Eucreas 50 mg - 850 mg

BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
Elke filmomhulde tablet bevat 50 mg vildagliptine en 850 mg metforminehydrochloride (dit komt
overeen met 660 mg metformine).
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
Elke filmomhulde tablet bevat 50 mg vildagliptine en 1000 mg metforminehydrochloride (dit komt
overeen met 780 mg metformine).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Filmomhulde tablet.
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
Gele, ovale filmomhulde tablet met schuine rand, met de inscriptie “NVR” aan de ene zijde en “SEH”
aan de andere zijde.
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
Donkergele, ovale filmomhulde tablet met schuine rand, met de inscriptie “NVR” aan de ene zijde en
“FLO” aan de andere zijde.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Eucreas is geïndiceerd als aanvulling op dieet en lichaamsbeweging om de glykemische controle te
verbeteren bij volwassenen met diabetes mellitus type 2:
-
bij patiënten die onvoldoende onder controle zijn met alleen metforminehydrochloride.
-
bij patiënten die al worden behandeld met de combinatie van vildagliptine en
metforminehydrochloride, als aparte tabletten.
-
in combinatie met andere geneesmiddelen voor de behandeling van diabetes, waaronder
insuline, wanneer deze onvoldoende glykemische controle geven (zie rubrieken 4.4, 4.5 en 5.1
voor de beschikbare gegevens over verschillende combinaties).
2
4.2
Dosering en wijze van toediening
Dosering
Volwassenen met een normale nierfunctie (GFR ≥90 ml/min)
De dosis van de antihyperglykemische therapie met Eucreas dient individueel te worden ingesteld op
basis van het huidige medicatieschema van de patiënt, de werkzaamheid en de verdraagbaarheid
zonder de maximaal aanbevolen dagelijkse dosis van 100 mg vildagliptine te overschrijden. Eucreas
kan worden gestart met de 50 mg/850 mg of de 50 mg/1000 mg tabletsterkte tweemaal daags, een
tablet 's ochtends en de andere' s avonds.
-
Voor patiënten die onvoldoende zijn gereguleerd met de maximale verdraagbare dosis van
metformine als monotherapie:
Eucreas dient te worden gestart met vildagliptine 50 mg tweemaal daags (100 mg totale dagelijkse
dosis) plus de dosis metformine die al wordt ingenomen.
-
Voor patiënten die overstappen van gelijktijdige toediening van vildagliptine en metformine als
afzonderlijke tabletten:
Eucreas dient te worden gestart met de dosis van vildagliptine en metformine die al wordt ingenomen.
-
Voor patiënten die onvoldoende zijn gereguleerd met een combinatietherapie van metformine
en een sulfonylureum:
Eucreas dient te worden gestart met vildagliptine 50 mg tweemaal daags (100 mg totale dagelijkse
dosis) en een dosis metformine die gelijk is aan de dosis die al wordt ingenomen. Bij gebruik van
Eucreas in combinatie met een sulfonylureum, kan een lagere dosis van het sulfonylureum worden
overwogen om het risico van hypoglykemie te verminderen.
-
Voor patiënten die onvoldoende zijn gereguleerd met een combinatietherapie van insuline en de
maximale verdraagbare dosis van metformine:
Eucreas dient te worden gestart met vildagliptine gedoseerd als 50 mg tweemaal daags (100 mg totale
dagelijkse dosis) en een dosis metformine die gelijk is aan de dosis die al wordt ingenomen.
De veiligheid en werkzaamheid van vildagliptine en metformine als drievoudige orale therapie in
combinatie met een thiazolidinedion zijn niet vastgesteld.
Speciale populaties
Ouderen (≥ 65 jaar)
Aangezien metformine via de nieren wordt uitgescheiden en bij ouderen de nierfunctie vaak verzwakt
is, wordt aangeraden bij ouderen die Eucreas innemen de nierfunctie regelmatig te controleren (zie
rubrieken 4.4 en 5.2).
Nierfunctiestoornis
Voor aanvang van de behandeling met metformine-bevattende middelen dient een GFR te worden
bepaald, en ten minste jaarlijks daarna. Bij patiënten met een verhoogd risico op verdere progressie
van nierfunctiestoornissen en bij ouderen dient de nierfunctie vaker te worden bepaald, bijv. iedere 3-
6 maanden.
De maximale dagdosis voor metformine dient bij voorkeur te worden verdeeld over 2 3 dagdoses.
Factoren die het risico op lactaatacidose kunnen verhogen (zie rubriek 4.4) dienen te worden
beoordeeld voordat aanvang met metformine overwogen wordt bij patiënten met GFR <60 ml/min.
3
Als er geen geschikte sterkte van Eucreas beschikbaar is, dienen de individuele bestanddelen gebruikt
te worden in plaats van de vaste dosiscombinatie.
GFR ml/min
60-89
Metformine
Maximale dagdosis is 3000 mg
Dosisreductie kan worden overwogen in
relatie tot afnemende nierfunctie.
Maximale dagdosis is 2000 mg
De startdosis is niet meer dan de helft van
de maximale dosis.
Maximale dagdosis is 1000 mg.
De startdosis is niet meer dan de helft van
de maximale dosis.
Metformine is gecontraïndiceerd
Vildagliptine
Geen dosisaanpassing.
45-59
Maximale dagelijkse dosis is 50 mg.
30-44
<30
Leverfunctiestoornis
Eucreas mag niet worden gebruikt bij patiënten met een leverfunctiestoornis, waaronder patiënten met
een alanineaminotransferase (ALT) of aspartaataminotransferase (AST) > 3x de bovengrens van de
normaalwaarde (ULN) voorafgaand aan de behandeling (zie rubrieken 4.3, 4.4 en 4.8).
Pediatrische patiënten
Eucreas wordt niet aanbevolen voor het gebruik bij kinderen en adolescenten (< 18 jaar). De veiligheid
en werkzaamheid van Eucreas bij kinderen en adolescenten in de leeftijd tot 18 jaar zijn niet
vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Wijze van toediening
Oraal gebruik.
Inname van Eucreas tijdens of onmiddellijk na de maaltijd kan de gastrointestinale symptomen
geassocieerd met metformine verminderen (zie rubriek 5.2).
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stoffen of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde
hulpstoffen
Alle vormen van acute metabole acidose (zoals lactaatacidose, diabetische ketoacidose)
Precoma diabeticum
Ernstig nierfalen (GFR < 30 ml/min) (zie rubriek 4.4)
Acute aandoeningen die de nierfunctie kunnen aantasten, bijvoorbeeld:
dehydratie,
ernstige infecties,
shock,
intravasculaire toediening van jodiumhoudende contrastmiddelen (zie rubriek 4.4).
Acute of chronische ziekten die weefselhypoxie kunnen veroorzaken, bijvoorbeeld:
hartfalen of respiratoir falen,
recent myocardinfarct,
shock.
Leverfunctiestoornissen (zie rubrieken 4.2, 4.4 en 4.8)
Acute alcoholvergiftiging, alcoholisme
Borstvoeding (zie rubriek 4.6)
4
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Algemeen
Eucreas is geen vervanger van insuline bij insulineafhankelijke patiënten en mag niet worden gebruikt
bij patiënten met diabetes mellitus type 1.
Lactaatacidose
Lactaatacidose, een zeer zeldzame, maar ernstige metabole complicatie, treedt het vaakst op bij acute
verslechtering van de nierfunctie of cardiopulmonale ziekte of sepsis. Accumulatie van metformine
treedt op bij acute verslechtering van de nierfunctie en verhoogt het risico op lactaatacidose.
In het geval van dehydratie (ernstige diarree of braken, koorts of verminderde vochtinname) dient
metformine tijdelijk gestaakt te worden en wordt de patiënt aanbevolen contact op te nemen met een
zorgverlener.
Geneesmiddelen die de nierfunctie acuut kunnen verstoren (zoals antihypertensiva, diuretica en
NSAIDs) dienen met voorzichtigheid gestart te worden bij patiënten die met metformine behandeld
worden. Andere risicofactoren voor lactaatacidose zijn overmatig alcoholgebruik, leverinsufficiëntie,
slecht gereguleerde diabetes, ketose, langdurig vasten en aandoeningen die geassocieerd worden met
hypoxie, evenals gelijktijdig gebruik van geneesmiddelen die tot lactaatacidose kunnen leiden (zie
rubrieken 4.3 en 4.5).
Patiënten en/of verzorgers dienen geïnformeerd te worden over het risico op lactaatacidose.
Melkzuuracidose wordt gekenmerkt door acidotische dyspneu, buikpijn, spierkrampen, astenie en
hypothermie gevolgd door coma. Bij mogelijke symptomen dient de patiënt te stoppen met het
innemen van metformine en direct medische hulp te zoeken. Diagnostische laboratoriumbevindingen
zijn een verlaagde bloed pH (< 7,35), een verhoogde plasmalactaatspiegel (>5 mmol/l) en een
verhoogde ‘anion gap’ en lactaat/pyruvaatverhouding.
Toediening van joodhoudende contrastmiddelen
Intravasculaire toediening van joodhoudende contrastmiddelen kan leiden tot contrastgeïnduceerde
nefropathie, met accumulatie van metformine en een verhoogd risico op lactaatacidose als gevolg.
Metformine dient gestaakt te worden voorafgaand aan of op het moment van het beeldvormend
onderzoek en niet te worden hervat tot ten minste 48 uur daarna, vooropgesteld dat de nierfunctie
opnieuw is geëvalueerd en stabiel is bevonden, zie rubrieken 4.2 en 4.5.
Nierfunctie
De GFR dient te worden bepaald voor aanvang van de behandeling en regelmatig daarna, zie
rubriek 4.2. Metformine is gecontraïndiceerd bij patiënten met GFR <30 ml/min en dient tijdelijk
gestaakt te worden bij omstandigheden die de nierfunctie veranderen, zie rubriek 4.3.
Het gelijktijdige gebruik van geneesmiddelen die de nierfunctie kunnen beïnvloeden, kunnen
resulteren in een significante hemodynamische verandering, of kunnen het niertransport remmen en de
systemische blootstelling aan metformine verhogen. Deze geneesmiddelen dienen met voorzichtigheid
te worden gebruikt (zie rubriek 4.5).
5
Leverfunctiestoornissen
Patiënten met leverfunctiestoornissen, waaronder patiënten met ALT of AST > 3x ULN voorafgaand
aan de behandeling, mogen niet met Eucreas behandeld worden (zie rubrieken 4.2, 4.3 en 4.8).
Leverenzymcontrole
Zeldzame gevallen van leverdysfunctie (waaronder hepatitis) zijn gemeld met vildagliptine. In deze
gevallen waren de patiënten over het algemeen asymptomatisch zonder klinische gevolgen en de
testresultaten van de leverfunctie bereikten weer normale waarden na het staken van de behandeling.
Leverfunctietests (LFTs) dienen uitgevoerd te worden voordat wordt gestart met de behandeling met
Eucreas om de uitgangswaarde van de patiënt te bepalen. De leverfunctie moet gevolgd worden tijdens
de behandeling met Eucreas, met een interval van drie maanden, gedurende het eerste jaar en periodiek
daarna. Bij patiënten die verhoogde transaminasespiegels ontwikkelen, dient een tweede
leverfunctietest te worden uitgevoerd voor een bevestiging van het resultaat en daarna moeten
regelmatig LFTs worden uitgevoerd totdat de afwijkingen weer zijn genormaliseerd. Indien een AST-
of ALT- verhoging van driemaal ULN of hoger aanhoudt, wordt aanbevolen de behandeling met
Eucreas stop te zetten. Patiënten die geelzucht of andere tekenen die kunnen wijzen op leverdysfunctie
ontwikkelen, dienen de behandeling met Eucreas te staken.
Na het stoppen van de behandeling met Eucreas en LFT-normalisatie mag de behandeling met Eucreas
niet herstart worden.
Huidaandoeningen
In niet-klinisch toxicologisch onderzoek met vildagliptine zijn bij apen huidlesies, waaronder
blaarvorming en ulceratie in de extremiteiten, gemeld (zie rubriek 5.3). Hoewel in klinisch onderzoek
bij mensen geen hogere incidentie van huidlesies is waargenomen, is slechts beperkt ervaring
opgedaan bij patiënten met diabetische huidcomplicaties. Daarnaast zijn er postmarketingmeldingen
van bulleuze en exfoliatieve huidlaesies. Daarom wordt controle op huidaandoeningen, zoals
blaarvorming en ulceratie, aanbevolen in lijn met de standaardzorg voor de diabetespatiënt.
Acute pancreatitis
Het gebruik van vildagliptine is geassocieerd met het risico dat zich acute pancreatitis ontwikkelt.
Patiënten moeten worden geïnformeerd over de karakteristieke klachten van acute pancreatitis.
Als pancreatitis wordt vermoed, moet de behandeling met vildagliptine worden gestopt; als acute
pancreatitis wordt bevestigd, moet behandeling met vildagliptine niet opnieuw worden gestart.
Voorzichtigheid is geboden bij patiënten met een voorgeschiedenis van acute pancreatitis.
Hypoglykemie
Van sulfonylurea is bekend dat deze hypoglykemie veroorzaken. Patiënten die vildagliptine krijgen in
combinatie met een sulfonylureum kunnen een verhoogd risico hebben op hypoglykemie. Daarom kan
een lagere dosis van sulfonylureum worden overwogen om het risico van hypoglykemie te verlagen.
Chirurgie
Metformine moet tijdens een chirurgische ingreep onder algehele, spinale of epidurale anesthesie
worden stopgezet. De behandeling mag niet eerder dan 48 uur na chirurgie of hervatting van orale
voeding hervat worden, vooropgesteld dat de nierfunctie opnieuw is beoordeeld en stabiel is
bevonden.
6
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Er zijn geen officiële interactieonderzoeken uitgevoerd met Eucreas. De volgende paragrafen zijn
gebaseerd op informatie die beschikbaar is over de afzonderlijke werkzame bestanddelen.
Vildagliptine
Vildagliptine geeft een lage kans op interacties met gelijktijdig toegediende geneesmiddelen.
Aangezien vildagliptine geen substraat van het cytochroom P (CYP) 450-enzym is en CYP450-
enzymen niet remt of induceert, is interactie onwaarschijnlijk met actieve stoffen die substraten,
remmers of induceerders van deze enzymen zijn.
De resultaten van klinische onderzoeken uitgevoerd met de orale antidiabetica pioglitazon, metformine
en glyburide in combinatie met vildagliptine, toonden geen klinisch relevante farmacokinetische
interacties in de doelgroep.
Geneesmiddeleninteractieonderzoeken met digoxine (P-glycoproteïne substraat) en warfarine
(CYP2C9 substraat) bij gezonde proefpersonen toonden geen klinisch relevante farmacokinetische
interacties na gelijktijdige toediening met vildagliptine.
Er zijn geneesmiddeleninteractieonderzoeken met amlodipine, ramipril, valsartan en simvastatine bij
gezonde proefpersonen uitgevoerd. In deze onderzoeken zijn geen klinisch relevante
farmacokinetische interacties waargenomen na gelijktijdige toediening met vildagliptine. Dit is echter
niet voor de doelgroep vastgesteld.
Combinatie met ACE-remmers
Er kan een verhoogd risico op angio-oedeem zijn bij patiënten die gelijktijdig ACE-remmers innemen
(zie rubriek 4.8).
Zoals ook voor andere orale antidiabetica geldt, kan de hypoglykemische werking van vildagliptine
verminderd worden door bepaalde actieve bestanddelen waaronder thiaziden, corticosteroïden,
schildkliermiddelen en sympathicomimetica.
Metformine
Gelijktijdig gebruik niet aanbevolen
Alcohol
Alcoholintoxicatie is geassocieerd met een verhoogd risico op lactaatacidose, met name in het geval
van vasten, ondervoeding of leverinsufficiëntie.
Joodhoudende contrastmiddelen
Metformine moet voorafgaand aan of op het moment van het beeldvormend onderzoek stopgezet
worden en mag pas ten minste 48 uur erna hervat worden, vooropgesteld dat de nierfunctie opnieuw is
beoordeeld en stabiel is bevonden (zie rubrieken 4.2 en 4.4).
Combinaties die voorzorgsmaatregelen voor gebruik vereisen
Sommige geneesmiddelen kunnen de nierfunctie negatief beïnvloeden, wat het risico op lactaatacidose
kan verhogen, bijv. NSAIDs, inclusief selectieve cyclo-oxygenase (COX) II remmers, ACE remmers,
angiotensine-II-receptorantagonisten en diuretica, met name lisdiuretica. Wanneer dergelijke middelen
gestart worden in combinatie met metformine, is zorgvuldige monitoring van de nierfunctie
noodzakelijk.
Glucocorticoïden, bèta-2-agonisten en diuretica hebben een intrinsieke hyperglykemische activiteit.
De patiënt moet geïnformeerd worden en de bloedglucosecontrole moet frequenter worden uitgevoerd,
in het bijzonder aan het begin van de behandeling. Indien nodig kan de dosis van Eucreas worden
aangepast gedurende de gelijktijdige therapie en na het staken van de behandeling met Eucreas.
7
“Angiotensin converting enzyme”-remmers (ACE-remmers) kunnen de bloedglucosespiegel verlagen.
Als dit nodig is, moet de dosis van het antihyperglykemisch geneesmiddel worden aangepast tijdens
de behandeling met het andere geneesmiddel en na het staken hiervan.
Gelijktijdig gebruik van geneesmiddelen die interfereren met gemeenschappelijke renale tubulaire
transportsystemen die betrokken zijn bij de renale eliminatie van metformine (bijv. organische
kationische transporter-2 [OCT2] / multidrug en toxine-extrusie [MATE]-remmers zoals ranolazine,
vandetanib, dolutegravir en cimetidine) kan de systemische blootstelling aan metformine verhogen.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er zijn geen toereikende gegevens over het gebruik van Eucreas bij zwangere vrouwen. Uit
dieronderzoek met vildagliptine is reproductietoxiciteit gebleken bij hoge doseringen. Uit
experimenteel onderzoek met metformine bij dieren is geen reproductietoxiciteit gebleken. Bij
experimenteel onderzoek naar vildagliptine en metformine bij dieren zijn geen aanwijzingen gevonden
voor teratogeniciteit, maar wel foetotoxische effecten bij maternotoxische doses (zie rubriek 5.3). Het
potentiële risico voor de mens is niet bekend. Eucreas mag niet tijdens de zwangerschap worden
gebruikt.
Borstvoeding
In dierexperimentele onderzoeken is uitscheiding van zowel metformine als vildagliptine in de melk
waargenomen. Het is niet bekend of vildagliptine in de moedermelk wordt uitgescheiden. Het is wel
bekend dat metformine in de moedermelk bij de mens in kleine hoeveelheden wordt uitgescheiden.
Vanwege zowel het potentiële risico op hypoglykemie bij neonaten, gerelateerd aan metformine als
het gebrek aan gegevens over vildagliptine bij de mens, mag Eucreas niet worden gebruikt in de
periode dat borstvoeding wordt gegeven (zie rubriek 4.3).
Vruchtbaarheid
Er is voor Eucreas geen onderzoek gedaan naar het effect op de vruchtbaarheid bij de mens (zie
rubriek 5.3).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Er is geen onderzoek verricht met betrekking tot de effecten op de rijvaardigheid en op het vermogen
om machines te bedienen. Patiënten die last van duizeligheid als bijwerking hebben, moeten afzien
van autorijden of het bedienen van machines.
4.8
Bijwerkingen
Er zijn geen therapeutische klinische onderzoeken uitgevoerd met Eucreas. Echter, de bio-equivalentie
van Eucreas met gelijktijdig toegediend vildagliptine en metformine is aangetoond (zie rubriek 5.2).
De gegevens die hier zijn voorgesteld, houden verband met de gelijktijdige toediening van
vildagliptine en metformine, waarbij vildagliptine is toegevoegd aan metformine. Er zijn geen
onderzoeken uitgevoerd naar metformine dat is toegevoegd aan vildagliptine.
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Het merendeel van de bijwerkingen was mild en van voorbijgaande aard en stopzetting van de
behandeling was niet noodzakelijk. Er werd geen relatie gevonden tussen bijwerkingen en leeftijd,
etniciteit, duur van de blootstelling of dagelijkse dosis.
8
Zeldzame gevallen van leverdysfunctie (waaronder hepatitis) zijn gemeld met vildagliptine. In deze
gevallen waren de patiënten over het algemeen asymptomatisch zonder klinische gevolgen en de
testresultaten van de leverfunctie bereikten weer normale waarden na het staken van de behandeling.
Gegevens van gecontroleerde monotherapieonderzoeken en add-on therapieonderzoeken die tot
24 weken duurden, toonden een incidentie van ALT- of AST-verhogingen ≥ 3x ULN (geclassificeerd
als aanwezig bij ten minste 2 opeenvolgende metingen of bij het laatste bezoek tijdens de behandeling)
van respectievelijk 0,2%, 0,3% en 0,2% voor vildagliptine 50 mg eenmaal daags, vildagliptine 50 mg
tweemaal daags en alle comparatoren. Deze verhogingen in transaminasen waren over het algemeen
asymptomatisch, niet-progressief van aard en gingen niet gepaard met cholestase of geelzucht.
Zeldzame gevallen van angio-oedeem zijn gemeld met vildagliptine, met vergelijkbare frequentie als
in de controlegroepen. Een hoger percentage van gevallen werd gemeld wanneer vildagliptine in
combinatie met een ACE-remmer werd toegediend. Het merendeel van deze gevallen was mild van
ernst en van voorbijgaande aard bij voortzetten van de behandeling met vildagliptine.
Overzicht van de bijwerkingen in tabelvorm
De bijwerkingen die zijn gemeld bij patiënten die vildagliptine kregen in dubbelblinde onderzoeken
als monotherapie en als combinatietherapieën worden hieronder gerangschikt volgens
systeemorgaanklasse en absolute frequentie. De bijwerkingen in tabel 5 zijn gebaseerd op gegevens uit
de Samenvatting van de productkenmerken van metformine die beschikbaar is in de EU. De
frequenties zijn gedefinieerd als zeer vaak (≥1/10); vaak (≥1/100, <1/10); soms (≥1/1.000, <1/100);
zelden (≥1/10.000, <1/1.000); zeer zelden (<1/10.000), niet bekend (kan met de beschikbare gegevens
niet worden bepaald). Binnen iedere frequentiegroep worden bijwerkingen gerangschikt naar
afnemende ernst.
Tabel 1
Bijwerkingen, gemeld bij patiënten die dagelijks vildagliptine 100 mg kregen als
aanvullende behandeling bij metformine, vergeleken met placebo plus metformine
in dubbelblinde onderzoeken (N=208)
Voedings- en stofwisselingsstoornissen
Vaak
Hypoglykemie
Zenuwstelselaandoeningen
Vaak
Tremor
Vaak
Hoofdpijn
Vaak
Duizeligheid
Soms
Vermoeidheid
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak
Misselijkheid
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
In gecontroleerde klinische onderzoeken naar de combinatie van vildagliptine 100 mg per dag plus
metformine, werd geen stopzetting vanwege bijwerkingen gemeld, noch in de vildagliptine 100 mg
per dag plus metformine, noch in de placebo + metformine behandelingsgroepen.
In klinische onderzoeken kwam hypoglykemie vaak voor bij patiënten op vildagliptine in combinatie
met metformine (1%) en soms bij patiënten die placebo + metformine (0,4%) kregen. Er werden geen
ernstige hypoglykemische bijwerkingen gemeld in de vildagliptine-armen.
In klinische onderzoeken veranderde het gewicht niet ten opzichte van de uitgangswaarde wanneer
dagelijks 100 mg vildagliptine werd toegevoegd aan metformine (respectievelijk +0,2 kg en -1,0 kg
voor vildagliptine en placebo).
Klinische studies met een duur van meer dan 2 jaar lieten geen additionele veiligheidssignalen of
onvoorziene risico’s zien wanneer vildagliptine werd toegevoegd aan metformine.
9
Combinatie met een sulfonylureum
Tabel 2
Bijwerkingen gemeld bij patiënten die tweemaal daags vildagliptine 50 mg kregen in
combinatie met metformine en een sulfonylureum (N=157)
Voedings- en stofwisselingsstoornissen
Vaak
Hypoglykemie
Zenuwstelselaandoeningen
Vaak
Duizeligheid, tremor
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak
Hyperhidrose
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Vaak
Asthenie
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Er werd geen stopzetting vanwege bijwerkingen gemeld in de vildagliptine + metformine +
glimepiride behandelingsgroep versus 0,6% in de placebo + metformine + glimepiride
behandelingsgroep.
De incidentie van hypoglykemie was vaak bij beide behandelingsgroepen (5,1% voor de vildagliptine
+ metformine + glimepiride-groep versus 1,9% voor de placebo + metformine + glimepiride-groep).
Eén ernstige hypoglykemische gebeurtenis werd gemeld in de vildagliptine-groep.
Aan het einde van de studie was het effect op het gemiddelde lichaamsgewicht neutraal (+0,6 kg in de
vildagliptine-groep en -0,1 kg in de placebogroep).
Combinatie met insuline
Tabel 3
Bijwerkingen gemeld bij patiënten die dagelijks vildagliptine 100 mg kregen in
combinatie met insuline (met of zonder metformine) in dubbelblinde studies (N=371)
Voedings- en stofwisselingsstoornissen
Vaak
Daling van de bloedglucose
Zenuwstelselaandoeningen
Vaak
Hoofdpijn, koude rillingen
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak
Misselijkheid, gastro-oesofageale reflux
Soms
Diarree, flatulentie
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
In gecontroleerde klinische studies met gebruik van vildagliptine 50 mg tweemaal daags in combinatie
met insuline, met of zonder gelijktijdige metformine, was de totale incidentie van stopzetting als
gevolg van bijwerkingen 0,3% in de vildagliptine behandelingsgroep en er waren geen stopzettingen
in de placebogroep.
De incidentie van hypoglykemie was vergelijkbaar in beide behandelingsgroepen (14,0% in de
vildagliptine-groep versus 16,4% in de placebogroep). Twee patiënten meldden ernstige
hypoglykemische bijwerkingen in de vildagliptine-groep en 6 patiënten in de placebogroep.
Aan het einde van de studie was het effect op het gemiddelde lichaamsgewicht neutraal (+0,6 kg
verandering van de uitgangswaarde in de vildagliptine-groep en geen gewichtsverandering in de
placebogroep).
10
Bijkomende informatie over de afzonderlijke actieve bestanddelen van de vaste combinatie
Vildagliptine
Tabel 4
Bijwerkingen die bij dubbelblind onderzoek (N=1.855) werden gemeld voor
patiënten op een monotherapie van vildagliptine 100 mg per dag
Infecties en parasitaire aandoeningen
Zeer zelden
Infectie van de bovenste luchtwegen
Zeer zelden
Nasofaryngitis
Voedings- en stofwisselingsstoornissen
Soms
Hypoglykemie
Zenuwstelselaandoeningen
Vaak
Duizeligheid
Soms
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Soms
Perifeer oedeem
Maagdarmstelselaandoeningen
Soms
Constipatie
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen
Soms
Artralgie
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
De totale incidentie van terugtrekking uit de gecontroleerde monotherapie-onderzoeken vanwege
bijwerkingen was niet hoger bij patiënten die dagelijks 100 mg vildagliptine kregen (0,3%) dan bij
patiënten die placebo (0,6%) of comparator-geneesmiddelen (0,5%) kregen.
In vergelijkende gecontroleerde monotherapieonderzoeken werd soms hypoglykemie gemeld bij 0,4%
(7 van de 1.855) van de patiënten die dagelijks werden behandeld met 100 mg vildagliptine, in
vergelijking met 0,2% (2 van de 1.082) van de patiënten in de groepen die met een actieve comparator
of placebo werden behandeld, zonder meldingen van ernstige bijwerkingen.
In klinische onderzoeken veranderde het gewicht niet ten opzichte van de uitgangswaarde wanneer
dagelijks 100 mg vildagliptine werd toegediend als monotherapie (respectievelijk -0,3 kg en -1,3 kg
voor vildagliptine en placebo).
Klinische studies met een duur tot 2 jaar lieten geen additionele veiligheidssignalen of onvoorziene
risico’s zien bij vildagliptine monotherapie.
11
Metformine
Tabel 5
Bijwerkingen als gevolg van het bestanddeel metformine
Voedings- en stofwisselingsstoornissen
Zeer zelden
Daling van vitamine B
12
-absorptie en melkzuuracidose*
Zenuwstelselaandoeningen
Vaak
Metaalachtige smaak
Maagdarmstelselaandoeningen
Zeer vaak
Misselijkheid, braken, diarree, buikpijn en verlies van eetlust
Lever- en galaandoeningen
Zeer zelden
Abnormale leverfunctietest of hepatitis**
Huid- en onderhuidaandoeningen
Zeer zelden
Huidreacties, zoals erythema, pruritus en urticaria
*Zeer zelden is een daling in de vitamine B12-absorptie in combinatie met een daling in de
serumspiegels waargenomen bij patiënten die langdurig werden behandeld met metformine. Deze
etiologie moet worden overwogen bij patiënten bij wie zich megaloblastaire anemie voordoet.
**Geïsoleerde gevallen van een afwijkende leverfunctietest of hepatitis die vanzelf verdwenen bij
staking van de behandeling met metformine.
Maagdarmstelselaandoeningen komen het meest voor tijdens de start van de behandeling en
verdwijnen spontaan in de meeste gevallen. Om deze te vermijden, wordt aanbevolen metformine in
2 dagelijkse doses in te nemen tijdens of na de maaltijd. Een langzame toename van de dosis kan ook
de gastrointestinale verdraagbaarheid verbeteren.
Postmarketingervaring
Tabel 6
Postmarketingbijwerkingen
Maagdarmstelselaandoeningen
Niet bekend
Pancreatitis
Lever- en galaandoeningen
Niet bekend
Hepatitis (reversibel na stoppen met het geneesmiddel)
Abnormale leverfunctietesten (reversibel na stoppen met het
geneesmiddel)
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen
Niet bekend
Myalgie
Huid- en onderhuidaandoeningen
Niet bekend
Urticaria
Exfoliatieve en bulleuze huidlaesies, waaronder bulleus pemfigoïd
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
12
4.9
Overdosering
Er zijn geen gevallen van overdosering met Eucreas beschikbaar.
Vildagliptine
De informatie over overdosering met vildagliptine is beperkt.
Symptomen
De informatie over de mogelijke symptomen van overdosering met vildagliptine is afkomstig van een
tolerantieonderzoek met toenemende dosis bij gezonde proefpersonen die gedurende 10 dagen
vildagliptine kregen. Bij een dosis van 400 mg waren er drie gevallen van spierpijn en afzonderlijke
gevallen van lichte en voorbijgaande paresthesie, koorts, oedeem en een tijdelijke verhoging van de
lipasespiegels. Bij doses van 600 mg vertoonde één proefpersoon oedeem aan voeten en handen en een
verhoging van creatinefosfokinase (CPK), AST, C-reactief proteïne (CRP) en myoglobinespiegels.
Drie andere proefpersonen vertoonden oedeem in de voeten met in twee gevallen paresthesie. Alle
symptomen en laboratoriumafwijkingen verdwenen zonder dat behandeling noodzakelijk was na het
stopzetten van de onderzoeksmedicatie.
Metformine
Een grote overdosering van metformine (of een co-existent risico van melkzuuracidose) kan leiden tot
melkzuuracidose. Dit vormt een medische noodsituatie die behandeling in het ziekenhuis vereist.
Therapie
De meest doeltreffende methode voor het verwijderen van metformine is hemodialyse. Vildagliptine
kan echter niet worden verwijderd door middel van hemodialyse, hoewel het belangrijkste
hydrolysemetaboliet (LAY 151) wel verwijderd kan worden. Ondersteunende therapie wordt
aanbevolen.
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Geneesmiddelen gebruikt bij diabetes, combinaties van orale
bloedglucoseverlagende geneesmiddelen, ATC-code: A10BD08
Werkingsmechanisme
Eucreas combineert twee antihyperglykemische geneesmiddelen met complementaire
werkingsmechanismen ter verbetering van de glykemische controle voor patiënten met diabetes
mellitus type 2: vildagliptine behoort tot de categorie van eilandjesstimulatoren en
metforminehydrochloride behoort tot de biguanidengroep.
Vildagliptine, behorend tot de groep van eilandjesstimulatoren, is een krachtige en selectieve
dipeptidyl-peptidase-4 (DPP-4) remmer. Metformine werkt voornamelijk door het verminderen van de
endogene leverglucoseproductie.
13
Farmacodynamische effecten
Vildagliptine
Vildagliptine werkt voornamelijk door het remmen van DPP-4, het enzym dat verantwoordelijk is
voor de degradatie van de incretinehormonen GLP-1 (glucagon-like peptide-1) en GIP (glucose-
dependent insulinotropic polypeptide).
De toediening van vildagliptine heeft een snelle en volledige remming van de activiteit van het DPP-4
enzym tot gevolg, resulterend in verhoogde nuchtere en postprandiale endogene spiegels van de
incretinehormonen GLP-1 en GIP.
Door de endogene spiegels van deze incretinehormonen te verhogen, stimuleert vildagliptine de
gevoeligheid van de bètacellen voor glucose. Hierdoor wordt een verbeterde afgifte van
glucoseafhankelijke insuline verkregen. Behandeling met vildagliptine 50-100 mg per dag bij
patiënten met diabetes mellitus type 2 verbeterde de markers van de bèta-celfunctie, waaronder
HOMA- (Homeostasis Model Assessment-), de pro-insuline tot insuline verhouding, en metingen
van de bèta-celgevoeligheid uit de frequent uitgevoerde maaltijd-tolerantietest. Bij niet-diabetische
(normale glykemische) personen stimuleert vildagliptine de afgifte van insuline niet en vermindert het
de glucosespiegels niet.
Door de endogene GLP-1-spiegels te verhogen, stimuleert vildagliptine ook de gevoeligheid van de
alfacellen voor glucose, hetgeen resulteert in een glucagonafscheiding die beter past bij de
glucosespiegel.
De sterkere verhoging in de verhouding insuline/glucagon tijdens hyperglykemie als gevolg van
verhoogde incretinehormoonspiegels, leidt tot een verlaagde nuchtere en postprandiale
glucoseproductie door de lever, hetgeen tot verlaagde glykemie leidt.
Het bekende effect van de verhoging van de GLP-1-spiegels, vertraging van de maaglediging, is bij de
behandeling met vildagliptine niet waargenomen.
Metformine
Metformine is een biguanide met antihyperglykemische effecten en verlaagt zowel het basale als het
postprandiale plasmaglucose. Het stimuleert de insulinesecretie niet en veroorzaakt dus geen
hypoglykemie of gewichtstoename.
Metformine kan via drie verschillende mechanismen zijn glucoseverlagende effect uitoefenen:
-
door vermindering van de leverglucoseproductie door middel van het remmen van
gluconeogenese en glycogenolyse;
-
in spierweefsel door de gevoeligheid voor insuline licht te verhogen, waarmee de perifere
glucoseopname en het verbruik worden verbeterd;
-
door de glucoseabsorptie in de darmen te vertragen.
Metformine stimuleert de intracellulaire glycogeensynthese door de glycogeensynthase te
beïnvloeden, en het verhoogt de transportcapaciteit van specifieke typen glucosetransporters in de
membraan (GLUT-1 en GLUT-4).
Bij de mens heeft metformine, onafhankelijk van haar werking op de glykemie, gunstige effecten op
het lipidenmetabolisme. Dit is voor therapeutische doses in gecontroleerde, middellange of langdurige
klinische onderzoeken aangetoond: metformine verlaagt de serumspiegels van totaal cholesterol, LDL-
cholesterol en de triglyceridenspiegel.
14
Uit het prospectieve gerandomiseerde UKPDS-onderzoek (UK Prospective Diabetes Study) is het
gunstige lange-termijn-voordeel gebleken van een intensieve bloedglucosecontrole bij diabetes
mellitus type 2. Een analyse van de resultaten van patiënten met overgewicht, behandeld met
metformine na falen van alleen een dieet, heeft aangetoond:
-
een significante vermindering van het absolute risico op een diabetesgerelateerde complicatie in
de metforminegroep (29,8 voorvallen/1.000 patiëntjaren) versus alleen dieet
(43,3 voorvallen/1.000 patiëntjaren), p=0,0023 en versus de gecombineerde sulfonylureum- en
insulinemonotherapie-groepen (40,1 voorvallen/1.000 patiëntjaren), p=0,0034;
-
een significante vermindering van het absolute risico op diabetesgerelateerde mortaliteit:
metformine 7,5 voorvallen/1.000 patiëntjaren, alleen dieet 12,7 voorvallen/1.000 patiëntjaren,
p=0,017;
-
een significante vermindering van het absolute risico op totale mortaliteit: metformine
13,5 voorvallen/1.000 patiëntjaren versus alleen dieet 20,6 voorvallen/1.000 patiëntjaren
(p=0,011) en versus de gecombineerde sulfonylureum- en insulinemonotherapiegroepen
18,9 voorvallen/1.000 patiëntjaren (p=0,021);
-
een significante vermindering van het absolute risico op een myocardinfarct: metformine
11 voorvallen/1.000 patiëntjaren, alleen dieet 18 voorvallen/1.000 patiëntjaren (p=0,01).
Klinische werkzaamheid en veiligheid
Vildagliptine toegediend aan patiënten bij wie de glykemische controle ondanks behandeling met een
metforminemonotherapie niet voldoende was, resulteerde na een behandeling van zes maanden in
bijkomende, statistisch significante gemiddelde reducties van het HbA
1c
in vergelijking met de
placebogroep (verschillen tussen de groepen van -0,7% tot -1,1% voor respectievelijk vildagliptine
50 mg en 100 mg). Het percentage patiënten die een daling in HbA
1c
van ≥ 0,7% bereikten ten
opzichte van de uitgangswaarde was statistisch significant hoger in beide groepen die vildagliptine
plus metformine gebruikten (respectievelijk 46% en 60%) ten opzichte van de groep die metformine
plus placebo gebruikte (20%).
In een 24 weken durende studie werd vildagliptine (50 mg tweemaal daags) vergeleken met
pioglitazon (30 mg eenmaal daags) bij patiënten die inadequaat waren ingesteld met metformine
(gemiddelde dagelijkse dosis: 2020 mg). De gemiddelde verlagingen van de uitgangswaarde-HbA
1c
van 8,4% waren -0,9% voor vildagliptine toegevoegd aan metformine en -1,0% voor pioglitazon
toegevoegd aan metformine. Een gemiddelde gewichtstoename van +1,9 kg werd gezien bij patiënten
die behandeld werden met pioglitazon toegevoegd aan metformine vergeleken met +0,3 kg bij
degenen die behandeld werden met vildagliptine toegevoegd aan metformine.
In een 2 jaar durende klinische studie werd vildagliptine (50 mg tweemaal daags) vergeleken met
glimepiride (tot 6 mg/dag – gemiddelde dosis bij 2 jaar: 4,6 mg) bij patiënten behandeld met
metformine (gemiddelde dagelijkse dosis: 1894 mg). Na 1 jaar waren de afnames in HbA
1c
voor
vildagliptine toegevoegd aan metformine -0,4% en voor glimepiride toegevoegd aan
metformine -0,5%, bij een gemiddelde uitgangswaarde-HbA
1c
van 7,3%. De verandering in
lichaamsgewicht was voor vildagliptine -0,2 kg vs. +1,6 kg voor glimepiride. De incidentie van
hypoglykemie was significant lager in de vildagliptine groep (1,7%) dan in de glimepiride groep
(16,2%). Bij het eindpunt van de studie (2 jaar) was de HbA
1c
gelijk aan de uitgangswaarden in beide
behandelingsgroepen en de verschillen in de verandering in lichaamsgewicht en hypoglykemie waren
behouden.
In een 52 weken durende studie werd vildagliptine (50 mg tweemaal daags) vergeleken met gliclazide
(gemiddelde dagelijkse dosis: 229,5 mg) bij patiënten die inadequaat waren ingesteld op metformine
(metforminedosering bij uitgangswaarde 1928 mg/dag). Na 1 jaar waren de gemiddelde afnames in
HbA
1c
voor vildagliptine toegevoegd aan metformine -0,81% (bij een gemiddelde uitgangswaarde-
HbA
1c
van 8,4%) en voor gliclazide toegevoegd aan metformine -0,85% (bij een gemiddelde
uitgangswaarde-HbA
1c
van 8,5%), statistische non-inferioriteit werd bereikt (95% BI -0,11 – 0,20). De
verandering in lichaamsgewicht was voor vildagliptine +0,1 kg vergeleken met +1,4 kg voor
gliclazide.
15
In een 24 weken durende studie werd de effectiviteit van een vaste doseringscombinatie van
vildagliptine en metformine (geleidelijk getitreerd tot een dosering van 50 mg/500 mg tweemaal daags
of 50 mg/1000 mg tweemaal daags) als initiële therapie bij geneesmiddel-naïeve patiënten
geëvalueerd. Vildagliptine/metformine 50 mg/1000 mg tweemaal daags verlaagde HbA
1c
met -1,82%,
vildagliptine/metformine 50 mg/500 mg tweemaal daags met -1,61%, metformine 1000 mg tweemaal
daags met -1,36% en vildagliptine 50 mg tweemaal daags met -1,09% bij een gemiddelde
uitgangswaarde-HbA
1c
van 8,6%. De daling in HbA
1c
gemeten bij patiënten met een uitgangswaarde
van ≥10,0% was groter.
Een 24 weken durende gerandomiseerde, dubbelblinde, placebo-gecontroleerde studie werd
uitgevoerd bij 318 patiënten ter beoordeling van de werkzaamheid en de veiligheid van vildagliptine
(50 mg tweemaal daags) in combinatie met metformine (≥1500 mg per dag) en glimepiride (≥4 mg per
dag). Vildagliptine in combinatie met metformine en glimepiride verlaagde de HbA
1c
significant in
vergelijking met placebo. De placebo-gecorrigeerde gemiddelde afname was -0,76% bij een
gemiddelde HbA
1c
-uitgangswaarde van 8,8%.
Er is een vijfjarig, multicenter, gerandomiseerd, dubbelblind onderzoek (VERIFY) uitgevoerd bij
patiënten met diabetes mellitus type 2 om het effect van een vroege combinatietherapie met
vildagliptine en metformine (N=998) te evalueren ten opzichte van metformine als monotherapie
gevolgd door de combinatie met vildagliptine (groep met opeenvolgende behandelingen) (N=1003) bij
nieuw gediagnosticeerde patiënten met diabetes mellitus type 2. Het combinatieregime van
vildagliptine 50 mg tweemaal daags plus metformine resulteerde in een statistisch en klinisch
significante relatieve vermindering van het risico voor “tijd tot bevestigd falen van de eerste
behandeling” (HbA
1c
-waarde ≥ 7%) versus metformine als monotherapie bij niet eerder behandelde
patiënten met diabetes mellitus type 2 gedurende de onderzoeksduur van 5 jaar (HR [95% BI]: 0,51
[0,45, 0,58]; p<0,001). De incidentie van falen van de eerste behandeling (HbA
1c
-waarde ≥ 7%) was
429 (43,6%) patiënten in de combinatiebehandelingsgroep en 614 (62,1%) patiënten in de groep met
opeenvolgende behandelingen.
Een 24 weken durende gerandomiseerde, dubbelblinde, placebo-gecontroleerde studie werd
uitgevoerd bij 449 patiënten ter beoordeling van de werkzaamheid en de veiligheid van vildagliptine
(50 mg tweemaal daags) in combinatie met een stabiele dosis van basale of voorgemengde insuline
(gemiddelde dagelijkse dosis 41 eenheden ), bij gelijktijdig gebruik van metformine (N=276) of
zonder gelijktijdige metformine (N=173). Vildagliptine in combinatie met insuline verlaagde de HbA
1c
significant in vergelijking met placebo. In de totale populatie was de placebogecorrigeerde gemiddelde
afname -0,72% bij een gemiddelde HbA
1c
-uitgangswaarde van 8,8%. In de subgroepen behandeld met
insuline met of zonder gelijktijdige metformine was de placebogecorrigeerde gemiddelde afname in
HbA
1c
respectievelijk -0,63% en -0,84%. De incidentie van hypoglykemie in de gehele populatie was
8,4% en 7,2% respectievelijk in de vildagliptine-groep en de placebogroep. Patiënten die vildagliptine
kregen ervoeren geen gewichtstoename (+0,2 kg), terwijl diegenen die placebo kregen een
gewichtsafname ervoeren (-0,7 kg).
In een andere 24 weken durende studie bij patiënten met meer gevorderd diabetes mellitus type 2 die
niet goed waren gereguleerd met insuline (kort- en langer werkend, gemiddelde dosis insuline
80 IE/dag), was de gemiddelde afname van HbA
1c
wanneer vildagliptine (50 mg tweemaal daags)
werd toegevoegd aan insuline statistisch significant groter dan bij placebo plus insuline (0,5% vs.
0,2%). De incidentie van hypoglykemie was lager in de vildagliptine-groep dan in de placebogroep
(22,9% vs. 29,6%).
16
Cardiovasculair risico
Uit een meta-analyse van onafhankelijk en prospectief beoordeelde cardiovasculaire gebeurtenissen uit
37 fase III en IV monotherapie en combinatietherapie klinische studies die langer dan 2 jaar duurden
(gemiddelde blootstelling 50 weken voor vildagliptine en 49 weken voor comparators), bleek dat
behandeling met vildagliptine niet werd geassocieerd met een verhoogd cardiovasculair risico in
vergelijking met comparators. Het samengestelde eindpunt van
major adverse cardiovascular events
(MACE), waaronder acuut myocardinfarct, beroerte of cardiovasculair overlijden, was vergelijkbaar
voor vildagliptine versus gecombineerde actieve en placebo-comparators [Mantel-Haenszel risico ratio
(M-H RR) 0,82 (95% BI 0,61-1,11)]. Een MACE deed zich voor bij 83 van de 9.599 (0,86%) met
vildagliptine behandelde patiënten en bij 85 van de 7.102 (1,20%) met comparator behandelde
patiënten. Beoordeling van iedere individuele MACE component liet geen toegenomen risico zien
(identiek M-H RR). Bevestigde hartfalen (HF)-gebeurtenissen, gedefinieerd als HF waarvoor
ziekenhuisopname is vereist of nieuw begin van HF, werden gemeld bij 41 (0,43%) van de met
vildagliptine behandelde patiënten en 32 (0,45%) van de met comparator behandelde patiënten met M-
H RR 1,08 (95% BI 0,68-1,70).
Pediatrische patiënten
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten af te zien van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met vildagliptine in combinatie met metformine in alle
subgroepen van pediatrische patiënten met diabetes mellitus type 2 (zie rubriek 4.2 voor informatie
over pediatrisch gebruik).
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Eucreas
Absorptie
Bio-equivalentie is aangetoond tussen Eucreas in drie doses (50 mg/500 mg, 50 mg/850 mg en
50 mg/1000 mg) ten opzichte van de vrije combinatie vildagliptine en metformine-hydrochloride-
tabletten in overeenkomende doses.
Voedsel heeft geen invloed op de mate en snelheid van de absorptie van vildagliptine uit Eucreas. De
snelheid en de mate van absorptie van metformine uit Eucreas 50 mg/1000 mg daalden wanneer het
met voedsel werd gegeven. Dit werd weerspiegeld in een daling van C
max
met 26%, AUC met 7% en
in een vertraagde T
max
(2,0 tot 4,0 uur).
De farmacokinetische eigenschappen van de afzonderlijke actieve bestanddelen van Eucreas zijn als
volgt:
Vildagliptine
Absorptie
Na orale toediening in nuchtere toestand wordt vildagliptine snel geabsorbeerd waarbij de
piekplasmaconcentraties na 1,7 uur optraden. Voedsel vertraagt de tijd tot de piekplasmaconcentratie
enigszins tot 2,5 uur, maar verandert niet de totale blootstelling (AUC). Toediening van vildagliptine
met voedsel resulteerde in een verlaagde C
max
(19%) vergeleken met het doseren in nuchtere toestand.
De grootte van deze verandering was echter niet klinisch significant en vildagliptine kan dus zowel
met als zonder voedsel worden ingenomen. De absolute biologische beschikbaarheid is 85%.
Distributie
De plasmaeiwitbinding van vildagliptine is laag (9,3%) en vildagliptine wordt gelijkelijk verdeeld
over het plasma en de rode bloedcellen. Het gemiddelde verdelingsvolume van vildagliptine in “steady
state” na intraveneuze toediening (V
ss
) is 71 liter, hetgeen wijst op een extravasculaire verdeling.
17
Biotransformatie
Metabolisme is de voornaamste eliminatieroute voor vildagliptine bij de mens (69% van de dosis). De
voornaamste metaboliet (LAY 151) is farmacologisch inactief en is het hydrolyseproduct van de
cyaangroep (57% van de dosis), gevolgd door het amidehydrolyseproduct (4% van de dosis). DPP-4
draagt gedeeltelijk bij aan de hydrolyse van vildagliptine op basis van een
in vivo
onderzoek bij DPP-4
deficiënte ratten. Vildagliptine wordt niet door CYP 450-enzymen kwantificeerbaar omgezet. Men
verwacht daarom niet dat de metabolische klaring van vildagliptine beïnvloed wordt door gelijktijdig
toegediende geneesmiddelen die het CYP 450-enzym remmen en/of induceren. Uit
in vitro
onderzoeken is gebleken dat vildagliptine de CYP 450-enzymen niet remt of induceert. Daarom is het
niet waarschijnlijk dat vildagliptine de metabolische klaring beïnvloedt van gelijktijdig toegediende
geneesmiddelen die door CYP 1A2, CYP 2C8, CYP 2C9, CYP 2C19, CYP 2D6, CYP 2E1 of
CYP 3A4/5 worden gemetaboliseerd.
Eliminatie
Na orale toediening van [
14
C]-gemerkt vildagliptine wordt ongeveer 85% van de dosis in de urine
uitgescheiden en 15% van de dosis in de feces aangetroffen. Renale uitscheiding van het onveranderd
vildagliptine vormt 23% van de dosis na orale toediening. Na intraveneuze toediening aan gezonde
proefpersonen zijn de totale plasma- en renale klaring van vildagliptine respectievelijk 41 en 13 l/uur.
De gemiddelde eliminatiehalfwaardetijd na intraveneuze toediening is ongeveer 2 uur. De gemiddelde
eliminatiehalfwaardetijd na orale toediening is ongeveer 3 uur.
Lineariteit/non-lineariteit
De C
max
voor vildagliptine en het gebied onder de plasmaconcentratie-versus tijdcurve (AUC) namen
op een ongeveer dosisproportionele wijze toe over het therapeutische dosisbereik.
Kenmerken bij patiënten
Geslacht: Er zijn geen klinisch significante verschillen waargenomen in de farmacokinetiek van
vildagliptine tussen gezonde mannelijke en vrouwelijke proefpersonen over een brede leeftijdsschaal
en lichaamsmassa-index (BMI). De DPP-4 remming door vildagliptine wordt niet beïnvloed door het
geslacht.
Leeftijd: Bij gezonde oudere proefpersonen (≥ 70 jaar) is een verhoging waargenomen van de totale
blootstelling aan vildagliptine (100 mg eenmaaldaags) met 32%, met een toename van 18% in de
piekplasmaconcentratie in vergelijking met gezonde jongere proefpersonen (18-40 jaar). Deze
veranderingen worden echter niet klinisch relevant geacht. De DPP-4 remming door vildagliptine
wordt niet beïnvloed door leeftijd.
Leverfunctiestoornissen: Bij proefpersonen met lichte, matige of ernstige leverfunctiestoornissen
(Child-Pugh A-C) zijn er geen klinisch significante veranderingen (maximum ~30%) in de
blootstelling aan vildagliptine waargenomen.
Nierfunctiestoornissen: Bij proefpersonen met lichte, matige of ernstige nierfunctiestoornissen werd
een verhoging in de systemische blootstelling aan vildagliptine waargenomen (C
max
8-66%; AUC
32-134%) en een verlaging van de totale lichaamsklaring in vergelijking met proefpersonen met een
normale nierfunctie.
Etniciteit: Beperkte gegevens suggereren dat etniciteit niet van invloed is op de farmacokinetiek van
vildagliptine.
18
Metformine
Absorptie
Na een orale dosis metformine werd de maximale plasmaconcentratie (C
max
) bereikt na ongeveer
2,5 uur. De absolute biologische beschikbaarheid van een 500 mg metforminetablet is bij gezonde
proefpersonen ongeveer 50-60%. Na een orale dosis was de niet-geabsorbeerde fractie die in de feces
werd teruggevonden 20-30%.
Na orale toediening blijkt de absorptie van metformine verzadigbaar en onvolledig. Verondersteld
wordt dat de farmacokinetiek van de absorptie van metformine niet lineair is. Bij normale
metforminedoses en dosisschema's worden de steady state-plasmaconcentraties binnen 24-48 uur
bereikt. Deze zijn in het algemeen lager dan 1 µg/ml. In gecontroleerde klinische onderzoeken bleken
de maximale metformineplasmaspiegels (C
max
) niet hoger te worden dan 4 µg/ml, zelfs niet bij
maximale doses.
Als gevolg van voedsel wordt de mate van metformineabsorptie enigszins vertraagd en gereduceerd.
Na toediening van een dosis van 850 mg was de plasmapiekconcentratie 40% lager, de AUC was
afgenomen met 25% en de tijdsduur tot de piekplasmaconcentratie was met 35 minuten verlengd. De
klinische relevantie van deze afname is niet bekend.
Distributie
De plasmaeiwitbinding is verwaarloosbaar. Metformine wordt over de erytrocyten verdeeld. Het
gemiddelde verdelingsvolume (V
d
) had een bereik tussen 63-276 liter.
Biotransformatie
Metformine wordt onveranderd uitgescheiden in de urine. Bij mensen zijn geen metabolieten
geïdentificeerd.
Eliminatie
Metformine wordt geëlimineerd door middel van uitscheiding via de nieren. De nierklaring van
metformine is > 400 ml/min, hetgeen betekent dat metformine wordt geëlimineerd door middel van
glomerulaire filtratie en tubulaire secretie. Na een orale dosis is de schijnbare terminale
eliminatiehalfwaardetijd ongeveer 6,5 uur. Wanneer de nierfunctie verminderd is, neemt de nierklaring
evenredig aan die van creatinine af en zodoende wordt de eliminatiehalfwaardetijd verlengd, hetgeen
leidt tot verhoogde spiegels van metformine in plasma.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Dierexperimenteel onderzoek van maximaal 13 weken is uitgevoerd met de gecombineerde
bestanddelen van Eucreas. Er zijn in verband met deze combinatie geen nieuwe toxiciteiten
aangetroffen. De volgende gegevens zijn bevindingen van onderzoeken die met vildagliptine en
metformine afzonderlijk zijn uitgevoerd.
Vildagliptine
Vertragingen van intracardiale impulsgeleiding zijn bij honden waargenomen met een geen-effectdosis
van 15 mg/kg (7-voudige menselijke blootstelling gebaseerd op C
max
).
Accumulatie van alveolaire schuimmacrofagen in de long werd waargenomen bij ratten en muizen. De
geen-effectdosis bij ratten was 25 mg/kg (5-voudige menselijke blootstelling gebaseerd op AUC) en
750 mg/kg bij muizen (142-voudige menselijke blootstelling).
Gastrointestinale symptomen, in het bijzonder zachte feces, slijmerige feces, diarree en bij hogere
doses bloed in de feces, zijn waargenomen bij honden. Een geen-effectniveau, is niet vastgesteld.
Vildagliptine bleek niet mutageen in conventionele
in vitro
en
in vivo
testen voor genotoxiciteit.
19
In een onderzoek naar fertiliteit en vroege embryonale ontwikkeling bij ratten werd geen bewijs
gevonden van verminderde vruchtbaarheid, reproductieve vermogen of vroege embryonale
ontwikkeling als gevolg van vildagliptine. Embryofoetale toxiciteit is onderzocht bij ratten en
konijnen. Een verhoogde incidentie van misvormingen aan de ribben (wavy ribs) is waargenomen bij
ratten in samenhang met verminderde maternale lichaamsgewichtparameters, bij een geen-effectdosis
van 75 mg/kg (10-voudige menselijke blootstelling). Bij konijnen werden een verminderd foetaal
gewicht en skeletafwijkingen, kenmerkend voor vertragingen in de ontwikkeling, alleen waargenomen
bij ernstige maternale toxiciteit bij een geen-effectdosis van 50 mg/kg (9-voudige menselijke
blootstelling). Er is onderzoek verricht naar de pre- en postnatale ontwikkeling bij ratten. Bij een dosis
van meer dan 150 mg/kg trad maternale toxiciteit op, waaronder een voorbijgaande daling van het
lichaamsgewicht en een verminderde motorische activiteit in de F1-generatie.
Een twee jaar durend carcinogeniciteitsonderzoek werd uitgevoerd bij ratten bij orale doses tot
900 mg/kg (ongeveer 200 maal de menselijke blootstelling bij de maximaal aanbevolen dosis). Er
werd geen toename in tumoren waargenomen die aan vildagliptine kon worden toegeschreven. Een
ander tweejarig onderzoek naar carcinogeniciteit is uitgevoerd bij muizen met orale doses tot
1000 mg/kg. Er is een verhoging in de incidentie van mammaire adenocarcinomen en
hemangiosarcomen waargenomen bij een geen-effectdosis van respectievelijk 500 mg/kg (59-voudige
menselijke blootstelling) en 100 mg/kg (16-voudige menselijke blootstelling). De verhoging in de
incidentie van deze tumoren bij muizen wordt verondersteld geen significant risico voor de mens te
vormen. Dit is vanwege de niet-genotoxiciteit van vildagliptine en de belangrijkste metaboliet, het
voorkomen van tumoren bij alleen één diersoort, en de hoge systemische blootstellingsverhoudingen
waarbij de tumoren zijn waargenomen.
In een toxicologisch onderzoek gedurende 13 weken bij cynomolgus apen werden huidletsels gemeld
bij doses ≥ 5 mg/kg/dag. Deze werden consequent aangetroffen ter hoogte van de extremiteiten
(handen, voeten, oren en staart). Bij 5 mg/kg/dag (ongeveer equivalent aan de menselijke AUC-
blootstelling bij de 100 mg dosis) werden alleen blaren waargenomen. Deze waren omkeerbaar
ondanks het voorzetten van de behandeling en werden niet in verband gebracht met histopathologische
afwijkingen. Schilferende, vervellende huid, korstjes en zweren op de staart met gecorreleerde
histopathologische veranderingen werden waargenomen bij doses ≥ 20 mg/kg/dag (ongeveer 3 keer de
menselijke AUC-blootstelling bij de 100 mg dosis). Necrotische wonden op de staart werden
waargenomen bij een dosis van ≥ 80 mg/kg/dag. Huidlesies waren niet omkeerbaar bij apen die waren
behandeld met een dosis van 160 mg/kg/dag gedurende een herstelperiode van vier weken.
Metformine
Niet-klinische gegevens over metformine duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze
gegevens zijn afkomstig van conventioneel onderzoek op het gebied van veiligheidsfarmacologie,
toxiciteit bij herhaalde dosering, genotoxiciteit, carcinogeen potentieel en reproductietoxiciteit.
20
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Tabletkern
Hydroxypropylcellulose
Magnesiumstearaat
Filmomhulling
Hypromellose
Titaniumdioxide (E 171)
IJzeroxide, geel (E 172)
Macrogol 4000
Talk
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3
Houdbaarheid
PA/alu/PVC/alu 2 jaar
PCTFE/PVC/alu 18 maanden
PVC/PE/PVDC/alu 18 maanden
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Aluminium/Aluminium (PA/alu/PVC/alu) blisterverpakking
Verkrijgbaar in verpakkingen met 10, 30, 60, 120, 180 of 360 filmomhulde tabletten en in multi-
verpakkingen met 120 (2 verpakkingen van 60), 180 (3 verpakkingen van 60) of 360 (6 verpakkingen
van 60) filmomhulde tabletten.
Polychloortrifluorethyleen (PCTFE/PVC/alu) blisterverpakking
Verkrijgbaar in verpakkingen met 10, 30, 60, 120, 180 of 360 filmomhulde tabletten en in multi-
verpakkingen met 120 (2 verpakkingen van 60), 180 (3 verpakkingen van 60) of 360 (6 verpakkingen
van 60) filmomhulde tabletten.
Polyvinylchloride/Polyethyleen/Polyvinylideenchloride/Aluminium (PVC/PE/PVDC/alu)
blisterverpakking
Verkrijgbaar in verpakkingen met 10, 30, 60, 120, 180 of 360 filmomhulde tabletten en in multi-
verpakkingen met 120 (2 verpakkingen van 60), 180 (3 verpakkingen van 60) of 360 (6 verpakkingen
van 60) filmomhulde tabletten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten en tabletsterktes worden in de handel gebracht.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
21
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
EU/1/07/425/001–006
EU/1/07/425/013–015
EU/1/07/425/019-024
EU/1/07/425/031-033
EU/1/07/425/037–045
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
EU/1/07/425/007–012
EU/1/07/425/016–018
EU/1/07/425/025–030
EU/1/07/425/034–036
EU/1/07/425/046–054
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 14 november 2007
Datum van laatste verlenging: 23 juli 2012
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu
22
BIJLAGE II
A.
B.
FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING
EN GEBRUIK
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET
BETREKKING TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND
GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
C.
D.
23
A.
FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte
Lek d.d, PE PROIZVODNJA LENDAVA
Trimlini 2D
Lendava, 9220
Slovenië
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
D-90429 Neurenberg
Duitsland
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel.
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-
aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico’s of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico’s tot een minimum) is bereikt.
Een aanpassing van het RMP dient iedere drie jaar te worden ingediend.
24
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
25
A. ETIKETTERING
26
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
VOUWDOOS VOOR EENHEIDSVERPAKKING
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 850 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
660 mg metformine).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
10 filmomhulde tabletten
30 filmomhulde tabletten
60 filmomhulde tabletten
120 filmomhulde tabletten
180 filmomhulde tabletten
360 filmomhulde tabletten
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
27
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
10 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
30 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
60 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
10 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
30 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
60 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
10 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
30 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
60 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/001
EU/1/07/425/002
EU/1/07/425/003
EU/1/07/425/004
EU/1/07/425/005
EU/1/07/425/006
EU/1/07/425/019
EU/1/07/425/020
EU/1/07/425/021
EU/1/07/425/022
EU/1/07/425/023
EU/1/07/425/024
EU/1/07/425/037
EU/1/07/425/038
EU/1/07/425/039
EU/1/07/425/040
EU/1/07/425/041
EU/1/07/425/042
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
28
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Eucreas 50 mg/850 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
29
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP BLISTERVERPAKKINGEN OF STRIPS MOETEN
WORDEN VERMELD
BLISTERVERPAKKINGEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride
2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN
Novartis Europharm Limited
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
OVERIGE
30
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
INTERMEDIARE DOOS VAN MULTIVERPAKKINGEN (ZONDER BLAUW KADER)
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 850 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
660 mg metformine).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
60 filmomhulde tabletten. Onderdeel van een multiverpakking. Mogen niet afzonderlijk worden
verkocht.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
31
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/013
EU/1/07/425/014
EU/1/07/425/015
EU/1/07/425/031
EU/1/07/425/032
EU/1/07/425/033
EU/1/07/425/043
EU/1/07/425/044
EU/1/07/425/045
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Eucreas 50 mg/850 mg
32
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
OMDOOS VAN MULTIVERPAKKINGEN (MET BLAUW KADER)
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 850 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
660 mg metformine).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
Multiverpakking: 120 (2 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten.
Multiverpakking: 180 (3 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten.
Multiverpakking : 360 (6 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
33
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/013
EU/1/07/425/014
EU/1/07/425/015
EU/1/07/425/031
EU/1/07/425/032
EU/1/07/425/033
EU/1/07/425/043
EU/1/07/425/044
EU/1/07/425/045
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Eucreas 50 mg/850 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
34
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
35
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
VOUWDOOS VOOR EENHEIDSVERPAKKING
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 1000 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
780 mg metformine).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
10 filmomhulde tabletten
30 filmomhulde tabletten
60 filmomhulde tabletten
120 filmomhulde tabletten
180 filmomhulde tabletten
360 filmomhulde tabletten
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
36
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
10 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
30 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
60 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
10 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
30 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
60 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
10 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
30 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
60 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/007
EU/1/07/425/008
EU/1/07/425/009
EU/1/07/425/010
EU/1/07/425/011
EU/1/07/425/012
EU/1/07/425/025
EU/1/07/425/026
EU/1/07/425/027
EU/1/07/425/028
EU/1/07/425/029
EU/1/07/425/030
EU/1/07/425/046
EU/1/07/425/047
EU/1/07/425/048
EU/1/07/425/049
EU/1/07/425/050
EU/1/07/425/051
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
37
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Eucreas 50 mg/1000 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
38
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP BLISTERVERPAKKINGEN OF STRIPS MOETEN
WORDEN VERMELD
BLISTERVERPAKKINGEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride
2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN
Novartis Europharm Limited
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
BATCHNUMMER
5.
OVERIGE
39
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
INTERMEDIARE DOOS VAN MULTIVERPAKKINGEN (ZONDER BLAUW KADER)
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 1000 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
780 mg metformine).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
60 filmomhulde tabletten. Onderdeel van een multiverpakking. Mogen niet afzonderlijk worden
verkocht.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
40
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/016
EU/1/07/425/017
EU/1/07/425/018
EU/1/07/425/034
EU/1/07/425/035
EU/1/07/425/036
EU/1/07/425/052
EU/1/07/425/053
EU/1/07/425/054
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Eucreas 50 mg/1000 mg
41
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
OMDOOS VAN MULTIVERPAKKINGEN (MET BLAUW KADER)
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 1000 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
780 mg metformine).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
Multiverpakking: 120 (2 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten
Multiverpakking: 180 (3 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten.
Multiverpakking: 360 (6 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
42
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/016
EU/1/07/425/017
EU/1/07/425/018
EU/1/07/425/034
EU/1/07/425/035
EU/1/07/425/036
EU/1/07/425/052
EU/1/07/425/053
EU/1/07/425/054
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Eucreas 50 mg/1000 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
43
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
44
B. BIJSLUITER
45
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is Eucreas en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe neemt u dit middel in?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Eucreas en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
De werkzame bestanddelen van Eucreas, vildagliptine en metformine, behoren tot de
geneesmiddelengroep met de naam “orale antidiabetica”.
Eucreas wordt gebruikt voor de behandeling van volwassen patiënten met type-2-diabetes. Dit type
diabetes wordt ook wel niet-insulineafhankelijke diabetes mellitus genoemd. Eucreas wordt gebruikt
wanneer de diabetes niet onder controle gebracht kan worden door dieet en lichaamsbeweging alleen
en/of met andere geneesmiddelen die gebruikt worden om diabetes te behandelen (insuline of een
sulfonylureum).
Type-2-diabetes ontwikkelt zich wanneer het lichaam onvoldoende insuline produceert of wanneer de
insuline die door het lichaam wordt gemaakt niet goed werkt. Het kan ook ontstaan wanneer het
lichaam te veel glucagon produceert.
Zowel insuline als glucagon worden in de alvleesklier (pancreas) gemaakt. Insuline is een stof die
helpt de bloedsuikerspiegel te verlagen, met name na de maaltijd. Glucagon zorgt ervoor dat de lever
suiker gaat maken, zodat de bloedsuikerspiegel stijgt.
Hoe werkt Eucreas?
Beide actieve bestanddelen, vildagliptine en metformine, helpen bij het onder controle houden van de
hoeveelheid suiker in het bloed. Het bestanddeel vildagliptine zorgt ervoor dat de pancreas meer
insuline en minder glucagon produceert. Het bestanddeel metformine helpt het lichaam doelmatiger
gebruik te maken van insuline. Dit geneesmiddel verlaagt de bloedglucosespiegel, wat kan helpen om
complicaties van uw diabetes te voorkomen.
46
2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet innemen?
-
u bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6. Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn voor een van deze stoffen, raadpleeg dan
uw arts voordat u Eucreas inneemt.
-
u heeft ongereguleerde diabetes met bijvoorbeeld ernstige hyperglykemie (hoge bloedglucose),
misselijkheid, braken, diarree, snel gewichtsverlies, lactaatacidose (zie ‘Risico op
lactaatacidose’ hieronder) of ketoacidose. Ketoacidose is een toestand waarbij zogenaamde
ketonlichamen zich in het bloed opstapelen, wat een diabetisch precoma tot gevolg kan hebben.
De symptomen omvatten maagpijn, snelle en diepe ademhaling, slaperigheid of een ongewone
fruitige geur van de adem.
-
als u recent een hartaanval heeft gehad of last heeft gehad van hartfalen, of ernstige problemen
met de bloedcirculatie of ademhalingsmoeilijkheden heeft meegemaakt, dat een teken van
hartproblemen kan zijn.
-
u heeft een sterk verminderde nierfunctie.
-
als u een ernstige infectie heeft of als u aan ernstig vochtverlies lijdt (een grote hoeveelheid
water uit uw lichaam heeft verloren).
-
als van u een röntgenopname met contrastmiddel wordt genomen (een speciaal type
röntgenopname met behulp van een injecteerbare kleurstof). Zie ook de informatie in de rubriek
“Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?”.
-
als u leverproblemen heeft.
-
als u overmatig veel alcohol drinkt (of dit nu iedere dag plaatsvindt of slechts af en toe).
-
als u borstvoeding geeft (zie ook “Zwangerschap en borstvoeding”).
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Risico op lactaatacidose
Eucreas kan de zeer zeldzame, maar zeer ernstige bijwerking lactaatacidose veroorzaken, met name als
uw nieren niet goed werken. Het risico op ontwikkeling van lactaatacidose is tevens verhoogd bij
ongereguleerde diabetes, ernstige infecties, langdurig vasten of alcoholgebruik, uitdroging (zie verdere
informatie hieronder), leverproblemen en medische aandoeningen waarbij een deel van het lichaam
onvoldoende zuurstof heeft (zoals acute ernstige hartziekten).
Als één van de bovenstaande condities op u van toepassing is, dient u contact op te nemen met uw arts
voor verder advies.
Stop tijdelijk met inname van Eucreas bij een conditie die kan samenhangen met uitdroging
(aanzienlijk verlies van lichaamsvloeistoffen), zoals ernstig braken, diarree, koorts, blootstelling aan
hitte of als u minder vocht dan normaal drinkt. Neem contact op met uw arts voor verder advies.
47
Stop met inname van Eucreas en neem onmiddellijk contact op met uw arts of het
dichtstbijzijnde ziekenhuis als u last krijgt van één of meer symptomen van lactaatacidose,
aangezien deze toestand kan leiden tot coma.
Symptomen van lactaatacidose omvatten:
overgeven
buikpijn
spierkrampen
een algemeen gevoel van malaise met ernstige vermoeidheid
moeite met ademhaling
verminderde lichaamstemperatuur en hartslag
Lactaatacidose is een medische noodtoestand en moet in het ziekenhuis behandeld worden.
Eucreas is geen vervanger van insuline. Daarom dient u Eucreas niet voor de behandeling van type-1-
diabetes te krijgen.
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u Eucreas inneemt als u een
aandoening van de pancreas heeft of heeft gehad.
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel inneemt als u een
antidiabeticum genaamd sulfonylureum inneemt. Uw arts kan mogelijk de dosis van het
sulfonylureum verlagen indien u dit samen met Eucreas inneemt, zodat een lage bloedglucose kan
worden voorkomen (hypoglykemie).
Als u voorheen vildagliptine heeft ingenomen maar de behandeling moest stoppen vanwege
leverziekte, mag u dit geneesmiddel niet innemen.
Diabetische huidproblemen zijn vaak voorkomende complicaties van diabetes. U wordt geadviseerd de
adviezen voor huid- en voetverzorging op te volgen die u van uw arts of verpleegkundige heeft
ontvangen. U wordt ook geadviseerd om extra oplettend te zijn op het ontstaan van blaren of zweren
wanneer u Eucreas inneemt. Indien deze ontstaan, dient u direct uw arts te raadplegen.
Als u een grote operatie moet ondergaan, moet u stoppen met inname van Eucreas tijdens en
gedurende een periode na de ingreep. Uw arts zal beslissen wanneer u moet stoppen en wanneer u uw
behandeling met Eucreas moet hervatten.
Er zal een onderzoek uitgevoerd worden om uw leverfunctie te bepalen voor de start van de Eucreas
behandeling, met een interval van drie maanden, gedurende het eerste jaar en periodiek daarna. Dit is
om tekenen van toegenomen leverenzymen zo vroeg mogelijk te kunnen ontdekken.
Tijdens behandeling met Eucreas zal uw arts uw nierfunctie ten minste éénmaal per jaar controleren of
vaker als u oudere bent en/of als u een verslechterde nierfunctie heeft.
Uw arts zal regelmatig uw bloed en urine op de aanwezigheid van suiker testen.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Eucreas wordt niet aanbevolen voor gebruik bij kinderen en jongeren tot 18 jaar.
48
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Als het noodzakelijk is dat u een joodhoudend contrastmiddel in het bloed krijgt ingespoten,
bijvoorbeeld voor een röntgenfoto of een scan, moet u voor of op het moment van de injectie stoppen
met Eucreas. Uw arts zal beslissen wanneer u moet stoppen en wanneer u uw behandeling met Eucreas
moet hervatten.
Gebruikt u naast Eucreas nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Dan heeft u mogelijk vaker
bloedglucose- en nierfunctietesten nodig, of uw arts moet mogelijk uw Eucreas dosis aanpassen. Het is
met name belangrijk om het volgende te melden:
-
glucocorticoïden die in het algemeen worden gebruikt voor de behandeling van ontstekingen
-
bèta-2-agonisten die in het algemeen worden gebruikt voor de behandeling van
ademhalingsstoornissen
-
andere medicijnen die gebruikt worden ter behandeling van diabetes
-
als u geneesmiddelen gebruikt die de urineaanmaak verhogen (diuretica)
-
als u geneesmiddelen gebruikt om pijn en ontsteking te behandelen (NSAID en COX-2
remmers, zoals ibuprofen en celecoxib)
-
als u bepaalde geneesmiddelen gebruikt om hoge bloeddruk te behandelen (ACE-remmers en
angiotensine-II-receptor antagonisten)
-
bepaalde medicijnen die de schildklier beïnvloeden
-
bepaalde medicijnen die het zenuwstelsel beïnvloeden
-
bepaalde geneesmiddelen die worden gebruikt om angina pectoris (een pijnlijk en drukkend
gevoel op de borst) te behandelen (bijv. ranolazine)
-
bepaalde geneesmiddelen die worden gebruikt om een hiv-infectie te behandelen (bijv.
dolutegravir)
-
bepaalde geneesmiddelen die worden gebruikt om een bepaald type schildklierkanker
(medullaire schildklierkanker) te behandelen (bijv. vandetanib)
-
bepaalde geneesmiddelen die worden gebruikt om brandend maagzuur en maagzweren te
behandelen (bijv. cimetidine)
Waarop moet u letten met alcohol?
Vermijd overmatige inname van alcohol wanneer u Eucreas gebruikt, aangezien dit het risico op
lactaatacidose kan verhogen (zie rubriek ‘Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?’).
Zwangerschap en borstvoeding
-
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt. Uw arts zal het potentiële risico
met u bespreken van inname van Eucreas tijdens uw zwangerschap.
-
Gebruik Eucreas niet als u zwanger bent of borstvoeding geeft (zie ook “Wanneer mag u dit
middel niet innemen?”).
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u geneesmiddelen gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Als u zich duizelig voelt terwijl u Eucreas gebruikt, ga dan niet autorijden of bedien geen gereedschap
of machines.
49
3.
Hoe neemt u dit middel in?
Het aantal Eucreas tabletten dat u moet innemen hangt af van uw gesteldheid. Uw arts zal u vertellen
hoeveel Eucreas tabletten u precies dient in te nemen.
Neem dit geneesmiddel altijd precies in zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
De aanbevolen dosering is één filmomhulde tablet van 50 mg/850 mg of 50 mg/1000 mg tweemaal
daags.
Als u een verminderde nierfunctie heeft, kan uw arts u een lagere dosis voorschrijven. Ook als u een
antidiabetisch geneesmiddel bekend, als een sulfonylureumderivaat inneemt, kan uw arts een lagere
dosering voorschrijven.
Uw arts kan dit geneesmiddel alleen voorschrijven of in combinatie met bepaalde andere
geneesmiddelen die het niveau van uw bloedsuiker verlagen.
Wanneer en hoe moet u Eucreas innemen?
-
Slik de tabletten in hun geheel door met een glas water.
-
Neem één tablet 's ochtends en de andere 's avonds tijdens of onmiddellijk na de maaltijd. Het
innemen van de tablet onmiddellijk na de maaltijd zal het risico op een verstoorde maag
verlagen.
Als u van uw arts advies heeft gekregen over een dieet dat u moet volgen, ga hiermee dan door. In het
bijzonder wanneer dit een diabetisch gewichtscontroledieet betreft, moet u doorgaan met dit dieet
wanneer u Eucreas gebruikt.
Heeft u te veel van dit middel ingenomen?
Als u te veel Eucreas tabletten heeft ingenomen, of als iemand anders uw tabletten heeft ingenomen,
vertel dit dan onmiddellijk aan een arts of apotheker.
Het kan zijn dat medische hulp noodzakelijk
is. Als u naar een arts of ziekenhuis moet, neem dan de verpakking en deze bijsluiter mee.
Bent u vergeten dit middel in te nemen?
Wanneer u bent vergeten een tablet in te nemen, neem deze dan bij de volgende maaltijd, tenzij u bij
de volgende maaltijd toch al een tablet in had moeten nemen. Neem geen dubbele dosis (twee tabletten
tegelijk) om een vergeten tablet in te halen.
Als u stopt met het innemen van dit middel
Neem dit geneesmiddel zolang als uw dokter het u heeft voorgeschreven zodat het uw bloedsuiker kan
blijven controleren. Stop niet met het innemen van Eucreas tenzij uw arts u vertelt dit te doen. Als u
nog vragen heeft over hoelang u dit medicijn dient in te nemen, raadpleeg dan uw arts.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of diabetes verpleegkundige.
50
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
U dient te
stoppen met het gebruik van Eucreas en onmiddellijk naar uw arts te gaan
als u een
van de volgende bijwerkingen ervaart:
Eucreas kan de zeer zeldzame, maar ernstige bijwerking lactaatacidose veroorzaken (kan zich
voordoen bij maximaal 1 op de 10.000 personen, zie rubriek ‘Wanneer moet u extra voorzichtig
zijn met dit middel?’). Als dit gebeurt, moet u
direct stoppen met het gebruik van Eucreas en
onmiddellijk contact opnemen met een arts of het dichtstbijzijnde ziekenhuis,
aangezien
lactaatacidose tot coma kan leiden.
Angio-oedeem (zelden: kan voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 personen): verschijnselen
omvatten opgezwollen gezicht, de tong of de keel, moeilijkheden met slikken, moeilijkheden
met ademhalen, plotseling ontstaan van huiduitslag of netelroos die op een reactie kunnen
duiden die “angio-oedeem” wordt genoemd.
Leveraandoening (hepatitis) (zelden): verschijnselen omvatten gele huid en ogen, misselijkheid,
verlies van eetlust of donkerkleurige urine, die kunnen duiden op een leverziekte (hepatitis).
Ontsteking van de alvleesklier (pancreatitis) (frequentie onbekend): verschijnselen omvatten
ernstige en aanhoudende pijn in de buik (maagstreek) die zou kunnen uitstralen naar uw rug
alsmede misselijkheid en braken.
Andere bijwerkingen
Een aantal patiënten had last van de volgende bijwerkingen tijdens het gebruik van Eucreas:
Zeer vaak (kan voorkomen bij meer dan 1 op de 10 personen): misselijkheid, overgeven,
diarree, pijn in en rond de maag (buikpijn), verlies van eetlust.
Vaak (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 10 personen): duizeligheid, hoofdpijn,
ongecontroleerd trillen, metaalachtige smaak, lage bloedsuiker.
Soms (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 100 personen): gewrichtspijn, vermoeidheid,
verstopping (constipatie), opgezwollen handen, enkels of voeten (oedeem).
Zeer zelden (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 10.000 personen): keelpijn, loopneus, koorts;
tekenen van een hoog gehalte aan melkzuur in het bloed (dit heet melkzuuracidose),
bijvoorbeeld slaperigheid of duizeligheid, ernstige misselijkheid of overgeven, buikpijn,
onregelmatige hartslag of diepe, snelle ademhaling; roodheid van de huid, jeuk; verlaagde
vitamine B12-spiegels (bleekheid, vermoeidheid, mentale symptomen zoals verwardheid of
geheugenverlies).
Een aantal patiënten had last van de volgende bijwerkingen tijdens het gebruik van Eucreas en een
sulfonylureum:
Vaak: duizeligheid, tremor, zwakte, lage bloedsuiker, overmatig zweten.
Een aantal patiënten had last van de volgende bijwerkingen bij het gebruik van Eucreas en insuline:
Vaak: hoofdpijn, koude rillingen, misselijkheid, lage bloedsuiker, brandend maagzuur.
Soms: diarree, winderigheid.
De volgende bijwerkingen zijn gemeld sinds dit product in de handel is:
Frequentie niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald): jeukende
huiduitslag, ontsteking van de alvleesklier, lokaal vervellen of blaren, spierpijn.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
51
5.
-
-
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de
blisterverpakking en doos na “EXP”. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die
maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag
uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd
en komen ze niet in het milieu terecht.
-
-
-
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stoffen in dit middel zijn vildagliptine en metformine (in de vorm van
metforminehydrochloride).
-
Elke Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tablet bevat 50 mg vildagliptine en 850 mg
metforminehydrochloride (overeenkomend met 660 mg metformine).
-
Elke Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tablet bevat 50 mg vildagliptine en 1000 mg
metforminehydrochloride (overeenkomend met 780 mg metformine).
-
De andere stoffen in dit middel zijn hydroxypropylcellulose, magnesiumstearaat, hypromellose,
titaandioxide (E171), geel ijzeroxide (E172), macrogol 4000 en talk.
Hoe ziet Eucreas eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten zijn gele, ovale tabletten met hierop de letters “NVR”
aan de ene zijde en “SEH” aan de andere zijde.
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten zijn donkergele, ovale tabletten met hierop de letters
“NVR” aan de ene zijde en “FLO” aan de andere zijde.
Eucreas is verkrijgbaar in verpakkingen met 10, 30, 60, 120, 180 of 360 filmomhulde tabletten en in
multi-verpakkingen met 120 (2x60), 180 (3x60) of 360 (6x60) filmomhulde tabletten. Het is mogelijk
dat niet alle verpakkingsgrootten en tabletsterkten in uw land op de markt worden gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Lek d.d, PE PROIZVODNJA LENDAVA
Trimlini 2D
Lendava, 9220
Slovenië
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
D-90429 Neurenberg
Duitsland
52
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
България
Novartis Bulgaria EOOD
Тел.: +359 2 489 98 28
Česká republika
Novartis s.r.o.
Tel: +420 225 775 111
Danmark
Novartis Healthcare A/S
Tlf: +45 39 16 84 00
Deutschland
Novartis Pharma GmbH
Tel: +49 911 273 0
Eesti
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Tel: +372 66 30 810
Ελλάδα
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Τηλ: +30 210 281 17 12
España
Novartis Farmacéutica, S.A.
Tel: +34 93 306 42 00
France
Novartis Pharma S.A.S.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Hrvatska
Novartis Hrvatska d.o.o.
Tel. +385 1 6274 220
Ireland
Novartis Ireland Limited
Tel: +353 1 260 12 55
Ísland
Vistor hf.
Sími: +354 535 7000
Italia
Novartis Farma S.p.A.
Tel: +39 02 96 54 1
Lietuva
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tel: +370 5 269 16 50
Luxembourg/Luxemburg
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Magyarország
Novartis Hungária Kft.
Tel.: +36 1 457 65 00
Malta
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +356 2122 2872
Nederland
Novartis Pharma B.V.
Tel: +31 88 04 52 111
Norge
Novartis Norge AS
Tlf: +47 23 05 20 00
Österreich
Novartis Pharma GmbH
Tel: +43 1 86 6570
Polska
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel.: +48 22 375 4888
Portugal
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tel: +351 21 000 8600
România
Novartis Pharma Services
Romania SRL
Tel: +40 21 31299 01
Slovenija
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +386 1 300 75 50
Slovenská republika
Novartis Slovakia s.r.o.
Tel: +421 2 5542 5439
Suomi/Finland
Novartis Finland Oy
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
53
Κύπρος
Novartis Pharma Services Inc.
Τηλ: +357 22 690 690
Latvija
SIA Novartis Baltics
Tel: +371 67 887 070
Sverige
Novartis Sverige AB
Tel: +46 8 732 32 00
United Kingdom
(Northern Ireland)
Novartis Ireland Limited
Tel: +44 1276 698370
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu
54

BIJLAGE I

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten

2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
Elke filmomhulde tablet bevat 50 mg vildagliptine en 850 mg metforminehydrochloride (dit komt
overeen met 660 mg metformine).
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
Elke filmomhulde tablet bevat 50 mg vildagliptine en 1000 mg metforminehydrochloride (dit komt
overeen met 780 mg metformine).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Filmomhulde tablet.
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
Gele, ovale filmomhulde tablet met schuine rand, met de inscriptie 'NVR' aan de ene zijde en 'SEH'
aan de andere zijde.
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
Donkergele, ovale filmomhulde tablet met schuine rand, met de inscriptie 'NVR' aan de ene zijde en
'FLO' aan de andere zijde.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties

Eucreas is geïndiceerd als aanvulling op dieet en lichaamsbeweging om de glykemische controle te
verbeteren bij volwassenen met diabetes mellitus type 2:
-
bij patiënten die onvoldoende onder controle zijn met alleen metforminehydrochloride.
-
bij patiënten die al worden behandeld met de combinatie van vildagliptine en
metforminehydrochloride, als aparte tabletten.
-
in combinatie met andere geneesmiddelen voor de behandeling van diabetes, waaronder
insuline, wanneer deze onvoldoende glykemische controle geven (zie rubrieken 4.4, 4.5 en 5.1
voor de beschikbare gegevens over verschillende combinaties).
Voor patiënten die onvoldoende zijn gereguleerd met de maximale verdraagbare dosis van
metformine als monotherapie:
Eucreas dient te worden gestart met vildagliptine 50 mg tweemaal daags (100 mg totale dagelijkse
dosis) plus de dosis metformine die al wordt ingenomen.
-
Voor patiënten die overstappen van gelijktijdige toediening van vildagliptine en metformine als
afzonderlijke tabletten:
Eucreas dient te worden gestart met de dosis van vildagliptine en metformine die al wordt ingenomen.
-
Voor patiënten die onvoldoende zijn gereguleerd met een combinatietherapie van metformine
en een sulfonylureum:
Eucreas dient te worden gestart met vildagliptine 50 mg tweemaal daags (100 mg totale dagelijkse
dosis) en een dosis metformine die gelijk is aan de dosis die al wordt ingenomen. Bij gebruik van
Eucreas in combinatie met een sulfonylureum, kan een lagere dosis van het sulfonylureum worden
overwogen om het risico van hypoglykemie te verminderen.
-
Voor patiënten die onvoldoende zijn gereguleerd met een combinatietherapie van insuline en de
maximale verdraagbare dosis van metformine:
Eucreas dient te worden gestart met vildagliptine gedoseerd als 50 mg tweemaal daags (100 mg totale
dagelijkse dosis) en een dosis metformine die gelijk is aan de dosis die al wordt ingenomen.
De veiligheid en werkzaamheid van vildagliptine en metformine als drievoudige orale therapie in
combinatie met een thiazolidinedion zijn niet vastgesteld.
Speciale populaties
Ouderen ( 65 jaar)
Aangezien metformine via de nieren wordt uitgescheiden en bij ouderen de nierfunctie vaak verzwakt
is, wordt aangeraden bij ouderen die Eucreas innemen de nierfunctie regelmatig te controleren (zie
rubrieken 4.4 en 5.2).
Nierfunctiestoornis

Voor aanvang van de behandeling met metformine-bevattende middelen dient een GFR te worden
bepaald, en ten minste jaarlijks daarna. Bij patiënten met een verhoogd risico op verdere progressie
van nierfunctiestoornissen en bij ouderen dient de nierfunctie vaker te worden bepaald, bijv. iedere 3-
6 maanden.
De maximale dagdosis voor metformine dient bij voorkeur te worden verdeeld over 2 3 dagdoses.
Factoren die het risico op lactaatacidose kunnen verhogen (zie rubriek 4.4) dienen te worden
beoordeeld voordat aanvang met metformine overwogen wordt bij patiënten met GFR <60 ml/min.

GFR ml/min
Metformine
Vildagliptine
60-89
Maximale dagdosis is 3000 mg
Geen dosisaanpassing.
Dosisreductie kan worden overwogen in
relatie tot afnemende nierfunctie.
45-59
Maximale dagdosis is 2000 mg
Maximale dagelijkse dosis is 50 mg.
De startdosis is niet meer dan de helft van
de maximale dosis.
30-44
Maximale dagdosis is 1000 mg.
De startdosis is niet meer dan de helft van
de maximale dosis.
<30
Metformine is gecontraïndiceerd
Leverfunctiestoornis
Eucreas mag niet worden gebruikt bij patiënten met een leverfunctiestoornis, waaronder patiënten met
een alanineaminotransferase (ALT) of aspartaataminotransferase (AST) > 3x de bovengrens van de
normaalwaarde (ULN) voorafgaand aan de behandeling (zie rubrieken 4.3, 4.4 en 4.8).
Pediatrische patiënten
Eucreas wordt niet aanbevolen voor het gebruik bij kinderen en adolescenten (< 18 jaar). De veiligheid
en werkzaamheid van Eucreas bij kinderen en adolescenten in de leeftijd tot 18 jaar zijn niet
vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Wijze van toediening
Oraal gebruik.
Inname van Eucreas tijdens of onmiddellijk na de maaltijd kan de gastrointestinale symptomen
geassocieerd met metformine verminderen (zie rubriek 5.2).
4.3 Contra-indicaties

Overgevoeligheid voor de werkzame stoffen of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde
hulpstoffen
Alle vormen van acute metabole acidose (zoals lactaatacidose, diabetische ketoacidose)
Precoma diabeticum
Ernstig nierfalen (GFR < 30 ml/min) (zie rubriek 4.4)
Acute aandoeningen die de nierfunctie kunnen aantasten, bijvoorbeeld:
dehydratie,
ernstige infecties,
shock,
intravasculaire toediening van jodiumhoudende contrastmiddelen (zie rubriek 4.4).
Acute of chronische ziekten die weefselhypoxie kunnen veroorzaken, bijvoorbeeld:
hartfalen of respiratoir falen,
recent myocardinfarct,
shock.
Leverfunctiestoornissen (zie rubrieken 4.2, 4.4 en 4.8)
Acute alcoholvergiftiging, alcoholisme
Borstvoeding (zie rubriek 4.6)


Bijwerkingen, gemeld bij patiënten die dagelijks vildagliptine 100 mg kregen als
aanvullende behandeling bij metformine, vergeleken met placebo plus metformine
in dubbelblinde onderzoeken (N=208)


Voedings- en stofwisselingsstoornissen

Vaak
Hypoglykemie
Zenuwstelselaandoeningen

Vaak
Tremor
Vaak
Hoofdpijn
Vaak
Duizeligheid
Soms
Vermoeidheid
Maagdarmstelselaandoeningen

Vaak
Misselijkheid
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
In gecontroleerde klinische onderzoeken naar de combinatie van vildagliptine 100 mg per dag plus
metformine, werd geen stopzetting vanwege bijwerkingen gemeld, noch in de vildagliptine 100 mg
per dag plus metformine, noch in de placebo + metformine behandelingsgroepen.
In klinische onderzoeken kwam hypoglykemie vaak voor bij patiënten op vildagliptine in combinatie
met metformine (1%) en soms bij patiënten die placebo + metformine (0,4%) kregen. Er werden geen
ernstige hypoglykemische bijwerkingen gemeld in de vildagliptine-armen.
In klinische onderzoeken veranderde het gewicht niet ten opzichte van de uitgangswaarde wanneer
dagelijks 100 mg vildagliptine werd toegevoegd aan metformine (respectievelijk +0,2 kg en -1,0 kg
voor vildagliptine en placebo).
Klinische studies met een duur van meer dan 2 jaar lieten geen additionele veiligheidssignalen of
onvoorziene risico's zien wanneer vildagliptine werd toegevoegd aan metformine.

Bijwerkingen gemeld bij patiënten die tweemaal daags vildagliptine 50 mg kregen in
combinatie met metformine en een sulfonylureum (N=157)


Voedings- en stofwisselingsstoornissen

Vaak
Hypoglykemie
Zenuwstelselaandoeningen

Vaak
Duizeligheid, tremor
Huid- en onderhuidaandoeningen

Vaak
Hyperhidrose
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen

Vaak
Asthenie
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Er werd geen stopzetting vanwege bijwerkingen gemeld in de vildagliptine + metformine +
glimepiride behandelingsgroep versus 0,6% in de placebo + metformine + glimepiride
behandelingsgroep.
De incidentie van hypoglykemie was vaak bij beide behandelingsgroepen (5,1% voor de vildagliptine
+ metformine + glimepiride-groep versus 1,9% voor de placebo + metformine + glimepiride-groep).
Eén ernstige hypoglykemische gebeurtenis werd gemeld in de vildagliptine-groep.
Aan het einde van de studie was het effect op het gemiddelde lichaamsgewicht neutraal (+0,6 kg in de
vildagliptine-groep en -0,1 kg in de placebogroep).
Combinatie met insuline

Tabel 3
Bijwerkingen gemeld bij patiënten die dagelijks vildagliptine 100 mg kregen in
combinatie met insuline (met of zonder metformine) in dubbelblinde studies (N=371)


Voedings- en stofwisselingsstoornissen

Vaak
Daling van de bloedglucose
Zenuwstelselaandoeningen

Vaak
Hoofdpijn, koude rillingen
Maagdarmstelselaandoeningen

Vaak
Misselijkheid, gastro-oesofageale reflux
Soms
Diarree, flatulentie
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
In gecontroleerde klinische studies met gebruik van vildagliptine 50 mg tweemaal daags in combinatie
met insuline, met of zonder gelijktijdige metformine, was de totale incidentie van stopzetting als
gevolg van bijwerkingen 0,3% in de vildagliptine behandelingsgroep en er waren geen stopzettingen
in de placebogroep.
De incidentie van hypoglykemie was vergelijkbaar in beide behandelingsgroepen (14,0% in de
vildagliptine-groep versus 16,4% in de placebogroep). Twee patiënten meldden ernstige
hypoglykemische bijwerkingen in de vildagliptine-groep en 6 patiënten in de placebogroep.
Aan het einde van de studie was het effect op het gemiddelde lichaamsgewicht neutraal (+0,6 kg
verandering van de uitgangswaarde in de vildagliptine-groep en geen gewichtsverandering in de
placebogroep).
Bijwerkingen die bij dubbelblind onderzoek (N=1.855) werden gemeld voor
patiënten op een monotherapie van vildagliptine 100 mg per dag


Infecties en parasitaire aandoeningen

Zeer zelden
Infectie van de bovenste luchtwegen
Zeer zelden
Nasofaryngitis
Voedings- en stofwisselingsstoornissen

Soms
Hypoglykemie
Zenuwstelselaandoeningen

Vaak
Duizeligheid
Soms
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen

Soms
Perifeer oedeem
Maagdarmstelselaandoeningen

Soms
Constipatie
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen

Soms
Artralgie
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
De totale incidentie van terugtrekking uit de gecontroleerde monotherapie-onderzoeken vanwege
bijwerkingen was niet hoger bij patiënten die dagelijks 100 mg vildagliptine kregen (0,3%) dan bij
patiënten die placebo (0,6%) of comparator-geneesmiddelen (0,5%) kregen.
In vergelijkende gecontroleerde monotherapieonderzoeken werd soms hypoglykemie gemeld bij 0,4%
(7 van de 1.855) van de patiënten die dagelijks werden behandeld met 100 mg vildagliptine, in
vergelijking met 0,2% (2 van de 1.082) van de patiënten in de groepen die met een actieve comparator
of placebo werden behandeld, zonder meldingen van ernstige bijwerkingen.
In klinische onderzoeken veranderde het gewicht niet ten opzichte van de uitgangswaarde wanneer
dagelijks 100 mg vildagliptine werd toegediend als monotherapie (respectievelijk -0,3 kg en -1,3 kg
voor vildagliptine en placebo).
Klinische studies met een duur tot 2 jaar lieten geen additionele veiligheidssignalen of onvoorziene
risico's zien bij vildagliptine monotherapie.
Bijwerkingen als gevolg van het bestanddeel metformine

Voedings- en stofwisselingsstoornissen

Zeer zelden
Daling van vitamine B12-absorptie en melkzuuracidose*
Zenuwstelselaandoeningen
Vaak
Metaalachtige smaak
Maagdarmstelselaandoeningen

Zeer vaak
Misselijkheid, braken, diarree, buikpijn en verlies van eetlust
Lever- en galaandoeningen

Zeer zelden
Abnormale leverfunctietest of hepatitis**
Huid- en onderhuidaandoeningen

Zeer zelden
Huidreacties, zoals erythema, pruritus en urticaria
*Zeer zelden is een daling in de vitamine B12-absorptie in combinatie met een daling in de
serumspiegels waargenomen bij patiënten die langdurig werden behandeld met metformine. Deze
etiologie moet worden overwogen bij patiënten bij wie zich megaloblastaire anemie voordoet.
**Geïsoleerde gevallen van een afwijkende leverfunctietest of hepatitis die vanzelf verdwenen bij
staking van de behandeling met metformine.
Maagdarmstelselaandoeningen komen het meest voor tijdens de start van de behandeling en
verdwijnen spontaan in de meeste gevallen. Om deze te vermijden, wordt aanbevolen metformine in
2 dagelijkse doses in te nemen tijdens of na de maaltijd. Een langzame toename van de dosis kan ook
de gastrointestinale verdraagbaarheid verbeteren.
Postmarketingervaring
Tabel 6
Postmarketingbijwerkingen

Maagdarmstelselaandoeningen
Niet bekend
Pancreatitis
Lever- en galaandoeningen
Niet bekend
Hepatitis (reversibel na stoppen met het geneesmiddel)
Abnormale leverfunctietesten (reversibel na stoppen met het
geneesmiddel)
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen

Niet bekend
Myalgie
Huid- en onderhuidaandoeningen
Niet bekend
Urticaria
Exfoliatieve en bulleuze huidlaesies, waaronder bulleus pemfigoïd
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.


FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Geneesmiddelen gebruikt bij diabetes, combinaties van orale
bloedglucoseverlagende geneesmiddelen, ATC-code: A10BD08
Werkingsmechanisme
Eucreas combineert twee antihyperglykemische geneesmiddelen met complementaire
werkingsmechanismen ter verbetering van de glykemische controle voor patiënten met diabetes
mellitus type 2: vildagliptine behoort tot de categorie van eilandjesstimulatoren en
metforminehydrochloride behoort tot de biguanidengroep.
Vildagliptine, behorend tot de groep van eilandjesstimulatoren, is een krachtige en selectieve
dipeptidyl-peptidase-4 (DPP-4) remmer. Metformine werkt voornamelijk door het verminderen van de
endogene leverglucoseproductie.

door vermindering van de leverglucoseproductie door middel van het remmen van
gluconeogenese en glycogenolyse;
-
in spierweefsel door de gevoeligheid voor insuline licht te verhogen, waarmee de perifere
glucoseopname en het verbruik worden verbeterd;
-
door de glucoseabsorptie in de darmen te vertragen.
Metformine stimuleert de intracellulaire glycogeensynthese door de glycogeensynthase te
beïnvloeden, en het verhoogt de transportcapaciteit van specifieke typen glucosetransporters in de
membraan (GLUT-1 en GLUT-4).
Bij de mens heeft metformine, onafhankelijk van haar werking op de glykemie, gunstige effecten op
het lipidenmetabolisme. Dit is voor therapeutische doses in gecontroleerde, middellange of langdurige
klinische onderzoeken aangetoond: metformine verlaagt de serumspiegels van totaal cholesterol, LDL-
cholesterol en de triglyceridenspiegel.

een significante vermindering van het absolute risico op een diabetesgerelateerde complicatie in
de metforminegroep (29,8 voorvallen/1.000 patiëntjaren) versus alleen dieet
(43,3 voorvallen/1.000 patiëntjaren), p=0,0023 en versus de gecombineerde sulfonylureum- en
insulinemonotherapie-groepen (40,1 voorvallen/1.000 patiëntjaren), p=0,0034;
-
een significante vermindering van het absolute risico op diabetesgerelateerde mortaliteit:
metformine 7,5 voorvallen/1.000 patiëntjaren, alleen dieet 12,7 voorvallen/1.000 patiëntjaren,
p=0,017;
-
een significante vermindering van het absolute risico op totale mortaliteit: metformine
13,5 voorvallen/1.000 patiëntjaren versus alleen dieet 20,6 voorvallen/1.000 patiëntjaren
(p=0,011) en versus de gecombineerde sulfonylureum- en insulinemonotherapiegroepen
18,9 voorvallen/1.000 patiëntjaren (p=0,021);
-
een significante vermindering van het absolute risico op een myocardinfarct: metformine
11 voorvallen/1.000 patiëntjaren, alleen dieet 18 voorvallen/1.000 patiëntjaren (p=0,01).
Klinische werkzaamheid en veiligheid
Vildagliptine toegediend aan patiënten bij wie de glykemische controle ondanks behandeling met een
metforminemonotherapie niet voldoende was, resulteerde na een behandeling van zes maanden in
bijkomende, statistisch significante gemiddelde reducties van het HbA1c in vergelijking met de
placebogroep (verschillen tussen de groepen van -0,7% tot -1,1% voor respectievelijk vildagliptine
50 mg en 100 mg). Het percentage patiënten die een daling in HbA1c van 0,7% bereikten ten
opzichte van de uitgangswaarde was statistisch significant hoger in beide groepen die vildagliptine
plus metformine gebruikten (respectievelijk 46% en 60%) ten opzichte van de groep die metformine
plus placebo gebruikte (20%).
In een 24 weken durende studie werd vildagliptine (50 mg tweemaal daags) vergeleken met
pioglitazon (30 mg eenmaal daags) bij patiënten die inadequaat waren ingesteld met metformine
(gemiddelde dagelijkse dosis: 2020 mg). De gemiddelde verlagingen van de uitgangswaarde-HbA1c
van 8,4% waren -0,9% voor vildagliptine toegevoegd aan metformine en -1,0% voor pioglitazon
toegevoegd aan metformine. Een gemiddelde gewichtstoename van +1,9 kg werd gezien bij patiënten
die behandeld werden met pioglitazon toegevoegd aan metformine vergeleken met +0,3 kg bij
degenen die behandeld werden met vildagliptine toegevoegd aan metformine.
In een 2 jaar durende klinische studie werd vildagliptine (50 mg tweemaal daags) vergeleken met
glimepiride (tot 6 mg/dag ­ gemiddelde dosis bij 2 jaar: 4,6 mg) bij patiënten behandeld met
metformine (gemiddelde dagelijkse dosis: 1894 mg). Na 1 jaar waren de afnames in HbA1c voor
vildagliptine toegevoegd aan metformine -0,4% en voor glimepiride toegevoegd aan
metformine -0,5%, bij een gemiddelde uitgangswaarde-HbA1c van 7,3%. De verandering in
lichaamsgewicht was voor vildagliptine -0,2 kg vs. +1,6 kg voor glimepiride. De incidentie van
hypoglykemie was significant lager in de vildagliptine groep (1,7%) dan in de glimepiride groep
(16,2%). Bij het eindpunt van de studie (2 jaar) was de HbA1c gelijk aan de uitgangswaarden in beide
behandelingsgroepen en de verschillen in de verandering in lichaamsgewicht en hypoglykemie waren
behouden.
In een 52 weken durende studie werd vildagliptine (50 mg tweemaal daags) vergeleken met gliclazide
(gemiddelde dagelijkse dosis: 229,5 mg) bij patiënten die inadequaat waren ingesteld op metformine
(metforminedosering bij uitgangswaarde 1928 mg/dag). Na 1 jaar waren de gemiddelde afnames in
HbA1c voor vildagliptine toegevoegd aan metformine -0,81% (bij een gemiddelde uitgangswaarde-
HbA1c van 8,4%) en voor gliclazide toegevoegd aan metformine -0,85% (bij een gemiddelde
uitgangswaarde-HbA1c van 8,5%), statistische non-inferioriteit werd bereikt (95% BI -0,11 ­ 0,20). De
verandering in lichaamsgewicht was voor vildagliptine +0,1 kg vergeleken met +1,4 kg voor
gliclazide.


FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen

Tabletkern

Hydroxypropylcellulose
Magnesiumstearaat
Filmomhulling

Hypromellose
Titaniumdioxide (E 171)
IJzeroxide, geel (E 172)
Macrogol 4000
Talk
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3 Houdbaarheid
PA/alu/PVC/alu 2 jaar
PCTFE/PVC/alu 18 maanden
PVC/PE/PVDC/alu 18 maanden
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren

Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking

Aluminium/Aluminium (PA/alu/PVC/alu) blisterverpakking
Verkrijgbaar in verpakkingen met 10, 30, 60, 120, 180 of 360 filmomhulde tabletten en in multi-
verpakkingen met 120 (2 verpakkingen van 60), 180 (3 verpakkingen van 60) of 360 (6 verpakkingen
van 60) filmomhulde tabletten.
Polychloortrifluorethyleen (PCTFE/PVC/alu) blisterverpakking
Verkrijgbaar in verpakkingen met 10, 30, 60, 120, 180 of 360 filmomhulde tabletten en in multi-
verpakkingen met 120 (2 verpakkingen van 60), 180 (3 verpakkingen van 60) of 360 (6 verpakkingen
van 60) filmomhulde tabletten.
Polyvinylchloride/Polyethyleen/Polyvinylideenchloride/Aluminium (PVC/PE/PVDC/alu)
blisterverpakking
Verkrijgbaar in verpakkingen met 10, 30, 60, 120, 180 of 360 filmomhulde tabletten en in multi-
verpakkingen met 120 (2 verpakkingen van 60), 180 (3 verpakkingen van 60) of 360 (6 verpakkingen
van 60) filmomhulde tabletten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten en tabletsterktes worden in de handel gebracht.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
EU/1/07/425/001­006
EU/1/07/425/013­015
EU/1/07/425/019-024
EU/1/07/425/031-033
EU/1/07/425/037­045
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
EU/1/07/425/007­012
EU/1/07/425/016­018
EU/1/07/425/025­030
EU/1/07/425/034­036
EU/1/07/425/046­054

9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING

Datum van eerste verlening van de vergunning: 14 november 2007
Datum van laatste verlenging: 23 juli 2012

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST

Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu

BIJLAGE II

A.
FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE

B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING
EN GEBRUIK


C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN


D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET
BETREKKING TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND
GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL

FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte
Lek d.d, PE PROIZVODNJA LENDAVA
Trimlini 2D
Lendava, 9220
Slovenië
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
D-90429 Neurenberg
Duitsland
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.

B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK

Aan medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel.

C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN

Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.

D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL

Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-
aanpassingen.

Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.
Een aanpassing van het RMP dient iedere drie jaar te worden ingediend.

BIJLAGE III

ETIKETTERING EN BIJSLUITER

A. ETIKETTERING

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 850 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
660 mg metformine).

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
10 filmomhulde tabletten
30 filmomhulde tabletten
60 filmomhulde tabletten
120 filmomhulde tabletten
180 filmomhulde tabletten
360 filmomhulde tabletten

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)

Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/07/425/001
10 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/002
30 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/003
60 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/004
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/005
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/006
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/019
10 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/020
30 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/021
60 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/022
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/023
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/024
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/037
10 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/038
30 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/039
60 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/040
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/041
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/042
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK


1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride

2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN

Novartis Europharm Limited

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER
Lot

5.
OVERIGE

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 850 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
660 mg metformine).

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
60 filmomhulde tabletten. Onderdeel van een multiverpakking. Mogen niet afzonderlijk worden
verkocht.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)

Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/07/425/013
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/014
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/015
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/031
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/032
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/033
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/043
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/044
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/045
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Eucreas 50 mg/850 mg


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 850 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
660 mg metformine).

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
Multiverpakking: 120 (2 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten.
Multiverpakking: 180 (3 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten.
Multiverpakking : 360 (6 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)

Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/07/425/013
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/014
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/015
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/031
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/032
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/033
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/043
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/044
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/045
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Eucreas 50 mg/850 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 1000 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
780 mg metformine).

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
10 filmomhulde tabletten
30 filmomhulde tabletten
60 filmomhulde tabletten
120 filmomhulde tabletten
180 filmomhulde tabletten
360 filmomhulde tabletten

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)

Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/07/425/007
10 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/008
30 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/009
60 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/010
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/011
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/012
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/025
10 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/026
30 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/027
60 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/028
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/029
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/030
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/046
10 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/047
30 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/048
60 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/049
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/050
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/051
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK


1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride

2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN

Novartis Europharm Limited

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
BATCHNUMMER
Lot

5.
OVERIGE

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 1000 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
780 mg metformine).

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
60 filmomhulde tabletten. Onderdeel van een multiverpakking. Mogen niet afzonderlijk worden
verkocht.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)

Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/07/425/016
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/017
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/018
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/034
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/035
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/036
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/052
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/053
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/054
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Eucreas 50 mg/1000 mg


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet bevat 50 mg vildagliptine en 1000 mg metforminehydrochloride (overeenkomend met
780 mg metformine).

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Filmomhulde tablet
Multiverpakking: 120 (2 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten
Multiverpakking: 180 (3 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten.
Multiverpakking: 360 (6 verpakkingen van 60) filmomhulde tabletten.

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)

Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik.

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 30°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/07/425/016
120 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/017
180 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/018
360 filmomhulde tabletten (PA/alu/PVC/alu)
EU/1/07/425/034
120 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/035
180 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/036
360 filmomhulde tabletten (PCTFE/PVC/alu)
EU/1/07/425/052
120 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/053
180 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
EU/1/07/425/054
360 filmomhulde tabletten (PVC/PE/PVDC/alu)
13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Eucreas 50 mg/1000 mg

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

B. BIJSLUITER

Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten
vildagliptine/metforminehydrochloride

Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter

1.
Wat is Eucreas en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe neemt u dit middel in?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Eucreas en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
De werkzame bestanddelen van Eucreas, vildagliptine en metformine, behoren tot de
geneesmiddelengroep met de naam 'orale antidiabetica'.
Eucreas wordt gebruikt voor de behandeling van volwassen patiënten met type-2-diabetes. Dit type
diabetes wordt ook wel niet-insulineafhankelijke diabetes mellitus genoemd. Eucreas wordt gebruikt
wanneer de diabetes niet onder controle gebracht kan worden door dieet en lichaamsbeweging alleen
en/of met andere geneesmiddelen die gebruikt worden om diabetes te behandelen (insuline of een
sulfonylureum).
Type-2-diabetes ontwikkelt zich wanneer het lichaam onvoldoende insuline produceert of wanneer de
insuline die door het lichaam wordt gemaakt niet goed werkt. Het kan ook ontstaan wanneer het
lichaam te veel glucagon produceert.
Zowel insuline als glucagon worden in de alvleesklier (pancreas) gemaakt. Insuline is een stof die
helpt de bloedsuikerspiegel te verlagen, met name na de maaltijd. Glucagon zorgt ervoor dat de lever
suiker gaat maken, zodat de bloedsuikerspiegel stijgt.
Hoe werkt Eucreas?
Beide actieve bestanddelen, vildagliptine en metformine, helpen bij het onder controle houden van de
hoeveelheid suiker in het bloed. Het bestanddeel vildagliptine zorgt ervoor dat de pancreas meer
insuline en minder glucagon produceert. Het bestanddeel metformine helpt het lichaam doelmatiger
gebruik te maken van insuline. Dit geneesmiddel verlaagt de bloedglucosespiegel, wat kan helpen om
complicaties van uw diabetes te voorkomen.



Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet innemen?
-
u bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6. Als u denkt dat u allergisch zou kunnen zijn voor een van deze stoffen, raadpleeg dan
uw arts voordat u Eucreas inneemt.
-
u heeft ongereguleerde diabetes met bijvoorbeeld ernstige hyperglykemie (hoge bloedglucose),
misselijkheid, braken, diarree, snel gewichtsverlies, lactaatacidose (zie `Risico op
lactaatacidose' hieronder) of ketoacidose. Ketoacidose is een toestand waarbij zogenaamde
ketonlichamen zich in het bloed opstapelen, wat een diabetisch precoma tot gevolg kan hebben.
De symptomen omvatten maagpijn, snelle en diepe ademhaling, slaperigheid of een ongewone
fruitige geur van de adem.
-
als u recent een hartaanval heeft gehad of last heeft gehad van hartfalen, of ernstige problemen
met de bloedcirculatie of ademhalingsmoeilijkheden heeft meegemaakt, dat een teken van
hartproblemen kan zijn.
-
u heeft een sterk verminderde nierfunctie.
-
als u een ernstige infectie heeft of als u aan ernstig vochtverlies lijdt (een grote hoeveelheid
water uit uw lichaam heeft verloren).
-
als van u een röntgenopname met contrastmiddel wordt genomen (een speciaal type
röntgenopname met behulp van een injecteerbare kleurstof). Zie ook de informatie in de rubriek
'Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?'.
-
als u leverproblemen heeft.
-
als u overmatig veel alcohol drinkt (of dit nu iedere dag plaatsvindt of slechts af en toe).
-
als u borstvoeding geeft (zie ook 'Zwangerschap en borstvoeding').

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?

Risico op lactaatacidose
Eucreas kan de zeer zeldzame, maar zeer ernstige bijwerking lactaatacidose veroorzaken, met name als
uw nieren niet goed werken. Het risico op ontwikkeling van lactaatacidose is tevens verhoogd bij
ongereguleerde diabetes, ernstige infecties, langdurig vasten of alcoholgebruik, uitdroging (zie verdere
informatie hieronder), leverproblemen en medische aandoeningen waarbij een deel van het lichaam
onvoldoende zuurstof heeft (zoals acute ernstige hartziekten).
Als één van de bovenstaande condities op u van toepassing is, dient u contact op te nemen met uw arts
voor verder advies.

Stop tijdelijk met inname van Eucreas bij een conditie die kan samenhangen met uitdroging
(aanzienlijk verlies van lichaamsvloeistoffen), zoals ernstig braken, diarree, koorts, blootstelling aan
hitte of als u minder vocht dan normaal drinkt. Neem contact op met uw arts voor verder advies.



overgeven
buikpijn
spierkrampen
een algemeen gevoel van malaise met ernstige vermoeidheid
moeite met ademhaling
verminderde lichaamstemperatuur en hartslag
Lactaatacidose is een medische noodtoestand en moet in het ziekenhuis behandeld worden.
Eucreas is geen vervanger van insuline. Daarom dient u Eucreas niet voor de behandeling van type-1-
diabetes te krijgen.
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u Eucreas inneemt als u een
aandoening van de pancreas heeft of heeft gehad.
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel inneemt als u een
antidiabeticum genaamd sulfonylureum inneemt. Uw arts kan mogelijk de dosis van het
sulfonylureum verlagen indien u dit samen met Eucreas inneemt, zodat een lage bloedglucose kan
worden voorkomen (hypoglykemie).
Als u voorheen vildagliptine heeft ingenomen maar de behandeling moest stoppen vanwege
leverziekte, mag u dit geneesmiddel niet innemen.
Diabetische huidproblemen zijn vaak voorkomende complicaties van diabetes. U wordt geadviseerd de
adviezen voor huid- en voetverzorging op te volgen die u van uw arts of verpleegkundige heeft
ontvangen. U wordt ook geadviseerd om extra oplettend te zijn op het ontstaan van blaren of zweren
wanneer u Eucreas inneemt. Indien deze ontstaan, dient u direct uw arts te raadplegen.
Als u een grote operatie moet ondergaan, moet u stoppen met inname van Eucreas tijdens en
gedurende een periode na de ingreep. Uw arts zal beslissen wanneer u moet stoppen en wanneer u uw
behandeling met Eucreas moet hervatten.
Er zal een onderzoek uitgevoerd worden om uw leverfunctie te bepalen voor de start van de Eucreas
behandeling, met een interval van drie maanden, gedurende het eerste jaar en periodiek daarna. Dit is
om tekenen van toegenomen leverenzymen zo vroeg mogelijk te kunnen ontdekken.
Tijdens behandeling met Eucreas zal uw arts uw nierfunctie ten minste éénmaal per jaar controleren of
vaker als u oudere bent en/of als u een verslechterde nierfunctie heeft.
Uw arts zal regelmatig uw bloed en urine op de aanwezigheid van suiker testen.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Eucreas wordt niet aanbevolen voor gebruik bij kinderen en jongeren tot 18 jaar.


glucocorticoïden die in het algemeen worden gebruikt voor de behandeling van ontstekingen
-
bèta-2-agonisten die in het algemeen worden gebruikt voor de behandeling van
ademhalingsstoornissen
-
andere medicijnen die gebruikt worden ter behandeling van diabetes
-
als u geneesmiddelen gebruikt die de urineaanmaak verhogen (diuretica)
-
als u geneesmiddelen gebruikt om pijn en ontsteking te behandelen (NSAID en COX-2
remmers, zoals ibuprofen en celecoxib)
-
als u bepaalde geneesmiddelen gebruikt om hoge bloeddruk te behandelen (ACE-remmers en
angiotensine-II-receptor antagonisten)
-
bepaalde medicijnen die de schildklier beïnvloeden
-
bepaalde medicijnen die het zenuwstelsel beïnvloeden
-
bepaalde geneesmiddelen die worden gebruikt om angina pectoris (een pijnlijk en drukkend
gevoel op de borst) te behandelen (bijv. ranolazine)
-
bepaalde geneesmiddelen die worden gebruikt om een hiv-infectie te behandelen (bijv.
dolutegravir)
-
bepaalde geneesmiddelen die worden gebruikt om een bepaald type schildklierkanker
(medullaire schildklierkanker) te behandelen (bijv. vandetanib)
-
bepaalde geneesmiddelen die worden gebruikt om brandend maagzuur en maagzweren te
behandelen (bijv. cimetidine)

Waarop moet u letten met alcohol?
Vermijd overmatige inname van alcohol wanneer u Eucreas gebruikt, aangezien dit het risico op
lactaatacidose kan verhogen (zie rubriek `Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?').
Zwangerschap en borstvoeding
-
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt. Uw arts zal het potentiële risico
met u bespreken van inname van Eucreas tijdens uw zwangerschap.
-
Gebruik Eucreas niet als u zwanger bent of borstvoeding geeft (zie ook 'Wanneer mag u dit
middel niet innemen?').
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u geneesmiddelen gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Als u zich duizelig voelt terwijl u Eucreas gebruikt, ga dan niet autorijden of bedien geen gereedschap
of machines.



Hoe neemt u dit middel in?
Het aantal Eucreas tabletten dat u moet innemen hangt af van uw gesteldheid. Uw arts zal u vertellen
hoeveel Eucreas tabletten u precies dient in te nemen.
Neem dit geneesmiddel altijd precies in zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
De aanbevolen dosering is één filmomhulde tablet van 50 mg/850 mg of 50 mg/1000 mg tweemaal
daags.
Als u een verminderde nierfunctie heeft, kan uw arts u een lagere dosis voorschrijven. Ook als u een
antidiabetisch geneesmiddel bekend, als een sulfonylureumderivaat inneemt, kan uw arts een lagere
dosering voorschrijven.
Uw arts kan dit geneesmiddel alleen voorschrijven of in combinatie met bepaalde andere
geneesmiddelen die het niveau van uw bloedsuiker verlagen.
Wanneer en hoe moet u Eucreas innemen?
-
Slik de tabletten in hun geheel door met een glas water.
-
Neem één tablet 's ochtends en de andere 's avonds tijdens of onmiddellijk na de maaltijd. Het
innemen van de tablet onmiddellijk na de maaltijd zal het risico op een verstoorde maag
verlagen.
Als u van uw arts advies heeft gekregen over een dieet dat u moet volgen, ga hiermee dan door. In het
bijzonder wanneer dit een diabetisch gewichtscontroledieet betreft, moet u doorgaan met dit dieet
wanneer u Eucreas gebruikt.
Heeft u te veel van dit middel ingenomen?
Als u te veel Eucreas tabletten heeft ingenomen, of als iemand anders uw tabletten heeft ingenomen,
vertel dit dan onmiddellijk aan een arts of apotheker. Het kan zijn dat medische hulp noodzakelijk
is. Als u naar een arts of ziekenhuis moet, neem dan de verpakking en deze bijsluiter mee.
Bent u vergeten dit middel in te nemen?
Wanneer u bent vergeten een tablet in te nemen, neem deze dan bij de volgende maaltijd, tenzij u bij
de volgende maaltijd toch al een tablet in had moeten nemen. Neem geen dubbele dosis (twee tabletten
tegelijk) om een vergeten tablet in te halen.
Als u stopt met het innemen van dit middel
Neem dit geneesmiddel zolang als uw dokter het u heeft voorgeschreven zodat het uw bloedsuiker kan
blijven controleren. Stop niet met het innemen van Eucreas tenzij uw arts u vertelt dit te doen. Als u
nog vragen heeft over hoelang u dit medicijn dient in te nemen, raadpleeg dan uw arts.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of diabetes verpleegkundige.



Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
U dient te
stoppen met het gebruik van Eucreas en onmiddellijk naar uw arts te gaan als u een
van de volgende bijwerkingen ervaart:
Eucreas kan de zeer zeldzame, maar ernstige bijwerking lactaatacidose veroorzaken (kan zich
voordoen bij maximaal 1 op de 10.000 personen, zie rubriek `Wanneer moet u extra voorzichtig
zijn met dit middel?'). Als dit gebeurt, moet u
direct stoppen met het gebruik van Eucreas en
onmiddellijk contact opnemen met een arts of het dichtstbijzijnde ziekenhuis
, aangezien
lactaatacidose tot coma kan leiden.
Angio-oedeem (zelden: kan voorkomen bij maximaal 1 op de 1.000 personen): verschijnselen
omvatten opgezwollen gezicht, de tong of de keel, moeilijkheden met slikken, moeilijkheden
met ademhalen, plotseling ontstaan van huiduitslag of netelroos die op een reactie kunnen
duiden die 'angio-oedeem' wordt genoemd.
Leveraandoening (hepatitis) (zelden): verschijnselen omvatten gele huid en ogen, misselijkheid,
verlies van eetlust of donkerkleurige urine, die kunnen duiden op een leverziekte (hepatitis).
Ontsteking van de alvleesklier (pancreatitis) (frequentie onbekend): verschijnselen omvatten
ernstige en aanhoudende pijn in de buik (maagstreek) die zou kunnen uitstralen naar uw rug
alsmede misselijkheid en braken.

Andere bijwerkingen
Een aantal patiënten had last van de volgende bijwerkingen tijdens het gebruik van Eucreas:
Zeer vaak (kan voorkomen bij meer dan 1 op de 10 personen): misselijkheid, overgeven,
diarree, pijn in en rond de maag (buikpijn), verlies van eetlust.
Vaak (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 10 personen): duizeligheid, hoofdpijn,
ongecontroleerd trillen, metaalachtige smaak, lage bloedsuiker.
Soms (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 100 personen): gewrichtspijn, vermoeidheid,
verstopping (constipatie), opgezwollen handen, enkels of voeten (oedeem).
Zeer zelden (kan voorkomen bij maximaal 1 op de 10.000 personen): keelpijn, loopneus, koorts;
tekenen van een hoog gehalte aan melkzuur in het bloed (dit heet melkzuuracidose),
bijvoorbeeld slaperigheid of duizeligheid, ernstige misselijkheid of overgeven, buikpijn,
onregelmatige hartslag of diepe, snelle ademhaling; roodheid van de huid, jeuk; verlaagde
vitamine B12-spiegels (bleekheid, vermoeidheid, mentale symptomen zoals verwardheid of
geheugenverlies).
Een aantal patiënten had last van de volgende bijwerkingen tijdens het gebruik van Eucreas en een
sulfonylureum:
Vaak: duizeligheid, tremor, zwakte, lage bloedsuiker, overmatig zweten.
Een aantal patiënten had last van de volgende bijwerkingen bij het gebruik van Eucreas en insuline:
Vaak: hoofdpijn, koude rillingen, misselijkheid, lage bloedsuiker, brandend maagzuur.
Soms: diarree, winderigheid.
De volgende bijwerkingen zijn gemeld sinds dit product in de handel is:
Frequentie niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald): jeukende
huiduitslag, ontsteking van de alvleesklier, lokaal vervellen of blaren, spierpijn.

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

Hoe bewaart u dit middel?
-
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
-
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de
blisterverpakking en doos na 'EXP'. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die
maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
-
Bewaren beneden 30°C.
-
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking (blisterverpakking) ter bescherming tegen vocht.
-
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag
uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd
en komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stoffen in dit middel zijn vildagliptine en metformine (in de vorm van
metforminehydrochloride).
-
Elke Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tablet bevat 50 mg vildagliptine en 850 mg
metforminehydrochloride (overeenkomend met 660 mg metformine).
-
Elke Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tablet bevat 50 mg vildagliptine en 1000 mg
metforminehydrochloride (overeenkomend met 780 mg metformine).
-
De andere stoffen in dit middel zijn hydroxypropylcellulose, magnesiumstearaat, hypromellose,
titaandioxide (E171), geel ijzeroxide (E172), macrogol 4000 en talk.

Hoe ziet Eucreas eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Eucreas 50 mg/850 mg filmomhulde tabletten zijn gele, ovale tabletten met hierop de letters 'NVR'
aan de ene zijde en 'SEH' aan de andere zijde.
Eucreas 50 mg/1000 mg filmomhulde tabletten zijn donkergele, ovale tabletten met hierop de letters
'NVR' aan de ene zijde en 'FLO' aan de andere zijde.
Eucreas is verkrijgbaar in verpakkingen met 10, 30, 60, 120, 180 of 360 filmomhulde tabletten en in
multi-verpakkingen met 120 (2x60), 180 (3x60) of 360 (6x60) filmomhulde tabletten. Het is mogelijk
dat niet alle verpakkingsgrootten en tabletsterkten in uw land op de markt worden gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Lek d.d, PE PROIZVODNJA LENDAVA
Trimlini 2D
Lendava, 9220
Slovenië
Novartis Pharma GmbH
Roonstraße 25
D-90429 Neurenberg
Duitsland
België/Belgique/Belgien
Lietuva
Novartis Pharma N.V.
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Tel: +370 5 269 16 50



Luxembourg/Luxemburg
Novartis Bulgaria EOOD
Novartis Pharma N.V.
.: +359 2 489 98 28
Tél/Tel: +32 2 246 16 11


Ceská republika
Magyarország
Novartis s.r.o.
Novartis Hungária Kft.
Tel: +420 225 775 111
Tel.: +36 1 457 65 00

Danmark

Malta
Novartis Healthcare A/S
Novartis Pharma Services Inc.
Tlf: +45 39 16 84 00
Tel: +356 2122 2872

Deutschland

Nederland
Novartis Pharma GmbH
Novartis Pharma B.V.
Tel: +49 911 273 0
Tel: +31 88 04 52 111

Eesti

Norge
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Novartis Norge AS
Tel: +372 66 30 810
Tlf: +47 23 05 20 00


Österreich
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Novartis Pharma GmbH
: +30 210 281 17 12
Tel: +43 1 86 6570

España

Polska
Novartis Farmacéutica, S.A.
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel: +34 93 306 42 00
Tel.: +48 22 375 4888

France

Portugal
Novartis Pharma S.A.S.
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Tel: +351 21 000 8600

Hrvatska

România
Novartis Hrvatska d.o.o.
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel. +385 1 6274 220
Tel: +40 21 31299 01


Ireland

Slovenija
Novartis Ireland Limited
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +353 1 260 12 55
Tel: +386 1 300 75 50

Ísland

Slovenská republika
Vistor hf.
Novartis Slovakia s.r.o.
Sími: +354 535 7000
Tel: +421 2 5542 5439


Italia
Suomi/Finland
Novartis Farma S.p.A.
Novartis Finland Oy
Tel: +39 02 96 54 1
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
Sverige
Novartis Pharma Services Inc.
Novartis Sverige AB
: +357 22 690 690
Tel: +46 8 732 32 00
Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
SIA Novartis Baltics
Novartis Ireland Limited
Tel: +371 67 887 070
Tel: +44 1276 698370
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu

Heb je dit medicijn gebruikt? Eucreas 50 mg - 850 mg te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Eucreas 50 mg - 850 mg te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Eucreas 50 mg - 850 mg

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG