Aqupharm ringer lactate

Bijsluiter – NL versie
AQUPHARM RINGER LACATE
BIJSLUITER
Aqupharm Ringerlactaat oplossing voor infusie
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
Ecuphar NV
Legeweg 157-i
8020 Oostkamp
België
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:
Infomed Fluids SRL,
50 Theodor Pallady blvd., District 3,
032266 Boekarest,
Roemenië
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Aqupharm Ringerlactaat oplossing voor infusie
Natriumchloride
Kaliumchloride
Calciumchloride (als dihydraat)
Natrium-S-lactaat
3.
GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDELEN
Per ml:
Werkzaam bestanddeel:
Natriumchloride
Kaliumchloride
Calciumchloride
(als dihydraat)
Overeenkomend met calciumchloride-dihydraat
Natrium-S-lactaat
(als natriumlactaat (50 % w/v)
Natrium
Kalium
Calcium
Bicarbonaat (als lactaat)
Chloride
131 mmol/liter
5 mmol/liter
2 mmol/liter
29 mmol/liter
111 mmol/liter
6,00 mg
0,40 mg
0,204 mg
0,27 mg
3,20 mg
Oplossing voor infusie.
Heldere, kleurloze deeltjesvrije oplossing.
4.
INDICATIE(S)
Behandeling van dehydratie van extracellulaire predominantie.
Behandeling en preventie van perioperatieve hypovolemie en hemorragische shock.
Behandeling van milde metabole acidose.
Bijsluiter – NL versie
AQUPHARM RINGER LACATE
5.
CONTRA-INDICATIE(S)
Niet gebruiken
in gevallen van:
- congestief hartfalen,
- hyperkaliëmie,
- hypercalciëmie,
- metabole alkalose,
- hyperhydratie,
- ernstige metabole of melkzuuracidose,
- leverinsufficiëntie,
- ziekte van Addison,
-
hypernatriëmie
6.
BIJWERKINGEN
Het gebruik van het diergeneesmiddel kan metabole alkalose veroorzaken, in gevallen van excessieve
toediening of verstoord lactaatmetabolisme.
Bij gebruik van het diergeneesmiddel als diergeneesmiddeldrager, kan dit leiden tot andere bijwerkingen.
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u
vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis
te stellen.
7.
DOELDIERSOORT(EN)
Rund, paard, schaap, geit, varken, hond, kat en konijn.
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, TOEDIENINGSWEG(EN) EN WIJZE
VAN GEBRUIK
Intraveneuze infusie.
Behandeling van dehydratie met inbegrip van patiënten met milde metabole acidose.
De hoeveelheid toe te dienen vloeistof en elektrolyten dient te worden berekend door de bestaande
tekorten op te tellen bij de
voortdurende
onderhoudsvereisten en eventuele aanhoudende
vochtverliezen (bijv. door voortdurend braken, diarree enz.) geschat aan de hand van de
voorgeschiedenis van het dier, klinisch onderzoek en laboratoriumbevindingen.
Voor het berekenen van het bestaande vochttekort, dient de volgende vergelijking te worden gebruikt;
Vochttekort (ml) = percentage dehydratie x lichaamsgewicht (kg) x 10
(bijv. voor een hond van 10 kg met 5 % dehydratie zou het vochttekort 5 x 10 x 10 = 500 ml zijn).
Voor het berekenen van de voortdurende onderhoudsvereiste, dient de volgende vergelijking te
worden gebruikt;
Onderhoud per dag voor runderen, paarden, schapen, geiten, varkens, honden en katten (ml) = 50 ml x
lichaamsgewicht (kg) per dag.
Onderhoud voor konijnen (ml) = 75-100 ml x lichaamsgewicht (kg) per dag
(bijv. voor een hond van 10 kg, is de dagelijkse onderhoudsvochtvereiste 10 x 50 = 500 ml).
De toedieningssnelheid dient voor elk dier te worden aangepast. De doelstelling is het tekort te
Bijsluiter – NL versie
AQUPHARM RINGER LACATE
corrigeren gedurende 12 – 24 uur.
Preventie van peri-operatieve hypovolemie
Toedienen met een snelheid van 5 – 10 ml/kg/uur tijdens anesthesie.
Behandeling van hypovolemische en hemorragische shock
Runderen, paarden, schapen, geiten, varkens, honden, konijnen; tot maximaal 90 ml/kg/uur.
Katten; tot maximaal 60 ml/kg/uur.
Hoge infusiesnelheden dienen niet langer dan 1 uur te worden voortgezet.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
10.
WACHTTIJD(EN)
Vlees en slachtafval: nul dagen.
Melk: nul uren.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Dit diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket en de doos na
EXP. De uiterste gebruiksdatum verwijst naar de laatste dag van de maand. Na openen, direct
gebruiken en al het ongebruikte diergeneesmiddel afvoeren.
Dit diergeneesdmiddel vereist geen bijzondere bewaarvoorschriften.
12.
SPECIALE WAARSCHUWING(EN)
Speciale waarschuwingen voor elke doeldiersoort:
Geen.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:
Handhaaf aseptische voorzorgsmaatregelen.
Alleen gebruiken wanneer de oplossing helder en vrij van zichtbare deeltjes is en de verpakking
onbeschadigd is. Bij intraveneuze infusie dient rekening te worden gehouden met een risico op
trombose. Dit diergeneesmiddel bevat geen antimicrobieel conserveringsmiddel. Het is uitsluitend
bedoeld voor eenmalig gebruik en alle ongebruikte inhoud dient verwijderd te worden.
Om hypothermie te voorkomen dient de oplossing voorafgaand aan toediening van grote volumes of
wanneer de toedieningssnelheid hoog is, te worden verwarmd tot ongeveer 37 °C.
Het volume en de infusiesnelheid moeten worden aangepast aan de klinische toestand van elk dier.
Dit diergeneesmiddel dient voorzichtig gebruikt te worden bij dieren met cardiale of renale klachten,
omdat een overmaat aan natrium kan voorkomen. Opgemerkt dient te worden dat de uitscheiding van
natrium mogelijk verminderd is post-operatief/trauma.
Gebruik van deze oplossing vereist het controleren van de klinische en fysiologische toestand van het
dier, met name in gevallen van:
- ernstige nierfunctiestoornis,
- hartfunctiestoornis,
Bijsluiter – NL versie
AQUPHARM RINGER LACATE
- natriumretentie met oedeem,
- behandelingen met corticosteroïden en de derivaten ervan.
Controleer serumkalium en serumcalcium bij behandelde dieren, met name kaliumspiegels in gevallen
met risico op hyperkaliëmie, zoals tijdens chronisch nierfalen.
Bij dieren met een leverfunctiestoornis, kan het diergeneesmiddel zijn alkaliserende werking niet kan
uitoefenen doordat het lactaatmetabolisme kan zijn veranderd.
Niet intramusculair injecteren.
Speciale voorzorgsmaatregelen te nemen door de persoon die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient:
Geen.
Dracht en lactatie:
De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet bewezen tijdens dracht en lactatie. Uitsluitend
gebruiken overeenkomstig de baten/risicobeoordeling door de behandelend dierenarts.
Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:
Met calcium
geassocieerde
interacties.
In verband met het risico op stolling dient het diergeneesmiddel in geval van gelijktijdige
bloedtransfusie, niet toegediend te worden met het bloed in dezelfde infusie set. Dit diergeneesmiddel
bevat calcium. Voeg geen diergeneesmiddelen aan deze oplossing toe die aan calcium kunnen binden
(cheleren).
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota)
:
In aanwezigheid van
verschijnselen
van volume-overbelasting (bijv. rusteloosheid, geluiden van vocht
in de longen, tachycardie, tachypneu of hoesten), dient ter behandeling diuretica te worden toegediend
en de infusie te worden gestopt.
Een excessieve infusie van het diergeneesmiddel kan metabole alkalose veroorzaken als gevolg van
de aanwezigheid van lactaationen.
Onverenigbaarheden:
Verenigbaarheid met andere diergeneesmiddelen dient voorafgaand aan het mengen te worden
gecontroleerd om vorming van neerslag, troebelheid of een probleem met de pH te vermijden.
De SPC van het diergeneesmiddel dat gelijktijdig wordt toegediend dient te worden geraadpleegd voor
informatie over onverenigbaarheden.
Dit diergeneesmiddel is onverenigbaar met chloortetracycline, amfotericine B, oxytetracycline,
methylprednisolon en intraveneuze infusies met natriumlactaat of natriumbicarbonaat. Mengsels met
additieven en andere diergeneesmiddelen (bijv. oxalaat-, fosfaat- en carbonaat-/waterstofcarbonaat-
bevattende geneesmiddelen) kunnen onverenigbaarheden veroorzaken.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUEEL AFVALMATERIAAL
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de lokale
vereisten te worden verwijderd.
14.
DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Bijsluiter – NL versie
AQUPHARM RINGER LACATE
November 2021
15. OVERIGE INFORMATIE
Polyvinylchloride (PVC) zak met polyisopreen/polycarbonaatopeningen, overdekt met polypropyleen.
Verpakkingsgrootten
Kartonnen doos met:
30 zakken van 250 ml
20 zakken van 500 ml
10 zakken van 1.000 ml
4 zakken van 3.000 ml
2 zakken van 5.000 ml
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
BE-V511235
KANALISATIE
Uitsluitend op diergeneeskundig voorschrift.

NL versie

AQUPHARM RINGER LACATE

BIJSLUITER
Aqupharm Ringerlactaat oplossing voor infusie
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
Ecuphar NV
Legeweg 157-i
8020 Oostkamp
België
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:
Infomed Fluids SRL,
50 Theodor Pallady blvd., District 3,
032266 Boekarest,
Roemenië
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Aqupharm Ringerlactaat oplossing voor infusie
Natriumchloride
Kaliumchloride
Calciumchloride (als dihydraat)
Natrium-S-lactaat
3.
GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDELEN
Per ml:
Werkzaam bestanddeel:
Natriumchloride
6,00 mg
Kaliumchloride
0,40 mg
Calciumchloride
0,204 mg
(als dihydraat)
Overeenkomend met calciumchloride-dihydraat
0,27 mg
Natrium-S-lactaat
3,20 mg
(als natriumlactaat (50 % w/v)
Natrium
131 mmol/liter
Kalium
5 mmol/liter
Calcium
2 mmol/liter
Bicarbonaat (als lactaat)
29 mmol/liter
Chloride
111 mmol/liter
Oplossing voor infusie.
Heldere, kleurloze deeltjesvrije oplossing.
4.
INDICATIE(S)
NL versie

AQUPHARM RINGER LACATE

5.
CONTRA-INDICATIE(S)
Niet gebruiken in gevallen van:
- congestief hartfalen,
- hyperkaliëmie,
- hypercalciëmie,
- metabole alkalose,
- hyperhydratie,
- ernstige metabole of melkzuuracidose,
- leverinsufficiëntie,
- ziekte van Addison,
- hypernatriëmie
6.
BIJWERKINGEN
Het gebruik van het diergeneesmiddel kan metabole alkalose veroorzaken, in gevallen van excessieve
toediening of verstoord lactaatmetabolisme.
Bij gebruik van het diergeneesmiddel als diergeneesmiddeldrager, kan dit leiden tot andere bijwerkingen.
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u
vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis
te stellen.
7.
DOELDIERSOORT(EN)
Rund, paard, schaap, geit, varken, hond, kat en konijn.
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, TOEDIENINGSWEG(EN) EN WIJZE
VAN GEBRUIK

Intraveneuze infusie.
Behandeling van dehydratie met inbegrip van patiënten met milde metabole acidose.
De hoeveelheid toe te dienen vloeistof en elektrolyten dient te worden berekend door de bestaande
tekorten op te tellen bij de voortdurende onderhoudsvereisten en eventuele aanhoudende
vochtverliezen (bijv. door voortdurend braken, diarree enz.) geschat aan de hand van de
voorgeschiedenis van het dier, klinisch onderzoek en laboratoriumbevindingen.
Voor het berekenen van het bestaande vochttekort, dient de volgende vergelijking te worden gebruikt;
Vochttekort (ml) = percentage dehydratie x lichaamsgewicht (kg) x 10
(bijv. voor een hond van 10 kg met 5 % dehydratie zou het vochttekort 5 x 10 x 10 = 500 ml zijn).
Voor het berekenen van de voortdurende onderhoudsvereiste, dient de volgende vergelijking te
worden gebruikt;
Onderhoud per dag voor runderen, paarden, schapen, geiten, varkens, honden en katten (ml) = 50 ml x
lichaamsgewicht (kg) per dag.
Onderhoud voor konijnen (ml) = 75-100 ml x lichaamsgewicht (kg) per dag
(bijv. voor een hond van 10 kg, is de dagelijkse onderhoudsvochtvereiste 10 x 50 = 500 ml).
NL versie

AQUPHARM RINGER LACATE

corrigeren gedurende 12 ­ 24 uur.
Preventie van peri-operatieve hypovolemie
Toedienen met een snelheid van 5 ­ 10 ml/kg/uur tijdens anesthesie.
Behandeling van hypovolemische en hemorragische shock
Runderen, paarden, schapen, geiten, varkens, honden, konijnen; tot maximaal 90 ml/kg/uur.
Katten; tot maximaal 60 ml/kg/uur.
Hoge infusiesnelheden dienen niet langer dan 1 uur te worden voortgezet.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
10.
WACHTTIJD(EN)
Vlees en slachtafval: nul dagen.
Melk: nul uren.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Dit diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket en de doos na
EXP. De uiterste gebruiksdatum verwijst naar de laatste dag van de maand. Na openen, direct
gebruiken en al het ongebruikte diergeneesmiddel afvoeren.
Dit diergeneesdmiddel vereist geen bijzondere bewaarvoorschriften.
12.
SPECIALE WAARSCHUWING(EN)
Speciale waarschuwingen voor elke doeldiersoort:
Geen.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:
Handhaaf aseptische voorzorgsmaatregelen.
Alleen gebruiken wanneer de oplossing helder en vrij van zichtbare deeltjes is en de verpakking
onbeschadigd is. Bij intraveneuze infusie dient rekening te worden gehouden met een risico op
trombose. Dit diergeneesmiddel bevat geen antimicrobieel conserveringsmiddel. Het is uitsluitend
bedoeld voor eenmalig gebruik en alle ongebruikte inhoud dient verwijderd te worden.
Om hypothermie te voorkomen dient de oplossing voorafgaand aan toediening van grote volumes of
wanneer de toedieningssnelheid hoog is, te worden verwarmd tot ongeveer 37 °C.
Het volume en de infusiesnelheid moeten worden aangepast aan de klinische toestand van elk dier.
Dit diergeneesmiddel dient voorzichtig gebruikt te worden bij dieren met cardiale of renale klachten,
omdat een overmaat aan natrium kan voorkomen. Opgemerkt dient te worden dat de uitscheiding van
natrium mogelijk verminderd is post-operatief/trauma.
NL versie

AQUPHARM RINGER LACATE

- natriumretentie met oedeem,
- behandelingen met corticosteroïden en de derivaten ervan.
Controleer serumkalium en serumcalcium bij behandelde dieren, met name kaliumspiegels in gevallen
met risico op hyperkaliëmie, zoals tijdens chronisch nierfalen.
Bij dieren met een leverfunctiestoornis, kan het diergeneesmiddel zijn alkaliserende werking niet kan
uitoefenen doordat het lactaatmetabolisme kan zijn veranderd.
Niet intramusculair injecteren.
Speciale voorzorgsmaatregelen te nemen door de persoon die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient:
Geen.
Dracht en lactatie:
De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet bewezen tijdens dracht en lactatie. Uitsluitend
gebruiken overeenkomstig de baten/risicobeoordeling door de behandelend dierenarts.
Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:
Met calcium geassocieerde interacties.
In verband met het risico op stolling dient het diergeneesmiddel in geval van gelijktijdige
bloedtransfusie, niet toegediend te worden met het bloed in dezelfde infusie set. Dit diergeneesmiddel
bevat calcium. Voeg geen diergeneesmiddelen aan deze oplossing toe die aan calcium kunnen binden
(cheleren).
O
verdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota)
:
In aanwezigheid van verschijnselen van volume-overbelasting (bijv. rusteloosheid, geluiden van vocht
in de longen, tachycardie, tachypneu of hoesten), dient ter behandeling diuretica te worden toegediend
en de infusie te worden gestopt.
Een excessieve infusie van het diergeneesmiddel kan metabole alkalose veroorzaken als gevolg van
de aanwezigheid van lactaationen.
Onverenigbaarheden:
Verenigbaarheid met andere diergeneesmiddelen dient voorafgaand aan het mengen te worden
gecontroleerd om vorming van neerslag, troebelheid of een probleem met de pH te vermijden.
De SPC van het diergeneesmiddel dat gelijktijdig wordt toegediend dient te worden geraadpleegd voor
informatie over onverenigbaarheden.
Dit diergeneesmiddel is onverenigbaar met chloortetracycline, amfotericine B, oxytetracycline,
methylprednisolon en intraveneuze infusies met natriumlactaat of natriumbicarbonaat. Mengsels met
additieven en andere diergeneesmiddelen (bijv. oxalaat-, fosfaat- en carbonaat-/waterstofcarbonaat-
bevattende geneesmiddelen) kunnen onverenigbaarheden veroorzaken.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUEEL AFVALMATERIAAL

Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de lokale
vereisten te worden verwijderd.
14.
NL versie

AQUPHARM RINGER LACATE

November 2021
15.
OVERIGE INFORMATIE
Polyvinylchloride (PVC) zak met polyisopreen/polycarbonaatopeningen, overdekt met polypropyleen.
Verpakkingsgrootten
Kartonnen doos met:
30 zakken van 250 ml
20 zakken van 500 ml
10 zakken van 1.000 ml
4 zakken van 3.000 ml
2 zakken van 5.000 ml
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
BE-V511235
KANALISATIE

Heb je dit medicijn gebruikt? Aqupharm Ringer Lactate te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Aqupharm Ringer Lactate te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Aqupharm Ringer Lactate

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG