300 mg, vergeleken met 8,0% voor placebo). Patiënten behandeld met
secukinumab die niet gelijktijdig MTX gebruikten, hadden een hogere ACR20-respons (53,6% en
53,6% voor respectievelijk 150 mg en 300 mg, vergeleken met 10,4% voor placebo) en ACR50-
respons (37,5% en 32,1% voor respectievelijk 150 mg en 300 mg, vergeleken met 6,3% voor placebo).
In PsA-onderzoek 2 hadden zowel anti-TNFα-naïeve patiënten als anti-TNFα-IR-patiënten behandeld
met secukinumab een significant hogere ACR20-respons in vergelijking met placebo in week 24,
waarbij de respons in de anti-TNFα-naïeve groep enigszins hoger lag (anti-TNFα-naïef: 64% en 58%
met respectievelijk 150 mg en 300 mg, vergeleken met 15,9% met placebo; anti-TNFα-IR: 30% en
46% met respectievelijk 150 mg en 300 mg, vergeleken met 14,3% met placebo). In de subgroep met
anti-TNFα-IR-patiënten liet alleen de dosis van 300 mg een significant hoger responspercentage voor
de ACR20 zien in vergelijking met placebo (p<0,05) en werd een klinisch relevant voordeel ten
opzichte van de dosis van 150 mg voor meerdere secundaire eindpunten aangetoond. Verbeteringen in
de PASI 75-respons werden waargenomen in beide subgroepen en de dosis van 300 mg liet een
statistisch significant voordeel bij de anti-TNFα-IR-patiënten zien.
Voor alle componenten van de ACR-scores werden verbeteringen waargenomen, waaronder door de
patiënt beoordeelde pijn. In PsA-onderzoek 2 was het percentage patiënten dat een modified PsA
Response Criteria (PsARC)-respons had bereikt in week 24 groter bij de met secukinumab behandelde
patiënten (59,0% en 61,0% met respectievelijk 150 mg en 300 mg) dan met placebo (26,5%).
In PsA-onderzoek 1 en PsA-onderzoek 2 hield de werkzaamheid aan tot week 104. Van de
200 patiënten die in PsA-onderzoek 2 oorspronkelijk gerandomiseerd waren naar secukinumab
150 mg en 300 mg, waren 178 patiënten (89%) nog steeds onder behandeling op week 52. Van de
100 patiënten die gerandomiseerd waren naar secukinumab 150 mg, hadden er 64 een ACR20-
respons, 39 een ACR50-respons en 20 een ACR70-respons. Van de 100 patiënten die gerandomiseerd
waren naar secukinumab 300 mg, hadden er 64 een ACR20-respons, 44 een ACR50-respons en 24 een
ACR70-respons.
Radiografisch meetbare respons
In PsA-onderzoek 3, werd de remming van progressie van structurele schade radiografisch beoordeeld
en uitgedrukt in de gemodificeerde Total Sharp Score (mTSS) en onderdelen hiervan, de erosiescore
(ES) en de score voor gewrichtsspleetversmalling (Joint
Space Narrowing score;
JSN). Radiografieën
van de handen, polsen, en voeten werden verkregen bij baseline, week 16 en/of week 24 en
afzonderlijk gescoord door ten minste twee lezers die geblindeerd waren voor behandelingsgroep en
visitenummer. Behandeling met secukinumab 150 mg en 300 mg remde significant de snelheid van
progressie van perifere gewrichtsschade vergeleken met placebo zoals gemeten door de verandering
vanaf baseline in mTSS in week 24 (tabel 9).
De remming van de progressie van structurele schade werd tevens bepaald in PsA-onderzoek 1 na 24
en 52 weken vergeleken met baseline. De gegevens voor week 24 zijn weergegeven in tabel 9.
41
Tabel 9
Verandering in modified Total Sharp Score bij arthritis psoriatica
PsA-onderzoek 3
secukinumab
secukinumab
1
150 mg
300 mg
1
n=213
n=217
PsA-onderzoek 1
Placebo secukinumab
n=179
150 mg
2
n=185
Placebo
n=296
Totale score
Baseline
15,0
13,5
12,9
28,4
22,3
(SD)
(38,2)
(25,6)
(23,8)
(63,5)
(48,0)
Gemiddelde
0,50
0,13*
0,02*
0,57
0,13*
verandering
in week 24
*p<0,05 gebaseerd op nominale, maar niet gecorrigeerde, p-waarde
1
secukinumab 150 mg of 300 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde maandelijkse dosis
2
10 mg/kg in week 0, 2 en 4 gevolgd door subcutane doses van 75 mg of 150 mg
De remming van structurele schade hield in PsA-onderzoek 1bij behandeling met secukinumab aan tot
week 52.
In PsA-onderzoek 3 was het percentage patiënten zonder ziekteprogressie van randomisatie tot
week 24 (gedefinieerd als een verandering in mTSS ten opzichte van baseline van ≤0,5) respectievelijk
80,3%, 88,5% en 73,6% voor secukinumab 150 mg, 300 mg en placebo. Een effect van remming van
structurele schade werd waargenomen bij anti-TNFα-naïeve en anti-TNFα-IR-patiënten en bij
patiënten behandeld met en zonder gelijktijdig MTX.
In PsA-onderzoek 1 was het percentage patiënten zonder ziekteprogressie (gedefinieerd als een
verandering in mTSS ten opzichte van baseline van ≤0,5) vanaf randomisatie tot week 24 82,3% bij
secukinumab 10 mg/kg intraveneuze oplaaddosis - 150 mg subcutane onderhoudsdosis en 75,7% bij
placebo. Het percentage patiënten zonder ziekteprogressie vanaf week 24 tot week 52 voor
secukinumab 10 mg/kg intraveneuze oplaaddosis - gevolgd door 150 mg subcutane onderhoudsdosis
en voor placebopatiënten die na 16 of 24 weken werden overgezet op 75 mg of 150 mg subcutaan
iedere 4 weken, was respectievelijk 85,7% en 86,8%.
Axiale manifestaties in PsA
In een gerandomiseerd, dubbelblind, placebogecontroleerd onderzoek (MAXIMISE) is de
werkzaamheid van secukinumab beoordeeld bij 485 patiënten met PsA met axiale manifestaties die
naïef waren voor biologicals en bij wie de respons op NSAID’s inadequaat was. De primaire variabele
van minstens 20% verbetering in Assessment of SpondyloArthritis International Society (ASAS 20)-
criteria in week 12 werd behaald. Behandeling met secukinumab 300 mg en 150 mg vergeleken met
placebo resulteerde tevens in een grotere verbetering van de klachten en verschijnselen (waaronder
verminderingen in spinale pijn ten opzichte van baseline) en verbetering in lichamelijk functioneren
(zie tabel 10).
42
Tabel 10
Klinische respons in het MAXIMISE-onderzoek in week 12
Placebo
(n=164)
31,2 (24,6; 38.7)
150 mg
(n=157)
66,3 (58,4; 73,3)*
300 mg
(n=164)
62,9 (55,2; 70,0)*
ASAS 20-respons, %
(95%-BI)
ASAS 40-respons, %
12,2 (7,8; 18,4)
39,5 (32,1; 47,4)**
43,6 (36,2; 51,3)**
(95%-BI)
BASDAI 50, %
9,8 (5,9; 15,6)
32,7 (25,8; 40,5)**
37,4 (30,1; 45,4)**
(95%-BI)
Spinale pijn, VAS
-13,6 (-17,2; -10,0)
-28,5 (-32,2; -24,8)**
-26,5 (-30,1; -22,9)**
(95%-BI)
Lichamelijk
-0,155 (-0,224; -0,086)
-0,330 (-0,401;
-0,389 (-0,458;
functioneren, HAQ-DI
-0,259)**
-0,320)**
(95%-BI)
* p<0.0001; versus placebo met meervoudige imputatie.
** Vergelijking t.o.v. placebo werd niet aangepast voor multipliciteit.
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; VAS: Visual Analog Scale; HAQ-DI: Health Assessment
Questionnaire – Disability Index.
Verbeteringen in ASAS 20 en ASAS 40 werden waargenomen vanaf week 4 en werden behouden tot
52 weken voor beide secukinumab doses.
Lichamelijk functioneren en gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven
In PsA-onderzoek 2 en PsA-onderzoek 3 lieten patiënten die behandeld werden met secukinumab
150 mg (p=0,0555 en p<0,0001) en 300 mg (p=0,0040 en p<0,0001) in respectievelijk week 24 en
week 16 een verbetering in lichamelijk functioneren zien ten opzichte van patiënten die placebo
kregen, zoals gemeten met de Health Assessment Questionnaire-Disability Index (HAQ-DI).
Verbeteringen in HAQ-DI-scores werden waargenomen ongeacht eerdere blootstelling aan anti-TNFα.
In PsA-onderzoek 1 werden vergelijkbare responsen gezien.
De met secukinumab behandelde patiënten meldden significante verbeteringen van de
gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten met de Short Form-36 Health Survey
Physical Component Summary (SF-36 PCS)-score (p<0,001). Er zijn ook statistisch significante
verbeteringen aangetoond in verkennende eindpunten zoals gemeten met de Functional Assessment of
Chronic Illness Therapy - Fatigue (FACIT-F)-scores voor 150 mg en 300 mg in vergelijking met
placebo (respectievelijk 7,97, 5,97 versus 1,63) en deze verbeteringen hielden aan tot week 104 in
PsA-onderzoek 2.
Vergelijkbare responsen werden in PsA-onderzoek 1 waargenomen en de werkzaamheid hield aan tot
week 52.
Axiale spondyloartritis (axSpA)
Spondylitis ankylopoetica (AS) / röntgenologische axiale spondyloartritis
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld in drie gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde fase III-onderzoeken bij 816 patiënten met actieve spondylitis
ankylopoetica (AS) met een Bath Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index (BASDAI) van ≥4
ondanks behandeling met niet-steroïde, anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID’s),
corticosteroïden of ‘disease-modifying antirheumatic drugs’ (DMARD’s). De mediane tijd sinds de
diagnose van AS bedroeg bij de patiënten in onderzoek 1 naar spondylitis ankylopoetica
(AS-onderzoek 1) en onderzoek 2 naar spondylitis ankylopoetica (AS-onderzoek 2) 2,7 tot 5,8 jaar.
Voor beide onderzoeken was het primaire eindpunt een verbetering van ten minste 20% van de
Assessment of SpondyloArthritis International Society (ASAS 20)-criteria in week 16.
43
In onderzoek 1 naar spondylitis ankylopoetica (AS-onderzoek 1), onderzoek 2 naar spondylitis
ankylopoetica (AS-onderzoek 2) en onderzoek 3 naar spondylitis ankylopoetica (AS-onderzoek 3)
waren respectievelijk 27,0%, 38,8% en 23,5% van de patiënten eerder behandeld met een TNFα-
blokkerend middel en daarmee gestopt vanwege onvoldoende werkzaamheid of vanwege
onverdraagbaarheid (patiënten met een inadequate respons op anti-TNFα-behandeling
(anti-TNFα-IR-patiënten)).
In AS-onderzoek 1 (MEASURE 1) werden 371 patiënten beoordeeld, van wie 14,8% gelijktijdig MTX
gebruikte en 33,4% sulfasalazine. De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen intraveneus
10 mg/kg toegediend in week 0, 2 en 4, gevolgd door maandelijks subcutaan 75 mg of 150 mg te
beginnen in week 8. De naar placebo gerandomiseerde patiënten die na 16 weken geen respons
vertoonden (early rescue) en alle andere placebopatiënten na 24 weken, werden overgezet op
secukinumab (subcutaan 75 mg of 150 mg), gevolgd door maandelijks dezelfde dosis.
In AS-onderzoek 2 (MEASURE 2) werden 219 patiënten beoordeeld, van wie 11,9% gelijktijdig MTX
gebruikte en 14,2% sulfasalazine. De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen subcutaan
75 mg of 150 mg toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis. In
week 16 werden de patiënten die bij baseline naar placebo waren gerandomiseerd, opnieuw
gerandomiseerd naar maandelijks secukinumab (subcutaan 75 mg of 150 mg).
In AS-onderzoek 3 (MEASURE 3) werden 226 patiënten beoordeeld, van wie 13,3% gelijktijdig MTX
gebruikte en 23,5% sulfasalazine. De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen 10 mg/kg
intraveneus toegediend in week 0, 2, en 4, gevolgd door maandelijks ofwel 150 mg ofwel 300 mg
subcutaan. In week 16 werden de patiënten die bij baseline naar placebo waren gerandomiseerd,
opnieuw gerandomiseerd naar maandelijks secukinumab (ofwel 150 mg ofwel 300 mg subcutaan). Het
primaire eindpunt was ASAS 20 in week 16. Patiënten waren geblindeerd voor het
behandelingsregime tot week 52, en het onderzoek ging voort tot week 156.
Klachten en verschijnselen:
In AS-onderzoek 2 resulteerde behandeling met secukinumab 150 mg op week 16 in een grotere
verbetering in uitkomstmaten van ziekteactiviteit in vergelijking met placebo (zie tabel 11).
Tabel 11
Klinische respons in AS-onderzoek 2 op week 16
Placebo
(n = 74)
28,4
10,8
1,13
8,1
4,1
10,8
4,1
75 mg
(n = 73)
41,1
26,0
0,61
34,2
15,1
24,7*
15,1*
150 mg
(n = 72)
61,1***
36,1***
0,55***
43,1***
13,9
30,6**
25,0***
Uitkomst (p-waarde versus placebo)
ASAS 20-respons, %
ASAS 40-respons, %
hsCRP, (post-BSL/BSL-ratio)
ASAS 5/6, %
ASAS gedeeltelijke remissie, %
BASDAI 50, %
ASDAS-CRP aanzienlijke
verbetering
* p<0,05, ** p<0,01, *** p<0,001; versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie, behalve voor BASDAI 50 en ASDAS-CRP.
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van ontbrekend binair eindpunt.
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; hsCRP: high-sensitivity C-reactive protein; ASDAS: Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Score; BSL: baseline
44
De werking van secukinumab 150 mg op basis van de ASAS 20-score trad al na 1 week behandeling
op en op basis van de ASAS 40-score na 2 weken behandeling in AS-onderzoek 2 (superieur ten
opzichte van placebo).
De ASAS 20-responsen waren met secukinumab 150 mg in vergelijking met placebo in week 16 beter
bij zowel anti-TNF- α-naïeve patiënten (68,2% versus 31,1%; p<0,05) als bij anti-TNFα-IR-patiënten
(50,0% versus 24,1%; p<0,05).
In AS-onderzoek 1 en AS-onderzoek 2 werd in week 16 een significante verbetering van de klachten
en verschijnselen aangetoond bij met secukinumab behandelde patiënten (150 mg in AS-onderzoek 2
en beide regimes in AS-onderzoek 1), waarbij een vergelijkbare grootte van respons en werkzaamheid
werd behouden tot week 52 bij zowel anti-TNFα-naïeve patiënten als anti-TNFα-IR-patiënten. Van de
72 patiënten die in AS-onderzoek 2 oorspronkelijk gerandomiseerd waren naar secukinumab 150 mg,
waren 61 patiënten (84,7%) nog steeds onder behandeling op week 52. Van de 72 patiënten die
gerandomiseerd waren naar secukinumab 150 mg, hadden er 45 een ASAS 20-respons en 35 een
ASAS 40-respons.
In AS-onderzoek 3 werd een verbetering van de klachten en verschijnselen aangetoond bij met
secukinumab behandelde patiënten (150 mg en 300 mg), waarbij vergelijkbare
werkzaamheidsresponsen werden verkregen onafhankelijk van de dosis die superieur waren aan
placebo in week 16 voor het primair eindpunt (ASAS20). Over het algemeen waren de
werkzaamheidsresponspercentages in de groep met 300 mg consistent hoger dan in de groep met
150 mg voor de secundaire eindpunten. Tijdens de geblindeerde periode waren de ASAS 20 en
ASAS 40 responsen respectievelijk 69,7% en 47,6% voor 150 mg en 74,3% en 57,4% voor 300 mg in
week 52. De ASAS 20 en ASAS 40 responsen werden behouden tot week 156 (69,5% en 47,6% voor
150 mg versus 74,8% en 55,6% voor 300 mg). Hogere responspercentages in het voordeel van 300 mg
werden ook waargenomen voor de ASAS partiële remissierespons (ASAS PR) in week 16 en werden
behouden tot week 156. Grotere verschillen in responspercentages, waarbij 300 mg beter was dan
150 mg, werden gezien bij anti-TNFα-IR patiënten (n=36) in vergelijking tot anti-TNFα-naïeve
patiënten (n=114).
Beweeglijkheid van de wervelkolom:
Patiënten die behandeld werden met secukinumab 150 mg, lieten verbeteringen zien in de
beweeglijkheid van de wervelkolom zoals bepaald met de verandering vanaf baseline in BASMI op
week 16 voor zowel AS-onderzoek 1(-0,40 versus -0,12 voor placebo; p=0,0114) als voor AS-
onderzoek 2 (-0,51 versus -0,22 voor placebo; p=0,0533). Deze verbeteringen hielden aan tot week 52.
Lichamelijk functioneren en gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven:
In AS-onderzoeken 1 en 2 lieten patiënten die behandeld werden met secukinumab 150 mg
verbeteringen zien in gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten met de AS Quality
of Life Questionnaire (ASQoL) (p=0,001) en de SF-36 Physical Component Summary (SF-36PCS)
(p<0,001). Patiënten die behandeld werden met secukinumab 150 mg lieten ook statistisch significante
verbeteringen zien van verkennende eindpunten wat betreft lichamelijk functioneren, zoals beoordeeld
met de Bath Ankylosing Spondylitis Functional Index (BASFI) in vergelijking met placebo (-2,15
versus -0,68) en wat betreft vermoeidheid, uitgedrukt als score op de Functional Assessment of
Chronic Illness Therapy-Fatigue (FACIT-F)-schaal in vergelijking met placebo (8,10 versus 3,30).
Deze verbeteringen hielden aan tot week 52.
45
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis (nr-axSpA)
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld bij 555 patiënten in een
gerandomiseerd, dubbelblind, placebogecontroleerd fase III-onderzoek (PREVENT), bestaande uit een
2-jarige hoofdstudie en een 2-jarige extensiestudie. Patiënten werden geïncludeerd met actieve niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis (nr-axSpA) die voldeden aan de Assessment of
SpondyloArthritis International Society (ASAS) classificatiecriteria voor axiale spondyloartritis
(axSpA) zonder röntgenologisch bewijs van veranderingen in de sacro-iliacale gewrichten volgens de
modified New York criteria voor spondylitis ankylopoetica (AS). Geïncludeerde patiënten hadden
actieve ziekte, gedefinieerd als een Bath Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index (BASDAI)
≥4, een Visueel Analoge Schaal (VAS) voor totale rugpijn van ≥40 (op een schaal van 0-100 mm),
ondanks huidige of vroegere behandeling met niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen
(NSAID’s), en een verhoogd C-reactief proteïne (CRP) en/of bewijs van sacro-iliitis op Magnetic
Resonance Imaging (MRI). Patiënten in dit onderzoek hadden een diagnose van axSpA gedurende
gemiddeld 2,1 tot 3,0 jaar en 54% van de deelnemers aan het onderzoek was vrouw.
In het PREVENT-onderzoek was 9,7% van de patiënten eerder behandeld met een TNFα-blokkerend
middel en stopte daarmee vanwege onvoldoende werkzaamheid of vanwege onverdraagbaarheid
(patiënten met een inadequate respons op anti-TNFα-behandeling (anti-TNFα-IR-patiënten)).
In het PREVENT-onderzoek gebruikte respectievelijk 9,9% en 14,8% van de patiënten gelijktijdig
MTX of sulfasalazine. Tijdens de dubbelblinde periode kregen de patiënten ofwel placebo ofwel
secukinumab gedurende 52 weken. De patiënten gerandomiseerd naar secukinumab kregen 150 mg
subcutaan in week 0, 1, 2, 3 en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke maand, of een maandelijkse injectie
van 150 mg secukinumab. Het primaire eindpunt was tenminste 40% verbetering in Assessment of
SpondyloArthritis International Society criteria (ASAS 40) op week 16 bij anti-TNFα-naïeve
patiënten.
Klachten en verschijnselen:
In het PREVENT-onderzoek resulteerde behandeling met 150 mg secukinumab in significante
verbeteringen in de metingen van ziekteactiviteit in vergelijking tot placebo op week 16. Deze
metingen betroffen ASAS 40, ASAS 5/6, BASDAI-score, BASDAI 50, high-sensitivity CRP (hsCRP),
ASAS 20 en ASAS partiële remissierespons in vergelijking tot placebo (tabel 12). Responsen werden
behouden tot week 52.
46
Tabel 12
Klinische respons in het PREVENT-onderzoek op week 16
Placebo
171
29,2
186
28,0
23,7
-1,46
21,0
0,91
45,7
7,0
150 mg
1
164
41,5*
185
40,0*
40,0*
-2,35*
37,3*
0,64*
56,8*
21,6*
Uitkomst (p-waarde versus placebo)
Aantal gerandomiseerde anti-TNFα-naïeve
patiënten
ASAS 40-respons, %
Totaal aantal gerandomiseerde patiënten
ASAS 40-respons, %
ASAS 5/6, %
BASDAI, LS gemiddelde verandering ten
opzichte van de BSL-score
BASDAI 50, %
hsCRP, (post-BSL/BSL-ratio)
ASAS 20-respons, %
ASAS partiële remissie, %
*p<0,05 versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf
gedefinieerde hiërarchie
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van een ontbrekend binair eindpunt.
1
secukinumab 150 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke maand
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; BSL: baseline; hsCRP: high-sensitivity C-reactief proteïne; LS:
kleinste kwadraten (least square)
De werking van 150 mg secukinumab trad al in week 3 op voor ASAS 40 bij anti-TNFα-naïeve
patiënten (superieur aan placebo) in het PREVENT-onderzoek. Het percentage patiënten dat een
ASAS 40-respons bereikte in anti-TNFα-naïeve patiënten wordt per bezoek weergegeven in figuur 3.
Figuur 3
ASAS 40-responsen bij anti-TNFα-naïeve patiënten in het PREVENT-onderzoek in
de tijd tot en met week 16
Percentage
responders
Tijd (weken)
Secukinumab 150 mg met oplaaddosis
Placebo
47
ASAS 40-responsen verbeterden ook in week 16 in anti-TNFα-IR-patiënten voor 150 mg
secukinumab in vergelijking tot placebo.
Lichamelijk functioneren en gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven:
Behandeling met 150 mg secukinumab liet statistisch significante verbeteringen zien op week 16 in
vergelijking met placebo-behandeling ten aanzien van lichamelijk functioneren, zoals beoordeeld door
de BASFI (week 16: -1,75 versus -1,01, p<0,05). Behandeling met secukinumab liet significante
verbeteringen zien in vergelijking met placebo-behandeling op week 16 ten aanzien van gezondheids-
gerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten door ASQoL (LS gemiddelde verandering:
week 16: -3,45 versus -1,84, p<0,05) en SF-36 Physical Component Summary (SF-36 PCS) (LS
gemiddelde verandering: week 16: 5,71 versus 2,93, p<0,05). Deze verbeteringen hielden aan tot
week 52.
Beweeglijkheid van de wervelkolom:
Beweeglijkheid van de wervelkolom werd beoordeeld met BASMI tot en met week 16. Numeriek
grotere verbeteringen werden aangetoond in de groep patiënten behandeld met secukinumab in
vergelijking tot de groep placebo-behandelde patiënten op week 4, 8, 12 en 16.
Remming van ontsteking op magnetic resonance imaging (MRI):
Ontsteking werd beoordeeld met MRI op baseline en week 16 en resultaten werden weergegeven als
verandering ten opzichte van baseline in de Berlin SI-joint oedema score voor sacro-iliacale
gewrichten, en in ASspiMRI-a score en Berlin spine score voor de wervelkolom. Remming van
ontsteking in zowel sacro-iliacale gewrichten als de wervelkolom werd waargenomen bij patiënten die
behandeld werden met secukinumab. De gemiddelde verandering ten opzichte van baseline in Berlin
SI-joint oedema score was -1,68 voor patiënten die behandeld werden met 150 mg secukinumab
(n=180) versus -0,39 voor patiënten die behandeld werden met placebo (n=174) (p<0,05).
Pediatrische patiënten
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Secukinumab heeft aangetoond klachten en verschijnselen te verbeteren, evenals de
gezondheidsgerelateerde levenskwaliteit bij pediatrische patiënten met plaque psoriasis vanaf 6 jaar
(zie tabellen 14 en 16).
Ernstige plaque psoriasis
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden onderzocht in een gerandomiseerd,
dubbelblind, placebo- en etanercept-gecontroleerd fase III-onderzoek bij pediatrische patiënten van 6
tot 18 jaar met ernstige plaque psoriasis, gedefinieerd als een PASI score ≥20, een IGA mod 2011
score van 4, en ≥10% van de BSA aangedaan door psoriasis, die in aanmerking kwamen voor
systemische therapie. Ongeveer 43% van de patiënten had eerdere blootstelling aan fototherapie, 53%
aan conventionele systemische therapie, 3% aan biologische geneesmiddelen, en 9% had gelijktijdige
arthritis psoriatica.
Het pediatrisch psoriasis-onderzoek 1 onderzocht 162 patiënten die gerandomiseerd werden naar een
lage dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <50 kg of 150 mg voor een
lichaamsgewicht ≥50 kg), een hoge dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <25 kg,
150 mg voor een lichaamsgewicht tussen ≥25 kg en <50 kg, of 300 mg voor een lichaamsgewicht
≥50 kg), of placebo in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken, of etanercept.
Patiënten die werden gerandomiseerd naar etanercept kregen 0,8 mg/kg wekelijks (tot een maximum
van 50 mg). Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd bij randomisatie is weergegeven in tabel 13.
48
Tabel 13
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 1
Beschrijving
Secukinumab
lage dosis
n=40
8
32
2
17
21
Secukinumab
hoge dosis
n=40
9
31
3
15
22
Placebo
n=41
10
31
3
17
21
Etanercept
n=41
10
31
4
16
21
Totaal
N=162
37
125
12
65
85
Randomisatie
strata
Leeftijd
Gewicht
6-<12 jaar
≥12-<18 jaar
<25 kg
≥25-<50 kg
≥50 kg
Patiënten die waren gerandomiseerd naar placebo en non-responders waren in week 12 werden
overgezet naar de groep met ofwel de lage dosis ofwel de hoge dosis secukinumab (dosis gebaseerd op
lichaamsgewicht groep) en kregen onderzoeksmedicatie in week 12, 13, 14, en 15, gevolgd door
dezelfde dosis elke 4 weken te beginnen in week 16. De co-primaire eindpunten waren het percentage
patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score 0 of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna gaaf’)
bereikten op week 12.
Tijdens de placebogecontroleerde periode van 12 weken was de werkzaamheid van zowel de lage als
de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar wat betreft de co-primaire eindpunten. De geschatte
oddsratio’s in het voordeel van beide secukinumab-doseringen waren statistisch significant voor de
PASI 75- en IGA mod 2011 0/1-scores.
Alle patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid en veiligheid gedurende de 52 weken na de eerste
dosis. Het percentage patiënten dat een PASI 75-respons en IGA mod 2011-score 0 of 1 (‘gaaf’ of
‘bijna gaaf’) bereikte toonde een scheiding tussen de secukinumab behandelingsgroepen en placebo bij
het eerste post-baseline bezoek op week 4; het verschil werd steeds duidelijker op week 12. De
respons bleef gedurende de gehele periode van 52 weken aanhouden (zie tabel 14). Verbetering in
PASI 50-, 90-, 100-responspercentages en Children’s Dermatology Life Quality Index (CDLQI)-
scores 0 of 1 hielden eveneens aan gedurende de gehele periode van 52 weken.
Bovendien waren de PASI 75-, IGA 0- of 1-, PASI 90-responspercentages in weken 12 en 52 voor
zowel de behandelingsgroepen met de lage dosis als de hoge dosis secukinumab hoger dan de
percentages voor patiënten die behandeld werden met etanercept (zie tabel 14).
Na week 12 was de werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar
hoewel de werkzaamheid van de hoge dosis hoger was bij patiënten ≥50 kg. De veiligheidsprofielen
van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het veiligheidsprofiel bij
volwassen patiënten met plaque psoriasis.
49
Tabel 14
Samenvatting van de klinische respons bij ernstige pediatrische psoriasis in week 12
en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 1)*
Respons Vergelijking behandeling
criterium 'test' vs. 'controle'
'test'
'controle'
oddsratio
n**/m (%) n**/m (%)
schatting (95%-BI) p-waarde
In week 12***
PASI 75
secukinumab lage dosis vs. placebo
32/40 (80,0) 6/41 (14,6)
25,78 (7,08-114,66) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. placebo 31/40 (77,5) 6/41 (14,6)
22,65 (6,31-98,93)
<0,0001
secukinumab lage dosis vs. etanercept 32/40 (80,0) 26/41 (63,4)
2,25 (0,73-7,38)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 31/40 (77,5) 26/41 (63,4)
1,92 (0,64-6,07)
IGA 0/1
secukinumab lage dosis vs. placebo
28/40 (70,0)
2/41 (4,9)
51,77 (10,02-538,64) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. placebo 24/40 (60,0)
2/41 (4,9)
32,52 (6,48-329,52) <0,0001
secukinumab lage dosis vs. etanercept 28/40 (70,0) 14/41 (34,1)
4,49 (1,60-13,42)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 24/40 (60,0) 14/41 (34,1)
2,86 (1,05-8,13)
PASI 90
secukinumab lage dosis vs. placebo
29/40 (72,5)
1/41 (2,4) 133,67 (16,83-6395,22) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. placebo 27/40 (67,5)
1/41 (2,4) 102,86 (13,22-4850,13) <0,0001
secukinumab lage dosis vs. etanercept 29/40 (72,5) 12/41 (29,3)
7,03 (2,34-23,19)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 27/40 (67,5) 12/41 (29,3)
5,32 (1,82-16,75)
In week 52
PASI 75
secukinumab lage dosis vs. etanercept 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,12 (0,91-12,52)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,09 (0,90-12,39)
IGA 0/1
secukinumab lage dosis vs. etanercept 29/40 (72,5) 23/41 (56,1)
2,02 (0,73-5,77)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 30/40 (75,0) 23/41 (56,1)
2,26 (0,81-6,62)
PASI 90
secukinumab lage dosis vs. etanercept 30/40 (75,0) 21/41 (51,2)
2,85 (1,02-8,38)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 32/40 (80,0) 21/41 (51,2)
3,69 (1,27-11,61)
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
** n is het aantal responders, m = aantal evalueerbare patiënten
*** verlengd venster voor bezoek in week 12
Oddsratio, 95%-betrouwbaarheidsinterval en p-waarde zijn afkomstig van een exact logistisch regressiemodel met
behandelingsgroep, baseline lichaamsgewichtscategorie en leeftijdscategorie als factoren
Een hoger percentage pediatrische patiënten die behandeld werden met secukinumab meldde
verbetering in gezondheidsgerelateerde levenskwaliteit zoals gemeten door een CDLQI-score van 0 of
1 vergeleken met placebo in week 12 (lage dosis 44,7%, hoge dosis 50%, placebo 15%). Over de
gehele behandelperiode en tot en met week 52 scoorden de beide dosisgroepen met secukinumab
numeriek hoger dan de groep met etanercept (lage dosis 60,6%, hoge dosis 66,7%, etanercept 44,4%).
Matige tot ernstige plaque psoriasis
Op basis van de aangetoonde werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie bij volwassen patiënten
met matige tot ernstige plaque psoriasis en de overeenkomst van het ziekteverloop, pathofysiologie en
het geneesmiddeleffect bij volwassen en pediatrische patiënten bij dezelfde blootstellingsniveaus,
werd secukinumab voorspeld werkzaam te zijn voor de behandeling van pediatrische patiënten met
matige plaque psoriasis.
Daarbij werd de veiligheid en de werkzaamheid van secukinumab onderzocht in een open-label, twee-
armig, multicenter fase III-onderzoek met parallelle groepen bij pediatrische patiënten van 6 tot
18 jaar oud met matige tot ernstige plaque psoriasis, gedefinieerd als een PASI-score ≥12, een IGA
mod 2011-score van ≥3, en ≥10% van de BSA aangedaan door psoriasis, die in aanmerking kwamen
voor systemische therapie.
Het pediatrisch psoriasis-onderzoek 2 onderzocht 84 patiënten die gerandomiseerd werden naar een
lage dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <50 kg or 150 mg voor een
lichaamsgewicht ≥50 kg) of een hoge dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <25 kg,
150 mg voor een lichaamsgewicht tussen ≥25 kg en <50 kg, of 300 mg voor een lichaamsgewicht
≥50 kg) in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken. Patiëntverdeling volgens
gewicht en leeftijd bij randomisatie wordt weergegeven in tabel 15.
50
Tabel 15
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 2
Beschrijving
Secukinumab
lage dosis
n=42
17
25
4
13
25
Secukinumab
hoge dosis
n=42
16
26
4
12
26
Totaal
N=84
33
51
8
25
51
Subgroepen
Leeftijd
Gewicht
6-<12 jaar
≥12-<18 jaar
<25 kg
≥25-<50 kg
≥50 kg
De co-primaire eindpunten waren de percentages patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod
2011-score van 0 of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna gaaf’) bereikten op week 12.
De werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab was vergelijkbaar en toonde een
statistisch significante verbetering aan vergeleken met de historische placebogroep wat betreft de co-
primaire eindpunten. De geschatte posterieure waarschijnlijkheid van een positief behandelingseffect
was 100%.
Patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid gedurende een periode van 52 weken na de eerste
toediening. Werkzaamheid (gedefinieerd als een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0
of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna gaaf’) werd al waargenomen in het eerste post-baseline bezoek op week 2 en het
aantal patiënten dat een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0 of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna
gaaf’) bereikte, steeg tot week 24 en hield aan tot week 52. Verbetering in PASI 90 en PASI 100 werd
tevens waargenomen in week 12, steeg tot week 24, en hield aan tot week 52 (zie tabel 16).
De veiligheidsprofielen van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het
veiligheidsprofiel bij volwassenen.
Tabel 16
Samenvatting van de klinische respons bij matige tot ernstige psoriasis bij
pediatrische patiënten in week 12 en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 2)*
Week 12
Secukinumab Secukinumab
lage dosis
hoge dosis
42
42
39 (92,9%)
39 (92,9%)
33 (78,6%)
35 (83,3%)
Week 52
Secukinumab Secukinumab
lage dosis
hoge dosis
42
42
37 (88,1%)
38 (90,5%)
36 (85,7%)
35 (83,3%)
35 (83,3%)
29 (69,0%)
Aantal patiënten
PASI 75-respons n (%)
IGA mod 2011
‘gaaf’
of
‘bijna
gaaf’-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
29 (69%)
32 (76,2%)
32 (76,2%)
PASI 100-respons n (%)
25 (59,5%)
23 (54,8%)
22 (52,4%)
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
Deze uitkomsten bij de matige tot ernstige plaque psoriasis pediatrische populatie bevestigden de
hierboven vermelde predictieve aannames gebaseerd op werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie
bij volwassen patiënten.
In de groep met de lage dosis bereikte respectievelijk 50% en 70,7% van de patiënten een CDLQI 0-
of 1-score op respectievelijk week 12 en 52. In de groep met de hoge dosis bereikte respectievelijk
61,9% en 70,3% een CDLQI 0- of 1-score op respectievelijk week 12 en 52.
51
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Enthesitis‑gerelateerde artritis (ERA) en juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
De werkzaamheid en veiligheid van secukinumab werden beoordeeld bij 86 patiënten in een 3‑delig,
dubbelblind, placebogecontroleerd, voorvalgestuurd, gerandomiseerd fase III‑onderzoek bij patiënten
van 2 tot <18 jaar met actieve ERA of JPsA zoals gediagnosticeerd op basis van de gemodificeerde
JIA-classificatiecriteria van de International League of Associations for Rheumatology (ILAR). Het
onderzoek bestond uit een open‑labelgedeelte (deel 1) waarin alle patiënten secukinumab kregen tot
week 12. Patiënten bij wie in week 12 een JIA‑ACR (American College of Rheumatology-)30-respons
werd vastgesteld, kwamen in de dubbelblinde fase van deel 2 terecht en werden 1:1 gerandomiseerd
om de behandeling met secukinumab voort te zetten of om een behandeling met placebo te beginnen
(gerandomiseerde onthouding) tot week 104 of tot een opflakkering optrad. Patiënten bij wie de ziekte
opflakkerde, werden vervolgens open-label behandeld met secukinumab tot week 104 (deel 3).
De subtypen JIA‑patiënten bij aanvang van dit onderzoek waren: 60,5% ERA en 39,5% JPsA, met
ofwel een inadequate respons op ofwel een intolerantie voor ≥1 ziektewijzigende antireumatische
geneesmiddelen (disease-modifying antirheumatic drugs, DMARD's) en ≥1 niet‑steroïdale
anti‑inflammatoire geneesmiddelen (NSAID's). Bij baseline werd gebruik van MTX gerapporteerd
voor 65,1% van de patiënten; (63,5% [33/52] van de ERA‑patiënten en 67,6% [23/34] van de
JPsA‑patiënten). 12 van de 52 ERA‑patiënten werden gelijktijdig behandeld met sulfasalazine
(23,1%). Patiënten met een lichaamsgewicht bij baseline van <50 kg (n=30) kregen een dosis van
75 mg en patiënten met een lichaamsgewicht ≥50 kg (n=56) kregen een dosis van 150 mg. De leeftijd
bij baseline varieerde van 2 tot 17 jaar, met 3 patiënten van 2 tot <6 jaar, 22 patiënten van 6 tot
<12 jaar en 61 patiënten van 12 tot <18 jaar. Bij baseline was de Juvenile Arthritis Disease Activity
Score (JADAS)‑27 15,1 (SD: 7,1).
Het primaire eindpunt was de tijd tot opflakkering in de gerandomiseerde onthoudingsperiode (deel 2).
Opflakkering van de ziekte werd gedefinieerd als een verslechtering van ≥30% van minimaal drie van
de zes JIA‑ACR‑responscriteria en een verbetering van ≥30% van maximaaléén van de zes
JIA‑ACR‑responscriteria en een minimum van twee actieve gewrichten.
Aan het eind van deel 1 vertoonden 75 van de 86 (87,2%) patiënten een JIA‑ACR30‑respons en
gingen over naar deel 2.
Het onderzoek voldeed aan het primaire eindpunt door in deel 2 een statistisch significante verlenging
te vertonen van de tijd tot ziekteopflakkering bij patiënten behandeld met secukinumab in vergelijking
met placebo. In deel 2 werd het risico van opflakkering voor patiënten op secukinumab met 72%
verminderd vergeleken met patiënten op placebo (hazardratio=0,28, 95%‑BI: 0,13 tot 0,63, p<0,001)
(figuur 4 en tabel 17). Tijdens deel 2 kregen in totaal 21 patiënten in de placebogroep te maken met
een voorval van opflakkering (11 JPsA en 10 ERA), vergeleken met 10 patiënten in de
secukinumabgroep (4 JPsA en 6 ERA).
52
Figuur 4
Kaplan‑Meier-schattingen van de tijd tot opflakkering van de ziekte in deel 2
Percentage
patiënten met
een opflakkering
van de ziekte
(%)
Tijd (dagen)
Secukinumab
Aantal risicopatiënten
Secukinumab
Placebo in deel 2
------ Placebo in deel 2
+
Gecensureerd
37 36 34 33 32 30 30 29 29 29 25 25 24 23 23 23 23 23 23 21 21 21 20 14 0
38 38 32 29 28 25 22 21 21 21 20 20 19 19 19 18 18 16 16 15 15 15 15 10 0
Tabel 17
Overlevingsanalyse van de tijd tot opflakkering van de ziekte ‑ deel 2
Secukinumab
(N=37)
10 (27,0)
Placebo in deel 2
(N=38)
21 (55,3)
Aantal opflakkeringsvoorvallen aan het eind
van deel 2, n (%)
Kaplan‑Meier‑schattingen:
Mediaan, in dagen (95%‑BI)
NC (NC; NC)
453,0 (114,0; NC)
Zonder opflakkering na 6 maanden (95%‑BI)
85,8 (69,2; 93,8)
60,1 (42,7; 73,7)
Zonder opflakkering na 12 maanden (95%‑BI)
76,7 (58,7; 87,6)
54,3 (37,1; 68,7)
Zonder opflakkering na 18 maanden (95%‑BI)
73,2 (54,6; 85,1)
42,9 (26,7; 58,1)
Hazard‑ratio ten opzichte van placebo:
0,28 (0,13; 0,63)
schatting (95%‑BI)
p‑waarde van de gestratificeerde log‑rank
<0,001**
test
De analyse werd uitgevoerd op alle gerandomiseerde patiënten die in deel 2 ten minste één dosis
van het onderzoeksgeneesmiddel kregen.
Secukinumab: alle patiënten die geen placebo gebruikten. Placebo in deel 2: alle patiënten die in
deel 2 placebo gebruikten en in andere periode(n) secukinumab. NC = niet berekenbaar. ** =
statistisch significant met eenzijdig significantieniveau 0,025.
In het open‑labelgedeelte deel 1 kregen alle patiënten secukinumab tot week 12. In week 12 waren
respectievelijk 83,7%, 67,4% en 38,4% van de kinderen JIA‑ACR50, ‑70 en ‑90‑responders (figuur 5).
De aanvang van de werking van secukinumab trad al op in week 1. In week 12 was de
JADAS‑27‑score 4,64 (SD: 4,73) en de gemiddelde afname ten opzichte van baseline in JADAS‑27
was -10,487 (SD: 7,23).
53
Figuur 5
JIA‑ACR30/50/70/90‑respons voor proefpersonen tot week 12 in deel 1*
Percentage
responders
Tijd (weken)
Tijd (weken)
*non‑responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden te verwerken
De gegevens in de leeftijdsgroep van 2 tot <6 waren niet eenduidig door het lage aantal patiënten
onder de 6 jaar dat werd opgenomen in het onderzoek.
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten af te zien van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met Cosentyx bij plaque psoriasis bij pediatrische
patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 6 jaar en bij chronische idiopathische artritis bij
pediatrische patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 2 jaar (zie rubriek 4.2 voor informatie over
pediatrisch gebruik).
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
De meeste farmacokinetische eigenschappen waargenomen bij patiënten met plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en spondylitis ankylopoetica waren vergelijkbaar.
Absorptie
Na een enkelvoudige, subcutane dosis van 300 mg, als vloeistofformulering toegediend aan gezonde
vrijwilligers, bereikte secukinumab tussen 2 en 14 dagen na toediening piekserumconcentraties van
43,2 ± 10,4 μg/ml.
Op grond van een farmacokinetische populatieanalyse bereikte secukinumab na een enkelvoudige,
subcutane dosis van 150 mg of 300 mg bij patiënten met plaque psoriasis piekserumconcentraties van
respectievelijk 13,7 ± 4,8 µg/ml of 27,3 ± 9,5 µg/ml tussen 5 en 6 dagen na dosistoediening.
Na initiële wekelijkse toediening gedurende de eerste maand bedroeg de periode om de maximale
concentratie te bereiken 31 tot 34 dagen, op grond van een farmacokinetische populatieanalyse.
Op grond van simulatiegegevens waren de piekconcentraties bij steady-state (C
max, ss
) na subcutane
toediening van 150 mg of 300 mg respectievelijk 27,6 µg/ml en 55,2 µg/ml. Farmacokinetische
populatieanalyse duidt erop dat bij regimes met maandelijkse toediening na 20 weken steady-state
wordt bereikt.
54
Vergeleken met de blootstelling na een enkelvoudige dosis liet de farmacokinetische populatieanalyse
zien dat patiënten een 2-voudige toename in de piekserumconcentraties en AUC (area
under the
curve)
vertoonden na herhaalde maandelijkse toediening tijdens onderhoudsbehandeling.
Farmacokinetische populatieanalyse toonde aan dat secukinumab werd geabsorbeerd met een
gemiddelde absolute biologische beschikbaarheid van 73% bij patiënten met plaque psoriasis. Voor
alle onderzoeken werd een absolute biologische beschikbaarheid tussen 60 en 77% berekend.
De biologische beschikbaarheid van secukinumab bij PsA-patiënten was 85% op basis van het
farmacokinetische populatiemodel.
Na een enkelvoudige subcutane injectie van 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
bij patiënten met plaque psoriasis was de systemische blootstelling aan secukinumab vergelijkbaar met
wat eerder werd waargenomen bij twee injecties van 150 mg.
Distributie
Het gemiddelde verdelingsvolume in de terminale fase (V
z
) na een enkelvoudige intraveneuze
toediening varieerde van 7,10 tot 8,60 liter bij patiënten met plaque psoriasis, wat erop duidt dat
secukinumab beperkt wordt gedistribueerd naar perifere compartimenten.
Biotransformatie
IgG wordt grotendeels geëlimineerd via intracellulaire afbraak, na pinocytose of receptorgemedieerde
endocytose.
Eliminatie
De gemiddelde systemische klaring (CL) na een enkelvoudige intraveneuze toediening aan patiënten
met plaque psoriasis varieerde van 0,13 tot 0,36 l/dag. In een farmacokinetische populatieanalyse was
bij patiënten met plaque psoriasis de gemiddelde systemische klaring (CL) 0,19 l/dag. Het geslacht
was niet van invloed op de CL. De klaring was dosis- en tijdonafhankelijk.
De gemiddelde eliminatiehalfwaardetijd, zoals geschat aan de hand van farmacokinetische
populatieanalyse, was bij patiënten met plaque psoriasis 27 dagen, variërend van 18 tot 46 dagen voor
alle psoriasisonderzoeken met intraveneuze toediening.
Lineariteit/non-lineariteit
De farmacokinetiek van secukinumab na enkel- en meervoudige toediening bij patiënten met plaque
psoriasis werd bepaald in diverse onderzoeken met intraveneuze doses variërend van 1 x 0,3 mg/kg
tot 3 x 10 mg/kg en met subcutane doses variërend van 1 x 25 mg tot meerdere doses van 300 mg.
De blootstelling was voor alle toedieningsregimes dosisevenredig.
Speciale populaties
Oudere patiënten
Op grond van farmacokinetische populatieanalyse met een beperkt aantal oudere patiënten (n=71 voor
de leeftijd ≥ 65 jaar en n=7 voor de leeftijd ≥ 75 jaar) was de klaring bij oudere patiënten en patiënten
jonger dan 65 jaar vergelijkbaar.
Patiënten met een nier- of leverfunctiestoornis
Er zijn geen farmacokinetische gegevens beschikbaar voor patiënten met een nier- of
leverfunctiestoornis. De renale eliminatie van intact secukinumab, een monoklonaal IgG-antilichaam,
is naar verwachting laag en van gering belang. IgG’s worden voornamelijk geëlimineerd via afbraak
en een leverfunctiestoornis heeft naar verwachting geen invloed op de klaring van secukinumab.
55
Invloed van het gewicht op de farmacokinetiek
De klaring en het distributievolume van secukinumab nemen toe wanneer het lichaamsgewicht
toeneemt.
Pediatrische populatie
Plaque psoriasis
In een pool van twee pediatrische onderzoeken werd aan patiënten met matige tot ernstige plaque
psoriasis (6 tot18 jaar oud) secukinumab toegediend volgens het aanbevolen pediatrische dosisregime.
In week 24 hadden patiënten met een gewicht ≥25 en <50 kg een gemiddelde ± SD steady-state
dalserumconcentratie van 19,8 ± 6,96 µg/ml (n=24) na 75 mg secukinumab en patiënten met een
gewicht ≥50 kg een gemiddelde ± SD steady-state dalserumconcentratie van 27,3 ± 10,1 µg/ml (n=36)
na 150 mg secukinumab. De gemiddelde ± SD steady-state dalserumconcentratie bij patiënten met een
gewicht <25 kg (n=8) was 32,6 ± 10,8 µg/ml in week 24 na een dosis van 75 mg.
Juveniele idiopathische artritis
In een pediatrisch onderzoek kregen ERA‑ en JPsA‑patiënten (2 tot <18 jaar oud) secukinumab
toegediend volgens het aanbevolen pediatrische doseringsschema. In week 24 hadden patiënten met
een gewicht van <50 kg, en patiënten met een gewicht van ≥50 kg een gemiddelde
steady‑state‑dalconcentratie ± SD van respectievelijk 25,2 ± 5,45 µg/ml (n=10) en 27,9 ± 9,57 µg/ml
(n=19).
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen (volwassen of pediatrisch).
Deze gegevens zijn afkomstig van conventioneel onderzoek op het gebied van
veiligheidsfarmacologie, toxiciteit bij herhaalde dosering en reproductietoxiciteit of
weefselkruisreactiviteit.
Er is geen dieronderzoek uitgevoerd voor beoordeling van het carcinogene potentieel van secukinumab.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Trehalosedihydraat
Histidine
Histidinehydrochloride-monohydraat
Methionine
Polysorbaat 80
Water voor injecties
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3
Houdbaarheid
18 maanden
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
56
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren in de koelkast (2°C – 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit wordt geleverd in een voorgevulde
glazen 1ml-spuit met een silicone-gecoate bromobutylrubberen plunjerstop, een bevestigde naald van
27G x ½″ en een stugge naaldbescherming van styreen-butadieenrubber geassembleerd in een
automatische naaldbeschermer van polycarbonaat.
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 of 2 voorgevulde spuiten en in multiverpakkingen met 6 (3 verpakkingen
met 2) voorgevulde spuiten.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit wordt geleverd in een voorgevulde
glazen 2,25ml-spuit met een silicone-gecoate bromobutylrubberen plunjerstop, een bevestigde naald
van 27G x ½″ en een stugge naaldbescherming van synthetisch polyisopreenrubber geassembleerd in
een automatische naaldbeschermer van polycarbonaat.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 voorgevulde spuit en in multiverpakkingen met 3 (3 verpakkingen met 1)
voorgevulde spuiten.
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen wordt geleverd in een voorgevulde
spuit voor eenmalig gebruik geassembleerd in een driehoekige pen met een doorzichtig venster en een
etiket. De voorgevulde spuit in de pen is een glazen 1ml-spuit met een silicone-gecoate
bromobutylrubberen plunjerstop, een bevestigde naald van 27G x ½″ en een stugge naaldbescherming
van styreen-butadieenrubber.
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 of 2 voorgevulde pennen en in multiverpakkingen met 6 (3 verpakkingen
met 2) voorgevulde pennen.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen wordt geleverd in een voorgevulde
spuit voor eenmalig gebruik geassembleerd in een vierkantige pen met een doorzichtig venster en een
etiket. De voorgevulde spuit in de pen is een glazen 2,25ml-spuit met een silicone-gecoate
bromobutylrubberen plunjerstop, een bevestigde naald van 27G x ½″ en een stugge naaldbescherming
van synthetisch polyisopreenrubber.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 voorgevulde pen en in multiverpakkingen met 3 (3 verpakkingen met 1)
voorgevulde pennen.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
57
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie wordt geleverd in een voorgevulde spuit voor eenmalig en
individueel gebruik.
De spuit moet 20 minuten voor het injecteren uit de koelkast worden genomen om het middel op
kamertemperatuur te laten komen.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie wordt geleverd in een voorgevulde spuit voor eenmalig en
individueel gebruik.
De spuit moet 30-45 minuten voor het injecteren uit de koelkast worden genomen om het middel op
kamertemperatuur te laten komen.
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie wordt geleverd in een voorgevulde pen voor eenmalig en
individueel gebruik.
De pen moet 20 minuten voor het injecteren uit de koelkast worden genomen om het middel op
kamertemperatuur te laten komen.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie wordt geleverd in een voorgevulde pen voor eenmalig en
individueel gebruik.
De pen moet 30-45 minuten voor het injecteren uit de koelkast worden genomen om het middel op
kamertemperatuur te laten komen.
Voorafgaand aan het gebruik wordt een visuele inspectie van de voorgevulde spuit of voorgevulde pen
aanbevolen. De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot enigszins geel.
Mogelijk ziet u een kleine luchtbel; dit is normaal. Niet gebruiken als de vloeistof duidelijk zichtbare
deeltjes bevat, troebel is of onmiskenbaar bruin gekleurd. De bijsluiter bevat uitgebreide instructies
voor gebruik.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
58
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
EU/1/14/980/002
EU/1/14/980/003
EU/1/14/980/006
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
EU/1/14/980/008-009
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
EU/1/14/980/004
EU/1/14/980/005
EU/1/14/980/007
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
EU/1/14/980/010-011
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 15 januari 2015
Datum van laatste verlenging: 03 september 2019
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
59
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke injectieflacon met poeder bevat 150 mg secukinumab. Na reconstitutie bevat 1 ml oplossing
150 mg secukinumab.
Secukinumab is een recombinant, volledig humaan, monoklonaal antilichaam geproduceerd in
ovariumcellen van de Chinese hamster (Chinese
Hamster Ovary,
CHO).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Poeder voor oplossing voor injectie
Het poeder is een wit, vast lyofilisaat.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Plaque psoriasis bij volwassen patiënten
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige plaque psoriasis bij volwassenen
die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige plaque psoriasis bij kinderen en
adolescenten vanaf 6 jaar die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Arthritis psoriatica
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve arthritis psoriatica bij volwassen patiënten die een inadequate respons vertoonden op eerdere
behandeling met ‘disease-modifying antirheumatic drugs’ (DMARD’s) (zie rubriek 5.1).
Axiale spondyloartritis (axSpA)
Spondylitis ankylopoetica (AS, röntgenologische axiale spondyloartritis)
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van actieve spondylitis ankylopoetica bij volwassenen
bij wie de respons op conventionele behandeling inadequaat was.
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis (nr-axSpA)
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van actieve niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
met objectieve tekenen van ontsteking in de vorm van verhoogd C-reactief proteïne (CRP) en/of
bewijs op Magnetic Resonance Imaging (MRI) bij volwassenen bij wie de respons op niet-steroïde
anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID’s) inadequaat was.
60
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Enthesitis‑gerelateerde artritis (ERA)
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve enthesitis‑gerelateerde artritis bij patiënten van 6 jaar en ouder bij wie de ziekte onvoldoende
heeft gereageerd op conventionele therapie of die de conventionele therapie niet kunnen verdragen (zie
rubriek 5.1).
Juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve juveniele arthritis psoriatica bij patiënten van 6 jaar en ouder bij wie de ziekte onvoldoende
heeft gereageerd op conventionele therapie of die de conventionele therapie niet kunnen verdragen (zie
rubriek 5.1).
4.2
Dosering en wijze van toediening
Cosentyx is bedoeld voor gebruik onder begeleiding en toezicht van een arts met ervaring op het
gebied van diagnostiek en behandeling van de aandoeningen waarvoor Cosentyx is geïndiceerd.
Dosering
Plaque psoriasis bij volwassen patiënten
De aanbevolen dosis is 300 mg secukinumab door middel van subcutane injectie met initiële
toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Op basis van
klinische respons kan een onderhoudsdosering van 300 mg elke 2 weken mogelijk bijkomend voordeel
bieden voor patiënten met een lichaamsgewicht van 90 kg of meer. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als twee subcutane injecties van 150 mg.
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten (adolescenten en kinderen vanaf 6 jaar)
De aanbevolen dosis is gebaseerd op lichaamsgewicht (tabel 1) en wordt toegediend door middel van
subcutane injectie met initiële toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse
onderhoudsdosering. Elke dosis van 75 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 75 mg. Elke
dosis van 150 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 150 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als twee subcutane injecties van 150 mg.
Tabel 1
Aanbevolen dosis voor plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Aanbevolen dosis
75 mg
75 mg
150 mg (*mag verhoogd worden
≥50 kg
tot 300 mg)
*Sommige patiënten kunnen bijkomend voordeel hebben van de hogere dosis.
Cosentyx is mogelijk beschikbaar in andere sterktes/presentaties afhankelijk van de individuele
behandelingsbehoeften.
Arthritis psoriatica
Bij patiënten die tevens matige tot ernstige plaque psoriasis hebben, wordt verwezen naar de
aanbeveling voor plaque psoriasis bij volwassen patiënten.
Bij patiënten die een inadequate respons vertonen op behandeling met anti-TNFα, is de aanbevolen
dosis 300 mg door middel van subcutane injectie met initiële toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4,
gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Elke dosis van 300 mg wordt gegeven als twee
subcutane injecties van 150 mg.
Lichaamsgewicht op het moment van toediening
<25 kg
25 tot <50 kg
61
Bij andere patiënten is de aanbevolen dosis 150 mg door middel van subcutane injectie met initiële
toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Op basis van
klinische respons kan de dosering worden verhoogd naar 300 mg.
Axiale spondyloartritis (axSpA)
Spondylitis ankylopoetica (AS, röntgenologische axiale spondyloartritis)
De aanbevolen dosis is 150 mg door middel van subcutane injectie met initiële toediening in week 0,
1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Op basis van klinische respons kan de
dosering worden verhoogd naar 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt gegeven als twee subcutane
injecties van 150 mg.
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis (nr-axSpA)
De aanbevolen dosis is 150 mg door middel van subcutane injectie met initiële toediening in week 0,
1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Enthesitis‑gerelateerde artritis (ERA) en juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
De aanbevolen dosis is gebaseerd op het lichaamsgewicht (tabel 2) en wordt via subcutane injectie
toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Elke dosis van
75 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 75 mg. Elke dosis van 150 mg wordt gegeven als
één subcutane injectie van 150 mg.
Tabel 2
Aanbevolen dosis voor juveniele idiopathische artritis
Aanbevolen dosis
75 mg
150 mg
Lichaamsgewicht op het moment van toediening
<50 kg
≥50 kg
Cosentyx is mogelijk beschikbaar in andere sterktes en/of presentaties afhankelijk van de individuele
behandelingsbehoeften.
Uit beschikbare gegevens blijkt dat een klinische respons bij alle bovenstaande indicaties doorgaans
wordt bereikt binnen 16 weken behandeling. Men dient te overwegen de behandeling te staken bij
patiënten die na 16 weken behandeling geen respons vertonen. Bij sommige patiënten met een
aanvankelijk partiële respons kan vervolgens een verbetering optreden wanneer de behandeling langer
dan 16 weken wordt voortgezet.
Speciale populaties
Oudere patiënten (65 jaar en ouder)
Er is geen dosisaanpassing vereist (zie rubriek 5.2).
Nierfunctiestoornis / leverfunctiestoornis
Cosentyx is niet in deze patiëntenpopulaties onderzocht. Er kan geen dosering worden aanbevolen.
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Cosentyx bij kinderen jonger dan 6 jaar met plaque psoriasis en in
twee categorieën van juveniele idiopathische artritis (JIA), ERA en JPsA, zijn niet vastgesteld.
De veiligheid en werkzaamheid van Cosentyx bij kinderen jonger dan 18 jaar voor andere indicaties
zijn nog niet vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
62
Wijze van toediening
Cosentyx moet worden toegediend door middel van subcutane injectie. Indien mogelijk moeten delen
van de huid met psoriasis als injectieplaats worden vermeden. Het poeder voor oplossing voor injectie
moet vóór gebruik worden gereconstitueerd.
De reconstitutie, dosisvoorbereiding en toediening van het poeder voor oplossing voor injectie moeten
uitgevoerd worden door een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg. Voor instructies over
reconstitutie van het geneesmiddel voorafgaand aan toediening, zie rubriek 6.6 en de instructies voor
gebruik in de bijsluiter.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Actieve infectie van klinische betekenis, bijv. actieve tuberculose (zie rubriek 4.4).
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren, moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Infecties
Secukinumab heeft de potentie om het risico op infecties te verhogen. Ernstige infecties zijn
waargenomen bij patiënten die secukinumab kregen in de postmarketingsetting. Voorzichtigheid is
geboden wanneer het gebruik van secukinumab wordt overwogen bij patiënten met een chronische
infectie of een voorgeschiedenis van recidiverende infectie.
Patiënten moeten worden geïnstrueerd een arts te raadplegen in geval van klachten en verschijnselen
die duiden op een infectie. Als een patiënt een ernstige infectie ontwikkelt, moet de patiënt
nauwlettend worden gemonitord en mag secukinumab pas weer worden toegediend zodra de infectie is
verdwenen.
In klinische onderzoeken zijn bij patiënten die secukinumab kregen infecties waargenomen (zie
rubriek 4.8). De meeste hiervan waren lichte tot matige bovensteluchtweginfecties, zoals
nasofaryngitis, en vereisten geen stopzetting van de behandeling.
Gerelateerd aan het werkingsmechanisme van secukinumab werden in de klinische
psoriasisonderzoeken voor secukinumab vaker niet-ernstige mucocutane candida-infecties gemeld dan
voor placebo (3,55 per 100 patiëntjaren voor secukinumab 300 mg versus 1,00 per 100 patiëntjaren
voor placebo) (zie rubriek 4.8).
In klinische onderzoeken is geen verhoogde gevoeligheid voor tuberculose gemeld. Secukinumab mag
echter niet worden gegeven aan patiënten met actieve tuberculose. Bij patiënten met latente
tuberculose moet voorafgaand aan de start van een behandeling met secukinumab
antituberculosetherapie worden overwogen.
Inflammatoire darmziekte (waaronder de ziekte van Crohn en ulceratieve colitis)
Nieuwe gevallen of exacerbaties van inflammatoire darmziekte zijn gemeld met secukinumab (zie
rubriek 4.8). Secukinumab wordt niet aanbevolen bij patiënten met inflammatoire darmziekte. Als een
patiënt klachten of verschijnselen vertoont van inflammatoire darmziekte of een exacerbatie ervaart
van een vooraf bestaande inflammatoire darmziekte, moet secukinumab worden gestaakt en moet een
passende medische behandeling worden opgestart.
63
Overgevoeligheidsreacties
In klinische onderzoeken zijn zeldzame gevallen van anafylactische reacties waargenomen bij
patiënten die secukinumab kregen. Als anafylactische of andere ernstige allergische reacties zich
voordoen, moet de toediening van secukinumab onmiddellijk worden gestaakt en moet een passende
behandeling worden ingesteld.
Vaccinaties
Levende vaccins mogen niet gelijktijdig met secukinumab worden toegediend.
Aan patiënten die secukinumab krijgen, mogen gelijktijdig geïnactiveerde of niet-levende vaccins
worden toegediend. In een onderzoek bereikte na
meningokokken-
en geïnactiveerde
influenza-
vaccinaties een vergelijkbaar deel van de met 150 mg secukinumab en van de met placebo behandelde
gezonde vrijwilligers een adequate immuunrespons van ten minste een 4-voudige toename van de
antilichaamtiters tegen
meningokokken-
en
influenza-vaccins.
De gegevens duiden erop dat
secukinumab de humorale immuunrespons op de
meningokokken-
of
influenza-vaccins
niet
onderdrukt.
Voordat de behandeling met Cosentyx wordt opgestart, wordt het aanbevolen om pediatrische
patiënten alle voor de desbetreffende leeftijd toepasselijke immunisaties in lijn met de huidige
immunisatierichtlijnen te geven.
Gelijktijdige behandeling met immunosuppressiva
In onderzoeken naar psoriasis zijn de veiligheid en werkzaamheid van secukinumab in combinatie met
immunosuppressiva, waaronder biologicals, of fototherapie niet beoordeeld. Secukinumab werd
gelijktijdig toegediend met methotrexaat (MTX), sulfasalazine en/of corticosteroïden tijdens
onderzoeken naar artritis (evenals bij patiënten met arthritis psoriatica en spondylitis ankylopoetica).
Voorzichtigheid is geboden wanneer gelijktijdig gebruik van andere immunosuppresiva en
secukinumab wordt overwogen (zie ook rubriek 4.5).
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Levende vaccins mogen niet gelijktijdig met secukinumab worden toegediend (zie ook rubriek 4.4).
In een onderzoek bij volwassen patiënten met plaque psoriasis werd er geen interactie waargenomen
tussen secukinumab en midazolam (CYP3A4-substraat).
In onderzoeken naar artritis (waaronder bij patiënten met arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis)
werd geen interactie waargenomen wanneer secukinumab gelijktijdig werd toegediend met
methotrexaat (MTX) en/of corticosteroïden.
64
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Vrouwen die zwanger kunnen worden
Vrouwen die zwanger kunnen worden, moeten effectieve anticonceptie gebruiken tijdens de
behandeling en gedurende ten minste 20 weken na de behandeling.
Zwangerschap
Er zijn onvoldoende gegevens over het gebruik van secukinumab bij zwangere vrouwen. De resultaten
van dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat betreft
reproductietoxiciteit (zie rubriek 5.3). Uit voorzorg heeft het de voorkeur het gebruik van Cosentyx te
vermijden tijdens de zwangerschap.
Borstvoeding
Het is niet bekend of secukinumab in de moedermelk wordt uitgescheiden. Immunoglobulinen worden
in de moedermelk uitgescheiden en het is niet bekend of secukinumab na het inslikken systemisch
wordt geabsorbeerd. Vanwege het risico op bijwerkingen van secukinumab bij met moedermelk
gevoede zuigelingen moet worden besloten of borstvoeding tijdens de behandeling en tot 20 weken na
de behandeling moet worden gestaakt of dat behandeling met Cosentyx moet worden gestaakt, waarbij
het voordeel van borstvoeding voor het kind en het voordeel van behandeling voor de vrouw in
overweging moeten worden genomen.
Vruchtbaarheid
Het effect van secukinumab op de vruchtbaarheid bij mensen is niet beoordeeld. De resultaten van
dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat betreft de vruchtbaarheid.
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Cosentyx heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om
machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn bovensteluchtweginfecties (17,7%) (het meest nasofaryngitis,
rinitis).
Bijwerkingen weergegeven in tabelvorm
Bijwerkingen uit klinische onderzoeken en tevens uit postmarketingmeldingen (tabel 3) staan vermeld
volgens MedDRA systeem/orgaanklasse. Binnen elke systeem/orgaanklasse zijn de bijwerkingen
gerangschikt aan de hand van de frequentie, met de meest voorkomende eerst. Binnen elke
frequentiecategorie zijn de bijwerkingen weergegeven in volgorde van afnemende ernst. Daarnaast is
de bijbehorende frequentiecategorie voor elke bijwerking gebaseerd op de volgende afspraak: zeer
vaak (≥1/10); vaak (≥1/100, <1/10); soms (≥1/1.000, <1/100); zelden (≥1/10.000, <1/1.000); zeer
zelden (<1/10.000); en niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald).
In klinische geblindeerde en open-label onderzoeken met betrekking tot diverse indicaties (plaque
psoriasis, arthritis psoriatica, axiale spondyloartritis en andere auto-immuunaandoeningen) zijn meer
dan 18.000 patiënten behandeld met secukinumab; dit vertegenwoordigt 30.565 patiëntjaren aan
blootstelling. Van deze patiënten werden er meer dan 11.700 ten minste één jaar aan secukinumab
blootgesteld. Het veiligheidsprofiel van secukinumab is consistent binnen alle indicaties.
65
Tabel 3
Overzicht van bijwerkingen in klinische onderzoeken
1)
en postmarketingervaring
Frequentie
Zeer vaak
Vaak
Soms
Bijwerking
Bovensteluchtweginfecties
Orale herpes
Tinea pedis
Orale candidiasis
Otitis externa
Ondersteluchtweginfecties
Mucosale en cutane candidiasis (waaronder
oesofageale candidiasis)
Neutropenie
Anafylactische reacties
Hoofdpijn
Conjunctivitis
Rinorroe
Diarree
Misselijkheid
Inflammatoire darmziekte
Urticaria
Dyshidrotisch eczeem
Exfoliatieve dermatitis
2)
Overgevoeligheidsvasculitis
Vermoeidheid
Systeem/orgaanklasse
Infecties en parasitaire
aandoeningen
Niet bekend
Bloed- en
lymfestelselaandoeningen
Immuunsysteemaandoeningen
Zenuwstelselaandoeningen
Oogaandoeningen
Ademhalingsstelsel-, borstkas-
en mediastinumaandoeningen
Maagdarmstelselaandoeningen
Soms
Zelden
Vaak
Soms
Vaak
Vaak
Vaak
Soms
Soms
Zelden
Huid- en
onderhuidaandoeningen
Algemene aandoeningen en
Vaak
toedieningsplaatsstoornissen
1)
Placebogecontroleerde klinische onderzoeken (fase III) bij patiënten met plaque psoriasis, PsA,
AS en nr-axSpA die werden blootgesteld aan 300 mg, 150 mg, 75 mg of placebo gedurende
maximaal 12 weken (psoriasis) of 16 weken (PsA, AS en nr-axSpA) behandeling.
2)
Er werden gevallen gemeld bij patiënten met de diagnose psoriasis.
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Infecties
In de placebogecontroleerde periode van klinische onderzoeken naar plaque psoriasis (in totaal werden
1.382 patiënten behandeld met secukinumab en 694 patiënten behandeld met placebo gedurende
maximaal 12 weken) werden bij 28,7% van de met secukinumab behandelde patiënten infecties
gemeld, vergeleken met 18,9% van de met placebo behandelde patiënten. De meeste infecties waren
niet-ernstige bovensteluchtweginfecties en licht tot matig van aard, zoals nasofaryngitis, waardoor het
staken van de behandeling niet noodzakelijk was. Er was een toename van mucosale of cutane
candidiasis, overeenkomend met het werkingsmechanisme, maar de gevallen waren licht of matig van
aard, niet-ernstig, reageerden op standaardbehandeling en vereisten geen stopzetting van de
behandeling. Ernstige infecties deden zich voor bij 0,14% van de met secukinumab behandelde
patiënten en bij 0,3% van de met placebo behandelde patiënten (zie rubriek 4.4).
Gedurende de gehele behandelperiode (in totaal werden 3.430 patiënten behandeld met secukinumab
gedurende maximaal 52 weken voor de meeste patiënten) werden infecties gemeld bij 47,5% van de
met secukinumab behandelde patiënten (0,9 per patiëntjaar van follow-up). Ernstige infecties werden
gemeld bij 1,2% van de met secukinumab behandelde patiënten (0,015 per patiëntjaar van follow-up).
De infectiepercentages die werden waargenomen in klinische onderzoeken naar arthritis psoriatica en
axiale spondyloartritis (spondylitis ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis)
waren vergelijkbaar met die waargenomen in de onderzoeken naar psoriasis.
66
Neutropenie
In klinische fase III-onderzoeken naar psoriasis werd neutropenie met secukinumab vaker
waargenomen dan met placebo, maar de meeste gevallen waren licht, tijdelijk en reversibel van aard.
Neutropenie <1,0-0,5x10
9
/l (CTCAE graad 3) werd gemeld bij 18 van de 3.430 patiënten (0,5%) die
werden behandeld met secukinumab, waarbij in 15 van de 18 gevallen geen sprake was van
dosisafhankelijkheid en een tijdsgebonden verband met infecties. Er zijn geen gevallen van ernstiger
neutropenie gemeld. In de overige 3 gevallen werden niet-ernstige infecties gemeld, met een normale
respons op standaardzorg, die geen stopzetting van de behandeling met secukinumab vereisten.
De frequentie van neutropenie bij arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis
ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis) was vergelijkbaar met die bij psoriasis.
Zeldzame gevallen van neutropenie <0,5x10
9
/l (CTCAE graad 4) werden gemeld.
Overgevoeligheidsreacties
In klinische onderzoeken werden urticaria en zeldzame gevallen van anafylactische reactie op
secukinumab waargenomen (zie ook rubriek 4.4).
Immunogeniciteit
In klinische onderzoeken naar psoriasis, arthritis psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis
ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis) ontwikkelde minder dan 1% van de
met secukinumab behandelde patiënten antilichamen tegen secukinumab bij maximaal 52 weken
behandeling. Ongeveer de helft van de tijdens de behandeling gevormde antilichamen tegen het
geneesmiddel waren neutraliserende antilichamen, maar dit ging niet gepaard met verlies van
werkzaamheid of met farmacokinetische afwijkingen.
Pediatrische patiënten
Bijwerkingen bij pediatrische patiënten met plaque psoriasis vanaf 6 jaar
De veiligheid van secukinumab werd beoordeeld in twee fase III-onderzoeken bij pediatrische
patiënten met plaque psoriasis. Het eerste onderzoek (pediatrisch onderzoek 1) was een dubbelblind,
placebo-gecontroleerd onderzoek met 162 patiënten van 6 jaar tot 18 jaar met ernstige plaque
psoriasis. Het tweede onderzoek (pediatrisch onderzoek 2) was een open-label onderzoek met
84 patiënten van 6 jaar tot 18 jaar met matige tot ernstige plaque psoriasis. Het veiligheidsprofiel in
beide onderzoeken was consistent met het veiligheidsprofiel gemeld bij volwassen patiënten met
plaque psoriasis.
Bijwerkingen bij pediatrische patiënten met JIA
De veiligheid van secukinumab werd ook beoordeeld in een fase III-onderzoek bij 86 JIA-patiënten
met ERA en JPsA van 2 tot < 18 jaar oud. Het veiligheidsprofiel dat in dit onderzoek werd
gerapporteerd, kwam overeen met het veiligheidsprofiel dat bij volwassen patiënten werd
gerapporteerd.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
In klinische onderzoeken zijn doses tot maximaal 30 mg/kg (ongeveer 2.000 tot 3.000 mg) intraveneus
toegediend zonder dosisbeperkende toxiciteit. In geval van overdosering wordt aanbevolen de patiënt
te monitoren op klachten en verschijnselen van bijwerkingen en onmiddellijk een passende
symptomatische behandeling in te stellen.
67
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Immunosuppressiva, interleukineremmers, ATC-code: L04AC10
Werkingsmechanisme
Secukinumab is een volledig humaan IgG1/κ-monoklonaal antilichaam dat selectief bindt aan de pro-
inflammatoire cytokine interleukine-17A (IL-17A) en deze neutraliseert. Secukinumab is gericht tegen
IL-17A en remt de interactie ervan met de IL-17-receptor; deze receptor komt op diverse celtypen tot
expressie, waaronder keratinocyten. Hierdoor remt secukinumab de afgifte van pro-inflammatoire
cytokines, chemokinen en mediatoren van weefselbeschadiging en vermindert het de
IL-17A-gemedieerde bijdragen aan auto-immuunaandoeningen en inflammatoire ziekten. Klinisch
relevante hoeveelheden secukinumab bereiken de huid en verlagen de lokale inflammatoire markers.
Het directe gevolg van behandeling met secukinumab is een afname van erytheem, verharding en
schilfering die aanwezig zijn in de laesies van plaque psoriasis.
IL-17A is een van nature voorkomende cytokine die betrokken is bij normale ontstekings- en
immuunreacties. IL-17A speelt een sleutelrol bij de pathogenese van plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis), en wordt bij patiënten met plaque psoriasis wel in de huidlaesies maar niet in niet-
aangedane huid opgereguleerd en bij patiënten met arthritis psoriatica in het synoviale weefsel. Het
aantal IL-17-producerende cellen was ook significant hoger in het subchondrale beenmerg van
facetgewrichten van patiënten met spondylitis ankylopoetica. Verhoogde aantallen IL-17A-
producerende lymfocyten werden tevens gevonden bij patiënten met niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis. Van inhibitie van IL-17A werd aangetoond dat het effectief is in de behandeling van
spondylitis ankylopoetica, en daarmee werd de sleutelrol van dit cytokine in axiale spondyloartritis
vastgesteld.
Farmacodynamische effecten
In eerste instantie stijgen de serumspiegels van totaal IL-17A (vrij en aan secukinumab gebonden
IL-17A) bij patiënten die secukinumab krijgen toegediend. Hierna volgt een langzame daling door de
verminderde klaring van aan secukinumab gebonden IL-17A; dit wijst erop dat secukinumab selectief
vrij IL-17A, dat een belangrijke rol speelt bij de pathogenese van plaque psoriasis, wegvangt.
In een onderzoek met secukinumab werd na één tot twee weken behandeling een significante afname
waargenomen van infiltrerende epidermale neutrofielen en diverse met neutrofielen geassocieerde
markers die in huidlaesies van patiënten met plaque psoriasis verhoogd zijn.
Het is aangetoond dat secukinumab de gehaltes C-reactief proteïne, een ontstekingsmarker, verlaagt
(binnen 1 tot 2 weken behandeling).
68
Klinische werkzaamheid en veiligheid
Plaque psoriasis bij volwassen patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld in vier gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde fase III-onderzoeken bij patiënten met matige tot ernstige plaque
psoriasis die in aanmerking kwamen voor fototherapie of systemische behandeling [ERASURE,
FIXTURE, FEATURE, JUNCTURE]. De werkzaamheid en veiligheid van secukinumab 150 mg en
300 mg werden beoordeeld versus placebo of etanercept. Daarnaast werd in één onderzoek een
chronisch behandelingsregime beoordeeld versus een “herbehandeling indien nodig”-regime
[SCULPTURE].
Van de 2.403 patiënten die in de placebogecontroleerde onderzoeken werden opgenomen, was 79%
naïef voor biologicals, was bij 45% sprake van falen van non-biologicals en bij 8% van falen van
biologicals (bij 6% falen van anti-TNF en bij 2% van anti-p40). Circa 15 tot 25% van de patiënten in
de fase III-onderzoeken had bij aanvang arthritis psoriatica (PsA).
In psoriasisonderzoek 1 (ERASURE) werden 738 patiënten bestudeerd. De naar secukinumab
gerandomiseerde patiënten kregen doses van 150 mg of 300 mg in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijks dezelfde dosis. In psoriasisonderzoek 2 (FIXTURE) werden 1.306 patiënten beoordeeld.
De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen doses van 150 mg of 300 mg in week 0, 1, 2,
3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis. Patiënten gerandomiseerd naar etanercept kregen
tweemaal per week doses van 50 mg toegediend gedurende 12 weken gevolgd door wekelijks 50 mg.
In zowel onderzoek 1 als onderzoek 2 werden patiënten die naar placebo waren gerandomiseerd en bij
week 12 geen respons vertoonden, overgezet op secukinumab (150 mg of 300 mg) in week 12, 13, 14
en 15, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis te beginnen in week 16. Alle patiënten werden na de
eerste toediening van de onderzoeksbehandeling gedurende maximaal 52 weken gevolgd.
In psoriasisonderzoek 3 (FEATURE) werden 177 patiënten die een voorgevulde spuit gebruikten na
12 weken behandeling beoordeeld en vergeleken met placebo wat betreft veiligheid, verdraagbaarheid
en haalbaarheid van zelftoediening van secukinumab met de voorgevulde spuit. In
psoriasisonderzoek 4 (JUNCTURE) werden 182 patiënten die een voorgevulde pen gebruikten na
12 weken behandeling beoordeeld en vergeleken met placebo wat betreft veiligheid, verdraagbaarheid
en haalbaarheid van zelftoediening van secukinumab met de voorgevulde pen. In zowel onderzoek 3
als onderzoek 4 kregen de naar secukinumab gerandomiseerde patiënten doses van 150 mg of 300 mg
in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde. Er werden ook patiënten gerandomiseerd
naar placebo die zij kregen toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde
dosis.
In psoriasisonderzoek 5 (SCULPTURE) werden 966 patiënten beoordeeld. Alle patiënten kregen
doses secukinumab van 150 mg of 300 mg in week 0, 1, 2, 3, 4, 8 en 12 en werden vervolgens
gerandomiseerd naar ofwel een onderhoudsregime met maandelijks dezelfde dosis te beginnen in
week 12, of een “herbehandeling indien nodig”-regime met dezelfde dosis. Patiënten gerandomiseerd
naar “herbehandeling indien nodig” behielden geen voldoende respons en daarom wordt een regime
met een vaste maandelijkse onderhoudsdosis aanbevolen.
De co-primaire eindpunten in de placebo- en actief-gecontroleerde onderzoeken waren het percentage
patiënten dat een PASI 75-respons bereikte en een IGA mod 2011-respons “gaaf” of “bijna gaaf”
versus placebo in week 12 (zie tabel 4 en 5). De 300 mg-dosis resulteerde in een verbetering van de
huid met name van “gave” of “bijna gave” huid voor de werkzaamheidseindpunten PASI 90,
PASI 100 en IGA mod 2011 0- of 1-respons voor alle onderzoeken met een maximaal effect in
week 16; daarom wordt deze dosis aanbevolen.
69
Tabel 4
Samenvatting van PASI 50/75/90/100 & IGA⃰ mod 2011 klinische respons “gaaf”
of “bijna gaaf” in de psoriasisonderzoeken 1, 3 en 4 (ERASURE, FEATURE en
JUNCTURE)
Week 12
150 mg
300 mg
244
203
(83,5%)
174
(71,6%)**
95
(39,1%)**
31
(12,8%)
125
(51,2%)**
245
222
(90,6%)
200
(81,6%)**
145
(59,2%)**
70
(28,6%)
160
(65,3%)**
Placebo
Onderzoek 1
Aantal patiënten
PASI 50-respons n (%)
PASI 75-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
PASI 100-respons n (%)
IGA mod 2011-respons
“gaaf” of “bijna gaaf”
n (%)
Onderzoek 3
Aantal patiënten
PASI 50-respons n (%)
PASI 75-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
PASI 100-respons n (%)
IGA mod 2011-respons
“gaaf” of “bijna gaaf”
n (%)
Onderzoek 4
Aantal patiënten
PASI 50-respons n (%)
PASI 75-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
PASI 100-respons n (%)
246
22
(8,9%)
11
(4,5%)
3 (1,2%)
2 (0,8%)
6
(2,40%)
Week 16
150 mg 300 mg
244
212
(87,2%)
188
(77,4%)
130
(53,5%)
51
(21,0%)
142
(58,2%)
245
224
(91,4%)
211
(86,1%)
171
(69,8%)
102
(41,6%)
180
(73,5%)
Week 52
150 mg
300 mg
244
187
(77%)
146
(60,1%)
88
(36,2%)
49
(20,2%)
101
(41,4%)
245
207
(84,5%)
182
(74,3%)
147
(60,0%)
96
(39,2%)
148
(60,4%)
59
3 (5,1%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
59
51
(86,4%)
41
(69,5%)**
27
(45,8%)
5
(8,5%)
31
(52,5%)**
58
51
(87,9%)
44
(75,9%)**
35
(60,3%)
25
(43,1%)
40
(69,0%)**
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
61
5 (8,2%)
2 (3,3%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
0 (0,0%)
-
-
-
-
IGA mod 2011-respons
“gaaf” of “bijna gaaf”
n (%)
* De IGA mod 2011 is een schaal met 5 categorieën, te weten “0 = gaaf”, “1 = bijna gaaf”, “2 = licht”, “3 =
matig” of “4 = ernstig”, die de algehele beoordeling van de arts weergeeft van de ernst van psoriasis met de
nadruk op verharding, erytheem en schilfering. Bij het behandelsucces “gaaf” of “bijna gaaf” waren er geen
verschijnselen van psoriasis of normale tot roze verkleuring van de laesies, geen verdikking van de plaque
en geen tot minimale focale schilfering.
** p-waarden versus placebo en gecorrigeerd voor multipliciteit: p<0,0001.
60
48
(80,0%)
43
(71,7%)**
24
(40,0%)
10
(16,7%)
32
(53,3%)**
60
58
(96,7%)
52
(86,7%)**
33
(55,0%)
16
(26,7%)
44
(73,3%)**
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
70
Tabel 5
Samenvatting van de klinische respons in psoriasisonderzoek 2 (FIXTURE)
Placebo
324
49
(15,1%)
16
(4,9%)
5 (1,5%)
Week 12
150 mg
300 mg
327
323
266
(81,3%)
219
(67,0%)
**
137
(41,9%)
47
(14,4%)
167
(51,1%)
**
296
(91,6%)
249
(77,1%)
**
175
(54,2%)
78
(24,1%)
202
(62,5%)
**
Etanercept
323
226
(70,0%)
142
(44,0%)
67 (20,7%)
150 mg
327
290
(88,7%)
247
(75,5%)
176
(53,8%)
84
(25,7%)
200
(61,2%)
Week 16
300 mg
Etanercept
323
323
302
(93,5%)
280
(86,7%)
234
(72,4%)
119
(36,8%)
244
(75,5%)
257 (79,6%)
150 mg
327
249
(76,1%)
215
(65,7%)
147
(45,0%)
65
(19,9%)
168
(51,4%)
Week 52
300 mg
Etanercept
323
323
274
(84,8%)
254
(78,6%)
210
(65,0%)
117
(36,2%)
219
(67,8%)
234 (72,4%)
Aantal
patiënten
PASI 50-
respons n
(%)
PASI 75-
respons n
(%)
PASI 90-
respons n
(%)
PASI 100-
respons n
(%)
IGA mod
2011-respons
“gaaf” of
“bijna gaaf”
n (%)
189 (58,5%)
179 (55,4%)
101 (31,3%)
108 (33,4%)
0 (0%)
14 (4,3%)
24 (7,4%)
32 (9,9%)
9 (2,8%)
88 (27,2%)
127 (39,3%)
120 (37,2%)
** p-waarden versus etanercept: p=0,0250
In een additioneel psoriasisonderzoek (CLEAR) werden 676 patiënten beoordeeld. Secukinumab
300 mg bereikte de primaire en secundaire eindpunten door superioriteit aan te tonen ten opzichte van
ustekinumab gebaseerd op de PASI 90-respons in week 16 (primaire eindpunt), de snel intredende
PASI 75-respons in week 4 en de langetermijn PASI 90-respons in week 52. Een grotere effectiviteit
van secukinumab vergeleken met ustekinumab werd vroeg waargenomen voor de eindpunten
PASI 75/90/100 en IGA mod 2011 0- of 1-respons (“gaaf” of “bijna gaaf”) en zette zich voort tot
week 52.
Tabel 6
Samenvatting van de klinische respons in het CLEAR-onderzoek
Week 4
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
334
335
166 (49,7%)** 69 (20,6%)
Week 16
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
334
335
311 (93,1%)
276 (82,4%)
Week 52
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
334
335
306 (91,6%)
262 (78,2%)
Aantal patiënten
PASI 75-
respons n (%)
PASI 90-
70 (21,0%)
18 (5,4%)
264 (79,0%)**
192 (57,3%)
250
203 (60,6%)
respons n (%)
(74,9%)***
PASI 100-
14 (4,2%)
3 (0,9%)
148 (44,3%)
95 (28,4%)
150 (44,9%)
123 (36,7%)
respons n (%)
IGA mod 2011-
128 (38,3%)
41 (12,2%)
278 (83,2%)
226 (67,5%)
261 (78,1%)
213 (63,6%)
respons “gaaf”
of “bijna gaaf”
n (%)
* Patiënten behandeld met secukinumab kregen 300 mg doses in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door dezelfde dosis
elke 4 weken tot week 52. Patiënten behandeld met ustekinumab kregen 45 mg of 90 mg in week 0 en 4, en dan
elke 12 weken tot week 52 (gedoseerd op basis van gewicht in lijn met de goedgekeurde dosering)
** p-waarden versus ustekinumab: p<0,0001 voor het primaire eindpunt van PASI 90 in week 16 en het secundaire eindpunt
van PASI 75 in week 4
*** p-waarden versus ustekinumab: p=0,0001 voor het secundaire eindpunt van PASI 90 in week 52
Secukinumab was werkzaam bij systemische behandeling-naïeve patiënten, biologicals-naïeve
patiënten, aan biologicals/anti-TNF blootgestelde patiënten en patiënten bij wie sprake was van falen
van biologicals/anti-TNF. De verbeteringen in PASI 75 bij patiënten die bij aanvang ook arthritis
psoriatica hadden, kwamen overeen met die in de gehele populatie met plaque psoriasis.
Secukinumab ging gepaard met een snel intredende werkzaamheid met een afname van 50% in de
gemiddelde PASI in week 3 voor de dosis van 300 mg.
71
Figuur 1
Tijdsverloop van de percentuele verandering vanaf baseline in de gemiddelde PASI-
score in onderzoek 1 (ERASURE)
PASI %-
verandering
vanaf baseline
Weken behandeling
n = aantal beoordeelbare patiënten
secukinumab 150 mg (n=243) secukinumab 300 mg (n=245)
Placebo (n=245)
Specifieke plaatsen/vormen van plaque psoriasis
In twee additionele placebo-gecontroleerde onderzoeken werd een verbetering gezien bij zowel nagel-
psoriasis (TRANSFIGURE, 198 patiënten) als palmoplantaire plaque psoriasis (GESTURE,
205 patiënten). In het TRANSFIGURE-onderzoek was secukinumab superieur aan placebo in week 16
(46,1% voor 300 mg, 38,4% voor 150 mg en 11,7% voor placebo) gemeten middels een significante
verbetering vanaf baseline in de Nail Psoriasis Severity Index (NAPSI %) bij patiënten met matige tot
ernstige plaque psoriasis bij wie ook de nagels zijn aangedaan. In het GESTURE-onderzoek was
secukinumab superieur aan placebo in week 16 (33,3% voor 300 mg, 22,1% voor 150 mg, en 1,5%
voor placebo) gemeten middels een significante verbetering van ppIGA 0- of 1-respons (“gaaf” of
“bijna gaaf”) bij patiënten met matige tot ernstige palmoplantaire plaque psoriasis.
In een placebo-gecontroleerd onderzoek werden 102 patiënten onderzocht met matige tot ernstige
hoofdhuidpsoriasis, gedefinieerd als een Psoriasis Scalp Severity Index (PSSI-)score van ≥12, een
IGA mod 2011-score voor alleen de hoofdhuid van 3 of hoger en ten minste 30% van de
hoofdhuidoppervlakte aangedaan. Secukinumab 300 mg was superieur aan placebo in week 12,
gemeten middels een significante verbetering vanaf baseline van zowel PSSI 90-respons (52,9%
versus 2,0%) als IGA mod 2011 0- of 1-respons voor alleen de hoofdhuid (56,9% versus 5,9%).
Verbetering van beide eindpunten werd behouden voor patiënten op secukinumab die met de
behandeling doorgingen tot week 24.
Kwaliteit van leven/patiënt-gerapporteerde uitkomsten
In de DLQI (Dermatology
Life Quality Index)
werden in week 12 vanaf baseline (onderzoeken 1-4)
statistisch significante verbeteringen aangetoond ten opzichte van placebo. De gemiddelde afnamen
(verbeteringen) in de DLQI vanaf baseline varieerden van -10,4 tot -11,6 met secukinumab 300 mg,
van -7,7 tot -10,1 met secukinumab 150 mg, versus -1,1 tot -1,9 voor placebo in week 12. Deze
verbeteringen werden gedurende 52 weken behouden (onderzoeken 1 en 2).
Veertig procent van de deelnemers in onderzoek 1 en 2 vulde het
Psoriasis Symptom Diary
©
in. Voor
de deelnemers in deze onderzoeken die het dagboek invulden, werden in vergelijking met placebo
statistisch significante verbeteringen in week 12 vanaf baseline aangetoond voor door patiënten
gemelde klachten en symptomen van jeuk, pijn en schilfering.
72
Statistisch significante verbeteringen in week 4 vanaf baseline werden aangetoond in de DLQI bij
patiënten behandeld met secukinumab vergeleken met patiënten behandeld met ustekinumab
(CLEAR) en deze verbeteringen werden behouden tot 52 weken.
Statistisch significante verbeteringen in verschijnselen en klachten van jeuk, pijn en schilfering die
door patiënten werden gemeld in week 16 en week 52 (CLEAR) werden aangetoond in de
Psoriasis
Symptom Diary
©
bij patiënten behandeld met secukinumab vergeleken met patiënten behandeld met
ustekinumab.
Statistisch significante verbeteringen (verminderingen) in week 12 vanaf baseline in het onderzoek bij
hoofdhuidpsoriasis werden aangetoond in verschijnselen en klachten van jeuk op de hoofdhuid, pijn en
schilfering die door patiënten werden gemeld vergeleken met placebo.
Dosisflexibiliteit bij plaque psoriasis
Een gerandomiseerd, dubbelblind, multicenter onderzoek onderzocht twee
onderhoudsdoseringsschema’s (300 mg elke 2 weken [Q2W] en 300 mg elke 4 weken [Q4W])
toegediend met een voorgevulde spuit van 150 mg bij 331 patiënten met een lichaamsgewicht ≥90 kg
met matige tot ernstige psoriasis. Patiënten werden 1:1 gerandomiseerd als volgt:
secukinumab 300 mg in weken 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 2 weken (Q2W)
tot week 52 (n=165).
secukinumab 300 mg in weken 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken (Q4W)
tot week 16 (n=166).
o
Patiënten gerandomiseerd naar secukinumab 300 mg Q4W die PASI 90-responders waren
in week 16 kregen hetzelfde doseringsschema tot week 52. Patiënten gerandomiseerd
naar secukinumab 300 mg Q4W die PASI 90 non-responders waren in week 16 gingen
ofwel door met hetzelfde doseringsschema of werden toegewezen aan secukinumab
300 mg Q2W tot week 52.
Over het geheel genomen waren de werkzaamheidsresponsen in de groep die met het tweewekelijkse
schema werd behandeld hoger dan in de groep die met het vierwekelijkse schema werd behandeld
(tabel 7).
Tabel 7
Samenvatting van de klinische respons in de dosisflexibiliteitsstudie bij plaque
psoriasis*
Week 16
secukinumab
300 mg Q4W
Week 52
secukinumab
300 mg Q4W
1
secukinumab
300 mg Q2W
secukinumab
300 mg Q2W
Aantal patiënten
165
166
165
83
PASI 90-respons n
121 (73,2%) **
92 (55,5%)
126 (76,4%)
44 (52,4%)
(%)
IGA mod 2011-
122 (74,2%)
2
109 (65,9%)
2
125 (75,9%)
46 (55,6%)
respons “gaaf” of
“bijna gaaf” n (%)
* Meervoudige imputatie
1
300 mg Q4W:patiënten voortdurend behandeld met 300 mg Q4W ongeacht de PASI 90-responsstatus in week 16;
43 patiënten waren PASI 90-responder in week 16 en 40 patiënten waren PASI 90 non-responders in week 16
** Eenzijdige p-waarde = 0,0003 voor het primaire eindpunt van PASI 90 in week 16
2
Niet statistisch significant
Bij de PASI 90 non-responders in week 16 die opgetitreerd waren tot secukinumab 300 mg Q2W,
verbeterden de PASI 90-responspercentages in vergelijking met deze die op het secukinumab 300 mg
Q4W doseringsschema bleven, terwijl de IGA mod 2011-responspercentages in beide
behandelingsgroepen stabiel bleven in de tijd.
73
De veiligheidsprofielen van de twee doseringsschema’s, Cosentyx 300 mg toegediend elke 4 weken en
Cosentyx 300 mg toegediend elke 2 weken bij patiënten met een lichaamsgewicht
≥90
kg, waren
vergelijkbaar en in lijn met het veiligheidsprofiel dat gemeld werd bij patiënten met psoriasis.
Arthritis psoriatica
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld in drie gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde fase III-onderzoeken bij 1.999 patiënten met actieve arthritis
psoriatica (≥3 gezwollen gewrichten en ≥3 pijnlijke gewrichten) ondanks behandeling met
niet-steroïde, anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID’s), corticosteroïden of ‘disease-modifying
antirheumatic drugs’ (DMARD’s). Patiënten met PsA, ongeacht het subtype, werden in deze
onderzoeken opgenomen, waaronder polyarticulaire artritis zonder aanwijzingen voor reumatoïde
noduli, spondylitis met perifere artritis, asymmetrische perifere artritis, distale interfalangeale
betrokkenheid en arthritis mutilans. De tijd sinds de diagnose van PsA bedroeg bij de patiënten in deze
onderzoeken ten minste vijf jaar. De meerderheid van de patiënten had ook huidlaesies door actieve
psoriasis of een gedocumenteerde voorgeschiedenis van psoriasis. Bij aanvang had meer dan 61% van
de patiënten met PsA enthesitis en meer dan 42% dactylitis. Voor alle onderzoeken was het primaire
eindpunt een American College of Rheumatology (ACR) 20-respons. Voor onderzoek 1 naar arthritis
psoriatica (PsA-onderzoek 1) en onderzoek 2 naar arthritis psoriatica (PsA-onderzoek 2), was het
primaire eindpunt in week 24. Voor onderzoek 3 naar arthritis psoriatica (PsA-onderzoek 3), was het
primaire eindpunt in week 16 met het belangrijkste secundaire eindpunt, de verandering ten opzichte
van baseline in gemodificeerde Total Sharp Score (mTSS), in week 24.
In PsA-onderzoek 1, PsA-onderzoek 2 en PsA-onderzoek 3 was respectievelijk 29%, 35% en 30% van
de patiënten eerder behandeld met een TNFα-blokkerend middel en daarmee gestopt vanwege
onvoldoende werkzaamheid of vanwege onverdraagbaarheid (patiënten met een inadequate respons op
anti-TNFα-behandeling (anti-TNFα-IR-patiënten)).
In PsA-onderzoek 1 (FUTURE 1) werden 606 patiënten beoordeeld, van wie 60,7% gelijktijdig MTX
kreeg. De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen intraveneus 10 mg/kg toegediend in
week 0, 2 en 4, gevolgd door maandelijks subcutaan 75 mg of 150 mg te beginnen in week 8. De naar
placebo gerandomiseerde patiënten, die na 16 weken geen respons vertoonden (early rescue) en andere
placebopatiënten na 24 weken, werden overgezet op secukinumab (subcutaan 75 mg of 150 mg),
gevolgd door maandelijks dezelfde dosis.
In PsA-onderzoek 2 (FUTURE 2) werden 397 patiënten beoordeeld, van wie 46,6% gelijktijdig MTX
kreeg. De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen subcutaan 75 mg, 150 mg of 300 mg
toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis. De naar placebo
gerandomiseerde patiënten die na 16 weken geen respons vertoonden (early rescue), werden in
week 16 overgezet op secukinumab (subcutaan 150 mg of 300 mg), gevolgd door maandelijks
dezelfde dosis. De naar placebo gerandomiseerde patiënten die na 16 weken wel een respons hadden,
werden in week 24 overgezet op secukinumab (subcutaan 150 mg of 300 mg), gevolgd door
maandelijks dezelfde dosis.
In PsA-onderzoek 3 (FUTURE 5) werden 996 patiënten beoordeeld, van wie 50,1% gelijktijdig MTX
kreeg. De patiënten werden gerandomiseerd naar secukinumab 150 mg, 300 mg of placebo dat
subcutaan werd toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis, of een
maandelijkse injectie met 150 mg secukinumab (zonder oplaaddosering). De naar placebo
gerandomiseerde patiënten die na 16 weken geen respons vertoonden (early rescue), werden in
week 16 overgezet op secukinumab (subcutaan 150 mg of 300 mg), gevolgd door maandelijks
dezelfde dosis. De naar placebo gerandomiseerde patiënten die na 16 weken wel een respons hadden,
werden in week 24 overgezet op secukinumab (subcutaan 150 mg of 300 mg), gevolgd door
maandelijks dezelfde dosis.
74
Klachten en verschijnselen
Behandeling met secukinumab resulteerde in week 16 en 24 in een significante verbetering in
uitkomstmaten van de ziekteactiviteit in vergelijking met placebo (zie tabel 8).
Tabel 8
Klinische respons in PsA-onderzoek 2 en PsA-onderzoek 3 op week 16 en 24
PsA-onderzoek 2
150 mg
1
300 mg
1
100
100
PsA-onderzoek 3
150 mg
1
300 mg
1
220
222
Aantal
gerandomiseerde
patiënten
ACR20-respons
n (%)
Week 16
Week 24
ACR50-respons
n (%)
Week 16
Week 24
ACR70-respons
n (%)
Week 16
Week 24
DAS28-CRP
Week 16
Week 24
Aantal patiënten
bij wie ≥3% van de
BSA bij baseline
was aangedaan
door psoriasis
PASI 75-respons
n (%)
Week 16
Week 24
PASI 90-respons
n (%)
Week 16
Week 24
Dactylitis
verdwenen n (%) †
Week 16
Week 24
Placebo
98
Placebo
332
18
(18,4%)
15
(15,3%)
60
(60,0%***)
51
(51,0%***)
57
(57,0%***)
54
(54,0%***)
91
(27,4%)
78
(23,5%)
122
(55,5%***)
117
(53,2%***)
139
(62,6%***)
141
(63,5%***)
6
(6,1%)
7
(7,1%)
37
(37,0%***)
35
(35,0%)
35
(35,0%***)
35
(35,0%**)
27
(8,1%)
29
(8,7%)
79
(35,9%*)
86
(39,1%***)
88
(39,6%*)
97
(43,7%***)
2
(2,0%)
1
(1,0%)
-0,50
-0,96
43
(43,9%)
17
(17,0%**)
21
(21,0%**)
-1,45***
-1,58**
58
(58,0%)
15
(15,0%**)
20
(20,0%**)
-1,51***
-1,61**
41
(41,0%)
14
(4,2%)
13
(3,9%)
-0,63
-0,84
162
(48,8%)
40
(18,2%***)
53
(24,1%***)
-1,29*
-1,57***
125
(56,8%)
45
(20,3%***)
57
(25,7%***)
-1,49*
-1,68***
110
(49,5%)
3
(7,0%)
7
(16,3%)
33
(56,9%***)
28
(48,3%**)
27
(65,9%***)
26
(63,4%***)
20
(12,3%)
29
(17,9%)
75
(60,0%*)
80
(64,0%***)
77
(70,0%*)
78
(70,9%***)
3
(7,0%)
4
(9,3%)
22
(37,9%***)
19
(32,8%**)
18
(43,9%***)
20
(48,8%***)
15
(9,3%)
19
(11,7%)
46
(36,8%*)
51
(40,8%***)
59
(53,6%*)
60
(54,5%***)
10
(37%)
4
(14,8%)
21
(65,6%*)
16
(50,0%**)
26
(56,5%)
26
(56,5%**)
40
(32,3%)
42
(33,9%)
46
(57,5%*)
51
(63,8%***)
54
(65,9%*)
52
(63,4%***)
75
Enthesitis
verdwenen n (%) ‡
Week 16
17
32
32
68
77
78
(26,2%)
(50,0%**)
(57,1%***) (35,4%)
(54,6%*)
(55,7%*)
Week 24
14
27
27
66
77
86
(21,5%)
(42,2%*)
(48,2%**)
(34,4%)
(54,6%***) (61,4%***)
* p<0,05, ** p<0,01, *** p<0,001; versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie in week 24 voor PsA-onderzoek 2, behalve voor ACR70, dactylitis en enthesitis, die
verkennende eindpunten waren en alle eindpunten in week 16.
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie in week 16 voor PsA-onderzoek 3, behalve voor ACR70, wat een verkennend eindpunt was
en alle eindpunten in week 24.
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van ontbrekend binair eindpunt.
ACR: American College of Rheumatology; PASI: Psoriasis Area and Severity Index; DAS: Disease
Activity Score; BSA: Body Surface Area
Primaire eindpunt
1
Secukinumab 150 mg of 300 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door maandelijks dezelfde dosis
† Bij patiënten met dactylitis op baseline (n=27, 32, 46, respectievelijk voor PsA-onderzoek 2 en n=124,
80, 82, respectievelijk voor PsA-onderzoek 3)
‡ Bij patiënten met enthesitis op baseline (n=65, 64, 56, respectievelijk voor PsA-onderzoek 2 en n=192,
141, 140, respectievelijk voor PsA-onderzoek 3)
De werking van secukinumab trad al na 2 weken behandeling op. Een statistisch significant verschil in
ACR20 versus placebo werd bereikt op week 3.
Figuur 2 laat het percentage patiënten dat een ACR20-respons bereikte zien per visite.
Figuur 2
ACR20-respons in PsA-onderzoek 2 in de tijd tot en met week 52
Percentage
responders
Tijd (weken)
76
Voor primaire eindpunten en de belangrijkste secundaire eindpunten werden bij PsA-patiënten
vergelijkbare responsen waargenomen, ongeacht of ze wel of niet gelijktijdige behandeling met MTX
kregen. In PsA-onderzoek 2, in week 24, hadden met secukinumab behandelde patiënten die
gelijktijdig MTX gebruikten een hogere ACR20-respons (47,7% en 54,4% voor respectievelijk
150 mg en 300 mg, vergeleken met 20% voor placebo) en ACR50-respons (31,8% en 38,6% voor
respectievelijk 150 mg en 300 mg, vergeleken met 8,0% voor placebo). Patiënten behandeld met
secukinumab die niet gelijktijdig MTX gebruikten, hadden een hogere ACR20-respons (53,6% en
53,6% voor respectievelijk 150 mg en 300 mg, vergeleken met 10,4% voor placebo) en ACR50-
respons (37,5% en 32,1% voor respectievelijk 150 mg en 300 mg, vergeleken met 6,3% voor placebo).
In PsA-onderzoek 2 hadden zowel anti-TNFα-naïeve patiënten als anti-TNFα-IR-patiënten behandeld
met secukinumab een significant hogere ACR20-respons in vergelijking met placebo in week 24,
waarbij de respons in de anti-TNFα-naïeve groep enigszins hoger lag (anti-TNFα-naïef: 64% en 58%
met respectievelijk 150 mg en 300 mg, vergeleken met 15,9% met placebo; anti-TNFα-IR: 30% en
46% met respectievelijk 150 mg en 300 mg, vergeleken met 14,3% met placebo). In de subgroep met
anti-TNFα-IR-patiënten liet alleen de dosis van 300 mg een significant hoger responspercentage voor
de ACR20 zien in vergelijking met placebo (p<0,05) en werd een klinisch relevant voordeel ten
opzichte van de dosis van 150 mg voor meerdere secundaire eindpunten aangetoond. Verbeteringen in
de PASI 75-respons werden waargenomen in beide subgroepen en de dosis van 300 mg liet een
statistisch significant voordeel bij de anti-TNFα-IR-patiënten zien.
Voor alle componenten van de ACR-scores werden verbeteringen waargenomen, waaronder door de
patiënt beoordeelde pijn. In PsA-onderzoek 2 was het percentage patiënten dat een modified PsA
Response Criteria (PsARC)-respons had bereikt in week 24 groter bij de met secukinumab behandelde
patiënten (59,0% en 61,0% met respectievelijk 150 mg en 300 mg) dan met placebo (26,5%).
In PsA-onderzoek 1 en PsA-onderzoek 2 hield de werkzaamheid aan tot week 104. Van de
200 patiënten die in PsA-onderzoek 2 oorspronkelijk gerandomiseerd waren naar secukinumab
150 mg en 300 mg, waren 178 patiënten (89%) nog steeds onder behandeling op week 52. Van de
100 patiënten die gerandomiseerd waren naar secukinumab 150 mg, hadden er 64 een ACR20-
respons, 39 een ACR50-respons en 20 een ACR70-respons. Van de 100 patiënten die gerandomiseerd
waren naar secukinumab 300 mg, hadden er 64 een ACR20-respons, 44 een ACR50-respons en 24 een
ACR70-respons.
Radiografisch meetbare respons
In PsA-onderzoek 3, werd de remming van progressie van structurele schade radiografisch beoordeeld
en uitgedrukt in de gemodificeerde Total Sharp Score (mTSS) en onderdelen hiervan, de erosiescore
(ES) en de score voor gewrichtsspleetversmalling (Joint
Space Narrowing score;
JSN). Radiografieën
van de handen, polsen, en voeten werden verkregen bij baseline, week 16 en/of week 24 en
afzonderlijk gescoord door ten minste twee lezers die geblindeerd waren voor behandelingsgroep en
visitenummer. Behandeling met secukinumab 150 mg en 300 mg remde significant de snelheid van
progressie van perifere gewrichtsschade vergeleken met placebo zoals gemeten door de verandering
vanaf baseline in mTSS in week 24 (tabel 9).
De remming van de progressie van structurele schade werd tevens bepaald in PsA-onderzoek 1 na 24
en 52 weken vergeleken met baseline. De gegevens voor week 24 zijn weergegeven in tabel 9.
77
Tabel 9
Verandering in modified Total Sharp Score bij arthritis psoriatica
PsA-onderzoek 3
secukinumab
secukinumab
1
150 mg
300 mg
1
n=213
n=217
PsA-onderzoek 1
Placebo secukinumab
n=179
150 mg
2
n=185
Placebo
n=296
Totale score
Baseline
15,0
13,5
12,9
28,4
22,3
(SD)
(38,2)
(25,6)
(23,8)
(63,5)
(48,0)
Gemiddelde
0,50
0,13*
0,02*
0,57
0,13*
verandering
in week 24
*p<0,05 gebaseerd op nominale, maar niet gecorrigeerde, p-waarde
1
secukinumab 150 mg of 300 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde maandelijkse dosis
2
10 mg/kg in week 0, 2 en 4 gevolgd door subcutane doses van 75 mg of 150 mg
De remming van structurele schade hield in PsA-onderzoek 1 bij behandeling met secukinumab aan
tot week 52.
In PsA-onderzoek 3 was het percentage patiënten zonder ziekteprogressie van randomisatie tot
week 24 (gedefinieerd als een verandering in mTSS ten opzichte van baseline van ≤0,5) respectievelijk
80,3%, 88,5% en 73,6% voor secukinumab 150 mg, 300 mg en placebo. Een effect van remming van
structurele schade werd waargenomen bij anti-TNFα-naïeve en anti-TNFα-IR-patiënten en bij
patiënten behandeld met en zonder gelijktijdig MTX.
In PsA-onderzoek 1 was het percentage patiënten zonder ziekteprogressie (gedefinieerd als een
verandering in mTSS ten opzichte van baseline van ≤0,5) vanaf randomisatie tot week 24 82,3% bij
secukinumab 10 mg/kg intraveneuze oplaaddosis – 150 mg subcutane onderhoudsdosis en 75,7% bij
placebo. Het percentage patiënten zonder ziekteprogressie vanaf week 24 tot week 52 voor
secukinumab 10 mg/kg intraveneuze oplaaddosis – gevolgd door 150 mg subcutane onderhoudsdosis
en voor placebopatiënten die na 16 of 24 weken werden overgezet op 75 mg of 150 mg subcutaan
iedere 4 weken, was respectievelijk 85,7% en 86,8%.
Axiale manifestaties in PsA
In een gerandomiseerd, dubbelblind, placebogecontroleerd onderzoek (MAXIMISE) is de
werkzaamheid van secukinumab beoordeeld bij 485 patiënten met PsA met axiale manifestaties die
naïef waren voor biologicals en bij wie de respons op NSAID’s inadequaat was. De primaire variabele
van minstens 20% verbetering in Assessment of SpondyloArthritis International Society (ASAS 20)-
criteria in week 12 werd behaald. Behandeling met secukinumab 300 mg en 150 mg vergeleken met
placebo resulteerde tevens in een grotere verbetering van de klachten en verschijnselen (waaronder
verminderingen in spinale pijn ten opzichte van baseline) en verbetering in lichamelijk functioneren
(zie tabel 10).
78
Tabel 10
Klinische respons in het MAXIMISE-onderzoek in week 12
Placebo
(n=164)
31,2 (24,6; 38.7)
150 mg
(n=157)
66,3 (58,4; 73,3)*
300 mg
(n=164)
62,9 (55,2; 70,0)*
ASAS 20-respons, %
(95%-BI)
ASAS 40-respons, %
12,2 (7,8; 18,4)
39,5 (32,1; 47,4)**
43,6 (36,2; 51,3)**
(95%-BI)
BASDAI 50, %
9,8 (5,9; 15,6)
32,7 (25,8; 40,5)**
37,4 (30,1; 45,4)**
(95%-BI)
Spinale pijn, VAS
-13,6 (-17,2; -10,0)
-28,5 (-32,2; -24,8)**
-26,5 (-30,1; -22,9)**
(95%-BI)
Lichamelijk
-0,155 (-0,224; -0,086)
-0,330 (-0,401;
-0,389 (-0,458;
functioneren, HAQ-DI
-0,259)**
-0,320)**
(95%-BI)
* p<0.0001; versus placebo met meervoudige imputatie.
** Vergelijking t.o.v. placebo werd niet aangepast voor multipliciteit.
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; VAS: Visual Analog Scale; HAQ-DI: Health Assessment
Questionnaire – Disability Index.
Verbeteringen in ASAS 20 en ASAS 40 werden waargenomen vanaf week 4 en werden behouden tot
52 weken voor beide secukinumab doses.
Lichamelijk functioneren en gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven
In PsA-onderzoek 2 en PsA-onderzoek 3 lieten patiënten die behandeld werden met secukinumab
150 mg (p=0,0555 en p<0,0001) en 300 mg (p=0,0040 en p<0,0001) in respectievelijk week 24 en
week 16 een verbetering in lichamelijk functioneren zien ten opzichte van patiënten die placebo
kregen, zoals gemeten met de Health Assessment Questionnaire-Disability Index (HAQ-DI).
Verbeteringen in HAQ-DI-scores werden waargenomen ongeacht eerdere blootstelling aan anti-TNFα.
In PsA-onderzoek 1 werden vergelijkbare responsen gezien.
De met secukinumab behandelde patiënten meldden significante verbeteringen van de
gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten met de Short Form-36 Health Survey
Physical Component Summary (SF-36 PCS)-score (p<0,001). Er zijn ook statistisch significante
verbeteringen aangetoond in verkennende eindpunten zoals gemeten met de Functional Assessment of
Chronic Illness Therapy – Fatigue (FACIT-F)-scores voor 150 mg en 300 mg in vergelijking met
placebo (respectievelijk 7,97, 5,97 versus 1,63) en deze verbeteringen hielden aan tot week 104 in
PsA-onderzoek 2.
Vergelijkbare responsen werden in PsA-onderzoek 1 waargenomen en de werkzaamheid hield aan tot
week 52.
Axiale spondyloartritis (axSpA)
Spondylitis ankylopoetica (AS) / röntgenologische axiale spondyloartritis
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld in drie gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde fase III-onderzoeken bij 816 patiënten met actieve spondylitis
ankylopoetica (AS) met een Bath Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index (BASDAI) van ≥4
ondanks behandeling met niet-steroïde, anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID’s),
corticosteroïden of ‘disease-modifying antirheumatic drugs’ (DMARD’s). De mediane tijd sinds de
diagnose van AS bedroeg bij de patiënten in onderzoek 1 naar spondylitis ankylopoetica
(AS-onderzoek 1) en onderzoek 2 naar spondylitis ankylopoetica (AS-onderzoek 2) 2,7 tot 5,8 jaar.
Voor beide onderzoeken was het primaire eindpunt een verbetering van ten minste 20% van de
Assessment of SpondyloArthritis International Society (ASAS 20)-criteria in week 16.
79
In onderzoek 1 naar spondylitis ankylopoetica (AS-onderzoek 1), onderzoek 2 naar spondylitis
ankylopoetica (AS-onderzoek 2) en onderzoek 3 naar spondylitis ankylopoetica (AS-onderzoek 3)
waren respectievelijk 27,0%, 38,8% en 23,5% van de patiënten eerder behandeld met een TNFα-
blokkerend middel en daarmee gestopt vanwege onvoldoende werkzaamheid of vanwege
onverdraagbaarheid (patiënten met een inadequate respons op anti-TNFα-behandeling
(anti-TNFα-IR-patiënten)).
In AS-onderzoek 1 (MEASURE 1) werden 371 patiënten beoordeeld, van wie 14,8% gelijktijdig MTX
gebruikte en 33,4% sulfasalazine. De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen intraveneus
10 mg/kg toegediend in week 0, 2 en 4, gevolgd door maandelijks subcutaan 75 mg of 150 mg te
beginnen in week 8. De naar placebo gerandomiseerde patiënten die na 16 weken geen respons
vertoonden (early rescue) en alle andere placebopatiënten na 24 weken, werden overgezet op
secukinumab (subcutaan 75 mg of 150 mg), gevolgd door maandelijks dezelfde dosis.
In AS-onderzoek 2 (MEASURE 2) werden 219 patiënten beoordeeld, van wie 11,9% gelijktijdig MTX
gebruikte en 14,2% sulfasalazine. De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen subcutaan
75 mg of 150 mg toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijks dezelfde dosis. In
week 16 werden de patiënten die bij baseline naar placebo waren gerandomiseerd, opnieuw
gerandomiseerd naar maandelijks secukinumab (subcutaan 75 mg of 150 mg).
In AS-onderzoek 3 (MEASURE 3) werden 226 patiënten beoordeeld, van wie 13,3% gelijktijdig MTX
gebruikte en 23,5% sulfasalazine. De naar secukinumab gerandomiseerde patiënten kregen 10 mg/kg
intraveneus toegediend in week 0, 2, en 4, gevolgd door maandelijks ofwel 150 mg ofwel 300 mg
subcutaan. In week 16 werden de patiënten die bij baseline naar placebo waren gerandomiseerd,
opnieuw gerandomiseerd naar maandelijks secukinumab (ofwel 150 mg ofwel 300 mg subcutaan). Het
primaire eindpunt was ASAS 20 in week 16. Patiënten waren geblindeerd voor het
behandelingsregime tot week 52, en het onderzoek ging voort tot week 156.
Klachten en verschijnselen:
In AS-onderzoek 2 resulteerde behandeling met secukinumab 150 mg op week 16 in een grotere
verbetering in uitkomstmaten van ziekteactiviteit in vergelijking met placebo (zie tabel 11).
Tabel 11
Klinische respons in AS-onderzoek 2 op week 16
Placebo
(n = 74)
28,4
10,8
1,13
8,1
4,1
10,8
4,1
75 mg
(n = 73)
41,1
26,0
0,61
34,2
15,1
24,7*
15,1*
150 mg
(n = 72)
61,1***
36,1***
0,55***
43,1***
13,9
30,6**
25,0***
Uitkomst (p-waarde versus placebo)
ASAS 20-respons, %
ASAS 40-respons, %
hsCRP, (post-BSL/BSL-ratio)
ASAS 5/6, %
ASAS gedeeltelijke remissie, %
BASDAI 50, %
ASDAS-CRP aanzienlijke
verbetering
* p<0,05, ** p<0,01, *** p<0,001; versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie, behalve voor BASDAI 50 en ASDAS-CRP.
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van ontbrekend binair eindpunt.
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; hsCRP: high-sensitivity C-reactive protein; ASDAS: Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Score; BSL: baseline
80
De werking van secukinumab 150 mg op basis van de ASAS 20-score trad al na 1 week behandeling
op en op basis van de ASAS 40-score na 2 weken behandeling in AS-onderzoek 2 (superieur ten
opzichte van placebo).
De ASAS 20-responsen waren met secukinumab 150 mg in vergelijking met placebo in week 16 beter
bij zowel anti-TNF- α-naïeve patiënten (68,2% versus 31,1%; p<0,05) als bij anti-TNFα-IR-patiënten
(50,0% versus 24,1%; p<0,05).
In AS-onderzoek 1 en AS-onderzoek 2 werd in week 16 een significante verbetering van de klachten
en verschijnselen aangetoond bij met secukinumab behandelde patiënten (150 mg in AS-onderzoek 2
en beide regimes in AS-onderzoek 1), waarbij een vergelijkbare grootte van respons en werkzaamheid
werd behouden tot week 52 bij zowel anti-TNFα-naïeve patiënten als anti-TNFα-IR-patiënten. Van de
72 patiënten die in AS-onderzoek 2 oorspronkelijk gerandomiseerd waren naar secukinumab 150 mg,
waren 61 patiënten (84,7%) nog steeds onder behandeling op week 52. Van de 72 patiënten die
gerandomiseerd waren naar secukinumab 150 mg, hadden er 45 een ASAS 20-respons en 35 een
ASAS 40-respons.
In AS-onderzoek 3 werd een verbetering van de klachten en verschijnselen aangetoond bij met
secukinumab behandelde patiënten (150 mg en 300 mg), waarbij vergelijkbare
werkzaamheidsresponsen werden verkregen onafhankelijk van de dosis die superieur waren aan
placebo in week 16 voor het primair eindpunt (ASAS 20). Over het algemeen waren de
werkzaamheidsresponspercentages in de groep met 300 mg consistent hoger dan in de groep met
150 mg voor de secundaire eindpunten. Tijdens de geblindeerde periode waren de ASAS 20 en
ASAS 40 responsen respectievelijk 69,7% en 47,6% voor 150 mg en 74,3% en 57,4% voor 300 mg in
week 52. De ASAS 20 en ASAS 40 responsen werden behouden tot week 156 (69,5% en 47,6% voor
150 mg versus 74,8% en 55,6% voor 300 mg). Hogere responspercentages in het voordeel van 300 mg
werden ook waargenomen voor de ASAS partiële remissierespons (ASAS PR) in week 16 en werden
behouden tot week 156. Grotere verschillen in responspercentages, waarbij 300 mg beter was dan
150 mg, werden gezien bij anti-TNFα-IR patiënten (n=36) in vergelijking tot anti-TNFα-naïeve
patiënten (n=114).
Beweeglijkheid van de wervelkolom:
Patiënten die behandeld werden met secukinumab 150 mg, lieten verbeteringen zien in de
beweeglijkheid van de wervelkolom zoals bepaald met de verandering vanaf baseline in BASMI op
week 16 voor zowel AS-onderzoek 1(-0,40 versus -0,12 voor placebo; p=0,0114) als voor AS-
onderzoek 2 (-0,51 versus -0,22 voor placebo; p=0,0533). Deze verbeteringen hielden aan tot week 52.
Lichamelijk functioneren en gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven:
In AS-onderzoeken 1 en 2 lieten patiënten die behandeld werden met secukinumab 150 mg
verbeteringen zien in gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten met de AS Quality
of Life Questionnaire (ASQoL) (p=0,001) en de SF-36 Physical Component Summary (SF-36PCS)
(p<0,001). Patiënten die behandeld werden met secukinumab 150 mg lieten ook statistisch significante
verbeteringen zien van verkennende eindpunten wat betreft lichamelijk functioneren, zoals beoordeeld
met de Bath Ankylosing Spondylitis Functional Index (BASFI) in vergelijking met placebo (-2,15
versus -0,68) en wat betreft vermoeidheid, uitgedrukt als score op de Functional Assessment of
Chronic Illness Therapy-Fatigue (FACIT-F)-schaal in vergelijking met placebo (8,10 versus 3,30).
Deze verbeteringen hielden aan tot week 52.
81
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis (nr-axSpA)
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld bij 555 patiënten in een
gerandomiseerd, dubbelblind, placebogecontroleerd fase III-onderzoek (PREVENT), bestaande uit een
2-jarige hoofdstudie en een 2-jarige extensiestudie. Patiënten werden geïncludeerd met actieve niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis (nr-axSpA) die voldeden aan de Assessment of
SpondyloArthritis International Society (ASAS) classificatiecriteria voor axiale spondyloartritis
(axSpA) zonder röntgenologisch bewijs van veranderingen in de sacro-iliacale gewrichten volgens de
modified New York criteria voor spondylitis ankylopoetica (AS). Geïncludeerde patiënten hadden
actieve ziekte, gedefinieerd als een Bath Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index (BASDAI)
≥4, een Visueel Analoge Schaal (VAS) voor totale rugpijn van ≥40 (op een schaal van 0-100 mm),
ondanks huidige of vroegere behandeling met niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen
(NSAID’s), en een verhoogd C-reactief proteïne (CRP) en/of bewijs van sacro-iliitis op Magnetic
Resonance Imaging (MRI). Patiënten in dit onderzoek hadden een diagnose van axSpA gedurende
gemiddeld 2,1 tot 3,0 jaar en 54% van de deelnemers aan het onderzoek was vrouw.
In het PREVENT-onderzoek was 9,7% van de patiënten eerder behandeld met een TNFα-blokkerend
middel en stopte daarmee vanwege onvoldoende werkzaamheid of vanwege onverdraagbaarheid
(patiënten met een inadequate respons op anti-TNFα-behandeling (anti-TNFα-IR-patiënten)).
In het PREVENT-onderzoek gebruikte respectievelijk 9,9% en 14,8% van de patiënten gelijktijdig
MTX of sulfasalazine. Tijdens de dubbelblinde periode kregen de patiënten ofwel placebo ofwel
secukinumab gedurende 52 weken. De patiënten gerandomiseerd naar secukinumab kregen 150 mg
subcutaan in week 0, 1, 2, 3 en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke maand, of een maandelijkse injectie
van 150 mg secukinumab. Het primaire eindpunt was tenminste 40% verbetering in Assessment of
SpondyloArthritis International Society criteria (ASAS 40) op week 16 bij anti-TNFα-naïeve
patiënten.
Klachten en verschijnselen:
In het PREVENT-onderzoek resulteerde behandeling met 150 mg secukinumab in significante
verbeteringen in de metingen van ziekteactiviteit in vergelijking tot placebo op week 16. Deze
metingen betroffen ASAS 40, ASAS 5/6, BASDAI-score, BASDAI 50, high-sensitivity CRP (hsCRP),
ASAS 20 en ASAS partiële remissierespons in vergelijking tot placebo (tabel 12). Responsen werden
behouden tot week 52.
82
Tabel 12
Klinische respons in het PREVENT-onderzoek op week 16
Placebo
171
29,2
186
28,0
23,7
-1,46
21,0
0,91
45,7
7,0
150 mg
1
164
41,5*
185
40,0*
40,0*
-2,35*
37,3*
0,64*
56,8*
21,6*
Uitkomst (p-waarde versus placebo)
Aantal gerandomiseerde anti-TNFα-naïeve
patiënten
ASAS 40-respons, %
Totaal aantal gerandomiseerde patiënten
ASAS 40-respons, %
ASAS 5/6, %
BASDAI, LS gemiddelde verandering ten
opzichte van de BSL-score
BASDAI 50, %
hsCRP, (post-BSL/BSL-ratio)
ASAS 20-respons, %
ASAS partiële remissie, %
*p<0,05 versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf
gedefinieerde hiërarchie
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van een ontbrekend binair eindpunt.
1
secukinumab 150 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke maand
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; BSL: baseline; hsCRP: high-sensitivity C-reactief proteïne; LS:
kleinste kwadraten (least square)
De werking van 150 mg secukinumab trad al in week 3 op voor ASAS 40 bij anti-TNFα-naïeve
patiënten (superieur aan placebo) in het PREVENT-onderzoek. Het percentage patiënten dat een
ASAS 40-respons bereikte in anti-TNFα-naïeve patiënten wordt per bezoek weergegeven in figuur 3.
Figuur 3
ASAS 40-responsen bij anti-TNFα-naïeve patiënten in het PREVENT-onderzoek in
de tijd tot en met week 16
Percentage
responders
Tijd (weken)
Secukinumab 150 mg met oplaaddosis
Placebo
83
ASAS 40-responsen verbeterden ook in week 16 in anti-TNFα-IR-patiënten voor 150 mg
secukinumab in vergelijking tot placebo.
Lichamelijk functioneren en gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven:
Behandeling met 150 mg secukinumab liet statistisch significante verbeteringen zien op week 16 in
vergelijking met placebo-behandeling ten aanzien van lichamelijk functioneren, zoals beoordeeld door
de BASFI (week 16: -1,75 versus -1,01, p<0,05). Behandeling met secukinumab liet significante
verbeteringen zien in vergelijking met placebo-behandeling op week 16 ten aanzien van gezondheids-
gerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten door ASQoL (LS gemiddelde verandering:
week 16: -3,45 versus -1,84, p<0,05) en SF-36 Physical Component Summary (SF-36 PCS) (LS
gemiddelde verandering: week 16: 5,71 versus 2,93, p<0,05). Deze verbeteringen hielden aan tot
week 52.
Beweeglijkheid van de wervelkolom:
Beweeglijkheid van de wervelkolom werd beoordeeld met BASMI tot en met week 16. Numeriek
grotere verbeteringen werden aangetoond in de groep patiënten behandeld met secukinumab in
vergelijking tot de groep placebo-behandelde patiënten op week 4, 8, 12 en 16.
Remming van ontsteking op magnetic resonance imaging (MRI):
Ontsteking werd beoordeeld met MRI op baseline en week 16 en resultaten werden weergegeven als
verandering ten opzichte van baseline in de Berlin SI-joint oedema score voor sacro-iliacale
gewrichten, en in ASspiMRI-a score en Berlin spine score voor de wervelkolom. Remming van
ontsteking in zowel sacro-iliacale gewrichten als de wervelkolom werd waargenomen bij patiënten die
behandeld werden met secukinumab. De gemiddelde verandering ten opzichte van baseline in Berlin
SI-joint oedema score was -1,68 voor patiënten die behandeld werden met 150 mg secukinumab
(n=180) versus -0,39 voor patiënten die behandeld werden met placebo (n=174) (p<0,05).
Pediatrische patiënten
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Secukinumab heeft aangetoond klachten en verschijnselen te verbeteren, evenals de
gezondheidsgerelateerde levenskwaliteit bij pediatrische patiënten met plaque psoriasis vanaf 6 jaar
(zie tabellen 14 en 16).
Ernstige plaque psoriasis
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden onderzocht in een gerandomiseerd,
dubbelblind, placebo- en etanercept-gecontroleerd fase III-onderzoek bij pediatrische patiënten van 6
tot 18 jaar met ernstige plaque psoriasis, gedefinieerd als een PASI score ≥20, een IGA mod 2011
score van 4, en ≥10% van de BSA aangedaan door psoriasis, die in aanmerking kwamen voor
systemische therapie. Ongeveer 43% van de patiënten had eerdere blootstelling aan fototherapie, 53%
aan conventionele systemische therapie, 3% aan biologische geneesmiddelen, en 9% had gelijktijdige
arthritis psoriatica.
Het pediatrisch psoriasis-onderzoek 1 onderzocht 162 patiënten die gerandomiseerd werden naar een
lage dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <50 kg of 150 mg voor een
lichaamsgewicht ≥50 kg), een hoge dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <25 kg,
150 mg voor een lichaamsgewicht tussen ≥25 kg en <50 kg, of 300 mg voor een lichaamsgewicht
≥50 kg), of placebo in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken, of etanercept.
Patiënten die werden gerandomiseerd naar etanercept kregen 0,8 mg/kg wekelijks (tot een maximum
van 50 mg). Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd bij randomisatie is weergegeven in tabel 13.
84
Tabel 13
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 1
Beschrijving
Secukinumab
lage dosis
n=40
8
32
2
17
21
Secukinumab
hoge dosis
n=40
9
31
3
15
22
Placebo
n=41
10
31
3
17
21
Etanercept
n=41
10
31
4
16
21
Totaal
N=162
37
125
12
65
85
Randomisatie
strata
Leeftijd
Gewicht
6-<12 jaar
≥12-<18 jaar
<25 kg
≥25-<50 kg
≥50 kg
Patiënten die waren gerandomiseerd naar placebo en non-responders waren in week 12 werden
overgezet naar de groep met ofwel de lage dosis ofwel de hoge dosis secukinumab (dosis gebaseerd op
lichaamsgewicht groep) en kregen onderzoeksmedicatie in week 12, 13, 14, en 15, gevolgd door
dezelfde dosis elke 4 weken te beginnen in week 16. De co-primaire eindpunten waren het percentage
patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score 0 of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna gaaf’)
bereikten op week 12.
Tijdens de placebogecontroleerde periode van 12 weken was de werkzaamheid van zowel de lage als
de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar wat betreft de co-primaire eindpunten. De geschatte
oddsratio’s in het voordeel van beide secukinumab-doseringen waren statistisch significant voor de
PASI 75- en IGA mod 2011 0/1-scores.
Alle patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid en veiligheid gedurende de 52 weken na de eerste
dosis. Het percentage patiënten dat een PASI 75-respons en IGA mod 2011-score 0 of 1 (‘gaaf’ of
‘bijna gaaf’) bereikte toonde een scheiding tussen de secukinumab behandelingsgroepen en placebo bij
het eerste post-baseline bezoek op week 4; het verschil werd steeds duidelijker op week 12. De
respons bleef gedurende de gehele periode van 52 weken aanhouden (zie tabel 14). Verbetering in
PASI 50-, 90-, 100-responspercentages en Children’s Dermatology Life Quality Index (CDLQI)-
scores 0 of 1 hielden eveneens aan gedurende de gehele periode van 52 weken.
Bovendien waren de PASI 75-, IGA 0- of 1-, PASI 90-responspercentages in weken 12 en 52 voor
zowel de behandelingsgroepen met de lage dosis als de hoge dosis secukinumab hoger dan de
percentages voor patiënten die behandeld werden met etanercept (zie tabel 14).
Na week 12 was de werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar
hoewel de werkzaamheid van de hoge dosis hoger was bij patiënten ≥50 kg. De veiligheidsprofielen
van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het veiligheidsprofiel bij
volwassen patiënten met plaque psoriasis.
85
Tabel 14
Samenvatting van de klinische respons bij ernstige pediatrische psoriasis in week 12
en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 1)*
‘test’
‘controle’
oddsratio
n**/m (%) n**/m (%)
schatting (95%-BI) p-waarde
In week 12***
PASI 75
secukinumab lage dosis vs. Placebo 32/40 (80,0) 6/41 (14,6)
25,78 (7,08-114,66) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. Placebo 31/40 (77,5) 6/41 (14,6)
22,65 (6,31-98,93)
<0,0001
secukinumab lage dosis vs. Etanercept 32/40 (80,0) 26/41 (63,4)
2,25 (0,73-7,38)
secukinumab
hoge
dosis
vs. 31/40 (77,5) 26/41 (63,4)
1,92 (0,64-6,07)
Etanercept
IGA 0/1
secukinumab lage dosis vs. Placebo 28/40 (70,0)
2/41 (4,9)
51,77 (10,02-538,64) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. Placebo 24/40 (60,0)
2/41 (4,9)
32,52 (6,48-329,52) <0,0001
secukinumab lage dosis vs. Etanercept 28/40 (70,0) 14/41 (34,1)
4,49 (1,60-13,42)
secukinumab
hoge
dosis
vs. 24/40 (60,0) 14/41 (34,1)
2,86 (1,05-8,13)
Etanercept
PASI 90
secukinumab lage dosis vs. Placebo 29/40 (72,5)
1/41 (2,4) 133,67 (16,83-6395,22) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. Placebo 27/40 (67,5)
1/41 (2,4) 102,86 (13,22-4850,13) <0,0001
secukinumab lage dosis vs. Etanercept 29/40 (72,5) 12/41 (29,3)
7,03 (2,34-23,19)
secukinumab
hoge
dosis
vs. 27/40 (67,5) 12/41 (29,3)
5,32 (1,82-16,75)
Etanercept
In week 52
PASI 75
secukinumab lage dosis vs. Etanercept 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,12 (0,91-12,52)
secukinumab
hoge
dosis
vs. 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,09 (0,90-12,39)
Etanercept
IGA 0/1
secukinumab lage dosis vs. Etanercept 29/40 (72,5) 23/41 (56,1)
2,02 (0,73-5,77)
secukinumab
hoge
dosis
vs. 30/40 (75,0) 23/41 (56,1)
2,26 (0,81-6,62)
Etanercept
PASI 90
secukinumab lage dosis vs. Etanercept 30/40 (75,0) 21/41 (51,2)
2,85 (1,02-8,38)
secukinumab
hoge
dosis
vs. 32/40 (80,0) 21/41 (51,2)
3,69 (1,27-11,61)
Etanercept
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
** n is het aantal responders, m = aantal evalueerbare patiënten
*** verlengd venster voor bezoek in week 12
Oddsratio, 95%-betrouwbaarheidsinterval en p-waarde zijn afkomstig van een exact logistisch regressiemodel met
behandelingsgroep, baseline lichaamsgewichtscategorie en leeftijdscategorie als factoren
Respons Vergelijking behandeling
criterium ‘test’ vs. ‘controle’
Een hoger percentage pediatrische patiënten die behandeld werden met secukinumab meldde
verbetering in gezondheidsgerelateerde levenskwaliteit zoals gemeten door een CDLQI-score van 0 of
1 vergeleken met placebo in week 12 (lage dosis 44,7%, hoge dosis 50%, placebo 15%). Over de
gehele behandelperiode en tot en met week 52 scoorden de beide dosisgroepen met secukinumab
numeriek hoger dan de groep met etanercept (lage dosis 60,6%, hoge dosis 66,7%, etanercept 44,4%).
Matige tot ernstige plaque psoriasis
Op basis van de aangetoonde werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie bij volwassen patiënten
met matige tot ernstige plaque psoriasis en de overeenkomst van het ziekteverloop, pathofysiologie en
het geneesmiddeleffect bij volwassen en pediatrische patiënten bij dezelfde blootstellingsniveaus,
werd secukinumab voorspeld werkzaam te zijn voor de behandeling van pediatrische patiënten met
matige plaque psoriasis.
Daarbij werd de veiligheid en de werkzaamheid van secukinumab onderzocht in een open-label, twee-
armig, multicenter fase III-onderzoek met parallelle groepen bij pediatrische patiënten van 6 tot
18 jaar oud met matige tot ernstige plaque psoriasis, gedefinieerd als een PASI-score ≥12, een IGA
mod 2011-score van ≥3, en ≥10% van de BSA aangedaan door psoriasis, die in aanmerking kwamen
voor systemische therapie.
86
Het pediatrisch psoriasis-onderzoek 2 onderzocht 84 patiënten die gerandomiseerd werden naar een
lage dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <50 kg or 150 mg voor een
lichaamsgewicht ≥50 kg) of een hoge dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <25 kg,
150 mg voor een lichaamsgewicht tussen ≥25 kg en <50 kg, of 300 mg voor een lichaamsgewicht
≥50 kg) in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken. Patiëntverdeling volgens
gewicht en leeftijd bij randomisatie wordt weergegeven in tabel 15.
Tabel 15
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 2
Beschrijving
Secukinumab
lage dosis
n=42
17
25
4
13
25
Secukinumab
hoge dosis
n=42
16
26
4
12
26
Totaal
N=84
33
51
8
25
51
Subgroepen
Leeftijd
Gewicht
6-<12 jaar
≥12-<18 jaar
<25 kg
≥25-<50 kg
≥50 kg
De co-primaire eindpunten waren de percentages patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod
2011-score van 0 of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna gaaf’) bereikten op week 12.
De werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab was vergelijkbaar en toonde een
statistisch significante verbetering aan vergeleken met de historische placebogroep wat betreft de co-
primaire eindpunten. De geschatte posterieure waarschijnlijkheid van een positief behandelingseffect
was 100%.
Patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid gedurende een periode van 52 weken na de eerste
toediening. Werkzaamheid (gedefinieerd als een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0
of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna gaaf’) werd al waargenomen in het eerste post-baseline bezoek op week 2 en het
aantal patiënten dat een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0 of 1 (‘gaaf’ of ‘bijna
gaaf’) bereikte, steeg tot week 24 en hield aan tot week 52. Verbetering in PASI 90 en PASI 100 werd
tevens waargenomen in week 12, steeg tot week 24, en hield aan tot week 52 (zie tabel 16).
De veiligheidsprofielen van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het
veiligheidsprofiel bij volwassenen.
Tabel 16
Samenvatting van de klinische respons bij matige tot ernstige psoriasis bij
pediatrische patiënten in week 12 en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 2)*
Week 12
Secukinumab Secukinumab
lage dosis
hoge dosis
42
42
39 (92,9%)
39 (92,9%)
33 (78,6%)
35 (83,3%)
Week 52
Secukinumab Secukinumab
lage dosis
hoge dosis
42
42
37 (88,1%)
38 (90,5%)
36 (85,7%)
35 (83,3%)
35 (83,3%)
29 (69,0%)
Aantal patiënten
PASI 75-respons n (%)
IGA mod 2011
‘gaaf’
of
‘bijna
gaaf’-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
29 (69%)
32 (76,2%)
32 (76,2%)
PASI 100-respons n (%)
25 (59,5%)
23 (54,8%)
22 (52,4%)
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
Deze uitkomsten bij de matige tot ernstige plaque psoriasis pediatrische populatie bevestigden de
hierboven vermelde predictieve aannames gebaseerd op werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie
bij volwassen patiënten.
87
In de groep met de lage dosis bereikte respectievelijk 50% en 70,7% van de patiënten een CDLQI 0-
of 1-score op respectievelijk week 12 en 52. In de groep met de hoge dosis bereikte respectievelijk
61,9% en 70,3% een CDLQI 0- of 1-score op respectievelijk week 12 en 52.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Enthesitis‑gerelateerde artritis (ERA) en juveniele arthritis psoriatica (JpsA)
De werkzaamheid en veiligheid van secukinumab werden beoordeeld bij 86 patiënten in een 3‑delig,
dubbelblind, placebogecontroleerd, voorvalgestuurd, gerandomiseerd fase III‑onderzoek bij patiënten
van 2 tot <18 jaar met actieve ERA of JpsA zoals gediagnosticeerd op basis van de gemodificeerde
JIA-classificatiecriteria van de International League of Associations for Rheumatology (ILAR). Het
onderzoek bestond uit een open‑labelgedeelte (deel 1) waarin alle patiënten secukinumab kregen tot
week 12. Patiënten bij wie in week 12 een JIA‑ACR (American College of Rheumatology-)30-respons
werd vastgesteld, kwamen in de dubbelblinde fase van deel 2 terecht en werden 1:1 gerandomiseerd
om de behandeling met secukinumab voort te zetten of om een behandeling met placebo te beginnen
(gerandomiseerde onthouding) tot week 104 of tot een opflakkering optrad. Patiënten bij wie de ziekte
opflakkerde, werden vervolgens open-label behandeld met secukinumab tot week 104 (deel 3).
De subtypen JIA‑patiënten bij aanvang van dit onderzoek waren: 60,5% ERA en 39,5% JPsA, met
ofwel een inadequate respons op ofwel een intolerantie voor ≥1 ziektewijzigende antireumatische
geneesmiddelen (disease-modifying antirheumatic drugs, DMARD's) en ≥1 niet‑steroïdale
anti‑inflammatoire geneesmiddelen (NSAID's). Bij baseline werd gebruik van MTX gerapporteerd
voor 65,1% van de patiënten; (63,5% [33/52] van de ERA‑patiënten en 67,6% [23/34] van de
JPsA‑patiënten). 12 van de 52 ERA‑patiënten werden gelijktijdig behandeld met sulfasalazine
(23,1%). Patiënten met een lichaamsgewicht bij baseline van <50 kg (n=30) kregen een dosis van
75 mg en patiënten met een lichaamsgewicht ≥50 kg (n=56) kregen een dosis van 150 mg. De leeftijd
bij baseline varieerde van 2 tot 17 jaar, met 3 patiënten van 2 tot <6 jaar, 22 patiënten van 6 tot
<12 jaar en 61 patiënten van 12 tot <18 jaar. Bij baseline was de Juvenile Arthritis Disease Activity
Score (JADAS)‑27 15,1 (SD: 7,1).
Het primaire eindpunt was de tijd tot opflakkering in de gerandomiseerde onthoudingsperiode (deel 2).
Opflakkering van de ziekte werd gedefinieerd als een verslechtering van ≥30% van minimaal drie van
de zes JIA‑ACR‑responscriteria en een verbetering van ≥30% van maximaal één van de zes
JIA‑ACR‑responscriteria en een minimum van twee actieve gewrichten.
Aan het eind van deel 1 vertoonden 75 van de 86 (87,2%) patiënten een JIA‑ACR30‑respons en
gingen over naar deel 2.
Het onderzoek voldeed aan het primaire eindpunt door in deel 2 een statistisch significante verlenging
te vertonen van de tijd tot ziekteopflakkering bij patiënten behandeld met secukinumab in vergelijking
met placebo. In deel 2 werd het risico van opflakkering voor patiënten op secukinumab met 72%
verminderd vergeleken met patiënten op placebo (hazardratio=0,28, 95%‑BI: 0,13 tot 0,63, p<0,001)
(figuur 4 en tabel 17). Tijdens deel 2 kregen in totaal 21 patiënten in de placebogroep te maken met
een voorval van opflakkering (11 JPsA en 10 ERA), vergeleken met 10 patiënten in de
secukinumabgroep (4 JPsA en 6 ERA).
88
Figuur 4
Kaplan‑Meier-schattingen van de tijd tot opflakkering van de ziekte in deel 2
Percentage
patiënten met
een opflakkering
van de ziekte
(%)
Tijd (dagen)
Secukinumab
Aantal risicopatiënten
Secukinumab
Placebo in deel 2
------ Placebo in deel 2
+
Gecensureerd
37 36 34 33 32 30 30 29 29 29 25 25 24 23 23 23 23 23 23 21 21 21 20 14 0
38 38 32 29 28 25 22 21 21 21 20 20 19 19 19 18 18 16 16 15 15 15 15 10 0
Tabel 17
Overlevingsanalyse van de tijd tot opflakkering van de ziekte ‑ deel 2
Secukinumab
(N=37)
10 (27,0)
Placebo in deel 2
(N=38)
21 (55,3)
Aantal opflakkeringsvoorvallen aan het eind
van deel 2, n (%)
Kaplan‑Meier‑schattingen:
Mediaan, in dagen (95%‑BI)
NC (NC; NC)
453,0 (114,0; NC)
Zonder opflakkering na 6 maanden (95%‑BI)
85,8 (69,2; 93,8)
60,1 (42,7; 73,7)
Zonder opflakkering na 12 maanden (95%‑BI)
76,7 (58,7; 87,6)
54,3 (37,1; 68,7)
Zonder opflakkering na 18 maanden (95%‑BI)
73,2 (54,6; 85,1)
42,9 (26,7; 58,1)
Hazard‑ratio ten opzichte van placebo:
0,28 (0,13; 0,63)
schatting (95%‑BI)
p‑waarde van de gestratificeerde log‑rank
<0,001**
test
De analyse werd uitgevoerd op alle gerandomiseerde patiënten die in deel 2 ten minste één dosis
van het onderzoeksgeneesmiddel kregen.
Secukinumab: alle patiënten die geen placebo gebruikten. Placebo in deel 2: alle patiënten die in
deel 2 placebo gebruikten en in andere periode(n) secukinumab. NC = niet berekenbaar. ** =
statistisch significant met eenzijdig significantieniveau 0,025.
In het open‑labelgedeelte deel 1 kregen alle patiënten secukinumab tot week 12. In week 12 waren
respectievelijk 83,7%, 67,4% en 38,4% van de kinderen JIA‑ACR50, ‑70 en ‑90‑responders (figuur 3).
De aanvang van de werking van secukinumab trad al op in week 1. In week 12 was de
JADAS‑27‑score 4,64 (SD: 4,73) en de gemiddelde afname ten opzichte van baseline in JADAS‑27
was -10,487 (SD: 7,23).
89
Figuur 5
JIA‑ACR30/50/70/90‑respons voor proefpersonen tot week 12 in deel 1*
Percentage
responders
Tijd (weken)
Tijd (weken)
*non‑responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden te verwerken
De gegevens in de leeftijdsgroep van 2 tot <6 waren niet eenduidig door het lage aantal patiënten
onder de 6 jaar dat werd opgenomen in het onderzoek.
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten af te zien van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met Cosentyx bij plaque psoriasis bij pediatrische
patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 6 jaar en bij chronische idiopathische artritis bij
pediatrische patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 2 jaar (zie rubriek 4.2 voor informatie over
pediatrisch gebruik).
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
De meeste farmacokinetische eigenschappen waargenomen bij patiënten met plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en spondylitis ankylopoetica waren vergelijkbaar.
Absorptie
Na een enkelvoudige, subcutane dosis van 300 mg, als vloeistofformulering toegediend aan gezonde
vrijwilligers, bereikte secukinumab tussen 2 en 14 dagen na toediening piekserumconcentraties van
43,2 ± 10,4 μg/ml.
Op grond van een farmacokinetische populatieanalyse bereikte secukinumab na een enkelvoudige,
subcutane dosis van 150 mg of 300 mg bij patiënten met plaque psoriasis piekserumconcentraties van
respectievelijk 13,7 ± 4,8 µg/ml of 27,3 ± 9,5 µg/ml tussen 5 en 6 dagen na dosistoediening.
Na initiële wekelijkse toediening gedurende de eerste maand bedroeg de periode om de maximale
concentratie te bereiken 31 tot 34 dagen, op grond van een farmacokinetische populatieanalyse.
Op grond van simulatiegegevens waren de piekconcentraties bij steady-state (C
max, ss
) na subcutane
toediening van 150 mg of 300 mg respectievelijk 27,6 µg/ml en 55,2 µg/ml. Farmacokinetische
populatieanalyse duidt erop dat bij regimes met maandelijkse toediening na 20 weken steady-state
wordt bereikt.
90
Vergeleken met de blootstelling na een enkelvoudige dosis liet de farmacokinetische populatieanalyse
zien dat patiënten een 2-voudige toename in de piekserumconcentraties en AUC (area
under the
curve)
vertoonden na herhaalde maandelijkse toediening tijdens onderhoudsbehandeling.
Farmacokinetische populatieanalyse toonde aan dat secukinumab werd geabsorbeerd met een
gemiddelde absolute biologische beschikbaarheid van 73% bij patiënten met plaque psoriasis. Voor
alle onderzoeken werd een absolute biologische beschikbaarheid tussen 60 en 77% berekend.
De biologische beschikbaarheid van secukinumab bij PsA-patiënten was 85% op basis van het
farmacokinetische populatiemodel.
Distributie
Het gemiddelde verdelingsvolume in de terminale fase (V
z
) na een enkelvoudige intraveneuze
toediening varieerde van 7,10 tot 8,60 liter bij patiënten met plaque psoriasis, wat erop duidt dat
secukinumab beperkt wordt gedistribueerd naar perifere compartimenten.
Biotransformatie
IgG wordt grotendeels geëlimineerd via intracellulaire afbraak, na pinocytose of receptorgemedieerde
endocytose.
Eliminatie
De gemiddelde systemische klaring (CL) na een enkelvoudige intraveneuze toediening aan patiënten
met plaque psoriasis varieerde van 0,13 tot 0,36 l/dag. In een farmacokinetische populatieanalyse was
bij patiënten met plaque psoriasis de gemiddelde systemische klaring (CL) 0,19 l/dag. Het geslacht
was niet van invloed op de CL. De klaring was dosis- en tijdonafhankelijk.
De gemiddelde eliminatiehalfwaardetijd, zoals geschat aan de hand van farmacokinetische
populatieanalyse, was bij patiënten met plaque psoriasis 27 dagen, variërend van 18 tot 46 dagen voor
alle psoriasisonderzoeken met intraveneuze toediening.
Lineariteit/non-lineariteit
De farmacokinetiek van secukinumab na enkel- en meervoudige toediening bij patiënten met plaque
psoriasis werd bepaald in diverse onderzoeken met intraveneuze doses variërend van 1 x 0,3 mg/kg
tot 3 x 10 mg/kg en met subcutane doses variërend van 1 x 25 mg tot meerdere doses van 300 mg.
De blootstelling was voor alle toedieningsregimes dosisevenredig.
Speciale populaties
Oudere patiënten
Op grond van farmacokinetische populatieanalyse met een beperkt aantal oudere patiënten (n=71 voor
de leeftijd ≥ 65 jaar en n=7 voor de leeftijd ≥ 75 jaar) was de klaring bij oudere patiënten en patiënten
jonger dan 65 jaar vergelijkbaar.
Patiënten met een nier- of leverfunctiestoornis
Er zijn geen farmacokinetische gegevens beschikbaar voor patiënten met een nier- of
leverfunctiestoornis. De renale eliminatie van intact secukinumab, een monoklonaal IgG-antilichaam,
is naar verwachting laag en van gering belang. IgG’s worden voornamelijk geëlimineerd via afbraak
en een leverfunctiestoornis heeft naar verwachting geen invloed op de klaring van secukinumab.
Invloed van het gewicht op de farmacokinetiek
De klaring en het distributievolume van secukinumab nemen toe wanneer het lichaamsgewicht
toeneemt.
91
Pediatrische populatie
Plaque psoriasis
In een pool van twee pediatrische onderzoeken werd aan patiënten met matige tot ernstige plaque
psoriasis (6 tot18 jaar oud) secukinumab toegediend volgens het aanbevolen pediatrische dosisregime.
In week 24 hadden patiënten met een gewicht ≥25 en <50 kg een gemiddelde ± SD steady-state
dalserumconcentratie van 19,8 ± 6,96 µg/ml (n=24) na 75 mg secukinumab en patiënten met een
gewicht ≥50 kg een gemiddelde ± SD steady-state dalserumconcentratie van 27,3 ± 10,1 µg/ml (n=36)
na 150 mg secukinumab. De gemiddelde ± SD steady-state dalserumconcentratie bij patiënten met een
gewicht <25 kg (n=8) was 32,6 ± 10,8 µg/ml in week 24 na een dosis van 75 mg.
Juveniele idiopathische artritis
In een pediatrisch onderzoek kregen ERA‑ en JPsA‑patiënten (2 tot < 18 jaar oud) secukinumab
toegediend volgens het aanbevolen pediatrische doseringsschema. In week 24 hadden patiënten met
een gewicht van <50 kg, en patiënten met een gewicht van ≥50 kg een gemiddelde ± SD
steady‑state‑dalconcentratie ± SD van respectievelijk 25,2 ± 5,45 µg/ml (n=10) en 27,9 ± 9,57 µg/ml
(n=19).
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen (volwassen of pediatrisch).
Deze gegevens zijn afkomstig van conventioneel onderzoek op het gebied van
veiligheidsfarmacologie, toxiciteit bij herhaalde dosering en reproductietoxiciteit of
weefselkruisreactiviteit.
Er is geen dieronderzoek uitgevoerd voor beoordeling van het carcinogene potentieel van secukinumab.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Sacharose
Histidine
Histidinehydrochloride-monohydraat
Polysorbaat 80
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Dit geneesmiddel mag niet gemengd worden met andere geneesmiddelen dan die vermeld zijn in
rubriek 6.6.
6.3
3 jaar
Na reconstitutie
Chemische en fysische stabiliteit na reconstitutie is aangetoond voor 24 uur bij 2ºC tot 8ºC.
Vanuit microbiologisch oogpunt moet het product onmiddellijk worden gebruikt, tenzij de
reconstitutiemethode het risico van microbiële verontreiniging uitsluit.
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Bewaren in de koelkast (2°C – 8°C).
Voor de bewaarcondities van het geneesmiddel na reconstitutie, zie rubriek 6.3.
92
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Cosentyx wordt geleverd in een injectieflacon van kleurloos glas met een grijze gecoate rubberen stop
en een aluminium dop met een wit flip-off-gedeelte en bevat 150 mg secukinumab.
Cosentyx is beschikbaar in verpakkingen met één injectieflacon.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
De injectieflacon voor eenmalig gebruik bevat 150 mg secukinumab voor reconstitutie met steriel
water voor injecties. De resulterende oplossing moet helder zijn en kleurloos tot enigszins geel. Niet
gebruiken als het gevriesdroogde poeder niet volledig is opgelost of als de vloeistof duidelijk zichtbare
deeltjes bevat, troebel is of onmiskenbaar bruin gekleurd.
Reconstitutie
Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie moet worden bereid door een beroepsbeoefenaar
in de gezondheidszorg. De oplossing voor subcutane injectie moet zonder onderbreking worden bereid
met gebruik van aseptische technieken. De bereidingstijd vanaf het doorprikken van de stop tot
voltooiing van de reconstitutie bedraagt gemiddeld 20 minuten en mag niet langer duren dan
90 minuten.
1.
Laat de injectieflacon met poeder op kamertemperatuur komen en zorg ervoor dat ook het
steriele water voor injecties op kamertemperatuur is.
2.
Zuig iets meer dan 1,0 ml steriel water voor injecties op in een 1 ml-wegwerpspuit met
maatverdeling en verwijder het teveel tot 1,0 ml.
3.
Verwijder de plastic dop van de injectieflacon.
4.
Steek de naald van de spuit in de injectieflacon met het poeder door het midden van de rubberen
stop en reconstitueer het poeder door langzaam 1,0 ml steriel water voor injecties in de
injectieflacon te spuiten. De stroom steriel water voor injecties moet op het poeder zijn gericht.
5.
Houd de injectieflacon schuin onder een hoek van ongeveer 45° en draai de flacon zachtjes
tussen de vingertoppen gedurende circa 1 minuut. De injectieflacon niet schudden of omkeren.
6.
Laat de injectieflacon minimaal 10 minuten bij kamertemperatuur staan zodat het poeder kan
oplossen. Houdt er rekening mee dat de oplossing kan schuimen.
7.
Houd de injectieflacon schuin onder een hoek van ongeveer 45° en draai de flacon zachtjes
tussen de vingertoppen gedurende circa 1 minuut. De injectieflacon niet schudden of omkeren.
8.
Laat de injectieflacon ongeveer 5 minuten rustig staan bij kamertemperatuur. De resulterende
oplossing moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot enigszins geel. Niet
gebruiken als het gevriesdroogde poeder niet volledig is opgelost of als de vloeistof duidelijk
zichtbare deeltjes bevat, troebel is of onmiskenbaar bruin gekleurd.
9.
Bereid het vereiste aantal injectieflacons (2 injectieflacons voor de 300 mg-dosis).
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
Gebruik bij de pediatrische populatie
Bij pediatrische patiënten die de dosis van 75 mg ontvangen uit de injectieflacon voor eenmalig
gebruik met 150 mg secukinumab voor reconstitutie met steriel water voor injecties, dient uit deze
injectieflacon iets meer dan 0,5 ml van de gereconstitueerde oplossing voor subcutane injectie
opgetrokken te worden, de rest van de oplossing moet onmiddellijk worden weggegooid.
Gedetailleerde instructies voor gebruik worden in de bijsluiter gegeven.
93
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/14/980/001
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 15 januari 2015
Datum van laatste verlenging: 03 september 2019
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
94
BIJLAGE II
A.
FABRIKANTEN VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME STOF EN
FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING
EN GEBRUIK
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN
VEILIG EN DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
B.
C.
D.
95
A.
FABRIKANTEN VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME STOF EN FABRIKANTEN
VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikanten van de biologisch werkzame stof
Novartis Pharma S.A.S.
Centre de Biotechnologie
8, rue de l’Industrie
F-68330 Huningue
Frankrijk
Sandoz GmbH
Business Unit Biologics Technical Development and Manufacturing Drug Substance Schaftenau
(BTDM DSS)
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Naam en adres van de fabrikanten verantwoordelijk voor vrijgifte
Poeder voor oplossing voor injectie
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit / Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan beperkt medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel (zie bijlage I: Samenvatting van de
productkenmerken, rubriek 4.2).
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
96
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-
aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico’s of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico’s tot een minimum) is bereikt.
97
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
98
A. ETIKETTERING
99
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VAN EENHEIDSVERPAKKING – voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 75 mg secukinumab in 0,5 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
100
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Verpakking bevat 1 voorgevulde spuit
EU/1/14/980/012
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 75 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
101
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VAN MULTIVERPAKKING (MET BLUE BOX) – voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 75 mg secukinumab in 0,5 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
Multiverpakking: 3 (3 verpakkingen met 1) voorgevulde spuiten
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
102
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde spuiten
EU/1/14/980/013
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 75 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
103
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
TUSSENDOOS VAN MULTIVERPAKKING (ZONDER BLUE BOX) – voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 75 mg secukinumab in 0,5 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit. Onderdeel van een multiverpakking. Mag niet apart worden verkocht.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
104
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde spuiten
EU/1/14/980/013
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 75 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
105
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP BLISTERVERPAKKINGEN OF STRIPS MOETEN
WORDEN VERMELD
BLISTERVERPAKKING VAN VOORGEVULDE SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN
Novartis Europharm Limited
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
OVERIGE
106
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VAN SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 75 mg injectievloeistof
secukinumab
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE
107
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VAN EENHEIDSVERPAKKING – voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit
2 voorgevulde spuiten
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
108
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Verpakking bevat 1 voorgevulde spuit
Verpakking bevat 2 voorgevulde spuiten
EU/1/14/980/002
EU/1/14/980/003
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 150 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
109
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VAN MULTIVERPAKKING (MET BLUE BOX) – voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
Multiverpakking: 6 (3 verpakkingen met 2) voorgevulde spuiten
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
110
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Multiverpakking met 6 (3 x 2) voorgevulde spuiten
EU/1/14/980/006
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 150 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
111
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
TUSSENDOOS VAN MULTIVERPAKKING (ZONDER BLUE BOX) – voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
2 voorgevulde spuiten. Onderdeel van een multiverpakking. Mag niet apart worden verkocht.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
112
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Multiverpakking met 6 (3 x 2) voorgevulde spuiten
EU/1/14/980/006
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 150 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
113
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP BLISTERVERPAKKINGEN OF STRIPS MOETEN
WORDEN VERMELD
BLISTERVERPAKKING VAN VOORGEVULDE SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN
Novartis Europharm Limited
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
OVERIGE
114
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VAN SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 150 mg injectievloeistof
secukinumab
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE
115
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VAN EENHEIDSVERPAKKING – voorgevulde pen
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde SensoReady-pen
2 voorgevulde SensoReady-pennen
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
116
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Verpakking bevat 1 voorgevulde pen
Verpakking bevat 2 voorgevulde pennen
EU/1/14/980/004
EU/1/14/980/005
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 150 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
117
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VAN MULTIVERPAKKING (MET BLUE BOX) – voorgevulde pen
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
Multiverpakking: 6 (3 verpakkingen met 2) voorgevulde pennen
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
118
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Multiverpakking met 6 (3 x 2) voorgevulde pennen
EU/1/14/980/007
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 150 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
119
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
TUSSENDOOS VAN MULTIVERPAKKING (ZONDER BLUE BOX) – voorgevulde pen
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
2 voorgevulde pennen. Onderdeel van een multiverpakking. Mag niet apart worden verkocht.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
120
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Multiverpakking met 6 (3 x 2) voorgevulde pennen
EU/1/14/980/007
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 150 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
121
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VAN PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE
SensoReady-pen
122
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VAN EENHEIDSVERPAKKING – voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
123
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Verpakking bevat 1 voorgevulde spuit
EU/1/14/980/008
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 300 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
124
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VAN MULTIVERPAKKING (MET BLUE BOX) – voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
Multiverpakking: 3 (3 verpakkingen met 1) voorgevulde spuiten
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
125
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde spuiten
EU/1/14/980/009
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 300 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
126
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
TUSSENDOOS VAN MULTIVERPAKKING (ZONDER BLUE BOX) – voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit. Onderdeel van een multiverpakking. Mag niet apart worden verkocht.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
127
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde spuiten
EU/1/14/980/009
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 300 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
128
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP BLISTERVERPAKKINGEN OF STRIPS MOETEN
WORDEN VERMELD
BLISTERVERPAKKING VAN VOORGEVULDE SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN
Novartis Europharm Limited
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
OVERIGE
129
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VAN SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 300 mg injectievloeistof
secukinumab
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE
130
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VAN EENHEIDSVERPAKKING – voorgevulde pen
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde UnoReady-pen
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
131
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Verpakking bevat 1 voorgevulde pen
EU/1/14/980/010
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 300 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
132
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VAN MULTIVERPAKKING (MET BLUE BOX) – voorgevulde pen
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
Multiverpakking: 3 (3 verpakkingen met 1) voorgevulde pennen
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
133
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde pennen
EU/1/14/980/011
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 300 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
134
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
TUSSENDOOS VAN MULTIVERPAKKING (ZONDER BLUE BOX) – voorgevulde pen
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde pen. Onderdeel van een multiverpakking. Mag niet apart worden verkocht.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
135
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde pennen
EU/1/14/980/011
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 300 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
136
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VAN PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 300 mg injectievloeistof
secukinumab
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE
UnoReady-pen
137
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS – injectieflacon
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie
secukinumab
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén injectieflacon bevat 150 mg secukinumab. Na reconstitutie bevat 1 ml oplossing 150 mg
secukinumab.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: sacharose, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, polysorbaat 80.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Poeder voor oplossing voor injectie
1 injectieflacon
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast.
138
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/14/980/001
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 150 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
139
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VAN INJECTIEFLACON
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie
secukinumab
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE
140
B. BIJSLUITER
141
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
Lees goed de hele bijsluiter voordat u (of uw kind) dit geneesmiddel gaat gebruiken want er
staat belangrijke informatie in.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u (of uw kind)
voorgeschreven. Het kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u
(of uw kind).
-
Krijgt u (of uw kind) last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een
bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of
verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u (of uw kind) dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
Pediatrische plaque psoriasis
Juveniele idiopathische artritis. Hieronder vallen: enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica
Pediatrische plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd “plaque psoriasis”
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij jongeren tot 18 jaar en kinderen
(6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U (of uw kind) zal baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid
verbetert en klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
142
Juveniele idiopathische artritis, namelijk de typen enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt bij patiënten (6 jaar en ouder) voor de behandeling van aandoeningen met de
verzamelnaam juveniele idiopathische artritis. De twee typen waar het om gaat heten: 'enthesitis-
gerelateerde artritis' en 'juveniele arthritis psoriatica'. Deze aandoeningen zijn ontstekingsziekten
waarbij de gewrichten en de plaatsen waar de pezen aan het bot vastzitten worden aangetast.
U (of uw kind) zal baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij enthesitis-gerelateerde artritis en
juveniele arthritis psoriatica doordat de klachten verminderen en het lichamelijk functioneren
verbetert.
2.
Wanneer mag u (of uw kind) dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee
zijn?
Wanneer mag u (of uw kind) dit middel niet gebruiken?
U bent (of uw kind is) allergisch
voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen
kunt u vinden in rubriek 6.
Als u denkt dat u (of uw kind) allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat
u Cosentyx gebruikt.
U (of uw kind) heeft een actieve infectie
die volgens uw arts belangrijk is.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
als u (of uw kind) op dit moment een infectie heeft.
als u (of uw kind) langdurige of terugkerende infecties heeft.
als u (of uw kind) tuberculose heeft.
als u (of uw kind) ooit een allergische reactie op latex heeft gehad.
als u (of uw kind) een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt
genoemd.
als u (of uw kind) een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt
genoemd.
als u (of uw kind) onlangs gevaccineerd bent of u (of uw kind) moet tijdens de behandeling met
Cosentyx worden gevaccineerd.
als u (of uw kind) een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander
afweeronderdrukkend middel of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.
Ontstekingsziekte van de darm (de ziekte van Crohn of ulceratieve colitis)
Stop het gebruik van dit middel en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u (of uw
kind) buikkrampen en buikpijn, diarree, gewichtsverlies, bloed in de ontlasting of andere tekenen van
darmproblemen opmerkt.
Let op infecties en allergische reacties
Cosentyx kan ernstige bijwerkingen veroorzaken, waaronder infecties en allergische reacties. Tijdens
het gebruik van Cosentyx door u (of uw kind) moet u letten op verschijnselen van deze aandoeningen.
Stop het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u (of uw
kind) verschijnselen opmerkt die wijzen op een mogelijk ernstige infectie of een allergische reactie.
Dergelijke verschijnselen staan vermeld onder “Ernstige bijwerkingen” in rubriek 4.
143
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen met plaque psoriasis jonger dan 6 jaar, omdat het in
deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen jonger dan 6 jaar met juveniele idiopathische artritis
(enthesitis‑gerelateerde artritis of juveniele arthritis psoriatica).
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen en jongeren tot 18 jaar bij andere indicaties, omdat het
in deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Vertel het uw arts of apotheker:
als u (of uw kind) naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u (of uw kind) heeft
dat kort geleden gedaan of de mogelijkheid bestaat dat u (of uw kind) binnenkort andere
geneesmiddelen gaat gebruiken.
als u (of uw kind) onlangs bent gevaccineerd of u (of uw kind) moet tijdens de behandeling met
Cosentyx worden gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u (of uw kind) bepaalde
soorten vaccins (levende vaccins) niet toegediend krijgen.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u (of uw kind) zwanger kan worden,
wordt u (of uw kind) geadviseerd ervoor te zorgen dat u (of uw kind) niet zwanger wordt en
moet u (of uw kind) een betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u (of uw kind)
Cosentyx gebruikt en gedurende ten minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u
(of uw kind) zwanger, denkt u (of uw kind) zwanger te zijn of wilt u (of uw kind) zwanger
worden? Neem dan contact op met uw arts.
Geeft u (of uw kind) borstvoeding of wilt u (of uw kind) borstvoeding gaan geven? Neem dan
contact op met uw arts. U en uw arts moeten samen besluiten of u (of uw kind) borstvoeding
gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U (of uw kind) mag het niet allebei doen. Na gebruik
van Cosentyx mag u (of uw kind) geen borstvoeding geven gedurende ten minste 20 weken na
de laatste dosis.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker.
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder de huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd). U en
de arts moeten samen besluiten of u Cosentyx, na de juiste training, zelf gaat injecteren of dat een
verzorger de injectie zal toedienen.
Het is belangrijk dat u niet probeert Cosentyx toe te dienen voordat u hiermee met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend.
Zie “Instructies voor gebruik van de Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit” onder aan deze bijsluiter
voor uitgebreide instructies over het injecteren van Cosentyx.
Instructies voor gebruik kunnen ook gevonden worden via de volgende QR-code en website:
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
144
Hoeveel Cosentyx wordt er gegeven en hoelang?
Uw arts beslist hoeveel Cosentyx u (of uw kind) nodig heeft en hoelang.
Pediatrische plaque psoriasis (kinderen 6 jaar en ouder)
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
Elke dosis van 75 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 75 mg.
Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de doses van 150 mg
en 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u (of uw kind) vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd
door maandelijkse injecties.
Juveniele idiopathische artritis (enthesitis‑gerelateerde artritis en juveniele arthritis psoriatica)
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 75 mg wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 75 mg. Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de dosis van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u (of uw kind) verder wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening (of die van uw kind)
regelmatig om te controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u (of uw kind) meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend
dan volgens het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u bent vergeten een dosis van Cosentyx te injecteren, dien de volgende dosis dan toe zodra u (of
uw kind) eraan denkt. Overleg vervolgens met uw arts wanneer u de volgende dosis moet injecteren.
Als u (of uw kind) stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten (of die van uw kind) echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
145
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u (of
uw kind) een van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
branderig gevoel bij het plassen.
Ernstige allergische reactie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
moeite met ademhalen of slikken
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u (of uw kind) weer met de behandeling kunt beginnen.
Andere bijwerkingen
De meeste van de volgende bijwerkingen zijn licht tot matig. Als een van deze bijwerkingen ernstig
wordt, vertel dat dan uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zeer vaak
(kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)
Vaak
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
koortsblaasjes (orale herpes)
diarree
loopneus (rinorroe)
voetschimmel (tinea pedis)
hoofdpijn
misselijkheid
vermoeidheid
Soms
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
mondspruw (orale candidiasis)
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
buitenoorontsteking (otitis externa)
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
jeukende huiduitslag (urticaria)
infecties van de onderste luchtwegen
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)
146
Zelden
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 mensen):
ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)
Niet bekend
(kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel
Candida)
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u (of uw kind) last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of
verpleegkundige. Dit geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt
bijwerkingen ook rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van
dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer:
na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de buitenverpakking of op het etiket van de
spuit na “EXP”.
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
Bewaar de spuit verzegeld in zijn doos ter bescherming tegen licht. Bewaren in de koelkast
(2°C – 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Niet schudden.
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke voorgevulde spuit bevat 75 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-
monohydraat, methionine, polysorbaat 80 en water voor injecties.
Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx oplossing voor injectie is een heldere vloeistof. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 voorgevulde spuit en in multiverpakkingen met 3 (3 verpakkingen met 1)
voorgevulde spuiten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
147
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
България
Novartis Bulgaria EOOD
Тел: +359 2 489 98 28
Česká republika
Novartis s.r.o.
Tel: +420 225 775 111
Danmark
Novartis Healthcare A/S
Tlf: +45 39 16 84 00
Deutschland
Novartis Pharma GmbH
Tel: +49 911 273 0
Eesti
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Tel: +372 66 30 810
Ελλάδα
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Τηλ: +30 210 281 17 12
España
Novartis Farmacéutica, S.A.
Tel: +34 93 306 42 00
France
Novartis Pharma S.A.S.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Lietuva
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tel: +370 5 269 16 50
Luxembourg/Luxemburg
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Magyarország
Novartis Hungária Kft.
Tel.: +36 1 457 65 00
Malta
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +356 2122 2872
Nederland
Novartis Pharma B.V.
Tel: +31 88 04 52 111
Norge
Novartis Norge AS
Tlf: +47 23 05 20 00
Österreich
Novartis Pharma GmbH
Tel: +43 1 86 6570
Polska
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel.: +48 22 375 4888
Portugal
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tel: +351 21 000 8600
148
Hrvatska
Novartis Hrvatska d.o.o.
Tel. +385 1 6274 220
Ireland
Novartis Ireland Limited
Tel: +353 1 260 12 55
Ísland
Vistor hf.
Sími: +354 535 7000
Italia
Novartis Farma S.p.A.
Tel: +39 02 96 54 1
Κύπρος
Novartis Pharma Services Inc.
Τηλ: +357 22 690 690
Latvija
SIA Novartis Baltics
Tel: +371 67 887 070
România
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel: +40 21 31299 01
Slovenija
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +386 1 300 75 50
Slovenská republika
Novartis Slovakia s.r.o.
Tel: +421 2 5542 5439
Suomi/Finland
Novartis Finland Oy
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
Sverige
Novartis Sverige AB
Tel: +46 8 732 32 00
United Kingdom (Northern Ireland)
Novartis Ireland Limited
Tel: +44 1276 698370
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
149
Instructies voor gebruik van de Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit
Lees vóór het injecteren deze instructies VOLLEDIG door. Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf
of iemand voor wie u zorgt een injectie toe te dienen voordat u hiermee samen met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. In de doos zit één Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit,
apart verzegeld in een plastic blisterverpakking.
Uw Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit
Veiligheidsbescherming spuit
Naalddop
Kijkvenster, etiket
en uiterste
houdbaarheidsdatum
Vingergrepen
Zijvleugels Zuiger
Zuiger-
veiligheids-
kop
bescherming
spuit
Na het injecteren van het geneesmiddel wordt de veiligheidsbescherming van de spuit geactiveerd,
zodat de naald wordt afgeschermd. Dit is bedoeld ter bescherming van beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg, van patiënten die zichzelf injecties geven met door een arts voorgeschreven
geneesmiddelen en van personen die patiënten helpen om zichzelf injecties te geven. Zo kan iemand
zich niet per ongeluk prikken.
Wat u ook nog nodig heeft voor
uw injectie:
Alcoholdoekje.
Wattenbolletje of gaasje.
Naaldencontainer.
150
Belangrijke veiligheidsinformatie
Let op: houd de spuit buiten het zicht en bereik van kinderen.
1.
De naalddop van de spuit kan droge rubber (latex) bevatten; de dop moet niet worden
vastgepakt door personen die voor deze stof gevoelig zijn.
2.
Open de verzegelde buitenverpakking pas als u klaar bent om dit geneesmiddel te gaan
gebruiken.
3.
Gebruik dit geneesmiddel niet als de verzegeling van de buitenverpakking of van de
blisterverpakking is verbroken, aangezien het dan mogelijk niet veilig is om de spuit te
gebruiken.
4.
Laat de spuit nooit ergens liggen waar anderen eraan kunnen zitten.
5.
De spuit niet schudden.
6.
Let op dat u de zijvleugels van de veiligheidsbescherming van de spuit niet aanraakt vóór
gebruik. Door deze aan te raken kan de veiligheidsbescherming van de spuit te vroeg worden
geactiveerd.
7.
Verwijder de naalddop pas vlak voordat u de injectie toedient.
8.
De spuit kan niet opnieuw worden gebruikt. Gooi de spuit na gebruik onmiddellijk weg in een
naaldencontainer.
Bewaren van de Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit
1.
Bewaar dit geneesmiddel verzegeld in zijn buitenverpakking ter bescherming tegen licht.
Bewaren in de koelkast tussen 2°C en 8°C. NIET IN DE VRIEZER BEWAREN.
2.
Denk eraan de spuit vóór het gereedmaken voor injectie uit de koelkast te halen en op
kamertemperatuur te laten komen (15–30 minuten).
3.
Gebruik de spuit niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de
buitenverpakking of op het etiket van de spuit na “EXP”. Als de uiterste houdbaarheidsdatum is
verstreken, de gehele verpakking inleveren bij de apotheek.
De injectieplaats
De injectieplaats is de plaats op het lichaam waar u de spuit
gaat gebruiken.
De aanbevolen plaats is de voorzijde van uw
bovenbenen. U kunt ook de onderbuik gebruiken maar
niet
het gebied van 5 centimeter rond de navel.
Kies voor elke injectie die u aan uzelf toedient weer een
andere plaats.
Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig,
gekneusd, rood, schilferig of hard is. Vermijd gebieden
met littekens of striae.
Als een verzorger u de injectie geeft, kan ook de buitenkant
van de bovenarmen worden gebruikt.
151
De Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit klaarmaken voor gebruik
1.
Neem de doos met de spuit uit de koelkast en laat deze
ongeopend
gedurende ongeveer 15–
30 minuten op kamertemperatuur komen.
2.
Was uw handen zorgvuldig met water en zeep zodra u klaar bent om de spuit te gaan gebruiken.
3.
Maak de injectieplaats schoon met een alcoholdoekje.
4.
Neem de spuit uit de buitenverpakking en uit de blisterverpakking door het veilige middenstuk
vast te pakken.
5.
Controleer de spuit. De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel. Mogelijk ziet u een kleine luchtbel; dit is normaal. NIET GEBRUIKEN als de
vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd. NIET
GEBRUIKEN als de spuit kapot is. In al deze gevallen de gehele productverpakking inleveren
bij de apotheek.
Gebruik van de Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit
Verwijder voorzichtig de naalddop van de spuit
door het veilige middenstuk vast te houden. Gooi
de naalddop weg. Er kan op de punt van de naald
een druppeltje vloeistof zichtbaar zijn. Dit is
normaal.
Knijp de huid op de injectieplaats voorzichtig
samen en breng de naald in zoals afgebeeld.
Duw de naald helemaal in uw huid onder een
hoek van ongeveer 45 graden om ervoor te
zorgen dat het geneesmiddel volledig kan
worden toegediend.
Houd de spuit vast zoals afgebeeld. Duw de
zuiger
langzaam zo ver mogelijk omlaag
zodat
de zuigerkop zich volledig tussen de zijvleugels
van de veiligheidsbescherming van de spuit
bevindt.
Houd de zuiger volledig ingedrukt terwijl u de
spuit 5 seconden op zijn plaats houdt.
152
Houd de zuiger volledig ingedrukt
terwijl u de
naald voorzichtig recht uit de injectieplaats trekt.
Laat de zuiger langzaam los en laat de
veiligheidsbescherming van de naald
automatisch de blootliggende naald bedekken.
Op de injectieplaats kan een klein beetje bloed
zitten. U kunt 10 seconden lang met een
wattenbolletje of gaasje op de injectieplaats
duwen. Niet over de injectieplaats wrijven. Zo
nodig kunt u een kleine pleister op de
injectieplaats plakken.
Instructies voor verwijderen
Gooi de spuit na gebruik weg in een
naaldencontainer (afsluitbare, prikbestendige
afvalbak). Voor de veiligheid en gezondheid van
u en anderen
mogen
naalden en gebruikte
spuiten
nooit
opnieuw worden gebruikt.
153
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
Plaque psoriasis
Arthritis psoriatica
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
Juveniele idiopathische artritis. Hieronder vallen enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica
Plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd “plaque psoriasis”
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen, jongeren tot
18 jaar en kinderen (6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid verbetert en
uw klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
Arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een aandoening genaamd “arthritis psoriatica”. Dit
is een ontstekingsziekte van de gewrichten die vaak samengaat met psoriasis. Als u actieve arthritis
psoriatica heeft, zult u eerst andere geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze
geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx krijgen om de klachten en verschijnselen van actieve arthritis
psoriatica te verminderen, uw lichamelijk functioneren te verbeteren en de beschadiging aan het
kraakbeen en het bot in de aangedane gewrichten te vertragen.
154
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve arthritis psoriatica en kan alleen gebruikt
worden of samen met een ander geneesmiddel genaamd methotrexaat.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij arthritis psoriatica doordat het de klachten en
verschijnselen van de ziekte vermindert, de beschadiging aan het kraakbeen en het bot in de
gewrichten vertraagt en het u in staat stelt om normale dagelijkse activiteiten beter uit te voeren.
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van aandoeningen die “spondylitis ankylopoetica” en
“niet-röntgenologische axiale spondyloartritis” worden genoemd. Dit zijn ontstekingsziektes die
vooral de wervelkolom treffen en daar ontstekingen van de gewrichten veroorzaken. Als u spondylitis
ankylopoetica of niet-röntgenologische axiale spondyloartritis heeft, zult u eerst andere
geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx
krijgen om de klachten en verschijnselen van de ziekte te verminderen, de ontstekingen te verminderen
en uw lichamelijk functioneren te verbeteren.
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve spondylitis ankylopoetica en actieve niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij spondylitis ankylopoetica en niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis doordat het de klachten en verschijnselen van uw ziekte
vermindert en uw lichamelijk functioneren verbetert.
Juveniele idiopathische artritis, namelijk de typen enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt bij patiënten (6 jaar en ouder) voor de behandeling van aandoeningen met de
verzamelnaam juveniele idiopathische artritis. De twee typen waar het om gaat heten: 'enthesitis-
gerelateerde artritis' en 'juveniele arthritis psoriatica'. Deze aandoeningen zijn ontstekingsziekten
waarbij de gewrichten en de plaatsen waar de pezen aan het bot vastzitten worden aangetast.
U (of uw kind) zal baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij enthesitis-gerelateerde artritis en
juveniele arthritis psoriatica doordat de klachten verminderen en het lichamelijk functioneren
verbetert.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch
voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat u Cosentyx
gebruikt.
U heeft een actieve infectie
die volgens uw arts belangrijk is.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
als u op dit moment een infectie heeft.
als u langdurige of terugkerende infecties heeft.
als u tuberculose heeft.
als u ooit een allergische reactie op latex heeft gehad.
als u een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt genoemd.
als u een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt genoemd.
als u onlangs gevaccineerd bent of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd.
als u een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander afweeronderdrukkend middel
of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.
155
Ontstekingsziekte van de darm (de ziekte van Crohn of ulceratieve colitis)
Stop het gebruik van dit middel en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
buikkrampen en buikpijn, diarree, gewichtsverlies, bloed in de ontlasting of andere tekenen van
darmproblemen opmerkt.
Let op infecties en allergische reacties
Cosentyx kan ernstige bijwerkingen veroorzaken, waaronder infecties en allergische reacties. Tijdens
het gebruik van Cosentyx moet u letten op verschijnselen van deze aandoeningen.
Stop het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
verschijnselen opmerkt die wijzen op een mogelijk ernstige infectie of een allergische reactie.
Dergelijke verschijnselen staan vermeld onder “Ernstige bijwerkingen” in rubriek 4.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen met plaque psoriasis jonger dan 6 jaar, omdat het in
deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen jonger dan 6 jaar met juveniele idiopathische artritis
(enthesitis‑gerelateerde artritis of juveniele arthritis psoriatica).
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen en jongeren tot 18 jaar bij andere indicaties, omdat het
in deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Vertel het uw arts of apotheker:
als u naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u heeft dat kort geleden gedaan of
de mogelijkheid bestaat dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken.
als u onlangs bent gevaccineerd of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u bepaalde soorten vaccins (levende
vaccins) niet toegediend krijgen.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u een vrouw bent die zwanger kan
worden, wordt u geadviseerd ervoor te zorgen dat u niet zwanger wordt en moet u een
betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u Cosentyx gebruikt en gedurende ten
minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of
wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding gaan geven? Neem dan contact op met uw arts. U
en uw arts moeten samen besluiten of u borstvoeding gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U
mag het niet allebei doen. Na gebruik van Cosentyx mag u geen borstvoeding geven gedurende
ten minste 20 weken na de laatste dosis.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker.
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder uw huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd). U en
uw arts moeten samen besluiten of u Cosentyx bij uzelf zal injecteren.
156
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf een injectie toe te dienen voordat u hiermee met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. Na de juiste training mag ook een verzorger u uw
injectie met Cosentyx toedienen.
Zie “Instructies voor gebruik van de Cosentyx 150 mg voorgevulde spuit” onder aan deze bijsluiter
voor uitgebreide instructies over het injecteren van Cosentyx.
Instructies voor gebruik kunnen ook gevonden worden via de volgende QR-code en website:
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
Hoeveel Cosentyx wordt er gegeven en hoelang?
Uw arts beslist hoeveel Cosentyx u nodig heeft en hoelang.
Plaque psoriasis
Volwassenen
De aanbevolen dosering is 300 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd
door maandelijkse injecties. Op basis van hoe u daarop reageert, kan de arts verdere aanpassingen van
uw dosis aanbevelen. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
Kinderen 6 jaar en ouder
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg.
Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de doses van 75 mg
en 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Arthritis psoriatica
Als u zowel arthritis psoriatica als matige tot ernstige plaque psoriasis hebt, kan uw arts de
dosisaanbeveling aanpassen waar nodig.
Voor patiënten die niet goed reageerden op geneesmiddelen die ‘tumornecrosefactor-remmers’
(TNF-remmers) worden genoemd:
De aanbevolen dosis is 300 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
Voor andere patiënten met arthritis psoriatica:
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg.
157
Spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale spondyloartritis)
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als twee injecties van 150 mg.
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Juveniele idiopathische artritis (enthesitis‑gerelateerde artritis en juveniele arthritis psoriatica)
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg.
Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de dosis van 75 mg.
Na de eerste dosis krijgt u (of uw kind) verder wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening regelmatig om te
controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend dan volgens
het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u bent vergeten een dosis van Cosentyx te injecteren, dien de volgende dosis dan toe zodra u eraan
denkt. Overleg vervolgens met uw arts wanneer u de volgende dosis moet injecteren.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten, de klachten van uw arthritis psoriatica of de klachten van uw axiale spondyloartritis
echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
158
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u een
van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
branderig gevoel bij het plassen.
Ernstige allergische reactie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
moeite met ademhalen of slikken
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u weer met de behandeling kunt beginnen.
Andere bijwerkingen
De meeste van de volgende bijwerkingen zijn licht tot matig. Als een van deze bijwerkingen ernstig
wordt, vertel dat dan uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zeer vaak
(kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)
Vaak
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
koortsblaasjes (orale herpes)
diarree
loopneus (rinorroe)
voetschimmel (tinea pedis)
hoofdpijn
misselijkheid
vermoeidheid
Soms
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
mondspruw (orale candidiasis)
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
buitenoorontsteking (otitis externa)
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
jeukende huiduitslag (urticaria)
infecties van de onderste luchtwegen
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)
159
Zelden
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 mensen):
ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)
Niet bekend
(kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel
Candida)
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer:
na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de buitenverpakking of op het etiket van de
spuit na “EXP”.
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
Bewaar de spuit verzegeld in zijn doos ter bescherming tegen licht. Bewaren in de koelkast
(2°C – 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Niet schudden.
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
160
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke voorgevulde spuit bevat 150 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-
monohydraat, methionine, polysorbaat 80 en water voor injecties.
Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx oplossing voor injectie is een heldere vloeistof. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 of 2 voorgevulde spuit(en) en in multiverpakkingen met
6 (3 verpakkingen met 2) voorgevulde spuiten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
България
Novartis Bulgaria EOOD
Тел: +359 2 489 98 28
Česká republika
Novartis s.r.o.
Tel: +420 225 775 111
Danmark
Novartis Healthcare A/S
Tlf: +45 39 16 84 00
Deutschland
Novartis Pharma GmbH
Tel: +49 911 273 0
Lietuva
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tel: +370 5 269 16 50
Luxembourg/Luxemburg
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Magyarország
Novartis Hungária Kft.
Tel.: +36 1 457 65 00
Malta
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +356 2122 2872
Nederland
Novartis Pharma B.V.
Tel: +31 88 04 52 111
161
Eesti
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Tel: +372 66 30 810
Ελλάδα
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Τηλ: +30 210 281 17 12
España
Novartis Farmacéutica, S.A.
Tel: +34 93 306 42 00
France
Novartis Pharma S.A.S.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Hrvatska
Novartis Hrvatska d.o.o.
Tel. +385 1 6274 220
Ireland
Novartis Ireland Limited
Tel: +353 1 260 12 55
Ísland
Vistor hf.
Sími: +354 535 7000
Italia
Novartis Farma S.p.A.
Tel: +39 02 96 54 1
Κύπρος
Novartis Pharma Services Inc.
Τηλ: +357 22 690 690
Latvija
SIA Novartis Baltics
Tel: +371 67 887 070
Norge
Novartis Norge AS
Tlf: +47 23 05 20 00
Österreich
Novartis Pharma GmbH
Tel: +43 1 86 6570
Polska
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel.: +48 22 375 4888
Portugal
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tel: +351 21 000 8600
România
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel: +40 21 31299 01
Slovenija
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +386 1 300 75 50
Slovenská republika
Novartis Slovakia s.r.o.
Tel: +421 2 5542 5439
Suomi/Finland
Novartis Finland Oy
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
Sverige
Novartis Sverige AB
Tel: +46 8 732 32 00
United Kingdom (Northern Ireland)
Novartis Ireland Limited
Tel: +44 1276 698370
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
162
Instructies voor gebruik van de Cosentyx 150 mg voorgevulde spuit
Lees vóór het injecteren deze instructies VOLLEDIG door. Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf
of iemand voor wie u zorgt een injectie toe te dienen voordat u hiermee samen met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. In de doos zit(ten) de Cosentyx 150 mg voorgevulde
spuit(en), apart verzegeld in een plastic blisterverpakking.
Uw Cosentyx 150 mg voorgevulde spuit
Veiligheidsbescherming spuit
Naalddop
Vingergrepen
Zuiger
Zuiger-
kop
Kijkvenster, etiket
en uiterste
houdbaarheidsdatum
Zijvleugels
veiligheidsbescherming
spuit
Na het injecteren van het geneesmiddel wordt de veiligheidsbescherming van de spuit geactiveerd,
zodat de naald wordt afgeschermd. Dit is bedoeld ter bescherming van beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg, van patiënten die zichzelf injecties geven met door een arts voorgeschreven
geneesmiddelen en van personen die patiënten helpen om zichzelf injecties te geven. Zo kan iemand
zich niet per ongeluk prikken.
Wat u ook nog nodig heeft voor
uw injectie:
Alcoholdoekje.
Wattenbolletje of gaasje.
Naaldencontainer.
Belangrijke veiligheidsinformatie
Let op: houd de spuit buiten het zicht en bereik van kinderen.
1.
De naalddop van de spuit kan droge rubber (latex) bevatten; de dop moet niet worden
vastgepakt door personen die voor deze stof gevoelig zijn.
2.
Open de verzegelde buitenverpakking pas als u klaar bent om dit geneesmiddel te gaan
gebruiken.
3.
Gebruik dit geneesmiddel niet als de verzegeling van de buitenverpakking of van de
blisterverpakking is verbroken, aangezien het dan mogelijk niet veilig is om de spuit te
gebruiken.
4.
Laat de spuit nooit ergens liggen waar anderen eraan kunnen zitten.
5.
De spuit niet schudden.
6.
Let op dat u de zijvleugels van de veiligheidsbescherming van de spuit niet aanraakt vóór
gebruik. Door deze aan te raken kan de veiligheidsbescherming van de spuit te vroeg worden
geactiveerd.
7.
Verwijder de naalddop pas vlak voordat u de injectie toedient.
8.
De spuit kan niet opnieuw worden gebruikt. Gooi de spuit na gebruik onmiddellijk weg in een
naaldencontainer.
163
Bewaren van de Cosentyx 150 mg voorgevulde spuit
1.
Bewaar dit geneesmiddel verzegeld in zijn buitenverpakking ter bescherming tegen licht.
Bewaren in de koelkast tussen 2°C en 8°C. NIET IN DE VRIEZER BEWAREN.
2.
Denk eraan de spuit vóór het gereedmaken voor injectie uit de koelkast te halen en op
kamertemperatuur te laten komen (15–30 minuten).
3.
Gebruik de spuit niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de
buitenverpakking of op het etiket van de spuit na “EXP”. Als de uiterste houdbaarheidsdatum is
verstreken, de gehele verpakking inleveren bij de apotheek.
De injectieplaats
De injectieplaats is de plaats op het lichaam waar u de spuit
gaat gebruiken.
De aanbevolen plaats is de voorzijde van uw
bovenbenen. U kunt ook de onderbuik gebruiken maar
niet
het gebied van 5 centimeter rond de navel.
Kies voor elke injectie die u aan uzelf toedient weer een
andere plaats.
Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig,
gekneusd, rood, schilferig of hard is. Vermijd gebieden
met littekens of striae.
Als een verzorger u de injectie geeft, kan ook de buitenkant
van de bovenarmen worden gebruikt.
De Cosentyx 150 mg voorgevulde spuit klaarmaken voor gebruik
Let op: maak voor een dosis van 150 mg 1 voorgevulde spuit klaar en injecteer de inhoud. Maak voor
een dosis van 300 mg 2 voorgevulde spuiten klaar en injecteer de inhoud van beide spuiten.
1.
Neem de doos met de spuit uit de koelkast en laat deze
ongeopend
gedurende ongeveer 15–
30 minuten op kamertemperatuur komen.
2.
Was uw handen zorgvuldig met water en zeep zodra u klaar bent om de spuit te gaan gebruiken.
3.
Maak de injectieplaats schoon met een alcoholdoekje.
4.
Neem de spuit uit de buitenverpakking en uit de blisterverpakking door het veilige middenstuk
vast te pakken.
5.
Controleer de spuit. De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel. Mogelijk ziet u een kleine luchtbel; dit is normaal. NIET GEBRUIKEN als de
vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd. NIET
GEBRUIKEN als de spuit kapot is. In al deze gevallen de gehele productverpakking inleveren
bij de apotheek.
Gebruik van de Cosentyx 150 mg voorgevulde spuit
Verwijder voorzichtig de naalddop van de spuit
door het veilige middenstuk vast te houden. Gooi
de naalddop weg. Er kan op de punt van de naald
een druppeltje vloeistof zichtbaar zijn. Dit is
normaal.
164
Knijp de huid op de injectieplaats voorzichtig
samen en breng de naald in zoals afgebeeld.
Duw de naald helemaal in uw huid om ervoor te
zorgen dat het geneesmiddel volledig kan
worden toegediend.
Houd de spuit vast zoals afgebeeld. Duw de
zuiger
langzaam zo ver mogelijk omlaag
zodat
de zuigerkop zich volledig tussen de zijvleugels
van de veiligheidsbescherming van de spuit
bevindt.
Houd de zuiger volledig ingedrukt terwijl u de
spuit 5 seconden op zijn plaats houdt.
Houd de zuiger volledig ingedrukt
terwijl u de
naald voorzichtig recht uit de injectieplaats trekt.
Laat de zuiger langzaam los en laat de
veiligheidsbescherming van de naald
automatisch de blootliggende naald bedekken.
Op de injectieplaats kan een klein beetje bloed
zitten. U kunt 10 seconden lang met een
wattenbolletje of gaasje op de injectieplaats
duwen. Niet over de injectieplaats wrijven. Zo
nodig kunt u een kleine pleister op de
injectieplaats plakken.
Instructies voor verwijderen
Gooi de spuit na gebruik weg in een
naaldencontainer (afsluitbare, prikbestendige
afvalbak). Voor de veiligheid en gezondheid van
u en anderen
mogen
naalden en gebruikte
spuiten
nooit
opnieuw worden gebruikt.
165
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
Plaque psoriasis
Arthritis psoriatica
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
Juveniele idiopathische artritis. Hieronder vallen: enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica
Plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd “plaque psoriasis”
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen, jongeren tot
18 jaar en kinderen (6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid verbetert en
uw klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
Arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een aandoening genaamd “arthritis psoriatica”. Dit
is een ontstekingsziekte van de gewrichten die vaak samengaat met psoriasis. Als u actieve arthritis
psoriatica heeft, zult u eerst andere geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze
geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx krijgen om de klachten en verschijnselen van actieve arthritis
psoriatica te verminderen, uw lichamelijk functioneren te verbeteren en de beschadiging aan het
kraakbeen en het bot in de aangedane gewrichten te vertragen.
166
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve arthritis psoriatica en kan alleen gebruikt
worden of samen met een ander geneesmiddel genaamd methotrexaat.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij arthritis psoriatica doordat het de klachten en
verschijnselen van de ziekte vermindert, de beschadiging aan het kraakbeen en het bot in de
gewrichten vertraagt en het u in staat stelt om normale dagelijkse activiteiten beter uit te voeren.
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van aandoeningen die “spondylitis ankylopoetica” en
“niet-röntgenologische axiale spondyloartritis” worden genoemd. Dit zijn ontstekingsziektes die
vooral de wervelkolom treffen en daar ontstekingen van de gewrichten veroorzaken. Als u spondylitis
ankylopoetica of niet-röntgenologische axiale spondyloartritis heeft, zult u eerst andere
geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx
krijgen om de klachten en verschijnselen van de ziekte te verminderen, de ontstekingen te verminderen
en uw lichamelijk functioneren te verbeteren.
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve spondylitis ankylopoetica en actieve niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij spondylitis ankylopoetica en niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis doordat het de klachten en verschijnselen van uw ziekte
vermindert en uw lichamelijk functioneren verbetert.
Juveniele idiopathische artritis, namelijk de typen enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt bij patiënten (6 jaar en ouder) voor de behandeling van aandoeningen met de
verzamelnaam juveniele idiopathische artritis. De twee typen waar het om gaat heten: 'enthesitis-
gerelateerde artritis' en 'juveniele arthritis psoriatica'. Deze aandoeningen zijn ontstekingsziekten
waarbij de gewrichten en de plaatsen waar de pezen aan het bot vastzitten worden aangetast.
U (of uw kind) zal baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij enthesitis-gerelateerde artritis en
juveniele arthritis psoriatica doordat de klachten verminderen en het lichamelijk functioneren
verbetert.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch
voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat u Cosentyx
gebruikt.
U heeft een actieve infectie
die volgens uw arts belangrijk is.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
als u op dit moment een infectie heeft.
als u langdurige of terugkerende infecties heeft.
als u tuberculose heeft.
als u ooit een allergische reactie op latex heeft gehad.
als u een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt genoemd.
als u een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt genoemd.
als u onlangs gevaccineerd bent of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd.
als u een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander afweeronderdrukkend middel
of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.
167
Ontstekingsziekte van de darm (de ziekte van Crohn of ulceratieve colitis)
Stop het gebruik van dit middel en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
buikkrampen en buikpijn, diarree, gewichtsverlies, bloed in de ontlasting of andere tekenen van
darmproblemen opmerkt.
Let op infecties en allergische reacties
Cosentyx kan ernstige bijwerkingen veroorzaken, waaronder infecties en allergische reacties. Tijdens
het gebruik van Cosentyx moet u letten op verschijnselen van deze aandoeningen.
Stop het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
verschijnselen opmerkt die wijzen op een mogelijk ernstige infectie of een allergische reactie.
Dergelijke verschijnselen staan vermeld onder “Ernstige bijwerkingen” in rubriek 4.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen met plaque psoriasis jonger dan 6 jaar, omdat het in
deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen jonger dan 6 jaar met juveniele idiopathische artritis
(enthesitis‑gerelateerde artritis of juveniele arthritis psoriatica).
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen en jongeren tot 18 jaar bij andere indicaties, omdat het
in deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Vertel het uw arts of apotheker:
als u naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u heeft dat kort geleden gedaan of
de mogelijkheid bestaat dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken.
als u onlangs bent gevaccineerd of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u bepaalde soorten vaccins (levende
vaccins) niet toegediend krijgen.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u een vrouw bent die zwanger kan
worden, wordt u geadviseerd ervoor te zorgen dat u niet zwanger wordt en moet u een
betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u Cosentyx gebruikt en gedurende ten
minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of
wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding gaan geven? Neem dan contact op met uw arts. U
en uw arts moeten samen besluiten of u borstvoeding gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U
mag het niet allebei doen. Na gebruik van Cosentyx mag u geen borstvoeding geven gedurende
ten minste 20 weken na de laatste dosis.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.
168
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker.
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder uw huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd). U en
uw arts moeten samen besluiten of u Cosentyx bij uzelf zal injecteren.
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf een injectie toe te dienen voordat u hiermee met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. Na de juiste training mag ook een verzorger u uw
injectie met Cosentyx toedienen.
Zie “Instructies voor gebruik van de Cosentyx 150 mg SensoReady-pen” onder aan deze bijsluiter
voor uitgebreide instructies over het injecteren van Cosentyx.
Instructies voor gebruik kunnen ook gevonden worden via de volgende QR-code en website:
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
Hoeveel Cosentyx wordt er gegeven en hoelang?
Uw arts beslist hoeveel Cosentyx u nodig heeft en hoelang.
Plaque psoriasis
Volwassenen
De aanbevolen dosering is 300 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd
door maandelijkse injecties. Op basis van hoe u daarop reageert, kan de arts verdere aanpassingen van
uw dosis aanbevelen. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
Kinderen 6 jaar en ouder
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg.
Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de doses van 75 mg
en 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Arthritis psoriatica
Als u zowel arthritis psoriatica als matige tot ernstige plaque psoriasis hebt, kan uw arts de
dosisaanbeveling aanpassen waar nodig.
Voor patiënten die niet goed reageerden op geneesmiddelen die ‘tumornecrosefactor-remmers’
(TNF-remmers) worden genoemd:
De aanbevolen dosis is 300 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
169
Voor andere patiënten met arthritis psoriatica:
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg.
Spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale spondyloartritis)
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als twee injecties van 150 mg.
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Juveniele idiopathische artritis (enthesitis‑gerelateerde artritis en juveniele arthritis psoriatica)
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg.
Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de dosis van 75 mg.
Na de eerste dosis krijgt u (of uw kind) verder wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening regelmatig om te
controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend dan volgens
het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u bent vergeten een dosis van Cosentyx te injecteren, dien de volgende dosis dan toe zodra u eraan
denkt. Overleg vervolgens met uw arts wanneer u de volgende dosis moet injecteren.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten, de klachten van uw arthritis psoriatica of de klachten van uw axiale spondyloartritis
echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
170
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u een
van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
branderig gevoel bij het plassen.
Ernstige allergische reactie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
moeite met ademhalen of slikken
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u weer met de behandeling kunt beginnen.
Andere bijwerkingen
De meeste van de volgende bijwerkingen zijn licht tot matig. Als een van deze bijwerkingen ernstig
wordt, vertel dat dan uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zeer vaak
(kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)
Vaak
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
koortsblaasjes (orale herpes)
diarree
loopneus (rinorroe)
voetschimmel (tinea pedis)
hoofdpijn
misselijkheid
vermoeidheid
Soms
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
mondspruw (orale candidiasis)
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
buitenoorontsteking (otitis externa)
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
jeukende huiduitslag (urticaria)
infecties van de onderste luchtwegen
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)
171
Zelden
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 mensen):
ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)
Niet bekend
(kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel
Candida)
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer:
na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de buitenverpakking of op het etiket van de
pen na “EXP”.
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
Bewaar de pen verzegeld in zijn doos ter bescherming tegen licht. Bewaren in de koelkast
(2°C – 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Niet schudden.
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
172
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke voorgevulde pen bevat 150 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-
monohydraat, methionine, polysorbaat 80 en water voor injecties.
Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx oplossing voor injectie is een heldere vloeistof. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 of 2 voorgevulde pen(nen) en in multiverpakkingen met
6 (3 verpakkingen met 2) voorgevulde pennen.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
България
Novartis Bulgaria EOOD
Тел: +359 2 489 98 28
Česká republika
Novartis s.r.o.
Tel: +420 225 775 111
Danmark
Novartis Healthcare A/S
Tlf: +45 39 16 84 00
Deutschland
Novartis Pharma GmbH
Tel: +49 911 273 0
Lietuva
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tel: +370 5 269 16 50
Luxembourg/Luxemburg
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Magyarország
Novartis Hungária Kft.
Tel.: +36 1 457 65 00
Malta
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +356 2122 2872
Nederland
Novartis Pharma B.V.
Tel: +31 88 04 52 111
173
Eesti
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Tel: +372 66 30 810
Ελλάδα
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Τηλ: +30 210 281 17 12
España
Novartis Farmacéutica, S.A.
Tel: +34 93 306 42 00
France
Novartis Pharma S.A.S.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Hrvatska
Novartis Hrvatska d.o.o.
Tel. +385 1 6274 220
Ireland
Novartis Ireland Limited
Tel: +353 1 260 12 55
Ísland
Vistor hf.
Sími: +354 535 7000
Italia
Novartis Farma S.p.A.
Tel: +39 02 96 54 1
Κύπρος
Novartis Pharma Services Inc.
Τηλ: +357 22 690 690
Latvija
SIA Novartis Baltics
Tel: +371 67 887 070
Norge
Novartis Norge AS
Tlf: +47 23 05 20 00
Österreich
Novartis Pharma GmbH
Tel: +43 1 86 6570
Polska
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel.: +48 22 375 4888
Portugal
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tel: +351 21 000 8600
România
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel: +40 21 31299 01
Slovenija
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +386 1 300 75 50
Slovenská republika
Novartis Slovakia s.r.o.
Tel: +421 2 5542 5439
Suomi/Finland
Novartis Finland Oy
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
Sverige
Novartis Sverige AB
Tel: +46 8 732 32 00
United Kingdom (Northern Ireland)
Novartis Ireland Limited
Tel: +44 1276 698370
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
174
Instructies voor gebruik van de Cosentyx 150 mg SensoReady-pen
Cosentyx 150 mg SensoReady-pen
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Secukinumab
Instructies voor gebruik voor de patiënt
Lees vóór het injecteren deze instructies VOLLEDIG door.
Deze instructies zijn bedoeld om u te helpen op de juiste wijze een
injectie toe te dienen met de Cosentyx SensoReady-pen.
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf of een persoon voor wie u
zorgt een injectie toe te dienen voordat u hiermee samen met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend.
Uw Cosentyx 150 mg SensoReady-pen:
Naald
Naaldbeschermer
Dop
Controle-
venster
Inwendige
naaldbeschermer
Bewaar de doos met uw pen in de
koelkast,
tussen
2°C en 8°C en
buiten het bereik van kinderen.
De pen
niet in de vriezer bewaren.
De pen
niet schudden.
Gebruik de pen niet als hij is
gevallen
zonder
dop.
De Cosentyx 150 mg SensoReady-pen,
afgebeeld zonder dop. Verwijder de dop
niet
voordat u klaar bent om de injectie toe te
dienen.
Wat u nodig heeft voor uw injectie:
Inbegrepen in de doos:
Een nieuwe, ongebruikte Cosentyx
150 mg SensoReady-pen (voor een
dosis van 150 mg is 1 pen nodig en
voor een dosis van 300 mg zijn
2 pennen nodig).
Het injecteren verloopt prettiger als u de pen
15−30 minuten vóór het injecteren
uit de koelkast
neemt om op kamertemperatuur te laten komen.
Niet inbegrepen in de doos:
Alcoholdoekje.
Wattenbolletje of
gaasje.
Naaldencontainer
.
175
Vóór uw injectie:
1. Belangrijke veiligheidscontroles voordat u injecteert:
De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Niet gebruiken
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat,
troebel is of duidelijk bruin gekleurd. Mogelijk ziet u een kleine
luchtbel; dit is normaal.
Gebruik
de pen
niet
meer na de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Niet gebruiken
als het
veiligheidszegel
is verbroken.
Neem contact op met uw apotheker als de pen niet voldoet aan deze
veiligheidscontroles.
2a. Kies uw injectieplaats:
De aanbevolen plaats is de voorzijde van uw bovenbenen. U kunt
ook de onderbuik gebruiken maar
niet
het gebied van 5 centimeter
rond de navel.
Kies voor elke injectie die u aan uzelf toedient weer een andere
plaats.
Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig, gekneusd, rood,
schilferig of hard is. Vermijd gebieden met littekens of striae.
2b. Voor verzorgers of beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg
geldt:
Als een
verzorger
of
beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg
u
uw injectie geeft, kan hij/zij die ook toedienen in de buitenkant van
uw bovenarm.
3. Schoonmaken van de injectieplaats:
Was uw handen met warm water en zeep.
Maak met ronddraaiende bewegingen de injectieplaats schoon met
het alcoholdoekje. Laten opdrogen voordat u de injectie geeft.
Raak de schoongemaakte plaats vóór het injecteren niet meer aan.
176
Uw injectie:
4. Verwijdering van de dop:
Verwijder de dop pas wanneer u klaar bent om de pen te gaan
gebruiken.
Draai de dop eraf in de richting van de pijltjes.
Gooi de dop na verwijderen weg.
Probeer niet de dop weer
terug te plaatsen.
Gebruik de pen binnen 5 minuten nadat de dop is verwijderd.
5. Hoe houdt u uw pen vast?
Houd de pen loodrecht (90°) tegen de schoongemaakte
injectieplaats.
Goed
Fout
LEES DIT VÓÓR HET INJECTEREN.
Tijdens de injectie hoort u
2 luide klikken.
De
1e klik
geeft aan dat de injectie is begonnen. Enkele seconden later
geeft een
2e klik
aan dat de injectie
bijna
klaar is.
U moet de pen stevig tegen uw huid gedrukt houden tot u ziet dat een
groene indicator
het venster vult en niet meer beweegt.
6. Uw injectie starten:
Duw de pen stevig tegen de huid om de injectie te starten.
De
1e klik
geeft aan dat de injectie is begonnen.
Blijf
de pen
stevig
tegen uw huid gedrukt houden.
De
groene indicator
geeft de voortgang van de injectie aan.
7. Afronding van uw injectie:
Luister of u de
2e klik
hoort. Deze geeft aan dat de injectie
bijna
klaar is.
Controleer of de
groene indicator
het venster helemaal opvult en
niet meer beweegt.
De pen kan nu worden verwijderd.
177
Na uw injectie:
8. Controleer of de groene indicator het venster helemaal opvult:
Dit betekent dat het geneesmiddel is afgegeven. Neem contact op
met uw arts als de groene indicator niet zichtbaar is.
Op de injectieplaats kan een klein beetje bloed zitten. U kunt
10 seconden lang met een wattenbolletje of gaasje op de
injectieplaats duwen. Niet over de injectieplaats wrijven. Zo
nodig kunt u een kleine pleister op de injectieplaats plakken.
9. Uw Cosentyx SensoReady-pen weggooien:
Gooi de gebruikte pen weg in een naaldencontainer (d.w.z. een
prikbestendige, afsluitbare afvalbak of iets vergelijkbaars).
Probeer nooit uw pen nogmaals te gebruiken.
178
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
Plaque psoriasis
Arthritis psoriatica
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
Plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd “plaque psoriasis”
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen, jongeren tot
18 jaar en kinderen (6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid verbetert en
uw klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
Arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een aandoening genaamd “arthritis psoriatica”. Dit
is een ontstekingsziekte van de gewrichten die vaak samengaat met psoriasis. Als u actieve arthritis
psoriatica heeft, zult u eerst andere geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze
geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx krijgen om de klachten en verschijnselen van actieve arthritis
psoriatica te verminderen, uw lichamelijk functioneren te verbeteren en de beschadiging aan het
kraakbeen en het bot in de aangedane gewrichten te vertragen.
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve arthritis psoriatica en kan alleen gebruikt
worden of samen met een ander geneesmiddel genaamd methotrexaat.
179
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij arthritis psoriatica doordat het de klachten en
verschijnselen van de ziekte vermindert, de beschadiging aan het kraakbeen en het bot in de
gewrichten vertraagt en het u in staat stelt om normale dagelijkse activiteiten beter uit te voeren.
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van aandoeningen die “spondylitis ankylopoetica” en
“niet-röntgenologische axiale spondyloartritis” worden genoemd. Dit zijn ontstekingsziektes die
vooral de wervelkolom treffen en daar ontstekingen van de gewrichten veroorzaken. Als u spondylitis
ankylopoetica of niet-röntgenologische axiale spondyloartritis heeft, zult u eerst andere
geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx
krijgen om de klachten en verschijnselen van de ziekte te verminderen, de ontstekingen te verminderen
en uw lichamelijk functioneren te verbeteren.
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve spondylitis ankylopoetica en actieve niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij spondylitis ankylopoetica en niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis doordat het de klachten en verschijnselen van uw ziekte
vermindert en uw lichamelijk functioneren verbetert.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch
voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat u Cosentyx
gebruikt.
U heeft een actieve infectie
die volgens uw arts belangrijk is.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
als u op dit moment een infectie heeft.
als u langdurige of terugkerende infecties heeft.
als u tuberculose heeft.
als u een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt genoemd.
als u een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt genoemd.
als u onlangs gevaccineerd bent of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd.
als u een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander afweeronderdrukkend middel
of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.
Ontstekingsziekte van de darm (de ziekte van Crohn of ulceratieve colitis)
Stop het gebruik van dit middel en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
buikkrampen en buikpijn, diarree, gewichtsverlies, bloed in de ontlasting of andere tekenen van
darmproblemen opmerkt.
Let op infecties en allergische reacties
Cosentyx kan ernstige bijwerkingen veroorzaken, waaronder infecties en allergische reacties. Tijdens
het gebruik van Cosentyx moet u letten op verschijnselen van deze aandoeningen.
Stop het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
verschijnselen opmerkt die wijzen op een mogelijk ernstige infectie of een allergische reactie.
Dergelijke verschijnselen staan vermeld onder “Ernstige bijwerkingen” in rubriek 4.
180
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen met plaque psoriasis jonger dan 6 jaar, omdat het in
deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen en jongeren tot 18 jaar bij andere indicaties, omdat het
in deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Vertel het uw arts of apotheker:
als u naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u heeft dat kort geleden gedaan of
de mogelijkheid bestaat dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken.
als u onlangs bent gevaccineerd of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u bepaalde soorten vaccins (levende
vaccins) niet toegediend krijgen.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u een vrouw bent die zwanger kan
worden, wordt u geadviseerd ervoor te zorgen dat u niet zwanger wordt en moet u een
betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u Cosentyx gebruikt en gedurende ten
minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of
wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding gaan geven? Neem dan contact op met uw arts. U
en uw arts moeten samen besluiten of u borstvoeding gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U
mag het niet allebei doen. Na gebruik van Cosentyx mag u geen borstvoeding geven gedurende
ten minste 20 weken na de laatste dosis.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker.
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder uw huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd). U en
uw arts moeten samen besluiten of u Cosentyx bij uzelf zal injecteren.
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf een injectie toe te dienen voordat u hiermee met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. Na de juiste training mag ook een verzorger u uw
injectie met Cosentyx toedienen.
Zie “Instructies voor gebruik van de Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit” onder aan deze bijsluiter
voor uitgebreide instructies over het injecteren van Cosentyx.
Instructies voor gebruik kunnen ook gevonden worden via de volgende QR-code en website:
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
181
Hoeveel Cosentyx wordt er gegeven en hoelang?
Uw arts beslist hoeveel Cosentyx u nodig heeft en hoelang.
Plaque psoriasis
Volwassenen
De aanbevolen dosering is 300 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd
door maandelijkse injecties. Op basis van hoe u daarop reageert, kan de arts verdere aanpassingen van
uw dosis aanbevelen. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als één
injectie van 300 mg.
Kinderen 6 jaar en ouder
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg of als twee injecties van
150 mg.
Andere doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de
doses van 75 mg en 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Arthritis psoriatica
Als u zowel arthritis psoriatica als matige tot ernstige plaque psoriasis hebt, kan uw arts de
dosisaanbeveling aanpassen waar nodig.
Voor patiënten die niet goed reageerden op geneesmiddelen die ‘tumornecrosefactor-remmers’
(TNF-remmers) worden genoemd:
De aanbevolen dosis is 300 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als één
injectie van 300 mg.
Voor andere patiënten met arthritis psoriatica:
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg.
Spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale spondyloartritis)
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als één injectie van 300 mg.
182
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening regelmatig om te
controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend dan volgens
het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u bent vergeten een dosis van Cosentyx te injecteren, dien de volgende dosis dan toe zodra u eraan
denkt. Overleg vervolgens met uw arts wanneer u de volgende dosis moet injecteren.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten, de klachten van uw arthritis psoriatica of de klachten van uw axiale spondyloartritis
echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u een
van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
branderig gevoel bij het plassen.
Ernstige allergische reactie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
moeite met ademhalen of slikken
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u weer met de behandeling kunt beginnen.
183
Andere bijwerkingen
De meeste van de volgende bijwerkingen zijn licht tot matig. Als een van deze bijwerkingen ernstig
wordt, vertel dat dan uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zeer vaak
(kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)
Vaak
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
koortsblaasjes (orale herpes)
diarree
loopneus (rinorroe)
voetschimmel (tinea pedis)
hoofdpijn
misselijkheid
vermoeidheid
Soms
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
mondspruw (orale candidiasis)
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
buitenoorontsteking (otitis externa)
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
jeukende huiduitslag (urticaria)
infecties van de onderste luchtwegen
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)
Zelden
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 mensen):
ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)
Niet bekend
(kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel
Candida)
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
184
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer:
na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de buitenverpakking of op het etiket van de
spuit na “EXP”.
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
Bewaar de spuit verzegeld in zijn doos ter bescherming tegen licht. Bewaren in de koelkast
(2°C – 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Niet schudden.
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke voorgevulde spuit bevat 300 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-
monohydraat, methionine, polysorbaat 80 en water voor injecties.
Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx oplossing voor injectie is een heldere vloeistof. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit is beschikbaar in een verpakking
met 1 voorgevulde spuit en in multiverpakkingen met 3 (3 verpakkingen met 1) voorgevulde spuiten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
185
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
България
Novartis Bulgaria EOOD
Тел: +359 2 489 98 28
Česká republika
Novartis s.r.o.
Tel: +420 225 775 111
Danmark
Novartis Healthcare A/S
Tlf: +45 39 16 84 00
Deutschland
Novartis Pharma GmbH
Tel: +49 911 273 0
Eesti
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Tel: +372 66 30 810
Ελλάδα
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Τηλ: +30 210 281 17 12
España
Novartis Farmacéutica, S.A.
Tel: +34 93 306 42 00
France
Novartis Pharma S.A.S.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Hrvatska
Novartis Hrvatska d.o.o.
Tel. +385 1 6274 220
Ireland
Novartis Ireland Limited
Tel: +353 1 260 12 55
Ísland
Vistor hf.
Sími: +354 535 7000
Italia
Novartis Farma S.p.A.
Tel: +39 02 96 54 1
Lietuva
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tel: +370 5 269 16 50
Luxembourg/Luxemburg
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Magyarország
Novartis Hungária Kft.
Tel.: +36 1 457 65 00
Malta
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +356 2122 2872
Nederland
Novartis Pharma B.V.
Tel: +31 88 04 52 111
Norge
Novartis Norge AS
Tlf: +47 23 05 20 00
Österreich
Novartis Pharma GmbH
Tel: +43 1 86 6570
Polska
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel.: +48 22 375 4888
Portugal
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tel: +351 21 000 8600
România
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel: +40 21 31299 01
Slovenija
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +386 1 300 75 50
Slovenská republika
Novartis Slovakia s.r.o.
Tel: +421 2 5542 5439
Suomi/Finland
Novartis Finland Oy
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
186
Κύπρος
Novartis Pharma Services Inc.
Τηλ: +357 22 690 690
Latvija
SIA Novartis Baltics
Tel: +371 67 887 070
Sverige
Novartis Sverige AB
Tel: +46 8 732 32 00
United Kingdom (Northern Ireland)
Novartis Ireland Limited
Tel: +44 1276 698370
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
187
Instructies voor gebruik van de Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit
Lees vóór het injecteren deze instructies VOLLEDIG door. Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf
een injectie toe te dienen voordat u hiermee samen met uw arts, verpleegkundige of apotheker heeft
geoefend. In de doos zit de Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit, apart verzegeld in een plastic
blisterverpakking.
Uw Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit
Veiligheidsbescherming
spuit
Naalddop
Vingergrepen
Zijvleugels
veiligheidsbe-
scherming
spuit
Zuiger
Kijkvenster, etiket
en uiterste
houdbaarheidsdatum
Zuigerkop
Na het injecteren van het geneesmiddel wordt de veiligheidsbescherming van de spuit geactiveerd,
zodat de naald wordt afgeschermd. Dit is bedoeld ter bescherming van beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg, van patiënten die zichzelf injecties geven met door een arts voorgeschreven
geneesmiddelen en van personen die patiënten helpen om zichzelf injecties te geven. Zo kan iemand
zich niet per ongeluk prikken.
Wat u ook nog nodig heeft voor
uw injectie:
Alcoholdoekje.
Wattenbolletje of gaasje.
Naaldencontainer.
Belangrijke veiligheidsinformatie
Let op: houd de spuit buiten het zicht en bereik van kinderen.
1.
Open de verzegelde buitenverpakking pas als u klaar bent om dit geneesmiddel te gaan
gebruiken.
2.
Gebruik dit geneesmiddel niet als de verzegeling van de buitenverpakking of van de
blisterverpakking is verbroken, aangezien het dan mogelijk niet veilig is om de spuit te
gebruiken.
3.
Laat de spuit nooit ergens liggen waar anderen eraan kunnen zitten.
4.
De spuit niet schudden.
5.
Let op dat u de zijvleugels van de veiligheidsbescherming van de spuit niet aanraakt vóór
gebruik. Door deze aan te raken kan de veiligheidsbescherming van de spuit te vroeg worden
geactiveerd.
6.
Verwijder de naalddop pas vlak voordat u de injectie toedient.
7.
De spuit kan niet opnieuw worden gebruikt. Gooi de spuit na gebruik onmiddellijk weg in een
naaldencontainer.
188
Bewaren van de Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit
1.
Bewaar dit geneesmiddel verzegeld in zijn buitenverpakking ter bescherming tegen licht.
Bewaren in de koelkast tussen 2°C en 8°C. NIET IN DE VRIEZER BEWAREN.
2.
Denk eraan de spuit vóór het gereedmaken voor injectie uit de koelkast te halen en op
kamertemperatuur te laten komen (30–45 minuten).
3.
Gebruik de spuit niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de
buitenverpakking of op het etiket van de spuit na “EXP”. Als de uiterste houdbaarheidsdatum is
verstreken, de gehele verpakking inleveren bij de apotheek.
De injectieplaats
De injectieplaats is de plaats op het lichaam waar u de spuit
gaat gebruiken.
De aanbevolen plaats is de voorzijde van uw
bovenbenen. U kunt ook de onderbuik gebruiken maar
niet
het gebied van 5 centimeter rond de navel.
Kies voor elke injectie die u aan uzelf toedient weer een
andere plaats.
Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig,
gekneusd, rood, schilferig of hard is. Vermijd gebieden
met littekens of striae.
Als een verzorger u de injectie geeft, kan ook de buitenkant
van de bovenarmen worden gebruikt.
De Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit klaarmaken voor gebruik
1.
Neem de doos met de spuit uit de koelkast en laat deze
ongeopend
gedurende ongeveer 30–
45 minuten op kamertemperatuur komen.
2.
Was uw handen zorgvuldig met water en zeep zodra u klaar bent om de spuit te gaan gebruiken.
3.
Maak de injectieplaats schoon met een alcoholdoekje.
4.
Neem de spuit uit de buitenverpakking en uit de blisterverpakking door het veilige middenstuk
vast te pakken.
5.
Controleer de spuit. De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel. Mogelijk ziet u een kleine luchtbel; dit is normaal. NIET GEBRUIKEN als de
vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd. NIET
GEBRUIKEN als de spuit kapot is. In al deze gevallen de gehele productverpakking inleveren
bij de apotheek.
Gebruik van de Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit
Verwijder voorzichtig de naalddop van de spuit
door het veilige middenstuk vast te houden. Gooi
de naalddop weg. Er kan op de punt van de naald
een druppeltje vloeistof zichtbaar zijn. Dit is
normaal.
189
Knijp de huid op de injectieplaats voorzichtig
samen en breng de naald in zoals afgebeeld. Duw
de naald helemaal in uw huid om ervoor te
zorgen dat het geneesmiddel volledig kan
worden toegediend.
Houd de spuit vast zoals afgebeeld. Duw de
zuiger
langzaam zo ver mogelijk omlaag
zodat
de zuigerkop zich volledig tussen de zijvleugels
van de veiligheidsbescherming van de spuit
bevindt.
Houd de zuiger volledig ingedrukt terwijl u de
spuit 5 seconden op zijn plaats houdt.
Houd de zuiger volledig ingedrukt
terwijl u de
naald voorzichtig recht uit de injectieplaats trekt.
Laat de zuiger langzaam los en laat de
veiligheidsbescherming van de naald
automatisch de blootliggende naald bedekken.
Op de injectieplaats kan een klein beetje bloed
zitten. U kunt 10 seconden lang met een
wattenbolletje of gaasje op de injectieplaats
duwen. Niet over de injectieplaats wrijven. Zo
nodig kunt u een kleine pleister op de
injectieplaats plakken.
190
Instructies voor verwijderen
Gooi de spuit na gebruik weg in een
naaldencontainer (afsluitbare, prikbestendige
afvalbak). Voor de veiligheid en gezondheid van
u en anderen
mogen
naalden en gebruikte
spuiten
nooit
opnieuw worden gebruikt.
191
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
Plaque psoriasis
Arthritis psoriatica
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
Plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd “plaque psoriasis”
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen, jongeren tot
18 jaar en kinderen (6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid verbetert en
uw klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
Arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een aandoening genaamd “arthritis psoriatica”. Dit
is een ontstekingsziekte van de gewrichten die vaak samengaat met psoriasis. Als u actieve arthritis
psoriatica heeft, zult u eerst andere geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze
geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx krijgen om de klachten en verschijnselen van actieve arthritis
psoriatica te verminderen, uw lichamelijk functioneren te verbeteren en de beschadiging aan het
kraakbeen en het bot in de aangedane gewrichten te vertragen.
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve arthritis psoriatica en kan alleen gebruikt
worden of samen met een ander geneesmiddel genaamd methotrexaat.
192
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij arthritis psoriatica doordat het de klachten en
verschijnselen van de ziekte vermindert, de beschadiging aan het kraakbeen en het bot in de
gewrichten vertraagt en het u in staat stelt om normale dagelijkse activiteiten beter uit te voeren.
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van aandoeningen die “spondylitis ankylopoetica” en
“niet-röntgenologische axiale spondyloartritis” worden genoemd. Dit zijn ontstekingsziektes die
vooral de wervelkolom treffen en daar ontstekingen van de gewrichten veroorzaken. Als u spondylitis
ankylopoetica of niet-röntgenologische axiale spondyloartritis heeft, zult u eerst andere
geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx
krijgen om de klachten en verschijnselen van de ziekte te verminderen, de ontstekingen te verminderen
en uw lichamelijk functioneren te verbeteren.
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve spondylitis ankylopoetica en actieve niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij spondylitis ankylopoetica en niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis doordat het de klachten en verschijnselen van uw ziekte
vermindert en uw lichamelijk functioneren verbetert.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch
voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat u Cosentyx
gebruikt.
U heeft een actieve infectie
die volgens uw arts belangrijk is.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
als u op dit moment een infectie heeft.
als u langdurige of terugkerende infecties heeft.
als u tuberculose heeft.
als u een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt genoemd.
als u een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt genoemd.
als u onlangs gevaccineerd bent of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd.
als u een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander afweeronderdrukkend middel
of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.
Ontstekingsziekte van de darm (de ziekte van Crohn of ulceratieve colitis)
Stop het gebruik van dit middel en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
buikkrampen en buikpijn, diarree, gewichtsverlies, bloed in de ontlasting of andere tekenen van
darmproblemen opmerkt.
Let op infecties en allergische reacties
Cosentyx kan ernstige bijwerkingen veroorzaken, waaronder infecties en allergische reacties. Tijdens
het gebruik van Cosentyx moet u letten op verschijnselen van deze aandoeningen.
Stop het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
verschijnselen opmerkt die wijzen op een mogelijk ernstige infectie of een allergische reactie.
Dergelijke verschijnselen staan vermeld onder “Ernstige bijwerkingen” in rubriek 4.
193
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen met plaque psoriasis jonger dan 6 jaar, omdat het in
deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen en jongeren tot 18 jaar bij andere indicaties, omdat het
in deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Vertel het uw arts of apotheker:
als u naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u heeft dat kort geleden gedaan of
de mogelijkheid bestaat dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken.
als u onlangs bent gevaccineerd of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u bepaalde soorten vaccins (levende
vaccins) niet toegediend krijgen.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u een vrouw bent die zwanger kan
worden, wordt u geadviseerd ervoor te zorgen dat u niet zwanger wordt en moet u een
betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u Cosentyx gebruikt en gedurende ten
minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of
wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding gaan geven? Neem dan contact op met uw arts. U
en uw arts moeten samen besluiten of u borstvoeding gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U
mag het niet allebei doen. Na gebruik van Cosentyx mag u geen borstvoeding geven gedurende
ten minste 20 weken na de laatste dosis.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker.
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder uw huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd). U en
uw arts moeten samen besluiten of u Cosentyx bij uzelf zal injecteren.
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf een injectie toe te dienen voordat u hiermee met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. Na de juiste training mag ook een verzorger u uw
injectie met Cosentyx toedienen.
Zie “Instructies voor gebruik van de Cosentyx 300 mg UnoReady-pen” onder aan deze bijsluiter voor
uitgebreide instructies over het injecteren van Cosentyx.
Instructies voor gebruik kunnen ook gevonden worden via de volgende QR-code en website:
“QR-code opnemen”
www.cosentyx.eu
194
Hoeveel Cosentyx wordt er gegeven en hoelang?
Uw arts beslist hoeveel Cosentyx u nodig heeft en hoelang.
Plaque psoriasis
Volwassenen
De aanbevolen dosering is 300 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd
door maandelijkse injecties. Op basis van hoe u daarop reageert, kan de arts verdere aanpassingen van
uw dosis aanbevelen. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als één
injectie van 300 mg.
Kinderen 6 jaar en ouder
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg of als twee injecties van
150 mg.
Andere doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de
doses van 75 mg en 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Arthritis psoriatica
Als u zowel arthritis psoriatica als matige tot ernstige plaque psoriasis hebt, kan uw arts de
dosisaanbeveling aanpassen waar nodig.
Voor patiënten die niet goed reageerden op geneesmiddelen die ‘tumornecrosefactor-remmers’
(TNF-remmers) worden genoemd:
De aanbevolen dosis is 300 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als één
injectie van 300 mg.
Voor andere patiënten met arthritis psoriatica:
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg.
Spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale spondyloartritis)
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als één injectie van 300 mg.
195
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening regelmatig om te
controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend dan volgens
het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u bent vergeten een dosis van Cosentyx te injecteren, dien de volgende dosis dan toe zodra u eraan
denkt. Overleg vervolgens met uw arts wanneer u de volgende dosis moet injecteren.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten, de klachten van uw arthritis psoriatica of de klachten van uw axiale spondyloartritis
echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u een
van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
branderig gevoel bij het plassen.
Ernstige allergische reactie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
moeite met ademhalen of slikken
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u weer met de behandeling kunt beginnen.
Andere bijwerkingen
De meeste van de volgende bijwerkingen zijn licht tot matig. Als een van deze bijwerkingen ernstig
wordt, vertel dat dan uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zeer vaak
(kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)
196
Vaak
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
koortsblaasjes (orale herpes)
diarree
loopneus (rinorroe)
voetschimmel (tinea pedis)
hoofdpijn
misselijkheid
vermoeidheid
Soms
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
mondspruw (orale candidiasis)
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
buitenoorontsteking (otitis externa)
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
jeukende huiduitslag (urticaria)
infecties van de onderste luchtwegen
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)
Zelden
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 mensen):
ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)
Niet bekend
(kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel
Candida)
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer:
na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de buitenverpakking of op het etiket van de
pen na “EXP”.
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
Bewaar de pen verzegeld in zijn doos ter bescherming tegen licht. Bewaren in de koelkast
(2°C – 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Niet schudden.
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
197
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke voorgevulde pen bevat 300 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-
monohydraat, methionine, polysorbaat 80 en water voor injecties.
Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx oplossing voor injectie is een heldere vloeistof. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is beschikbaar in een verpakking met
1 voorgevulde pen en in multiverpakkingen met 3 (3 verpakkingen met 1) voorgevulde pennen.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
България
Novartis Bulgaria EOOD
Тел: +359 2 489 98 28
Česká republika
Novartis s.r.o.
Tel: +420 225 775 111
Lietuva
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tel: +370 5 269 16 50
Luxembourg/Luxemburg
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Magyarország
Novartis Hungária Kft.
Tel.: +36 1 457 65 00
198
Danmark
Novartis Healthcare A/S
Tlf: +45 39 16 84 00
Deutschland
Novartis Pharma GmbH
Tel: +49 911 273 0
Eesti
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Tel: +372 66 30 810
Ελλάδα
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Τηλ: +30 210 281 17 12
España
Novartis Farmacéutica, S.A.
Tel: +34 93 306 42 00
France
Novartis Pharma S.A.S.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Hrvatska
Novartis Hrvatska d.o.o.
Tel. +385 1 6274 220
Ireland
Novartis Ireland Limited
Tel: +353 1 260 12 55
Ísland
Vistor hf.
Sími: +354 535 7000
Italia
Novartis Farma S.p.A.
Tel: +39 02 96 54 1
Κύπρος
Novartis Pharma Services Inc.
Τηλ: +357 22 690 690
Latvija
SIA Novartis Baltics
Tel: +371 67 887 070
Malta
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +356 2122 2872
Nederland
Novartis Pharma B.V.
Tel: +31 88 04 52 111
Norge
Novartis Norge AS
Tlf: +47 23 05 20 00
Österreich
Novartis Pharma GmbH
Tel: +43 1 86 6570
Polska
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel.: +48 22 375 4888
Portugal
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tel: +351 21 000 8600
România
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel: +40 21 31299 01
Slovenija
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +386 1 300 75 50
Slovenská republika
Novartis Slovakia s.r.o.
Tel: +421 2 5542 5439
Suomi/Finland
Novartis Finland Oy
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
Sverige
Novartis Sverige AB
Tel: +46 8 732 32 00
United Kingdom (Northern Ireland)
Novartis Ireland Limited
Tel: +44 1276 698370
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
199
Instructies voor gebruik van de Cosentyx 300 mg UnoReady-pen
secukinumab
Lees vóór het injecteren deze instructies VOLLEDIG door.
Deze instructies zijn bedoeld om u te helpen op de juiste wijze een
injectie toe te dienen met de Cosentyx UnoReady-pen.
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf een injectie toe te dienen
voordat u hiermee samen met uw arts, verpleegkundige of apotheker
heeft geoefend.
Uw Cosentyx 300 mg UnoReady-pen:
Gebruik
de Cosentyx UnoReady-pen
niet
als de
verzegeling van de doos is gebroken.
Bewaar uw Cosentyx UnoReady-pen in de gesloten
doos om hem te beschermen tegen licht tot u klaar bent
om hem te gebruiken.
Controle-
venster
Inwendige
naaldbeschermer
De Cosentyx 300 mg UnoReady-pen is
hierboven afgebeeld zonder dop. Verwijder
de dop
niet
voordat u klaar bent om de
injectie toe te dienen.
Bewaar de doos met uw Cosentyx UnoReady-pen in de
koelkast,
tussen 2°C en 8°C en
buiten het bereik van
kinderen
.
De pen
niet in de vriezer bewaren.
De pen
niet schudden.
Gebruik de pen niet als hij is
gevallen
zonder dop.
Naaldbeschermer
Dop
De naald is bedekt door de naaldbeschermer en de
naald is niet zichtbaar. Raak de naaldbeschermer niet
aan of druk er niet op, omdat u anders uzelf zou
kunnen prikken.
Wat u nodig heeft voor uw injectie:
Inbegrepen in de doos:
Een nieuwe, ongebruikte Cosentyx
300 mg UnoReady-pen.
Niet inbegrepen in de doos:
Alcoholdoekje.
Wattenbolletje of
gaasje.
Naaldencontainer.
200
Vóór uw injectie:
Neem de Cosentyx 300 mg UnoReady-pen
30 tot 45 minuten vóór de injectie
uit de koelkast om
hem op kamertemperatuur te laten komen.
1. Belangrijke veiligheidscontroles voordat u injecteert:
Controlevenster:
De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van
kleurloos tot enigszins geel.
Niet gebruiken
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes
bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd. Mogelijk ziet u
een kleine luchtbel; dit is normaal.
Uiterste houdbaarheidsdatum:
Kijk naar de uiterste houdbaarheidsdatum (EXP) op uw
Cosentyx UnoReady-pen.
Gebruik
de pen
niet
meer na de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Controleer of uw pen het juiste geneesmiddel en de juiste
dosis bevat.
Neem contact op met uw apotheker als de pen niet voldoet
aan deze veiligheidscontroles.
2a. Kies uw injectieplaats:
De aanbevolen plaats is de voorzijde van uw
bovenbenen. U kunt ook de onderbuik gebruiken, maar
niet
het gebied van 5 centimeter rond de navel.
Kies voor elke injectie die u aan uzelf toedient weer
een andere plaats.
Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig,
gekneusd, rood, schilferig of hard is. Vermijd gebieden
met littekens of striae.
2b. Voor verzorgers of beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg geldt:
Als een
verzorger
of
beroepsbeoefenaar in de
gezondheidszorg
u uw injectie geeft, kan hij/zij die
ook toedienen in de buitenkant van uw bovenarm.
Controlevenster
Uiterste
houdbaarheidsdatum
(EXP)
3. Schoonmaken van d
e
injectieplaats:
Was uw handen met warm water en zeep.
Maak met ronddraaiende bewegingen de injectieplaats
schoon met het alcoholdoekje. Laten opdrogen voordat
u de injectie geeft.
Raak de schoongemaakte plaats vóór het injecteren niet
meer aan.
201
Uw injectie:
4. Verwijdering van de dop:
Verwijder de dop pas wanneer u klaar bent om de pen te
gaan gebruiken.
Trek de dop er recht af, in de richting van de pijl in de
figuur links hiernaast.
Gooi de dop na verwijderen weg. Probeer niet de dop weer
terug te plaatsen.
Gebruik de pen binnen 5 minuten nadat de dop is
verwijderd.
5. Hoe houdt u uw pen vast?
Houd de pen loodrecht (90°) tegen de schoongemaakte
injectieplaats.
Goed
Fout
LEES DIT VÓÓR HET INJECTEREN.
Tijdens de injectie hoort u
2 klikken.
De
1e klik
geeft aan dat de injectie is begonnen. Enkele seconden later
geeft een
2e klik
aan dat de injectie
bijna
klaar is.
U moet de pen stevig tegen uw huid gedrukt houden tot u ziet dat een
groene indicator met een grijs uiteinde
het venster vult en niet meer
beweegt.
6. Uw injectie starten:
Duw de pen stevig tegen de huid om de injectie te
starten.
De
1e klik
geeft aan dat de injectie is begonnen.
Blijf
de pen
stevig
tegen uw huid gedrukt houden.
De
groene indicator met grijs uiteinde
geeft de
voortgang van de injectie aan.
1
e
KLIK
202
2
e
KLIK
7. Afronding van uw injectie:
Luister of u de
2e klik
hoort. Deze geeft aan dat de
injectie
bijna
klaar is.
Controleer of de
groene indicator met grijs uiteinde
het
venster helemaal opvult en niet meer beweegt.
De pen kan nu worden verwijderd.
Na uw injectie:
8. Controleer of de groene indicator het venster helemaal
opvult:
Dit betekent dat het geneesmiddel is afgegeven. Neem
contact op met uw arts als de groene indicator niet
zichtbaar is.
Op de injectieplaats kan een klein beetje bloed zitten. U
kunt 10 seconden lang met een wattenbolletje of gaasje
op de injectieplaats duwen. Niet over de injectieplaats
wrijven. Zo nodig kunt u een kleine pleister op de
injectieplaats plakken.
9. Uw Cosentyx 300 mg UnoReady-pen weggooien:
Gooi de gebruikte pen weg in een naaldencontainer
(d.w.z. een prikbestendige, afsluitbare afvalbak of iets
vergelijkbaars).
Probeer nooit uw pen nogmaals te gebruiken.
203
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie
secukinumab
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
Plaque psoriasis
Arthritis psoriatica
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
Juveniele idiopathische artritis. Hieronder vallen: enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica
Plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd “plaque psoriasis”
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen, jongeren tot
18 jaar en kinderen (6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid verbetert en
uw klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
Arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een aandoening genaamd “arthritis psoriatica”. Dit
is een ontstekingsziekte van de gewrichten die vaak samengaat met psoriasis. Als u actieve arthritis
psoriatica heeft, zult u eerst andere geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze
geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx krijgen om de klachten en verschijnselen van actieve arthritis
psoriatica te verminderen, uw lichamelijk functioneren te verbeteren en de beschadiging aan het
kraakbeen en het bot in de aangedane gewrichten te vertragen.
204
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve arthritis psoriatica en kan alleen gebruikt
worden of samen met een ander geneesmiddel genaamd methotrexaat.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij arthritis psoriatica doordat het de klachten en
verschijnselen van de ziekte vermindert, de beschadiging aan het kraakbeen en het bot in de
gewrichten vertraagt en het u in staat stelt om normale dagelijkse activiteiten beter uit te voeren.
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van aandoeningen die “spondylitis ankylopoetica” en
“niet-röntgenologische axiale spondyloartritis” worden genoemd. Dit zijn ontstekingsziektes die
vooral de wervelkolom treffen en daar ontstekingen van de gewrichten veroorzaken. Als u spondylitis
ankylopoetica of niet-röntgenologische axiale spondyloartritis heeft, zult u eerst andere
geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx
krijgen om de klachten en verschijnselen van de ziekte te verminderen, de ontstekingen te verminderen
en uw lichamelijk functioneren te verbeteren.
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve spondylitis ankylopoetica en actieve niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij spondylitis ankylopoetica en niet-
röntgenologische axiale spondyloartritis doordat het de klachten en verschijnselen van uw ziekte
vermindert en uw lichamelijk functioneren verbetert.
Juveniele idiopathische artritis, namelijk de typen enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt bij patiënten (6 jaar en ouder) voor de behandeling van aandoeningen met de
verzamelnaam juveniele idiopathische artritis. De twee typen waar het om gaat heten: 'enthesitis-
gerelateerde artritis' en 'juveniele arthritis psoriatica'. Deze aandoeningen zijn ontstekingsziekten
waarbij de gewrichten en de plaatsen waar de pezen aan het bot vastzitten worden aangetast.
U (of uw kind) zal baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij enthesitis-gerelateerde artritis en
juveniele arthritis psoriatica doordat de klachten verminderen en het lichamelijk functioneren
verbetert.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch
voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat u Cosentyx
gebruikt.
U heeft een actieve infectie
die volgens uw arts belangrijk is.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
als u op dit moment een infectie heeft.
als u langdurige of terugkerende infecties heeft.
als u tuberculose heeft.
als u een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt genoemd.
als u een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt genoemd.
als u onlangs gevaccineerd bent of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd.
als u een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander afweeronderdrukkend middel
of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.
205
Ontstekingsziekte van de darm (de ziekte van Crohn of ulceratieve colitis)
Stop het gebruik van dit middel en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
buikkrampen en buikpijn, diarree, gewichtsverlies, bloed in de ontlasting of andere tekenen van
darmproblemen opmerkt.
Let op infecties en allergische reacties
Cosentyx kan ernstige bijwerkingen veroorzaken, waaronder infecties en allergische reacties. Tijdens
het gebruik van Cosentyx moet u letten op verschijnselen van deze aandoeningen.
Stop het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
verschijnselen opmerkt die wijzen op een mogelijk ernstige infectie of een allergische reactie.
Dergelijke verschijnselen staan vermeld onder “Ernstige bijwerkingen” in rubriek 4.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen met plaque psoriasis jonger dan 6 jaar, omdat het in
deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen jonger dan 6 jaar met juveniele idiopathische artritis
(enthesitis‑gerelateerde artritis of juveniele arthritis psoriatica).
Cosentyx wordt niet aanbevolen voor kinderen en jongeren tot 18 jaar bij andere indicaties, omdat het
in deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Vertel het uw arts of apotheker:
als u naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u heeft dat kort geleden gedaan of
de mogelijkheid bestaat dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken.
als u onlangs bent gevaccineerd of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u bepaalde soorten vaccins (levende
vaccins) niet toegediend krijgen.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u een vrouw bent die zwanger kan
worden, wordt u geadviseerd ervoor te zorgen dat u niet zwanger wordt en moet u een
betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u Cosentyx gebruikt en gedurende ten
minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of
wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding gaan geven? Neem dan contact op met uw arts. U
en uw arts moeten samen besluiten of u borstvoeding gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U
mag het niet allebei doen. Na gebruik van Cosentyx mag u geen borstvoeding geven gedurende
ten minste 20 weken na de laatste dosis.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder uw huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd) door
een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg.
Zorg ervoor dat u met uw arts bespreekt wanneer uw injecties worden toegediend en wanneer uw
vervolgafspraken plaatsvinden.
206
Hoeveel Cosentyx wordt er gegeven en hoelang?
Uw arts beslist hoeveel Cosentyx u nodig heeft en hoelang.
Plaque psoriasis
Volwassenen
De aanbevolen dosering is 300 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op basis van hoe u daarop reageert, kan de arts verdere aanpassingen van uw
dosis aanbevelen. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
Kinderen 6 jaar en ouder
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg.
Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de doses van 75 mg
en 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Arthritis psoriatica
Als u zowel arthritis psoriatica als matige tot ernstige plaque psoriasis hebt, kan uw arts de
dosisaanbeveling aanpassen waar nodig.
Voor patiënten die niet goed reageerden op geneesmiddelen die ‘tumornecrosefactor-remmers’
(TNF-remmers) worden genoemd:
De aanbevolen dosis is 300 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
Voor andere patiënten met arthritis psoriatica:
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg.
Spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale spondyloartritis)
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als twee injecties van 150 mg.
207
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Juveniele idiopathische artritis (enthesitis‑gerelateerde artritis en juveniele arthritis psoriatica)
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg.
Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de dosis van 75 mg.
Na de eerste dosis krijgt u (of uw kind) verder wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening regelmatig om te
controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend dan volgens
het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u een injectie met Cosentyx heeft gemist, overleg dan met uw arts.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten, de klachten van uw arthritis psoriatica of de klachten van uw axiale spondyloartritis
echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u een
van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
branderig gevoel bij het plassen.
Ernstige allergische reactie
- de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
moeite met ademhalen of slikken
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u weer met de behandeling kunt beginnen.
208
Andere bijwerkingen
De meeste van de volgende bijwerkingen zijn licht tot matig. Als een van deze bijwerkingen ernstig
wordt, vertel dat dan uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zeer vaak
(kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)
Vaak
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
koortsblaasjes (orale herpes)
diarree
loopneus (rinorroe)
voetschimmel (tinea pedis)
hoofdpijn
misselijkheid
vermoeidheid
Soms
(kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
mondspruw (orale candidiasis)
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
buitenoorontsteking (otitis externa)
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
jeukende huiduitslag (urticaria)
infecties van de onderste luchtwegen
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)
Zelden (kunnen
voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 mensen):
ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)
Niet bekend
(kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel
Candida)
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
209
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de
buitenverpakking of op de injectieflacon na “EXP”.
Vóór reconstitutie:
bewaar de injectieflacon in de koelkast, tussen 2°C en 8°C.
Na reconstitutie:
de oplossing kan onmiddellijk worden gebruikt of kan gedurende maximaal 24 uur
bij 2°C tot 8 C worden bewaard. Niet in de vriezer bewaren. De oplossing moet binnen één uur na
uitnemen uit de koelkast (2°C – 8°C) worden toegediend.
Niet gebruiken als het poeder niet volledig is opgelost of als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes
bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd is.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke injectieflacon met poeder voor oplossing
voor injectie bevat 150 mg secukinumab. Na reconstitutie bevat 1 ml oplossing 150 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn sacharose, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat
en polysorbaat 80.
Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx poeder voor oplossing voor injectie is een wit, vast poeder in een glazen injectieflacon.
Cosentyx wordt geleverd in een verpakking met één injectieflacon.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
210
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
България
Novartis Bulgaria EOOD
Тел: +359 2 489 98 28
Česká republika
Novartis s.r.o.
Tel: +420 225 775 111
Danmark
Novartis Healthcare A/S
Tlf: +45 39 16 84 00
Deutschland
Novartis Pharma GmbH
Tel: +49 911 273 0
Eesti
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Tel: +372 66 30 810
Ελλάδα
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Τηλ: +30 210 281 17 12
España
Novartis Farmacéutica, S.A.
Tel: +34 93 306 42 00
France
Novartis Pharma S.A.S.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Hrvatska
Novartis Hrvatska d.o.o.
Tel. +385 1 6274 220
Ireland
Novartis Ireland Limited
Tel: +353 1 260 12 55
Ísland
Vistor hf.
Sími: +354 535 7000
Italia
Novartis Farma S.p.A.
Tel: +39 02 96 54 1
Lietuva
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tel: +370 5 269 16 50
Luxembourg/Luxemburg
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Magyarország
Novartis Hungária Kft.
Tel.: +36 1 457 65 00
Malta
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +356 2122 2872
Nederland
Novartis Pharma B.V.
Tel: +31 88 04 52 111
Norge
Novartis Norge AS
Tlf: +47 23 05 20 00
Österreich
Novartis Pharma GmbH
Tel: +43 1 86 6570
Polska
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel.: +48 22 375 4888
Portugal
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tel: +351 21 000 8600
România
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel: +40 21 31299 01
Slovenija
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +386 1 300 75 50
Slovenská republika
Novartis Slovakia s.r.o.
Tel: +421 2 5542 5439
Suomi/Finland
Novartis Finland Oy
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
211
Κύπρος
Novartis Pharma Services Inc.
Τηλ: +357 22 690 690
Latvija
SIA Novartis Baltics
Tel: +371 67 887 070
Sverige
Novartis Sverige AB
Tel: +46 8 732 32 00
United Kingdom (Northern Ireland)
Novartis Ireland Limited
Tel: +44 1276 698370
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
212
Instructies voor gebruik van Cosentyx poeder voor oplossing voor injectie
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg.
De oplossing voor subcutane injectie moet zonder onderbreking worden bereid met gebruik van
aseptische technieken. De bereidingstijd vanaf het doorprikken van de stop tot voltooiing van de
reconstitutie bedraagt gemiddeld 20 minuten en mag niet langer duren dan 90 minuten.
Houd u aan de volgende instructies bij het bereiden van Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing
voor injectie:
Instructies voor reconstitutie van Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie:
1.
Laat de injectieflacon met poeder op kamertemperatuur komen en zorg ervoor dat ook het
steriele water voor injecties op kamertemperatuur is.
2.
Zuig iets meer dan 1,0 ml steriel water voor injecties op in een 1 ml-wegwerpspuit met
maatverdeling en verwijder het teveel tot 1,0 ml.
3.
Verwijder de plastic dop van de injectieflacon.
4.
Steek de naald van de spuit in de injectieflacon met het poeder door het midden van de rubberen
stop en reconstitueer het poeder door langzaam 1,0 ml steriel water voor injecties in de
injectieflacon te spuiten. De stroom steriel water voor injecties moet op het poeder zijn gericht.
5.
Houd de injectieflacon schuin onder een hoek van ongeveer 45° en draai de flacon zachtjes
tussen de vingertoppen gedurende circa 1 minuut. De injectieflacon niet schudden of omkeren.
6.
7.
Laat de injectieflacon minimaal 10 minuten bij kamertemperatuur staan zodat het poeder kan
oplossen. Houdt er rekening mee dat de oplossing kan schuimen.
Houd de injectieflacon schuin onder een hoek van ongeveer 45° en draai de flacon zachtjes
tussen de vingertoppen gedurende circa 1 minuut. De injectieflacon niet schudden of omkeren.
8.
Laat de injectieflacon ongeveer 5 minuten rustig staan bij kamertemperatuur. De resulterende
oplossing moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot enigszins geel. Niet
gebruiken als het gevriesdroogde poeder niet volledig is opgelost of als de vloeistof duidelijk
zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
213
9.
Bereid het vereiste aantal injectieflacons (1 injectieflacon voor de 75 mg-dosis, 1 injectieflacon
voor de 150 mg-dosis, 2 injectieflacons voor de 300 mg-dosis).
Na bewaren bij 2°C tot 8°C moet de oplossing vóór toediening eerst gedurende ongeveer 20 minuten
op kamertemperatuur komen.
Instructies voor toediening van de Cosentyx-oplossing
1.
Houd de injectieflacon schuin onder een hoek van ongeveer 45° en houd de naaldpunt bij het
opzuigen van de oplossing in de spuit helemaal onder in de oplossing op de bodem van de
injectieflacon. KEER de injectieflacon NIET om.
2.
3.
Voor de doses van 150 mg en 300 mg: zuig met een geschikte naald (bijv. 21G x 2″)
voorzichtig iets meer dan 1,0 ml van de oplossing voor subcutane injectie op uit de
injectieflacon in een 1 ml-wegwerpspuit met maatverdeling. Deze naald wordt alleen gebruikt
voor het opzuigen van Cosentyx in de wegwerpspuit. Bereid het vereiste aantal spuiten
(2 spuiten voor de 300 mg-dosis).
Voor een kind dat de dosis van 75 mg krijgt: zuig voorzichtig iets meer dan 0,5 ml oplossing
voor subcutane injectie op en gooi de rest onmiddellijk weg.
Tik, met de naald omhoog, voorzichtig tegen de spuit zodat eventuele luchtbelletjes opstijgen.
4.
Vervang de bevestigde naald door een naald van 27G x ½″.
214
5.
6.
7.
Duw de luchtbelletjes eruit en duw de zuiger tot de 1,0 ml-markering voor de dosis van 150 mg.
Duw de luchtbelletjes eruit en duw de zuiger tot de 0,5 ml-markering voor de dosis van 75 mg.
Maak de injectieplaats schoon met een alcoholdoekje.
Injecteer de Cosentyx-oplossing subcutaan in de voorzijde van de bovenbenen, de onderbuik
(maar niet in een gebied van 5 centimeter rond de navel) of buitenzijde van de bovenarmen.
Kies voor elke injectie een andere plaats. Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig,
gekneusd, rood, schilferig of hard is. Vermijd gebieden met littekens of striae.
8.
Eventueel overgebleven oplossing in de injectieflacon mag niet meer worden gebruikt en dient
te worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften. De injectieflacons zijn uitsluitend
bedoeld voor eenmalig gebruik. Gooi de gebruikte spuit weg in een naaldencontainer
(afsluitbare, prikbestendige container). Voor de veiligheid en gezondheid van u en anderen
mogen naalden en gebruikte spuiten nooit opnieuw worden gebruikt.
215

BIJLAGE I

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit

2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke voorgevulde spuit bevat 75 mg secukinumab in 0,5 ml.
Secukinumab is een recombinant, volledig humaan, monoklonaal antilichaam geproduceerd in
ovariumcellen van de Chinese hamster (Chinese Hamster Ovary, CHO).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectievloeistof)
De oplossing is helder en kleurloos tot enigszins geel.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige plaque psoriasis bij kinderen en
adolescenten vanaf 6 jaar die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)
Enthesitisgerelateerde artritis (ERA)
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve enthesitisgerelateerde artritis bij patiënten van 6 jaar en ouder bij wie de ziekte onvoldoende
heeft gereageerd op conventionele therapie of die de conventionele therapie niet kunnen verdragen (zie
rubriek 5.1).
Juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve juveniele arthritis psoriatica bij patiënten van 6 jaar en ouder bij wie de ziekte onvoldoende
heeft gereageerd op conventionele therapie of die de conventionele therapie niet kunnen verdragen (zie
rubriek 5.1).


Aanbevolen dosis voor plaque psoriasis bij pediatrische patiënten

Lichaamsgewicht op het moment van toediening Aanbevolen dosis
<25 kg
75 mg
25 tot <50 kg
75 mg
150 mg (*mag verhoogd worden
50 kg
tot 300 mg)
*Sommige patiënten kunnen bijkomend voordeel hebben van de hogere dosis.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)

Enthesitisgerelateerde artritis (ERA) en juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
De aanbevolen dosis is gebaseerd op het lichaamsgewicht (tabel 2) en wordt via subcutane injectie
toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Elke dosis van
75 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 75 mg. Elke dosis van 150 mg wordt gegeven als
één subcutane injectie van 150 mg.
Tabel 2
Aanbevolen dosis voor juveniele idiopathische artritis

Lichaamsgewicht op het moment van toediening Aanbevolen dosis
<50 kg
75 mg
50 kg
150 mg
Cosentyx is mogelijk beschikbaar in andere sterktes en/of presentaties afhankelijk van de individuele
behandelingsbehoeften.
Voor alle bovengenoemde indicaties wijzen de beschikbare gegevens erop dat een klinische respons
gewoonlijk binnen 16 weken behandeling wordt bereikt. Er moet worden overwogen de behandeling
te staken bij patiënten die na 16 weken behandeling geen respons hebben vertoond. Bij sommige
patiënten met een aanvankelijke partiële respons kan vervolgens verbetering optreden wanneer de
behandeling na 16 weken wordt voortgezet.
De veiligheid en werkzaamheid van Cosentyx bij kinderen met plaque psoriasis en in twee categorieën
van juveniele idiopathische artritis (JIA), ERA en JPsA, jonger dan 6 jaar zijn niet vastgesteld.
De veiligheid en werkzaamheid van Cosentyx bij kinderen jonger dan 18 jaar voor andere indicaties
zijn niet vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.


Overzicht van bijwerkingen in klinische onderzoeken1) en postmarketingervaring

Systeem/orgaanklasse
Frequentie
Bijwerking
Infecties en parasitaire
Zeer vaak
Bovensteluchtweginfecties
aandoeningen
Vaak
Orale herpes
Tinea pedis
Soms
Orale candidiasis
Otitis externa
Ondersteluchtweginfecties
Niet bekend
Mucosale en cutane candidiasis (waaronder
oesofageale candidiasis)
Bloed- en
Soms
Neutropenie
lymfestelselaandoeningen
Immuunsysteemaandoeningen Zelden
Anafylactische reacties
Zenuwstelselaandoeningen
Vaak
Hoofdpijn
Oogaandoeningen
Soms
Conjunctivitis
Ademhalingsstelsel-, borstkas- Vaak
Rinorroe
en mediastinumaandoeningen
Maagdarmstelselaandoeningen Vaak
Diarree
Vaak
Misselijkheid
Soms
Inflammatoire darmziekte
Huid- en
Soms
Urticaria
onderhuidaandoeningen
Dyshidrotisch eczeem
Zelden
Exfoliatieve dermatitis 2)
Overgevoeligheidsvasculitis
Algemene aandoeningen en
Vaak
Vermoeidheid
toedieningsplaatsstoornissen
1) Placebogecontroleerde klinische onderzoeken (fase III) bij patiënten met plaque psoriasis, PsA,
AS en nr-axSpA die werden blootgesteld aan 300 mg, 150 mg, 75 mg of placebo gedurende
maximaal 12 weken (psoriasis) of 16 weken (PsA, AS en nr-axSpA) behandeling.
2) Er werden gevallen gemeld bij patiënten met de diagnose psoriasis.
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Infecties
In de placebogecontroleerde periode van klinische onderzoeken naar plaque psoriasis (in totaal werden
1.382 patiënten behandeld met secukinumab en 694 patiënten behandeld met placebo gedurende
maximaal 12 weken) werden bij 28,7% van de met secukinumab behandelde patiënten infecties
gemeld, vergeleken met 18,9% van de met placebo behandelde patiënten. De meeste infecties waren
niet-ernstige bovensteluchtweginfecties en licht tot matig van aard, zoals nasofaryngitis, waardoor het
staken van de behandeling niet noodzakelijk was. Er was een toename van mucosale of cutane
candidiasis, overeenkomend met het werkingsmechanisme, maar de gevallen waren licht of matig van
aard, niet-ernstig, reageerden op standaardbehandeling en vereisten geen stopzetting van de
behandeling. Ernstige infecties deden zich voor bij 0,14% van de met secukinumab behandelde
patiënten en bij 0,3% van de met placebo behandelde patiënten (zie rubriek 4.4).
Gedurende de gehele behandelperiode (in totaal werden 3.430 patiënten behandeld met secukinumab
gedurende maximaal 52 weken voor de meeste patiënten) werden infecties gemeld bij 47,5% van de
met secukinumab behandelde patiënten (0,9 per patiëntjaar van follow-up). Ernstige infecties werden
gemeld bij 1,2% van de met secukinumab behandelde patiënten (0,015 per patiëntjaar van follow-up).
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Immunosuppressiva, interleukineremmers, ATC-code: L04AC10

Werkingsmechanisme
Secukinumab is een volledig humaan IgG1/-monoklonaal antilichaam dat selectief bindt aan de pro-
inflammatoire cytokine interleukine-17A (IL-17A) en deze neutraliseert. Secukinumab is gericht tegen
IL-17A en remt de interactie ervan met de IL-17-receptor; deze receptor komt op diverse celtypen tot
expressie, waaronder keratinocyten. Hierdoor remt secukinumab de afgifte van pro-inflammatoire
cytokines, chemokinen en mediatoren van weefselbeschadiging en vermindert het de
IL-17A-gemedieerde bijdragen aan auto-immuunaandoeningen en inflammatoire ziekten. Klinisch
relevante hoeveelheden secukinumab bereiken de huid en verlagen de lokale inflammatoire markers.
Het directe gevolg van behandeling met secukinumab is een afname van erytheem, verharding en
schilfering die aanwezig zijn in de laesies van plaque psoriasis.
IL-17A is een van nature voorkomende cytokine die betrokken is bij normale ontstekings- en
immuunreacties. IL-17A speelt een sleutelrol bij de pathogenese van plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis), en wordt bij patiënten met plaque psoriasis wel in de huidlaesies maar niet in niet-
aangedane huid opgereguleerd en bij patiënten met arthritis psoriatica in het synoviale weefsel. Het
aantal IL-17-producerende cellen was ook significant hoger in het subchondrale beenmerg van
facetgewrichten van patiënten met spondylitis ankylopoetica. Verhoogde aantallen IL-17A-
producerende lymfocyten werden tevens gevonden bij patiënten met niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis. Van inhibitie van IL-17A werd aangetoond dat het effectief is in de behandeling van
spondylitis ankylopoetica, en daarmee werd de sleutelrol van dit cytokine in axiale spondyloartritis
vastgesteld.
Farmacodynamische effecten
In eerste instantie stijgen de serumspiegels van totaal IL-17A (vrij en aan secukinumab gebonden
IL-17A) bij patiënten die secukinumab krijgen toegediend. Hierna volgt een langzame daling door de
verminderde klaring van aan secukinumab gebonden IL-17A; dit wijst erop dat secukinumab selectief
vrij IL-17A, dat een belangrijke rol speelt bij de pathogenese van plaque psoriasis, wegvangt.
In een onderzoek met secukinumab werd na één tot twee weken behandeling een significante afname
waargenomen van infiltrerende epidermale neutrofielen en diverse met neutrofielen geassocieerde
markers die in huidlaesies van patiënten met plaque psoriasis verhoogd zijn.
Het is aangetoond dat secukinumab de gehaltes C-reactief proteïne, een ontstekingsmarker, verlaagt
(binnen 1 tot 2 weken behandeling).
Samenvatting van PASI 50/75/90/100 & IGA mod 2011 klinische respons 'gaaf'
of 'bijna gaaf' in de psoriasisonderzoeken 1, 3 en 4 (ERASURE, FEATURE en
JUNCTURE)



Week 12
Week 16
Week 52

Placebo 150 mg
300 mg
150 mg
300 mg
150 mg
300 mg
Onderzoek 1
Aantal patiënten
246
244
245
244
245
244
245
PASI 50-respons n (%)
22
203
222
212
224
187
207
(8,9%)
(83,5%)
(90,6%)
(87,2%)
(91,4%)
(77%)
(84,5%)
PASI 75-respons n (%)
11
174
200
188
211
146
182
(4,5%)
(71,6%)** (81,6%)** (77,4%)
(86,1%)
(60,1%)
(74,3%)
PASI 90-respons n (%)
3 (1,2%)
95
145
130
171
88
147
(39,1%)** (59,2%)** (53,5%)
(69,8%)
(36,2%)
(60,0%)
PASI 100-respons n (%)
2 (0,8%)
31
70
51
102
49
96
(12,8%)
(28,6%)
(21,0%)
(41,6%)
(20,2%)
(39,2%)
IGA mod 2011-respons
6
125
160
142
180
101
148
'gaaf' of 'bijna gaaf'
(2,40%)
(51,2%)** (65,3%)** (58,2%)
(73,5%)
(41,4%)
(60,4%)
n (%)
Onderzoek 3
Aantal patiënten
59
59
58
-
-
-
-
PASI 50-respons n (%)
3 (5,1%)
51
51
-
-
-
-
(86,4%)
(87,9%)
PASI 75-respons n (%)
0 (0,0%)
41
44
-
-
-
-
(69,5%)** (75,9%)**
PASI 90-respons n (%)
0 (0,0%)
27
35
-
-
-
-
(45,8%)
(60,3%)
PASI 100-respons n (%)
0 (0,0%)
5
25
-
-
-
-
(8,5%)
(43,1%)
IGA mod 2011-respons
0 (0,0%)
31
40
-
-
-
-
'gaaf' of 'bijna gaaf'
(52,5%)** (69,0%)**
n (%)
Onderzoek 4
Aantal patiënten
61
60
60
-
-
-
-
PASI 50-respons n (%)
5 (8,2%)
48
58
-
-
-
-
(80,0%)
(96,7%)
PASI 75-respons n (%)
2 (3,3%)
43
52
-
-
-
-
(71,7%)** (86,7%)**
PASI 90-respons n (%)
0 (0,0%)
24
33
-
-
-
-
(40,0%)
(55,0%)
PASI 100-respons n (%)
0 (0,0%)
10
16
-
-
-
-
(16,7%)
(26,7%)
IGA mod 2011-respons
0 (0,0%)
32
44
-
-
-
-
'gaaf' of 'bijna gaaf'
(53,3%)** (73,3%)**
n (%)
* De IGA mod 2011 is een schaal met 5 categorieën, te weten '0 = gaaf', '1 = bijna gaaf', '2 = licht', '3 =
matig' of '4 = ernstig', die de algehele beoordeling van de arts weergeeft van de ernst van psoriasis met de
nadruk op verharding, erytheem en schilfering. Bij het behandelsucces 'gaaf' of 'bijna gaaf' waren er geen
verschijnselen van psoriasis of normale tot roze verkleuring van de laesies, geen verdikking van de plaque
en geen tot minimale focale schilfering.
** p-waarden versus placebo en gecorrigeerd voor multipliciteit: p<0,0001.

Samenvatting van de klinische respons in psoriasisonderzoek 2 (FIXTURE)


Week 12
Week 16
Week 52

Placebo
150 mg
300 mg
Etanercept
150 mg
300 mg
Etanercept
150 mg
300 mg
Etanercept
Aantal
324
327
323
323
327
323
323
327
323
323
patiënten
PASI 50-
49
266
296
226
290
302
257 (79,6%)
249
274
234 (72,4%)
respons n
(15,1%)
(81,3%)
(91,6%)
(70,0%)
(88,7%)
(93,5%)
(76,1%)
(84,8%)
(%)
PASI 75-
16
219
249
142
247
280
189 (58,5%)
215
254
179 (55,4%)
respons n
(4,9%)
(67,0%)
(77,1%)
(44,0%)
(75,5%)
(86,7%)
(65,7%)
(78,6%)
(%)
**
**
PASI 90-
5 (1,5%)
137
175
67 (20,7%)
176
234
101 (31,3%)
147
210
108 (33,4%)
respons n
(41,9%)
(54,2%)
(53,8%)
(72,4%)
(45,0%)
(65,0%)
(%)
PASI 100-
0 (0%)
47
78
14 (4,3%)
84
119
24 (7,4%)
65
117
32 (9,9%)
respons n
(14,4%)
(24,1%)
(25,7%)
(36,8%)
(19,9%)
(36,2%)
(%)
IGA mod
9 (2,8%)
167
202
88 (27,2%)
200
244
127 (39,3%)
168
219
120 (37,2%)
2011-respons
(51,1%)
(62,5%)
(61,2%)
(75,5%)
(51,4%)
(67,8%)
'gaaf' of
**
**
'bijna gaaf'
n (%)
** p-waarden versus etanercept: p=0,0250
In een additioneel psoriasisonderzoek (CLEAR) werden 676 patiënten beoordeeld. Secukinumab
300 mg bereikte de primaire en secundaire eindpunten door superioriteit aan te tonen ten opzichte van
ustekinumab gebaseerd op de PASI 90-respons in week 16 (primaire eindpunt), de snel intredende
PASI 75-respons in week 4 en de langetermijn PASI 90-respons in week 52. Een grotere effectiviteit
van secukinumab vergeleken met ustekinumab werd vroeg waargenomen voor de eindpunten
PASI 75/90/100 en IGA mod 2011 0- of 1-respons ('gaaf' of 'bijna gaaf') en zette zich voort tot
week 52.
Tabel 6
Samenvatting van de klinische respons in het CLEAR-onderzoek


Week 4
Week 16
Week 52

Secukinumab
Ustekinumab*
Secukinumab
Ustekinumab*
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
300 mg
300 mg
Aantal patiënten 334
335
334
335
334
335
PASI 75-
166 (49,7%)**
69 (20,6%)
311 (93,1%)
276 (82,4%)
306 (91,6%)
262 (78,2%)
respons n (%)
PASI 90-
70 (21,0%)
18 (5,4%)
264 (79,0%)**
192 (57,3%)
250
203 (60,6%)
respons n (%)
(74,9%)***
PASI 100-
14 (4,2%)
3 (0,9%)
148 (44,3%)
95 (28,4%)
150 (44,9%)
123 (36,7%)
respons n (%)
IGA mod 2011-
128 (38,3%)
41 (12,2%)
278 (83,2%)
226 (67,5%)
261 (78,1%)
213 (63,6%)
respons 'gaaf'
of 'bijna gaaf'
n (%)
* Patiënten behandeld met secukinumab kregen 300 mg doses in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door dezelfde dosis
elke 4 weken tot week 52. Patiënten behandeld met ustekinumab kregen 45 mg of 90 mg in week 0 en 4, en dan
elke 12 weken tot week 52 (gedoseerd op basis van gewicht in lijn met de goedgekeurde dosering)
** p-waarden versus ustekinumab: p<0,0001 voor het primaire eindpunt van PASI 90 in week 16 en het secundaire eindpunt
van PASI 75 in week 4
*** p-waarden versus ustekinumab: p=0,0001 voor het secundaire eindpunt van PASI 90 in week 52
Secukinumab was werkzaam bij systemische behandeling-naïeve patiënten, biologicals-naïeve
patiënten, aan biologicals/anti-TNF blootgestelde patiënten en patiënten bij wie sprake was van falen
van biologicals/anti-TNF. De verbeteringen in PASI 75 bij patiënten die bij aanvang ook arthritis
psoriatica hadden, kwamen overeen met die in de gehele populatie met plaque psoriasis.
Secukinumab ging gepaard met een snel intredende werkzaamheid met een afname van 50% in de
gemiddelde PASI in week 3 voor de dosis van 300 mg.
Tijdsverloop van de percentuele verandering vanaf baseline in de gemiddelde PASI-
score in onderzoek 1 (ERASURE)

PASI %-
verandering
vanaf baseline

Weken behandeling

n = aantal beoordeelbare patiënten

secukinumab 150 mg (n=243)
secukinumab 300 mg (n=245)
Placebo (n=245)
Specifieke plaatsen/vormen van plaque psoriasis
In twee additionele placebo-gecontroleerde onderzoeken werd een verbetering gezien bij zowel nagel-
psoriasis (TRANSFIGURE, 198 patiënten) als palmoplantaire plaque psoriasis (GESTURE,
205 patiënten). In het TRANSFIGURE-onderzoek was secukinumab superieur aan placebo in week 16
(46,1% voor 300 mg, 38,4% voor 150 mg en 11,7% voor placebo) gemeten middels een significante
verbetering vanaf baseline in de Nail Psoriasis Severity Index (NAPSI %) bij patiënten met matige tot
ernstige plaque psoriasis bij wie ook de nagels zijn aangedaan. In het GESTURE-onderzoek was
secukinumab superieur aan placebo in week 16 (33,3% voor 300 mg, 22,1% voor 150 mg, en 1,5%
voor placebo) gemeten middels een significante verbetering van ppIGA 0- of 1-respons ('gaaf' of
'bijna gaaf') bij patiënten met matige tot ernstige palmoplantaire plaque psoriasis.
In een placebo-gecontroleerd onderzoek werden 102 patiënten onderzocht met matige tot ernstige
hoofdhuidpsoriasis, gedefinieerd als een Psoriasis Scalp Severity Index (PSSI-)score van 12, een
IGA mod 2011-score voor alleen de hoofdhuid van 3 of hoger en ten minste 30% van de
hoofdhuidoppervlakte aangedaan. Secukinumab 300 mg was superieur aan placebo in week 12
gemeten middels een significante verbetering vanaf baseline van zowel PSSI 90 respons (52,9%
versus 2,0%) als IGA mod 2011 0- of 1-respons voor alleen de hoofdhuid (56,9% versus 5,9%).
Verbetering van beide eindpunten werd behouden voor patiënten op secukinumab die met de
behandeling doorgingen tot week 24.
Kwaliteit van leven/patiënt-gerapporteerde uitkomsten
In de DLQI (Dermatology Life Quality Index) werden in week 12 vanaf baseline (onderzoeken 1-4)
statistisch significante verbeteringen aangetoond ten opzichte van placebo. De gemiddelde afnamen
(verbeteringen) in de DLQI vanaf baseline varieerden van -10,4 tot -11,6 met secukinumab 300 mg,
van -7,7 tot -10,1 met secukinumab 150 mg, versus -1,1 tot -1,9 voor placebo in week 12. Deze
verbeteringen werden gedurende 52 weken behouden (onderzoeken 1 en 2).
Veertig procent van de deelnemers in onderzoek 1 en 2 vulde het Psoriasis Symptom Diary© in. Voor
de deelnemers in deze onderzoeken die het dagboek invulden, werden in vergelijking met placebo
statistisch significante verbeteringen in week 12 vanaf baseline aangetoond voor door patiënten
gemelde klachten en symptomen van jeuk, pijn en schilfering.
Statistisch significante verbeteringen in week 4 vanaf baseline werden aangetoond in de DLQI bij
patiënten behandeld met secukinumab vergeleken met patiënten behandeld met ustekinumab
(CLEAR) en deze verbeteringen werden behouden tot 52 weken.
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 1

Randomisatie
Beschrijving Secukinumab Secukinumab Placebo Etanercept Totaal
strata
lage dosis
hoge dosis



n=40
n=40
n=41
n=41
N=162
Leeftijd
6-<12 jaar
8
9
10
10
37
12-<18 jaar
32
31
31
31
125
Gewicht
<25 kg
2
3
3
4
12
25-<50 kg
17
15
17
16
65
50 kg
21
22
21
21
85
Patiënten die waren gerandomiseerd naar placebo en non-responders waren in week 12 werden
overgezet naar de groep met ofwel de lage dosis ofwel de hoge dosis secukinumab (dosis gebaseerd op
lichaamsgewicht groep) en kregen onderzoeksmedicatie in week 12, 13, 14, en 15, gevolgd door
dezelfde dosis elke 4 weken te beginnen in week 16. De co-primaire eindpunten waren het percentage
patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score 0 of 1 (`gaaf' of `bijna gaaf')
bereikten op week 12.
Tijdens de placebogecontroleerde periode van 12 weken was de werkzaamheid van zowel de lage als
de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar wat betreft de co-primaire eindpunten. De geschatte
oddsratio's in het voordeel van beide secukinumab-doseringen waren statistisch significant voor de
PASI 75- en IGA mod 2011 0/1-scores.
Samenvatting van de klinische respons bij ernstige pediatrische psoriasis in week 12
en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 1)*


Respons Vergelijking behandeling
'test'
'controle'
oddsratio

criterium 'test' vs. 'controle'
n**/m (%)
n**/m (%)
schatting (95%-BI) p-waarde
In week 12***
PASI 75 secukinumab lage dosis vs. placebo
32/40 (80,0) 6/41 (14,6)
25,78 (7,08-114,66)
<0,0001

secukinumab hoge dosis vs. placebo 31/40 (77,5) 6/41 (14,6)
22,65 (6,31-98,93)
<0,0001

secukinumab lage dosis vs. etanercept 32/40 (80,0) 26/41 (63,4)
2,25 (0,73-7,38)

secukinumab hoge dosis vs. etanercept 31/40 (77,5) 26/41 (63,4)
1,92 (0,64-6,07)

IGA 0/1 secukinumab lage dosis vs. placebo
28/40 (70,0)
2/41 (4,9)
51,77 (10,02-538,64) <0,0001

secukinumab hoge dosis vs. placebo 24/40 (60,0)
2/41 (4,9)
32,52 (6,48-329,52)
<0,0001

secukinumab lage dosis vs. etanercept 28/40 (70,0) 14/41 (34,1)
4,49 (1,60-13,42)

secukinumab hoge dosis vs. etanercept 24/40 (60,0) 14/41 (34,1)
2,86 (1,05-8,13)

PASI 90 secukinumab lage dosis vs. placebo
29/40 (72,5)
1/41 (2,4)
133,67 (16,83-6395,22) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. placebo 27/40 (67,5)
1/41 (2,4)
102,86 (13,22-4850,13) <0,0001
secukinumab lage dosis vs. etanercept 29/40 (72,5) 12/41 (29,3)
7,03 (2,34-23,19)

secukinumab hoge dosis vs. etanercept 27/40 (67,5) 12/41 (29,3)
5,32 (1,82-16,75)

In week 52
PASI 75 secukinumab lage dosis vs. etanercept 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,12 (0,91-12,52)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,09 (0,90-12,39)

IGA 0/1 secukinumab lage dosis vs. etanercept 29/40 (72,5) 23/41 (56,1)
2,02 (0,73-5,77)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 30/40 (75,0) 23/41 (56,1)
2,26 (0,81-6,62)

PASI 90 secukinumab lage dosis vs. etanercept 30/40 (75,0) 21/41 (51,2)
2,85 (1,02-8,38)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 32/40 (80,0) 21/41 (51,2)
3,69 (1,27-11,61)
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
** n is het aantal responders, m = aantal evalueerbare patiënten
*** verlengd venster voor bezoek in week 12
Oddsratio, 95%-betrouwbaarheidsinterval en p-waarde zijn afkomstig van een exact logistisch regressiemodel met
behandelingsgroep, baseline lichaamsgewichtscategorie en leeftijdscategorie als factoren
Een hoger percentage pediatrische patiënten die behandeld werden met secukinumab meldde
verbetering in gezondheidsgerelateerde levenskwaliteit zoals gemeten door een CDLQI-score van 0 of
1 vergeleken met placebo in week 12 (lage dosis 44,7%, hoge dosis 50%, placebo 15%). Over de
gehele behandelperiode en tot en met week 52 scoorden de beide dosisgroepen met secukinumab
numeriek hoger dan de groep met etanercept (lage dosis 60,6%, hoge dosis 66,7%, etanercept 44,4%).
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 2

Subgroepen
Beschrijving
Secukinumab
Secukinumab
Totaal
lage dosis
hoge dosis

n=42
n=42
N=84
Leeftijd
6-<12 jaar
17
16
33
12-<18 jaar
25
26
51
Gewicht
<25 kg
4
4
8
25-<50 kg
13
12
25
50 kg
25
26
51
De co-primaire eindpunten waren de percentages patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod
2011-score van 0 of 1 (`gaaf' of `bijna gaaf') bereikten op week 12.
De werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab was vergelijkbaar en toonde een
statistisch significante verbetering aan vergeleken met de historische placebogroep wat betreft de co-
primaire eindpunten. De geschatte posterieure waarschijnlijkheid van een positief behandelingseffect
was 100%.
Patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid gedurende een periode van 52 weken na de eerste
toediening. Werkzaamheid (gedefinieerd als een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0
of 1 (`gaaf' of `bijna gaaf') werd al waargenomen in het eerste post-baseline bezoek op week 2 en het
aantal patiënten dat een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0 of 1 (`gaaf' of `bijna
gaaf') bereikte, steeg tot week 24 en hield aan tot week 52. Verbetering in PASI 90 en PASI 100 werd
tevens waargenomen in week 12, steeg tot week 24, en hield aan tot week 52 (zie tabel 10).
De veiligheidsprofielen van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het
veiligheidsprofiel bij volwassenen.
Samenvatting van de klinische respons bij matige tot ernstige psoriasis bij
pediatrische patiënten in week 12 en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 2)*



Week 12
Week 52
Secukinumab Secukinumab Secukinumab Secukinumab
lage dosis
hoge dosis
lage dosis
hoge dosis
Aantal patiënten
42
42
42
42
PASI 75-respons n (%)
39 (92,9%)
39 (92,9%)
37 (88,1%)
38 (90,5%)
IGA mod 2011 `gaaf' of `bijna
33 (78,6%)
35 (83,3%)
36 (85,7%)
35 (83,3%)
gaaf'-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
29 (69%)
32 (76,2%)
32 (76,2%)
35 (83,3%)
PASI 100-respons n (%)
25 (59,5%)
23 (54,8%)
22 (52,4%)
29 (69,0%)
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
Deze uitkomsten bij de matige tot ernstige plaque psoriasis pediatrische populatie bevestigden de
hierboven vermelde predictieve aannames gebaseerd op werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie
bij volwassen patiënten.
In de groep met de lage dosis bereikte respectievelijk 50% en 70,7% van de patiënten een CDLQI 0-
of 1-score op respectievelijk week 12 en 52. In de groep met de hoge dosis bereikte respectievelijk
61,9% en 70,3% een CDLQI 0- of 1-score op respectievelijk week 12 en 52.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)

Enthesitisgerelateerde artritis (ERA) en juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
De werkzaamheid en veiligheid van secukinumab werden beoordeeld bij 86 patiënten in een 3delig,
dubbelblind, placebogecontroleerd, voorvalgestuurd, gerandomiseerd fase IIIonderzoek bij patiënten
van 2 tot <18 jaar met actieve ERA of JPsA zoals gediagnosticeerd op basis van de gemodificeerde
JIA-classificatiecriteria van de International League of Associations for Rheumatology (ILAR). Het
onderzoek bestond uit een openlabelgedeelte (deel 1) waarin alle patiënten secukinumab kregen tot
week 12. Patiënten bij wie in week 12 een JIAACR (American College of Rheumatology-)30-respons
werd vastgesteld, kwamen in de dubbelblinde fase van deel 2 terecht en werden 1:1 gerandomiseerd
om de behandeling met secukinumab voort te zetten of om een behandeling met placebo te beginnen
(gerandomiseerde onthouding) tot week 104 of tot een opflakkering optrad. Patiënten bij wie de ziekte
opflakkerde, werden vervolgens open-label behandeld met secukinumab tot week 104 (deel 3).
De subtypen JIApatiënten bij aanvang van dit onderzoek waren: 60,5% ERA en 39,5% JPsA, met
ofwel een inadequate respons op ofwel een intolerantie voor 1 ziektewijzigende antireumatische
geneesmiddelen (disease-modifying antirheumatic drugs, DMARD's) en 1 nietsteroïdale
antiinflammatoire geneesmiddelen (NSAID's). Bij baseline werd gebruik van MTX gerapporteerd
voor 65,1% van de patiënten; (63,5% [33/52] van de ERApatiënten en 67,6% [23/34] van de
JPsApatiënten). 12 van de 52 ERApatiënten werden gelijktijdig behandeld met sulfasalazine
(23,1%). Patiënten met een lichaamsgewicht bij baseline van <50 kg (n=30) kregen een dosis van
75 mg en patiënten met een lichaamsgewicht 50 kg (n=56) kregen een dosis van 150 mg. De leeftijd
bij baseline varieerde van 2 tot 17 jaar, met 3 patiënten van 2 tot <6 jaar, 22 patiënten van 6 tot
<12 jaar en 61 patiënten van 12 tot <18 jaar. Bij baseline was de Juvenile Arthritis Disease Activity
Score (JADAS)27: 15,1 (SD: 7,1).
Het primaire eindpunt was de tijd tot opflakkering in de gerandomiseerde onthoudingsperiode (deel 2).
Opflakkering van de ziekte werd gedefinieerd als een verslechtering van 30% van minimaal drie van
de zes JIAACRresponscriteria en een verbetering van 30% van maximaal één van de zes
JIAACRresponscriteria en een minimum van twee actieve gewrichten.
Aan het eind van deel 1 vertoonden 75 van de 86 (87,2%) patiënten een JIAACR30respons en
gingen over naar deel 2.
KaplanMeier-schattingen van de tijd tot opflakkering van de ziekte in deel 2
Percentage
patiënten met
een opflakkering
van de ziekte
(%)


Tijd (dagen)
Secukinumab ------ Placebo in deel 2 + Gecensureerd

Aantal risicopatiënten
Secukinumab
37 36 34 33 32 30 30 29 29 29 25 25 24 23 23 23 23 23 23 21 21 21 20 14 0
Placebo in deel 2 38 38 32 29 28 25 22 21 21 21 20 20 19 19 19 18 18 16 16 15 15 15 15 10 0

Tabel 11
Overlevingsanalyse van de tijd tot opflakkering van de ziekte deel 2

Secukinumab
Placebo in deel 2
(N=37)
(N=38)
Aantal opflakkeringsvoorvallen aan het eind
10 (27,0)
21 (55,3)
van deel 2, n (%)
KaplanMeierschattingen:

Mediaan, in dagen (95%BI)
NC (NC; NC)
453,0 (114,0; NC)
Zonder opflakkering na 6 maanden (95%BI)
85,8 (69,2; 93,8)
60,1 (42,7; 73,7)
Zonder opflakkering na 12 maanden (95%BI)
76,7 (58,7; 87,6)
54,3 (37,1; 68,7)
Zonder opflakkering na 18 maanden (95%BI)
73,2 (54,6; 85,1)
42,9 (26,7; 58,1)
Hazardratio ten opzichte van placebo:
0,28 (0,13; 0,63)
schatting (95%BI)

pwaarde van de gestratificeerde

<0,001**
logranktest
De analyse werd uitgevoerd op alle gerandomiseerde patiënten die in deel 2 ten minste één dosis
van het onderzoeksgeneesmiddel kregen.
Secukinumab: alle patiënten die geen placebo gebruikten. Placebo in deel 2: alle patiënten die in
deel 2 placebo gebruikten en in andere periode(n) secukinumab. NC = niet berekenbaar. ** =
statistisch significant met eenzijdig significantieniveau 0,025.
In het openlabelgedeelte deel 1 kregen alle patiënten secukinumab tot week 12. In week 12 waren
respectievelijk 83,7%, 67,4% en 38,4% van de kinderen JIAACR50, 70 en 90responders (figuur 3).
De aanvang van de werking van secukinumab trad al op in week 1. In week 12 was de
JADAS27score 4,64 (SD: 4,73) en de gemiddelde afname ten opzichte van baseline in JADAS27
was -10,487 (SD: 7,23).
JIAACR30/-50/-70/-90respons voor proefpersonen tot week 12 in deel 1*



Percentage
responders



Tijd (weken)
Tijd (weken)

*nonresponder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden te verwerken
De gegevens in de leeftijdsgroep van 2 tot <6 waren niet eenduidig door het lage aantal patiënten
onder de 6 jaar dat werd opgenomen in het onderzoek.
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten af te zien van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met Cosentyx bij plaque psoriasis bij pediatrische
patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 6 jaar en bij chronische idiopathische artritis bij
pediatrische patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 2 jaar (zie rubriek 4.2 voor informatie over
pediatrisch gebruik).
5.2 Farmacokinetische eigenschappen

De meeste farmacokinetische eigenschappen waargenomen bij patiënten met plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en spondylitis ankylopoetica waren vergelijkbaar.
Pediatrische patiënten
Plaque psoriasis
In een pool van twee pediatrische onderzoeken werd aan patiënten met matige tot ernstige plaque
psoriasis (6 tot 18 jaar oud) secukinumab toegediend volgens het aanbevolen pediatrische dosisregime.
In week 24 hadden patiënten met een gewicht 25 en <50 kg een gemiddelde ± SD steady-state
dalserumconcentratie van 19,8 ± 6,96 µg/ml (n=24) na 75 mg secukinumab en patiënten met een
gewicht 50 kg een gemiddelde ± SD steady-state dalserumconcentratie van 27,3 ± 10,1 µg/ml (n=36)
na 150 mg secukinumab. De gemiddelde ± SD steady-state dalserumconcentratie bij patiënten met een
gewicht <25 kg (n=8) was 32,6 ± 10,8 µg/ml in week 24 na een dosis van 75 mg.
Juveniele idiopathische artritis
In een pediatrisch onderzoek kregen ERA en JPsApatiënten (2 tot <18 jaar oud) secukinumab
toegediend volgens het aanbevolen pediatrische doseringsschema. In week 24 hadden patiënten met
een gewicht van <50 kg en patiënten met een gewicht van 50 kg een gemiddelde
steadystatedalconcentratie ± SD van respectievelijk 25,2 ± 5,45 µg/ml (n=10) en 27,9 ± 9,57 µg/ml
(n=19).
FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen
Trehalosedihydraat
Histidine
Histidinehydrochloride-monohydraat
Methionine
Polysorbaat 80
Water voor injecties
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3 Houdbaarheid
18 maanden
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren

Bewaren in de koelkast (2°C ­ 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/14/980/012-013

9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING

Datum van eerste verlening van de vergunning: 15 januari 2015
Datum van laatste verlenging: 03 september 2019

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST

Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen

2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Elke voorgevulde spuit bevat 150 mg secukinumab in 1 ml.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Elke voorgevulde spuit bevat 300 mg secukinumab in 2 ml.
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Elke voorgevulde pen bevat 150 mg secukinumab in 1 ml.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Elke voorgevulde pen bevat 300 mg secukinumab in 2 ml.
Secukinumab is een recombinant, volledig humaan, monoklonaal antilichaam geproduceerd in
ovariumcellen van de Chinese hamster (Chinese Hamster Ovary, CHO).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectievloeistof)
De oplossing is helder en kleurloos tot enigszins geel.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties
Plaque psoriasis bij volwassen patiënten
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige plaque psoriasis bij volwassenen
die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige plaque psoriasis bij kinderen en
adolescenten vanaf 6 jaar die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Aanbevolen dosis voor plaque psoriasis bij pediatrische patiënten

Lichaamsgewicht op het moment van toediening Aanbevolen dosis
<25 kg
75 mg
25 tot <50 kg
75 mg
150 mg (*mag verhoogd worden
50 kg
tot 300 mg)
*Sommige patiënten kunnen bijkomend voordeel hebben van de hogere dosis.
De 150 mg en 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit en een voorgevulde pen zijn
niet geïndiceerd voor toediening aan pediatrische patiënten met een gewicht <50 kg. Cosentyx is
mogelijk beschikbaar in andere sterktes en/of presentaties afhankelijk van de individuele
behandelingsbehoeften.
Arthritis psoriatica
Bij patiënten die tevens matige tot ernstige plaque psoriasis hebben, wordt verwezen naar de
aanbeveling voor plaque psoriasis bij volwassen patiënten.
Bij patiënten die een inadequate respons vertonen op behandeling met anti-TNF, is de aanbevolen
dosis 300 mg door middel van subcutane injectie met initiële toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4,
gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Elke dosis van 300 mg wordt gegeven als één
subcutane injectie van 300 mg of twee subcutane injecties van 150 mg.
Bij andere patiënten is de aanbevolen dosis 150 mg door middel van subcutane injectie met initiële
toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Op basis van
klinische respons kan de dosering worden verhoogd naar 300 mg.
Axiale spondyloartritis (axSpA)
Spondylitis ankylopoetica (AS, röntgenologische axiale spondyloartritis)
De aanbevolen dosis is 150 mg door middel van subcutane injectie met initiële toediening in week 0,
1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Op basis van klinische respons kan de
dosering worden verhoogd naar 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt gegeven als één subcutane
injectie van 300 mg of twee subcutane injecties van 150 mg.
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis (nr-axSpA)
De aanbevolen dosis is 150 mg door middel van subcutane injectie met initiële toediening in week 0,
1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering.
Juveniele idiopathische artritis (JIA)

Enthesitisgerelateerde artritis (ERA) en juveniele arthritis psoriatica (JPsA)
De aanbevolen dosis is gebaseerd op het lichaamsgewicht (tabel 2) en wordt via subcutane injectie
toegediend in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Elke dosis van
75 mg wordt gegeven als één subcutane injectie van 75 mg. Elke dosis van 150 mg wordt gegeven als
één subcutane injectie van 150 mg.
Tabel 2
Aanbevolen dosis voor juveniele idiopathische artritis

Lichaamsgewicht op het moment van toediening
Aanbevolen dosis
<50 kg
75 mg
50 kg
150 mg
De oplossingen voor injectie met 150 mg of 300 mg in een voorgevulde spuit of voorgevulde pen zijn
niet geïndiceerd voor toediening aan pediatrische patiënten met een gewicht <50 kg. Cosentyx is
mogelijk beschikbaar in andere sterktes en/of presentaties afhankelijk van de individuele
behandelingsbehoeften.
Overzicht van bijwerkingen in klinische onderzoeken1) en postmarketingervaring

Systeem/orgaanklasse
Frequentie
Bijwerking
Infecties en parasitaire
Zeer vaak
Bovensteluchtweginfecties
aandoeningen
Vaak
Orale herpes
Tinea pedis
Soms
Orale candidiasis
Otitis externa
Ondersteluchtweginfecties
Niet bekend
Mucosale en cutane candidiasis (waaronder
oesofageale candidiasis)
Bloed- en
Soms
Neutropenie
lymfestelselaandoeningen
Immuunsysteemaandoeningen Zelden
Anafylactische reacties
Zenuwstelselaandoeningen
Vaak
Hoofdpijn
Oogaandoeningen
Soms
Conjunctivitis
Ademhalingsstelsel-, borstkas- Vaak
Rinorroe
en mediastinumaandoeningen
Maagdarmstelselaandoeningen Vaak
Diarree
Vaak
Misselijkheid
Soms
Inflammatoire darmziekte
Huid- en
Soms
Urticaria
onderhuidaandoeningen
Dyshidrotisch eczeem
Zelden
Exfoliatieve dermatitis 2)
Overgevoeligheidsvasculitis
Algemene aandoeningen en
Vaak
Vermoeidheid
toedieningsplaatsstoornissen
1) Placebogecontroleerde klinische onderzoeken (fase III) bij patiënten met plaque psoriasis, PsA,
AS en nr-axSpA die werden blootgesteld aan 300 mg, 150 mg, 75 mg of placebo gedurende
maximaal 12 weken (psoriasis) of 16 weken (PsA, AS en nr-axSpA) behandeling.
2) Er werden gevallen gemeld bij patiënten met de diagnose psoriasis.


FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Immunosuppressiva, interleukineremmers, ATC-code: L04AC10

Werkingsmechanisme
Secukinumab is een volledig humaan IgG1/-monoklonaal antilichaam dat selectief bindt aan de pro-
inflammatoire cytokine interleukine-17A (IL-17A) en deze neutraliseert. Secukinumab is gericht tegen
IL-17A en remt de interactie ervan met de IL-17-receptor; deze receptor komt op diverse celtypen tot
expressie, waaronder keratinocyten. Hierdoor remt secukinumab de afgifte van pro-inflammatoire
cytokines, chemokinen en mediatoren van weefselbeschadiging en vermindert het de
IL-17A-gemedieerde bijdragen aan auto-immuunaandoeningen en inflammatoire ziekten. Klinisch
relevante hoeveelheden secukinumab bereiken de huid en verlagen de lokale inflammatoire markers.
Het directe gevolg van behandeling met secukinumab is een afname van erytheem, verharding en
schilfering die aanwezig zijn in de laesies van plaque psoriasis.
IL-17A is een van nature voorkomende cytokine die betrokken is bij normale ontstekings- en
immuunreacties. IL-17A speelt een sleutelrol bij de pathogenese van plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis), en wordt bij patiënten met plaque psoriasis wel in de huidlaesies maar niet in niet-
aangedane huid opgereguleerd en bij patiënten met arthritis psoriatica in het synoviale weefsel. Het
aantal IL-17-producerende cellen was ook significant hoger in het subchondrale beenmerg van
facetgewrichten van patiënten met spondylitis ankylopoetica. Verhoogde aantallen IL-17A-
producerende lymfocyten werden tevens gevonden bij patiënten met niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis. Van inhibitie van IL-17A werd aangetoond dat het effectief is in de behandeling van
spondylitis ankylopoetica, en daarmee werd de sleutelrol van dit cytokine in axiale spondyloartritis
vastgesteld.
Farmacodynamische effecten
In eerste instantie stijgen de serumspiegels van totaal IL-17A (vrij en aan secukinumab gebonden
IL-17A) bij patiënten die secukinumab krijgen toegediend. Hierna volgt een langzame daling door de
verminderde klaring van aan secukinumab gebonden IL-17A; dit wijst erop dat secukinumab selectief
vrij IL-17A, dat een belangrijke rol speelt bij de pathogenese van plaque psoriasis, wegvangt.
In een onderzoek met secukinumab werd na één tot twee weken behandeling een significante afname
waargenomen van infiltrerende epidermale neutrofielen en diverse met neutrofielen geassocieerde
markers die in huidlaesies van patiënten met plaque psoriasis verhoogd zijn.
Het is aangetoond dat secukinumab de gehaltes C-reactief proteïne, een ontstekingsmarker, verlaagt
(binnen 1 tot 2 weken behandeling).


Samenvatting van PASI 50/75/90/100 & IGA mod 2011 klinische respons 'gaaf'
of 'bijna gaaf' in de psoriasisonderzoeken 1, 3 en 4 (ERASURE, FEATURE en
JUNCTURE)



Week 12
Week 16
Week 52

Placebo 150 mg
300 mg
150 mg
300 mg
150 mg
300 mg
Onderzoek 1
Aantal patiënten
246
244
245
244
245
244
245
PASI 50-respons n (%)
22
203
222
212
224
187
207
(8,9%)
(83,5%)
(90,6%)
(87,2%)
(91,4%)
(77%)
(84,5%)
PASI 75-respons n (%)
11
174
200
188
211
146
182
(4,5%)
(71,6%)** (81,6%)** (77,4%)
(86,1%)
(60,1%)
(74,3%)
PASI 90-respons n (%)
3 (1,2%)
95
145
130
171
88
147
(39,1%)** (59,2%)** (53,5%)
(69,8%)
(36,2%)
(60,0%)
PASI 100-respons n (%)
2 (0,8%)
31
70
51
102
49
96
(12,8%)
(28,6%)
(21,0%)
(41,6%)
(20,2%)
(39,2%)
IGA mod 2011-respons
6
125
160
142
180
101
148
'gaaf' of 'bijna gaaf'
(2,40%)
(51,2%)** (65,3%)** (58,2%)
(73,5%)
(41,4%)
(60,4%)
n (%)
Onderzoek 3
Aantal patiënten
59
59
58
-
-
-
-
PASI 50-respons n (%)
3 (5,1%)
51
51
-
-
-
-
(86,4%)
(87,9%)
PASI 75-respons n (%)
0 (0,0%)
41
44
-
-
-
-
(69,5%)** (75,9%)**
PASI 90-respons n (%)
0 (0,0%)
27
35
-
-
-
-
(45,8%)
(60,3%)
PASI 100-respons n (%)
0 (0,0%)
5
25
-
-
-
-
(8,5%)
(43,1%)
IGA mod 2011-respons
0 (0,0%)
31
40
-
-
-
-
'gaaf' of 'bijna gaaf'
(52,5%)** (69,0%)**
n (%)
Onderzoek 4
Aantal patiënten
61
60
60
-
-
-
-
PASI 50-respons n (%)
5 (8,2%)
48
58
-
-
-
-
(80,0%)
(96,7%)
PASI 75-respons n (%)
2 (3,3%)
43
52
-
-
-
-
(71,7%)** (86,7%)**
PASI 90-respons n (%)
0 (0,0%)
24
33
-
-
-
-
(40,0%)
(55,0%)
PASI 100-respons n (%)
0 (0,0%)
10
16
-
-
-
-
(16,7%)
(26,7%)
IGA mod 2011-respons
0 (0,0%)
32
44
-
-
-
-
'gaaf' of 'bijna gaaf'
(53,3%)** (73,3%)**
n (%)
* De IGA mod 2011 is een schaal met 5 categorieën, te weten '0 = gaaf', '1 = bijna gaaf', '2 = licht', '3 =
matig' of '4 = ernstig', die de algehele beoordeling van de arts weergeeft van de ernst van psoriasis met de
nadruk op verharding, erytheem en schilfering. Bij het behandelsucces 'gaaf' of 'bijna gaaf' waren er geen
verschijnselen van psoriasis of normale tot roze verkleuring van de laesies, geen verdikking van de plaque
en geen tot minimale focale schilfering.
** p-waarden versus placebo en gecorrigeerd voor multipliciteit: p<0,0001.

Samenvatting van de klinische respons in psoriasisonderzoek 2 (FIXTURE)


Week 12
Week 16
Week 52

Placebo
150 mg
300 mg
Etanercept
150 mg
300 mg
Etanercept
150 mg
300 mg
Etanercept
Aantal
324
327
323
323
327
323
323
327
323
323
patiënten
PASI 50-
49
266
296
226
290
302
257 (79,6%)
249
274
234 (72,4%)
respons n
(15,1%)
(81,3%)
(91,6%)
(70,0%)
(88,7%)
(93,5%)
(76,1%)
(84,8%)
(%)
PASI 75-
16
219
249
142
247
280
189 (58,5%)
215
254
179 (55,4%)
respons n
(4,9%)
(67,0%)
(77,1%)
(44,0%)
(75,5%)
(86,7%)
(65,7%)
(78,6%)
(%)
**
**
PASI 90-
5 (1,5%)
137
175
67 (20,7%)
176
234
101 (31,3%)
147
210
108 (33,4%)
respons n
(41,9%)
(54,2%)
(53,8%)
(72,4%)
(45,0%)
(65,0%)
(%)
PASI 100-
0 (0%)
47
78
14 (4,3%)
84
119
24 (7,4%)
65
117
32 (9,9%)
respons n
(14,4%)
(24,1%)
(25,7%)
(36,8%)
(19,9%)
(36,2%)
(%)
IGA mod
9 (2,8%)
167
202
88 (27,2%)
200
244
127 (39,3%)
168
219
120 (37,2%)
2011-respons
(51,1%)
(62,5%)
(61,2%)
(75,5%)
(51,4%)
(67,8%)
'gaaf' of
**
**
'bijna gaaf'
n (%)
** p-waarden versus etanercept: p=0,0250
In een additioneel psoriasisonderzoek (CLEAR) werden 676 patiënten beoordeeld. Secukinumab
300 mg bereikte de primaire en secundaire eindpunten door superioriteit aan te tonen ten opzichte van
ustekinumab gebaseerd op de PASI 90-respons in week 16 (primaire eindpunt), de snel intredende
PASI 75-respons in week 4 en de langetermijn PASI 90-respons in week 52. Een grotere effectiviteit
van secukinumab vergeleken met ustekinumab werd vroeg waargenomen voor de eindpunten
PASI 75/90/100 en IGA mod 2011 0- of 1-respons ('gaaf' of 'bijna gaaf') en zette zich voort tot
week 52.
Tabel 6
Samenvatting van de klinische respons in het CLEAR-onderzoek


Week 4
Week 16
Week 52

Secukinumab
Ustekinumab*
Secukinumab
Ustekinumab*
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
300 mg
300 mg
Aantal patiënten 334
335
334
335
334
335
PASI 75-
166 (49,7%)**
69 (20,6%)
311 (93,1%)
276 (82,4%)
306 (91,6%)
262 (78,2%)
respons n (%)
PASI 90-
70 (21,0%)
18 (5,4%)
264 (79,0%)**
192 (57,3%)
250
203 (60,6%)
respons n (%)
(74,9%)***
PASI 100-
14 (4,2%)
3 (0,9%)
148 (44,3%)
95 (28,4%)
150 (44,9%)
123 (36,7%)
respons n (%)
IGA mod 2011-
128 (38,3%)
41 (12,2%)
278 (83,2%)
226 (67,5%)
261 (78,1%)
213 (63,6%)
respons 'gaaf'
of 'bijna gaaf'
n (%)
* Patiënten behandeld met secukinumab kregen 300 mg doses in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door dezelfde dosis
elke 4 weken tot week 52. Patiënten behandeld met ustekinumab kregen 45 mg of 90 mg in week 0 en 4, en dan
elke 12 weken tot week 52 (gedoseerd op basis van gewicht in lijn met de goedgekeurde dosering)
** p-waarden versus ustekinumab: p<0,0001 voor het primaire eindpunt van PASI 90 in week 16 en het secundaire eindpunt
van PASI 75 in week 4
*** p-waarden versus ustekinumab: p=0,0001 voor het secundaire eindpunt van PASI 90 in week 52
Secukinumab was werkzaam bij systemische behandeling-naïeve patiënten, biologicals-naïeve
patiënten, aan biologicals/anti-TNF blootgestelde patiënten en patiënten bij wie sprake was van falen
van biologicals/anti-TNF. De verbeteringen in PASI 75 bij patiënten die bij aanvang ook arthritis
psoriatica hadden, kwamen overeen met die in de gehele populatie met plaque psoriasis.
Secukinumab ging gepaard met een snel intredende werkzaamheid met een afname van 50% in de
gemiddelde PASI in week 3 voor de dosis van 300 mg.
Tijdsverloop van de percentuele verandering vanaf baseline in de gemiddelde PASI-
score in onderzoek 1 (ERASURE)

PASI %-
verandering
vanaf baseline

Weken behandeling

n = aantal beoordeelbare patiënten

secukinumab 150 mg (n=243)
secukinumab 300 mg (n=245)
Placebo (n=245)
Specifieke plaatsen/vormen van plaque psoriasis
In twee additionele placebo-gecontroleerde onderzoeken werd een verbetering gezien bij zowel nagel-
psoriasis (TRANSFIGURE, 198 patiënten) als palmoplantaire plaque psoriasis (GESTURE,
205 patiënten). In het TRANSFIGURE-onderzoek was secukinumab superieur aan placebo in week 16
(46,1% voor 300 mg, 38,4% voor 150 mg en 11,7% voor placebo) gemeten middels een significante
verbetering vanaf baseline in de Nail Psoriasis Severity Index (NAPSI %) bij patiënten met matige tot
ernstige plaque psoriasis bij wie ook de nagels zijn aangedaan. In het GESTURE-onderzoek was
secukinumab superieur aan placebo in week 16 (33,3% voor 300 mg, 22,1% voor 150 mg, en 1,5%
voor placebo) gemeten middels een significante verbetering van ppIGA 0- of 1-respons ('gaaf' of
'bijna gaaf') bij patiënten met matige tot ernstige palmoplantaire plaque psoriasis.
In een placebo-gecontroleerd onderzoek werden 102 patiënten onderzocht met matige tot ernstige
hoofdhuidpsoriasis, gedefinieerd als een Psoriasis Scalp Severity Index (PSSI-)score van 12, een
IGA mod 2011-score voor alleen de hoofdhuid van 3 of hoger en ten minste 30% van de
hoofdhuidoppervlakte aangedaan. Secukinumab 300 mg was superieur aan placebo in week 12
gemeten middels een significante verbetering vanaf baseline van zowel PSSI 90 respons (52,9%
versus 2,0%) als IGA mod 2011 0- of 1-respons voor alleen de hoofdhuid (56,9% versus 5,9%).
Verbetering van beide eindpunten werd behouden voor patiënten op secukinumab die met de
behandeling doorgingen tot week 24.
Kwaliteit van leven/patiënt-gerapporteerde uitkomsten
In de DLQI (Dermatology Life Quality Index) werden in week 12 vanaf baseline (onderzoeken 1-4)
statistisch significante verbeteringen aangetoond ten opzichte van placebo. De gemiddelde afnamen
(verbeteringen) in de DLQI vanaf baseline varieerden van -10,4 tot -11,6 met secukinumab 300 mg,
van -7,7 tot -10,1 met secukinumab 150 mg, versus -1,1 tot -1,9 voor placebo in week 12. Deze
verbeteringen werden gedurende 52 weken behouden (onderzoeken 1 en 2).
Veertig procent van de deelnemers in onderzoek 1 en 2 vulde het Psoriasis Symptom Diary© in. Voor
de deelnemers in deze onderzoeken die het dagboek invulden, werden in vergelijking met placebo
statistisch significante verbeteringen in week 12 vanaf baseline aangetoond voor door patiënten
gemelde klachten en symptomen van jeuk, pijn en schilfering.
Statistisch significante verbeteringen in week 4 vanaf baseline werden aangetoond in de DLQI bij
patiënten behandeld met secukinumab vergeleken met patiënten behandeld met ustekinumab
(CLEAR) en deze verbeteringen werden behouden tot 52 weken.
·
secukinumab 300 mg in weken 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 2 weken (Q2W)
tot week 52 (n=165).
·
secukinumab 300 mg in weken 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken (Q4W)
tot week 16 (n=166).
o
Patiënten gerandomiseerd naar secukinumab 300 mg Q4W die PASI 90-responders waren
in week 16 kregen hetzelfde doseringsschema tot week 52. Patiënten gerandomiseerd
naar secukinumab 300 mg Q4W die PASI 90 non-responders waren in week 16 gingen
ofwel door met hetzelfde doseringsschema of werden toegewezen aan secukinumab
300 mg Q2W tot week 52.
Over het geheel genomen waren de werkzaamheidsresponsen in de groep die met het tweewekelijkse
schema werd behandeld hoger dan in de groep die met het vierwekelijkse schema werd behandeld
(tabel 7).
Tabel 7
Samenvatting van de klinische respons in de dosisflexibiliteitsstudie bij plaque
psoriasis*


Week 16
Week 52
secukinumab
secukinumab
secukinumab
secukinumab
300 mg Q2W
300 mg Q4W
300 mg Q2W
300 mg Q4W1


Aantal patiënten
165
166
165
83
PASI 90-respons n
121 (73,2%) **
92 (55,5%)
126 (76,4%)
44 (52,4%)
(%)
IGA mod 2011-
122 (74,2%)2
109 (65,9%)2
125 (75,9%)
46 (55,6%)
respons 'gaaf' of
'bijna gaaf' n (%)
* Meervoudige imputatie
1 300 mg Q4W:patiënten voortdurend behandeld met 300 mg Q4W ongeacht de PASI 90-responsstatus in week 16;
43 patiënten waren PASI 90-responder in week 16 en 40 patiënten waren PASI 90 non-responders in week 16
** Eenzijdige p-waarde = 0,0003 voor het primaire eindpunt van PASI 90 in week 16
2 Niet statistisch significant
Bij de PASI 90 non-responders in week 16 die opgetitreerd waren tot secukinumab 300 mg Q2W,
verbeterden de PASI 90-responspercentages in vergelijking met deze die op het secukinumab 300 mg
Q4W doseringsschema bleven, terwijl de IGA mod 2011-responspercentages in beide
behandelingsgroepen stabiel bleven in de tijd.
De veiligheidsprofielen van de twee doseringsschema's, Cosentyx 300 mg toegediend elke 4 weken en
Cosentyx 300 mg toegediend elke 2 weken bij patiënten met een lichaamsgewicht 90 kg, waren
vergelijkbaar en in lijn met het veiligheidsprofiel dat gemeld werd bij patiënten met psoriasis.
Klinische respons in PsA-onderzoek 2 en PsA-onderzoek 3 op week 16 en 24


PsA-onderzoek 2
PsA-onderzoek 3

Placebo
150 mg
1
300 mg
1
Placebo
150 mg
1
300 mg
1
Aantal
98
100
100
332
220
222
gerandomiseerde
patiënten
ACR20-respons




n (%)
Week 16
18
60
57
91
122
139
(18,4%)
(60,0%***) (57,0%***) (27,4%)
(55,5%***) (62,6%***)
Week 24
15
51
54
78
117
141
(15,3%)
(51,0%***) (54,0%***) (23,5%)
(53,2%***) (63,5%***)
ACR50-respons



n (%)
Week 16
6
37
35
27
79
88
(6,1%)
(37,0%***) (35,0%***) (8,1%)
(35,9%*)
(39,6%*)
Week 24
7
35
35
29
86
97
(7,1%)
(35,0%)
(35,0%**)
(8,7%)
(39,1%***) (43,7%***)
ACR70-respons



n (%)
Week 16
2
17
15
14
40
45
(2,0%)
(17,0%**)
(15,0%**)
(4,2%)
(18,2%***) (20,3%***)
Week 24
1
21
20
13
53
57
(1,0%)
(21,0%**)
(20,0%**)
(3,9%)
(24,1%***) (25,7%***)
DAS28-CRP



Week 16
-0,50
-1,45***
-1,51***
-0,63
-1,29*
-1,49*
Week 24
-0,96
-1,58**
-1,61**
-0,84
-1,57***
-1,68***
Aantal patiënten
43
58
41
162
125
110
bij wie 3% van de (43,9%)
(58,0%)
(41,0%)
(48,8%)
(56,8%)
(49,5%)
BSA bij baseline
was aangedaan
door psoriasis
PASI 75-respons




n (%)
Week 16
3
33
27
20
75
77
(7,0%)
(56,9%***) (65,9%***) (12,3%)
(60,0%*)
(70,0%*)
Week 24
7
28
26
29
80
78
(16,3%)
(48,3%**)
(63,4%***) (17,9%)
(64,0%***) (70,9%***)
PASI 90-respons



n (%)
Week 16
3
22
18
15
46
59
(7,0%)
(37,9%***) (43,9%***) (9,3%)
(36,8%*)
(53,6%*)
Week 24
4
19
20
19
51
60
(9,3%)
(32,8%**)
(48,8%***) (11,7%)
(40,8%***) (54,5%***)
Dactylitis



verdwenen n (%)
Week 16
10
21
26
40
46
54
(37%)
(65,6%*)
(56,5%)
(32,3%)
(57,5%*)
(65,9%*)
Week 24
4
16
26
42
51
52
(14,8%)
(50,0%**)
(56,5%**)
(33,9%)
(63,8%***) (63,4%***)



verdwenen n (%)
Week 16
17
32
32
68
77
78
(26,2%)
(50,0%**)
(57,1%***) (35,4%)
(54,6%*)
(55,7%*)
Week 24
14
27
27
66
77
86
(21,5%)
(42,2%*)
(48,2%**)
(34,4%)
(54,6%***) (61,4%***)
* p<0,05, ** p<0,01, *** p<0,001; versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie in week 24 voor PsA-onderzoek 2, behalve voor ACR70, dactylitis en enthesitis, die
verkennende eindpunten waren en alle eindpunten in week 16.
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie in week 16 voor PsA-onderzoek 3, behalve voor ACR70, wat een verkennend eindpunt was
en alle eindpunten in week 24.
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van ontbrekend binair eindpunt.
ACR: American College of Rheumatology; PASI: Psoriasis Area and Severity Index; DAS: Disease
Activity Score; BSA: Body Surface Area
Primaire eindpunt
1Secukinumab 150 mg of 300 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door maandelijks dezelfde dosis
Bij patiënten met dactylitis op baseline (n=27, 32, 46, respectievelijk voor PsA-onderzoek 2 en n=124,
80, 82, respectievelijk voor PsA-onderzoek 3)
Bij patiënten met enthesitis op baseline (n=65, 64, 56, respectievelijk voor PsA-onderzoek 2 en n=192,
141, 140, respectievelijk voor PsA-onderzoek 3)
De werking van secukinumab trad al na 2 weken behandeling op. Een statistisch significant verschil in
ACR20 versus placebo werd bereikt op week 3.
Figuur 2 laat het percentage patiënten dat een ACR20-respons bereikte zien per visite.
Figuur 2
ACR20-respons in PsA-onderzoek 2 in de tijd tot en met week 52
Percentage
responders

Tijd (weken)

Verandering in modified Total Sharp Score bij arthritis psoriatica


PsA-onderzoek 3
PsA-onderzoek 1

Placebo
secukinumab
secukinumab
Placebo
secukinumab
n=296
150 mg1
300 mg1
n=179
150 mg2
n=213
n=217
n=185
Totale score
Baseline

15,0
13,5
12,9
28,4
22,3
(SD)
(38,2)
(25,6)
(23,8)
(63,5)
(48,0)
Gemiddelde
0,50
0,13*
0,02*
0,57
0,13*
verandering
in week 24
*p<0,05 gebaseerd op nominale, maar niet gecorrigeerde, p-waarde
1secukinumab 150 mg of 300 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde maandelijkse dosis
210 mg/kg in week 0, 2 en 4 gevolgd door subcutane doses van 75 mg of 150 mg
De remming van structurele schade hield in PsA-onderzoek 1bij behandeling met secukinumab aan tot
week 52.
In PsA-onderzoek 3 was het percentage patiënten zonder ziekteprogressie van randomisatie tot
week 24 (gedefinieerd als een verandering in mTSS ten opzichte van baseline van 0,5) respectievelijk
80,3%, 88,5% en 73,6% voor secukinumab 150 mg, 300 mg en placebo. Een effect van remming van
structurele schade werd waargenomen bij anti-TNF-naïeve en anti-TNF-IR-patiënten en bij
patiënten behandeld met en zonder gelijktijdig MTX.
In PsA-onderzoek 1 was het percentage patiënten zonder ziekteprogressie (gedefinieerd als een
verandering in mTSS ten opzichte van baseline van 0,5) vanaf randomisatie tot week 24 82,3% bij
secukinumab 10 mg/kg intraveneuze oplaaddosis - 150 mg subcutane onderhoudsdosis en 75,7% bij
placebo. Het percentage patiënten zonder ziekteprogressie vanaf week 24 tot week 52 voor
secukinumab 10 mg/kg intraveneuze oplaaddosis - gevolgd door 150 mg subcutane onderhoudsdosis
en voor placebopatiënten die na 16 of 24 weken werden overgezet op 75 mg of 150 mg subcutaan
iedere 4 weken, was respectievelijk 85,7% en 86,8%.
Axiale manifestaties in PsA
In een gerandomiseerd, dubbelblind, placebogecontroleerd onderzoek (MAXIMISE) is de
werkzaamheid van secukinumab beoordeeld bij 485 patiënten met PsA met axiale manifestaties die
naïef waren voor biologicals en bij wie de respons op NSAID's inadequaat was. De primaire variabele
van minstens 20% verbetering in Assessment of SpondyloArthritis International Society (ASAS 20)-
criteria in week 12 werd behaald. Behandeling met secukinumab 300 mg en 150 mg vergeleken met
placebo resulteerde tevens in een grotere verbetering van de klachten en verschijnselen (waaronder
verminderingen in spinale pijn ten opzichte van baseline) en verbetering in lichamelijk functioneren
(zie tabel 10).
Klinische respons in het MAXIMISE-onderzoek in week 12

Placebo
150 mg
300 mg
(n=164)
(n=157)
(n=164)
31,2 (24,6; 38.7)
66,3 (58,4; 73,3)*
62,9 (55,2; 70,0)*
ASAS 20-respons, %
(95%-BI)
ASAS 40-respons, %
12,2 (7,8; 18,4)
39,5 (32,1; 47,4)**
43,6 (36,2; 51,3)**
(95%-BI)
BASDAI 50, %
9,8 (5,9; 15,6)
32,7 (25,8; 40,5)**
37,4 (30,1; 45,4)**
(95%-BI)
Spinale pijn, VAS
-13,6 (-17,2; -10,0)
-28,5 (-32,2; -24,8)**
-26,5 (-30,1; -22,9)**
(95%-BI)
Lichamelijk
-0,155 (-0,224; -0,086)
-0,330 (-0,401;
-0,389 (-0,458;
functioneren, HAQ-DI
-0,259)**
-0,320)**
(95%-BI)
* p<0.0001; versus placebo met meervoudige imputatie.
** Vergelijking t.o.v. placebo werd niet aangepast voor multipliciteit.
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; VAS: Visual Analog Scale; HAQ-DI: Health Assessment
Questionnaire ­ Disability Index.
Verbeteringen in ASAS 20 en ASAS 40 werden waargenomen vanaf week 4 en werden behouden tot
52 weken voor beide secukinumab doses.

Lichamelijk functioneren en gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven
In PsA-onderzoek 2 en PsA-onderzoek 3 lieten patiënten die behandeld werden met secukinumab
150 mg (p=0,0555 en p<0,0001) en 300 mg (p=0,0040 en p<0,0001) in respectievelijk week 24 en
week 16 een verbetering in lichamelijk functioneren zien ten opzichte van patiënten die placebo
kregen, zoals gemeten met de Health Assessment Questionnaire-Disability Index (HAQ-DI).
Verbeteringen in HAQ-DI-scores werden waargenomen ongeacht eerdere blootstelling aan anti-TNF.
In PsA-onderzoek 1 werden vergelijkbare responsen gezien.
De met secukinumab behandelde patiënten meldden significante verbeteringen van de
gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten met de Short Form-36 Health Survey
Physical Component Summary (SF-36 PCS)-score (p<0,001). Er zijn ook statistisch significante
verbeteringen aangetoond in verkennende eindpunten zoals gemeten met de Functional Assessment of
Chronic Illness Therapy - Fatigue (FACIT-F)-scores voor 150 mg en 300 mg in vergelijking met
placebo (respectievelijk 7,97, 5,97 versus 1,63) en deze verbeteringen hielden aan tot week 104 in
PsA-onderzoek 2.
Vergelijkbare responsen werden in PsA-onderzoek 1 waargenomen en de werkzaamheid hield aan tot
week 52.
Axiale spondyloartritis (axSpA)
Spondylitis ankylopoetica (AS) / röntgenologische axiale spondyloartritis
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld in drie gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde fase III-onderzoeken bij 816 patiënten met actieve spondylitis
ankylopoetica (AS) met een Bath Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index (BASDAI) van 4
ondanks behandeling met niet-steroïde, anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID's),
corticosteroïden of `disease-modifying antirheumatic drugs' (DMARD's). De mediane tijd sinds de
diagnose van AS bedroeg bij de patiënten in onderzoek 1 naar spondylitis ankylopoetica
(AS-onderzoek 1) en onderzoek 2 naar spondylitis ankylopoetica (AS-onderzoek 2) 2,7 tot 5,8 jaar.
Voor beide onderzoeken was het primaire eindpunt een verbetering van ten minste 20% van de
Assessment of SpondyloArthritis International Society (ASAS 20)-criteria in week 16.
Klinische respons in AS-onderzoek 2 op week 16

Placebo
75 mg
150 mg
Uitkomst (p-waarde versus placebo)
(n = 74)
(n = 73)
(n = 72)
ASAS 20-respons, %
28,4
41,1
61,1***
ASAS 40-respons, %
10,8
26,0
36,1***
hsCRP, (post-BSL/BSL-ratio)
1,13
0,61
0,55***
ASAS 5/6, %
8,1
34,2
43,1***
ASAS gedeeltelijke remissie, %
4,1
15,1
13,9
BASDAI 50, %
10,8
24,7*
30,6**
ASDAS-CRP aanzienlijke
verbetering
4,1
15,1*
25,0***
* p<0,05, ** p<0,01, *** p<0,001; versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie, behalve voor BASDAI 50 en ASDAS-CRP.
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van ontbrekend binair eindpunt.
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; hsCRP: high-sensitivity C-reactive protein; ASDAS: Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Score; BSL: baseline

Klinische respons in het PREVENT-onderzoek op week 16

Uitkomst (p-waarde versus placebo)
Placebo
150 mg1
Aantal gerandomiseerde anti-TNF-naïeve
171
164
patiënten
ASAS 40-respons, %
29,2
41,5*
Totaal aantal gerandomiseerde patiënten
186
185
ASAS 40-respons, %
28,0
40,0*
ASAS 5/6, %
23,7
40,0*
BASDAI, LS gemiddelde verandering ten
-1,46
-2,35*
opzichte van de BSL-score
BASDAI 50, %
21,0
37,3*
hsCRP, (post-BSL/BSL-ratio)
0,91
0,64*
ASAS 20-respons, %
45,7
56,8*
ASAS partiële remissie, %
7,0
21,6*
*p<0,05 versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf
gedefinieerde hiërarchie
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van een ontbrekend binair eindpunt.
1secukinumab 150 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke maand
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; BSL: baseline; hsCRP: high-sensitivity C-reactief proteïne; LS:
kleinste kwadraten (least square)
De werking van 150 mg secukinumab trad al in week 3 op voor ASAS 40 bij anti-TNF-naïeve
patiënten (superieur aan placebo) in het PREVENT-onderzoek. Het percentage patiënten dat een
ASAS 40-respons bereikte in anti-TNF-naïeve patiënten wordt per bezoek weergegeven in figuur 3.
Figuur 3
ASAS 40-responsen bij anti-TNF-naïeve patiënten in het PREVENT-onderzoek in
de tijd tot en met week 16

Percentage
responders
Tijd (weken)
Secukinumab 150 mg met oplaaddosis
Placebo
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 1

Randomisatie
Beschrijving Secukinumab Secukinumab Placebo Etanercept Totaal
strata
lage dosis
hoge dosis



n=40
n=40
n=41
n=41
N=162
Leeftijd
6-<12 jaar
8
9
10
10
37
12-<18 jaar
32
31
31
31
125
Gewicht
<25 kg
2
3
3
4
12
25-<50 kg
17
15
17
16
65
50 kg
21
22
21
21
85
Patiënten die waren gerandomiseerd naar placebo en non-responders waren in week 12 werden
overgezet naar de groep met ofwel de lage dosis ofwel de hoge dosis secukinumab (dosis gebaseerd op
lichaamsgewicht groep) en kregen onderzoeksmedicatie in week 12, 13, 14, en 15, gevolgd door
dezelfde dosis elke 4 weken te beginnen in week 16. De co-primaire eindpunten waren het percentage
patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score 0 of 1 (`gaaf' of `bijna gaaf')
bereikten op week 12.
Tijdens de placebogecontroleerde periode van 12 weken was de werkzaamheid van zowel de lage als
de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar wat betreft de co-primaire eindpunten. De geschatte
oddsratio's in het voordeel van beide secukinumab-doseringen waren statistisch significant voor de
PASI 75- en IGA mod 2011 0/1-scores.
Alle patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid en veiligheid gedurende de 52 weken na de eerste
dosis. Het percentage patiënten dat een PASI 75-respons en IGA mod 2011-score 0 of 1 (`gaaf' of
`bijna gaaf') bereikte toonde een scheiding tussen de secukinumab behandelingsgroepen en placebo bij
het eerste post-baseline bezoek op week 4; het verschil werd steeds duidelijker op week 12. De
respons bleef gedurende de gehele periode van 52 weken aanhouden (zie tabel 14). Verbetering in
PASI 50-, 90-, 100-responspercentages en Children's Dermatology Life Quality Index (CDLQI)-
scores 0 of 1 hielden eveneens aan gedurende de gehele periode van 52 weken.
Bovendien waren de PASI 75-, IGA 0- of 1-, PASI 90-responspercentages in weken 12 en 52 voor
zowel de behandelingsgroepen met de lage dosis als de hoge dosis secukinumab hoger dan de
percentages voor patiënten die behandeld werden met etanercept (zie tabel 14).
Na week 12 was de werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar
hoewel de werkzaamheid van de hoge dosis hoger was bij patiënten 50 kg. De veiligheidsprofielen
van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het veiligheidsprofiel bij
volwassen patiënten met plaque psoriasis.
Samenvatting van de klinische respons bij ernstige pediatrische psoriasis in week 12
en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 1)*


Respons Vergelijking behandeling
'test'
'controle'
oddsratio

criterium 'test' vs. 'controle'
n**/m (%)
n**/m (%)
schatting (95%-BI) p-waarde
In week 12***
PASI 75 secukinumab lage dosis vs. placebo
32/40 (80,0) 6/41 (14,6)
25,78 (7,08-114,66)
<0,0001

secukinumab hoge dosis vs. placebo 31/40 (77,5) 6/41 (14,6)
22,65 (6,31-98,93)
<0,0001

secukinumab lage dosis vs. etanercept 32/40 (80,0) 26/41 (63,4)
2,25 (0,73-7,38)

secukinumab hoge dosis vs. etanercept 31/40 (77,5) 26/41 (63,4)
1,92 (0,64-6,07)

IGA 0/1 secukinumab lage dosis vs. placebo
28/40 (70,0)
2/41 (4,9)
51,77 (10,02-538,64) <0,0001

secukinumab hoge dosis vs. placebo 24/40 (60,0)
2/41 (4,9)
32,52 (6,48-329,52)
<0,0001

secukinumab lage dosis vs. etanercept 28/40 (70,0) 14/41 (34,1)
4,49 (1,60-13,42)

secukinumab hoge dosis vs. etanercept 24/40 (60,0) 14/41 (34,1)
2,86 (1,05-8,13)

PASI 90 secukinumab lage dosis vs. placebo
29/40 (72,5)
1/41 (2,4)
133,67 (16,83-6395,22) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. placebo 27/40 (67,5)
1/41 (2,4)
102,86 (13,22-4850,13) <0,0001
secukinumab lage dosis vs. etanercept 29/40 (72,5) 12/41 (29,3)
7,03 (2,34-23,19)

secukinumab hoge dosis vs. etanercept 27/40 (67,5) 12/41 (29,3)
5,32 (1,82-16,75)

In week 52
PASI 75 secukinumab lage dosis vs. etanercept 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,12 (0,91-12,52)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,09 (0,90-12,39)

IGA 0/1 secukinumab lage dosis vs. etanercept 29/40 (72,5) 23/41 (56,1)
2,02 (0,73-5,77)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 30/40 (75,0) 23/41 (56,1)
2,26 (0,81-6,62)

PASI 90 secukinumab lage dosis vs. etanercept 30/40 (75,0) 21/41 (51,2)
2,85 (1,02-8,38)
secukinumab hoge dosis vs. etanercept 32/40 (80,0) 21/41 (51,2)
3,69 (1,27-11,61)
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
** n is het aantal responders, m = aantal evalueerbare patiënten
*** verlengd venster voor bezoek in week 12
Oddsratio, 95%-betrouwbaarheidsinterval en p-waarde zijn afkomstig van een exact logistisch regressiemodel met
behandelingsgroep, baseline lichaamsgewichtscategorie en leeftijdscategorie als factoren
Een hoger percentage pediatrische patiënten die behandeld werden met secukinumab meldde
verbetering in gezondheidsgerelateerde levenskwaliteit zoals gemeten door een CDLQI-score van 0 of
1 vergeleken met placebo in week 12 (lage dosis 44,7%, hoge dosis 50%, placebo 15%). Over de
gehele behandelperiode en tot en met week 52 scoorden de beide dosisgroepen met secukinumab
numeriek hoger dan de groep met etanercept (lage dosis 60,6%, hoge dosis 66,7%, etanercept 44,4%).
Matige tot ernstige plaque psoriasis
Op basis van de aangetoonde werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie bij volwassen patiënten
met matige tot ernstige plaque psoriasis en de overeenkomst van het ziekteverloop, pathofysiologie en
het geneesmiddeleffect bij volwassen en pediatrische patiënten bij dezelfde blootstellingsniveaus,
werd secukinumab voorspeld werkzaam te zijn voor de behandeling van pediatrische patiënten met
matige plaque psoriasis.
Daarbij werd de veiligheid en de werkzaamheid van secukinumab onderzocht in een open-label, twee-
armig, multicenter fase III-onderzoek met parallelle groepen bij pediatrische patiënten van 6 tot
18 jaar oud met matige tot ernstige plaque psoriasis, gedefinieerd als een PASI-score 12, een IGA
mod 2011-score van 3, en 10% van de BSA aangedaan door psoriasis, die in aanmerking kwamen
voor systemische therapie.
Het pediatrisch psoriasis-onderzoek 2 onderzocht 84 patiënten die gerandomiseerd werden naar een
lage dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <50 kg or 150 mg voor een
lichaamsgewicht 50 kg) of een hoge dosis secukinumab (75 mg voor een lichaamsgewicht <25 kg,
150 mg voor een lichaamsgewicht tussen 25 kg en <50 kg, of 300 mg voor een lichaamsgewicht
50 kg) in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken. Patiëntverdeling volgens
gewicht en leeftijd bij randomisatie wordt weergegeven in tabel 15.
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 2

Subgroepen
Beschrijving
Secukinumab
Secukinumab
Totaal
lage dosis
hoge dosis

n=42
n=42
N=84
Leeftijd
6-<12 jaar
17
16
33
12-<18 jaar
25
26
51
Gewicht
<25 kg
4
4
8
25-<50 kg
13
12
25
50 kg
25
26
51
De co-primaire eindpunten waren de percentages patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod
2011-score van 0 of 1 (`gaaf' of `bijna gaaf') bereikten op week 12.
De werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab was vergelijkbaar en toonde een
statistisch significante verbetering aan vergeleken met de historische placebogroep wat betreft de co-
primaire eindpunten. De geschatte posterieure waarschijnlijkheid van een positief behandelingseffect
was 100%.
Patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid gedurende een periode van 52 weken na de eerste
toediening. Werkzaamheid (gedefinieerd als een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0
of 1 (`gaaf' of `bijna gaaf') werd al waargenomen in het eerste post-baseline bezoek op week 2 en het
aantal patiënten dat een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0 of 1 (`gaaf' of `bijna
gaaf') bereikte, steeg tot week 24 en hield aan tot week 52. Verbetering in PASI 90 en PASI 100 werd
tevens waargenomen in week 12, steeg tot week 24, en hield aan tot week 52 (zie tabel 16).
De veiligheidsprofielen van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het
veiligheidsprofiel bij volwassenen.
Tabel 16
Samenvatting van de klinische respons bij matige tot ernstige psoriasis bij
pediatrische patiënten in week 12 en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 2)*



Week 12
Week 52
Secukinumab Secukinumab Secukinumab Secukinumab
lage dosis
hoge dosis
lage dosis
hoge dosis
Aantal patiënten
42
42
42
42
PASI 75-respons n (%)
39 (92,9%)
39 (92,9%)
37 (88,1%)
38 (90,5%)
IGA mod 2011 `gaaf' of `bijna
33 (78,6%)
35 (83,3%)
36 (85,7%)
35 (83,3%)
gaaf'-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
29 (69%)
32 (76,2%)
32 (76,2%)
35 (83,3%)
PASI 100-respons n (%)
25 (59,5%)
23 (54,8%)
22 (52,4%)
29 (69,0%)
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
Deze uitkomsten bij de matige tot ernstige plaque psoriasis pediatrische populatie bevestigden de
hierboven vermelde predictieve aannames gebaseerd op werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie
bij volwassen patiënten.
In de groep met de lage dosis bereikte respectievelijk 50% en 70,7% van de patiënten een CDLQI 0-
of 1-score op respectievelijk week 12 en 52. In de groep met de hoge dosis bereikte respectievelijk
61,9% en 70,3% een CDLQI 0- of 1-score op respectievelijk week 12 en 52.
KaplanMeier-schattingen van de tijd tot opflakkering van de ziekte in deel 2
Percentage
patiënten met
een opflakkering
van de ziekte
(%)


Tijd (dagen)
Secukinumab ------ Placebo in deel 2 + Gecensureerd

Aantal risicopatiënten
Secukinumab
37 36 34 33 32 30 30 29 29 29 25 25 24 23 23 23 23 23 23 21 21 21 20 14 0
Placebo in deel 2 38 38 32 29 28 25 22 21 21 21 20 20 19 19 19 18 18 16 16 15 15 15 15 10 0

Tabel 17
Overlevingsanalyse van de tijd tot opflakkering van de ziekte deel 2

Secukinumab
Placebo in deel 2
(N=37)
(N=38)
Aantal opflakkeringsvoorvallen aan het eind
10 (27,0)
21 (55,3)
van deel 2, n (%)
KaplanMeierschattingen:

Mediaan, in dagen (95%BI)
NC (NC; NC)
453,0 (114,0; NC)
Zonder opflakkering na 6 maanden (95%BI)
85,8 (69,2; 93,8)
60,1 (42,7; 73,7)
Zonder opflakkering na 12 maanden (95%BI)
76,7 (58,7; 87,6)
54,3 (37,1; 68,7)
Zonder opflakkering na 18 maanden (95%BI)
73,2 (54,6; 85,1)
42,9 (26,7; 58,1)
Hazardratio ten opzichte van placebo:
0,28 (0,13; 0,63)
schatting (95%BI)

pwaarde van de gestratificeerde logrank

<0,001**
test
De analyse werd uitgevoerd op alle gerandomiseerde patiënten die in deel 2 ten minste één dosis
van het onderzoeksgeneesmiddel kregen.
Secukinumab: alle patiënten die geen placebo gebruikten. Placebo in deel 2: alle patiënten die in
deel 2 placebo gebruikten en in andere periode(n) secukinumab. NC = niet berekenbaar. ** =
statistisch significant met eenzijdig significantieniveau 0,025.
In het openlabelgedeelte deel 1 kregen alle patiënten secukinumab tot week 12. In week 12 waren
respectievelijk 83,7%, 67,4% en 38,4% van de kinderen JIAACR50, 70 en 90responders (figuur 5).
De aanvang van de werking van secukinumab trad al op in week 1. In week 12 was de
JADAS27score 4,64 (SD: 4,73) en de gemiddelde afname ten opzichte van baseline in JADAS27
was -10,487 (SD: 7,23).
JIAACR30/50/70/90respons voor proefpersonen tot week 12 in deel 1*



Percentage
responders



Tijd (weken)
Tijd (weken)

*nonresponder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden te verwerken
De gegevens in de leeftijdsgroep van 2 tot <6 waren niet eenduidig door het lage aantal patiënten
onder de 6 jaar dat werd opgenomen in het onderzoek.
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten af te zien van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met Cosentyx bij plaque psoriasis bij pediatrische
patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 6 jaar en bij chronische idiopathische artritis bij
pediatrische patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 2 jaar (zie rubriek 4.2 voor informatie over
pediatrisch gebruik).
5.2 Farmacokinetische eigenschappen

De meeste farmacokinetische eigenschappen waargenomen bij patiënten met plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en spondylitis ankylopoetica waren vergelijkbaar.
Absorptie
Na een enkelvoudige, subcutane dosis van 300 mg, als vloeistofformulering toegediend aan gezonde
vrijwilligers, bereikte secukinumab tussen 2 en 14 dagen na toediening piekserumconcentraties van
43,2 ± 10,4 g/ml.
Op grond van een farmacokinetische populatieanalyse bereikte secukinumab na een enkelvoudige,
subcutane dosis van 150 mg of 300 mg bij patiënten met plaque psoriasis piekserumconcentraties van
respectievelijk 13,7 ± 4,8 µg/ml of 27,3 ± 9,5 µg/ml tussen 5 en 6 dagen na dosistoediening.
Na initiële wekelijkse toediening gedurende de eerste maand bedroeg de periode om de maximale
concentratie te bereiken 31 tot 34 dagen, op grond van een farmacokinetische populatieanalyse.
Op grond van simulatiegegevens waren de piekconcentraties bij steady-state (Cmax, ss) na subcutane
toediening van 150 mg of 300 mg respectievelijk 27,6 µg/ml en 55,2 µg/ml. Farmacokinetische
populatieanalyse duidt erop dat bij regimes met maandelijkse toediening na 20 weken steady-state
wordt bereikt.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen
Trehalosedihydraat
Histidine
Histidinehydrochloride-monohydraat
Methionine
Polysorbaat 80
Water voor injecties
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3 Houdbaarheid
18 maanden
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.


HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland



NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
EU/1/14/980/002
EU/1/14/980/003
EU/1/14/980/006
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
EU/1/14/980/008-009
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
EU/1/14/980/004
EU/1/14/980/005
EU/1/14/980/007
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
EU/1/14/980/010-011

9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING

Datum van eerste verlening van de vergunning: 15 januari 2015
Datum van laatste verlenging: 03 september 2019

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST

Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie

2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke injectieflacon met poeder bevat 150 mg secukinumab. Na reconstitutie bevat 1 ml oplossing
150 mg secukinumab.
Secukinumab is een recombinant, volledig humaan, monoklonaal antilichaam geproduceerd in
ovariumcellen van de Chinese hamster (Chinese Hamster Ovary, CHO).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Poeder voor oplossing voor injectie
Het poeder is een wit, vast lyofilisaat.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties
Plaque psoriasis bij volwassen patiënten
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige plaque psoriasis bij volwassenen
die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Plaque psoriasis bij pediatrische patiënten
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige plaque psoriasis bij kinderen en
adolescenten vanaf 6 jaar die in aanmerking komen voor systemische therapie.
Arthritis psoriatica
Cosentyx, alleen of in combinatie met methotrexaat (MTX), is geïndiceerd voor de behandeling van
actieve arthritis psoriatica bij volwassen patiënten die een inadequate respons vertoonden op eerdere
behandeling met `disease-modifying antirheumatic drugs' (DMARD's) (zie rubriek 5.1).
Axiale spondyloartritis (axSpA)
Spondylitis ankylopoetica (AS, röntgenologische axiale spondyloartritis)
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van actieve spondylitis ankylopoetica bij volwassenen
bij wie de respons op conventionele behandeling inadequaat was.
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis (nr-axSpA)
Cosentyx is geïndiceerd voor de behandeling van actieve niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
met objectieve tekenen van ontsteking in de vorm van verhoogd C-reactief proteïne (CRP) en/of
bewijs op Magnetic Resonance Imaging (MRI) bij volwassenen bij wie de respons op niet-steroïde
anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID's) inadequaat was.
Aanbevolen dosis voor plaque psoriasis bij pediatrische patiënten

Lichaamsgewicht op het moment van toediening Aanbevolen dosis
<25 kg
75 mg
25 tot <50 kg
75 mg
150 mg (*mag verhoogd worden
50 kg
tot 300 mg)
*Sommige patiënten kunnen bijkomend voordeel hebben van de hogere dosis.
Cosentyx is mogelijk beschikbaar in andere sterktes/presentaties afhankelijk van de individuele
behandelingsbehoeften.
Arthritis psoriatica
Bij patiënten die tevens matige tot ernstige plaque psoriasis hebben, wordt verwezen naar de
aanbeveling voor plaque psoriasis bij volwassen patiënten.
Bij patiënten die een inadequate respons vertonen op behandeling met anti-TNF, is de aanbevolen
dosis 300 mg door middel van subcutane injectie met initiële toediening in week 0, 1, 2, 3 en 4,
gevolgd door maandelijkse onderhoudsdosering. Elke dosis van 300 mg wordt gegeven als twee
subcutane injecties van 150 mg.
Aanbevolen dosis voor juveniele idiopathische artritis

Lichaamsgewicht op het moment van toediening Aanbevolen dosis
<50 kg
75 mg
50 kg
150 mg
Cosentyx is mogelijk beschikbaar in andere sterktes en/of presentaties afhankelijk van de individuele
behandelingsbehoeften.
Uit beschikbare gegevens blijkt dat een klinische respons bij alle bovenstaande indicaties doorgaans
wordt bereikt binnen 16 weken behandeling. Men dient te overwegen de behandeling te staken bij
patiënten die na 16 weken behandeling geen respons vertonen. Bij sommige patiënten met een
aanvankelijk partiële respons kan vervolgens een verbetering optreden wanneer de behandeling langer
dan 16 weken wordt voortgezet.
Speciale populaties
Oudere patiënten (65 jaar en ouder)
Er is geen dosisaanpassing vereist (zie rubriek 5.2).
Nierfunctiestoornis / leverfunctiestoornis
Cosentyx is niet in deze patiëntenpopulaties onderzocht. Er kan geen dosering worden aanbevolen.
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Cosentyx bij kinderen jonger dan 6 jaar met plaque psoriasis en in
twee categorieën van juveniele idiopathische artritis (JIA), ERA en JPsA, zijn niet vastgesteld.
De veiligheid en werkzaamheid van Cosentyx bij kinderen jonger dan 18 jaar voor andere indicaties
zijn nog niet vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.

Overzicht van bijwerkingen in klinische onderzoeken1) en postmarketingervaring

Systeem/orgaanklasse
Frequentie
Bijwerking
Infecties en parasitaire
Zeer vaak
Bovensteluchtweginfecties
aandoeningen
Vaak
Orale herpes
Tinea pedis
Soms
Orale candidiasis
Otitis externa
Ondersteluchtweginfecties
Niet bekend
Mucosale en cutane candidiasis (waaronder
oesofageale candidiasis)
Bloed- en
Soms
Neutropenie
lymfestelselaandoeningen
Immuunsysteemaandoeningen Zelden
Anafylactische reacties
Zenuwstelselaandoeningen
Vaak
Hoofdpijn
Oogaandoeningen
Soms
Conjunctivitis
Ademhalingsstelsel-, borstkas- Vaak
Rinorroe
en mediastinumaandoeningen
Maagdarmstelselaandoeningen Vaak
Diarree
Vaak
Misselijkheid
Soms
Inflammatoire darmziekte
Huid- en
Soms
Urticaria
onderhuidaandoeningen
Dyshidrotisch eczeem
Zelden
Exfoliatieve dermatitis 2)
Overgevoeligheidsvasculitis
Algemene aandoeningen en
Vaak
Vermoeidheid
toedieningsplaatsstoornissen
1) Placebogecontroleerde klinische onderzoeken (fase III) bij patiënten met plaque psoriasis, PsA,
AS en nr-axSpA die werden blootgesteld aan 300 mg, 150 mg, 75 mg of placebo gedurende
maximaal 12 weken (psoriasis) of 16 weken (PsA, AS en nr-axSpA) behandeling.
2) Er werden gevallen gemeld bij patiënten met de diagnose psoriasis.
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Infecties
In de placebogecontroleerde periode van klinische onderzoeken naar plaque psoriasis (in totaal werden
1.382 patiënten behandeld met secukinumab en 694 patiënten behandeld met placebo gedurende
maximaal 12 weken) werden bij 28,7% van de met secukinumab behandelde patiënten infecties
gemeld, vergeleken met 18,9% van de met placebo behandelde patiënten. De meeste infecties waren
niet-ernstige bovensteluchtweginfecties en licht tot matig van aard, zoals nasofaryngitis, waardoor het
staken van de behandeling niet noodzakelijk was. Er was een toename van mucosale of cutane
candidiasis, overeenkomend met het werkingsmechanisme, maar de gevallen waren licht of matig van
aard, niet-ernstig, reageerden op standaardbehandeling en vereisten geen stopzetting van de
behandeling. Ernstige infecties deden zich voor bij 0,14% van de met secukinumab behandelde
patiënten en bij 0,3% van de met placebo behandelde patiënten (zie rubriek 4.4).
Gedurende de gehele behandelperiode (in totaal werden 3.430 patiënten behandeld met secukinumab
gedurende maximaal 52 weken voor de meeste patiënten) werden infecties gemeld bij 47,5% van de
met secukinumab behandelde patiënten (0,9 per patiëntjaar van follow-up). Ernstige infecties werden
gemeld bij 1,2% van de met secukinumab behandelde patiënten (0,015 per patiëntjaar van follow-up).
De infectiepercentages die werden waargenomen in klinische onderzoeken naar arthritis psoriatica en
axiale spondyloartritis (spondylitis ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis)
waren vergelijkbaar met die waargenomen in de onderzoeken naar psoriasis.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Immunosuppressiva, interleukineremmers, ATC-code: L04AC10

Werkingsmechanisme
Secukinumab is een volledig humaan IgG1/-monoklonaal antilichaam dat selectief bindt aan de pro-
inflammatoire cytokine interleukine-17A (IL-17A) en deze neutraliseert. Secukinumab is gericht tegen
IL-17A en remt de interactie ervan met de IL-17-receptor; deze receptor komt op diverse celtypen tot
expressie, waaronder keratinocyten. Hierdoor remt secukinumab de afgifte van pro-inflammatoire
cytokines, chemokinen en mediatoren van weefselbeschadiging en vermindert het de
IL-17A-gemedieerde bijdragen aan auto-immuunaandoeningen en inflammatoire ziekten. Klinisch
relevante hoeveelheden secukinumab bereiken de huid en verlagen de lokale inflammatoire markers.
Het directe gevolg van behandeling met secukinumab is een afname van erytheem, verharding en
schilfering die aanwezig zijn in de laesies van plaque psoriasis.
IL-17A is een van nature voorkomende cytokine die betrokken is bij normale ontstekings- en
immuunreacties. IL-17A speelt een sleutelrol bij de pathogenese van plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en axiale spondyloartritis (spondylitis ankylopoetica en niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis), en wordt bij patiënten met plaque psoriasis wel in de huidlaesies maar niet in niet-
aangedane huid opgereguleerd en bij patiënten met arthritis psoriatica in het synoviale weefsel. Het
aantal IL-17-producerende cellen was ook significant hoger in het subchondrale beenmerg van
facetgewrichten van patiënten met spondylitis ankylopoetica. Verhoogde aantallen IL-17A-
producerende lymfocyten werden tevens gevonden bij patiënten met niet-röntgenologische axiale
spondyloartritis. Van inhibitie van IL-17A werd aangetoond dat het effectief is in de behandeling van
spondylitis ankylopoetica, en daarmee werd de sleutelrol van dit cytokine in axiale spondyloartritis
vastgesteld.
Farmacodynamische effecten
In eerste instantie stijgen de serumspiegels van totaal IL-17A (vrij en aan secukinumab gebonden
IL-17A) bij patiënten die secukinumab krijgen toegediend. Hierna volgt een langzame daling door de
verminderde klaring van aan secukinumab gebonden IL-17A; dit wijst erop dat secukinumab selectief
vrij IL-17A, dat een belangrijke rol speelt bij de pathogenese van plaque psoriasis, wegvangt.
In een onderzoek met secukinumab werd na één tot twee weken behandeling een significante afname
waargenomen van infiltrerende epidermale neutrofielen en diverse met neutrofielen geassocieerde
markers die in huidlaesies van patiënten met plaque psoriasis verhoogd zijn.
Het is aangetoond dat secukinumab de gehaltes C-reactief proteïne, een ontstekingsmarker, verlaagt
(binnen 1 tot 2 weken behandeling).


Samenvatting van PASI 50/75/90/100 & IGA mod 2011 klinische respons 'gaaf'
of 'bijna gaaf' in de psoriasisonderzoeken 1, 3 en 4 (ERASURE, FEATURE en
JUNCTURE)



Week 12
Week 16
Week 52

Placebo 150 mg
300 mg
150 mg
300 mg
150 mg
300 mg
Onderzoek 1
Aantal patiënten
246
244
245
244
245
244
245
PASI 50-respons n (%)
22
203
222
212
224
187
207
(8,9%)
(83,5%)
(90,6%)
(87,2%)
(91,4%)
(77%)
(84,5%)
PASI 75-respons n (%)
11
174
200
188
211
146
182
(4,5%)
(71,6%)** (81,6%)** (77,4%)
(86,1%)
(60,1%)
(74,3%)
PASI 90-respons n (%)
3 (1,2%)
95
145
130
171
88
147
(39,1%)** (59,2%)** (53,5%)
(69,8%)
(36,2%)
(60,0%)
PASI 100-respons n (%)
2 (0,8%)
31
70
51
102
49
96
(12,8%)
(28,6%)
(21,0%)
(41,6%)
(20,2%)
(39,2%)
IGA mod 2011-respons
6
125
160
142
180
101
148
'gaaf' of 'bijna gaaf'
(2,40%)
(51,2%)** (65,3%)** (58,2%)
(73,5%)
(41,4%)
(60,4%)
n (%)
Onderzoek 3
Aantal patiënten
59
59
58
-
-
-
-
PASI 50-respons n (%)
3 (5,1%)
51
51
-
-
-
-
(86,4%)
(87,9%)
PASI 75-respons n (%)
0 (0,0%)
41
44
-
-
-
-
(69,5%)** (75,9%)**
PASI 90-respons n (%)
0 (0,0%)
27
35
-
-
-
-
(45,8%)
(60,3%)
PASI 100-respons n (%)
0 (0,0%)
5
25
-
-
-
-
(8,5%)
(43,1%)
IGA mod 2011-respons
0 (0,0%)
31
40
-
-
-
-
'gaaf' of 'bijna gaaf'
(52,5%)** (69,0%)**
n (%)
Onderzoek 4
Aantal patiënten
61
60
60
-
-
-
-
PASI 50-respons n (%)
5 (8,2%)
48
58
-
-
-
-
(80,0%)
(96,7%)
PASI 75-respons n (%)
2 (3,3%)
43
52
-
-
-
-
(71,7%)** (86,7%)**
PASI 90-respons n (%)
0 (0,0%)
24
33
-
-
-
-
(40,0%)
(55,0%)
PASI 100-respons n (%)
0 (0,0%)
10
16
-
-
-
-
(16,7%)
(26,7%)
IGA mod 2011-respons
0 (0,0%)
32
44
-
-
-
-
'gaaf' of 'bijna gaaf'
(53,3%)** (73,3%)**
n (%)
* De IGA mod 2011 is een schaal met 5 categorieën, te weten '0 = gaaf', '1 = bijna gaaf', '2 = licht', '3 =
matig' of '4 = ernstig', die de algehele beoordeling van de arts weergeeft van de ernst van psoriasis met de
nadruk op verharding, erytheem en schilfering. Bij het behandelsucces 'gaaf' of 'bijna gaaf' waren er geen
verschijnselen van psoriasis of normale tot roze verkleuring van de laesies, geen verdikking van de plaque
en geen tot minimale focale schilfering.
** p-waarden versus placebo en gecorrigeerd voor multipliciteit: p<0,0001.

Samenvatting van de klinische respons in psoriasisonderzoek 2 (FIXTURE)


Week 12
Week 16
Week 52

Placebo
150 mg
300 mg
Etanercept
150 mg
300 mg
Etanercept
150 mg
300 mg
Etanercept
Aantal
324
327
323
323
327
323
323
327
323
323
patiënten
PASI 50-
49
266
296
226
290
302
257 (79,6%)
249
274
234 (72,4%)
respons n
(15,1%)
(81,3%)
(91,6%)
(70,0%)
(88,7%)
(93,5%)
(76,1%)
(84,8%)
(%)
PASI 75-
16
219
249
142
247
280
189 (58,5%)
215
254
179 (55,4%)
respons n
(4,9%)
(67,0%)
(77,1%)
(44,0%)
(75,5%)
(86,7%)
(65,7%)
(78,6%)
(%)
**
**
PASI 90-
5 (1,5%)
137
175
67 (20,7%)
176
234
101 (31,3%)
147
210
108 (33,4%)
respons n
(41,9%)
(54,2%)
(53,8%)
(72,4%)
(45,0%)
(65,0%)
(%)
PASI 100-
0 (0%)
47
78
14 (4,3%)
84
119
24 (7,4%)
65
117
32 (9,9%)
respons n
(14,4%)
(24,1%)
(25,7%)
(36,8%)
(19,9%)
(36,2%)
(%)
IGA mod
9 (2,8%)
167
202
88 (27,2%)
200
244
127 (39,3%)
168
219
120 (37,2%)
2011-respons
(51,1%)
(62,5%)
(61,2%)
(75,5%)
(51,4%)
(67,8%)
'gaaf' of
**
**
'bijna gaaf'
n (%)
** p-waarden versus etanercept: p=0,0250
In een additioneel psoriasisonderzoek (CLEAR) werden 676 patiënten beoordeeld. Secukinumab
300 mg bereikte de primaire en secundaire eindpunten door superioriteit aan te tonen ten opzichte van
ustekinumab gebaseerd op de PASI 90-respons in week 16 (primaire eindpunt), de snel intredende
PASI 75-respons in week 4 en de langetermijn PASI 90-respons in week 52. Een grotere effectiviteit
van secukinumab vergeleken met ustekinumab werd vroeg waargenomen voor de eindpunten
PASI 75/90/100 en IGA mod 2011 0- of 1-respons ('gaaf' of 'bijna gaaf') en zette zich voort tot
week 52.
Tabel 6
Samenvatting van de klinische respons in het CLEAR-onderzoek


Week 4
Week 16
Week 52

Secukinumab
Ustekinumab*
Secukinumab
Ustekinumab*
Secukinumab
Ustekinumab*
300 mg
300 mg
300 mg
Aantal patiënten 334
335
334
335
334
335
PASI 75-
166 (49,7%)**
69 (20,6%)
311 (93,1%)
276 (82,4%)
306 (91,6%)
262 (78,2%)
respons n (%)
PASI 90-
70 (21,0%)
18 (5,4%)
264 (79,0%)**
192 (57,3%)
250
203 (60,6%)
respons n (%)
(74,9%)***
PASI 100-
14 (4,2%)
3 (0,9%)
148 (44,3%)
95 (28,4%)
150 (44,9%)
123 (36,7%)
respons n (%)
IGA mod 2011-
128 (38,3%)
41 (12,2%)
278 (83,2%)
226 (67,5%)
261 (78,1%)
213 (63,6%)
respons 'gaaf'
of 'bijna gaaf'
n (%)
* Patiënten behandeld met secukinumab kregen 300 mg doses in week 0, 1, 2, 3 en 4, gevolgd door dezelfde dosis
elke 4 weken tot week 52. Patiënten behandeld met ustekinumab kregen 45 mg of 90 mg in week 0 en 4, en dan
elke 12 weken tot week 52 (gedoseerd op basis van gewicht in lijn met de goedgekeurde dosering)
** p-waarden versus ustekinumab: p<0,0001 voor het primaire eindpunt van PASI 90 in week 16 en het secundaire eindpunt
van PASI 75 in week 4
*** p-waarden versus ustekinumab: p=0,0001 voor het secundaire eindpunt van PASI 90 in week 52
Secukinumab was werkzaam bij systemische behandeling-naïeve patiënten, biologicals-naïeve
patiënten, aan biologicals/anti-TNF blootgestelde patiënten en patiënten bij wie sprake was van falen
van biologicals/anti-TNF. De verbeteringen in PASI 75 bij patiënten die bij aanvang ook arthritis
psoriatica hadden, kwamen overeen met die in de gehele populatie met plaque psoriasis.
Secukinumab ging gepaard met een snel intredende werkzaamheid met een afname van 50% in de
gemiddelde PASI in week 3 voor de dosis van 300 mg.
Tijdsverloop van de percentuele verandering vanaf baseline in de gemiddelde PASI-
score in onderzoek 1 (ERASURE)

PASI %-
verandering
vanaf baseline

Weken behandeling

n = aantal beoordeelbare patiënten

secukinumab 150 mg (n=243) secukinumab 300 mg (n=245)
Placebo (n=245)
Specifieke plaatsen/vormen van plaque psoriasis
In twee additionele placebo-gecontroleerde onderzoeken werd een verbetering gezien bij zowel nagel-
psoriasis (TRANSFIGURE, 198 patiënten) als palmoplantaire plaque psoriasis (GESTURE,
205 patiënten). In het TRANSFIGURE-onderzoek was secukinumab superieur aan placebo in week 16
(46,1% voor 300 mg, 38,4% voor 150 mg en 11,7% voor placebo) gemeten middels een significante
verbetering vanaf baseline in de Nail Psoriasis Severity Index (NAPSI %) bij patiënten met matige tot
ernstige plaque psoriasis bij wie ook de nagels zijn aangedaan. In het GESTURE-onderzoek was
secukinumab superieur aan placebo in week 16 (33,3% voor 300 mg, 22,1% voor 150 mg, en 1,5%
voor placebo) gemeten middels een significante verbetering van ppIGA 0- of 1-respons ('gaaf' of
'bijna gaaf') bij patiënten met matige tot ernstige palmoplantaire plaque psoriasis.
In een placebo-gecontroleerd onderzoek werden 102 patiënten onderzocht met matige tot ernstige
hoofdhuidpsoriasis, gedefinieerd als een Psoriasis Scalp Severity Index (PSSI-)score van 12, een
IGA mod 2011-score voor alleen de hoofdhuid van 3 of hoger en ten minste 30% van de
hoofdhuidoppervlakte aangedaan. Secukinumab 300 mg was superieur aan placebo in week 12,
gemeten middels een significante verbetering vanaf baseline van zowel PSSI 90-respons (52,9%
versus 2,0%) als IGA mod 2011 0- of 1-respons voor alleen de hoofdhuid (56,9% versus 5,9%).
Verbetering van beide eindpunten werd behouden voor patiënten op secukinumab die met de
behandeling doorgingen tot week 24.
Kwaliteit van leven/patiënt-gerapporteerde uitkomsten
In de DLQI (Dermatology Life Quality Index) werden in week 12 vanaf baseline (onderzoeken 1-4)
statistisch significante verbeteringen aangetoond ten opzichte van placebo. De gemiddelde afnamen
(verbeteringen) in de DLQI vanaf baseline varieerden van -10,4 tot -11,6 met secukinumab 300 mg,
van -7,7 tot -10,1 met secukinumab 150 mg, versus -1,1 tot -1,9 voor placebo in week 12. Deze
verbeteringen werden gedurende 52 weken behouden (onderzoeken 1 en 2).
Veertig procent van de deelnemers in onderzoek 1 en 2 vulde het Psoriasis Symptom Diary© in. Voor
de deelnemers in deze onderzoeken die het dagboek invulden, werden in vergelijking met placebo
statistisch significante verbeteringen in week 12 vanaf baseline aangetoond voor door patiënten
gemelde klachten en symptomen van jeuk, pijn en schilfering.
secukinumab 300 mg in weken 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 2 weken (Q2W)
tot week 52 (n=165).
·
secukinumab 300 mg in weken 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke 4 weken (Q4W)
tot week 16 (n=166).
o
Patiënten gerandomiseerd naar secukinumab 300 mg Q4W die PASI 90-responders waren
in week 16 kregen hetzelfde doseringsschema tot week 52. Patiënten gerandomiseerd
naar secukinumab 300 mg Q4W die PASI 90 non-responders waren in week 16 gingen
ofwel door met hetzelfde doseringsschema of werden toegewezen aan secukinumab
300 mg Q2W tot week 52.
Over het geheel genomen waren de werkzaamheidsresponsen in de groep die met het tweewekelijkse
schema werd behandeld hoger dan in de groep die met het vierwekelijkse schema werd behandeld
(tabel 7).
Tabel 7
Samenvatting van de klinische respons in de dosisflexibiliteitsstudie bij plaque
psoriasis*


Week 16
Week 52
secukinumab
secukinumab
secukinumab
secukinumab
300 mg Q2W
300 mg Q4W
300 mg Q2W
300 mg Q4W1


Aantal patiënten
165
166
165
83
PASI 90-respons n
121 (73,2%) **
92 (55,5%)
126 (76,4%)
44 (52,4%)
(%)
IGA mod 2011-
122 (74,2%)2
109 (65,9%)2
125 (75,9%)
46 (55,6%)
respons 'gaaf' of
'bijna gaaf' n (%)
* Meervoudige imputatie
1 300 mg Q4W:patiënten voortdurend behandeld met 300 mg Q4W ongeacht de PASI 90-responsstatus in week 16;
43 patiënten waren PASI 90-responder in week 16 en 40 patiënten waren PASI 90 non-responders in week 16
** Eenzijdige p-waarde = 0,0003 voor het primaire eindpunt van PASI 90 in week 16
2 Niet statistisch significant
Bij de PASI 90 non-responders in week 16 die opgetitreerd waren tot secukinumab 300 mg Q2W,
verbeterden de PASI 90-responspercentages in vergelijking met deze die op het secukinumab 300 mg
Q4W doseringsschema bleven, terwijl de IGA mod 2011-responspercentages in beide
behandelingsgroepen stabiel bleven in de tijd.

Klinische respons in PsA-onderzoek 2 en PsA-onderzoek 3 op week 16 en 24


PsA-onderzoek 2
PsA-onderzoek 3

Placebo
150 mg
1
300 mg
1
Placebo
150 mg
1
300 mg
1
Aantal
98
100
100
332
220
222
gerandomiseerde
patiënten
ACR20-respons




n (%)
Week 16
18
60
57
91
122
139
(18,4%)
(60,0%***) (57,0%***) (27,4%)
(55,5%***) (62,6%***)
Week 24
15
51
54
78
117
141
(15,3%)
(51,0%***) (54,0%***) (23,5%)
(53,2%***) (63,5%***)
ACR50-respons



n (%)
Week 16
6
37
35
27
79
88
(6,1%)
(37,0%***) (35,0%***) (8,1%)
(35,9%*)
(39,6%*)
Week 24
7
35
35
29
86
97
(7,1%)
(35,0%)
(35,0%**)
(8,7%)
(39,1%***) (43,7%***)
ACR70-respons



n (%)
Week 16
2
17
15
14
40
45
(2,0%)
(17,0%**)
(15,0%**)
(4,2%)
(18,2%***) (20,3%***)
Week 24
1
21
20
13
53
57
(1,0%)
(21,0%**)
(20,0%**)
(3,9%)
(24,1%***) (25,7%***)
DAS28-CRP



Week 16
-0,50
-1,45***
-1,51***
-0,63
-1,29*
-1,49*
Week 24
-0,96
-1,58**
-1,61**
-0,84
-1,57***
-1,68***
Aantal patiënten
43
58
41
162
125
110
bij wie 3% van de (43,9%)
(58,0%)
(41,0%)
(48,8%)
(56,8%)
(49,5%)
BSA bij baseline
was aangedaan
door psoriasis
PASI 75-respons




n (%)
Week 16
3
33
27
20
75
77
(7,0%)
(56,9%***) (65,9%***) (12,3%)
(60,0%*)
(70,0%*)
Week 24
7
28
26
29
80
78
(16,3%)
(48,3%**)
(63,4%***) (17,9%)
(64,0%***) (70,9%***)
PASI 90-respons



n (%)
Week 16
3
22
18
15
46
59
(7,0%)
(37,9%***) (43,9%***) (9,3%)
(36,8%*)
(53,6%*)
Week 24
4
19
20
19
51
60
(9,3%)
(32,8%**)
(48,8%***) (11,7%)
(40,8%***) (54,5%***)
Dactylitis



verdwenen n (%)
Week 16
10
21
26
40
46
54
(37%)
(65,6%*)
(56,5%)
(32,3%)
(57,5%*)
(65,9%*)
Week 24
4
16
26
42
51
52
(14,8%)
(50,0%**)
(56,5%**)
(33,9%)
(63,8%***) (63,4%***)



verdwenen n (%)
Week 16
17
32
32
68
77
78
(26,2%)
(50,0%**)
(57,1%***) (35,4%)
(54,6%*)
(55,7%*)
Week 24
14
27
27
66
77
86
(21,5%)
(42,2%*)
(48,2%**)
(34,4%)
(54,6%***) (61,4%***)
* p<0,05, ** p<0,01, *** p<0,001; versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie in week 24 voor PsA-onderzoek 2, behalve voor ACR70, dactylitis en enthesitis, die
verkennende eindpunten waren en alle eindpunten in week 16.
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie in week 16 voor PsA-onderzoek 3, behalve voor ACR70, wat een verkennend eindpunt was
en alle eindpunten in week 24.
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van ontbrekend binair eindpunt.
ACR: American College of Rheumatology; PASI: Psoriasis Area and Severity Index; DAS: Disease
Activity Score; BSA: Body Surface Area
Primaire eindpunt
1Secukinumab 150 mg of 300 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door maandelijks dezelfde dosis
Bij patiënten met dactylitis op baseline (n=27, 32, 46, respectievelijk voor PsA-onderzoek 2 en n=124,
80, 82, respectievelijk voor PsA-onderzoek 3)
Bij patiënten met enthesitis op baseline (n=65, 64, 56, respectievelijk voor PsA-onderzoek 2 en n=192,
141, 140, respectievelijk voor PsA-onderzoek 3)
De werking van secukinumab trad al na 2 weken behandeling op. Een statistisch significant verschil in
ACR20 versus placebo werd bereikt op week 3.
Figuur 2 laat het percentage patiënten dat een ACR20-respons bereikte zien per visite.
Figuur 2
ACR20-respons in PsA-onderzoek 2 in de tijd tot en met week 52
Percentage
responders

Tijd (weken)


Verandering in modified Total Sharp Score bij arthritis psoriatica


PsA-onderzoek 3
PsA-onderzoek 1

Placebo
secukinumab
secukinumab
Placebo
secukinumab
n=296
150 mg1
300 mg1
n=179
150 mg2
n=213
n=217
n=185
Totale score
Baseline

15,0
13,5
12,9
28,4
22,3
(SD)
(38,2)
(25,6)
(23,8)
(63,5)
(48,0)
Gemiddelde
0,50
0,13*
0,02*
0,57
0,13*
verandering
in week 24
*p<0,05 gebaseerd op nominale, maar niet gecorrigeerde, p-waarde
1secukinumab 150 mg of 300 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde maandelijkse dosis
210 mg/kg in week 0, 2 en 4 gevolgd door subcutane doses van 75 mg of 150 mg
De remming van structurele schade hield in PsA-onderzoek 1 bij behandeling met secukinumab aan
tot week 52.
In PsA-onderzoek 3 was het percentage patiënten zonder ziekteprogressie van randomisatie tot
week 24 (gedefinieerd als een verandering in mTSS ten opzichte van baseline van 0,5) respectievelijk
80,3%, 88,5% en 73,6% voor secukinumab 150 mg, 300 mg en placebo. Een effect van remming van
structurele schade werd waargenomen bij anti-TNF-naïeve en anti-TNF-IR-patiënten en bij
patiënten behandeld met en zonder gelijktijdig MTX.
In PsA-onderzoek 1 was het percentage patiënten zonder ziekteprogressie (gedefinieerd als een
verandering in mTSS ten opzichte van baseline van 0,5) vanaf randomisatie tot week 24 82,3% bij
secukinumab 10 mg/kg intraveneuze oplaaddosis ­ 150 mg subcutane onderhoudsdosis en 75,7% bij
placebo. Het percentage patiënten zonder ziekteprogressie vanaf week 24 tot week 52 voor
secukinumab 10 mg/kg intraveneuze oplaaddosis ­ gevolgd door 150 mg subcutane onderhoudsdosis
en voor placebopatiënten die na 16 of 24 weken werden overgezet op 75 mg of 150 mg subcutaan
iedere 4 weken, was respectievelijk 85,7% en 86,8%.
Axiale manifestaties in PsA
In een gerandomiseerd, dubbelblind, placebogecontroleerd onderzoek (MAXIMISE) is de
werkzaamheid van secukinumab beoordeeld bij 485 patiënten met PsA met axiale manifestaties die
naïef waren voor biologicals en bij wie de respons op NSAID's inadequaat was. De primaire variabele
van minstens 20% verbetering in Assessment of SpondyloArthritis International Society (ASAS 20)-
criteria in week 12 werd behaald. Behandeling met secukinumab 300 mg en 150 mg vergeleken met
placebo resulteerde tevens in een grotere verbetering van de klachten en verschijnselen (waaronder
verminderingen in spinale pijn ten opzichte van baseline) en verbetering in lichamelijk functioneren
(zie tabel 10).
Klinische respons in het MAXIMISE-onderzoek in week 12

Placebo
150 mg
300 mg
(n=164)
(n=157)
(n=164)
31,2 (24,6; 38.7)
66,3 (58,4; 73,3)*
62,9 (55,2; 70,0)*
ASAS 20-respons, %
(95%-BI)
ASAS 40-respons, %
12,2 (7,8; 18,4)
39,5 (32,1; 47,4)**
43,6 (36,2; 51,3)**
(95%-BI)
BASDAI 50, %
9,8 (5,9; 15,6)
32,7 (25,8; 40,5)**
37,4 (30,1; 45,4)**
(95%-BI)
Spinale pijn, VAS
-13,6 (-17,2; -10,0)
-28,5 (-32,2; -24,8)**
-26,5 (-30,1; -22,9)**
(95%-BI)
Lichamelijk
-0,155 (-0,224; -0,086)
-0,330 (-0,401;
-0,389 (-0,458;
functioneren, HAQ-DI
-0,259)**
-0,320)**
(95%-BI)
* p<0.0001; versus placebo met meervoudige imputatie.
** Vergelijking t.o.v. placebo werd niet aangepast voor multipliciteit.
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; VAS: Visual Analog Scale; HAQ-DI: Health Assessment
Questionnaire ­ Disability Index.
Verbeteringen in ASAS 20 en ASAS 40 werden waargenomen vanaf week 4 en werden behouden tot
52 weken voor beide secukinumab doses.
Lichamelijk functioneren en gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven
In PsA-onderzoek 2 en PsA-onderzoek 3 lieten patiënten die behandeld werden met secukinumab
150 mg (p=0,0555 en p<0,0001) en 300 mg (p=0,0040 en p<0,0001) in respectievelijk week 24 en
week 16 een verbetering in lichamelijk functioneren zien ten opzichte van patiënten die placebo
kregen, zoals gemeten met de Health Assessment Questionnaire-Disability Index (HAQ-DI).
Verbeteringen in HAQ-DI-scores werden waargenomen ongeacht eerdere blootstelling aan anti-TNF.
In PsA-onderzoek 1 werden vergelijkbare responsen gezien.
De met secukinumab behandelde patiënten meldden significante verbeteringen van de
gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, zoals gemeten met de Short Form-36 Health Survey
Physical Component Summary (SF-36 PCS)-score (p<0,001). Er zijn ook statistisch significante
verbeteringen aangetoond in verkennende eindpunten zoals gemeten met de Functional Assessment of
Chronic Illness Therapy ­ Fatigue (FACIT-F)-scores voor 150 mg en 300 mg in vergelijking met
placebo (respectievelijk 7,97, 5,97 versus 1,63) en deze verbeteringen hielden aan tot week 104 in
PsA-onderzoek 2.
Vergelijkbare responsen werden in PsA-onderzoek 1 waargenomen en de werkzaamheid hield aan tot
week 52.
Axiale spondyloartritis (axSpA)
Spondylitis ankylopoetica (AS) / röntgenologische axiale spondyloartritis
De veiligheid en werkzaamheid van secukinumab werden beoordeeld in drie gerandomiseerde,
dubbelblinde, placebogecontroleerde fase III-onderzoeken bij 816 patiënten met actieve spondylitis
ankylopoetica (AS) met een Bath Ankylosing Spondylitis Disease Activity Index (BASDAI) van 4
ondanks behandeling met niet-steroïde, anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID's),
corticosteroïden of `disease-modifying antirheumatic drugs' (DMARD's). De mediane tijd sinds de
diagnose van AS bedroeg bij de patiënten in onderzoek 1 naar spondylitis ankylopoetica
(AS-onderzoek 1) en onderzoek 2 naar spondylitis ankylopoetica (AS-onderzoek 2) 2,7 tot 5,8 jaar.
Voor beide onderzoeken was het primaire eindpunt een verbetering van ten minste 20% van de
Assessment of SpondyloArthritis International Society (ASAS 20)-criteria in week 16.
Klinische respons in AS-onderzoek 2 op week 16

Placebo
75 mg
150 mg
Uitkomst (p-waarde versus placebo)
(n = 74)
(n = 73)
(n = 72)
ASAS 20-respons, %
28,4
41,1
61,1***
ASAS 40-respons, %
10,8
26,0
36,1***
hsCRP, (post-BSL/BSL-ratio)
1,13
0,61
0,55***
ASAS 5/6, %
8,1
34,2
43,1***
ASAS gedeeltelijke remissie, %
4,1
15,1
13,9
BASDAI 50, %
10,8
24,7*
30,6**
ASDAS-CRP aanzienlijke
verbetering
4,1
15,1*
25,0***
* p<0,05, ** p<0,01, *** p<0,001; versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf gedefinieerde
hiërarchie, behalve voor BASDAI 50 en ASDAS-CRP.
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van ontbrekend binair eindpunt.
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; hsCRP: high-sensitivity C-reactive protein; ASDAS: Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Score; BSL: baseline

Klinische respons in het PREVENT-onderzoek op week 16

Uitkomst (p-waarde versus placebo)
Placebo
150 mg1
Aantal gerandomiseerde anti-TNF-naïeve
171
164
patiënten
ASAS 40-respons, %
29,2
41,5*
Totaal aantal gerandomiseerde patiënten
186
185
ASAS 40-respons, %
28,0
40,0*
ASAS 5/6, %
23,7
40,0*
BASDAI, LS gemiddelde verandering ten
-1,46
-2,35*
opzichte van de BSL-score
BASDAI 50, %
21,0
37,3*
hsCRP, (post-BSL/BSL-ratio)
0,91
0,64*
ASAS 20-respons, %
45,7
56,8*
ASAS partiële remissie, %
7,0
21,6*
*p<0,05 versus placebo
Alle p-waarden zijn gecorrigeerd voor multipliciteit van testen op basis van een vooraf
gedefinieerde hiërarchie
Non-responder imputatie is gebruikt in geval van een ontbrekend binair eindpunt.
1secukinumab 150 mg s.c. in week 0, 1, 2, 3, en 4 gevolgd door dezelfde dosis elke maand
ASAS: Assessment of SpondyloArthritis International Society Criteria; BASDAI: Bath Ankylosing
Spondylitis Disease Activity Index; BSL: baseline; hsCRP: high-sensitivity C-reactief proteïne; LS:
kleinste kwadraten (least square)
De werking van 150 mg secukinumab trad al in week 3 op voor ASAS 40 bij anti-TNF-naïeve
patiënten (superieur aan placebo) in het PREVENT-onderzoek. Het percentage patiënten dat een
ASAS 40-respons bereikte in anti-TNF-naïeve patiënten wordt per bezoek weergegeven in figuur 3.
Figuur 3
ASAS 40-responsen bij anti-TNF-naïeve patiënten in het PREVENT-onderzoek in
de tijd tot en met week 16

Percentage
responders
Tijd (weken)
Secukinumab 150 mg met oplaaddosis
Placebo
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 1

Randomisatie
Beschrijving Secukinumab Secukinumab Placebo Etanercept Totaal
strata
lage dosis
hoge dosis



n=40
n=40
n=41
n=41
N=162
Leeftijd
6-<12 jaar
8
9
10
10
37
12-<18 jaar
32
31
31
31
125
Gewicht
<25 kg
2
3
3
4
12
25-<50 kg
17
15
17
16
65
50 kg
21
22
21
21
85
Patiënten die waren gerandomiseerd naar placebo en non-responders waren in week 12 werden
overgezet naar de groep met ofwel de lage dosis ofwel de hoge dosis secukinumab (dosis gebaseerd op
lichaamsgewicht groep) en kregen onderzoeksmedicatie in week 12, 13, 14, en 15, gevolgd door
dezelfde dosis elke 4 weken te beginnen in week 16. De co-primaire eindpunten waren het percentage
patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score 0 of 1 (`gaaf' of `bijna gaaf')
bereikten op week 12.
Tijdens de placebogecontroleerde periode van 12 weken was de werkzaamheid van zowel de lage als
de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar wat betreft de co-primaire eindpunten. De geschatte
oddsratio's in het voordeel van beide secukinumab-doseringen waren statistisch significant voor de
PASI 75- en IGA mod 2011 0/1-scores.
Alle patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid en veiligheid gedurende de 52 weken na de eerste
dosis. Het percentage patiënten dat een PASI 75-respons en IGA mod 2011-score 0 of 1 (`gaaf' of
`bijna gaaf') bereikte toonde een scheiding tussen de secukinumab behandelingsgroepen en placebo bij
het eerste post-baseline bezoek op week 4; het verschil werd steeds duidelijker op week 12. De
respons bleef gedurende de gehele periode van 52 weken aanhouden (zie tabel 14). Verbetering in
PASI 50-, 90-, 100-responspercentages en Children's Dermatology Life Quality Index (CDLQI)-
scores 0 of 1 hielden eveneens aan gedurende de gehele periode van 52 weken.
Bovendien waren de PASI 75-, IGA 0- of 1-, PASI 90-responspercentages in weken 12 en 52 voor
zowel de behandelingsgroepen met de lage dosis als de hoge dosis secukinumab hoger dan de
percentages voor patiënten die behandeld werden met etanercept (zie tabel 14).
Na week 12 was de werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab vergelijkbaar
hoewel de werkzaamheid van de hoge dosis hoger was bij patiënten 50 kg. De veiligheidsprofielen
van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het veiligheidsprofiel bij
volwassen patiënten met plaque psoriasis.
Samenvatting van de klinische respons bij ernstige pediatrische psoriasis in week 12
en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 1)*


Respons Vergelijking behandeling
`test'
`controle'
oddsratio

criterium `test' vs. `controle'
n**/m (%)
n**/m (%)
schatting (95%-BI) p-waarde
In week 12***
PASI 75 secukinumab lage dosis vs. Placebo
32/40 (80,0) 6/41 (14,6)
25,78 (7,08-114,66)
<0,0001

secukinumab hoge dosis vs. Placebo 31/40 (77,5) 6/41 (14,6)
22,65 (6,31-98,93)
<0,0001

secukinumab lage dosis vs. Etanercept 32/40 (80,0) 26/41 (63,4)
2,25 (0,73-7,38)

secukinumab
hoge
dosis
vs. 31/40 (77,5) 26/41 (63,4)
1,92 (0,64-6,07)
Etanercept
IGA 0/1 secukinumab lage dosis vs. Placebo
28/40 (70,0)
2/41 (4,9)
51,77 (10,02-538,64) <0,0001

secukinumab hoge dosis vs. Placebo 24/40 (60,0)
2/41 (4,9)
32,52 (6,48-329,52)
<0,0001

secukinumab lage dosis vs. Etanercept 28/40 (70,0) 14/41 (34,1)
4,49 (1,60-13,42)

secukinumab
hoge
dosis
vs. 24/40 (60,0) 14/41 (34,1)
2,86 (1,05-8,13)
Etanercept
PASI 90 secukinumab lage dosis vs. Placebo
29/40 (72,5)
1/41 (2,4)
133,67 (16,83-6395,22) <0,0001
secukinumab hoge dosis vs. Placebo 27/40 (67,5)
1/41 (2,4)
102,86 (13,22-4850,13) <0,0001
secukinumab lage dosis vs. Etanercept 29/40 (72,5) 12/41 (29,3)
7,03 (2,34-23,19)

secukinumab
hoge
dosis
vs. 27/40 (67,5) 12/41 (29,3)
5,32 (1,82-16,75)
Etanercept
In week 52
PASI 75 secukinumab lage dosis vs. Etanercept 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,12 (0,91-12,52)
secukinumab
hoge
dosis
vs. 35/40 (87,5) 28/41 (68,3)
3,09 (0,90-12,39)
Etanercept
IGA 0/1 secukinumab lage dosis vs. Etanercept 29/40 (72,5) 23/41 (56,1)
2,02 (0,73-5,77)
secukinumab
hoge
dosis
vs. 30/40 (75,0) 23/41 (56,1)
2,26 (0,81-6,62)
Etanercept
PASI 90 secukinumab lage dosis vs. Etanercept 30/40 (75,0) 21/41 (51,2)
2,85 (1,02-8,38)
secukinumab
hoge
dosis
vs. 32/40 (80,0) 21/41 (51,2)
3,69 (1,27-11,61)
Etanercept
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
** n is het aantal responders, m = aantal evalueerbare patiënten
*** verlengd venster voor bezoek in week 12
Oddsratio, 95%-betrouwbaarheidsinterval en p-waarde zijn afkomstig van een exact logistisch regressiemodel met
behandelingsgroep, baseline lichaamsgewichtscategorie en leeftijdscategorie als factoren
Een hoger percentage pediatrische patiënten die behandeld werden met secukinumab meldde
verbetering in gezondheidsgerelateerde levenskwaliteit zoals gemeten door een CDLQI-score van 0 of
1 vergeleken met placebo in week 12 (lage dosis 44,7%, hoge dosis 50%, placebo 15%). Over de
gehele behandelperiode en tot en met week 52 scoorden de beide dosisgroepen met secukinumab
numeriek hoger dan de groep met etanercept (lage dosis 60,6%, hoge dosis 66,7%, etanercept 44,4%).
Matige tot ernstige plaque psoriasis
Op basis van de aangetoonde werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie bij volwassen patiënten
met matige tot ernstige plaque psoriasis en de overeenkomst van het ziekteverloop, pathofysiologie en
het geneesmiddeleffect bij volwassen en pediatrische patiënten bij dezelfde blootstellingsniveaus,
werd secukinumab voorspeld werkzaam te zijn voor de behandeling van pediatrische patiënten met
matige plaque psoriasis.
Daarbij werd de veiligheid en de werkzaamheid van secukinumab onderzocht in een open-label, twee-
armig, multicenter fase III-onderzoek met parallelle groepen bij pediatrische patiënten van 6 tot
18 jaar oud met matige tot ernstige plaque psoriasis, gedefinieerd als een PASI-score 12, een IGA
mod 2011-score van 3, en 10% van de BSA aangedaan door psoriasis, die in aanmerking kwamen
voor systemische therapie.
Patiëntverdeling volgens gewicht en leeftijd voor pediatrisch psoriasis-onderzoek 2

Subgroepen
Beschrijving
Secukinumab
Secukinumab
Totaal
lage dosis
hoge dosis

n=42
n=42
N=84
Leeftijd
6-<12 jaar
17
16
33
12-<18 jaar
25
26
51
Gewicht
<25 kg
4
4
8
25-<50 kg
13
12
25
50 kg
25
26
51
De co-primaire eindpunten waren de percentages patiënten die een PASI 75-respons en een IGA mod
2011-score van 0 of 1 (`gaaf' of `bijna gaaf') bereikten op week 12.
De werkzaamheid van zowel de lage als de hoge dosis secukinumab was vergelijkbaar en toonde een
statistisch significante verbetering aan vergeleken met de historische placebogroep wat betreft de co-
primaire eindpunten. De geschatte posterieure waarschijnlijkheid van een positief behandelingseffect
was 100%.
Patiënten werden gevolgd voor werkzaamheid gedurende een periode van 52 weken na de eerste
toediening. Werkzaamheid (gedefinieerd als een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0
of 1 (`gaaf' of `bijna gaaf') werd al waargenomen in het eerste post-baseline bezoek op week 2 en het
aantal patiënten dat een PASI 75-respons en een IGA mod 2011-score van 0 of 1 (`gaaf' of `bijna
gaaf') bereikte, steeg tot week 24 en hield aan tot week 52. Verbetering in PASI 90 en PASI 100 werd
tevens waargenomen in week 12, steeg tot week 24, en hield aan tot week 52 (zie tabel 16).
De veiligheidsprofielen van de lage dosis en de hoge dosis waren vergelijkbaar en consistent met het
veiligheidsprofiel bij volwassenen.
Tabel 16
Samenvatting van de klinische respons bij matige tot ernstige psoriasis bij
pediatrische patiënten in week 12 en 52 (pediatrisch psoriasis-onderzoek 2)*



Week 12
Week 52
Secukinumab Secukinumab Secukinumab Secukinumab
lage dosis
hoge dosis
lage dosis
hoge dosis
Aantal patiënten
42
42
42
42
PASI 75-respons n (%)
39 (92,9%)
39 (92,9%)
37 (88,1%)
38 (90,5%)
IGA mod 2011 `gaaf' of `bijna
33 (78,6%)
35 (83,3%)
36 (85,7%)
35 (83,3%)
gaaf'-respons n (%)
PASI 90-respons n (%)
29 (69%)
32 (76,2%)
32 (76,2%)
35 (83,3%)
PASI 100-respons n (%)
25 (59,5%)
23 (54,8%)
22 (52,4%)
29 (69,0%)
* non-responder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden op te vangen
Deze uitkomsten bij de matige tot ernstige plaque psoriasis pediatrische populatie bevestigden de
hierboven vermelde predictieve aannames gebaseerd op werkzaamheid en blootstelling-responsrelatie
bij volwassen patiënten.

KaplanMeier-schattingen van de tijd tot opflakkering van de ziekte in deel 2
Percentage
patiënten met
een opflakkering
van de ziekte
(%)


Tijd (dagen)
Secukinumab ------ Placebo in deel 2 + Gecensureerd

Aantal risicopatiënten
Secukinumab
37 36 34 33 32 30 30 29 29 29 25 25 24 23 23 23 23 23 23 21 21 21 20 14 0
Placebo in deel 2 38 38 32 29 28 25 22 21 21 21 20 20 19 19 19 18 18 16 16 15 15 15 15 10 0

Tabel 17
Overlevingsanalyse van de tijd tot opflakkering van de ziekte deel 2

Secukinumab
Placebo in deel 2
(N=37)
(N=38)
Aantal opflakkeringsvoorvallen aan het eind
10 (27,0)
21 (55,3)
van deel 2, n (%)
KaplanMeierschattingen:

Mediaan, in dagen (95%BI)
NC (NC; NC)
453,0 (114,0; NC)
Zonder opflakkering na 6 maanden (95%BI)
85,8 (69,2; 93,8)
60,1 (42,7; 73,7)
Zonder opflakkering na 12 maanden (95%BI)
76,7 (58,7; 87,6)
54,3 (37,1; 68,7)
Zonder opflakkering na 18 maanden (95%BI)
73,2 (54,6; 85,1)
42,9 (26,7; 58,1)
Hazardratio ten opzichte van placebo:
0,28 (0,13; 0,63)
schatting (95%BI)

pwaarde van de gestratificeerde logrank

<0,001**
test
De analyse werd uitgevoerd op alle gerandomiseerde patiënten die in deel 2 ten minste één dosis
van het onderzoeksgeneesmiddel kregen.
Secukinumab: alle patiënten die geen placebo gebruikten. Placebo in deel 2: alle patiënten die in
deel 2 placebo gebruikten en in andere periode(n) secukinumab. NC = niet berekenbaar. ** =
statistisch significant met eenzijdig significantieniveau 0,025.
In het openlabelgedeelte deel 1 kregen alle patiënten secukinumab tot week 12. In week 12 waren
respectievelijk 83,7%, 67,4% en 38,4% van de kinderen JIAACR50, 70 en 90responders (figuur 3).
De aanvang van de werking van secukinumab trad al op in week 1. In week 12 was de
JADAS27score 4,64 (SD: 4,73) en de gemiddelde afname ten opzichte van baseline in JADAS27
was -10,487 (SD: 7,23).
JIAACR30/50/70/90respons voor proefpersonen tot week 12 in deel 1*



Percentage
responders



Tijd (weken)
Tijd (weken)

*nonresponder imputatie werd gebruikt om ontbrekende waarden te verwerken
De gegevens in de leeftijdsgroep van 2 tot <6 waren niet eenduidig door het lage aantal patiënten
onder de 6 jaar dat werd opgenomen in het onderzoek.
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten af te zien van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met Cosentyx bij plaque psoriasis bij pediatrische
patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 6 jaar en bij chronische idiopathische artritis bij
pediatrische patiënten in de leeftijd vanaf de geboorte tot 2 jaar (zie rubriek 4.2 voor informatie over
pediatrisch gebruik).
5.2 Farmacokinetische eigenschappen

De meeste farmacokinetische eigenschappen waargenomen bij patiënten met plaque psoriasis, arthritis
psoriatica en spondylitis ankylopoetica waren vergelijkbaar.
Absorptie
Na een enkelvoudige, subcutane dosis van 300 mg, als vloeistofformulering toegediend aan gezonde
vrijwilligers, bereikte secukinumab tussen 2 en 14 dagen na toediening piekserumconcentraties van
43,2 ± 10,4 g/ml.
Op grond van een farmacokinetische populatieanalyse bereikte secukinumab na een enkelvoudige,
subcutane dosis van 150 mg of 300 mg bij patiënten met plaque psoriasis piekserumconcentraties van
respectievelijk 13,7 ± 4,8 µg/ml of 27,3 ± 9,5 µg/ml tussen 5 en 6 dagen na dosistoediening.
Na initiële wekelijkse toediening gedurende de eerste maand bedroeg de periode om de maximale
concentratie te bereiken 31 tot 34 dagen, op grond van een farmacokinetische populatieanalyse.
Op grond van simulatiegegevens waren de piekconcentraties bij steady-state (Cmax, ss) na subcutane
toediening van 150 mg of 300 mg respectievelijk 27,6 µg/ml en 55,2 µg/ml. Farmacokinetische
populatieanalyse duidt erop dat bij regimes met maandelijkse toediening na 20 weken steady-state
wordt bereikt.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen

Sacharose
Histidine
Histidinehydrochloride-monohydraat
Polysorbaat 80
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Dit geneesmiddel mag niet gemengd worden met andere geneesmiddelen dan die vermeld zijn in
rubriek 6.6.
6.3 Houdbaarheid
3 jaar
Na reconstitutie
Chemische en fysische stabiliteit na reconstitutie is aangetoond voor 24 uur bij 2ºC tot 8ºC.
Vanuit microbiologisch oogpunt moet het product onmiddellijk worden gebruikt, tenzij de
reconstitutiemethode het risico van microbiële verontreiniging uitsluit.
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren

Bewaren in de koelkast (2°C ­ 8°C).
Voor de bewaarcondities van het geneesmiddel na reconstitutie, zie rubriek 6.3.
Laat de injectieflacon met poeder op kamertemperatuur komen en zorg ervoor dat ook het
steriele water voor injecties op kamertemperatuur is.
2.
Zuig iets meer dan 1,0 ml steriel water voor injecties op in een 1 ml-wegwerpspuit met
maatverdeling en verwijder het teveel tot 1,0 ml.
3.
Verwijder de plastic dop van de injectieflacon.
4.
Steek de naald van de spuit in de injectieflacon met het poeder door het midden van de rubberen
stop en reconstitueer het poeder door langzaam 1,0 ml steriel water voor injecties in de
injectieflacon te spuiten. De stroom steriel water voor injecties moet op het poeder zijn gericht.
5.
Houd de injectieflacon schuin onder een hoek van ongeveer 45° en draai de flacon zachtjes
tussen de vingertoppen gedurende circa 1 minuut. De injectieflacon niet schudden of omkeren.
6.
Laat de injectieflacon minimaal 10 minuten bij kamertemperatuur staan zodat het poeder kan
oplossen. Houdt er rekening mee dat de oplossing kan schuimen.
7.
Houd de injectieflacon schuin onder een hoek van ongeveer 45° en draai de flacon zachtjes
tussen de vingertoppen gedurende circa 1 minuut. De injectieflacon niet schudden of omkeren.
8.
Laat de injectieflacon ongeveer 5 minuten rustig staan bij kamertemperatuur. De resulterende
oplossing moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot enigszins geel. Niet
gebruiken als het gevriesdroogde poeder niet volledig is opgelost of als de vloeistof duidelijk
zichtbare deeltjes bevat, troebel is of onmiskenbaar bruin gekleurd.
9.
Bereid het vereiste aantal injectieflacons (2 injectieflacons voor de 300 mg-dosis).
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
Gebruik bij de pediatrische populatie
Bij pediatrische patiënten die de dosis van 75 mg ontvangen uit de injectieflacon voor eenmalig
gebruik met 150 mg secukinumab voor reconstitutie met steriel water voor injecties, dient uit deze
injectieflacon iets meer dan 0,5 ml van de gereconstitueerde oplossing voor subcutane injectie
opgetrokken te worden, de rest van de oplossing moet onmiddellijk worden weggegooid.
Gedetailleerde instructies voor gebruik worden in de bijsluiter gegeven.

HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/14/980/001

9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING

Datum van eerste verlening van de vergunning: 15 januari 2015
Datum van laatste verlenging: 03 september 2019

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST

Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.

BIJLAGE II

A.
FABRIKANTEN VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME STOF EN
FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE


B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING
EN GEBRUIK


C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN


D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN
VEILIG EN DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL


FABRIKANTEN VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME STOF EN FABRIKANTEN
VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE

Naam en adres van de fabrikanten van de biologisch werkzame stof
Novartis Pharma S.A.S.
Centre de Biotechnologie
8, rue de l'Industrie
F-68330 Huningue
Frankrijk
Sandoz GmbH
Business Unit Biologics Technical Development and Manufacturing Drug Substance Schaftenau
(BTDM DSS)
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Naam en adres van de fabrikanten verantwoordelijk voor vrijgifte
Poeder voor oplossing voor injectie
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit / Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.

B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK

Aan beperkt medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel (zie bijlage I: Samenvatting van de
productkenmerken, rubriek 4.2).

C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN

·
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL

·
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-
aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
·
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
·
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.

BIJLAGE III

ETIKETTERING EN BIJSLUITER


A. ETIKETTERING

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 75 mg secukinumab in 0,5 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/012
Verpakking bevat 1 voorgevulde spuit
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 75 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 75 mg secukinumab in 0,5 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
Multiverpakking: 3 (3 verpakkingen met 1) voorgevulde spuiten

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/013
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde spuiten
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 75 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 75 mg secukinumab in 0,5 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit. Onderdeel van een multiverpakking. Mag niet apart worden verkocht.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/013
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde spuiten
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 75 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL

Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN

Novartis Europharm Limited

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER
Lot

5.
OVERIGE


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 75 mg injectievloeistof
secukinumab
s.c.

2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER

Lot

5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit
2 voorgevulde spuiten

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/002
Verpakking bevat 1 voorgevulde spuit
EU/1/14/980/003
Verpakking bevat 2 voorgevulde spuiten
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 150 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
Multiverpakking: 6 (3 verpakkingen met 2) voorgevulde spuiten

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/006
Multiverpakking met 6 (3 x 2) voorgevulde spuiten
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 150 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
2 voorgevulde spuiten. Onderdeel van een multiverpakking. Mag niet apart worden verkocht.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/006
Multiverpakking met 6 (3 x 2) voorgevulde spuiten
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 150 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL

Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN

Novartis Europharm Limited

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER
Lot

5.
OVERIGE


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 150 mg injectievloeistof
secukinumab
s.c.

2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER

Lot

5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde SensoReady-pen
2 voorgevulde SensoReady-pennen

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/004
Verpakking bevat 1 voorgevulde pen
EU/1/14/980/005
Verpakking bevat 2 voorgevulde pennen
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE

Cosentyx 150 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
Multiverpakking: 6 (3 verpakkingen met 2) voorgevulde pennen

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/007
Multiverpakking met 6 (3 x 2) voorgevulde pennen
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE

Cosentyx 150 mg
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 150 mg secukinumab in 1 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
2 voorgevulde pennen. Onderdeel van een multiverpakking. Mag niet apart worden verkocht.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/007
Multiverpakking met 6 (3 x 2) voorgevulde pennen
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE

Cosentyx 150 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab
s.c.

2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER

Lot

5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE
SensoReady-pen


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/008
Verpakking bevat 1 voorgevulde spuit
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 300 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
Multiverpakking: 3 (3 verpakkingen met 1) voorgevulde spuiten

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuiten in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/009
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde spuiten
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 300 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde spuit bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit. Onderdeel van een multiverpakking. Mag niet apart worden verkocht.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/009
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde spuiten
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Cosentyx 300 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL

Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN

Novartis Europharm Limited

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER
Lot

5.
OVERIGE


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 300 mg injectievloeistof
secukinumab
s.c.

2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER

Lot

5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde UnoReady-pen

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/010
Verpakking bevat 1 voorgevulde pen
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE

Cosentyx 300 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
Multiverpakking: 3 (3 verpakkingen met 1) voorgevulde pennen

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pennen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/011
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde pennen
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE

Cosentyx 300 mg
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén voorgevulde pen bevat 300 mg secukinumab in 2 ml oplossing.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, methionine,
polysorbaat 80, water voor injecties.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde pen. Onderdeel van een multiverpakking. Mag niet apart worden verkocht.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik
Eenmalig gebruik
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde pen in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/011
Multiverpakking met 3 (3 x 1) voorgevulde pennen
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE

Cosentyx 300 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 300 mg injectievloeistof
secukinumab
s.c.

2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER

Lot

5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE
UnoReady-pen


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie
secukinumab

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Eén injectieflacon bevat 150 mg secukinumab. Na reconstitutie bevat 1 ml oplossing 150 mg
secukinumab.

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: sacharose, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat, polysorbaat 80.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Poeder voor oplossing voor injectie
1 injectieflacon

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING

Bewaren in de koelkast.

NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/14/980/001

13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE

Cosentyx 150 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

PC
SN
NN

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie
secukinumab
s.c.

2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER

Lot

5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE

B. BIJSLUITER


Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

Lees goed de hele bijsluiter voordat u (of uw kind) dit geneesmiddel gaat gebruiken want er
staat belangrijke informatie in.

-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u (of uw kind)
voorgeschreven. Het kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u
(of uw kind).
-
Krijgt u (of uw kind) last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een
bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of
verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u (of uw kind) dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
·
Pediatrische plaque psoriasis
·
Juveniele idiopathische artritis. Hieronder vallen: enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica

Pediatrische plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd 'plaque psoriasis'
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij jongeren tot 18 jaar en kinderen
(6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U (of uw kind) zal baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid
verbetert en klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.


Wanneer mag u (of uw kind) dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee
zijn?



Wanneer mag u (of uw kind) dit middel niet gebruiken?
·
U bent (of uw kind is) allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen
kunt u vinden in rubriek 6.
Als u denkt dat u (of uw kind) allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat
u Cosentyx gebruikt.
·
U (of uw kind) heeft een actieve infectie die volgens uw arts belangrijk is.

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
·
als u (of uw kind) op dit moment een infectie heeft.
·
als u (of uw kind) langdurige of terugkerende infecties heeft.
·
als u (of uw kind) tuberculose heeft.
·
als u (of uw kind) ooit een allergische reactie op latex heeft gehad.
·
als u (of uw kind) een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt
genoemd.
·
als u (of uw kind) een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt
genoemd.
·
als u (of uw kind) onlangs gevaccineerd bent of u (of uw kind) moet tijdens de behandeling met
Cosentyx worden gevaccineerd.
·
als u (of uw kind) een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander
afweeronderdrukkend middel of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.

Ontstekingsziekte van de darm (de ziekte van Crohn of ulceratieve colitis)
Stop het gebruik van dit middel en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u (of uw
kind) buikkrampen en buikpijn, diarree, gewichtsverlies, bloed in de ontlasting of andere tekenen van
darmproblemen opmerkt.
Let op infecties en allergische reacties
Cosentyx kan ernstige bijwerkingen veroorzaken, waaronder infecties en allergische reacties. Tijdens
het gebruik van Cosentyx door u (of uw kind) moet u letten op verschijnselen van deze aandoeningen.
Stop het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u (of uw
kind) verschijnselen opmerkt die wijzen op een mogelijk ernstige infectie of een allergische reactie.
Dergelijke verschijnselen staan vermeld onder 'Ernstige bijwerkingen' in rubriek 4.


·
als u (of uw kind) naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u (of uw kind) heeft
dat kort geleden gedaan of de mogelijkheid bestaat dat u (of uw kind) binnenkort andere
geneesmiddelen gaat gebruiken.
·
als u (of uw kind) onlangs bent gevaccineerd of u (of uw kind) moet tijdens de behandeling met
Cosentyx worden gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u (of uw kind) bepaalde
soorten vaccins (levende vaccins) niet toegediend krijgen.

Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
·
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u (of uw kind) zwanger kan worden,
wordt u (of uw kind) geadviseerd ervoor te zorgen dat u (of uw kind) niet zwanger wordt en
moet u (of uw kind) een betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u (of uw kind)
Cosentyx gebruikt en gedurende ten minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u
(of uw kind) zwanger, denkt u (of uw kind) zwanger te zijn of wilt u (of uw kind) zwanger
worden? Neem dan contact op met uw arts.
·
Geeft u (of uw kind) borstvoeding of wilt u (of uw kind) borstvoeding gaan geven? Neem dan
contact op met uw arts. U en uw arts moeten samen besluiten of u (of uw kind) borstvoeding
gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U (of uw kind) mag het niet allebei doen. Na gebruik
van Cosentyx mag u (of uw kind) geen borstvoeding geven gedurende ten minste 20 weken na
de laatste dosis.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.

3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker.
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder de huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd). U en
de arts moeten samen besluiten of u Cosentyx, na de juiste training, zelf gaat injecteren of dat een
verzorger de injectie zal toedienen.
Het is belangrijk dat u niet probeert Cosentyx toe te dienen voordat u hiermee met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend.
Zie 'Instructies voor gebruik van de Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit' onder aan deze bijsluiter
voor uitgebreide instructies over het injecteren van Cosentyx.
Instructies voor gebruik kunnen ook gevonden worden via de volgende QR-code en website:
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu
·
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
·
Elke dosis van 75 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 75 mg. Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de doses van 150 mg
en 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u (of uw kind) vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd
door maandelijkse injecties.
Juveniele idiopathische artritis (enthesitisgerelateerde artritis en juveniele arthritis psoriatica)
·
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 75 mg wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 75 mg. Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de dosis van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u (of uw kind) verder wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening (of die van uw kind)
regelmatig om te controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u (of uw kind) meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend
dan volgens het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.


Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u bent vergeten een dosis van Cosentyx te injecteren, dien de volgende dosis dan toe zodra u (of
uw kind) eraan denkt. Overleg vervolgens met uw arts wanneer u de volgende dosis moet injecteren.
Als u (of uw kind) stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten (of die van uw kind) echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.



Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u (of
uw kind) een van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
·
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
·
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
·
branderig gevoel bij het plassen.

Ernstige allergische reactie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
moeite met ademhalen of slikken
·
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
·
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
·
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u (of uw kind) weer met de behandeling kunt beginnen.
Andere bijwerkingen
De meeste van de volgende bijwerkingen zijn licht tot matig. Als een van deze bijwerkingen ernstig
wordt, vertel dat dan uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zeer vaak (kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
·
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)

Vaak (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
·
koortsblaasjes (orale herpes)
·
diarree
·
loopneus (rinorroe)
·
voetschimmel (tinea pedis)
·
hoofdpijn
·
misselijkheid
·
vermoeidheid

Soms (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
·
mondspruw (orale candidiasis)
·
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
·
buitenoorontsteking (otitis externa)
·
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
·
jeukende huiduitslag (urticaria)
·
infecties van de onderste luchtwegen
·
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
·
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)


ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
·
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
·
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)

Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
·
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel Candida)

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u (of uw kind) last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of
verpleegkundige. Dit geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt
bijwerkingen ook rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van
dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer:
·
na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de buitenverpakking of op het etiket van de
spuit na 'EXP'.
·
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
Bewaar de spuit verzegeld in zijn doos ter bescherming tegen licht. Bewaren in de koelkast
(2°C ­ 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Niet schudden.
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke voorgevulde spuit bevat 75 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-
monohydraat, methionine, polysorbaat 80 en water voor injecties.

Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx oplossing voor injectie is een heldere vloeistof. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Cosentyx 75 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 voorgevulde spuit en in multiverpakkingen met 3 (3 verpakkingen met 1)
voorgevulde spuiten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
België/Belgique/Belgien
Lietuva
Novartis Pharma N.V.
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Tel: +370 5 269 16 50


Luxembourg/Luxemburg
Novartis Bulgaria EOOD
Novartis Pharma N.V.
: +359 2 489 98 28
Tél/Tel: +32 2 246 16 11


Ceská republika
Magyarország
Novartis s.r.o.
Novartis Hungária Kft.
Tel: +420 225 775 111
Tel.: +36 1 457 65 00

Danmark
Malta
Novartis Healthcare A/S
Novartis Pharma Services Inc.
Tlf: +45 39 16 84 00
Tel: +356 2122 2872

Deutschland
Nederland
Novartis Pharma GmbH
Novartis Pharma B.V.
Tel: +49 911 273 0
Tel: +31 88 04 52 111

Eesti
Norge
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Novartis Norge AS
Tel: +372 66 30 810
Tlf: +47 23 05 20 00


Österreich
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Novartis Pharma GmbH
: +30 210 281 17 12
Tel: +43 1 86 6570

España
Polska
Novartis Farmacéutica, S.A.
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel: +34 93 306 42 00
Tel.: +48 22 375 4888

France
Portugal
Novartis Pharma S.A.S.
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Tel: +351 21 000 8600

România
Novartis Hrvatska d.o.o.
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel. +385 1 6274 220
Tel: +40 21 31299 01

Ireland

Slovenija
Novartis Ireland Limited
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +353 1 260 12 55
Tel: +386 1 300 75 50

Ísland

Slovenská republika
Vistor hf.
Novartis Slovakia s.r.o.
Sími: +354 535 7000
Tel: +421 2 5542 5439

Italia
Suomi/Finland
Novartis Farma S.p.A.
Novartis Finland Oy
Tel: +39 02 96 54 1
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200

Sverige
Novartis Pharma Services Inc.
Novartis Sverige AB
: +357 22 690 690
Tel: +46 8 732 32 00


Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
SIA Novartis Baltics
Novartis Ireland Limited
Tel: +371 67 887 070
Tel: +44 1276 698370


Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
Lees vóór het injecteren deze instructies VOLLEDIG door. Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf
of iemand voor wie u zorgt een injectie toe te dienen voordat u hiermee samen met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. In de doos zit één Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit,
apart verzegeld in een plastic blisterverpakking.
Uw Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit


Veiligheidsbescherming spuit
Vingergrepen
Zuiger

Zijvleugels
Naalddop
Kijkvenster, etiket
veiligheids-
Zuiger-

en uiterste
bescherming
kop

houdbaarheidsdatum

spuit






Na het injecteren van het geneesmiddel wordt de veiligheidsbescherming van de spuit geactiveerd,
zodat de naald wordt afgeschermd. Dit is bedoeld ter bescherming van beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg, van patiënten die zichzelf injecties geven met door een arts voorgeschreven
geneesmiddelen en van personen die patiënten helpen om zichzelf injecties te geven. Zo kan iemand
zich niet per ongeluk prikken.
Wat u ook nog nodig heeft voor
uw injectie:

· Alcoholdoekje.
· Wattenbolletje of gaasje.
· Naaldencontainer.



De naalddop van de spuit kan droge rubber (latex) bevatten; de dop moet niet worden
vastgepakt door personen die voor deze stof gevoelig zijn.
2.
Open de verzegelde buitenverpakking pas als u klaar bent om dit geneesmiddel te gaan
gebruiken.
3.
Gebruik dit geneesmiddel niet als de verzegeling van de buitenverpakking of van de
blisterverpakking is verbroken, aangezien het dan mogelijk niet veilig is om de spuit te
gebruiken.
4.
Laat de spuit nooit ergens liggen waar anderen eraan kunnen zitten.
5.
De spuit niet schudden.
6.
Let op dat u de zijvleugels van de veiligheidsbescherming van de spuit niet aanraakt vóór
gebruik. Door deze aan te raken kan de veiligheidsbescherming van de spuit te vroeg worden
geactiveerd.
7.
Verwijder de naalddop pas vlak voordat u de injectie toedient.
8.
De spuit kan niet opnieuw worden gebruikt. Gooi de spuit na gebruik onmiddellijk weg in een
naaldencontainer.

Bewaren van de Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit
1.
Bewaar dit geneesmiddel verzegeld in zijn buitenverpakking ter bescherming tegen licht.
Bewaren in de koelkast tussen 2°C en 8°C. NIET IN DE VRIEZER BEWAREN.
2.
Denk eraan de spuit vóór het gereedmaken voor injectie uit de koelkast te halen en op
kamertemperatuur te laten komen (15­30 minuten).
3.
Gebruik de spuit niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de
buitenverpakking of op het etiket van de spuit na 'EXP'. Als de uiterste houdbaarheidsdatum is
verstreken, de gehele verpakking inleveren bij de apotheek.

De injectieplaats

De injectieplaats is de plaats op het lichaam waar u de spuit
gaat gebruiken.
· De aanbevolen plaats is de voorzijde van uw
bovenbenen. U kunt ook de onderbuik gebruiken maar
niet het gebied van 5 centimeter rond de navel.
· Kies voor elke injectie die u aan uzelf toedient weer een
andere plaats.
· Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig,
gekneusd, rood, schilferig of hard is. Vermijd gebieden
met littekens of striae.
Als een verzorger u de injectie geeft, kan ook de buitenkant
van de bovenarmen worden gebruikt.





De Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit klaarmaken voor gebruik
1.
Neem de doos met de spuit uit de koelkast en laat deze
ongeopend gedurende ongeveer 15­
30 minuten op kamertemperatuur komen.
2.
Was uw handen zorgvuldig met water en zeep zodra u klaar bent om de spuit te gaan gebruiken.
3.
Maak de injectieplaats schoon met een alcoholdoekje.
4.
Neem de spuit uit de buitenverpakking en uit de blisterverpakking door het veilige middenstuk
vast te pakken.
5.
Controleer de spuit. De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel. Mogelijk ziet u een kleine luchtbel; dit is normaal. NIET GEBRUIKEN als de
vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd. NIET
GEBRUIKEN als de spuit kapot is. In al deze gevallen de gehele productverpakking inleveren
bij de apotheek.

Gebruik van de Cosentyx 75 mg voorgevulde spuit

Verwijder voorzichtig de naalddop van de spuit
door het veilige middenstuk vast te houden. Gooi
de naalddop weg. Er kan op de punt van de naald
een druppeltje vloeistof zichtbaar zijn. Dit is
normaal.
Knijp de huid op de injectieplaats voorzichtig
samen en breng de naald in zoals afgebeeld.
Duw de naald helemaal in uw huid onder een
hoek van ongeveer 45 graden om ervoor te
zorgen dat het geneesmiddel volledig kan
worden toegediend.
Houd de spuit vast zoals afgebeeld. Duw de
zuiger
langzaam zo ver mogelijk omlaag zodat
de zuigerkop zich volledig tussen de zijvleugels
van de veiligheidsbescherming van de spuit
bevindt.
Houd de zuiger volledig ingedrukt terwijl u de
spuit 5 seconden op zijn plaats houdt.


Houd de zuiger volledig ingedrukt terwijl u de
naald voorzichtig recht uit de injectieplaats trekt.
Laat de zuiger langzaam los en laat de
veiligheidsbescherming van de naald
automatisch de blootliggende naald bedekken.
Op de injectieplaats kan een klein beetje bloed
zitten. U kunt 10 seconden lang met een
wattenbolletje of gaasje op de injectieplaats
duwen. Niet over de injectieplaats wrijven. Zo
nodig kunt u een kleine pleister op de
injectieplaats plakken.

Instructies voor verwijderen

Gooi de spuit na gebruik weg in een
naaldencontainer (afsluitbare, prikbestendige
afvalbak). Voor de veiligheid en gezondheid van
u en anderen
mogen naalden en gebruikte
spuiten
nooit opnieuw worden gebruikt.

Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.

-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
·
Plaque psoriasis
·
Arthritis psoriatica
·
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
·
Juveniele idiopathische artritis. Hieronder vallen enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica

Plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd 'plaque psoriasis'
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen, jongeren tot
18 jaar en kinderen (6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid verbetert en
uw klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
Arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een aandoening genaamd 'arthritis psoriatica'. Dit
is een ontstekingsziekte van de gewrichten die vaak samengaat met psoriasis. Als u actieve arthritis
psoriatica heeft, zult u eerst andere geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze
geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx krijgen om de klachten en verschijnselen van actieve arthritis
psoriatica te verminderen, uw lichamelijk functioneren te verbeteren en de beschadiging aan het
kraakbeen en het bot in de aangedane gewrichten te vertragen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?


Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
·
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat u Cosentyx
gebruikt.
·
U heeft een actieve infectie die volgens uw arts belangrijk is.

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
·
als u op dit moment een infectie heeft.
·
als u langdurige of terugkerende infecties heeft.
·
als u tuberculose heeft.
·
als u ooit een allergische reactie op latex heeft gehad.
·
als u een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt genoemd.
·
als u een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt genoemd.
·
als u onlangs gevaccineerd bent of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd.
·
als u een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander afweeronderdrukkend middel
of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.
·
als u naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u heeft dat kort geleden gedaan of
de mogelijkheid bestaat dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken.
·
als u onlangs bent gevaccineerd of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u bepaalde soorten vaccins (levende
vaccins) niet toegediend krijgen.

Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
·
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u een vrouw bent die zwanger kan
worden, wordt u geadviseerd ervoor te zorgen dat u niet zwanger wordt en moet u een
betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u Cosentyx gebruikt en gedurende ten
minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of
wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
·
Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding gaan geven? Neem dan contact op met uw arts. U
en uw arts moeten samen besluiten of u borstvoeding gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U
mag het niet allebei doen. Na gebruik van Cosentyx mag u geen borstvoeding geven gedurende
ten minste 20 weken na de laatste dosis.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.

3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker.
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder uw huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd). U en
uw arts moeten samen besluiten of u Cosentyx bij uzelf zal injecteren.
·
De aanbevolen dosering is 300 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd
door maandelijkse injecties. Op basis van hoe u daarop reageert, kan de arts verdere aanpassingen van
uw dosis aanbevelen. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
Kinderen 6 jaar en ouder
·
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
·
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg. Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de doses van 75 mg
en 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Arthritis psoriatica
Als u zowel arthritis psoriatica als matige tot ernstige plaque psoriasis hebt, kan uw arts de
dosisaanbeveling aanpassen waar nodig.
Voor patiënten die niet goed reageerden op geneesmiddelen die `tumornecrosefactor-remmers'
(TNF-remmers) worden genoemd:
·
De aanbevolen dosis is 300 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
Voor andere patiënten met arthritis psoriatica:
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg.
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als twee injecties van 150 mg.
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Juveniele idiopathische artritis (enthesitisgerelateerde artritis en juveniele arthritis psoriatica)
·
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg. Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de dosis van 75 mg.
Na de eerste dosis krijgt u (of uw kind) verder wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening regelmatig om te
controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend dan volgens
het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.


Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u bent vergeten een dosis van Cosentyx te injecteren, dien de volgende dosis dan toe zodra u eraan
denkt. Overleg vervolgens met uw arts wanneer u de volgende dosis moet injecteren.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten, de klachten van uw arthritis psoriatica of de klachten van uw axiale spondyloartritis
echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.



Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u een
van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
·
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
·
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
·
branderig gevoel bij het plassen.

Ernstige allergische reactie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
moeite met ademhalen of slikken
·
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
·
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
·
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u weer met de behandeling kunt beginnen.
Andere bijwerkingen
De meeste van de volgende bijwerkingen zijn licht tot matig. Als een van deze bijwerkingen ernstig
wordt, vertel dat dan uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zeer vaak (kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
·
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)

Vaak (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
·
koortsblaasjes (orale herpes)
·
diarree
·
loopneus (rinorroe)
·
voetschimmel (tinea pedis)
·
hoofdpijn
·
misselijkheid
·
vermoeidheid

Soms (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
·
mondspruw (orale candidiasis)
·
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
·
buitenoorontsteking (otitis externa)
·
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
·
jeukende huiduitslag (urticaria)
·
infecties van de onderste luchtwegen
·
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
·
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)


ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
·
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
·
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)

Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
·
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel Candida)

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer:
·
na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de buitenverpakking of op het etiket van de
spuit na 'EXP'.
·
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
Bewaar de spuit verzegeld in zijn doos ter bescherming tegen licht. Bewaren in de koelkast
(2°C ­ 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Niet schudden.
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.



Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke voorgevulde spuit bevat 150 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-
monohydraat, methionine, polysorbaat 80 en water voor injecties.

Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx oplossing voor injectie is een heldere vloeistof. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 of 2 voorgevulde spuit(en) en in multiverpakkingen met
6 (3 verpakkingen met 2) voorgevulde spuiten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Lietuva
Novartis Pharma N.V.
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Tel: +370 5 269 16 50


Luxembourg/Luxemburg
Novartis Bulgaria EOOD
Novartis Pharma N.V.
: +359 2 489 98 28
Tél/Tel: +32 2 246 16 11


Ceská republika
Magyarország
Novartis s.r.o.
Novartis Hungária Kft.
Tel: +420 225 775 111
Tel.: +36 1 457 65 00

Danmark
Malta
Novartis Healthcare A/S
Novartis Pharma Services Inc.
Tlf: +45 39 16 84 00
Tel: +356 2122 2872

Deutschland
Nederland
Novartis Pharma GmbH
Novartis Pharma B.V.
Tel: +49 911 273 0
Tel: +31 88 04 52 111

Norge
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Novartis Norge AS
Tel: +372 66 30 810
Tlf: +47 23 05 20 00


Österreich
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Novartis Pharma GmbH
: +30 210 281 17 12
Tel: +43 1 86 6570

España
Polska
Novartis Farmacéutica, S.A.
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel: +34 93 306 42 00
Tel.: +48 22 375 4888

France
Portugal
Novartis Pharma S.A.S.
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Tel: +351 21 000 8600

Hrvatska

România
Novartis Hrvatska d.o.o.
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel. +385 1 6274 220
Tel: +40 21 31299 01

Ireland

Slovenija
Novartis Ireland Limited
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +353 1 260 12 55
Tel: +386 1 300 75 50

Ísland

Slovenská republika
Vistor hf.
Novartis Slovakia s.r.o.
Sími: +354 535 7000
Tel: +421 2 5542 5439

Italia
Suomi/Finland
Novartis Farma S.p.A.
Novartis Finland Oy
Tel: +39 02 96 54 1
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200

Sverige
Novartis Pharma Services Inc.
Novartis Sverige AB
: +357 22 690 690
Tel: +46 8 732 32 00


Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
SIA Novartis Baltics
Novartis Ireland Limited
Tel: +371 67 887 070
Tel: +44 1276 698370


Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
Lees vóór het injecteren deze instructies VOLLEDIG door. Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf
of iemand voor wie u zorgt een injectie toe te dienen voordat u hiermee samen met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. In de doos zit(ten) de Cosentyx 150 mg voorgevulde
spuit(en), apart verzegeld in een plastic blisterverpakking.
Uw Cosentyx 150 mg voorgevulde spuit

Veiligheidsbescherming spuit Vingergrepen
Zuiger
Naalddop
Kijkvenster, etiket
Zijvleugels
Zuiger-
en uiterste
veiligheidsbescherming
kop
houdbaarheidsdatum
spuit

Na het injecteren van het geneesmiddel wordt de veiligheidsbescherming van de spuit geactiveerd,
zodat de naald wordt afgeschermd. Dit is bedoeld ter bescherming van beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg, van patiënten die zichzelf injecties geven met door een arts voorgeschreven
geneesmiddelen en van personen die patiënten helpen om zichzelf injecties te geven. Zo kan iemand
zich niet per ongeluk prikken.
Wat u ook nog nodig heeft voor
uw injectie:

· Alcoholdoekje.
· Wattenbolletje of gaasje.
· Naaldencontainer.

Belangrijke veiligheidsinformatie
Let op:
houd de spuit buiten het zicht en bereik van kinderen.
1.
De naalddop van de spuit kan droge rubber (latex) bevatten; de dop moet niet worden
vastgepakt door personen die voor deze stof gevoelig zijn.
2.
Open de verzegelde buitenverpakking pas als u klaar bent om dit geneesmiddel te gaan
gebruiken.
3.
Gebruik dit geneesmiddel niet als de verzegeling van de buitenverpakking of van de
blisterverpakking is verbroken, aangezien het dan mogelijk niet veilig is om de spuit te
gebruiken.
4.
Laat de spuit nooit ergens liggen waar anderen eraan kunnen zitten.
5.
De spuit niet schudden.
6.
Let op dat u de zijvleugels van de veiligheidsbescherming van de spuit niet aanraakt vóór
gebruik. Door deze aan te raken kan de veiligheidsbescherming van de spuit te vroeg worden
geactiveerd.
7.
Verwijder de naalddop pas vlak voordat u de injectie toedient.
8.
De spuit kan niet opnieuw worden gebruikt. Gooi de spuit na gebruik onmiddellijk weg in een
naaldencontainer.
Bewaar dit geneesmiddel verzegeld in zijn buitenverpakking ter bescherming tegen licht.
Bewaren in de koelkast tussen 2°C en 8°C. NIET IN DE VRIEZER BEWAREN.
2.
Denk eraan de spuit vóór het gereedmaken voor injectie uit de koelkast te halen en op
kamertemperatuur te laten komen (15­30 minuten).
3.
Gebruik de spuit niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de
buitenverpakking of op het etiket van de spuit na 'EXP'. Als de uiterste houdbaarheidsdatum is
verstreken, de gehele verpakking inleveren bij de apotheek.

De injectieplaats

De injectieplaats is de plaats op het lichaam waar u de spuit
gaat gebruiken.
· De aanbevolen plaats is de voorzijde van uw
bovenbenen. U kunt ook de onderbuik gebruiken maar
niet het gebied van 5 centimeter rond de navel.
· Kies voor elke injectie die u aan uzelf toedient weer een
andere plaats.
· Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig,
gekneusd, rood, schilferig of hard is. Vermijd gebieden
met littekens of striae.
Als een verzorger u de injectie geeft, kan ook de buitenkant
van de bovenarmen worden gebruikt.

De Cosentyx 150 mg voorgevulde spuit klaarmaken voor gebruik
Let op: maak voor een dosis van 150 mg 1 voorgevulde spuit klaar en injecteer de inhoud. Maak voor
een dosis van 300 mg 2 voorgevulde spuiten klaar en injecteer de inhoud van beide spuiten.
1.
Neem de doos met de spuit uit de koelkast en laat deze
ongeopend gedurende ongeveer 15­
30 minuten op kamertemperatuur komen.
2.
Was uw handen zorgvuldig met water en zeep zodra u klaar bent om de spuit te gaan gebruiken.
3.
Maak de injectieplaats schoon met een alcoholdoekje.
4.
Neem de spuit uit de buitenverpakking en uit de blisterverpakking door het veilige middenstuk
vast te pakken.
5.
Controleer de spuit. De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel. Mogelijk ziet u een kleine luchtbel; dit is normaal. NIET GEBRUIKEN als de
vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd. NIET
GEBRUIKEN als de spuit kapot is. In al deze gevallen de gehele productverpakking inleveren
bij de apotheek.

Gebruik van de Cosentyx 150 mg voorgevulde spuit

Verwijder voorzichtig de naalddop van de spuit
door het veilige middenstuk vast te houden. Gooi
de naalddop weg. Er kan op de punt van de naald
een druppeltje vloeistof zichtbaar zijn. Dit is
normaal.
Knijp de huid op de injectieplaats voorzichtig
samen en breng de naald in zoals afgebeeld.
Duw de naald helemaal in uw huid om ervoor te
zorgen dat het geneesmiddel volledig kan
worden toegediend.
Houd de spuit vast zoals afgebeeld. Duw de
zuiger
langzaam zo ver mogelijk omlaag zodat
de zuigerkop zich volledig tussen de zijvleugels
van de veiligheidsbescherming van de spuit
bevindt.
Houd de zuiger volledig ingedrukt terwijl u de
spuit 5 seconden op zijn plaats houdt.

Houd de zuiger volledig ingedrukt terwijl u de
naald voorzichtig recht uit de injectieplaats trekt.
Laat de zuiger langzaam los en laat de
veiligheidsbescherming van de naald
automatisch de blootliggende naald bedekken.
Op de injectieplaats kan een klein beetje bloed
zitten. U kunt 10 seconden lang met een
wattenbolletje of gaasje op de injectieplaats
duwen. Niet over de injectieplaats wrijven. Zo
nodig kunt u een kleine pleister op de
injectieplaats plakken.

Instructies voor verwijderen

Gooi de spuit na gebruik weg in een
naaldencontainer (afsluitbare, prikbestendige
afvalbak). Voor de veiligheid en gezondheid van
u en anderen
mogen naalden en gebruikte
spuiten
nooit opnieuw worden gebruikt.

Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab

Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.

-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
·
Plaque psoriasis
·
Arthritis psoriatica
·
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
·
Juveniele idiopathische artritis. Hieronder vallen: enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica

Plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd 'plaque psoriasis'
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen, jongeren tot
18 jaar en kinderen (6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid verbetert en
uw klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
Arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een aandoening genaamd 'arthritis psoriatica'. Dit
is een ontstekingsziekte van de gewrichten die vaak samengaat met psoriasis. Als u actieve arthritis
psoriatica heeft, zult u eerst andere geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze
geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx krijgen om de klachten en verschijnselen van actieve arthritis
psoriatica te verminderen, uw lichamelijk functioneren te verbeteren en de beschadiging aan het
kraakbeen en het bot in de aangedane gewrichten te vertragen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?


Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
·
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat u Cosentyx
gebruikt.
·
U heeft een actieve infectie die volgens uw arts belangrijk is.

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
·
als u op dit moment een infectie heeft.
·
als u langdurige of terugkerende infecties heeft.
·
als u tuberculose heeft.
·
als u ooit een allergische reactie op latex heeft gehad.
·
als u een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt genoemd.
·
als u een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt genoemd.
·
als u onlangs gevaccineerd bent of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd.
·
als u een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander afweeronderdrukkend middel
of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.
·
als u naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u heeft dat kort geleden gedaan of
de mogelijkheid bestaat dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken.
·
als u onlangs bent gevaccineerd of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u bepaalde soorten vaccins (levende
vaccins) niet toegediend krijgen.

Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
·
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u een vrouw bent die zwanger kan
worden, wordt u geadviseerd ervoor te zorgen dat u niet zwanger wordt en moet u een
betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u Cosentyx gebruikt en gedurende ten
minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of
wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
·
Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding gaan geven? Neem dan contact op met uw arts. U
en uw arts moeten samen besluiten of u borstvoeding gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U
mag het niet allebei doen. Na gebruik van Cosentyx mag u geen borstvoeding geven gedurende
ten minste 20 weken na de laatste dosis.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.



Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker.
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder uw huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd). U en
uw arts moeten samen besluiten of u Cosentyx bij uzelf zal injecteren.
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf een injectie toe te dienen voordat u hiermee met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. Na de juiste training mag ook een verzorger u uw
injectie met Cosentyx toedienen.
Zie 'Instructies voor gebruik van de Cosentyx 150 mg SensoReady-pen' onder aan deze bijsluiter
voor uitgebreide instructies over het injecteren van Cosentyx.
Instructies voor gebruik kunnen ook gevonden worden via de volgende QR-code en website:
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu
Hoeveel Cosentyx wordt er gegeven en hoelang?
Uw arts beslist hoeveel Cosentyx u nodig heeft en hoelang.
Plaque psoriasis
Volwassenen
·
De aanbevolen dosering is 300 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd
door maandelijkse injecties. Op basis van hoe u daarop reageert, kan de arts verdere aanpassingen van
uw dosis aanbevelen. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
Kinderen 6 jaar en ouder
·
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
·
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg. Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de doses van 75 mg
en 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Arthritis psoriatica
Als u zowel arthritis psoriatica als matige tot ernstige plaque psoriasis hebt, kan uw arts de
dosisaanbeveling aanpassen waar nodig.
Voor patiënten die niet goed reageerden op geneesmiddelen die `tumornecrosefactor-remmers'
(TNF-remmers) worden genoemd:
·
De aanbevolen dosis is 300 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg.
Spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale spondyloartritis)
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als twee injecties van 150 mg.
Niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Juveniele idiopathische artritis (enthesitisgerelateerde artritis en juveniele arthritis psoriatica)
·
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg. Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de dosis van 75 mg.
Na de eerste dosis krijgt u (of uw kind) verder wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening regelmatig om te
controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend dan volgens
het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.


Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u bent vergeten een dosis van Cosentyx te injecteren, dien de volgende dosis dan toe zodra u eraan
denkt. Overleg vervolgens met uw arts wanneer u de volgende dosis moet injecteren.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten, de klachten van uw arthritis psoriatica of de klachten van uw axiale spondyloartritis
echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.

Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u een
van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
·
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
·
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
·
branderig gevoel bij het plassen.

Ernstige allergische reactie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
moeite met ademhalen of slikken
·
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
·
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
·
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u weer met de behandeling kunt beginnen.
Andere bijwerkingen
De meeste van de volgende bijwerkingen zijn licht tot matig. Als een van deze bijwerkingen ernstig
wordt, vertel dat dan uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zeer vaak (kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
·
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)

Vaak (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
·
koortsblaasjes (orale herpes)
·
diarree
·
loopneus (rinorroe)
·
voetschimmel (tinea pedis)
·
hoofdpijn
·
misselijkheid
·
vermoeidheid

Soms (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
·
mondspruw (orale candidiasis)
·
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
·
buitenoorontsteking (otitis externa)
·
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
·
jeukende huiduitslag (urticaria)
·
infecties van de onderste luchtwegen
·
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
·
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)


ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
·
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
·
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)

Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
·
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel Candida)

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer:
·
na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de buitenverpakking of op het etiket van de
pen na 'EXP'.
·
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
Bewaar de pen verzegeld in zijn doos ter bescherming tegen licht. Bewaren in de koelkast
(2°C ­ 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Niet schudden.
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.



Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke voorgevulde pen bevat 150 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-
monohydraat, methionine, polysorbaat 80 en water voor injecties.

Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx oplossing voor injectie is een heldere vloeistof. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Cosentyx 150 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is beschikbaar in
eenheidsverpakkingen met 1 of 2 voorgevulde pen(nen) en in multiverpakkingen met
6 (3 verpakkingen met 2) voorgevulde pennen.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Lietuva
Novartis Pharma N.V.
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Tel: +370 5 269 16 50


Luxembourg/Luxemburg
Novartis Bulgaria EOOD
Novartis Pharma N.V.
: +359 2 489 98 28
Tél/Tel: +32 2 246 16 11


Ceská republika
Magyarország
Novartis s.r.o.
Novartis Hungária Kft.
Tel: +420 225 775 111
Tel.: +36 1 457 65 00

Danmark
Malta
Novartis Healthcare A/S
Novartis Pharma Services Inc.
Tlf: +45 39 16 84 00
Tel: +356 2122 2872

Deutschland
Nederland
Novartis Pharma GmbH
Novartis Pharma B.V.
Tel: +49 911 273 0
Tel: +31 88 04 52 111

Norge
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Novartis Norge AS
Tel: +372 66 30 810
Tlf: +47 23 05 20 00


Österreich
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Novartis Pharma GmbH
: +30 210 281 17 12
Tel: +43 1 86 6570

España
Polska
Novartis Farmacéutica, S.A.
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel: +34 93 306 42 00
Tel.: +48 22 375 4888

France
Portugal
Novartis Pharma S.A.S.
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Tel: +351 21 000 8600

Hrvatska

România
Novartis Hrvatska d.o.o.
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel. +385 1 6274 220
Tel: +40 21 31299 01

Ireland

Slovenija
Novartis Ireland Limited
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +353 1 260 12 55
Tel: +386 1 300 75 50

Ísland

Slovenská republika
Vistor hf.
Novartis Slovakia s.r.o.
Sími: +354 535 7000
Tel: +421 2 5542 5439

Italia
Suomi/Finland
Novartis Farma S.p.A.
Novartis Finland Oy
Tel: +39 02 96 54 1
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200

Sverige
Novartis Pharma Services Inc.
Novartis Sverige AB
: +357 22 690 690
Tel: +46 8 732 32 00


Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
SIA Novartis Baltics
Novartis Ireland Limited
Tel: +371 67 887 070
Tel: +44 1276 698370


Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
Instructies voor gebruik van de Cosentyx 150 mg SensoReady-pen

Cosentyx 150 mg SensoReady-pen
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Secukinumab
Instructies voor gebruik voor de patiënt


Lees vóór het injecteren deze instructies VOLLEDIG door.
Deze instructies zijn bedoeld om u te helpen op de juiste wijze een
injectie toe te dienen met de Cosentyx SensoReady-pen.
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf of een persoon voor wie u
zorgt een injectie toe te dienen voordat u hiermee samen met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend.

Uw Cosentyx 150 mg SensoReady-pen:


Bewaar de doos met uw pen in de
koelkast, tussen
Naald
2°C en 8°C en
buiten het bereik van kinderen.
Naaldbeschermer


Dop
Controle-
· De pen
niet in de vriezer bewaren.

venster
· De pen
niet schudden.
Inwendige
· Gebruik de pen niet als hij is
gevallen zonder
naaldbeschermer
dop.
De Cosentyx 150 mg SensoReady-pen,
afgebeeld zonder dop. Verwijder de dop
niet Het injecteren verloopt prettiger als u de pen
voordat u klaar bent om de injectie toe te
15-30 minuten vóór het injecteren uit de koelkast
dienen.
neemt om op kamertemperatuur te laten komen.

Wat u nodig heeft voor uw injectie:

Inbegrepen in de doos:
Niet inbegrepen in de doos:


Een nieuwe, ongebruikte Cosentyx · Alcoholdoekje.
150 mg SensoReady-pen (voor een · Wattenbolletje of
dosis van 150 mg is 1 pen nodig en
gaasje.
voor een dosis van 300 mg zijn
· Naaldencontainer.
2 pennen nodig).


Vóór uw injectie:


1.
Belangrijke veiligheidscontroles voordat u injecteert:
De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Niet gebruiken als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat,
troebel is of duidelijk bruin gekleurd. Mogelijk ziet u een kleine
luchtbel; dit is normaal.
Gebruik de pen
niet meer na de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Niet gebruiken als het
veiligheidszegel is verbroken.

Neem contact op met uw apotheker als de pen niet voldoet aan deze
veiligheidscontroles.

2a.

Kies uw injectieplaats:
· De aanbevolen plaats is de voorzijde van uw bovenbenen. U kunt
ook de onderbuik gebruiken maar
niet het gebied van 5 centimeter
rond de navel.
· Kies voor elke injectie die u aan uzelf toedient weer een andere
plaats.
· Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig, gekneusd, rood,
schilferig of hard is. Vermijd gebieden met littekens of striae.
2b.
Voor verzorgers of beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg
geldt:

· Als een
verzorger of
beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg u
uw injectie geeft, kan hij/zij die ook toedienen in de buitenkant van
uw bovenarm.

3.
Schoonmaken van de injectieplaats:
· Was uw handen met warm water en zeep.
· Maak met ronddraaiende bewegingen de injectieplaats schoon met
het alcoholdoekje. Laten opdrogen voordat u de injectie geeft.
· Raak de schoongemaakte plaats vóór het injecteren niet meer aan.



4.
Verwijdering van de dop:
· Verwijder de dop pas wanneer u klaar bent om de pen te gaan
gebruiken.
· Draai de dop eraf in de richting van de pijltjes.
· Gooi de dop na verwijderen weg.
Probeer niet de dop weer
terug te plaatsen.
· Gebruik de pen binnen 5 minuten nadat de dop is verwijderd.
5.
Hoe houdt u uw pen vast?
· Houd de pen loodrecht (90°) tegen de schoongemaakte
injectieplaats.


Goed
Fout

LEES DIT VÓÓR HET INJECTEREN.
Tijdens de injectie hoort u
2 luide klikken.
De
1e klik geeft aan dat de injectie is begonnen. Enkele seconden later
geeft een
2e klik aan dat de injectie
bijna klaar is.
U moet de pen stevig tegen uw huid gedrukt houden tot u ziet dat een
groene indicator het venster vult en niet meer beweegt.

6.
Uw injectie starten:
· Duw de pen stevig tegen de huid om de injectie te starten.
· De
1e klik geeft aan dat de injectie is begonnen.
·
Blijf de pen
stevig tegen uw huid gedrukt houden.
· De
groene indicator geeft de voortgang van de injectie aan.
7.
Afronding van uw injectie:
· Luister of u de
2e klik hoort. Deze geeft aan dat de injectie
bijna
klaar is.
· Controleer of de
groene indicator het venster helemaal opvult en
niet meer beweegt.
· De pen kan nu worden verwijderd.

8.
Controleer of de groene indicator het venster helemaal opvult:
· Dit betekent dat het geneesmiddel is afgegeven. Neem contact op
met uw arts als de groene indicator niet zichtbaar is.
· Op de injectieplaats kan een klein beetje bloed zitten. U kunt
10 seconden lang met een wattenbolletje of gaasje op de
injectieplaats duwen. Niet over de injectieplaats wrijven. Zo
nodig kunt u een kleine pleister op de injectieplaats plakken.
9.
Uw Cosentyx SensoReady-pen weggooien:
· Gooi de gebruikte pen weg in een naaldencontainer (d.w.z. een
prikbestendige, afsluitbare afvalbak of iets vergelijkbaars).
· Probeer nooit uw pen nogmaals te gebruiken.


Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
secukinumab

Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.

-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
·
Plaque psoriasis
·
Arthritis psoriatica
·
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis

Plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd 'plaque psoriasis'
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen, jongeren tot
18 jaar en kinderen (6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid verbetert en
uw klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
Arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een aandoening genaamd 'arthritis psoriatica'. Dit
is een ontstekingsziekte van de gewrichten die vaak samengaat met psoriasis. Als u actieve arthritis
psoriatica heeft, zult u eerst andere geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze
geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx krijgen om de klachten en verschijnselen van actieve arthritis
psoriatica te verminderen, uw lichamelijk functioneren te verbeteren en de beschadiging aan het
kraakbeen en het bot in de aangedane gewrichten te vertragen.
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve arthritis psoriatica en kan alleen gebruikt
worden of samen met een ander geneesmiddel genaamd methotrexaat.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?


Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
·
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat u Cosentyx
gebruikt.
·
U heeft een actieve infectie die volgens uw arts belangrijk is.

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
·
als u op dit moment een infectie heeft.
·
als u langdurige of terugkerende infecties heeft.
·
als u tuberculose heeft.
·
als u een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt genoemd.
·
als u een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt genoemd.
·
als u onlangs gevaccineerd bent of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd.
·
als u een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander afweeronderdrukkend middel
of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.

Ontstekingsziekte van de darm (de ziekte van Crohn of ulceratieve colitis)
Stop het gebruik van dit middel en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
buikkrampen en buikpijn, diarree, gewichtsverlies, bloed in de ontlasting of andere tekenen van
darmproblemen opmerkt.
Let op infecties en allergische reacties
Cosentyx kan ernstige bijwerkingen veroorzaken, waaronder infecties en allergische reacties. Tijdens
het gebruik van Cosentyx moet u letten op verschijnselen van deze aandoeningen.
Stop het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
verschijnselen opmerkt die wijzen op een mogelijk ernstige infectie of een allergische reactie.
Dergelijke verschijnselen staan vermeld onder 'Ernstige bijwerkingen' in rubriek 4.
·
als u naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u heeft dat kort geleden gedaan of
de mogelijkheid bestaat dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken.
·
als u onlangs bent gevaccineerd of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u bepaalde soorten vaccins (levende
vaccins) niet toegediend krijgen.

Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
·
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u een vrouw bent die zwanger kan
worden, wordt u geadviseerd ervoor te zorgen dat u niet zwanger wordt en moet u een
betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u Cosentyx gebruikt en gedurende ten
minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of
wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
·
Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding gaan geven? Neem dan contact op met uw arts. U
en uw arts moeten samen besluiten of u borstvoeding gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U
mag het niet allebei doen. Na gebruik van Cosentyx mag u geen borstvoeding geven gedurende
ten minste 20 weken na de laatste dosis.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.

3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker.
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder uw huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd). U en
uw arts moeten samen besluiten of u Cosentyx bij uzelf zal injecteren.
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf een injectie toe te dienen voordat u hiermee met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. Na de juiste training mag ook een verzorger u uw
injectie met Cosentyx toedienen.
Zie 'Instructies voor gebruik van de Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit' onder aan deze bijsluiter
voor uitgebreide instructies over het injecteren van Cosentyx.
Instructies voor gebruik kunnen ook gevonden worden via de volgende QR-code en website:
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu
De aanbevolen dosering is 300 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd
door maandelijkse injecties. Op basis van hoe u daarop reageert, kan de arts verdere aanpassingen van
uw dosis aanbevelen. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als één
injectie van 300 mg.
Kinderen 6 jaar en ouder
·
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg of als twee injecties van
150 mg
. Andere doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de
doses van 75 mg en 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Arthritis psoriatica
Als u zowel arthritis psoriatica als matige tot ernstige plaque psoriasis hebt, kan uw arts de
dosisaanbeveling aanpassen waar nodig.
Voor patiënten die niet goed reageerden op geneesmiddelen die `tumornecrosefactor-remmers'
(TNF-remmers) worden genoemd:
·
De aanbevolen dosis is 300 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als één
injectie van 300 mg.
Voor andere patiënten met arthritis psoriatica:
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg.
Spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale spondyloartritis)
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als één injectie van 300 mg.
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening regelmatig om te
controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend dan volgens
het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.


Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u bent vergeten een dosis van Cosentyx te injecteren, dien de volgende dosis dan toe zodra u eraan
denkt. Overleg vervolgens met uw arts wanneer u de volgende dosis moet injecteren.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten, de klachten van uw arthritis psoriatica of de klachten van uw axiale spondyloartritis
echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.

4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u een
van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
·
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
·
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
·
branderig gevoel bij het plassen.

Ernstige allergische reactie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
moeite met ademhalen of slikken
·
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
·
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
·
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u weer met de behandeling kunt beginnen.


Zeer vaak (kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
·
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)

Vaak (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
·
koortsblaasjes (orale herpes)
·
diarree
·
loopneus (rinorroe)
·
voetschimmel (tinea pedis)
·
hoofdpijn
·
misselijkheid
·
vermoeidheid

Soms (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
·
mondspruw (orale candidiasis)
·
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
·
buitenoorontsteking (otitis externa)
·
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
·
jeukende huiduitslag (urticaria)
·
infecties van de onderste luchtwegen
·
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
·
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)

Zelden (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 mensen):
·
ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
·
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
·
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)

Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
·
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel Candida)

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.



Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer:
·
na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de buitenverpakking of op het etiket van de
spuit na 'EXP'.
·
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
Bewaar de spuit verzegeld in zijn doos ter bescherming tegen licht. Bewaren in de koelkast
(2°C ­ 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Niet schudden.
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke voorgevulde spuit bevat 300 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-
monohydraat, methionine, polysorbaat 80 en water voor injecties.

Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx oplossing voor injectie is een heldere vloeistof. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit is beschikbaar in een verpakking
met 1 voorgevulde spuit en in multiverpakkingen met 3 (3 verpakkingen met 1) voorgevulde spuiten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
België/Belgique/Belgien
Lietuva
Novartis Pharma N.V.
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Tel: +370 5 269 16 50


Luxembourg/Luxemburg
Novartis Bulgaria EOOD
Novartis Pharma N.V.
: +359 2 489 98 28
Tél/Tel: +32 2 246 16 11


Ceská republika
Magyarország
Novartis s.r.o.
Novartis Hungária Kft.
Tel: +420 225 775 111
Tel.: +36 1 457 65 00

Danmark
Malta
Novartis Healthcare A/S
Novartis Pharma Services Inc.
Tlf: +45 39 16 84 00
Tel: +356 2122 2872

Deutschland
Nederland
Novartis Pharma GmbH
Novartis Pharma B.V.
Tel: +49 911 273 0
Tel: +31 88 04 52 111

Eesti
Norge
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Novartis Norge AS
Tel: +372 66 30 810
Tlf: +47 23 05 20 00


Österreich
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Novartis Pharma GmbH
: +30 210 281 17 12
Tel: +43 1 86 6570

España
Polska
Novartis Farmacéutica, S.A.
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel: +34 93 306 42 00
Tel.: +48 22 375 4888

France
Portugal
Novartis Pharma S.A.S.
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Tel: +351 21 000 8600

Hrvatska

România
Novartis Hrvatska d.o.o.
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel. +385 1 6274 220
Tel: +40 21 31299 01

Ireland

Slovenija
Novartis Ireland Limited
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +353 1 260 12 55
Tel: +386 1 300 75 50

Ísland

Slovenská republika
Vistor hf.
Novartis Slovakia s.r.o.
Sími: +354 535 7000
Tel: +421 2 5542 5439

Italia
Suomi/Finland
Novartis Farma S.p.A.
Novartis Finland Oy
Tel: +39 02 96 54 1
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
Sverige
Novartis Pharma Services Inc.
Novartis Sverige AB
: +357 22 690 690
Tel: +46 8 732 32 00


Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
SIA Novartis Baltics
Novartis Ireland Limited
Tel: +371 67 887 070
Tel: +44 1276 698370


Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.


Instructies voor gebruik van de Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit
Lees vóór het injecteren deze instructies VOLLEDIG door. Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf
een injectie toe te dienen voordat u hiermee samen met uw arts, verpleegkundige of apotheker heeft
geoefend. In de doos zit de Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit, apart verzegeld in een plastic
blisterverpakking.
Uw Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit


Veiligheidsbescherming
Vingergrepen
Zuiger
spuit
Zijvleugels
veiligheidsbe-

Naalddop
Kijkvenster, etiket
scherming
en uiterste
spuit
Zuigerkop
houdbaarheidsdatum

Na het injecteren van het geneesmiddel wordt de veiligheidsbescherming van de spuit geactiveerd,
zodat de naald wordt afgeschermd. Dit is bedoeld ter bescherming van beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg, van patiënten die zichzelf injecties geven met door een arts voorgeschreven
geneesmiddelen en van personen die patiënten helpen om zichzelf injecties te geven. Zo kan iemand
zich niet per ongeluk prikken.
Wat u ook nog nodig heeft voor
uw injectie:

· Alcoholdoekje.
· Wattenbolletje of gaasje.
· Naaldencontainer.


Belangrijke veiligheidsinformatie
Let op:
houd de spuit buiten het zicht en bereik van kinderen.
1.
Open de verzegelde buitenverpakking pas als u klaar bent om dit geneesmiddel te gaan
gebruiken.
2.
Gebruik dit geneesmiddel niet als de verzegeling van de buitenverpakking of van de
blisterverpakking is verbroken, aangezien het dan mogelijk niet veilig is om de spuit te
gebruiken.
3.
Laat de spuit nooit ergens liggen waar anderen eraan kunnen zitten.
4.
De spuit niet schudden.
5.
Let op dat u de zijvleugels van de veiligheidsbescherming van de spuit niet aanraakt vóór
gebruik. Door deze aan te raken kan de veiligheidsbescherming van de spuit te vroeg worden
geactiveerd.
6.
Verwijder de naalddop pas vlak voordat u de injectie toedient.
7.
De spuit kan niet opnieuw worden gebruikt. Gooi de spuit na gebruik onmiddellijk weg in een
naaldencontainer.

Bewaren van de Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit
1.
Bewaar dit geneesmiddel verzegeld in zijn buitenverpakking ter bescherming tegen licht.
Bewaren in de koelkast tussen 2°C en 8°C. NIET IN DE VRIEZER BEWAREN.
2.
Denk eraan de spuit vóór het gereedmaken voor injectie uit de koelkast te halen en op
kamertemperatuur te laten komen (30­45 minuten).
3.
Gebruik de spuit niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de
buitenverpakking of op het etiket van de spuit na 'EXP'. Als de uiterste houdbaarheidsdatum is
verstreken, de gehele verpakking inleveren bij de apotheek.

De injectieplaats

De injectieplaats is de plaats op het lichaam waar u de spuit
gaat gebruiken.
· De aanbevolen plaats is de voorzijde van uw
bovenbenen. U kunt ook de onderbuik gebruiken maar
niet het gebied van 5 centimeter rond de navel.
· Kies voor elke injectie die u aan uzelf toedient weer een
andere plaats.
· Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig,
gekneusd, rood, schilferig of hard is. Vermijd gebieden
met littekens of striae.
Als een verzorger u de injectie geeft, kan ook de buitenkant
van de bovenarmen worden gebruikt.

De Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit klaarmaken voor gebruik
1.
Neem de doos met de spuit uit de koelkast en laat deze
ongeopend gedurende ongeveer 30­
45 minuten op kamertemperatuur komen.
2.
Was uw handen zorgvuldig met water en zeep zodra u klaar bent om de spuit te gaan gebruiken.
3.
Maak de injectieplaats schoon met een alcoholdoekje.
4.
Neem de spuit uit de buitenverpakking en uit de blisterverpakking door het veilige middenstuk
vast te pakken.
5.
Controleer de spuit. De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel. Mogelijk ziet u een kleine luchtbel; dit is normaal. NIET GEBRUIKEN als de
vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd. NIET
GEBRUIKEN als de spuit kapot is. In al deze gevallen de gehele productverpakking inleveren
bij de apotheek.

Gebruik van de Cosentyx 300 mg voorgevulde spuit

Verwijder voorzichtig de naalddop van de spuit
door het veilige middenstuk vast te houden. Gooi
de naalddop weg. Er kan op de punt van de naald
een druppeltje vloeistof zichtbaar zijn. Dit is
normaal.



Knijp de huid op de injectieplaats voorzichtig
samen en breng de naald in zoals afgebeeld. Duw
de naald helemaal in uw huid om ervoor te
zorgen dat het geneesmiddel volledig kan
worden toegediend.
Houd de spuit vast zoals afgebeeld. Duw de
zuiger
langzaam zo ver mogelijk omlaag zodat
de zuigerkop zich volledig tussen de zijvleugels
van de veiligheidsbescherming van de spuit
bevindt.
Houd de zuiger volledig ingedrukt terwijl u de
spuit 5 seconden op zijn plaats houdt.

Houd de zuiger volledig ingedrukt terwijl u de
naald voorzichtig recht uit de injectieplaats trekt.
Laat de zuiger langzaam los en laat de
veiligheidsbescherming van de naald
automatisch de blootliggende naald bedekken.
Op de injectieplaats kan een klein beetje bloed
zitten. U kunt 10 seconden lang met een
wattenbolletje of gaasje op de injectieplaats
duwen. Niet over de injectieplaats wrijven. Zo
nodig kunt u een kleine pleister op de
injectieplaats plakken.

Gooi de spuit na gebruik weg in een
naaldencontainer (afsluitbare, prikbestendige
afvalbak). Voor de veiligheid en gezondheid van
u en anderen
mogen naalden en gebruikte
spuiten
nooit opnieuw worden gebruikt.



Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
secukinumab

Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.

-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
·
Plaque psoriasis
·
Arthritis psoriatica
·
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis

Plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd 'plaque psoriasis'
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen, jongeren tot
18 jaar en kinderen (6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid verbetert en
uw klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
Arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een aandoening genaamd 'arthritis psoriatica'. Dit
is een ontstekingsziekte van de gewrichten die vaak samengaat met psoriasis. Als u actieve arthritis
psoriatica heeft, zult u eerst andere geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze
geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx krijgen om de klachten en verschijnselen van actieve arthritis
psoriatica te verminderen, uw lichamelijk functioneren te verbeteren en de beschadiging aan het
kraakbeen en het bot in de aangedane gewrichten te vertragen.
Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen met actieve arthritis psoriatica en kan alleen gebruikt
worden of samen met een ander geneesmiddel genaamd methotrexaat.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?


Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
·
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat u Cosentyx
gebruikt.
·
U heeft een actieve infectie die volgens uw arts belangrijk is.

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
·
als u op dit moment een infectie heeft.
·
als u langdurige of terugkerende infecties heeft.
·
als u tuberculose heeft.
·
als u een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt genoemd.
·
als u een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt genoemd.
·
als u onlangs gevaccineerd bent of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd.
·
als u een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander afweeronderdrukkend middel
of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.

Ontstekingsziekte van de darm (de ziekte van Crohn of ulceratieve colitis)
Stop het gebruik van dit middel en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
buikkrampen en buikpijn, diarree, gewichtsverlies, bloed in de ontlasting of andere tekenen van
darmproblemen opmerkt.
Let op infecties en allergische reacties
Cosentyx kan ernstige bijwerkingen veroorzaken, waaronder infecties en allergische reacties. Tijdens
het gebruik van Cosentyx moet u letten op verschijnselen van deze aandoeningen.
Stop het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts of zoek onmiddellijk medische hulp als u
verschijnselen opmerkt die wijzen op een mogelijk ernstige infectie of een allergische reactie.
Dergelijke verschijnselen staan vermeld onder 'Ernstige bijwerkingen' in rubriek 4.
·
als u naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u heeft dat kort geleden gedaan of
de mogelijkheid bestaat dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken.
·
als u onlangs bent gevaccineerd of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u bepaalde soorten vaccins (levende
vaccins) niet toegediend krijgen.

Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
·
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u een vrouw bent die zwanger kan
worden, wordt u geadviseerd ervoor te zorgen dat u niet zwanger wordt en moet u een
betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u Cosentyx gebruikt en gedurende ten
minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of
wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
·
Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding gaan geven? Neem dan contact op met uw arts. U
en uw arts moeten samen besluiten of u borstvoeding gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U
mag het niet allebei doen. Na gebruik van Cosentyx mag u geen borstvoeding geven gedurende
ten minste 20 weken na de laatste dosis.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.

3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker.
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder uw huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd). U en
uw arts moeten samen besluiten of u Cosentyx bij uzelf zal injecteren.
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf een injectie toe te dienen voordat u hiermee met uw arts,
verpleegkundige of apotheker heeft geoefend. Na de juiste training mag ook een verzorger u uw
injectie met Cosentyx toedienen.
Zie 'Instructies voor gebruik van de Cosentyx 300 mg UnoReady-pen' onder aan deze bijsluiter voor
uitgebreide instructies over het injecteren van Cosentyx.
Instructies voor gebruik kunnen ook gevonden worden via de volgende QR-code en website:
'QR-code opnemen'
www.cosentyx.eu
De aanbevolen dosering is 300 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd
door maandelijkse injecties. Op basis van hoe u daarop reageert, kan de arts verdere aanpassingen van
uw dosis aanbevelen. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als één
injectie van 300 mg.
Kinderen 6 jaar en ouder
·
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg of als twee injecties van
150 mg
. Andere doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de
doses van 75 mg en 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Arthritis psoriatica
Als u zowel arthritis psoriatica als matige tot ernstige plaque psoriasis hebt, kan uw arts de
dosisaanbeveling aanpassen waar nodig.
Voor patiënten die niet goed reageerden op geneesmiddelen die `tumornecrosefactor-remmers'
(TNF-remmers) worden genoemd:
·
De aanbevolen dosis is 300 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als één injectie van 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als één
injectie van 300 mg.
Voor andere patiënten met arthritis psoriatica:
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg.
Spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale spondyloartritis)
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als één injectie van 300 mg.

De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening regelmatig om te
controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend dan volgens
het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.


Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u bent vergeten een dosis van Cosentyx te injecteren, dien de volgende dosis dan toe zodra u eraan
denkt. Overleg vervolgens met uw arts wanneer u de volgende dosis moet injecteren.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten, de klachten van uw arthritis psoriatica of de klachten van uw axiale spondyloartritis
echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.

4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u een
van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
·
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
·
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
·
branderig gevoel bij het plassen.

Ernstige allergische reactie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
moeite met ademhalen of slikken
·
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
·
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
·
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u weer met de behandeling kunt beginnen.
Andere bijwerkingen
De meeste van de volgende bijwerkingen zijn licht tot matig. Als een van deze bijwerkingen ernstig
wordt, vertel dat dan uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Zeer vaak (kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
·
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)
koortsblaasjes (orale herpes)
·
diarree
·
loopneus (rinorroe)
·
voetschimmel (tinea pedis)
·
hoofdpijn
·
misselijkheid
·
vermoeidheid

Soms (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
·
mondspruw (orale candidiasis)
·
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
·
buitenoorontsteking (otitis externa)
·
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
·
jeukende huiduitslag (urticaria)
·
infecties van de onderste luchtwegen
·
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
·
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)

Zelden (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 mensen):
·
ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
·
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
·
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)

Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
·
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel Candida)

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer:
·
na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de buitenverpakking of op het etiket van de
pen na 'EXP'.
·
als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.
Bewaar de pen verzegeld in zijn doos ter bescherming tegen licht. Bewaren in de koelkast
(2°C ­ 8°C). Niet in de vriezer bewaren. Niet schudden.
Als het nodig is, mag Cosentyx buiten de koelkast bij kamertemperatuur, beneden 30°C, bewaard
worden voor een eenmalige periode van maximaal 4 dagen.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke voorgevulde pen bevat 300 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn trehalosedihydraat, histidine, histidinehydrochloride-
monohydraat, methionine, polysorbaat 80 en water voor injecties.

Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx oplossing voor injectie is een heldere vloeistof. De kleur kan variëren van kleurloos tot
enigszins geel.
Cosentyx 300 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is beschikbaar in een verpakking met
1 voorgevulde pen en in multiverpakkingen met 3 (3 verpakkingen met 1) voorgevulde pennen.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Lietuva
Novartis Pharma N.V.
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Tel: +370 5 269 16 50


Luxembourg/Luxemburg
Novartis Bulgaria EOOD
Novartis Pharma N.V.
: +359 2 489 98 28
Tél/Tel: +32 2 246 16 11


Ceská republika
Magyarország
Novartis s.r.o.
Novartis Hungária Kft.
Tel: +420 225 775 111
Tel.: +36 1 457 65 00

Malta
Novartis Healthcare A/S
Novartis Pharma Services Inc.
Tlf: +45 39 16 84 00
Tel: +356 2122 2872

Deutschland
Nederland
Novartis Pharma GmbH
Novartis Pharma B.V.
Tel: +49 911 273 0
Tel: +31 88 04 52 111

Eesti
Norge
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Novartis Norge AS
Tel: +372 66 30 810
Tlf: +47 23 05 20 00


Österreich
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Novartis Pharma GmbH
: +30 210 281 17 12
Tel: +43 1 86 6570

España
Polska
Novartis Farmacéutica, S.A.
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel: +34 93 306 42 00
Tel.: +48 22 375 4888

France
Portugal
Novartis Pharma S.A.S.
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Tel: +351 21 000 8600

Hrvatska

România
Novartis Hrvatska d.o.o.
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel. +385 1 6274 220
Tel: +40 21 31299 01

Ireland

Slovenija
Novartis Ireland Limited
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +353 1 260 12 55
Tel: +386 1 300 75 50

Ísland

Slovenská republika
Vistor hf.
Novartis Slovakia s.r.o.
Sími: +354 535 7000
Tel: +421 2 5542 5439

Italia
Suomi/Finland
Novartis Farma S.p.A.
Novartis Finland Oy
Tel: +39 02 96 54 1
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200

Sverige
Novartis Pharma Services Inc.
Novartis Sverige AB
: +357 22 690 690
Tel: +46 8 732 32 00


Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
SIA Novartis Baltics
Novartis Ireland Limited
Tel: +371 67 887 070
Tel: +44 1276 698370


Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.


Instructies voor gebruik van de Cosentyx 300 mg UnoReady-pen

secukinumab

Lees vóór het injecteren deze instructies VOLLEDIG door.
Deze instructies zijn bedoeld om u te helpen op de juiste wijze een
injectie toe te dienen met de Cosentyx UnoReady-pen.
Het is belangrijk dat u niet probeert uzelf een injectie toe te dienen
voordat u hiermee samen met uw arts, verpleegkundige of apotheker
heeft geoefend.

Uw Cosentyx 300 mg UnoReady-pen:


Gebruik de Cosentyx UnoReady-pen
niet als de
verzegeling van de doos is gebroken.
Bewaar uw Cosentyx UnoReady-pen in de gesloten
Naaldbeschermer
doos om hem te beschermen tegen licht tot u klaar bent
om hem te gebruiken.
Dop
Controle-
venster
Bewaar de doos met uw Cosentyx UnoReady-pen in de
koelkast, tussen 2°C en 8°C en
buiten het bereik van
Inwendige
kinderen.
naaldbeschermer
· De pen
niet in de vriezer bewaren.

· De pen
niet schudden.
De Cosentyx 300 mg UnoReady-pen is
hierboven afgebeeld zonder dop. Verwijder
· Gebruik de pen niet als hij is
gevallen zonder dop.
de dop
niet voordat u klaar bent om de
injectie toe te dienen.
De naald is bedekt door de naaldbeschermer en de
naald is niet zichtbaar. Raak de naaldbeschermer niet
aan of druk er niet op, omdat u anders uzelf zou
kunnen prikken.

Wat u nodig heeft voor uw injectie:

Inbegrepen in de doos:
Niet inbegrepen in de doos:

Een nieuwe, ongebruikte Cosentyx · Alcoholdoekje.
300 mg UnoReady-pen.
· Wattenbolletje of
gaasje.
· Naaldencontainer.


Vóór uw injectie:

Neem de Cosentyx 300 mg UnoReady-pen
30 tot 45 minuten vóór de injectie uit de koelkast om
hem op kamertemperatuur te laten komen.



1. Belangrijke veiligheidscontroles voordat u injecteert:
Controlevenster:
De vloeistof moet helder zijn. De kleur kan variëren van
kleurloos tot enigszins geel.
Uiterste
Controlevenster
Niet gebruiken als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes
houdbaarheidsdatum
(EXP)
bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd. Mogelijk ziet u
een kleine luchtbel; dit is normaal.
Uiterste houdbaarheidsdatum:
Kijk naar de uiterste houdbaarheidsdatum (EXP) op uw
Cosentyx UnoReady-pen.
Gebruik de pen
niet meer na de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Controleer of uw pen het juiste geneesmiddel en de juiste
dosis bevat.
Neem contact op met uw apotheker als de pen niet voldoet
aan deze veiligheidscontroles.

2a. Kies uw injectieplaats:

· De aanbevolen plaats is de voorzijde van uw
bovenbenen. U kunt ook de onderbuik gebruiken, maar
niet het gebied van 5 centimeter rond de navel.
· Kies voor elke injectie die u aan uzelf toedient weer
een andere plaats.
· Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig,
gekneusd, rood, schilferig of hard is. Vermijd gebieden
met littekens of striae.
2b. Voor verzorgers of beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg geldt:

· Als een
verzorger of
beroepsbeoefenaar in de
gezondheidszorg u uw injectie geeft, kan hij/zij die
ook toedienen in de buitenkant van uw bovenarm.

3. Schoonmaken van de injectieplaats:
· Was uw handen met warm water en zeep.
· Maak met ronddraaiende bewegingen de injectieplaats
schoon met het alcoholdoekje. Laten opdrogen voordat
u de injectie geeft.
· Raak de schoongemaakte plaats vóór het injecteren niet
meer aan.

Uw injectie:

4. Verwijdering van de dop:
· Verwijder de dop pas wanneer u klaar bent om de pen te
gaan gebruiken.
· Trek de dop er recht af, in de richting van de pijl in de
figuur links hiernaast.
· Gooi de dop na verwijderen weg. Probeer niet de dop weer
terug te plaatsen.
· Gebruik de pen binnen 5 minuten nadat de dop is
verwijderd.
5. Hoe houdt u uw pen vast?
· Houd de pen loodrecht (90°) tegen de schoongemaakte
injectieplaats.


Goed
Fout

LEES DIT VÓÓR HET INJECTEREN.
Tijdens de injectie hoort u
2 klikken.
De
1e klik geeft aan dat de injectie is begonnen. Enkele seconden later
geeft een
2e klik aan dat de injectie
bijna klaar is.
U moet de pen stevig tegen uw huid gedrukt houden tot u ziet dat een
groene indicator met een grijs uiteinde het venster vult en niet meer
beweegt.

6. Uw injectie starten:
· Duw de pen stevig tegen de huid om de injectie te
1e KLIK
starten.
· De
1e klik geeft aan dat de injectie is begonnen.
·
Blijf de pen
stevig tegen uw huid gedrukt houden.
De
groene indicator met grijs uiteinde geeft de
voortgang van de injectie aan.

7. Afronding van uw injectie:
· Luister of u de
2e klik hoort. Deze geeft aan dat de
2e KLIK
injectie
bijna klaar is.
· Controleer of de
groene indicator met grijs uiteinde het
venster helemaal opvult en niet meer beweegt.
· De pen kan nu worden verwijderd.

Na uw injectie:

8. Controleer of de groene indicator het venster helemaal
opvult:

· Dit betekent dat het geneesmiddel is afgegeven. Neem
contact op met uw arts als de groene indicator niet
zichtbaar is.
· Op de injectieplaats kan een klein beetje bloed zitten. U
kunt 10 seconden lang met een wattenbolletje of gaasje
op de injectieplaats duwen. Niet over de injectieplaats
wrijven. Zo nodig kunt u een kleine pleister op de
injectieplaats plakken.

9. Uw Cosentyx 300 mg UnoReady-pen weggooien:
· Gooi de gebruikte pen weg in een naaldencontainer
(d.w.z. een prikbestendige, afsluitbare afvalbak of iets
vergelijkbaars).
· Probeer nooit uw pen nogmaals te gebruiken.


Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie
secukinumab

Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.

-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Cosentyx en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Cosentyx bevat de werkzame stof secukinumab. Secukinumab is een monoklonaal antilichaam dat
behoort tot een groep geneesmiddelen die interleukineremmers (IL-remmers) worden genoemd. Dit
geneesmiddel werkt doordat het de activiteit van een eiwit genaamd IL-17A neutraliseert; dit eiwit
komt in grotere hoeveelheden voor bij aandoeningen als psoriasis, arthritis psoriatica en axiale
spondyloartritis.
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van de volgende ontstekingsziekten:
·
Plaque psoriasis
·
Arthritis psoriatica
·
Axiale spondyloartritis, waaronder spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale
spondyloartritis) en niet-röntgenologische axiale spondyloartritis
·
Juveniele idiopathische artritis. Hieronder vallen: enthesitis-gerelateerde artritis en juveniele
arthritis psoriatica

Plaque psoriasis
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een huidaandoening, genaamd 'plaque psoriasis'
(gewone psoriasis), die ontsteking van de huid veroorzaakt. Cosentyx vermindert de ontsteking en
andere verschijnselen van de aandoening. Cosentyx wordt gebruikt bij volwassenen, jongeren tot
18 jaar en kinderen (6 jaar oud en ouder) met matige tot ernstige plaque psoriasis.
U zult baat hebben bij het gebruik van Cosentyx bij plaque psoriasis doordat het de huid verbetert en
uw klachten als schilfering, jeuk en pijn vermindert.
Arthritis psoriatica
Cosentyx wordt gebruikt voor de behandeling van een aandoening genaamd 'arthritis psoriatica'. Dit
is een ontstekingsziekte van de gewrichten die vaak samengaat met psoriasis. Als u actieve arthritis
psoriatica heeft, zult u eerst andere geneesmiddelen krijgen. Als u niet voldoende reageert op deze
geneesmiddelen, dan zult u Cosentyx krijgen om de klachten en verschijnselen van actieve arthritis
psoriatica te verminderen, uw lichamelijk functioneren te verbeteren en de beschadiging aan het
kraakbeen en het bot in de aangedane gewrichten te vertragen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?


Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
·
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn, vraag dan uw arts om advies voordat u Cosentyx
gebruikt.
·
U heeft een actieve infectie die volgens uw arts belangrijk is.

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
·
als u op dit moment een infectie heeft.
·
als u langdurige of terugkerende infecties heeft.
·
als u tuberculose heeft.
·
als u een ontstekingsziekte van de darm heeft die de ziekte van Crohn wordt genoemd.
·
als u een ontstekingsziekte van de dikke darm heeft die ulceratieve colitis wordt genoemd.
·
als u onlangs gevaccineerd bent of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd.
·
als u een andere behandeling voor psoriasis krijgt, zoals een ander afweeronderdrukkend middel
of lichttherapie met ultraviolet (UV) licht.
als u naast Cosentyx nog andere geneesmiddelen gebruikt, of u heeft dat kort geleden gedaan of
de mogelijkheid bestaat dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken.
·
als u onlangs bent gevaccineerd of u moet tijdens de behandeling met Cosentyx worden
gevaccineerd. Tijdens het gebruik van Cosentyx mag u bepaalde soorten vaccins (levende
vaccins) niet toegediend krijgen.

Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
·
Tijdens de zwangerschap Cosentyx bij voorkeur niet gebruiken. Het is niet bekend welke
effecten dit geneesmiddel bij zwangere vrouwen heeft. Als u een vrouw bent die zwanger kan
worden, wordt u geadviseerd ervoor te zorgen dat u niet zwanger wordt en moet u een
betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken zolang u Cosentyx gebruikt en gedurende ten
minste 20 weken na de laatste dosis van Cosentyx. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of
wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
·
Geeft u borstvoeding of wilt u borstvoeding gaan geven? Neem dan contact op met uw arts. U
en uw arts moeten samen besluiten of u borstvoeding gaat geven of Cosentyx gaat gebruiken. U
mag het niet allebei doen. Na gebruik van Cosentyx mag u geen borstvoeding geven gedurende
ten minste 20 weken na de laatste dosis.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is onwaarschijnlijk dat Cosentyx een invloed heeft op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om
machines te bedienen.

3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Cosentyx wordt gegeven via injectie onder uw huid (dit wordt een subcutane injectie genoemd) door
een beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg.
Zorg ervoor dat u met uw arts bespreekt wanneer uw injecties worden toegediend en wanneer uw
vervolgafspraken plaatsvinden.
De aanbevolen dosering is 300 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op basis van hoe u daarop reageert, kan de arts verdere aanpassingen van uw
dosis aanbevelen. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
Kinderen 6 jaar en ouder
·
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 25 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 25 kg of hoger en lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
Uw arts kan de dosis verhogen tot 300 mg.
·
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg. Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de doses van 75 mg
en 300 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Arthritis psoriatica
Als u zowel arthritis psoriatica als matige tot ernstige plaque psoriasis hebt, kan uw arts de
dosisaanbeveling aanpassen waar nodig.
Voor patiënten die niet goed reageerden op geneesmiddelen die `tumornecrosefactor-remmers'
(TNF-remmers) worden genoemd:
·
De aanbevolen dosis is 300 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 300 mg
wordt gegeven als twee injecties van 150 mg.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties. Op elk tijdspunt krijgt u een dosis van 300 mg die wordt toegediend als twee
injecties van 150 mg.
Voor andere patiënten met arthritis psoriatica:
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg.
Spondylitis ankylopoetica (röntgenologische axiale spondyloartritis)
·
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Op basis van uw respons kan uw arts uw dosis verhogen tot 300 mg. Elke dosis van 300 mg wordt
gegeven als twee injecties van 150 mg.
De aanbevolen dosis is 150 mg via onderhuidse injectie.
Na de eerste dosis krijgt u vervolgens wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Juveniele idiopathische artritis (enthesitisgerelateerde artritis en juveniele arthritis psoriatica)
·
De aanbevolen dosering gebaseerd op lichaamsgewicht is als volgt:
o
Gewicht lager dan 50 kg: 75 mg via onderhuidse injectie.
o
Gewicht 50 kg of hoger: 150 mg via onderhuidse injectie.
·
Elke dosis van 150 mg
wordt gegeven als een enkelvoudige injectie van 150 mg. Andere
doseringsvormen/sterktes kunnen beschikbaar zijn voor de toediening van de dosis van 75 mg.
Na de eerste dosis krijgt u (of uw kind) verder wekelijkse injecties in week 1, 2, 3 en 4, gevolgd door
maandelijkse injecties.
Cosentyx is voor een langdurige behandeling. Uw arts beoordeelt uw aandoening regelmatig om te
controleren of de behandeling het gewenste effect heeft.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Cosentyx heeft gekregen dan zou moeten of als de dosis eerder is toegediend dan volgens
het voorschrift van uw arts, vertel dit dan aan uw arts.


Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u een injectie met Cosentyx heeft gemist, overleg dan met uw arts.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Het is niet gevaarlijk te stoppen met het gebruik van Cosentyx. Als u stopt, kunnen uw
psoriasisklachten, de klachten van uw arthritis psoriatica of de klachten van uw axiale spondyloartritis
echter weer terugkomen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.

4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen
Stop met het gebruik van Cosentyx en vertel het uw arts onmiddellijk of zoek medische hulp als u een
van de volgende bijwerkingen krijgt:
Mogelijk ernstige infectie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
koorts, griepachtige klachten, nachtelijk zweten
·
moe gevoel of kortademig, hoest die niet overgaat
·
warme, rode en pijnlijke huid, of pijnlijke huiduitslag met blaren
·
branderig gevoel bij het plassen.

Ernstige allergische reactie - de verschijnselen kunnen onder meer zijn:
·
moeite met ademhalen of slikken
·
lage bloeddruk, die duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd kan veroorzaken
·
zwelling van gezicht, lippen, tong of keel
·
hevig jeukende huid, met een rode uitslag of bultjes.
Uw arts beslist of en wanneer u weer met de behandeling kunt beginnen.
Zeer vaak (kunnen voorkomen bij meer dan 1 op de 10 mensen):
·
infecties van de bovenste luchtwegen, met klachten als keelpijn en een verstopte neus
(nasofaryngitis, rinitis)

Vaak (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen):
·
koortsblaasjes (orale herpes)
·
diarree
·
loopneus (rinorroe)
·
voetschimmel (tinea pedis)
·
hoofdpijn
·
misselijkheid
·
vermoeidheid

Soms (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen):
·
mondspruw (orale candidiasis)
·
verschijnselen van lage aantallen witte bloedcellen, zoals koorts, keelpijn of mondzweren
door infecties (neutropenie)
·
buitenoorontsteking (otitis externa)
·
oogafscheiding met jeuk, roodheid en zwelling (conjunctivitis)
·
jeukende huiduitslag (urticaria)
·
infecties van de onderste luchtwegen
·
buikkrampen en pijn, diarree, gewichtsverlies of bloed in de ontlasting (tekenen van
darmproblemen)
·
kleine, jeukende blaasjes op de handpalmen, de voetzolen en de zijkanten van de vingers
en de tenen (dyshidrotisch eczeem)

Zelden (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000
mensen
):
·
ernstige allergische reactie met shock (anafylactische reactie)
·
roodheid en afschilfering van de huid over een groter deel van het lichaam, mogelijk met
jeuk of pijn (exfoliatieve dermatitis)
·
ontsteking van kleine bloedvaten, wat kan leiden tot huiduitslag met rode of paarse
bultjes (vasculitis)

Niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald):
·
schimmelinfecties van de huid en slijmvliezen (waaronder infectie van de slokdarm met
de gistachtige schimmel Candida)

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.



Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de
buitenverpakking of op de injectieflacon na 'EXP'.
Vóór reconstitutie: bewaar de injectieflacon in de koelkast, tussen 2°C en 8°C.
Na reconstitutie: de oplossing kan onmiddellijk worden gebruikt of kan gedurende maximaal 24 uur
bij 2°C tot 8 C worden bewaard. Niet in de vriezer bewaren. De oplossing moet binnen één uur na
uitnemen uit de koelkast (2°C ­ 8°C) worden toegediend.
Niet gebruiken als het poeder niet volledig is opgelost of als de vloeistof duidelijk zichtbare deeltjes
bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd is.
Dit geneesmiddel is uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof in dit middel is secukinumab. Elke injectieflacon met poeder voor oplossing
voor injectie bevat 150 mg secukinumab. Na reconstitutie bevat 1 ml oplossing 150 mg
secukinumab.
-
De andere stoffen in dit middel zijn sacharose, histidine, histidinehydrochloride-monohydraat
en polysorbaat 80.

Hoe ziet Cosentyx eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Cosentyx poeder voor oplossing voor injectie is een wit, vast poeder in een glazen injectieflacon.
Cosentyx wordt geleverd in een verpakking met één injectieflacon.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
90429 Nürnberg
Duitsland


België/Belgique/Belgien
Lietuva
Novartis Pharma N.V.
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Tel: +370 5 269 16 50


Luxembourg/Luxemburg
Novartis Bulgaria EOOD
Novartis Pharma N.V.
: +359 2 489 98 28
Tél/Tel: +32 2 246 16 11


Ceská republika
Magyarország
Novartis s.r.o.
Novartis Hungária Kft.
Tel: +420 225 775 111
Tel.: +36 1 457 65 00

Danmark
Malta
Novartis Healthcare A/S
Novartis Pharma Services Inc.
Tlf: +45 39 16 84 00
Tel: +356 2122 2872

Deutschland
Nederland
Novartis Pharma GmbH
Novartis Pharma B.V.
Tel: +49 911 273 0
Tel: +31 88 04 52 111

Eesti
Norge
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Novartis Norge AS
Tel: +372 66 30 810
Tlf: +47 23 05 20 00


Österreich
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Novartis Pharma GmbH
: +30 210 281 17 12
Tel: +43 1 86 6570

España
Polska
Novartis Farmacéutica, S.A.
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel: +34 93 306 42 00
Tel.: +48 22 375 4888

France
Portugal
Novartis Pharma S.A.S.
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Tel: +351 21 000 8600

Hrvatska

România
Novartis Hrvatska d.o.o.
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel. +385 1 6274 220
Tel: +40 21 31299 01

Ireland

Slovenija
Novartis Ireland Limited
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +353 1 260 12 55
Tel: +386 1 300 75 50

Ísland

Slovenská republika
Vistor hf.
Novartis Slovakia s.r.o.
Sími: +354 535 7000
Tel: +421 2 5542 5439

Italia
Suomi/Finland
Novartis Farma S.p.A.
Novartis Finland Oy
Tel: +39 02 96 54 1
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
Sverige
Novartis Pharma Services Inc.
Novartis Sverige AB
: +357 22 690 690
Tel: +46 8 732 32 00


Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
SIA Novartis Baltics
Novartis Ireland Limited
Tel: +371 67 887 070
Tel: +44 1276 698370


Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
Instructies voor gebruik van Cosentyx poeder voor oplossing voor injectie

De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg.

De oplossing voor subcutane injectie moet zonder onderbreking worden bereid met gebruik van
aseptische technieken. De bereidingstijd vanaf het doorprikken van de stop tot voltooiing van de
reconstitutie bedraagt gemiddeld 20 minuten en mag niet langer duren dan 90 minuten.
Houd u aan de volgende instructies bij het bereiden van Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing
voor injectie:
Instructies voor reconstitutie van Cosentyx 150 mg poeder voor oplossing voor injectie:
1.
Laat de injectieflacon met poeder op kamertemperatuur komen en zorg ervoor dat ook het
steriele water voor injecties op kamertemperatuur is.
2.
Zuig iets meer dan 1,0 ml steriel water voor injecties op in een 1 ml-wegwerpspuit met
maatverdeling en verwijder het teveel tot 1,0 ml.
3.
Verwijder de plastic dop van de injectieflacon.
4.
Steek de naald van de spuit in de injectieflacon met het poeder door het midden van de rubberen
stop en reconstitueer het poeder door langzaam 1,0 ml steriel water voor injecties in de
injectieflacon te spuiten. De stroom steriel water voor injecties moet op het poeder zijn gericht.
5.
Houd de injectieflacon schuin onder een hoek van ongeveer 45° en draai de flacon zachtjes
tussen de vingertoppen gedurende circa 1 minuut. De injectieflacon niet schudden of omkeren.
6.
Laat de injectieflacon minimaal 10 minuten bij kamertemperatuur staan zodat het poeder kan
oplossen. Houdt er rekening mee dat de oplossing kan schuimen.
7.
Houd de injectieflacon schuin onder een hoek van ongeveer 45° en draai de flacon zachtjes
tussen de vingertoppen gedurende circa 1 minuut. De injectieflacon niet schudden of omkeren.
8.
Laat de injectieflacon ongeveer 5 minuten rustig staan bij kamertemperatuur. De resulterende
oplossing moet helder zijn. De kleur kan variëren van kleurloos tot enigszins geel. Niet
gebruiken als het gevriesdroogde poeder niet volledig is opgelost of als de vloeistof duidelijk
zichtbare deeltjes bevat, troebel is of duidelijk bruin gekleurd.


9.
Bereid het vereiste aantal injectieflacons (1 injectieflacon voor de 75 mg-dosis, 1 injectieflacon
voor de 150 mg-dosis, 2 injectieflacons voor de 300 mg-dosis).
Na bewaren bij 2°C tot 8°C moet de oplossing vóór toediening eerst gedurende ongeveer 20 minuten
op kamertemperatuur komen.
Instructies voor toediening van de Cosentyx-oplossing
1.
Houd de injectieflacon schuin onder een hoek van ongeveer 45° en houd de naaldpunt bij het
opzuigen van de oplossing in de spuit helemaal onder in de oplossing op de bodem van de
injectieflacon. KEER de injectieflacon NIET om.
2.
Voor de doses van 150 mg en 300 mg: zuig met een geschikte naald (bijv. 21G x 2)
voorzichtig iets meer dan 1,0 ml van de oplossing voor subcutane injectie op uit de
injectieflacon in een 1 ml-wegwerpspuit met maatverdeling. Deze naald wordt alleen gebruikt
voor het opzuigen van Cosentyx in de wegwerpspuit. Bereid het vereiste aantal spuiten
(2 spuiten voor de 300 mg-dosis).
Voor een kind dat de dosis van 75 mg krijgt: zuig voorzichtig iets meer dan 0,5 ml oplossing
voor subcutane injectie op en gooi de rest onmiddellijk weg.
3.
Tik, met de naald omhoog, voorzichtig tegen de spuit zodat eventuele luchtbelletjes opstijgen.
4.
Vervang de bevestigde naald door een naald van 27G x ½.
Duw de luchtbelletjes eruit en duw de zuiger tot de 1,0 ml-markering voor de dosis van 150 mg.
Duw de luchtbelletjes eruit en duw de zuiger tot de 0,5 ml-markering voor de dosis van 75 mg.
6.
Maak de injectieplaats schoon met een alcoholdoekje.
7.
Injecteer de Cosentyx-oplossing subcutaan in de voorzijde van de bovenbenen, de onderbuik
(maar niet in een gebied van 5 centimeter rond de navel) of buitenzijde van de bovenarmen.
Kies voor elke injectie een andere plaats. Injecteer niet in gebieden waar de huid gevoelig,
gekneusd, rood, schilferig of hard is. Vermijd gebieden met littekens of striae.
8.
Eventueel overgebleven oplossing in de injectieflacon mag niet meer worden gebruikt en dient
te worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften. De injectieflacons zijn uitsluitend
bedoeld voor eenmalig gebruik. Gooi de gebruikte spuit weg in een naaldencontainer
(afsluitbare, prikbestendige container). Voor de veiligheid en gezondheid van u en anderen
mogen naalden en gebruikte spuiten nooit opnieuw worden gebruikt.

Heb je dit medicijn gebruikt? Cosentyx 150 mg te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Cosentyx 150 mg te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Cosentyx 150 mg

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG