Bionolyte + glucose 5 %

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS
BIONOLYTE + glucose 5% oplossing voor infusie
BIONOLYTE + glucose 10% oplossing voor infusie
Lees goed de hele bijsluiter, voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat
belangrijke informatie in voor u.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet
in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1. Wat is Bionolyte + glucose 5% en Bionolyte + glucose 10% en waarvoor wordt dit middel
gebruikt?
2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe gebruikt u dit middel?
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u dit middel?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
1. Wat is Bionolyte + glucose 5% en Bionolyte + glucose 10% en waarvoor wordt dit middel
gebruikt?
Oplossing voor infusie, steriel.
Deze hypertone zoutoplossing die 5 % of 10 % Glucose bevat wordt gebruikt wanneer er een toevoer
van water en koolhydraten vereist is.
Therapeutische indicaties :
- dehydratatie;
- natrium- en chloortekorten;
- aanvoer van energie in parenterale voeding;
- transportvloeistof voor geneesmiddelen die via infuus worden toegediend
2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u extra voorzichtig zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
- U bent allergisch voor een van de stoffen die in dit geneesmiddel zitten. Deze stoffen kunt u vinden
onder punt 6.
- als u aan diabetes lijdt.
- als u aan ernstige respiratoire insufficiëntie lijdt.
- als u aan hyperkalemie lijdt
- als u aan hyperglykemie lijdt.
- als u een acidose met hyperchloremie heeft.
- als u verminderde nier- en hartfuncties heeft.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt.
Licht uw arts in als u een van de volgende medische aandoeningen heeft of gehad:
1
-
heeft:een aandoening die de oorzaak is van een verhoogd gehalte van vasopressine, een hormoon
dat het vocht in uw lichaam regelt. U zou te veel vasopressine in uw lichaam kunnen hebben
omdat u, bijvoorbeeld:
- een plotse en ernstige ziekte heeft gehad
- pijn heeft
- een operatie heeft ondergaan
- infecties, brandwonden of een hersenziekte heeft
- ziekten heeft die te maken hebben met uw hart, lever, nieren of centrale zenuwstelsel
- bepaalde geneesmiddelen inneemt.
Hierdoor kan het risico op een laag natriumgehalte in uw bloed stijgen en dit kan leiden tot hoofdpijn,
misselijkheid, toevallen, lethargie, coma, zwelling van de hersenen en overlijden. Zwelling van de
hersenen verhoogt het risico op overlijden en op hersenschade. Mensen die een risico lopen op
zwelling van de hersenen zijn:
- kinderen
- vrouwen (in het bijzonder wanneer u in de vruchtbare leeftijd bent)
-
mensen die problemen hebben met het vochtniveau in hun hersenen, bijvoorbeeld, door
hersenvliesontsteking, bloeding in de schedel of een hersenletsel.
-
-
-
-
-
Toe te dienen via een centrale vene.
In het geval van een paraveneuse toediening kan de oplossing een necrose veroorzaken en het
risico op trombo-flebitis doen toenemen.
Plotse stopzetting van het infuus kan mogelijk een hypoglycemie veroorzaken.
Teneinde deze complicaties te voorkomen of te vermijden, dient de toediening over 24 uur te
worden verdeeld. De infuussnelheid progressief verminderen op het einde van de behandeling.
Het is aanbevolen de oplossing met voorzichtigheid toe te dienen en ervoor te zorgen dat het
toegediende volume op een voldoende wijze wordt geëlimineerd bij patiënten met hypertensie,
nierinsufficiëntie, latente of manifeste hartdecompensatie. Er dient ook gelet te worden op het
minste teken van hypervolemie of hartinsufficiëntie.
Deze oplossing mag niet langer dan 24 uur zonder controle van het electrolietengehalte en de
vochtbalans toegediend worden.
De snelheid van toediening kan een decompensatie of hyperhydratatie tot gevolg hebben.
Niet gebruiken als de oplossing niet helder is of als de stop beschadigd is.
-
-
-
-
-
Als u nog andere geneesmiddelen neemt,
Indien de oplossing toegediend wordt aan patiënten met diabetes, moet rekening gehouden
worden met de toegediende hoeveelheid glucose. Het is mogelijk dat de dosis insuline moet
worden aangepast.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast BIONOLYTE nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel
dat dan uw arts of apotheker.
-
-
-
-
-
Voor insulineafhankelijke diabetici dient de posologie van insuline aangepast te worden
tijdens het infuus van deze oplossing.
Simultane toediening van ACTH of van corticoïden kan een hypokaliëmie of een alcalose
vergezeld van vochtretentie induceren.
Het is mogelijk dat kalium moet toegediend worden om een hypokaliëmie te voorkomen.
De toediening van glucoseoplossingen kan de insulinebehoefte sterk beïnvloeden. Van groot
belang hierbij is de toedieningsnelheid en de toestand van de patiënt. Daarom dienen de
serumspiegels van glucose en insuline strikt bewaakt te worden.
Oplossingen met kalium moeten voorzichtig worden toegediend aan patiënten die
geneesmiddelen toegediend krijgen waardoor de kaliumconcentraties in het bloed toenemen,
zoals kaliumsparende diuretica (bijvoorbeeld amiloride, spironolactone, triamterene), ACE-
remmers en angiotensine-II-receptorantagonisten, ciclosporine en tacrolimus, en
geneesmiddelen die kalium bevatten.
NOTBE386D
Page
2
of
6
-
Sommige geneesmiddelen werken in op het hormoon vasopressine. Deze geneesmiddelen
kunnen bestaan uit:
o
medicatie tegen diabetes (chloorpropamide)
o
geneesmiddelen tegen cholesterol (clofibraat)
o
medicatie tegen epilepsie (carbamazepine)
o
middelen die lijken op amfetamine (o.a. MDMA)
o
sommige geneesmiddelen tegen kanker (vincristine, ifosfamide, cyclofosfamide)
o
selectieve serotonineheropnameremmers (gebruikt om depressie te behandelen)
o
antipsychotica
o
opioïden voor bestrijding ernstige pijn
o
geneesmiddelen tegen pijn en/of ontsteking (ook bekend als NSAID’s)
o
geneesmiddelen die de werking van vasopressine nabootsen of versterken zoals
desmopressine (gebruikt om verhoogde dorst en plassen te behandelen), terlipressine
(gebruikt om bloeding van de slokdarm te behandelen) en oxytocine (gebruikt om
bevalling op te wekken).
Andere geneesmiddelen die het risico op hyponatriëmie verhogen omvatten ook algemene
diuretica en anti-epileptica zoals oxcarbazepine.
Waarop moet u letten met eten en drinken?
Niet van toepassing.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Deze oplossing kan toegediend worden tijdens de perioden van zwangerschap en lactatie.
Dit geneesmiddel dient met speciale voorzichtigheid te worden gegeven bij zwangere vrouwen tijdens
de bevalling, met name indien gecombineerd met oxytocine (een hormoon dat kan worden
toegediend om arbeid in te leiden en bloeding te beheersen ) vanwege het risico op hyponatriëmie.
Toediening van glucose bevattende oplossingen tijdens de arbeid of de bevalling kunnen
hypoglykemie bij de pasgeborene veroorzaken.
Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel inneemt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Niet van toepassing.
3. Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit middel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het
juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Voor en tijdens de infusie zal uw arts de hoeveelheid vloeistof in uw lichaam, de zuurtegraad van uw
bloed en urine, en de hoeveelheid elektrolyten (met name natrium) in uw bloed (voornamelijk bij
patiënten met hoge plasmawaarden van het hormoon vasopressine, of die andere geneesmiddelen
innemen die het effect van vasopressine versterken) willen meten.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Wanneer u te veel
BIONOLYTE
heeft gebruikt of ingenomen, neem dan onmiddellijk contact
op met uw arts, apotheker of het Antigifcentrum (070/245.245).
Te wijten aan glucose:
- Een te snelle toediening van het infuus kan osmotische diurese met dehydratatie en glucosurie
veroorzaken.
- Een overdosering van glucose kan hyperglycemie en/of hypokaliëmie tot gevolg hebben.
Page
3
of
6
NOTBE386D
Te wijten aan natriumchloride:
- Een te snelle toediening of een infuus met een te groot volume kan hypervolemie, hypertensie
en oedeem veroorzaken.
Te wijten aan kaliumchloride:
- Een overdosis kalium kan leiden tot de ontwikkeling van hyperkaliëmie, in het bijzonder bij
patiënten met nierinsufficiëntie
Behandeling van overdosering
Het infuus verminderen of stopzetten.
Ernstige gevallen van hyperkaliëmie dient gecorrigeerd te worden door toediening van
Natriumbicarbonaat of van een infuus met een glucose oplossing,
Hyperglycemie dient gecorrigeerd te worden door toediening van snelwerkende insuline.
Ingeval van een ernstige hypervolemie een lisdiureticum toedienen.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Niet van toepassing.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Plotse stopzetting van het infuus kan mogelijk een hypoglycemie veroorzaken.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4. Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan BIONOLYTE bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te
maken.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
hyperkalemie
hyperglycemie
verhoogde diurese,
glucosurie,
hyperosmolair coma,
nausea, braken en rillingen,
koorts,
infectie van de plaats van toediening,
lokale pijn of reactie,
irritatie van de ader,
trombose,
flebitis,
extravasatie,
hypervolemie
een te laag natriumgehalte in het bloed (hyponatriëmie). Een te laag natriumgehalte kan leiden tot
hersenletsel en overlijden ten gevolge van zwelling van de hersenen (cerebrale oedeem) (zie ook
de rubriek “Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?”).
Het melden van bijwerkingen
Page
4
of
6
NOTBE386D
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan . U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via
Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten Afdeling Vigilantie
EUROSTATION II Victor Hortaplein, 40/ 40 B-1060 Brussel
Website:
www.fagg.be
of e-mail:
patientinfo@fagg-afmps.be
Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van
dit geneesmiddel.
5. Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit middel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de verpakking
na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 25°C. Niet bevriezen. Bewaren ter bescherming tegen licht. Gebruik dit middel niet
als u merkt dat de oplossing troebel is of waarin bezinksel zit. Zodra de zak aangeprikt is, moet de
inhoud onmiddellijk worden gebruikt. Wanneer mengsels niet onmiddellijk worden gebruikt, dan
vallen de bewaartijd en -omstandigheden tijdens gebruik onder de verantwoordelijkheid van de
gebruiker. Normalerwijze is dit niet langer dan 24 uur bij 2-8 °C.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die niet meer nodig zijn. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu.
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
- De werkzame stoffen in dit middel zijn: Glucose, Natriumchloride, Kaliumchloride
- De andere stoffen in dit middel zijn: Water voor injecties, Natriumhydroxide, Zoutzuur
Hoe ziet BIONOLYTE eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Hypertone
oplossing
die 5 % of 10 % glucose bevat.
Verpakking : Zakken “Freeflex” van 500 ml en 1000 ml .
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Fresenius Kabi NV
Brandekensweg 9
2627 Schelle
Belgie
Fabrikant
Fresenius Kabi Deutschland GmbH
Freseniusstrasse 1
61169 Friedberg
Duitsland
Of
Page
5
of
6
NOTBE386D
Fresenius Kabi France
6, Rue de Rempart
F-27400 Louviers
Frankrijk
Nummers van de vergunning voor het in de handel brengen
BIONOLYTE + glucose 5% oplossing voor infusie 500 ml
BIONOLYTE + glucose 5% oplossing voor infusie 1000 ml
BE389925
BE389943
BE389934
BE389952
BIONOLYTE + glucose 10% oplossing voor infusie 500 ml
BIONOLYTE + glucose 10% oplossing voor infusie 1000 ml
Afleveringswijze
Geneesmiddel op medisch voorschrift.
Deze bijsluiter is goedgekeurd in 07/2018
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg.
Algemeen advies
Vloeistofbalans,
serumglucose, serumnatrium en andere elektrolyten moeten wellicht worden
gecontroleerd voor en tijdens toediening, met name bij patiënten met een verhoogde niet-osmotische
afgifte van vasopressine (antidiuretisch
hormoon-secretiedeficiëntiesyndroom, SIADH
) en bij
patiënten die gelijktijdig worden behandeld met vasopressine-agonisten vanwege het risico op
hyponatriëmie.
Controle van serumnatrium is vooral belangrijk voor producten met een lagere
natrium concentratie in vergelijking met de serumnatrium concentratie. Na infusie van dit middel
treedt een snel actief glucose transport in de lichaamscellen op. Deze toestand bevordert een effect dat
kan worden beschouwd als toevoer van vrij water en aanleiding kan geven tot ernstige hyponatriëmie
Page
6
of
6
NOTBE386D

BIONOLYTE + glucose 5% oplossing voor infusie
BIONOLYTE + glucose 10% oplossing voor infusie
Lees goed de hele bijsluiter, voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat
belangrijke informatie in voor u.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet
in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1. Wat is Bionolyte + glucose 5% en Bionolyte + glucose 10% en waarvoor wordt dit middel
gebruikt?
2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe gebruikt u dit middel?
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u dit middel?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
1. Wat is Bionolyte + glucose 5% en Bionolyte + glucose 10% en waarvoor wordt dit middel
gebruikt?

Oplossing voor infusie, steriel.
Deze hypertone zoutoplossing die 5 % of 10 % Glucose bevat wordt gebruikt wanneer er een toevoer
van water en koolhydraten vereist is.
Therapeutische indicaties :
- dehydratatie;
- natrium- en chloortekorten;
- aanvoer van energie in parenterale voeding;
- transportvloeistof voor geneesmiddelen die via infuus worden toegediend
2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u extra voorzichtig zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
- U bent allergisch voor een van de stoffen die in dit geneesmiddel zitten. Deze stoffen kunt u vinden
onder punt 6.
- als u aan diabetes lijdt.
- als u aan ernstige respiratoire insufficiëntie lijdt.
- als u aan hyperkalemie lijdt
- als u aan hyperglykemie lijdt.
- als u een acidose met hyperchloremie heeft.
- als u verminderde nier- en hartfuncties heeft.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt.
Licht uw arts in als u een van de volgende medische aandoeningen heeft of gehad:
heeft:een aandoening die de oorzaak is van een verhoogd gehalte van vasopressine, een hormoon
dat het vocht in uw lichaam regelt. U zou te veel vasopressine in uw lichaam kunnen hebben
omdat u, bijvoorbeeld:
- een plotse en ernstige ziekte heeft gehad
- pijn heeft
- een operatie heeft ondergaan
- infecties, brandwonden of een hersenziekte heeft
- ziekten heeft die te maken hebben met uw hart, lever, nieren of centrale zenuwstelsel
- bepaalde geneesmiddelen inneemt.
Hierdoor kan het risico op een laag natriumgehalte in uw bloed stijgen en dit kan leiden tot hoofdpijn,
misselijkheid, toevallen, lethargie, coma, zwelling van de hersenen en overlijden. Zwelling van de
hersenen verhoogt het risico op overlijden en op hersenschade. Mensen die een risico lopen op
zwelling van de hersenen zijn:
- kinderen
- vrouwen (in het bijzonder wanneer u in de vruchtbare leeftijd bent)
- mensen die problemen hebben met het vochtniveau in hun hersenen, bijvoorbeeld, door
hersenvliesontsteking, bloeding in de schedel of een hersenletsel.
- Toe te dienen via een centrale vene.
- In het geval van een paraveneuse toediening kan de oplossing een necrose veroorzaken en het
risico op trombo-flebitis doen toenemen.
- Plotse stopzetting van het infuus kan mogelijk een hypoglycemie veroorzaken.
- Teneinde deze complicaties te voorkomen of te vermijden, dient de toediening over 24 uur te
worden verdeeld. De infuussnelheid progressief verminderen op het einde van de behandeling.
- Het is aanbevolen de oplossing met voorzichtigheid toe te dienen en ervoor te zorgen dat het
toegediende volume op een voldoende wijze wordt geëlimineerd bij patiënten met hypertensie,
nierinsufficiëntie, latente of manifeste hartdecompensatie. Er dient ook gelet te worden op het
minste teken van hypervolemie of hartinsufficiëntie.
- Deze oplossing mag niet langer dan 24 uur zonder controle van het electrolietengehalte en de
vochtbalans toegediend worden.
- De snelheid van toediening kan een decompensatie of hyperhydratatie tot gevolg hebben.
- Niet gebruiken als de oplossing niet helder is of als de stop beschadigd is.
- Als u nog andere geneesmiddelen neemt,
- Indien de oplossing toegediend wordt aan patiënten met diabetes, moet rekening gehouden
worden met de toegediende hoeveelheid glucose. Het is mogelijk dat de dosis insuline moet
worden aangepast.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast BIONOLYTE
nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel
dat dan uw arts of apotheker.
-
Voor insulineafhankelijke diabetici dient de posologie van insuline aangepast te worden
tijdens het infuus van deze oplossing.
- Simultane toediening van ACTH of van corticoïden kan een hypokaliëmie of een alcalose
vergezeld van vochtretentie induceren.
- Het is mogelijk dat kalium moet toegediend worden om een hypokaliëmie te voorkomen.
- De toediening van glucoseoplossingen kan de insulinebehoefte sterk beïnvloeden. Van groot
belang hierbij is de toedieningsnelheid en de toestand van de patiënt. Daarom dienen de
serumspiegels van glucose en insuline strikt bewaakt te worden.
- Oplossingen met kalium moeten voorzichtig worden toegediend aan patiënten die
geneesmiddelen toegediend krijgen waardoor de kaliumconcentraties in het bloed toenemen,
zoals kaliumsparende diuretica (bijvoorbeeld amiloride, spironolactone, triamterene), ACE-
remmers en angiotensine-II-receptorantagonisten, ciclosporine en tacrolimus, en
geneesmiddelen die kalium bevatten.
Page
2 of
6
Sommige geneesmiddelen werken in op het hormoon vasopressine. Deze geneesmiddelen
kunnen bestaan uit:
o medicatie tegen diabetes (chloorpropamide)
o geneesmiddelen tegen cholesterol (clofibraat)
o medicatie tegen epilepsie (carbamazepine)
o middelen die lijken op amfetamine (o.a. MDMA)
o sommige geneesmiddelen tegen kanker (vincristine, ifosfamide, cyclofosfamide)
o selectieve serotonineheropnameremmers (gebruikt om depressie te behandelen)
o antipsychotica
o opioïden voor bestrijding ernstige pijn
o geneesmiddelen tegen pijn en/of ontsteking (ook bekend als NSAID's)
o geneesmiddelen die de werking van vasopressine nabootsen of versterken zoals
desmopressine (gebruikt om verhoogde dorst en plassen te behandelen), terlipressine
(gebruikt om bloeding van de slokdarm te behandelen) en oxytocine (gebruikt om
bevalling op te wekken).
Andere geneesmiddelen die het risico op hyponatriëmie verhogen omvatten ook algemene
diuretica en anti-epileptica zoals oxcarbazepine.
Waarop moet u letten met eten en drinken?
Niet van toepassing.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Deze oplossing kan toegediend worden tijdens de perioden van zwangerschap en lactatie.
Dit geneesmiddel dient met speciale voorzichtigheid te worden gegeven bij zwangere vrouwen tijdens
de bevalling, met name indien gecombineerd met oxytocine (een hormoon dat kan worden
toegediend om arbeid in te leiden en bloeding te beheersen ) vanwege het risico op hyponatriëmie.
Toediening van glucose bevattende oplossingen tijdens de arbeid of de bevalling kunnen
hypoglykemie bij de pasgeborene veroorzaken.
Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel inneemt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Niet van toepassing.
3. Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit middel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het
juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Voor en tijdens de infusie zal uw arts de hoeveelheid vloeistof in uw lichaam, de zuurtegraad van uw
bloed en urine, en de hoeveelheid elektrolyten (met name natrium) in uw bloed (voornamelijk bij
patiënten met hoge plasmawaarden van het hormoon vasopressine, of die andere geneesmiddelen
innemen die het effect van vasopressine versterken) willen meten.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Wanneer u te veel BIONOLYTE
heeft gebruikt of ingenomen, neem dan onmiddellijk contact
op met uw arts, apotheker of het Antigifcentrum (070/245.245).
Te wijten aan glucose:
- Een te snelle toediening van het infuus kan osmotische diurese met dehydratatie en glucosurie
veroorzaken.
- Een overdosering van glucose kan hyperglycemie en/of hypokaliëmie tot gevolg hebben.
Page
3 of
6
Te wijten aan kaliumchloride:
- Een overdosis kalium kan leiden tot de ontwikkeling van hyperkaliëmie, in het bijzonder bij
patiënten met nierinsufficiëntie
Behandeling van overdosering
Het infuus verminderen of stopzetten.
Ernstige gevallen van hyperkaliëmie dient gecorrigeerd te worden door toediening van
Natriumbicarbonaat of van een infuus met een glucose oplossing,
Hyperglycemie dient gecorrigeerd te worden door toediening van snelwerkende insuline.
Ingeval van een ernstige hypervolemie een lisdiureticum toedienen.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Niet van toepassing.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Plotse stopzetting van het infuus kan mogelijk een hypoglycemie veroorzaken.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4. Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan BIONOLYTE
bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te
maken.
- hyperkalemie
- hyperglycemie
- verhoogde diurese,
- glucosurie,
- hyperosmolair coma,
- nausea, braken en rillingen,
- koorts,
- infectie van de plaats van toediening,
- lokale pijn of reactie,
- irritatie van de ader,
- trombose,
- flebitis,
- extravasatie,
- hypervolemie
- een te laag natriumgehalte in het bloed (hyponatriëmie). Een te laag natriumgehalte kan leiden tot
hersenletsel en overlijden ten gevolge van zwelling van de hersenen (cerebrale oedeem) (zie ook
de rubriek 'Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?').
Het melden van bijwerkingen
Page
4 of
6
5. Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit middel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de verpakking
na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 25°C. Niet bevriezen. Bewaren ter bescherming tegen licht. Gebruik dit middel niet
als u merkt dat de oplossing troebel is of waarin bezinksel zit. Zodra de zak aangeprikt is, moet de
inhoud onmiddellijk worden gebruikt. Wanneer mengsels niet onmiddellijk worden gebruikt, dan
vallen de bewaartijd en -omstandigheden tijdens gebruik onder de verantwoordelijkheid van de
gebruiker. Normalerwijze is dit niet langer dan 24 uur bij 2-8 °C.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die niet meer nodig zijn. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu.
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
- De werkzame stoffen in dit middel zijn: Glucose, Natriumchloride, Kaliumchloride
- De andere stoffen in dit middel zijn: Water voor injecties, Natriumhydroxide, Zoutzuur
Hoe ziet BIONOLYTE eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Hypertone oplossing die 5 % of 10 % glucose bevat.
Verpakking : Zakken 'Freeflex' van 500 ml en 1000 ml .
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen

Fresenius Kabi NV
Brandekensweg 9
2627 Schelle
Belgie
Fabrikant
Fresenius Kabi Deutschland GmbH
Freseniusstrasse 1
61169 Friedberg
Duitsland
Of
Page
5 of
6
Nummers van de vergunning voor het in de handel brengen
BIONOLYTE + glucose 5% oplossing voor infusie 500 ml
BE389925
BIONOLYTE + glucose 5% oplossing voor infusie 1000 ml
BE389943
BIONOLYTE + glucose 10% oplossing voor infusie 500 ml
BE389934
BIONOLYTE + glucose 10% oplossing voor infusie 1000 ml
BE389952
Afleveringswijze
Geneesmiddel op medisch voorschrift.
Deze bijsluiter is goedgekeurd in 07/2018
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg.

Algemeen advies
Vloeistofbalans, serumglucose, serumnatrium en andere elektrolyten moeten wellicht worden
gecontroleerd voor en tijdens toediening, met name bij patiënten met een verhoogde niet-osmotische
afgifte van vasopressine (antidiuretisch hormoon-secretiedeficiëntiesyndroom, SIADH ) en bij
patiënten die gelijktijdig worden behandeld met vasopressine-agonisten vanwege het risico op
hyponatriëmie. Controle van serumnatrium is vooral belangrijk voor producten met een lagere
natrium concentratie in vergelijking met de serumnatrium concentratie. Na infusie van dit middel
treedt een snel actief glucose transport in de lichaamscellen op. Deze toestand bevordert een effect dat
kan worden beschouwd als toevoer van vrij water en aanleiding kan geven tot ernstige hyponatriëmie
Page
6 of
6

Heb je dit medicijn gebruikt? Bionolyte + Glucose 5 % te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Bionolyte + Glucose 5 % te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Bionolyte + Glucose 5 %

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG